Het land Moab komt in opstand 1 Na de dood van koning Achab kwam Moab in opstand tegen Israël.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het land Moab komt in opstand 1 Na de dood van koning Achab kwam Moab in opstand tegen Israël."

Transcriptie

1 2 Koningen 1 Koning Achazja sterft Het land Moab komt in opstand 1 Na de dood van koning Achab kwam Moab in opstand tegen Israël. Koning Achazja raakt gewond 2 Koning Achazja van Israël raakte op een dag ernstig gewond. Dat kwam doordat hij uit een bovenraam van zijn paleis in Samaria gevallen was. Hij stuurde boodschappers naar de tempel van Baäl-Zebub, de god van de stad Ekron. Zij moesten aan die god vragen of Achazja weer beter zou worden. 3 Toen stuurde de Heer een engel naar Elia, de profeet uit Tisbe. De engel zei tegen Elia: Jij moet de boodschappers van koning Achazja tegemoet gaan. Zeg tegen hen: Waarom willen jullie Baäl-Zebub, de god van Ekron, om raad vragen? Israël heeft toch zelf een God? 4 Dit is de boodschap van de Heer voor Achazja: Jij zult niet meer opstaan van het bed waar je nu op ligt. Je zult sterven! Elia deed wat de engel zei. Achazja krijgt een boodschap van Elia 5 De boodschappers gingen terug naar koning Achazja. Die vroeg: Zijn jullie nu al terug? 6 Ze antwoordden: Er kwam een man naar ons toe die zei: Ga terug naar de koning die jullie gestuurd heeft. De Heer heeft deze boodschap voor hem: Jij wilt Baäl-Zebub, de god van Ekron, om raad vragen. Je doet alsof Israël zelf geen God heeft! Daarom zul je niet meer opstaan van het bed waar je nu op ligt. Je zult sterven! 7 De koning vroeg: Die man die dat tegen jullie zei, hoe zag die eruit? 8 Ze antwoordden: Hij had erg veel haar op zijn lichaam, en hij had een leren riem om. Dan was het de profeet Elia, zei de koning. De Heer stuurt vuur uit de hemel 9 Toen stuurde de koning een officier met vijftig soldaten naar Elia toe. Ze vonden Elia op de top van een berg. De officier ging naar hem toe en zei: Profeet, de koning wil dat u naar beneden komt. 10 Elia antwoordde: Ik zal u laten zien dat ik een profeet ben! Er zal vuur uit de hemel komen. Dat vuur zal u doden, u en uw vijftig soldaten! Meteen kwam er vuur uit de hemel, en dat vuur doodde de officier en zijn vijftig soldaten. 11 Toen stuurde de koning opnieuw een officier met vijftig soldaten. En ook die zei tegen Elia: Profeet, kom onmiddellijk naar beneden! Dit is een bevel van de koning. 12 Elia antwoordde: Ik zal u laten zien dat ik een profeet ben! Er zal vuur uit de hemel komen om u te doden, u en uw vijftig soldaten! Meteen stuurde God vuur uit de hemel, en dat vuur doodde de officier en zijn vijftig soldaten.

2 Elia gaat naar koning Achazja 13 Toen stuurde de koning voor de derde keer een officier met vijftig soldaten. Ook die officier ging naar Elia toe. Hij knielde voor Elia op de grond en smeekte hem: Profeet, laat mij en mijn soldaten in leven! 14 Die anderen zijn gedood door vuur uit de hemel. Maar dood ons alstublieft niet! 15 Toen zei een engel van de Heer tegen Elia: Ga maar naar beneden, je hoeft niet bang te zijn voor de koning. Elia deed wat de engel zei en ging met de officier mee. 16 Hij gaf de koning namens de Heer deze boodschap: Jij wilt Baäl-Zebub, de god van Ekron, om raad vragen. Maar Israël heeft toch zelf een God die je om raad kunt vragen? Jij zult niet meer opstaan van het bed waar je nu op ligt. Je zult sterven! Achazja sterft 17 Achazja stierf, zoals Elia namens de Heer gezegd had. Hij had geen zoon, en daarom volgde zijn broer Joram hem op. Dat gebeurde toen een andere Joram, de zoon van Josafat, twee jaar koning van Juda was. 18 Alle andere verhalen over Achazja staan opgeschreven in de boeken over de koningen van Israël. 2 Koningen 2 De Heer neemt Elia mee Elisa laat Elia niet alleen 1 Op een dag liep Elia de stad Gilgal uit, samen met zijn helper Elisa. Het was de dag waarop de Heer Elia in een stormwind mee zou nemen naar de hemel. 2 Elia zei tegen Elisa: De Heer wil dat ik naar Betel ga, maar jij moet hier blijven. Elisa antwoordde: Ik laat u niet alleen gaan! Dat is zo zeker als u leeft, en zo zeker als de Heer leeft. Toen gingen ze samen naar de stad Betel. 3 De profeten die in Betel woonden, kwamen Elisa tegemoet. Ze zeiden tegen hem: Weet je wel dat de Heer vandaag je meester van je zal wegnemen? Ja, dat weet ik, antwoordde Elisa. Praat daar maar niet over. 4 Daarna zei Elia tegen Elisa: Nu wil de Heer dat ik naar Jericho ga. Maar jij moet hier in Betel blijven, Elisa. Elisa antwoordde: Ik laat u niet alleen gaan! Dat is zo zeker als u leeft, en zo zeker als de Heer leeft. Toen gingen ze samen naar de stad Jericho. 5 De profeten die in Jericho woonden, kwamen naar Elisa toe. Ze zeiden tegen hem: Weet je wel dat de Heer vandaag je meester van je zal wegnemen? Ja, dat weet ik, antwoordde Elisa. Praat daar maar niet over. 6 Daarna zei Elia tegen Elisa: Nu wil de Heer dat ik naar de Jordaan ga. Maar jij moet hier in Jericho blijven. Elisa antwoordde: Ik laat u niet alleen gaan! Dat is zo zeker als u leeft, en zo zeker als de Heer leeft. Toen gingen ze samen verder. Elia neemt afscheid van Elisa

3 7 Toen Elia en Elisa bij de Jordaan aankwamen, bleven ze daar staan. Vijftig profeten uit Jericho waren hen gevolgd. Die bleven op een afstand staan kijken wat er zou gebeuren. 8 Elia deed zijn mantel uit, rolde hem op en sloeg ermee op het water. Toen stroomde het water opzij, zodat ze samen de rivier konden oversteken zonder nat te worden. 9 Aan de overkant zei Elia: Elisa, de Heer gaat me van je wegnemen. Is er nog iets wat ik voor je kan doen? Dan moet je het me nu vragen. Elisa antwoordde: Geef mij alstublieft de kracht die u van de Heer gekregen hebt. Dan kan ik net zo n machtige profeet worden als u. 10 Elia zei: Je vraagt me iets wat ik je niet zelf kan geven. Misschien zul je zien hoe ik van je weggenomen word. Dan zul je krijgen wat je vraagt, maar anders niet. Elia wordt meegenomen naar de hemel 11 Terwijl Elia en Elisa zo liepen te praten, kwam er opeens een wagen van vuur tussen hen in rijden. De wagen werd getrokken door paarden van vuur. En op die wagen ging Elia in een stormwind omhoog naar de hemel. 12 Elisa zag het gebeuren en schreeuwde: Vader, vader! U alleen kunt Israël beschermen! Dat was de laatste keer dat Elisa zijn meester zag. Hij scheurde zijn kleren als teken van verdriet. 13 De mantel van Elia was op de grond gevallen. Elisa raapte die op, en liep ermee terug naar de waterkant. Daar bleef hij staan. 14 Hij sloeg met de mantel op het water, net zoals Elia dat gedaan had. En hij riep: Waar is de Heer, de God van Elia? Toen stroomde het water opnieuw opzij, zodat Elisa terug kon lopen naar de andere kant van de rivier. Elia is niet meer te vinden 15 De profeten uit Jericho stonden nog steeds aan de andere kant van de rivier. Toen ze zagen wat er gebeurde, zeiden ze: Elisa heeft de kracht van Elia gekregen! Ze gingen naar Elisa toe en knielden voor hem op de grond. 16 Ze zeiden: We hebben vijftig flinke mannen bij ons. Zij kunnen uw meester Elia gaan zoeken. Misschien heeft de geest van de Heer hem opgetild, en hem neergezet op één van de bergen of in één van de dalen hier. Elisa zei: Nee, laat die mannen maar hier blijven. 17 Maar de profeten hielden vol, en uiteindelijk zei Elisa: Doe maar wat jullie willen. Toen stuurden ze de vijftig mannen op weg. Die zochten drie dagen naar Elia, maar ze vonden hem niet. 18 Ten slotte gingen de mannen terug naar Elisa, die in Jericho logeerde. Elisa zei tegen hen: Ik zei toch al dat jullie beter hier konden blijven? Elisa maakt het water in Jericho zuiver 19 De inwoners van Jericho zeiden tegen Elisa: U ziet wel dat onze stad op een goede plek ligt. Maar het water is slecht. Daardoor worden de kinderen hier veel te vroeg geboren en sterven ze. 20 Elisa zei tegen hen: Breng me een nieuwe, ongebruikte schaal, met zout erin. Dat deden ze.

4 21 Toen ging Elisa naar de bron waar het water van de stad uit kwam. Hij gooide het zout erin en zei: Vanaf nu is dit water zuiver. Niemand zal meer door dit water sterven, en alle kinderen worden gezond geboren. Dat zegt de Heer. 22 Vanaf die dag was het water in Jericho zuiver, zoals Elisa gezegd had. Elisa krijgt niet genoeg respect 23 Van Jericho ging Elisa naar de stad Betel. Terwijl hij naar de stad omhoogliep, kwam er een groep jongens uit de stad achter hem aan. Ze lachten hem uit en riepen: Klimmen maar, kale! Klimmen maar, kale! 24 Elisa draaide zich om, en toen hij de jongens zag, riep hij: De Heer zal jullie straffen! Op dat moment kwamen er twee beren uit het bos. En die aten 42 van de jongens op. 25 Vanuit Betel ging Elisa eerst naar de berg Karmel. Daarna ging hij weer naar de stad Samaria. 2 Koningen 3 Oorlog tussen Israël en Moab Joram wordt koning van Israël 1 Joram, de zoon van Achab, werd koning van Israël in de stad Samaria. Dat gebeurde toen Josafat achttien jaar koning van Juda was. Joram regeerde twaalf jaar. Joram is een slechte koning 2 Joram deed dingen die de Heer slecht vond. Toch was hij niet zo slecht als zijn vader en moeder, want hij haalde de heilige steen weg die zijn vader voor de god Baäl had laten maken. 3 Maar verder deed hij net zulke slechte dingen als Jerobeam, de zoon van Nebat. Door Jerobeam waren de Israëlieten ontrouw geworden aan de Heer. Koning Mesa van Moab komt in opstand 4 Koning Mesa van Moab had grote kuddes schapen. Hij moest aan de koning van Israël elk jaar honderdduizend jonge rammen geven om te slachten, en nog eens honderdduizend rammen voor de wol. 5 Na de dood van Achab kwam Mesa in opstand tegen koning Joram van Israël. 6 Daarom riep Joram het leger van Israël bij elkaar en vertrok uit Samaria. 7 Hij stuurde het volgende bericht naar koning Josafat van Juda: De koning van Moab is tegen mij in opstand gekomen. Wilt u mij helpen om hem aan te vallen? Josafat antwoordde: Ik doe mee. Want u en ik, wij horen bij elkaar. Mijn soldaten zijn ook uw soldaten, mijn paarden zijn ook uw paarden. Joram krijgt hulp

5 8 Joram vroeg aan Josafat hoe het leger het beste naar Moab kon gaan. Volgens Josafat kon dat het beste via de woestijn van Edom. 9 Samen met Josafat ging Joram op weg. Ook de koning van Edom ging met hen mee. Maar de tocht duurde langer dan ze gedacht hadden. Toen ze zeven dagen onderweg waren, was het drinkwater op. Er was geen water meer voor de soldaten, en ook niet voor de dieren die ze bij zich hadden. 10 Toen riep koning Joram van Israël: Wat een ellende! Straks worden we nog verslagen door de koning van Moab. Heeft de Heer ons daarvoor bij elkaar gebracht? De koningen vragen de Heer om raad 11 Maar Josafat vroeg: Is hier misschien ergens een profeet van de Heer? Dan kan hij voor ons de Heer om raad vragen. Eén van de dienaren van Joram antwoordde: Elisa, de zoon van Safat, is hier. Hij was altijd bij Elia om hem te helpen. 12 Josafat zei: Dan kan hij zeker namens de Heer spreken! Toen ging Joram samen met Josafat en de koning van Edom naar Elisa toe. 13 Maar Elisa zei tegen Joram: Wat wilt u van mij? Gaat u maar naar de profeten van uw vader en uw moeder! Nee, antwoordde Joram. Want wij zijn bij elkaar gebracht door de Heer. Wil hij soms dat wij door de koning van Moab verslagen worden? 14 Toen zei Elisa: Joram, met u wil ik niets te maken hebben! Maar voor koning Josafat van Juda heb ik respect, zo zeker als de machtige Heer leeft. En ik doe wat de Heer zegt. 15 Haal nu maar iemand om voor mij op de harp te spelen. Elisa spreekt namens de Heer Terwijl er voor Elisa op de harp gespeeld werd, voelde hij de kracht van de Heer in zich komen. 16 Elisa zei tegen de koningen: De Heer zegt dat jullie overal in dit dal kuilen moeten graven. 17 Het zal niet gaan stormen en regenen, maar toch zal er in al die kuilen water komen te staan. Dan kunnen jullie weer drinken, jullie zelf en ook jullie dieren. 18 Maar dat is nog maar het begin. De Heer zal er ook voor zorgen dat jullie de Moabieten verslaan. 19 Jullie zullen al hun prachtige, sterke steden veroveren. Jullie zullen al hun fruitbomen omhakken en hun waterbronnen dichtgooien. En jullie zullen hun akkers volgooien met stenen. 20 De volgende ochtend vroeg kwam er plotseling water naar beneden van de bergen van Edom. Het hele dal stroomde vol. De Moabieten denken dat de koningen dood zijn 21 De Moabieten hadden intussen gehoord dat de drie koningen op weg waren om hen aan te vallen. Alle Moabieten die oud genoeg waren om te vechten, werden bij elkaar geroepen. Ze werden opgesteld bij de grens met Edom. 22 Toen ze s ochtends opstonden, scheen de opgaande zon over het water in het dal. Daardoor leek het water zo rood als bloed. Toen de Moabieten dat zagen,

6 23 riepen ze: Dat is bloed! Die koningen zijn gaan vechten en ze hebben elkaar gedood. Laten we erheen gaan om hun spullen te verdelen! De Moabieten worden verslagen 24 Maar toen de Moabieten vlak bij het legerkamp van de Israëlieten waren, vielen de Israëlieten hen aan. De Moabieten vluchtten weg. De Israëlieten achtervolgden hen tot in Moab en versloegen hen. 25 Ze verwoestten hun steden. Ze gooiden stenen op alle akkers, ze gooiden de waterbronnen dicht en ze hakten de fruitbomen om. De Israëlieten hadden alleen de stad Kir-Chareset nog niet veroverd. Maar nu vielen ze ook die stad aan. De koning van Moab offert zijn zoon 26 Toen zag de koning van Moab dat hij de strijd ging verliezen. Hij probeerde nog met zevenhonderd soldaten bij de koning van Edom te komen, maar dat lukte niet. 27 Toen liet hij zijn oudste zoon halen, die hem had moeten opvolgen. Hij offerde hem op de stadsmuur. Daar schrokken de Israëlieten zo van, dat ze stopten met de aanval en teruggingen naar huis. 2 Koningen 4 Elisa helpt een weduwe Elisa helpt de weduwe van een profeet 1 De vrouw van één van de profeten vroeg hulp aan Elisa. Ze zei tegen hem: U weet dat mijn man altijd veel eerbied had voor de Heer. Nu is hij gestorven, maar hij had nog schulden. En straks komt de man aan wie hij die schulden moest betalen. Die wil nu mijn twee kinderen meenemen als slaven. 2 Elisa antwoordde: Ik wil u graag helpen. Wat hebt u nog in huis? Alleen nog maar een kruikje olijfolie, zei de vrouw. Dat is alles. 3 Toen zei Elisa: U moet naar uw buren gaan en vragen of u van hen lege kruiken kunt lenen. Probeer er zo veel mogelijk te krijgen. 4 Als u weer thuis bent, moet u de deur dichtdoen. Zorg dat alleen uw kinderen bij u zijn. Giet dan uw olie in die kruiken. Telkens als er één kruik vol is, moet u de volgende pakken. Het wonder van de olie 5 De vrouw deed wat Elisa zei. Toen ze weer thuis was, deed ze de deur achter zich dicht. Haar kinderen gaven haar steeds de lege kruiken aan, en dan goot zij de olie erin. 6 Op het laatst waren alle kruiken vol. Toen ze haar zoon om de volgende kruik vroeg, zei die: Er zijn geen lege kruiken meer. Daarna kwam er geen olie meer uit haar kruik.

7 7 De vrouw ging terug naar de profeet en vertelde hem wat er gebeurd was. Hij zei: Verkoop die olijfolie, en betaal dan eerst uw schulden. Daarna kunt u de rest van het geld gebruiken om van te leven. Elisa en de vrouw uit Sunem Een rijke vrouw nodigt Elisa uit 8 Op een dag kwam Elisa door de stad Sunem. Daar woonde een rijke vrouw, die hem uitnodigde om bij haar te komen eten. Vanaf dat moment ging Elisa steeds bij haar eten als hij in Sunem was. 9 De vrouw zei tegen haar man: Die profeet die steeds bij ons langskomt, is een heilige man. Dat weet ik zeker. 10 Laten we een kamertje voor hem maken op het platte dak van ons huis. Daar zetten we een bed, een tafel, een stoel en een olielamp neer. Dan heeft hij een plek voor zichzelf als hij ons bezoekt. Elisa zegt dat de vrouw een kind zal krijgen 11 Op een dag kwam Elisa weer door Sunem. Hij ging uitrusten in het huis van de vrouw, in de dakkamer die ze voor hem gemaakt hadden. 12 En hij zei tegen zijn knecht Gechazi: Vraag aan de vrouw die hier woont, of ze boven wil komen. Gechazi riep de vrouw, en ze kwam naar boven. 13 Namens Elisa vroeg Gechazi aan de vrouw: U hebt heel veel moeite voor ons gedaan. Is er iets wat wij voor u kunnen doen? Kunnen we iets voor u vragen aan de koning, of aan de leider van het leger? Dat is niet nodig, antwoordde de vrouw. Want ik heb familie die me altijd kan helpen. 14 Elisa vroeg aan Gechazi: Kunnen we misschien iets anders voor haar doen? Jawel, antwoordde Gechazi. Ze heeft geen zoon, en haar man is al oud. 15 Elisa zei: Laat haar hier komen. Gechazi riep de vrouw, en ze kwam bij de ingang van de kamer staan. 16 Toen zei Elisa: Precies over een jaar zult u een zoon in uw armen houden. Ach, meneer, antwoordde de vrouw. U bent een profeet, maar u moet mij niet voor de gek houden. 17 Maar de vrouw werd inderdaad zwanger, en een jaar later had ze een zoon. Precies zoals Elisa tegen haar gezegd had. Het kind van de vrouw sterft 18 Op een dag, toen de jongen wat groter was, ging hij bij zijn vader kijken. Die was met andere mannen op het land aan het maaien. 19 Plotseling schreeuwde de jongen: Au, mijn hoofd! Mijn hoofd! Zijn vader zei tegen één van de knechten: Breng hem naar zijn moeder! 20 De knecht tilde de jongen op en bracht hem naar zijn moeder. De jongen zat nog een tijd bij haar op schoot, maar aan het eind van de ochtend stierf hij. De vrouw gaat naar Elisa toe

8 21 Toen droeg de moeder de jongen naar boven en legde hem op het bed van de profeet. Daarna deed ze de deur van de kamer dicht en ging het huis uit. 22 Ze riep tegen haar man: Laat één van de knechten een ezel voor me halen, ik wil zo snel mogelijk naar de profeet toe! Maar ik kom meteen terug. 23 Haar man zei: Waarom wil je naar de profeet? Het is toch geen bijzondere dag, geen sabbat of nieuwe maan? Maak je maar geen zorgen, zei de vrouw. 24 Ze legde een zadel op de ezel, ging erop zitten en zei tegen de knecht: Zorg dat de ezel zo snel mogelijk loopt, en sta niet stil voordat ik het zeg! De vrouw vraagt Elisa om hulp 25 Zo ging de vrouw op weg naar de profeet Elisa, die op de berg Karmel was. Toen Elisa haar in de verte zag aankomen, zei hij tegen zijn knecht Gechazi: Daar komt die vrouw uit Sunem aan! 26 Ga haar gauw tegemoet. En vraag hoe het met haar gaat, en met haar man en haar kind. 27 De vrouw zei tegen Gechazi dat alles goed was. Maar toen ze bij Elisa aankwam, greep ze zijn voeten vast. Gechazi wilde haar wegjagen, maar Elisa zei: Laat haar maar, ze heeft verdriet. Maar ik weet niet waarom. Dat heeft de Heer me niet gezegd. 28 Toen zei de vrouw: Ach, profeet, ik heb u toch niet om een zoon gevraagd? Ik heb toch gezegd dat u mij geen valse hoop moest geven? 29 Elisa zei tegen Gechazi: Pak mijn stok en loop zo snel mogelijk naar het huis van deze vrouw. Als je iemand tegenkomt, groet hem dan niet. En als iemand jou groet, zeg dan niets terug. Als je in het huis bent, moet je mijn stok op het gezicht van de jongen leggen. 30 Maar de moeder van de jongen zei tegen Elisa: Ik ga niet weg zonder u. Dat is zo zeker als u leeft, en zo zeker als de Heer leeft. Toen stond Elisa op en ging met haar mee. De vrouw krijgt haar zoon levend terug 31 Gechazi was al naar het huis van de vrouw gegaan. Hij legde de stok op het gezicht van de jongen. Maar die bewoog niet, en hij zei ook niets. Gechazi ging terug en vertelde aan Elisa dat de jongen niet wakker was geworden. 32 Toen Elisa zelf het huis in kwam en naar zijn kamer ging, zag hij dat de jongen daar dood op het bed lag. 33 Hij deed de deur achter zich dicht, zodat hij alleen was met de jongen. Toen bad hij tot de Heer. 34 Hij liep naar het bed en ging boven op de jongen liggen, met zijn mond op de mond van de jongen, met zijn ogen op zijn ogen en met zijn handen op zijn handen. Zo bleef hij languit liggen totdat het lichaam van de jongen weer warm werd. 35 Toen stond hij op en liep één keer de kamer door. Daarna ging hij opnieuw boven op de jongen liggen. Toen nieste de jongen zeven keer en deed zijn ogen open. 36 Elisa riep Gechazi en zei tegen hem dat hij de vrouw moest gaan halen. Dat deed Gechazi. Toen zij boven was, zei Elisa: U kunt uw zoon meenemen.

9 37 De vrouw kwam de kamer in. Ze knielde op de grond en boog diep voor Elisa. Toen droeg ze haar zoon de kamer uit. Elisa zorgt voor voedsel Elisa maakt bittere soep eetbaar 38 Elisa ging terug naar de stad Gilgal. Er was in die tijd hongersnood in het land. Op een dag zaten de profeten van Gilgal bij elkaar met Elisa. Elisa zei tegen zijn knecht: Zet een grote pot op het vuur en maak soep klaar voor deze profeten. 39 Eén van de profeten ging op zoek naar eetbare planten. Hij vond een plant met ronde gele vruchten. Hij plukte er zo veel van als hij kon dragen. Hij nam de vruchten mee terug, sneed ze in stukjes en gooide die in de pot met soep. Niemand wist precies wat het was. 40 De soep werd aan de mannen uitgedeeld. Maar zodra ze ervan proefden, schreeuwden ze: Profeet, van dit eten gaan we dood! Ze konden geen hap door hun keel krijgen. 41 Toen zei Elisa: Breng me wat meel. Dat strooide hij in de pot. Daarna zei hij: Deel de soep nu opnieuw uit. Toen was de bittere smaak helemaal weg. Elisa geeft honderd profeten te eten 42 Op een dag kwam er iemand uit de stad Baäl-Salisa bij de profeet Elisa op bezoek. Hij bracht twintig broden voor hem mee. De broden waren gebakken met gerst van de nieuwe oogst. De man had ook nog wat vers graan bij zich. Elisa zei tegen zijn knecht: Geef dit brood aan de profeten te eten. 43 De knecht vroeg: Is dit genoeg voor honderd mensen? Jazeker, antwoordde Elisa. Want de Heer zegt: Ze kunnen allemaal van deze broden eten, en ze zullen nog overhouden ook. 44 Toen deelde de knecht het brood uit. Iedereen at ervan, en er bleef nog brood over ook. Precies zoals de Heer gezegd had. 2 Koningen 5 De genezing van Naäman Naäman heeft een huidziekte 1 Naäman was de legerleider van de koning van Aram. Hij was een belangrijke man, en de koning had veel vertrouwen in hem. Want Naäman had met het leger van Aram een grote overwinning behaald. Daar had de Heer voor gezorgd. Naäman was een dappere soldaat, maar hij had een ernstige huidziekte. Naäman wil naar Israël om te genezen

10 2 Er kwamen vaak Arameeërs naar Israël om te roven en te stelen. Op één van die tochten hadden ze een jong meisje uit Israël meegenomen naar hun land. Dat meisje was nu een slavin van de vrouw van Naäman. 3 Op een keer zei ze tegen haar meesteres: Ach, kon uw man maar naar de profeet in Samaria gaan. Die zou hem wel beter maken! 4 Toen Naäman dat hoorde, ging hij naar de koning van Aram. Hij vertelde hem wat het meisje uit Israël gezegd had. 5 De koning zei tegen Naäman: Ga maar naar Samaria. Ik zal u wel een brief meegeven voor de koning van Israël. Naäman gaat naar de koning van Israël Naäman ging op weg naar Israël. Hij had 300 kilo zilver bij zich, 60 kilo goud en tien stel nieuwe kleren. 6 Ook had hij de brief van zijn koning bij zich. Die gaf hij aan de koning van Israël. Er stond het volgende in: Deze brief geef ik mee aan mijn dienaar Naäman. Ik hoop dat u hem zult genezen van zijn ziekte. 7 Toen de koning van Israël de brief gelezen had, werd hij bang, en hij scheurde zijn kleren. Hij zei: Ik kan niet beslissen over dood en leven. Ik ben God toch niet? Hoe kan de koning van Aram mij nu vragen om iemand van een ziekte te genezen? Ik vertrouw het niet, ik denk dat hij weer oorlog wil! 8 De profeet Elisa hoorde dat de koning van Israël zijn kleren gescheurd had. Toen stuurde hij het volgende bericht naar de koning: Waarom hebt u uw kleren gescheurd? Laat die man naar mij toe komen. Dan zal hij zien dat er in Israël een echte profeet is! Naäman gaat naar de profeet Elisa 9 Toen reed Naäman met zijn paarden en zijn wagen naar het huis van Elisa. Daar bleef hij buiten wachten. 10 Elisa stuurde iemand naar hem toe met de volgende boodschap: U moet u gaan wassen in de Jordaan, en zeven keer onder water gaan. Dan zal uw huid weer gezond worden. 11 Toen Naäman dat hoorde, werd hij kwaad. Hij zei: Die man kan toch zelf wel naar buiten komen en bidden tot de Heer, zijn God? Als hij dan met zijn hand over de zieke plek strijkt, zal mijn huid wel weer gezond worden! 12 En wat moet ik bij de Jordaan? Er zijn toch ook rivieren bij Damascus? Rivieren zoals de Abana en de Parpar. Die zijn beter dan alle rivieren in Israël! Dan kan ik me net zo goed daarin wassen. Kwaad reed hij weg. Naäman wordt weer gezond 13 Maar zijn dienaren kwamen achter hem aan en zeiden: Meester, als die profeet u iets moeilijks had gevraagd, had u het vast en zeker gedaan. En nu heeft hij alleen maar gezegd: Was u, dan zult u genezen zijn. 14 Toen ging Naäman toch naar de Jordaan. Hij ging zeven keer onder water, zoals de profeet Elisa gezegd had. Zijn huid werd weer gezond, en zo glad als de huid van een kind. Naäman was genezen.

11 Naäman wil Elisa een geschenk geven 15 Daarna ging Naäman terug naar de profeet Elisa, met al zijn dienaren. Hij zei tegen hem: Nu weet ik zeker dat de God van Israël de enige God in de hele wereld is. Neem daarom alstublieft een geschenk van mij aan. 16 Maar Elisa antwoordde: Ik zal niets van u aannemen. Dat is zo zeker als de Heer leeft. En ik doe alleen wat hij tegen mij zegt. Naäman vroeg het hem nog eens, en nog eens. Maar Elisa bleef weigeren. Naäman wil voortaan de Heer dienen 17 Toen zei Naäman: Ik zie dat u echt niets wilt hebben. Maar als u het goedvindt, wil ik graag wat aarde meenemen uit dit land, zo veel als twee ezels kunnen dragen. Op die aarde wil ik een altaar bouwen om offers te brengen aan de Heer. Ik zal nooit meer offeren aan andere goden. 18 Ik hoop alleen dat de Heer mij één ding wil vergeven. Als mijn meester naar de tempel van zijn god Rimmon gaat om daar te bidden, dan leunt hij altijd op mijn arm. Ik moet dan samen met hem voor Rimmon knielen. Ik hoop dat de Heer mij dat zal vergeven Elisa antwoordde: Maakt u zich daarover maar geen zorgen. Toen ging Naäman terug naar huis. Gechazi vraagt Naäman om geschenken Meteen daarna kreeg Gechazi, de knecht van Elisa, een idee. Hij zei bij zichzelf: Mijn meester wilde niet één geschenk aannemen van die Naäman uit Aram. Zo zeker als de Heer leeft, ik ga hem achterna. Want ik wil zelf iets van hem hebben! 21 Gechazi rende achter Naäman aan. Toen die hem aan zag komen, sprong hij van zijn wagen af en ging naar hem toe. Naäman vroeg: Is alles in orde? 22 Jazeker, antwoordde Gechazi. Maar mijn meester heeft een boodschap voor u. Er zijn twee jonge profeten bij hem gekomen uit het bergland van Efraïm. Wilt u misschien voor hen 30 kilo zilver en twee stel nieuwe kleren aan mij meegeven? 23 Naäman antwoordde: U mag wel 60 kilo zilver meenemen! Hij wilde absoluut dat Gechazi dat zou aannemen, en liet twee zakken vullen. In allebei de zakken zat 30 kilo zilver en een stel kleren. Hij stuurde twee knechten met Gechazi mee om die zakken te dragen. 24 Toen Gechazi en de twee knechten bij de stad aankwamen, nam Gechazi de zakken over. Hij stuurde de knechten terug naar Naäman, en bracht de zakken naar zijn eigen huis. Gechazi krijgt de ziekte van Naäman 25 Daarna ging Gechazi weer naar zijn meester, de profeet Elisa. Die vroeg hem: Waar kom je vandaan, Gechazi? Gechazi antwoordde: Ik ben niet weg geweest. 26 Toen zei Elisa: Ik heb heus wel gezien dat er iemand van zijn wagen kwam en naar jou toe ging. Is dat jouw manier om geld en kleren te krijgen? En olijftuinen en wijngaarden, schapen, geiten en koeien, en slaven en slavinnen? 27 Dit is je straf: Naäman is nu gezond. Maar jij en al je nakomelingen zullen dezelfde huidziekte krijgen als hij.

12 Toen ging Gechazi weg bij zijn meester. Zijn huid was zo wit geworden als sneeuw. 2 Koningen 6 De drijvende bijl Het huis van de profeten is te klein 1 Elisa woonde in een huis met een aantal andere profeten. Op een dag zeiden die profeten tegen hem: Er is hier niet genoeg ruimte voor ons allemaal. Dat hebt u vast wel gemerkt. 2 Wij willen naar de Jordaan gaan om bomen om te hakken. Dan kunnen we daar met het hout een groter huis bouwen. Elisa zei: Doe dat maar. 3 Maar één van de profeten vroeg: Wilt u alstublieft met ons meegaan? Dat is goed, antwoordde Elisa. 4 Toen ging Elisa met de andere profeten naar de Jordaan. Daar begonnen ze bomen om te hakken. Er valt een bijl in het water 5 Terwijl ze daarmee bezig waren, viel plotseling de bijl van één van de profeten in het water. De profeet schrok en riep naar Elisa: Kunt u mij alstublieft helpen? Die bijl had ik van iemand geleend! 6 Elisa vroeg: Waar is hij precies gevallen? De profeet wees de plek aan. Toen sneed Elisa een tak af en gooide die in het water. Meteen kwam de bijl naar boven, en hij bleef op het water drijven. 7 Elisa zei: Haal die bijl er maar uit! Toen stak de profeet zijn hand uit en pakte de bijl uit het water. Elisa beschermt Israël Elisa helpt de koning van Israël 8 De koning van Aram voerde weer oorlog tegen Israël. Hij besprak steeds met zijn officieren welke plaatsen het leger zou aanvallen. 9 Maar de profeet Elisa waarschuwde dan de koning van Israël. Hij liet hem weten dat hij niet naar de plaatsen moest gaan die de Arameeërs zouden aanvallen. 10 En dan stuurde de koning een waarschuwing naar de mensen in die plaatsen. Zelf bleef hij daar uit de buurt. Zo ging het een paar keer achter elkaar. De koning van Aram is kwaad 11 De koning van Aram was daar heel kwaad over. Hij riep zijn officieren bij elkaar en zei tegen hen: Iemand van jullie verraadt onze plannen steeds aan de koning van Israël. Ik wil weten wie dat doet!

13 12 Eén van de officieren antwoordde: Wij niet, heer! Dat doet Elisa, de profeet uit Israël. Hij kan de koning van Israël zelfs vertellen wat u zegt in uw slaapkamer! 13 Toen zei de koning van Aram: Zoek onmiddellijk uit waar Elisa is! Dan laat ik hem gevangennemen. Toen de koning hoorde dat Elisa in de stad Dotan was, 14 stuurde hij daar een grote groep soldaten heen, met paarden en wagens. De soldaten van Aram komen bij Dotan De soldaten kwamen s nachts bij Dotan aan en omsingelden de stad. Er kon niemand meer in of uit. 15 De volgende ochtend stond de knecht van Elisa vroeg op, en ging naar buiten. Meteen zag hij dat de stad omsingeld was door soldaten met paarden en wagens. Meester, wat moeten we doen? riep hij. 16 Elisa antwoordde: Wees maar niet bang, wij zijn sterker dan zij. 17 En hij bad: Heer, laat mijn knecht zien hoe groot ons leger is! Toen zorgde de Heer ervoor dat de knecht kon zien wat Elisa bedoelde. Overal op de heuvels zag hij paarden en wagens van vuur, om Elisa heen. Elisa brengt de soldaten naar Samaria 18 Toen de soldaten van Aram op Elisa afkwamen, bad hij: Heer, maak die mannen blind! De Heer deed wat Elisa vroeg, hij maakte de soldaten blind. 19 Toen zei Elisa tegen hen: Jullie zijn verdwaald, dit is de verkeerde stad. Kom maar achter mij aan, dan breng ik jullie naar Elisa. Hij leidde de soldaten naar de stad Samaria. 20 Toen ze daar waren, bad Elisa: Heer, zorg dat ze weer kunnen zien! De Heer deed wat Elisa vroeg, en de soldaten zagen dat ze midden in Samaria waren. De soldaten gaan terug naar Aram 21 Toen de koning van Israël de soldaten zag, vroeg hij aan Elisa: Profeet, zal ik die mannen doden? 22 Nee, doe dat niet! antwoordde Elisa. U hebt ze toch niet zelf gevangengenomen? Geef ze een maaltijd, laat ze eten en drinken. En laat ze daarna teruggaan naar hun eigen koning. 23 Toen liet de koning van Israël een groot feestmaal voor hen klaarmaken. En nadat ze gegeten en gedronken hadden, liet hij hen gaan. Ze keerden terug naar hun eigen koning. Vanaf dat moment kwamen er geen Arameeërs meer naar Israël om te roven en te stelen. Een aanval op Samaria De koning van Aram valt Samaria aan Korte tijd later riep koning Benhadad van Aram zijn hele leger bij elkaar. Ze gingen naar Israël, omsingelden de stad Samaria en maakten daar een legerkamp. Ze bleven daar heel lang, zodat er grote hongersnood kwam in de stad. Het voedsel werd steeds duurder: op het laatst kostte een ezelskop wel 80 zilverstukken, en een klein zakje noten kostte 5 zilverstukken.

14 De hongersnood in Samaria 26 Op een keer liep de koning van Israël boven op de muur van de stad. Een vrouw zag hem lopen en riep: Koning, help me alstublieft! 27 De koning antwoordde: Als de Heer u niet kan helpen, dan kan ik dat al helemaal niet. Al het graan is op, en er is ook geen wijn meer. 28 Maar wat is er precies aan de hand? De vrouw zei: Ziet u die vrouw daar? Zij zei tegen mij: Als je mij je zoon geeft, dan zullen we die vandaag opeten. En dan eten we morgen die van mij! 29 Toen hebben we mijn zoon gekookt en opgegeten. De volgende dag vroeg ik haar: Geef me nu jouw zoon, dan kunnen we die ook opeten. Maar toen had ze haar zoon verstopt! 30 Toen de koning dat hoorde, werd hij zo verdrietig dat hij daar op de stadsmuur zijn kleren kapotscheurde. Toen kon iedereen zien dat hij onder zijn gewone kleren een rouwhemd aanhad op zijn blote lijf. 31 Hij zei: Het hoofd van Elisa, de zoon van Safat, gaat er vandaag nog af! Als dat niet gebeurt, mag God me straffen. De koning wil Elisa doden 32 Toen stuurde de koning een boodschapper naar Elisa toe. Elisa was thuis, en de leiders van Samaria waren bij hem. Maar nog voordat de boodschapper er was, zei Elisa tegen de leiders: Onze koning is een moordenaar! Hij heeft iemand hierheen gestuurd om mijn hoofd eraf te hakken! Als jullie die man zien, doe dan de deur dicht en houd hem tegen. Kijk, daar is hij al, en de koning komt achter hem aan! Elisa voorspelt het einde van de hongersnood 33 Elisa was nog aan het praten toen de koning op hem afkwam. De koning zei: Al deze ellende komt van de Heer, van hem verwacht ik geen hulp meer. 2 Koningen 7 1 Maar Elisa zei: Luister naar deze boodschap van de Heer: Morgen om deze tijd is alle ellende voorbij. Dan betaal je hier in Samaria nog maar 1 zilverstuk voor een hele zak meel of voor twee zakken gerst. 2 Toen zei de officier die bij de koning was: Dat kan nooit, zelfs niet als er graan uit de hemel zou vallen. Maar Elisa zei: U zult het zelf nog meemaken, maar u zult er niet meer van eten. Samaria wordt gered Vier mannen willen naar de Arameeërs 3 Buiten de stadspoort van Samaria zaten vier mannen die een ernstige huidziekte hadden. Ze zeiden tegen elkaar: We moeten hier niet blijven zitten tot we doodgaan!

15 4 Als we de stad in gaan, sterven we, want daar is geen eten. Maar als we hier blijven, sterven we ook. Kom op, we gaan naar het legerkamp van de Arameeërs. Als zij ons in leven laten, blijven we leven. En als ze ons doden, dan gaan we maar dood. Het legerkamp is verlaten 5 Toen het s avonds donker werd, gingen de mannen naar het kamp van de Arameeërs. Maar al bij de rand van het kamp zagen ze dat er niemand meer was. 6 Dat kwam zo: De Heer had in het kamp een enorm lawaai laten horen. Het klonk alsof er een groot leger met paarden en wagens aan kwam. De Arameeërs dachten dat ze werden aangevallen door de Hethieten en de Egyptenaren. En dat die volken daarvoor geld gekregen hadden van de koning van Israël. 7 Vlak voordat het donker werd, waren de Arameeërs weggevlucht om hun leven te redden. In de haast hadden ze hun tenten laten staan. En ze hadden ook hun paarden en ezels achtergelaten. Het hele kamp stond er nog. De vier mannen gaan de tenten in 8 Zo vonden de vier mannen het kamp. Ze gingen een tent in, en daar aten en dronken ze. Ze vonden ook goud en zilver en kleren in de tent. Ze namen alles mee en verstopten het. Bij een andere tent deden ze hetzelfde. 9 Maar toen zeiden ze tegen elkaar: We moeten hiermee stoppen. Er is vandaag goed nieuws: de Arameeërs zijn gevlucht! Dat moeten we nu meteen gaan vertellen in het paleis van de koning. Want als we wachten tot het licht wordt, worden we gestraft. De mannen waarschuwen de bewakers 10 De mannen gingen terug naar de stad, en riepen de bewakers van de stadspoort. Ze zeiden tegen hen: Wij waren in het legerkamp van de Arameeërs, maar daar was niemand te zien of te horen! Er waren alleen maar paarden en ezels, die nog vastgebonden waren. En de tenten stonden er ook nog. 11 De bewakers stuurden dat bericht naar het paleis van de koning. 12 Het was nacht, maar de koning stond meteen op. Hij zei tegen zijn raadgevers: Ik zal jullie vertellen wat die Arameeërs van plan zijn! Ze weten dat wij honger hebben. Daarom hebben ze hun kamp verlaten en zich ergens in de buurt verborgen. Ze denken dat wij de stad wel uit zullen komen. En dan willen ze ons levend gevangennemen en de stad veroveren. 13 Eén van de raadgevers antwoordde: We hebben nog een aantal paarden over, laten we die gebruiken. Want anders gaan ze toch dood, net als de mensen in deze stad. Laten we vijf van die paarden nemen en gaan kijken wat er gebeurd is. Het legerkamp wordt leeggehaald 14 Toen stuurde de koning twee wagens met paarden achter het leger van de Arameeërs aan. De mannen in die wagens moesten gaan kijken wat er gebeurd was. 15 Ze volgden de weg die de Arameeërs genomen hadden, tot aan de rivier de Jordaan. En ze zagen dat de hele weg vol lag met kleren en spullen die de Arameeërs in de haast hadden weggegooid. Ze gingen terug naar de koning om hem dat te vertellen.

16 16 Daarna ging iedereen de stad uit om het kamp van de Arameeërs leeg te halen. En ineens kostten twee zakken gerst of één zak meel nog maar 1 zilverstuk. Precies zoals de Heer gezegd had. De officier van de koning sterft 17 De officier die altijd bij de koning was, moest bij de stadspoort zorgen voor orde. Maar hij werd in de drukte onder de voet gelopen en stierf. Dat had de profeet Elisa al voorspeld toen de koning bij hem gekomen was. 18 Want Elisa had tegen de koning gezegd: Morgen om deze tijd kosten twee zakken gerst of één zak meel hier in Samaria nog maar 1 zilverstuk. 19 De officier van de koning had toen tegen de profeet gezegd: Dat kan nooit, zelfs niet als er graan uit de hemel zou vallen. Toen had Elisa geantwoord: U zult het zelf nog meemaken, maar u zult er niet meer van eten. 20 En zo ging het ook. Want de officier van de koning werd onder de voet gelopen bij de stadspoort, en stierf. 2 Koningen 8 De vrouw uit Sunem krijgt hulp Elisa waarschuwt de vrouw uit Sunem 1 Op een dag ging de profeet Elisa weer naar Sunem. In die stad had hij een kind dat gestorven was, weer levend gemaakt. Hij ging naar de moeder van het kind toe om haar te waarschuwen. Hij zei: U moet hier weggaan, met uw familie, en een tijd ergens anders gaan wonen. Want de Heer laat hier een hongersnood komen. Die zal zeven jaar duren. 2 De vrouw deed wat de profeet gezegd had. Ze vertrok met haar hele familie naar het land van de Filistijnen, en ze bleef daar zeven jaar. De vrouw vraagt hulp aan de koning 3 Na die zeven jaar keerde de vrouw terug naar Israël. Daar ging ze naar de koning toe. Ze wilde vragen of hij haar kon helpen om haar huis en haar grond terug te krijgen. 4 De koning was net aan het praten met Gechazi, de knecht van de profeet Elisa. De koning wilde alles weten over de wonderen die Elisa gedaan had. 5-6 Gechazi vertelde hoe Elisa een dood kind weer levend gemaakt had. Precies op dat moment kwam de vrouw uit Sunem binnen met haar zoon. Gechazi zei: Koning, dat is de moeder van het kind waarover ik u vertelde! En dat is de jongen zelf! De koning vroeg aan de vrouw wat ze kwam doen. Ze zei dat ze graag haar huis en haar grond terug wilde, en ze vroeg of hij haar kon helpen. Toen zei hij tegen één van zijn ambtenaren: Ga met deze vrouw mee, en zorg ervoor dat ze alles terugkrijgt wat vroeger van haar was. En ook alles wat haar land opgeleverd heeft vanaf de dag dat ze vertrokken is.

17 Elisa en Hazaël Elisa in Damascus 7 Op een dag kwam de profeet Elisa in Damascus. Benhadad, de koning van Aram, was op dat moment ziek. Toen hij hoorde dat de profeet in de stad was, 8 zei hij tegen zijn dienaar Hazaël: Ga met een geschenk naar de profeet toe. Hij moet aan de Heer vragen of ik weer beter zal worden. Hazaël komt bij Elisa 9 Hazaël ging naar de profeet Elisa toe, met veertig kamelen. Die droegen allerlei kostbare geschenken uit Damascus. Toen Hazaël bij de profeet aangekomen was, zei hij tegen hem: Koning Benhadad van Aram heeft mij naar u toe gestuurd. Hij wil weten of hij weer beter zal worden. 10 Elisa antwoordde: U moet tegen de koning zeggen dat hij helemaal beter zal worden. Maar de Heer heeft mij in een droom laten zien dat hij zal sterven. Elisa zegt dat Hazaël koning wordt 11 Daarna keek Elisa Hazaël een hele tijd strak aan. Toen begon hij opeens te huilen. 12 Hazaël vroeg hem: Profeet, waarom huilt u? Elisa antwoordde: Omdat ik weet dat u de Israëlieten veel ellende zult brengen. U zult hun steden veroveren en in brand steken. U zult hun jonge mannen doden, en ook hun kinderen, en zelfs hun zwangere vrouwen! 13 Hazaël zei: Hoe zou ik zoiets groots kunnen doen? Ik ben maar een slaaf, ik ben niet meer waard dan een hond! Maar Elisa antwoordde: De Heer heeft mij in een droom laten zien dat u koning van Aram zult worden. Hazaël doodt Benhadad 14 Toen ging Hazaël terug naar koning Benhadad. Die vroeg hem: Wat heeft Elisa tegen je gezegd? Hazaël antwoordde: U zult weer helemaal beter worden. 15 Maar de volgende dag pakte Hazaël een doek en maakte die nat met water. Toen drukte hij de doek op het gezicht van de koning, totdat die stikte. Daarna werd Hazaël zelf koning van Aram, in plaats van Benhadad. Koning Joram van Juda Joram wordt koning van Juda 16 Toen Joram, de zoon van Achab, vijf jaar koning van Israël was, kwam er een nieuwe koning in Juda. Die heette ook Joram. Deze Joram volgde zijn vader Josafat op als koning van Juda. 17 Hij was 32 jaar oud toen hij koning werd, en hij regeerde acht jaar vanuit Jeruzalem. Joram is een slechte koning 18 Koning Joram van Juda leefde net zo slecht als de koningen van Israël, de nakomelingen van Achab. Dat kwam doordat hij met een dochter van Achab getrouwd was. Joram deed dingen die de Heer slecht vond,

18 19 maar toch wilde de Heer Juda niet vernietigen. Want er moest altijd een nakomeling van David koning zijn in Jeruzalem. Dat had de Heer aan zijn dienaar David beloofd. De Edomieten komen in opstand 20 In de tijd dat Joram koning van Juda was, kwam het volk van Edom tegen hem in opstand. Ze kozen een eigen koning. 21 Daarom ging Joram met zijn leger en zijn strijdwagens naar de stad Saïr. Maar bij die stad werden ze omsingeld door de Edomieten. Toen begonnen Joram en zijn leger s nachts tegen de Edomieten te vechten. Het lukte hun om te ontsnappen en terug te gaan naar Juda. 22 Zo maakten de Edomieten zich los van Juda. En dat is altijd zo gebleven. In die tijd maakte ook de stad Libna zich los van Juda. De dood van Joram 23 Alle andere verhalen over Joram staan opgeschreven in de boeken over de koningen van Juda. 24 Toen Joram stierf, werd hij bij zijn voorouders begraven in het oude deel van Jeruzalem. Zijn zoon Achazja volgde hem op. Koning Achazja van Juda Achazja wordt koning van Juda 25 Achazja werd koning van Juda toen Joram, de zoon van Achab, twaalf jaar koning van Israël was. 26 Achazja was 22 jaar oud toen hij koning werd, en hij regeerde één jaar vanuit Jeruzalem. Zijn moeder heette Atalja. Zij was een kleindochter van koning Omri van Israël. Achazja is een slechte koning 27 Achazja leefde net zoals de nakomelingen van Achab: ook hij deed dingen die de Heer slecht vond. Dat kwam doordat zijn moeder een dochter van Achab was. Oorlog tegen de Arameeërs Koning Achazja van Juda ging samen met koning Joram van Israël naar de stad Ramot, in het gebied Gilead. Daar voerden ze oorlog tegen koning Hazaël van Aram. Maar Joram raakte gewond in het gevecht. Hij ging terug naar de stad Jizreël om zijn wonden te laten genezen. Achazja ging daar ook heen, om te kijken hoe het met de zieke koning Joram ging. 2 Koningen 9

19 Koning Jehu van Israël Elisa stuurt een profeet naar Ramot 1 Intussen riep de profeet Elisa één van de jonge profeten uit Samaria bij zich. Hij gaf hem de volgende opdracht: Ga naar de stad Ramot in het gebied Gilead, en neem een kruikje olie mee. 2 Als je in Ramot bent, ga dan naar Jehu, de zoon van Josafat en de kleinzoon van Nimsi. En neem hem mee naar een plek waar je met hem alleen kunt zijn. 3 Daar moet je olie over zijn hoofd gieten. Zeg daarbij: Dit zegt de Heer: Jehu, ik maak jou koning van Israël. Daarna moet je de kamer uit gaan en weggaan, zo snel als je kunt. Jehu krijgt een boodschap van de Heer 4 De jonge profeet ging naar de stad Ramot. 5 Toen hij daar aankwam, zaten Jehu en de andere legerleiders bij elkaar. De profeet zei: Ik heb een boodschap voor u. Voor mij? vroeg Jehu. De profeet antwoordde: Ja, voor u! 6 Jehu stond op en ging samen met de profeet een huis binnen. Daar goot de profeet olie over Jehu s hoofd, en hij zei: Dit zegt de Heer, de God van Israël: Jehu, ik maak jou koning van mijn volk Israël. 7 Jij zult de familie van koning Achab vernietigen, de familie bij wie je nu nog in dienst bent. Zo zal ik ze straffen. Want Izebel, de vrouw van Achab, heeft mijn profeten en al mijn andere dienaren gedood. 8 Daarom moet de hele familie van Achab sterven, alle mannen, iedereen, jong en oud. 9 Het zal met de familie van Achab net zo gaan als met de familie van Jerobeam, de zoon van Nebat. En net als met de familie van Basa, de zoon van Achia. 10 Izebel zal door de honden opgegeten worden, op een akker bij de stad Jizreël. Niemand zal haar begraven. Daarna ging de profeet het huis uit en vertrok, zo snel als hij kon. Jehu wordt koning 11 Jehu ging terug naar de andere legerleiders. Die vroegen hem: Is alles goed? Wat had die gek je te vertellen? Jehu antwoordde: Jullie kennen hem toch? Hij zei niets bijzonders. 12 Dat geloven we niet, zeiden ze. Vertel het nu maar! Toen zei Jehu: Hij gaf me deze boodschap van de Heer: Jehu, ik maak jou koning van Israël. 13 Meteen trokken de legerleiders hun jassen uit, en legden die voor hem neer op de treden van de trap. Ze bliezen op trompetten en riepen: Jehu is onze koning! Jehu gaat naar de stad Jizreël 14 Toen maakte Jehu samen met anderen een plan om koning Joram van Israël te doden. Joram had met zijn leger de stad Ramot beschermd tegen koning Hazaël van Aram.

20 15-16 Maar Joram was in de strijd gewond geraakt. Hij was teruggegaan naar de stad Jizreël om weer gezond te worden. Daar lag hij nu ziek in bed, en koning Achazja was bij hem op bezoek. Jehu zei tegen de andere legerleiders: Als jullie mij echt als koning willen, zorg er dan voor dat niemand Ramot kan verlaten. Want er mag niemand naar Jizreël gaan om te vertellen wat hier gebeurd is. Toen reed Jehu zelf op zijn strijdwagen naar Jizreël. Een bewaker ziet Jehu aankomen 17 De bewaker op de toren van Jizreël zag Jehu en zijn mannen in de verte aankomen. Hij riep naar beneden: Er komt een groep mannen naar de stad! Toen koning Joram dat bericht hoorde, stuurde hij een boodschapper op een paard naar de mannen toe. Die moest gaan vragen of alles in orde was. 18 De boodschapper reed naar Jehu toe en zei: De koning vraagt of alles in orde is. Jehu antwoordde: Dat is jouw zaak niet! Blijf hier en kom achter mij aan. De bewaker op de toren liet aan de koning weten: Uw boodschapper is bij de mannen aangekomen, maar hij komt niet terug. 19 Toen stuurde Joram nog een boodschapper. Ook die kwam bij Jehu en zei: De koning vraagt of alles in orde is. Opnieuw antwoordde Jehu: Dat is jouw zaak niet! Blijf hier en kom achter mij aan. 20 De bewaker liet aan de koning weten: De tweede boodschapper is nu bij de mannen, maar ook hij komt niet terug. Maar volgens mij is het Jehu die eraan komt, want hij rijdt als een gek! Joram sterft 21 Toen liet koning Joram zijn strijdwagen halen. Daarop reed hij Jehu tegemoet, samen met koning Achazja van Juda, die op zijn eigen wagen reed. Ze ontmoetten Jehu op het land van Nabot uit Jizreël. 22 Toen Joram Jehu zag, riep hij: Is alles in orde, Jehu? Jehu antwoordde: Hoe kunt u dat vragen? Er is helemaal niets in orde! Want de afgoden van uw moeder Izebel worden nog steeds vereerd, en zij gaat ook nog steeds door met haar toverkunsten! 23 Meteen keerde Joram om en vluchtte. Hij riep naar Achazja: Ze hebben ons verraden! 24 Maar Jehu greep zijn boog en schoot een pijl op Joram af. De pijl raakte hem in zijn rug en ging dwars door zijn hart. Joram viel dood neer in zijn wagen. Joram wordt niet begraven 25 Jehu zei tegen Bidkar, de officier die bij hem was: Pak Jorams lichaam op en gooi het op het land van Nabot uit Jizreël. Weet je nog hoe wij samen achter Jorams vader Achab aan reden? Toen heeft de Heer al gezegd dat dit zou gebeuren. 26 Want hij zei tegen Achab: Gisteren heb ik gezien hoe Nabot en zijn zonen zijn gestorven. Jij hebt ze vermoord! Daarvoor zal ik je straffen, hier op het land van Nabot. Nu gebeurt er wat de Heer toen gezegd heeft. Pak Jorams lichaam op en gooi het hier neer. Achazja sterft

21 27 Toen koning Achazja van Juda zag wat er gebeurde, vluchtte hij in de richting van de stad Bet-Haggan. Maar Jehu ging achter hem aan en riep: Dood hem ook! Achazja reed met zijn wagen naar de stad Gur, die in de buurt van de stad Jibleam lag. Onderweg raakte hij gewond, maar hij kon nog net vluchten naar de stad Megiddo. Daar stierf hij. 28 De dienaren van Achazja brachten zijn lichaam op een wagen naar Jeruzalem. Ze begroeven hem bij zijn voorouders in het oude deel van de stad. 29 Achazja was koning van Juda geworden toen Joram, de zoon van Achab, elf jaar koning van Israël was. Izebel sterft 30 Izebel, de vrouw van Achab, hoorde dat Jehu onderweg was naar Jizreël. Ze maakte zich mooi op, en kamde haar haar. Toen ging ze bij het raam staan wachten. 31 Zodra Jehu door de stadspoort kwam, riep ze: Gaat het goed met je, Jehu? Jij hebt toch je meester vermoord? Net als Zimri, die koning Ela vermoord heeft! 32 Jehu keek omhoog en riep: Zijn daar mensen die mij willen steunen? Wie o wie? Een paar dienaren keken naar buiten. 33 Jehu zei: Gooi Izebel het raam uit! Dat deden de dienaren. Het bloed van Izebel spatte op de stadsmuur en op de paarden, en Jehu reed over haar lichaam heen. Izebel krijgt geen graf 34 Jehu ging het paleis in, en hij liet eten en drinken brengen. Toen hij dat ophad, zei hij: Die vrouw heeft haar straf gehad. Nu moeten jullie haar gaan begraven, want ze is wel de dochter van een koning. 35 Maar de mannen die dat wilden doen, vonden alleen nog haar schedel en haar handen en voeten. 36 Dat gingen ze aan Jehu vertellen. Die zei: Zo heeft de Heer het voorspeld. Want de profeet Elia heeft gezegd: Izebel zal door de honden opgegeten worden, op een akker bij de stad Jizreël. 37 De resten van haar lichaam zullen als mest op het land blijven liggen. Niemand zal kunnen zeggen: Dit is het graf van Izebel. 2 Koningen 10 Jehu doodt Achabs familie Jehu stuurt een brief naar Samaria 1 Na de dood van Joram waren er nog zeventig zonen van koning Achab in leven. Zij woonden in de stad Samaria. Jehu schreef een brief aan de leiders van de stad en aan de mensen die voor Achabs zonen zorgden. In die brief stond: 2 Jullie stad is sterk. Jullie hebben wapens, paarden en wagens. De zonen van koning Achab wonen bij jullie.

GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL!

GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL! GELOOF GROOT BEGIN KLEIN! GRAAF EEN GREPPEL! 2 Koningen 3: 4-24 4. Koning Mesa van Moab was schapenfokker. Hij betaalde aan de koning van Israël belasting. Die belasting bestond uit 100.000 lammetjes en

Nadere informatie

Welke profetie gaf precies aan het einde van Achab en Izebel?

Welke profetie gaf precies aan het einde van Achab en Izebel? Hoe de profetie over Achab en Izebel is uitgekomen. Welke profetie gaf precies aan het einde van Achab en Izebel? 1 Koningen 21:17-19 17 Maar het woord van de HEERE kwam tot Elia, de Tisbiet: 18 Sta op,

Nadere informatie

Om 9.55 uur zingen we samen met de muziekgroep: U bent heilig

Om 9.55 uur zingen we samen met de muziekgroep: U bent heilig Westlanddienst op zondag 28 mei in de Dorpskerk te s-gravenzande m.m.v. de Muziekgroep; Schriftlezer is Sjaan van der Kaaij Thema: Kopje onder Voor de dienst zingt en speelt de muziekgroep Om 9.55 uur

Nadere informatie

Door wie werd Samaria belegerd en welke economische situaties ontstonden er?

Door wie werd Samaria belegerd en welke economische situaties ontstonden er? De wonderbare redding van Samaria. Door wie werd Samaria belegerd en welke economische situaties ontstonden er? 2 Koningen 6:24-25 24 Het gebeurde daarna, dat Benhadad, de koning van Syrië, zijn hele leger

Nadere informatie

Ruth 1. Ruth en Noömi

Ruth 1. Ruth en Noömi Ruth 1 Ruth en Noömi Elimelech en zijn familie 1 Toen de rechters het land bestuurden, was er eens hongersnood in Juda. Daarom besloot een man uit Betlehem naar het land Moab te gaan. Zijn vrouw en zijn

Nadere informatie

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur. Psalmen Psalm 78 1 Een lied van Asaf. De lessen van het verleden Luister allemaal naar mijn woorden. Luister goed, want ik wil jullie iets leren. 2 Wijze woorden wil ik spreken, wijze woorden over het

Nadere informatie

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi.

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. Maleachi 1 1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi. De liefde van de Heer 2-3 De Heer zegt: Ik houd van jullie, Israëlieten!

Nadere informatie

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. Joël 1 1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen. De Heer straft zijn volk Sprinkhanen hebben alles opgegeten 2-4 Leiders en inwoners

Nadere informatie

Teleurstelling en God?!

Teleurstelling en God?! Teleurstelling en God?! 1 Kon 19:1 18 Traject24, Driebergen 15 februari 2015 Bijbelgedeelte: 1 Koningen 19:1-18 1 Achab vertelde Izebel alles wat Elia had gedaan, ook dat hij alle profeten ter dood had

Nadere informatie

Dienst met doventolk Zondag 2 september :30 uur

Dienst met doventolk Zondag 2 september :30 uur Dienst met doventolk Zondag 2 september 2018 09:30 uur Lied 283 Lied 286 : 1 Lied 286 : 3 Lied 423 : 1 1 Koningen 19 : 1 16 Psalm 139 : 3 en 5 Johannes 14 : 7-11 Overweging Lied 906 : 5 Lied 839 : 1 en

Nadere informatie

ELISA, MAN VAN WONDEREN

ELISA, MAN VAN WONDEREN Bijbel voor Kinderen presenteert ELISA, MAN VAN WONDEREN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door:

Nadere informatie

2 Koningen 4:11-37 (nbv)

2 Koningen 4:11-37 (nbv) 2 Koningen 4:11-37 (nbv) 11 Toen Elisa op een dag weer door Sunem kwam, onderbrak hij zijn reis en ging rusten in het voor hem ingerichte i vertrek. 12 Hij vroeg zijn knecht Gechazi de gastvrouw te roepen.

Nadere informatie

Wat had deze vrouw uit Sunem voortdurend over voor de profeet Elisa?

Wat had deze vrouw uit Sunem voortdurend over voor de profeet Elisa? De vrouw uit Sunem. Wat had deze vrouw uit Sunem voortdurend over voor de profeet Elisa? 2 Koningen 4:8-9 8 Het gebeurde op een dag dat Elisa langs Sunem kwam, dat daar een vrouw van aanzien was, die er

Nadere informatie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

EEN PRINS WORDT EEN HERDER Bijbel voor Kinderen presenteert EEN PRINS WORDT EEN HERDER Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Erna van Barneveld

Nadere informatie

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn.

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn. De Syriërs met blindheid geslagen. Wat was de koning van Syrië van plan? 2 Koningen 6:8 8 De koning van Syrië voerde oorlog tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet

Nadere informatie

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen.

God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6. De berg op Genesis 22:1-8. God heeft me heel gelukkig gemaakt! Ze noemden hun zoon Izak. Dat betekent: lachen. 35 God houdt zijn belofte Genesis 21:1-6 Abraham wist dat God zich met Sodom en Gomorra aan Zijn woord gehouden had. Hij vertrouwde erop dat God Zijn belofte aan hem en Sara ook zou houden. Ze zouden een

Nadere informatie

Vraag 4 a. De profeten- leerlingen accepteren en respecteren Elisa als de opvolger van Elia.

Vraag 4 a. De profeten- leerlingen accepteren en respecteren Elisa als de opvolger van Elia. Antwoorden 20.1: God zorgt a. Gilgal, Bethel, Jericho, de Jordaan. Elia en Elisa reisden van Gilgal naar Bethel, van Bethel naar Jericho en van Jericho naar de Jordaan. b + c a. Twee delen van zijn geest

Nadere informatie

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Bijbel voor Kinderen presenteert JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

EEN PRINS WORDT EEN HERDER Bijbel voor Kinderen presenteert EEN PRINS WORDT EEN HERDER Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Erna van Barneveld

Nadere informatie

Kijk naar de koning van vrede en recht. Hij is een redder, een held die niet vecht. Zwaai met een palmtak en weet wat je ziet:

Kijk naar de koning van vrede en recht. Hij is een redder, een held die niet vecht. Zwaai met een palmtak en weet wat je ziet: Kijk naar de koning van vrede en recht. Hij is een redder, een held die niet vecht. Zwaai met een palmtak en weet wat je ziet: Hij brengt je vreugde, maar ook verdriet. Wij zingen als Intochtslied: Lied

Nadere informatie

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief 1 Tessalonicenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Tessalonica 1 Dit is een brief van Paulus, Silvanus en Timoteüs, aan de christenen in de stad Tessalonica. Jullie horen bij God, de

Nadere informatie

2 Koningen 7: De Heer had namelijk in het Aramese kamp het geluid laten klinken van paarden en wagens, van een groot leger, en de Arameeërs hadd

2 Koningen 7: De Heer had namelijk in het Aramese kamp het geluid laten klinken van paarden en wagens, van een groot leger, en de Arameeërs hadd 2 Koningen 7:3-16 3 Nu waren er bij de stadspoort vier mannen die aan huidvraat leden. Ze zeiden tegen elkaar: Waarom zouden we hier de dood blijven afwachten? 4 Als we de stad binnengaan, zullen we van

Nadere informatie

Welke functie had Naäman in Syrië?

Welke functie had Naäman in Syrië? Naäman door Elisa genezen. Welke functie had Naäman in Syrië? 2 Koningen 5:1 1 Naäman, de bevelhebber van het leger van de koning van Syrië, was een aanzienlijk man in de ogen van zijn heer en van hoog

Nadere informatie

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters.

De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Over dit boek De ontelbaren is geschreven door Jos Verlooy en Nicole van Bael. Samen noemen ze zich Elvis Peeters. Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel gaat over een man die vlucht naar Europa.

Nadere informatie

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2)

Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Het verhaal van de schepping (Genesis 1 en 2) Toen God begon met zijn schepping, was het donker en leeg. Maar God zei: Laat er licht zijn! En opeens was er licht. Nu was het niet donker meer, maar nog

Nadere informatie

Simone Foekens. met illustraties van Melanie Broekhoven SpecialBooX, Zuid-Beijerland. Kinderbijbel

Simone Foekens. met illustraties van Melanie Broekhoven SpecialBooX, Zuid-Beijerland.  Kinderbijbel Kinderbijbel 2017 SpecialBooX, Zuid-Beijerland www.specialboox.nl Kinderbijbel Tekst: Simone Foekens Illustraties: Melanie Broekhoven Ontwerp en vormgeving: SpecialBooX Simone Foekens met illustraties

Nadere informatie

Omgaan met iemand die depressief is

Omgaan met iemand die depressief is Omgaan met iemand die depressief is Tim van Dijl depressief zijn (inclusief levensverhaal) Context depressief zijn (inclusief levensverhaal) 1 Koningen 19:3 18 (BB) Ik zweer bij de goden dat jij morgen

Nadere informatie

De steen die verhalen vertelt.

De steen die verhalen vertelt. De steen die verhalen vertelt. Heel lang geleden kenden de mensen geen verhalen, er waren geen verhalenvertellers. Het leven zonder verhalen was heel moeilijk, vooral gedurende de lange winteravonden,

Nadere informatie

EEN FAVORIETE ZOON WORDT EEN SLAAF

EEN FAVORIETE ZOON WORDT EEN SLAAF Bijbel voor Kinderen presenteert EEN FAVORIETE ZOON WORDT EEN SLAAF Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Byron Unger en Lazarus Aangepast door: M. Kerr en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul

Nadere informatie

Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan!

Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan! Pasen 2016 Daar juicht een toon, daar klinkt een stem, Die galmt door heel Jeruzalem; Een heerlijk morgenlicht breekt aan; De Zoon van God is opgestaan! Geen graf hield Davids Zoon omkneld, Hij overwon,

Nadere informatie

Pinksteren: feest van de geest! Dienst door, met en voor jongeren en voor iedereen

Pinksteren: feest van de geest! Dienst door, met en voor jongeren en voor iedereen Pinksteren: feest van de geest! Dienst door, met en voor jongeren en voor iedereen Dorpskerk Wassenaar 9 juni 2019 Klokluiden Orgelspel Welkom en mededelingen -allen gaan staan- Zingen (staande): lied

Nadere informatie

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus.

Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus. Boek1. Les 1. Dit is het verhaal van Maria. Dit is het verhaal van de engel. Dit is het verhaal van Jezus. De engel zei: God zal jou een kind geven. God zal jou Zijn Kind geven. God zal jou Jezus geven.

Nadere informatie

ELISA, MAN VAN WONDEREN

ELISA, MAN VAN WONDEREN Online Bijbel voor kinderen presenteert ELISA, MAN VAN WONDEREN Geschreven door Edward Hughes Illustraties door Janie Forest and Lazarus Aangepast door Lyn Doerksen Alle Bijbelcitaten zijn afkomstig uit

Nadere informatie

Wie had een wijngaard naast het paleis van koning Achab?

Wie had een wijngaard naast het paleis van koning Achab? Koning Achab en Naboth. Wie had een wijngaard naast het paleis van koning Achab? 1 Koningen 21:1 Naboth uit Jizreël had een wijngaard die in Jizreël lag, naast het paleis van Achab, de koning van Samaria.

Nadere informatie

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Bijbel voor Kinderen presenteert GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

Jezus hield veel van Marta en haar zuster, en van Lazarus. Maar toen hij gehoord had dat Lazarus ziek was, bleef hij toch nog twee dagen waar hij

Jezus hield veel van Marta en haar zuster, en van Lazarus. Maar toen hij gehoord had dat Lazarus ziek was, bleef hij toch nog twee dagen waar hij Johannes 11:1-45 Er was iemand ziek, een zekere Lazarus uit Betanië, het dorp waar Maria en haar zuster Marta woonden dat was de Maria die Jezus met olie gezalfd heeft en zijn voeten met haar haar heeft

Nadere informatie

1. Bij een nieuw begin

1. Bij een nieuw begin Inhoudsopgave Bij een nieuw begin 13 Een bijeenkomst beginnen 37 Bij het begin van de dag 59 Bij een goed gesprek 85 Bij verdriet 119 Bij vreugde 147 Bij twijfel 183 Bij zorgen 215 Bij ziekte 245 Om troost

Nadere informatie

Mieke Lansbergen. Op een dag leek het me een goed idee om een offer te maken voor God. Uit dankbaarheid voor alles wat groeit, en omdat

Mieke Lansbergen. Op een dag leek het me een goed idee om een offer te maken voor God. Uit dankbaarheid voor alles wat groeit, en omdat Mieke Lansbergen Hallo? Ha! Zie je mij? Kijk! Kijk even naar mij. Ik ben Kaïn. Fijn dat ik even iemand tegenkom! Ik loop hier al een tijd te dwalen, en het is zo saai in je eentje. Ik kom daar vandaan.

Nadere informatie

Samen met Jezus op weg

Samen met Jezus op weg Samen met Jezus op weg KERK & WERELD Korte Schipstraat 16 2800 Mechelen Tekst: Myrjam De Keyser 1. De laatste keer samen Jezus en zijn leerlingen willen graag het paasfeest vieren. Daarvoor zijn ze naar

Nadere informatie

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF

GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Bijbel voor Kinderen presenteert GOD EERT JOZEF, DE SLAAF Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

Orde van de dienst voor de school-en-kerkdienst op 11 november 2018 In sporthal De Kamp

Orde van de dienst voor de school-en-kerkdienst op 11 november 2018 In sporthal De Kamp Orde van de dienst voor de school-en-kerkdienst op 11 november 2018 In sporthal De Kamp Thema: Mooi Gelukkig M.m. v.: * Leerlingen en Leerkrachten van de Bovenbouw Elzenhof * De-Nu-Je-Onderweg-Band * Voorganger:

Nadere informatie

Maandag. God is toch sterker

Maandag. God is toch sterker Gezinsdagboek Biddag 2018 Maandag God is toch sterker Bijbel lezen Leesvraag: Wat doet de koning met de brief? Lees samen: 2 Koningen 19: 14-19 Het is oorlog. Oorlog is iets verschrikkelijks. Jeruzalem

Nadere informatie

David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, mannen. 2 Met dat leger trok hij naar

David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, mannen. 2 Met dat leger trok hij naar David wil de kist van het verbond ophalen 1 Toen verzamelde David opnieuw alle jongemannen van Israël, 30.000 mannen. 2 Met dat leger trok hij naar Baäl-Juda om de kist van het verbond van God op te halen,

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Bijbel voor Kinderen presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: E. Frischbutter Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door:

Nadere informatie

... NAAR EEN BETERE WERELD

... NAAR EEN BETERE WERELD ... NAAR EEN BETERE WERELD Wat ik waardevolle Wat mijn groep waardeafspraken vind... volle afspraken vindt... Wat God waardevolle afspraken vindt... TIEN WOORDEN VAN GOD Ik ben jullie enige God. Als je

Nadere informatie

Ik, de HEER, ben niet veranderd. Mal.3:6

Ik, de HEER, ben niet veranderd. Mal.3:6 Ik, de HEER, ben niet veranderd Mal.3:6 Ik, de HEER, ben niet veranderd Mal.3:6 5 Ik zal naar jullie toe komen om recht te spreken, en ik zal niet aarzelen te getuigen tegen tovenaars en echtbrekers,

Nadere informatie

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal

Verloren grond. Murat Isik. in makkelijke taal Verloren grond Murat Isik in makkelijke taal Moeilijke woorden zijn onderstreept en worden uitgelegd in de woordenlijst op pagina 84. Dit boek heeft het keurmerk Makkelijk Lezen Mijn geboorte Mijn verhaal

Nadere informatie

Maand 10 week 1: Mozes sterft.

Maand 10 week 1: Mozes sterft. Maand 10 week 1: Mozes sterft. Lees eerst het Bijbelverhaal in Deuteronomium 32:45-52 en 34:1-12 - Sterven van Mozes - Jozua de nieuwe leider Zet in de goede volgorde: Esau Mozes Levi Welke naam hoort

Nadere informatie

Baalderdienst Zondag 6 november 2016

Baalderdienst Zondag 6 november 2016 Baalderdienst Zondag 6 november 2016 Welkom! Wie durft 1 Orde voor de Baalderdienst Voorganger: Muziek: Organist: ds. Wim van der Wel de-nu-je-onderweg-band Bert Slijkhuis Voor de dienst: Muziek Welkomstwoord

Nadere informatie

Wie is Jezus, deel 2. les 5b FOLLOW

Wie is Jezus, deel 2. les 5b FOLLOW Wie is Jezus, deel 2 les 5b DEEL 2B FOLLOW JEZUS, DE REDDER Joh 4:7-9,22 Jezus deed in dit verhaal een aantal dingen die niet gebruikelijk waren. Hij sprak alleen met een vrouw. Dit was ook nog eens een

Nadere informatie

Engelenverhalen (Inleiding) 2 Koningen 6; Psalm 80. Gert Hijkoop 22 juli 2018

Engelenverhalen (Inleiding) 2 Koningen 6; Psalm 80. Gert Hijkoop 22 juli 2018 Engelenverhalen (Inleiding) 2 Koningen 6; Psalm 80 Gert Hijkoop 22 juli 2018 2 Koningen 6:8-23 (HSV) 8 De koning van Syrië voerde oorlog tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp

Nadere informatie

DE GEBOORTE VAN JEZUS

DE GEBOORTE VAN JEZUS Bijbel voor Kinderen presenteert DE GEBOORTE VAN JEZUS Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd door:

Nadere informatie

2

2 1 2 3 4 5 6 Mt 16,21 7 8 9 10 Ze spraken met elkaar over alles wat er gebeurd was. 15 Terwijl ze zo liepen te praten, kwam er iemand bij hen lopen. Het was Jezus, 16 maar de leerlingen herkenden hem niet.

Nadere informatie

KONING DAVID (DEEL 2)

KONING DAVID (DEEL 2) Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod?

Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Zondag 35 Zondag 35 gaat over het tweede gebod. Lees de tekst van Zondag 35. Vraag 96 : Wat eist God in het tweede gebod? Antw : Dat wij God in generlei wijze afbeelden en op geen andere wijze vereren,

Nadere informatie

Had het werk van de profeten Elia en Elisa velen tot inkeer gebracht?

Had het werk van de profeten Elia en Elisa velen tot inkeer gebracht? De laatste jaren van de profeet Elisa. Had het werk van de profeten Elia en Elisa velen tot inkeer gebracht? Maar de hervorming, door Elia begonnen en voortgezet door Elisa, had velen ertoe gebracht God

Nadere informatie

De exodus. Foto s van het materiaal

De exodus. Foto s van het materiaal De exodus Focus van dit verhaal De focus van dit verhaal ligt bij de uittocht van het volk van God (Exodus 11:1 15:21). Het verhaal is één van de heilige verhalen en behoort tot de kernpresentatie. Lesdoelen

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2)

Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Bijbel voor Kinderen presenteert KONING DAVID (DEEL 2) Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

Wat zei Elia tegen koning Achab en wat ging Elia vervolgens doen?

Wat zei Elia tegen koning Achab en wat ging Elia vervolgens doen? Regen op komst. Wat zei Elia tegen koning Achab en wat ging Elia vervolgens doen? 1 Koningen 18:41-42 41 Daarna zei Elia tegen Achab: Ga op weg, eet en drink, want er is een gedruis van een overvloedige

Nadere informatie

Verhaal: Jozef en Maria

Verhaal: Jozef en Maria Verhaal: Jozef en Maria Er was eens een vrouw, Maria. Maria was een heel gewone jonge vrouw, net zo gewoon als jij en ik. Toch had God haar uitgekozen om iets heel belangrijks te doen. Iets wat de hele

Nadere informatie

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 108 1 Een lied van David. God geeft mij moed 2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart. 3 Ik wil mijn harp laten klinken, ik wil de zon wakker maken met mijn lied. 4 Heer,

Nadere informatie

Mededelingen door de ouderling van dienst. Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7

Mededelingen door de ouderling van dienst. Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7 Mededelingen door de ouderling van dienst Margreet Reitsma Pastoraal Ouderling, sectie 7 Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe Liedboek) Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe Liedboek) Lied 221 vers 1, 2 en 3 (Nieuwe

Nadere informatie

Kinderdienst: Helden Over David en Goliath.

Kinderdienst: Helden Over David en Goliath. Kinderdienst: Helden Over David en Goliath. Voor de dienst: *Wat is dat, dat is Goliath *Trek je wapenrusting aan *Ik volg de Heer *Groot en machtig zijt Gij 387 *Van A tot Z 241 opwekking voor kids Welkom

Nadere informatie

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis De omwisseling aan het kruis Het wonder van het kruis / De Omwisseling Vergeving Verlossing / Reiniging Genezing Bevrijding Verzoening Nieuw leven Getsemane Diezelfde avond ging

Nadere informatie

Mededelingen door de ouderling van dienst. Ingrid de Gier Jeugd ouderling

Mededelingen door de ouderling van dienst. Ingrid de Gier Jeugd ouderling Mededelingen door de ouderling van dienst Ingrid de Gier Jeugd ouderling Psalm 61 1, 3 en 5 Psalm 40 4 en 5 (Oude Berijming) Gezang 249 1, 2 en 3 Schriftlezing Johannes 11:1-57 (NBV) Gezang 329 1, 2 en

Nadere informatie

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen,

De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen, De eekhoorn kon niet slapen. Hij liep van zijn deur om zijn tafel heen naar zijn kast, bleef daar even staan, aarzelde of hij de kast zou opendoen, deed hem niet open, liep langs de andere kant van de

Nadere informatie

JESAJA ZIET IN DE TOEKOMST

JESAJA ZIET IN DE TOEKOMST Bijbel voor Kinderen presenteert JESAJA ZIET IN DE TOEKOMST Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd door:

Nadere informatie

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren.

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren. Habakuk 1 1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren. Habakuk stelt vragen aan God Habakuk begrijpt niet wat God doet 2 Habakuk zei: Heer, hoe lang moet ik nog om hulp

Nadere informatie

"Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5"

Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5 "Afraid of the Dead ( The Escape ) Hoofdstuk 5" Voor het eerst alleen Ik werd wakker in een kamer. Een witte kamer. Ik wist niet waar ik was, het was in ieder geval niet de Isolatieruimte. Ik keek om me

Nadere informatie

kids en de Bijbel voorlezen of zelf lezen, samen bidden, kleuren, puzzelen en knutselen

kids en de Bijbel voorlezen of zelf lezen, samen bidden, kleuren, puzzelen en knutselen kids en de Bijbel voorlezen of zelf lezen, samen bidden, kleuren, puzzelen en knutselen Verhalen die de Here Jezus als kind hoorde: David, Saul en Jonatan Nadat hij Goliat had verslagen en de Filistijnen

Nadere informatie

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen:

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen: Jaargang 8, nummer 19 Voorganger: ds. Piet Jan Rebel Koor o.l.v. Tanja van Dijk Piano: Myrre van Dijk, David van Dijk Zaterdag 20 april 2019 Paaswake Een nacht vol hoop Binnenkomst in stilte in de donkere

Nadere informatie

Thema van vandaag : Vraag iemand je te helpen!

Thema van vandaag : Vraag iemand je te helpen! Kinder Woord Dienst van Oase Elke keer dat je komt, krijg je een Bijbel verhaal, Verzamel ze en je hebt je eigen Bijbel! Op weg naar Pasen Thema van vandaag : Vraag iemand je te helpen! Eerste lezing:

Nadere informatie

DE GEBOORTE VAN JEZUS

DE GEBOORTE VAN JEZUS Bijbel voor Kinderen presenteert DE GEBOORTE VAN JEZUS Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: M. Maillot Aangepast door: E. Frischbutter en Sarah S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd door:

Nadere informatie

Online Bijbel voor kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR

Online Bijbel voor kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Online Bijbel voor kinderen presenteert DE MAN VAN GODS VUUR Geschreven door Edward Hughes Illustraties door Janie Forest and Lazarus Aangepast door Lyn Doerksen Alle Bijbelcitaten zijn afkomstig uit Het

Nadere informatie

2

2 2 Het kerstverhaal Kijk ook op: www.ploegsma.nl www.viviandenhollander.nl www.miesvanhout.nl ISBN 978 90 216 7085 0 / NUR 227 Tekst: Vivian den Hollander 2012 Illustraties: Mies van Hout 2012 Vormgeving:

Nadere informatie

De geboorte van Jezus

De geboorte van Jezus Bible for Children stelt voor De geboorte van Jezus Geschreven door: Edward Hughes Geïllustreerd door: M. Maillot Bewerkt door: E. Frischbutter; Sarah S. Vertaald door: Christian Lingua Geproduceerd door:

Nadere informatie

Bible for Children stelt voor. De geboorte van Jezus

Bible for Children stelt voor. De geboorte van Jezus Bible for Children stelt voor De geboorte van Jezus Geschreven door: Edward Hughes Geïllustreerd door: M. Maillot Bewerkt door: E. Frischbutter; Sarah S. Vertaald door: Christian Lingua Geproduceerd door:

Nadere informatie

Wie kreeg van God de ingeving om de Filistijnen een lesje te leren?

Wie kreeg van God de ingeving om de Filistijnen een lesje te leren? Jonathan verslaat met de hulp van God de Filistijnen. Wie kreeg van God de ingeving om de Filistijnen een lesje te leren? 1 Samuel 14:1, eerste deel 1 Op een dag gebeurde het dat Jonathan, de zoon van

Nadere informatie

De sprookjesverzamelaar

De sprookjesverzamelaar De sprookjesverzamelaar Lieve ogen die dit boek lezen, lieve warme handen die het vasthebben. Sprookjes zijn de beste reizigers en de succesvolste migranten die ooit op onze prachtige planeet hebben bestaan.

Nadere informatie

De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het

De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het De wereld op zijn kop! Kan de wereld op zijn kop staan? Met gym heb je het vast wel eens geprobeerd Op je kop staan, bedoel ik, soms lukt het Maar het duurt maar heel even dat op de kop staan De wereld

Nadere informatie

LES 6. De Tempel opbouwen

LES 6. De Tempel opbouwen LES De Tempel opbouwen Sabbat Doe Lees Ezra 4- goed door. Heeft iemand jou ooit afgeremd toen je enthousiast was over een project? Hoe ging je met die persoon om? Hoe zou jij je voelen als je bij de Tempel

Nadere informatie

Filippenzen 1. Begin van de brief

Filippenzen 1. Begin van de brief Filippenzen 1 Begin van de brief Paulus groet de christenen in Filippi 1 Dit is een brief van Paulus, aan alle mensen in de stad Filippi die dankzij Jezus Christus bij God horen. De brief is ook voor de

Nadere informatie

Wie belegerde de stad Jabes en wat stelden de inwoners van Jabes aan de aanvallers voor?

Wie belegerde de stad Jabes en wat stelden de inwoners van Jabes aan de aanvallers voor? Saul verslaat de Ammonieten en bevrijdt de stad Jabes. Wie belegerde de stad Jabes en wat stelden de inwoners van Jabes aan de aanvallers voor? 1 Samuel 11:1 1 Toen trok Nahas, de Ammoniet, ten strijde

Nadere informatie

Wat gebeurde er met de beek Krith?

Wat gebeurde er met de beek Krith? Elia bij de weduwe in Zarfath. Wat gebeurde er met de beek Krith? 1 Koningen 17:7 7 En het gebeurde na verloop van vele dagen dat de beek uitdroogde, want er was geen regen in het land gevallen Welke opdracht

Nadere informatie

Zondag 17 maart Voorganger: Ds. Jennie Lambers-Niers. Organist: Eril Nijzink

Zondag 17 maart Voorganger: Ds. Jennie Lambers-Niers. Organist: Eril Nijzink Zondag 17 maart 2019 Voorganger: Ds. Jennie Lambers-Niers Organist: Eril Nijzink Liederen in deze dienst: Intochtslied: Psalm 25: 1 en 2 Psalm 25: 3 en 4 Lied 273: 1, 2 en 3 Lied 825: 1, 2 en 3 Lied 825:

Nadere informatie

DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN

DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN Bijbel voor Kinderen presenteert DE MANNEN DIE NIET WILDEN BUIGEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Jonathan Hay Aangepast door: Mary-Anne S. Vertaald door: Erna van Barneveld Geproduceerd

Nadere informatie

Bijbelstudie Door het geloof I

Bijbelstudie Door het geloof I Bijbelstudie 1 Bijbelstudie Door het geloof I Kaïn en Abel Genesis 4:1-16 Wat voor werk deed Kaïn? Een welk beroep deed zijn broer Abel? Kain- landbouwer Abel- schaapherder a. Waarom niet, denk je? De

Nadere informatie

KONINGEN. Voorzegging van de dood van Ahazia

KONINGEN. Voorzegging van de dood van Ahazia 2 Koningen - Herziene Statenvertaling 2010 HET TWEEDE BOEK VAN DE 1 KONINGEN Voorzegging van de dood van Ahazia 1 Moab kwam * na de dood van Achab tegen Israël in opstand. 2 Ahazia viel door het traliewerk

Nadere informatie

WAAROM STAAN DIE STENEN DAAR? OVERSTAPDIENST

WAAROM STAAN DIE STENEN DAAR? OVERSTAPDIENST WAAROM STAAN DIE STENEN DAAR? OVERSTAPDIENST Overstap van Geeske Vader Iris van Noord Joëlle van den Doel Meerle van Groningen Zondag 17 juni 2018 Exoduskerk Voorganger: ds. Rob van der Plicht Organist:

Nadere informatie

GOD TEST ABRAHAM S LIEFDE

GOD TEST ABRAHAM S LIEFDE Bijbel voor Kinderen presenteert GOD TEST ABRAHAM S LIEFDE Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Byron Unger en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Tammy S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

LES 2. De reus en de steen. Sabbat

LES 2. De reus en de steen. Sabbat Sabbat Doe Leer de powertext. De reus en de steen Denk aan een keer toen je gestuurd werd voor een speciale booodschap. Was het iets dat graag wilde doen of had je er geen zin in? Liep het heel anders

Nadere informatie

2 Petrus 1. Begin van de brief

2 Petrus 1. Begin van de brief 2 Petrus 1 Begin van de brief Petrus groet alle christenen 1 Dit is een brief van Simon Petrus, een dienaar en apostel van Jezus Christus. Aan alle mensen die zijn gaan geloven. Jullie geloof is net zo

Nadere informatie

GOD TEST ABRAHAMS LIEFDE

GOD TEST ABRAHAMS LIEFDE Bijbel voor Kinderen presenteert GOD TEST ABRAHAMS LIEFDE Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Byron Unger en Lazarus Aangepast door: M. Maillot en Tammy S. Vertaald door: Arnold Krul Geproduceerd

Nadere informatie

Langetermijn weersvoorspelling

Langetermijn weersvoorspelling Langetermijn weersvoorspelling Heb je ooit geprobeerd een model te maken of een patroon te volgen en de instructies waren niet duidelijk? Hoe voelde dat? Toen God aan Noach vroeg om een ark te bouwen,

Nadere informatie

Een leerling van Jezus vertelt ('walking sermon' langs kunstwerken)

Een leerling van Jezus vertelt ('walking sermon' langs kunstwerken) Een leerling van Jezus vertelt ('walking sermon' langs kunstwerken) Doek achter de tafel Even kijken hoor. U en jullie hebben er al naar kunnen kijken, maar ik nog niet. Nu wil ik het goed zien. Ja, zo

Nadere informatie

Kastelen in Nederland

Kastelen in Nederland Kastelen in Nederland J In ons land staan veel kastelen. Meer dan honderd. De meeste van die kastelen staan in het water. Bijvoorbeeld midden in een meer of een heel grote vijver. Als er geen water was,

Nadere informatie

Bijbel voor Kinderen presenteert DAVID DE HERDERSJONGEN

Bijbel voor Kinderen presenteert DAVID DE HERDERSJONGEN Bijbel voor Kinderen presenteert DAVID DE HERDERSJONGEN Geschreven door: Edward Hughes Illustraties door: Lazarus Aangepast door: Ruth Klassen Vertaald door: Importantia Publishing Geproduceerd door: Bible

Nadere informatie

LES 11. Respect tonen of een lesje leren? Sabbat

LES 11. Respect tonen of een lesje leren? Sabbat LES Respect tonen of een lesje leren? Heb je ooit het gevoel dat je niet respectvol of eerlijk werd behandeld? Behandel jij anderen altijd op die manier? Omdat we allemaal Gods kinderen zijn, moeten we

Nadere informatie

Liederen in deze dienst: 19 mei Lied 25: 2 en 4 Lied 367d Lied 305 Lied 283 Lied 517: 1 en 2 Lied 543: 1 Lied 544: 1,2 en 5 Lied 871

Liederen in deze dienst: 19 mei Lied 25: 2 en 4 Lied 367d Lied 305 Lied 283 Lied 517: 1 en 2 Lied 543: 1 Lied 544: 1,2 en 5 Lied 871 19 mei 2019 Voorganger: ds. Peter Bongers Organist: Hans de Graaf Welkom bij de koffie, thee en limonade na de dienst, in De Drieklank Als er kinderen in de oppas zijn kunnen zij tijdens het collecteren

Nadere informatie

KINDEREN VAN HET LICHT

KINDEREN VAN HET LICHT KINDEREN VAN HET LICHT Verteller: Het gebeurde in een donkere nacht, heel lang geleden, dat er herders in het veld waren, die de wacht hielden over hun schapen. Zij stonden net wat met elkaar te praten,

Nadere informatie