Keurmerk Horecabeveiliging

Vergelijkbare documenten
Keurmerk Beveiliging

Keurmerk Evenementenbeveiliging

Keurmerk Flexbedrijven in de particuliere beveiliging

Keurmerk Beveiligingsoverzicht (BVO)

Keurmerk Evenementenbeveiliging

Keurmerk Evenementenbeveiliging

Keurmerken Nederlandse Veiligheidsbranche 2017

Keurmerk Particulier Onderzoeksbureau. Herziene versie 1 (juni 2011)

Informatiesheet audits voor Keurmerken Veiligheidsbranche 2017

Keurmerk Geld- en waardetransport

Keurmerken Veiligheidsbranche behalen en behouden

Interpretatiedocument Keurmerken Nederlandse Veiligheidsbranche Versie 1.1

Interpretatiedocument Keurmerken Nederlandse Veiligheidsbranche Versie 1.0

Informatieblad. Kwaliteitslabel Beveiliging Evenementen Horeca

Meerwaarde: wat biedt het lidmaatschap uw bedrijf?

Beveiliging van gebouwen en eigendommen 3 BEVEILIGING VAN GEBOUWEN EN EIGENDOMMEN 3 (CBE08.3/CREBO:56186)

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

Cameratoezicht. De Nieuwe Kring. Reglement cameratoezicht

Reglement cameratoezicht SG Were Di

Keurmerken Nederlandse Veiligheidsbranche 2017

Beoordelingsprogramma REOB Onderhoudsbedrijf CCV-certificatieschema Onderhoud Blusmiddelen versie 4.0

Overeenkomst <Titel overeenkomst>

Meerwaarde: wat biedt het lidmaatschap uw bedrijf?

CONCEPT KETENREGISSEUR VERSIE 1.0 d.d

Een primeur binnen de private bewaking

Privacyreglement Bureau Streefkerk B.V.

Reglement cameratoezicht

BSH Bewerkersovereenkomst

Reglement cameratoezicht

HCI is een toonaangevende dienstverlener op het gebied van industriële services.

VERWERKERSOVEREENKOMST. 1...hierna opdrachtgever,

Privacyreglement

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Reglement cameratoezicht

Beloningsbeleid 4 januari 2012

PRIVACYREGLEMENT. de publieke uitvoerder van re-integratieactiviteiten in de Leidse regio, onderdeel van de gemeentelijke instelling DZB Leiden.

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Steenwijkerland. Januari 2018

Veiligheids-, kwaliteits- en milieuverslag Ancora Multidiensten bv

Reglement cameratoezicht

Versie Privacyvoorwaarden

Privacyreglement Bureau Streefkerk B.V.

Instroomreglement BPV. Uitgangspunten

Keurmerkreglement voor registratie en toezicht

GEMEENTELIJKE TELECOMMUNICATIE MOBIELE COMMUNICATIE. Bijlage 04 Kwaliteitsborging en auditing

Stichting Pensioenfonds Ecolab. Compliance Charter. Voorwoord

Privacyreglement WIJ 3.0 Versie ; versie 1.4

Beheer Team Veiligheid. Reglement cameratoezicht Zadkine

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Privacyreglement Zorgboerderij De Geijsterse Hoeve. Inwerkingtreding: 1 september In dit reglement wordt verstaan onder:

Beleidsregels ontheffing ex. artikel 35 Drank- en Horecawet

volgende Algemene Voorwaarden:

Reglement cameratoezicht Stichting Optimus primair onderwijs Reglement camera toezicht Stichting Optimus primair onderwijs 1

Instroomreglement MIT en DUAAL HBO. Uitgangspunten


Aanvullende voorwaarden Expertisebureaus

A-Z Beveiliging KVK:

KLACHTENREGELING VERSIE 2.2. Een goede afhandeling van klachten is een middel is om de tevredenheid van klanten te vergroten.

Artikel 1. Definities Coöperatie AB Vakwerk Groep u.a. en de aan haar gelieerde dochterondernemingen

Integriteitscode voor medewerkers

Overeenkomst (CONCEPT) Europese Aanbesteding Beveiliging en aanverwante dienstverlening

Privacyreglement Spoor 3 BV. Artikel 1. Begripsbepalingen. Voor zover niet uitdrukkelijk anders blijkt, wordt in dit reglement verstaan onder:

Gedragscode. Branchevereniging VvE Beheerders

Reglement cameratoezicht. CKC Drenthe

Beleidsregels ontheffing artikel 35 Drank- en Horecawet Koggenland 2013

Bijlage 6 Functie eisen - per functiegroep - draagvoorschriften kleding

ALGEMEEN De brief die niemand wil ontvangen :

Raamovereenkomst [Leverancier - onderwerp]

Diensten wijzer DERISON

Reglement Doorlopend Toezicht

Inhoudsopgave B E L E I D S R E G E L H O R E C A H A N D H A V I N G

INKOOPBELEID. Datum: 1 december /5

Klachtenregeling Inhoud

Aanvraagformulier Drank- en Horeca- + Exploitatievergunning

VERWERKERSOVEREENKOMST

Raamovereenkomst [Leverancier - Werkplekhardware]

AANVRAAGFORMULIER EVENEMENTEN

gewoondoenreintegratie

Camerareglement. Inhoudsopgave

Implementatie Nieuwe Drank- en Horecawet. Modelbeleid NHN Artikel 35 beleid + toelichting

oudercoaching en alle daarmee verband houdende handelingen, zowel van voorbereidende als

Aanmeldingsformulier erkend BGB-bedrijf Regeling Toezicht Brandveilig Gebruik Bouwwerken (BGB) BRL-K december 2008

Algemene Voorwaarden van Goudklompjes Kindercoaching

Reglement cameratoezicht RSG Enkhuizen

VERWERKERS- OVEREENKOMST <NAAM BEDRIJF> Bestaande uit: Deel 1. Data Pro Statement Deel 2. Standaardclausules voor verwerkingen. Versie <versie/datum>

Algemene Voorwaarden van RT Praktijk Tussenin

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer

AANVRAAGFORMULIER EVENEMENTEN

Beoordelingsprogramma CCV-certificatieschema Installeren Brandmeldinstallaties

PRIVACYVOORWAARDEN. 3.3 De zeggenschap over de Gegevens komt nooit bij Bewerker te rusten. Versie

Bewerkersovereenkomst

Praktijkhandleiding Privacygedragscode. voor. particulier onderzoekers

1.2. Persoonsgegevens Elk gegeven betreffende een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke persoon.

Gedragscode VolkerWessels

Algemene voorwaarden Faim Advies

Uitbestedingsbeleid Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.

Deze Privacyverklaring maakt onderdeel uit van onze Algemene Voorwaarden welke u eveneens op deze site aantreft.

Reglement cameratoezicht. CITAVERDE College en SWGO

Begripsomschrijvingen Persoonsgegevens Persoonsregistratie Patiënt Verantwoordelijke Hulpverlener Personeel Bewerker Derde Verstrekken van

Voorwaarden Verwerking persoonsgegevens (Bewerkersovereenkomst)

Zelfevaluatie Kwaliteitslabel Sociaal Werk

Transcriptie:

Keurmerk Horecabeveiliging Versie 1 (2012)

Versiebeheer Versie 1 (2012) Tekstwijziging 2 juli 2015 Norm 4.1.6 (Sociaal beleid) is uitgebreid met een bepaling over het wervingsbeleid en het personeelsbeleid: keurmerkhouders moeten maatregelen nemen om criminele inmenging te voorkomen. Er geldt een overgangstermijn van 1 jaar. Iedere keurmerkhouder dient derhalve uiterlijk 2 juli 2016 aan deze bepaling te voldoen. Keurmerk Horecabeveiliging, versie 1 (2012) Redactie: De Nederlandse Veiligheidsbranche Gorinchem, De Nederlandse Veiligheidsbranche Uitgave: De Nederlandse Veiligheidsbranche De Nederlandse Veiligheidsbranche, Gorinchem Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de Nederlandse Veiligheidsbranche. 2

Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Inleiding... 4 Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied... 5 Hoofdstuk 3 Definities en begrippenkader... 6 Hoofdstuk 4 Inhoudelijke eisen en Implementatiedocument... 8 4.1 Organisatie... 8 4.2 Kwaliteitsbeheer... 10 4.3 Integriteitbeleid... 11 4.4 Middelenbeheer... 13 4.5 Dienstverlening... 14 Bijlage 1: Checklist... 18 Bijlage 2: Informatie m.b.t. de audit... 19 3

Hoofdstuk 1 Inleiding Ontwikkeling Keurmerken Veiligheidsbranche In 2004 heeft De Nederlandse Veiligheidsbranche (onder haar toenmalige naam de Vereniging Particuliere Beveiligingsorganisaties, VPB), mede in het kader van zelfregulering, het initiatief genomen om te komen tot een keurmerk voor beveiligingsorganisaties. Dit keurmerk was een volgende stap van verdere professionalisering van de branche en bevordering van het kwaliteitsniveau. In de loop der jaren zijn er meerdere keurmerken ontwikkeld voor nagenoeg alle categorieën beveiligingswerkzaamheden: het Keurmerk Beveiliging voor beveiligingsorganisaties die vallen onder de vergunningplicht van artikel 3a van de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr), de zogenaamde ND-vergunning, het Keurmerk Geld- en waardetransport voor de beveiligingsorganisaties vallen onder de vergunningplicht van artikel 3c van de Wpbr, de zogenaamde PGW-vergunning, het Keurmerk Flexbedrijven voor uitzend- en/of detacheringbedrijven die zich hebben gespecialiseerd in het leveren van vakbekwaam en betrouwbaar beveiligingspersoneel. Deze flexbedrijven beschikken anders dan de reguliere uitzendorganisaties over een ND-vergunning, het Keurmerk Particuliere Onderzoeksbureaus voor particuliere recherchebureaus die recherchewerkzaamheden verrichten en over een vergunning beschikken als bedoeld in artikel 2 lid 1 Wpbr, de zogenaamde POBvergunning, het Keurmerk Evenementenbeveiliging voor beveiligingsorganisaties - dus beveiligingsorganisaties die beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 3a Wpbr - die als hoofdaannemer evenementen beveiligen. Keurmerk Horecabeveiliging Het Keurmerk Horecabeveiliging is bedoeld voor beveiligingsorganisaties (beveiligingsbedrijven die beschikken over een vergunning als bedoeld in artikel 3a Wpbr) die in opdracht van derden horecagelegenheden beveiligen. Met dit keurmerk wordt de professionaliteit, betrouwbaarheid, vakbekwaamheid en integriteit van horecabeveiliging verder gestalte gegeven en gestimuleerd. Verkrijgbaarheid keurmerken en overige documenten De keurmerk en overige documenten zijn kosteloos verkrijgbaar voor iedere geïnteresseerde. De keurmerken zijn digitaal beschikbaar via de website www.keurmerken.veiligheidsbranche.nl. Overige informatie Het Interpretatiedocument Keurmerken Veiligheidsbranche geeft uitleg daar waar onduidelijkheden zijn gerezen ten aanzien van de toepassing van de keurmerken in de praktijk. In het document Keurmerken Veiligheidsbranche behalen en behouden staat beschreven wat een bedrijf moet doen om het keurmerk te behalen, te behouden en de voorwaarden die van toepassing zijn. Actuele informatie over de kosten die gemoeid zijn met de keurmerken staat in het document Tarievenblad Keurmerken Veiligheidsbranche is. Informatie voor de certificatie instellingen staat in het document Criteria voor certificatie instellingen en auditoren. 4

Hoofdstuk 2 Toepassingsgebied Dit keurmerk is bedoeld voor beveiligingsorganisaties die in opdracht van derden horecagelegenheden beveiligen. Deze beveiligingsorganisaties zijn vergunningsplichtig op grond van de Wpbr en beschikken over een ND-vergunning. Beveiligingsdiensten die uitsluitend ten behoeve van de eigen onderneming(en) horecabeveiligingswerkzaamheden verrichten vallen derhalve buiten de scope van dit keurmerk. In toenemende mate komt het voor dat restaurants of fastservicebedrijven met gemeentelijke ontheffing na de sluitingstijden voor de horeca geopend zijn voor het uitgaanspubliek. Aan deze ontheffing is vaak de verplichting gekoppeld van particuliere beveiliging. Deze dienstverlening valt ook onder de scope van dit keurmerk. Referentiekader Horecabeveiliging wordt doorgaans verricht door beveiligingsorganisaties die daarnaast ook andere beveiligingsdiensten verlenen zoals evenementenbeveiliging, manbewaking, mobiele surveillance, ed. Horecabeveiliging is binnen de particuliere beveiliging een specifieke dienstverlening omdat de beveiligingswerkzaamheden hoofdzakelijk plaats vinden in het weekeinden en op tijdstippen die doorgaans afwijken van de reguliere dienstverlening in de particuliere beveiliging. Daarnaast worden de werkzaamheden verricht door personeel op basis van parttime dienstverbanden en door oproepkrachten. Er is regelmatig sprake van piekinzet van personeel, bijvoorbeeld op nationale feestdagen zoals Koninginnedag en -nacht. Het is de primaire taak van het horecabeveiligingsbedrijf om de veiligheid te waarborgen van de personen (zowel personeel als bezoekers) en de goederen van de horecagelegenheid. De beveiligingswerkzaamheden beperken zich echter niet tot het object van de horeca-exploitant. Ook buitenruimten als het terras en de aangrenzende openbare ruimte vallen onder het toezicht van de horecabeveiliger. Horecabeveiliging gaat derhalve vaak verder dan het dienen van het belang van de opdrachtgever: het heeft ook een maatschappelijk belang. Als partner in de veiligheidketen onderhouden beveiligingsorganisaties in de horecabeveiliging nauwe contacten met de lokale overheid en de politie. 5

Hoofdstuk 3 Definities en begrippenkader In dit keurmerk wordt een aantal begrippen gehanteerd zoals hieronder gedefinieerd: Bedrijf Een beveiligingsorganisatie actief in de horecabeveiliging. Beveiligingsorganisatie Een organisatie die bedrijfsmatig beveiligingswerkzaamheden voor derden verricht conform de eisen gesteld in de Wet particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr). Beveiligingsplan Het op schrift gestelde plan van aanpak voor de beveiliging van een horecagelegenheid. Beveiligingswerkzaamheden Het bewaken van de veiligheid van personen en goederen of het waken tegen verstoring van de orde en rust op terreinen en in gebouwen. Dienstverlening Voor dit keurmerk wordt onder dienstverlening horecabeveiliging begrepen. Elektronische beveiligingsmiddelen Elektronische middelen die worden gebruikt ter ondersteuning van de reguliere beveiligingswerkzaamheden zoals camera- en beeldsystemen, track & tracingssystemen, toegangscontrolesystemen, biometrie, sensortechnologie (infrarood, warmte, trillingen, ed.), elektronische detentie. Horecabeveiliging Het bewaken van de veiligheid van personen en goederen of het waken tegen verstoring van de orde en rust op de locatie van een horecagelegenheid, de bezoekers van de horecagelegenheid en het in de gelegenheid tewerk gestelde personeel voorafgaand, gedurende en na de openstellingtijd ervan. Horecagelegenheid Het te beveiligen object van de opdrachtgever. Voorbeelden zijn discotheken, cafés, dance- of lounge clubs, restaurants, etc. Het te beveiligen object is een inrichting in de zin van artikel 1 lid 1 van de Drank- en horecawet: de lokaliteiten waarin het slijtersbedrijf of het horecabedrijf wordt uitgeoefend, met de daarbij behorende terrassen voor zover die terrassen in ieder geval bestemd zijn voor het verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse, welke lokaliteiten al dan niet onderdeel uitmaken van een andere besloten ruimte. Meer relevante definities uit de Drank- en horecawet: Horecabedrijf: de activiteit in ieder geval bestaande uit het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse. Slijtersbedrijf: de activiteit bestaande uit het bedrijfsmatig of anders dan om niet aan particulieren verstrekken van sterke drank voor gebruik elders dan ter plaatse, al dan niet gepaard gaande met het bedrijfsmatig of anders dan om niet aan particulieren verstrekken van zwak-alcoholhoudende en alcoholvrije drank voor gebruik elders dan ter plaatse of met het bedrijfsmatig verrichten van bij algemene maatregel van bestuur aangewezen andere handelingen Lokaliteit: een besloten ruimte, onderdeel uitmakend van een inrichting 6

Informatiebeveiliging Het geheel van maatregelen voor een vertrouwelijke en integere opslag en beschikbaarheid van informatie. Instructie Algemene instructie De algemene instructie voor het personeel. Object- c.q. werkinstructie De instructie voor het personeel met specificaties voor het te beveiligen object. Integriteit Op consistente wijze handhaven en invulling geven aan de ongeschondenheid, onkreukbaarheid, openheid, rechtschapenheid en eerlijkheid van het bedrijf en haar personeel. Klacht Formele uiting van ontevredenheid over het niet, onjuist of onvoldoende nakomen van de overeenkomst tussen beveiligingsorganisatie en opdrachtgever. Opdrachtgever De horeca-exploitant, de exploitant van de te beveiligen horecagelegenheid. Opleiding Onder begeleiding en volgens vooraf vastgestelde exameneisen (laten) opleiden van personeel tot een voldoende en gewenst niveau van vakbekwaamheid. Organisatieleiding De eindverantwoordelijke binnen de organisatie van hetzij de hoofdaannemer hetzij de onderaannemer welke belast is met de dagelijkse leiding. Personeel Personeel Het personeel dat op basis van een arbeidsovereenkomst voor een beveiligingsorganisatie werkzaam is. Ingehuurd personeel Het personeel dat door het bedrijf bij een andere beveiligingsorganisatie wordt ingehuurd om onder zijn verantwoordelijkheid en regie beveiligingswerkzaamheden te verrichten in het kader van horecabeveiliging. Risico analyse Het proces waarmee inzicht wordt verkregen in de aard en omvang van risico s. Uitbesteding Uitbesteding van beveiligingswerkzaamheden aan een andere beveiligingsorganisatie, ongeacht de mate en vorm waarin dit geschiedt. Uniform De te dragen bedrijfskleding zoals beschreven in de vergunning of waarvoor ontheffing is verkregen van de korpschef. Vergunning Vergunning afgegeven door de verantwoordelijke Minister die vereist is voor beveiligingsorganisaties om beveiligingswerkzaamheden te verrichten of aan te bieden. Vertrouwelijke middelen Stoffelijke zaken van de opdrachtgever waarvoor een apart regime geldt voor bewaren, opslag en toegankelijkheid. Voorbeelden van middelen zijn sleutel, toegangscodes, goederen die in bewaring zijn gesteld, e.d. 7

Hoofdstuk 4 Inhoudelijke eisen en Implementatiedocument 4.1 Organisatie Van een keurmerkhouder wordt verwacht dat deze op een professionele wijze zijn bedrijfsvoering heeft georganiseerd, hetgeen moet leiden tot een betrouwbare, solide, continue, kwalitatief hoogwaardige en deskundige dienstverlening. In dat kader stelt het keurmerk een aantal minimum eisen waarmee een keurmerkhouder niet alleen laat zien dat hij aan alle wettelijke vereisten voldoet, maar ook zijn verantwoordelijkheden kent en neemt richting personeel, opdrachtgevers en maatschappij. 4.1.1 Wettelijke vereisten (mustvraag) Het bedrijf beschikt over de vereiste vergunningen en voldoet aan de overige vereisten die de Wet Particuliere beveiligingsorganisaties en recherchebureaus (Wpbr) stelt. 4.1.2 Kamer van Koophandel (mustvraag) Het bedrijf staat als beveiligingsorganisatie ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. 4.1.3 Verplichte afdrachten (mustvraag) Het bedrijf kan aantonen dat voldaan wordt aan de afdrachtverplichtingen jegens de belastingdienst, inningorganisaties van sociale verzekeringen en inningorganisaties van paritaire fondsen en pensioenfondsen in de particuliere beveiligingsbranche, ingevolge avv- en verplichtstellingprocedures. Verplichte verificatiepunten: Vergunning Minister van Justitie (art. 2 & 3 Wpbr); Toestemming en procedure voor toestemming Minister van justitie m.b.t. leiding van de organisatie (art. 7, eerste lid, Wpbr); Procedure voor toestemming korpschef regionaal politiekorps m.b.t. personeel (art. 7, tweede lid, Wpbr); Procedure informeren korpschef regionaal politiekorps bij begin nieuwe beveiligingswerkzaamheden (art. 12, tweede lid, Wpbr); De wettelijke eisen m.b.t. het uniform (art. 9, eerste lid, Wpbr) en legitimatiebewijs (art. 9, achtste lid, Wpbr) zullen aan de hand van verderop vermelde eisen worden behandeld. Verplichte verificatiepunten: Inschrijvingsbewijs KvK met juiste doelomschrijving waarin elk geval horecabeveiliging. Verplichte verificatiepunten: Aansluitingsnummers betrokken organisaties (belastingdienst, fondsen, evt. UWV); Verklaring fiscus; Verklaring fondsen (zie hieronder); Facturen; Bankafschriften van overschrijvingen naar de betreffende organisatie. Voor leden van de sectie Evenementen- en horecabeveiliging van de Nederlandse Veiligheidsbranche geldt: Het van toepassing zijnde opleidingsfonds: OEHB; Het van toepassing zijnde pensioenfonds: Bedrijfstakpensioenfonds Particuliere Beveiliging. Voor leden van de VBE geldt: Het van toepassing zijnde opleidingsfonds: SOEB; Het van toepassing zijnde pensioenfonds: Bedrijfstakpensioenfonds Particuliere Beveiliging. Voor niet-leden van deze verenigingen geldt: Het van toepassing zijnde opleidingsfonds: SOBB; Het van toepassing zijnde sociaal fonds: Sociaal Fonds Particuliere Beveiliging; Het van toepassing zijnde pensioenfonds: Bedrijfstakpensioenfonds Particuliere Beveiliging. 8

4.1.4 Verzekeringen (mustvraag) Het bedrijf is in het bezit van een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering en een ongevallenverzekering. 4.1.5 Ervaring in dienstverlening (mustvraag) Het bedrijf of de organisatieleiding beschikt over aantoonbare ervaring in de horecabeveiliging. 4.1.6 Sociaal beleid (mustvraag) Het bedrijf voert een verantwoord sociaal beleid. Dit beleid voorziet tenminste in: a) De naleving van de van toepassing zijnde CAO; b) Het wervingsbeleid bevat maatregelen die tot doel hebben personeel te weren dat betrokken is bij (zware) criminaliteit en/of in criminele kringen verkeert; c) Het personeelsbeleid bevat voorschriften die personeel ertoe verplichten bij het bedrijf te melden dat: i. zij verkeren of zijn komen te verkeren in criminele kringen; ii. zij misdrijven hebben begaan in de onder i. bedoelde criminele kringen; iii. zij in aanraking zijn gekomen met de autoriteiten vanwege misdrijven begaan in de onder i. bedoelde criminele kringen. Het personeelsbeleid bevat op dit punt ook sanctiebepalingen; d) Een actief opleidings- en trainingsbeleid; e) Het opstellen van een sociaal jaarverslag indien wettelijk noodzakelijk; f) Het hebben van een Ondernemingsraad of PVT, indien wettelijk noodzakelijk. 4.1.7 Agressie en geweld (mustvraag) Het bedrijf heeft een beleid voor de wijze waarop in relatie tot het personeel wordt omgegaan met agressie en geweld (passief en actief) en hoe het personeel wordt opgevangen als ze zijn geconfronteerd met agressie en geweld. 4.1.8 Maatschappelijk verantwoord ondernemen (10 punten) Het bedrijf heeft een beleid op gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en effectueert dat. Milieumaatregelen nemen een belangrijke plaats in. Het beleid heeft als doel beïnvloeding van gedrag en verbetering of vervanging van middelen. Het beleid moet tot gevolg hebben dat het bedrijf bij iedere beslissing maatschappelijke aspecten meeweegt. a) Gedragsbeïnvloedende maatregelen kunnen zijn maatregelen om verontreiniging en uitstoot tegen te gaan, een aanname- en personeelsbeleid met antidiscriminatoire maatregelen, diversiteitbevorderende maatregelen en vergroting van de arbeidsparticipatie onder doelgroepen, maatregelen om zuiniger om te gaan met energie en papiergebruik terug te dringen Verplichte verificatiepunten: Geldige polissen met dekking voor horecabeveiliging en geen uitsluiting voor horecabeveiliging; Bewijs van premiebetaling. Recente inschrijving KvK met juiste doelomschrijving; Opdrachtbevestigingen; Facturatie; CV Organisatieleiding Sub a): van toepassing zijnde CAO: Voor leden van de Nederlandse Veiligheidsbranche geldt de CAO voor de Evenementen- en Horecabeveiligingsbranche; Voor leden van de VBE geldt de VBE CAO; Voor niet-leden van deze verenigingen geldt de CAO Particuliere Beveiliging. Sub a): arbeidsovereenkomsten en/ of arbeidsvoorwaardelijke (bedrijfs-)reglementen, salarisstroken, uitdraai dienstroosters, administraties (personeelsadministratie en/of loonadministratie) of indien CAO Particuliere beveiliging van toepassing: meest recente rapportage van het cao-controleorgaan; Sub d): Opleidings-/ trainings-/ cursusbeleid; Sub e): Sociaal jaarverslag; Sub f): Ondernemingsraad of andere vorm van personeelsvertegenwoordiging. Beleid, actieplannen en dagelijkse operatie; RI & E en plan van aanpak. Beleid, actieplannen, voortgangsrapportages en dagelijkse operatie. 9

(5 punten). b) Bij maatregelen gericht op middelen wordt gedacht aan een doelgericht inkoopbeleid van middelen als auto s, uniformen, lampen, batterijen, enz. (5 punten). 4.1.9 Financiële soliditeit (mustvraag) Het bedrijf is financieel solide. 4.1.10 Communicatiestructuur (mustvraag) Het bedrijf stelt een communicatiestructuur vast die waarborgt dat in het kader van de continue verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening zowel intern als met de opdrachtgever in voldoende mate overleg plaats vindt. De communicatiestructuur voorziet in elk geval in: a) Communicatie met het personeel; b) Communicatie met de opdrachtgever; c) Communicatie tussen hoofdkantoor en bedrijfsvestigingen in het land (indien aanwezig). Positief advies in rapport van het door de beheersorganisatie aangewezen informatiebureau. Communicatieproces (bijv. procedure, notulen, presentielijsten, opdrachtgeverdossiers, personeelsdossiers, relatiebeheersysteem). 4.2 Kwaliteitsbeheer Van een keurmerkhouder wordt verwacht dat deze zich op een actieve en continue wijze werk maakt van het verbeteren van de kwaliteit van zijn dienstverlening. Om dit te bereiken beschrijft het keurmerk een aantal minimum elementen waaraan het kwaliteitsbeleid van een keurmerkhouder dient te voldoen. 4.2.1 Algemeen (mustvraag) Het bedrijf stelt een kwaliteitsbeleid vast dat in elk geval invulling geeft aan de kernwaarden integriteit en continue verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening. Daarnaast bevat dit kwaliteitsbeleid waarborgen voor de overige eisen zoals in dit keurmerk vermeld. Het kwaliteitsbeleid is een integraal onderdeel van het beleid van het bedrijf. 4.2.2 Klachtenmanagement (mustvraag) Het bedrijf heeft een doeltreffend en doelmatig proces van klachtenmanagement geïmplementeerd waardoor: a) Het voor de opdrachtgever en betrokkenen duidelijk is hoe en bij wie hij een klacht kan indienen; b) Het bedrijf in staat is om klachten af te handelen op consistente, systematische en ontvankelijke wijze; c) Het bedrijf in staat is om trends in klachten te identificeren en de oorzaak van de klachten weg te nemen. 4.2.3 Klantevaluatie (mustvraag) a) Met een nieuwe opdrachtgever zal het bedrijf na uitvoering van de eerste opdracht, of na uitvoering van een met de opdrachtgever afgesproken reeks opdrachten, een evaluatie houden. b) Bij vaste opdrachtgevers zal het bedrijf tenminste eens per twee jaar een evaluatie houden, tenzij de opdrachtgever anders wenst. c) Indien de opdrachtgever in de evaluatie afwijkingen meldt, zal het bedrijf een terugkoppeling geven. Deze terugkoppeling bevat tevens een aanduiding van de onderwerpen die voor een verbetertraject in Verplichte verificatiepunten: Schriftelijk kwaliteitsbeleid (betreft minimaal een verklaring van de directie over de wijze waarop het bedrijf omgaat met kwaliteit en de wijze waarop dat onderdeel vormt van de uitvoering van de dienstverlening) of certificaat ISO 9001. Sub a): Overeenkomst, algemene voorwaarden, procedures; Sub b): Procedure; Sub c): Procedure. Sub a) en b): Opdrachtgeverdossiers en/of relatiebeheerssysteem; Sub a) en b): Steekproef aan de hand van schriftelijke terugkoppeling aan opdrachtgever (minimaal 3); Sub c): Opdrachtgeverdossiers en/of relatiebeheerssysteem. 10

aanmerking komen en de uiteindelijke resultaten daarvan. d) De evaluatie heeft minimaal betrekking op de volgende aspecten: i. De dienstverlening (inhoudelijk en kwalitatief); ii. De personele invulling (inhoudelijk en kwalitatief); iii. De communicatie(structuur) met de iv. opdrachtgever; De naleving van het integriteitbeleid en eventueel specifieke integriteitwaarborgen; v. De klanttevredenheid; vi. De financiële aangelegenheden. 4.2.4 Verbeterproces (mustvraag) Het bedrijf werkt aan continue verbetering van de dienstverlening. Daartoe heeft de organisatie een verbeterproces ingericht dat minimaal bestaat uit de volgende elementen: a) Meten b) Analyseren c) Verbeteren Procedures; Documenten (zoals kwaliteitsbeoordelingen, actielijsten, plannen van aanpak, beschrijving van verbeterproject). 4.3 Integriteitbeleid Betrouwbaarheid als opdrachtnemer en integere dienstverlening zijn uiterst belangrijke waarden in de veiligheidsbranche. Om dit te kunnen waarmaken wordt van een keurmerkhouder verwacht dat deze een samenhangend geheel van integriteitbevorderende maatregelen neemt. In het integriteitbeleid geeft het bedrijf uitdrukking aan de bedoelingen en uitgangspunten m.b.t. het gewenste integriteitniveau en de realisatie daarvan. 4.3.1 Algemeen (mustvraag) Het bedrijf heeft een integriteitbeleid vastgesteld dat is geïmplementeerd in de bedrijfsprocessen en dat bij de uitvoering van de dienstverlening door het personeel in acht wordt genomen. Het integriteitbeleid bevat in elk geval de volgende onderwerpen: Opstelling naar opdrachtgevers (inclusief de potentiële en voormalige opdrachtgevers) en haar eigendommen en vertrouwelijke gegevens; Opstelling naar andere bedrijven; Opstelling naar personeel. 4.3.2 Analyse en verbeteren (mustvraag) Het bedrijf zal jaarlijks het integriteitbeleid beoordelen en daar waar nodig wijzigen. Deze beoordeling moet ervoor zorgen dat het integriteitbeleid bij voortduring geschikt, passend en doeltreffend is. 4.3.3 Bescherming vertrouwelijke middelen (mustvraag) Het bedrijf zorgt ervoor dat de vertrouwelijke middelen van de opdrachtgever in voldoende mate worden beschermd. Hiertoe stelt het bedrijf schriftelijke regels op die minimaal het volgende bepalen: a) Een regeling die waarborgen stelt aan de beveiliging, de toegankelijkheid en de opslag van deze middelen Verplichte verificatiepunten: Schriftelijk integriteitbeleid (betreft minimaal een verklaring van de directie over de wijze waarop het bedrijf omgaat met integriteit en de wijze waarop dat onderdeel vormt van de uitvoering van de dienstverlening); Procedures. Proces van (risico)analyse; Evaluatie van de (risico)analyse; Directiebeoordeling; Correctieve maatregelen of actieplan. Procedures. 11

in gebouwen, opslagruimten en voertuigen van het bedrijf; b) De regeling bevat bepalingen over de bewaartermijn van de middelen; c) De afgifte van een geheimhoudingsverklaring door het bedrijf aan opdrachtgever; d) Een regeling voor de uitgifte van geheimhoudingsverklaringen van het personeel. 4.3.4 Informatiebeveiliging (5 punten) Het bedrijf zorgt ervoor dat de vertrouwelijke informatie in voldoende mate worden beschermd. Hiertoe stelt het bedrijf schriftelijke regels op die minimaal het volgende bepalen: a) Een regeling die waarborgen stelt aan de beveiliging, de toegankelijkheid en de opslag van deze informatie; b) De regeling bevat bepalingen over de bewaartermijn van deze informatie; c) De afgifte van een geheimhoudingsverklaring door het bedrijf aan opdrachtgever; d) Een regeling voor de uitgifte van geheimhoudingsverklaringen van het personeel. 4.3.5 Bescherming persoonsgegevens (mustvraag) Het bedrijf zorgt ervoor dat persoonsgegevens in voldoende mate worden beschermd. Hiertoe stelt het bedrijf schriftelijke regels die minimaal bepalen: a) Welke gegevens het betreft; b) De doeleinden waarvoor deze gegevens mogen worden gebruikt; c) Wie geautoriseerd wordt voor welke gegevens; d) De bewaartermijn van deze gegevens; e) De wijze van vernietiging van deze gegevens. 4.3.6 Personeel (mustvraag) Het bedrijf stelt met betrekking tot hun personeel schriftelijke regels vast inzake: a) Het aannamebeleid voor giften, geschenken en gunsten; b) Het hebben en verrichten van nevenwerkzaamheden; c) De omgang en gebruik van eigendommen en middelen van de opdrachtgever, waaronder in elk geval beschreven wordt het gebruik van telefoon, internet en e-mail; d) Ongewenste omgangsvormen. 4.3.7 Oneigenlijk gebruik uniform en legitimatiebewijs (mustvraag) Het bedrijf heeft een regeling die waarborgen stelt ter voorkoming van oneigenlijk gebruik door het beveiligingspersoneel van uniform en legitimatiebewijs tijdens en na beëindiging van het dienstverband. Procedures. Bevestiging incl. meldingsnummer van CBP inzake WBP-aanmelding verwerking persoonsgegevens; Procedures. Algemene instructie; Procedures. Algemene instructie; Specifiek reglement; Arbeidsovereenkomst. 12

4.3.8 Sancties (mustvraag) Het integriteitbeleid bevat een sanctiebeleid. Procedure 4.4 Middelenbeheer Een betrouwbare, solide, continue, kwalitatief hoogwaardige en deskundige dienstverlening wordt niet alleen bereikt d.m.v. een professionele bedrijfsvoering en een adequaat kwaliteit- en integriteitbeleid. Van een keurmerkhouder wordt tevens verwacht dat deze op een verantwoorde wijze omgaat met zijn middelen. Het belangrijkste middel van een beveiligingsorganisatie is zijn personeel; beveiliging is mensenwerk! Het personeel dient deskundig, betrouwbaar en voldoende opgeleid te zijn. Ten aanzien van personeel en een aantal andere middelen zoals voertuigen en communicatiemiddelen wordt in dit keurmerk een minimum kwaliteitsniveau geformuleerd. 4.4.1 Personeel (mustvraag) a) Het bedrijf hanteert een werkwijze die ervoor zorgt dat voor de dienstverlening voldoende opgeleid, deskundig en betrouwbaar personeel wordt ingezet. De werkwijze regelt minimaal dat: i. Ten aanzien van het ingezette personeel aan alle wettelijke vereisten wordt voldaan; ii. Ten aanzien van het ingezette personeel aan het vereiste opleidingsniveau wordt voldaan: Het personeel beschikt minimaal over het diploma Horecaportier dan wel diploma Beveiliger 2; iii. Personeel dat niet het vereiste opleidingsniveau heeft, aantoonbaar de praktijkopleiding voor een van deze certificaten en/of diploma s volgt; iv. Personeel als bedoeld onder iii. binnen de daarvoor geldende termijn over het vereiste certificaat en/of diploma beschikt; v. Personeel aantoonbaar over het vereiste legitimatiebewijs (conform art. 9, achtste lid, vi. Wpbr) beschikt; Personeel tijdig in kennis wordt gesteld van de geldende object- c.q. werkinstructies. b) Het bedrijf hanteert een werkwijze op basis waarvan periodiek wordt beoordeeld of het personeel moet worden her- of bijgeschoold. c) Het bedrijf hanteert een werkwijze die waarborgt dat personeel niet eerder wordt ingezet dan nadat is vastgesteld dat aan het vereiste opleidingsniveau wordt voldaan. 4.4.2 Elektronische beveiligingsmiddelen (5 punten) Een bedrijf dat bij de uitvoering van de dienstverlening gebruik maakt van elektronische beveiligingsmiddelen, zorgt ervoor dat: De van toepassing zijnde wet- en regelgeving wordt gerespecteerd; Het personeel dat gebruik maakt of te maken heeft met elektronische beveiligingsmiddelen, instructie krijgt over het gebruik ervan; Het personeel dat gebruik maakt of te maken heeft met elektronische beveiligingsmiddelen, in kennis is gesteld van wat mag en wat niet mag (integriteit). De instructie kan door het bedrijf maar ook door de Sub a I t/m V): Procedure en steekproef uit personeelsdossier; Sub a VI): Vast agendapunt bij werkoverleg, bewijs uit notulen, presentielijst (waarbij geldt dat auditoren dienen te controleren hoe en op welke wijze bedrijven hebben georganiseerd dat het personeel de geldende instructie krijgt); Sub b) en c): Procedures. Procedures. 13

opdrachtgever gegeven worden. Het is aan de het bedrijf om te controleren of dit daadwerkelijk is gebeurd. 4.4.3 Communicatiemiddelen (5 punten) a) Ten behoeve van een goed en adequaat gebruik van het communicatienetwerk en communicatiemiddelen tijdens de werkzaamheden, heeft het bedrijf gebruikersvoorschriften en een werkwijze die ervoor zorgt dat het personeel en het ingehuurde personeel dat een van deze middelen bedient, in voldoende mate is geïnstrueerd. b) Het bedrijf heeft een werkwijze die ervoor zorgt dat communicatiemiddelen die voor de dienstverlening worden gebruikt, aan de geldende eisen voor gebruik voldoen. 4.4.4 Veiligheidsmiddelen (5 punten) Indien en voor zover bij de uitvoering van de dienstverlening gebruik wordt gemaakt van veiligheidsmiddelen stelt het bedrijf schriftelijke regels vast voor: a) De uitgifte van de veiligheidsmiddelen; b) Het gebruik van de veiligheidsmiddelen; c) De controle van de veiligheidsmiddelen op van toepassing zijnde eisen en bruikbaarheid. 4.4.5 Uniformen (5 punten) Het bedrijf stelt met inachtneming van de wettelijke regels, voorschriften vast voor de uitgifte en het gebruik van uniformen en andersoortige bedrijfskleding die voor de uitvoering van de dienstverlening worden gebruikt. Sub a): Overleggen van bijv. instructie; Sub b): Werkwijze in procedure opgenomen. Procedure; RI&E. Goedkeuring Ministerie conform art. 9, eerste lid, Wpbr; Algemene instructie; Procedure (bijv. kledingreglement, arbeidsovereenkomst, (bedrijfs)arbeidsvoorwaardenreglement). 4.5 Dienstverlening Een professionele, deskundige en kwalitatief hoogwaardige dienstverlening begint niet pas bij aanvang van de dienstverlening. De dienstverlening van een keurmerkhouder vangt aan in de precontractuele fase en loopt tot en met de beëindiging van het contract. Van een keurmerkhouder wordt verwacht dat deze duidelijkheid en helderheid hoog in het vaandel draagt ten aanzien van de inhoud van de dienstverlening en de voorwaarden waartegen de dienstverlening wordt verricht, en dat blijk wordt gegeven van zijn deskundigheid. Voorts wordt als belangrijke waarde beschouwd dat een keurmerkhouder de dienstverlening levert die is afgesproken en dat na beëindiging van de dienstverlening relevante zaken op een correcte wijze worden afgewikkeld 4.5.1 Offerte (mustvraag) a) Het bedrijf stelt een schriftelijke offerte op. b) De offerte bevat in elk geval een beschrijving van de volgende aspecten: i. De inhoud van de dienstverlening; ii. De looptijd van de offerte; iii. Het beleid van verlenging en beëindiging van de dienstverlening; iv. De annuleringsclausule van niet afgenomen diensten; v. De tarieven, inclusief een beschrijving van de dienstverlening die onder deze tarifering wordt Sub a): Steekproefsgewijs o.b.v. offertes; Sub b): Steekproefsgewijs uit opdrachtgeverdossiers o.b.v. uitgebrachte offertes; Sub c): Steekproefsgewijs uit opdrachtgeverdossiers o.b.v. uitgebrachte offertes. 14

begrepen; vi. De toeslagen en overige kosten zoals overwerkregeling, inwerken extra personeel; vii. De wijze van facturering; viii. De methodiek van indexering; ix. De regeling inzake extra afroepdiensten; x. De aansprakelijkheidsverdeling; xi. Een verwijzing naar de Algemene (leverings)voorwaarden; xii. Een verwijzing naar het integriteitbeleid van het bedrijf. c) In spoedeisende gevallen stelt het bedrijf geen offerte op maar kan worden volstaan met een ondertekende opdrachtbevestiging. 4.5.2 Opdrachtbevestiging (mustvraag) a) Het bedrijf stelt een schriftelijke opdrachtbevestiging op en laat deze ter akkoord door de opdrachtgever ondertekenen. b) De opdrachtbevestiging bevat in elk geval een verwijzing naar de offerte en een beschrijving van minimaal de volgende aspecten: i. De wijze van facturering en de betalingsvoorwaarden; ii. De communicatiestructuur met de opdrachtgever; iii. Afspraken inzake veiligheid en arbeidsomstandigheden; iv. De klachtenregeling. 4.5.3 Risico-analyse en beveiligingsplan (mustvraag) a) Voor de beveiligingswerkzaamheden maakt het bedrijf gebruik van de op de horecagelegenheid van toepassing zijnde risicoanalyse en beveiligingsplan. b) Het bedrijf onderzoekt of de risico-analyse en het beveiligingsplan niet in strijd zijn met de wet en of de onder d) en e) vermelde aspecten zijn geregeld. c) Indien het bedrijf constateert dat er geen risicoanalyse en/of beveiligingsplan aanwezig is resp. niet voldoen aan de aspecten genoemd onder d) en e), wijst het bedrijf de opdrachtgever hierop. Het bedrijf zal de opdrachtgever aanbieden deze op diens kosten op te stellen resp. aan te passen. d) De risico-analyse bevat minimaal de volgende onderdelen: i. Een beschrijving van de risico s; ii. Een beschrijving van wie aan welke risico s worden blootgesteld en op welke manier; iii. De te nemen risico beperkende maatregelen iv. tijdens de werkzaamheden; Een omschrijving van de risico-categorieën en de daarop gebaseerde personele inzet. e) Het beveiligingsplan bevat minimaal de volgende onderdelen: i. De wijze waarop de veiligheid van de horecagelegenheid, de bezoekers en het personeel wordt gewaarborgd; ii. Het maximum aantal bezoekers dat zich tegelijkertijd mag ophouden in de horecagelegenheid, conform de Sub a): Steekproefsgewijs o.b.v. offertes; Sub b): Steekproefsgewijs uit opdrachtgeverdossiers o.b.v. uitgebrachte offertes; Sub c): Steekproefsgewijs uit opdrachtgeverdossiers o.b.v. uitgebrachte offertes. Procedures; Risicoanalyse; Plan van aanpak. 15

exploitatievergunning en de richtlijnen van de brandweer; iii. Omschrijving van de omvang, capaciteit en inrichting van de technische hulpmiddelen waaronder de communicatiemiddelen, metaaldetectie middelen, gehoorbescherming voor tewerkgesteld personeel, EHBO en AED middelen, CCTV en PBM`s; iv. De taakverdeling van de beveiligers; v. De samenwerking met andere betrokkenen zoals opdrachtgever, personeel, horecagelegenheid, politie, hulpdiensten, gemeente, enz.; vi. Relevante aspecten uit het calamiteitenplan; vii. Aspecten van gezondheid en veiligheid op de werkvloer; viii. Huishoudelijk reglement van de horecagelegenheid; ix. Kledingvoorschriften. 4.5.4 Calamiteitenplan (mustvraag) a) Voor de beveiligingswerkzaamheden maakt het bedrijf gebruik van de op de horecagelegenheid van toepassing en actueel zijnde calamiteitenplan. b) Het bedrijf onderzoekt of het calamiteitenplan voldoet aan de door de wet gestelde eisen en of de volgende aspecten zijn geregeld: i. Een beschrijving van de manier waarop de communicatie met betrokken hulpdiensten verloopt in geval van een incident of calamiteit; ii. Een lijst met contactpersonen en verantwoordelijke personen en de manier waarop zij te bereiken zijn; iii. Een inschatting van de mogelijke risico s; iv. De taakomschrijving van de voornaamste betrokkenen; v. Procedures met betrekking tot alarmering en noodgevallen; vi. De plaats waar de benodigde hulpmiddelen zijn te vinden in geval van een incident of calamiteit; vii. Een beschrijving van hoe zo snel mogelijk de normale situatie kan worden hersteld. viii. Een ontruimingsplan. c) Indien het bedrijf constateert dat het calamiteitenplan niet voldoet aan de aspecten genoemd onder b), wijst het bedrijf de opdrachtgever hierop. Het bedrijf zal de opdrachtgever aanbieden op diens kosten het calamiteitenplan te verbeteren. d) Indien het bedrijf constateert dat geen calamiteitenplan aanwezig is, wijst het bedrijf de opdrachtgever op zijn verantwoordelijkheid hiervoor. Het bedrijf zal de opdrachtgever aanbieden op diens kosten een calamiteitenplan op te stellen. Sub a) en sub b): Dossier in archief projecthistorie; Sub c): Vast agendapunt in overleg met opdrachtgevers; Sub d): Vast agendapunt in overleg met opdrachtgevers. 16

4.5.5 Incidenten (15 punten) Het bedrijf heeft een werkwijze die ervoor zorgt dat relevante incidenten die gebeuren tijdens de beveiligingswerkzaamheden, worden geregistreerd en na een analyse daarvan worden besproken met de opdrachtgever en indien nodig met de lokale autoriteiten. 4.5.6 Uitbesteding van dienstverlening (5 punten) Bij uitbesteding van de dienstverlening (waaronder begrepen inhuur en onderaanneming) door het bedrijf aan een andere onderneming, stelt het bedrijf dezelfde eisen, zoals voorgeschreven in het dan geldende Keurmerk Beveiliging of daaraan gelijkwaardig. Indien de onderaannemer geen passend keurmerk heeft, dan dient het bedrijf zich ervan te vergewissen dat de onderaannemer met elk passend middel kan aantonen dat hij op gelijkwaardige wijze voldoet aan de eisen, zoals omschreven in het dan geldende keurmerk of daaraan gelijkwaardig. 4.5.7 Beëindiging van de dienstverlening (5 punten) Het bedrijf draagt overeenkomstig de gemaakte afspraken de gegevens en middelen over aan de opdrachtgever. Procedures; Opdrachtgeverdossiers en/of relatiebeheersysteem, vast agendapunt in overleg met opdrachtgevers. Overeenkomst; Onderaannemersdossier. Procedure; Overeenkomst; Evt. ontvangstdocument 17

Bijlage 1 Checklist Op basis van de checklist kan een bedrijf bepalen of aan alle vereisten wordt voldaan die het keurmerk stelt. Inhoudelijke eisen Mustvraag Ja/nee Puntenvraag Aantal 4.1 Organisatie 4.1.1 Wettelijke vereisten Ja 4.1.2 Kamer van Koophandel Ja 4.1.3 Verplichte afdrachten Ja 4.1.4 Verzekeringen Ja 4.1.5 Ervaring in dienstverlening Ja 4.1.6 Sociaal beleid Ja 4.1.7 Agressie en geweld Ja 4.1.8 Verantwoord ondernemen 10 punten 4.1.8 Financiële soliditeit Ja 4.1.9 Communicatiestructuur Ja 4.2 Kwaliteitsbeheer 4.2.1 Algemeen Ja 4.2.2 Klachtenmanagement Ja 4.2.3 Klantevaluatie Ja 4.2.4 Verbeterproces Ja 4.3 Integriteitbeleid 4.3.1 Algemeen Ja 4.3.2 Analyse en verbeteren Ja 4.3.3 Bescherming vertrouwelijke middelen Ja 4.3.4 Informatiebeveiliging 5 punten 4.3.5 Bescherming persoonsgegevens Ja 4.3.6 Personeel Ja 4.3.7 Oneigenlijk gebruik Ja 4.3.8 Sancties Ja 4.4 Middelenbeheer 4.4.1 Personeel Ja 4.4.2 Elektronische beveiligingsmiddelen 5 punten 4.4.3 Communicatiemiddelen 5 punten 4.4.4 Veiligheidsmiddelen 5 punten 4.4.5 Uniformen 5 punten 4.5 Dienstverlening 4.5.1 Offerte Ja 4.5.2 Opdrachtbevestiging Ja 4.5.3 Risico-analyse en beveiligingsplan Ja 4.5.4 Calamiteitenplan Ja 4.5.5 Incidenten 15 punten 4.5.6 Uitbesteding van dienstverlening 5 punten 4.5.7 Beëindiging dienstverlening 5 punten Score: Behaalde score: Vereist: 25 x ja Minimaal vereist: 45 18

Bijlage 2 Informatie m.b.t. de audit Inleiding Deze bijlage bevat informatie die betrekking heeft op de audit. Het document Keurmerken Veiligheidsbranche behalen en behouden bevat alle relevante informatie over het behalen en behouden een van de keurmerken van de Keurmerken Veiligheidsbranche. Must- en puntenvragen Om voor dit keurmerk in aanmerking te komen, dient minimaal te worden voldaan aan de volgende eisen: 100% score op de mustvragen; 70% score op de puntenvragen (= minimaal 45 punten van de 60 beschikbare punten) Voor de telling van de puntenvragen geldt de volgende systematiek: bij het voldoen aan de norm wordt de maximale score behaald; bij niet voldoen aan de norm worden er geen punten gescoord. Auditduur De duur van de audit dient te worden vastgesteld op basis van het volgende: Zowel de initiële audit als de vervolgaudit heeft een minimale duur ter grootte van onderstaand overzicht: o 1 dag indien de audit niet gecombineerd wordt met de audit voor Keurmerk Beveiliging, Keurmerk Evenementenbeveiliging of ISO9001-2008, o 0,5 dag indien de audit gecombineerd wordt met de audit het Keurmerk Beveiliging of ISO9001-2008, o 0,25 dag indien de audit gecombineerd wordt met de audit voor het Keurmerk Evenementenbeveiliging De tijdsbesteding heeft betrekking op onderzoek en verslaglegging en is exclusief reistijd. De initiële audit en herbeoordelingsaudit is altijd een documentenonderzoek op (hoofd)kantoor. De vervolgaudits worden deels op kantoor, deels op objectlocatie(s) gehouden. Daarbij geldt het regime dat minimaal 0,5 dag wordt besteed aan documentenonderzoek op (hoofd)kantoor gemeten over beide vervolgaudits. 19