Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel



Vergelijkbare documenten
Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel

Stichting Pensioenfonds KLM- Cabinepersoneel

Stichting Pensioenfonds KLM- Cabinepersoneel

Stichting Pensioenfonds KLM- Cabinepersoneel

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Reglement Regeling Vervroegd Uittreden voor werknemers die na 30 juni 1937 en voor 1 januari 1950 zijn geboren

PENSIOENREGLEMENT 2 Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

REGLEMENT AANVULLEND PENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (hoog)

Regeling voor vrijwillig individueel pensioensparen (pensioenleeftijd 67)

Addendum 2 bij het Pensioenreglement Sanoma 2009 pensioenregeling, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Aanvullend pensioenreglement "Excedent middelloon "

Uitvoeringsregeling 1 bij artikel 10 van het reglement voor pensioenregeling IV van Stichting CRH Pensioenfonds

Aanvullend reglement Pensioenopbouw boven salarisgrens (laag)

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

Addendum 2 bij het Pensioenreglement pensioenregeling A, van Stichting Pensioenfonds Sanoma Nederland, contractnummer

Aanvullend reglement. Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag) Reglement Pensioenopbouw boven Salarisgrens (laag)

REGLEMENT AANVULLINGSREGELINGEN PER 1 JANUARI 2006 STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE HANDEL IN BOUWMATERIALEN

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

Tabellenboek Stichting Pensioenfonds ING. Geldig vanaf

Stichting Pensioenfonds Holland Casino. Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino. Inhoudsopgave:

Pensioenreglement 2006 B. Stichting Pensioenfonds KLM- Cabinepersoneel. (Versie Tekst van 10 december 2007)

AANVULLEND PENSIOENREGLEMENT EINDLOON

STICHTING BEDRIJFSPENSIOENFONDS VOOR DE AGRARISCHE EN VOEDSELVOORZIENINGSHANDEL. Postbus GC Rijswijk.

Reglement arbeidsongeschiktheidspensioen Stichting Voorzieningsfonds Getronics

R E G L E M E N T voor P R E - P E N S I O E N. van Stichting Sportfondsen Pensioenfonds te Amsterdam

Bijlage 1 bij de pensioenovereenkomst

Stichting Pensioenfonds Ford Nederland Pensioenreglement

Stichting Pensioenfonds HAL. Pensioenreglement WIA -Excedentpensioen

PENSIOENREGLEMENT V OVERGANGSREGELING VOOR DEELNEMERS GEBOREN OP OF NA 1 JANUARI 1950

Stichting Metro Pensioenfonds. ANW Hiaatreglement. 28 oktober 2008

Aanvullend reglement

Pensioenreglement KLM Health Services. Stichting Algemeen Pensioenfonds KLM

Collectieve Arbeidsovereenkomst over pensioenen. Tronox Pigments (Holland) B.V. Rotterdam-Botlek

Pensioenreglement 2014 Stichting Pensioenfonds Blue Sky Group

Bijlagen bij Pensioenreglement 2006

Tabellenboek Stichting Pensioenfonds ING. Geldig vanaf

Pensioenreglement 2014 Stichting Pensioenfonds Blue Sky Group

Aanvullend reglement Extra Pensioenopbouw Boven de Salarisgrens 2015

Uitvoeringsrichtlijn betreffende de Flexibiliseringmogelijkheden

Reglement. Excedent Arbeidsongeschiktheidspensioen. Stichting Metro Pensioenfonds

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Pensioenreglement. van AEGON Levensverzekering N.V. voor de werknemers op wie van toepassing was de pensioenregeling van:

Pensioenreglement Stichting Pensioenfonds Blue Sky Group. (Versie 1.0 van 1 januari 2014)

Reglement Nettopensioenregeling. Stichting Pensioenfonds DSM Nederland

Addendum bij de pensioenreglementen geldig vóór 1 januari 2018 van Stichting Pensioenfonds Lloyd s Register Nederland

Werkgever: Metro, en de door de directie aangewezen verbonden. ondernemingen, waarmee de stichting, onder goedkeuring van de

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

Stichting Pensioenfonds Gasunie

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2016

TIJDELIJKE AANVULLINGSREGELING van Stichting Pensioenfonds Koninklijke Ten Cate. Per 1 januari 2006

Prepensioenreglement van Stichting Pensioenfonds Jacobs Nederland. versie 1 oktober 2014

Bijlage 1 behorende bij het pensioenreglement d.d. 1 januari 2017 van de Stichting Pensioenfonds ERIKS

Stichting Pensioenfonds HAL

Aanvulling 3 op het Pensioenreglement 2011

Pensioenreglement. van AEGON Levensverzekering N.V. voor de werknemers op wie van toepassing was de pensioenregeling van:

REGLEMENT PENSIOENSPAREN van Stichting Pensioenfonds Koninklijke Ten Cate

Aanvullend reglement

Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bitumineuze- en Kunststof Dakbedekkingsbedrijven

PENSIOENREGLEMENT II STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE MEUBELINDUSTRIE EN MEUBILERINGSBEDRIJVEN. Juni 2015

PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN PENSIOENREGLEMENT UNISYS COMBI PENSIOEN UNISYS PENSIOENREGLEMENT, 12E NOTA VAN WIJZIGING

Tabellenboek Stichting Pensioenfonds ING. Geldig vanaf

Bijlagen. Stichting Pensioenfonds Unisys Nederland. Versie 1 januari 2013 PENSIOENREGLEMENT UNISYS PENSIOENKAPITAALPLAN

STICHTING PENSIOENFONDS VAN DE METALEKTRO AANVULLEND REGLEMENT. Pensioenopbouw boven de Salarisgrens (hoog) voor het personeel van <naam onderneming>

REGLEMENT WGA-HIAATREGELING

BESCHIKBARE PREMIE REGELING (DC Pensioenfonds)

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

PENSIOENREGLEMENT. Gewijzigd per: 1 januari 2014 Goedkeuringsdatum : 17 december 2013 Definitieve versie

Reglement Anw-hiaatpensioen

Stichting ING CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2018

Stichting ING CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2019

Stichting NN CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2018

Stichting NN CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2019

REGLEMENT VOOR HET WAO-HIAAT PENSIOEN Van Stichting Pensioenfonds Holland Casino

BESCHIKBARE PREMIE REGELING (DC-Pensioenfonds)

STICHTING FLEXIBEL PENSIOEN RANK XEROX AMSTELVEEN REGLEMENT

Stichting Pensioenfonds Caribisch Nederland. Uitvoeringsreglement als bedoeld in artikel 11f van de Pensioenwet ambtenaren BES

Samenvatting DEPF reglementen Per 1 januari 2015

Oudedagregelingen. 6b.19 6b.20 6b.21 6b.22 6b.23 6b.24 6b.25 6b.26 6b.27 6b.28 6b.29. 6b.30 6b.31. 6b.32. 6b.33 6b.34 6b.35

Addendum op het pensioenreglement van 1 januari 1988, versie 8

Stichting ING CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2017 (concept)

Stichting NN CDC Pensioenfonds. Tabellenboek 2017 (concept)

REGLEMENT PENSIOENSPAREN van Stichting Pensioenfonds Koninklijke Ten Cate. Per 1 januari 2011

Reglement Anw-hiaatpensioen

PENSIOENREGLEMENT Stichting Pensioenfonds BP. Versie 1.0

Tabellenboek. geldig van 1 januari 2015 tot en met 31 december Duidelijk over dadelijk

REGLEMENT WAO-HIATENPENSIOEN STICHTING PENSIOENFONDS ALLIANCE

PENSIOENREGLEMENT VAN PENSIOENFONDS OPENBARE BIBLIOTHEKEN. POB-standaardreglement januari 2015

Stichting Pensioenfonds Gasunie

Stichting Pensioenfonds Gasunie

Samenvatting DEPF reglementen

Reglement Nettopensioenregeling. Stichting Pensioenfonds DSM Nederland

REGLEMENT FLEXIBELE AANVULLINGSREGELING (FAR)

REGLEMENT AANVULLEND ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOEN VAN STICHTING PENSIOENFONDS IMTECH

ANW- Hiaat Reglement 2015

Reglement Nettopensioenregeling. Stichting Pensioenfonds DSM Nederland

Reglement Nettopensioenregeling. Stichting Pensioenfonds DSM Nederland

ANW- Hiaat Reglement De Stichting Kuwait Petroleum Pensioenfonds Nederland

Reglement Versleepregeling

Reglement Prepensioenregeling. 01/01/2008 (laatstelijk gewijzigd per 25/02/2014; in werking getreden per 01/01/2012)

Transcriptie:

Stichting Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Reglement Fiscaal Onzuivere Aansprakenregeling Netto Aanvullende Pensioenregeling Versie 12.0 - Tekst van 6 december 2013

Karakteristiek van de regeling `Fiscaal onzuivere aansprakenregeling KLM/KLC en VNC zijn overeengekomen om in het kader van de nieuwe pensioenregeling een Fiscaal onzuivere aansprakenregeling in het leven te roepen. Deze regeling maakt onderdeel uit van de collectieve pensioenregeling, en is voor werknemers aan de basispensioenregeling verplicht. De KLM/KLC zal bij de deelnemer een premie op het netto loon in mindering brengen en aan het Fonds afdragen. De deelnemer wordt geacht de KLM/KLC tot de inhouding en afdracht van deze premie te hebben gemachtigd. De hoogte van de premie bedraagt voor iedere deelnemer 2% van de grondslag. Onder grondslag wordt verstaan 13,96 maal het maandsalaris van de deelnemer inclusief de eventuele leeftijdstoeslag, zoals vastgesteld per 1 januari van ieder jaar of de latere datum van indiensttreding bij respectievelijk KLM of KLC, uitgaande van een volle productie. De premie komt volledig voor rekening van de deelnemer. Wanneer het Fonds deze premie ontvangt, wordt deze na aftrek van het door het Bestuur vastgestelde percentage aan administratiekosten en na aftrek van de risicopremie voor premievrije voortzetting van het deelnemerschap bij arbeidsongeschiktheid, aangewend voor de inkoop van een aanspraak op levenslang ouderdomspensioen. De omzetting van de premie in een aanspraak op ouderdomspensioen zal plaatsvinden op basis van door het bestuur vast te stellen Fondsfactoren. Op dit ouderdomspensioen zijn de bepalingen van dit reglement van toepassing. Op de normpensioendatum van 60 jaar heeft de deelnemer de mogelijkheid om in plaats van een levenslang ouderdomspensioen te kiezen voor - een tijdelijk ouderdomspensioen dat uitgekeerd wordt tot aan de dag waarop de betrokkene de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt, dan wel - een uitkering ineens. Op de volgens dit reglement vastgestelde aanspraak op ouderdomspensioen is de zogeheten fiscale omkeerregel niet van toepassing. Dit houdt niet alleen in dat de premie in mindering gebracht wordt op het netto loon van de deelnemers, maar ook

dat over het te zijner tijd uitgekeerde ouderdomspensioen volgens de thans geldende wetgeving, geen belasting op grond van de Wet op de loonbelasting 1964 verschuldigd is. Voor de Wet op de inkomstenbelasting 2001 geldt dat de uitkering onbelast is in Box 1. De deelnemer, gewezen deelnemer dan wel gepensioneerde is op grond van de Wet op de inkomstenbelasting 2001 verplicht om elk jaar, ook nadat het op basis van dit reglement vastgestelde (tijdelijk) ouderdomspensioen al is ingegaan, de waarde van deze aanspraak aan de Belastingdienst op te geven in Box 3, ter vaststelling van de (eventueel) verschuldigde vermogensrendementsheffing. Deze heffing is voor rekening van de deelnemer, de gewezen deelnemer dan wel de gepensioneerde. In verband hiermee wordt jaarlijks aan de deelnemer, gewezen deelnemer en gepensioneerde een opgave van de (resterende) waarde van de aanspraak op het op basis van dit reglement vastgestelde ouderdomspensioen opgegeven.

Inhoudsopgave Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1 Artikel 2 Aanvang en einde van de deelneming 1 Artikel 3 Premiebijdragen van deelnemers 2 Artikel 4 Ouderdomspensioen op de normpensioendatum 3 Artikel 5 Eerder of later met pensioen 4 Artikel 6 Deeltijdpensioen 4 Artikel 7 Voortijdige beëindiging van het deelnemerschap 5 Artikel 8 Waardeoverdracht 6 Artikel 9 Keuzemogelijkheid voor een tijdelijk ouderdomspensioen 7 Artikel 10 Pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid 8 Artikel 11 Indexering (toeslagverlening) 8 Artikel 12 Afkoop pensioenaanspraken 10 Artikel 13 Uitvoeringsbepalingen 11 Artikel 14 Werkingssfeer 11 Artikel 15 Datum inwerkingtreding 12 BIJLAGE 1 Cijferbijlage per 1 januari 2014 13 BIJLAGE 2 Fondsfactoren met betrekking tot de omzetting van de premies in ouderdomspensioen 15 BIJLAGE 3 Afkoopfactoren 16 BIJLAGE 4 Factoren bij eerdere of latere pensionering 17 BIJLAGE 5 Factoren voor omzetting in tijdelijk netto ouderdomspensioen 19 BIJLAGE 6 Versiebeheer 20

Artikel 1 Begripsomschrijvingen Dit reglement Fiscaal Onzuivere Aansprakenregeling maakt per 1 januari 2004 onderdeel uit van de collectieve basispensioenregeling, waartoe ook de pensioenreglementen 2008A en 2008B behoren. De begripsomschrijvingen in artikel 1 van het van toepassing zijnde Pensioenreglement zijn op dit reglement van overeenkomstige toepassing. Artikel 2 Aanvang en einde van de deelneming Aanvang deelneming 1. De werknemers op grond van Pensioenreglement 2008 A dan wel 2008 B worden als deelnemer aan dit reglement opgenomen. Uitzondering op het deelnemerschap 2. In afwijking van lid 1, is van deelname uitgesloten: a. De werknemer die op 1 januari 2004 een loondoorbetaling ontvangt en die aansluitend recht verkrijgt of zou verkrijgen, indien betrokkene volgens die wet verzekerd zou zijn geweest, op een uitkering krachtens de WAO; b. De werknemer die op 1 januari 2004 een uitkering genoot krachtens de WAO. 1 Einde deelneming 3. Het deelnemerschap eindigt bij beëindiging van het dienstverband met de KLM/KLC, maar in ieder geval op de dag waarop de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. Voortduring deelnemerschap na beëindiging dienstverband 4. In afwijking van het bepaalde in het vorige lid wordt het deelnemerschap geacht voort te duren na beëindiging van het dienstverband, voor zover de persoon: a. recht heeft op premievrije voortzetting van de pensioenopbouw wegens arbeidsongeschiktheid; b. recht heeft op voortzetting van de pensioenopbouw op grond van een door KLM/KLC met VNC overeengekomen regeling in de sfeer van de arbeidsvoorwaarden. 5. Het vorige lid geldt niet als en voor het deel dat het in strijd is met de Pensioenwet.

Artikel 3 Premiebijdragen van deelnemers Premiebijdragen 1. De premie komt volledig voor rekening van de deelnemer. Hoogte van de premie 2. Voor ieder kalenderjaar wordt op het netto loon van iedere deelnemer een premie ter grootte van 2% van de grondslag ingehouden. Voor een gedeelte van een kalenderjaar wordt de premie naar evenredigheid vastgesteld. Inhouding en afdracht van de premie 3. De premies zijn per maand verschuldigd en worden voldaan door middel van inhouding door de KLM op het netto salaris of op de salarisvervangende netto uitkering. 4. Onder de grondslag wordt verstaan 13,96 maal het maandsalaris van de deelnemer inclusief de eventuele leeftijdstoeslag, zoals vastgesteld per 1 januari van ieder jaar of de latere datum van indiensttreding bij respectievelijk KLM of KLC, uitgaande van een volle productie. 2 5. De KLM/KLC zal deze premies aan het Fonds afdragen. 6. De deelnemer wordt geacht de KLM/KLC tot de inhouding en afdracht van deze premie te hebben gemachtigd. Premie deeltijdwerknemers 7. Voor een deeltijdwerknemer wordt de premie vastgesteld in de verhouding tussen de verminderde productie en de bij CAO vastgelegde volle productie. Premie flexwerkers 8. Voor een flexwerker wordt de premie vastgesteld door de premie als bedoeld in het tweede lid van dit artikel te vermenigvuldigen met het flexpercentage.

Artikel 4 Ouderdomspensioen op de normpensioendatum Inkoop aanspraken levenslang ouderdomspensioen 1. Wanneer het Fonds de premie ontvangt, wordt deze aangewend voor de inkoop van een aanspraak op levenslang ouderdomspensioen. Opslagen in de premie voor ouderdomspensioen 2. Voorafgaand aan de aanwending van de premie voor inkoop van levenslang ouderdomspensioen wordt door het fonds op de premie in mindering gebracht: - het door het Bestuur vastgestelde percentage aan administratiekosten en - de door het Bestuur vastgestelde risicopremie voor de premievrije voortzetting van het deelnemerschap bij arbeidsongeschiktheid De hoogte van het percentage administratiekosten en de risicopremie zijn opgenomen in het overzicht onder bijlage 1. Omzettingsfactoren voor inkoop van ouderdomspensioen 3. De omzetting van de premie in een aanspraak op ouderdomspensioen vindt plaats op basis van door het Bestuur overeenkomstig de Actuariële en bedrijfstechnische nota vast te stellen leeftijdsafhankelijke, sekseneutrale Fondsfactoren. Deze factoren zijn in Bijlage 2 bij dit reglement opgenomen. 3 Verworven ouderdomspensioen ongewijzigd bij wijziging factoren 4. Deze omzettingsfactoren, zoals opgenomen in bijlage 2 kunnen door het Bestuur worden gewijzigd. De vóór het tijdstip van wijziging reeds opgebouwde, ingegane of premievrije ouderdomspensioenen zullen als gevolg van wijziging van de genoemde factoren geen verandering ondergaan. Duur van de ouderdomspensioenuitkering 5. De door middel van de premies ingekochte aanspraak op ouderdomspensioen betreft een aanspraak op levenslang ouderdomspensioen, dat ingaat op de normpensioendatum, en uitgekeerd wordt tot en met de maand van overlijden van de gepensioneerde. Vervallen van de aanspraken op ouderdomspensioen bij vooroverlijden 6. Bij overlijden van de (gewezen) deelnemer vóór de (vervroegde of uitgestelde) pensioendatum, vervallen alle op basis van dit reglement vastgestelde aanspraken op ouderdomspensioen.

Vermogensrendementsheffing ten laste van (gewezen) deelnemers en gepensioneerden 7. Jaarlijks wordt aan de deelnemer, gewezen deelnemer en gepensioneerde een opgave van de waarde van de opgebouwde pensioenaanspraken dan wel ingegane pensioenuitkering verstrekt. 8. De eventueel aan de Belastingdienst verschuldigde vermogensrendementsheffing over deze waarde, dient door de (gewezen) deelnemer respectievelijk de gepensioneerde te worden voldaan. Artikel 5 Eerder of later met pensioen Vervroeging of uitstel van het ouderdomspensioen 1. Naar keuze van de (gewezen) deelnemer, kan het op basis van dit reglement vastgestelde ouderdomspensioen op zijn vroegst ingaan op de dag waarop de 50- ste verjaardag van de deelnemer valt, doch uiterlijk op de dag waarop de AOWgerechtigde leeftijd van de (gewezen) deelnemer wordt bereikt. Ingang gelijktijdig met ouderdomspensioen basisregeling 2. Het op basis van dit reglement vastgestelde ouderdomspensioen kan alleen gelijktijdig met het ouderdomspensioen uit de basispensioenregeling eerder of later ingaan. 4 Bepalingen uit de basispensioenregeling 3. Op deze keuzemogelijkheid zijn de overige bepalingen uit de basispensioenregeling van overeenkomstige toepassing. Artikel 6 Deeltijdpensioen Deeltijdpensioen 1. Naar keuze van de deelnemer, kan het op basis van dit reglement vastgestelde ouderdomspensioen gedeeltelijk ingaan. Deze keuzemogelijkheid geldt niet voor de gewezen deelnemer. 2. Het deeltijdpensioenpercentage en het deeltijdpercentage voor het gedeelte dat de deelnemer bij de KLM/KLC in dienst blijft, mogen samen niet meer bedragen dan het percentage waarvoor de deelnemer in dienst was bij de KLM/KLC.

3. Een eenmaal gekozen deeltijdpensioenpercentage geldt tot de datum van volledige pensioeningang tenzij het gekozen percentage tussentijds wordt verhoogd. Ingang gelijktijdig met ouderdomspensioen basisregeling 4. Het op basis van dit reglement vastgestelde ouderdomspensioen kan alleen gelijktijdig met het ouderdomspensioen uit de basispensioenregeling gedeeltelijk ingaan. Ingangsdatum deeltijdpensioen 5. Het deeltijdpensioen kan op zijn vroegst ingaan op de dag waarop de 50-ste verjaardag van de deelnemer valt en uiterlijk een maand voorafgaande aan de dag waarop de AOW-gerechtigde leeftijd van de deelnemer wordt bereikt. 6. Voor het gedeelte dat de deelnemer bij de KLM/KLC in dienst blijft wordt de opbouw van het ouderdomspensioen voortgezet. Bepalingen uit de basispensioenregeling 7. Op deze keuzemogelijkheid zijn de overige bepalingen uit de basispensioenregeling van overeenkomstige toepassing. 5 Artikel 7 Voortijdige beëindiging van het deelnemerschap Premievrij ouderdomspensioen 1. Indien het deelnemerschap anders dan door overlijden, arbeidsongeschiktheid of pensionering eindigt, heeft de gewezen deelnemer aanspraak op een premievrij ouderdomspensioen. Hoogte premievrij ouderdomspensioen 2. Het op basis van dit reglement vastgestelde premievrije ouderdomspensioen is gelijk aan het tot de datum van beëindiging van het deelnemerschap opgebouwde ouderdomspensioen als bedoeld in artikel 4 van dit reglement. Vervallen premievrije aanspraken bij voortijdig overlijden 3. Bij overlijden van de gewezen deelnemer vóór de (vervroegde of uitgestelde) pensioendatum vervallen alle op basis van dit reglement vastgestelde premievrije aanspraken op ouderdomspensioen.

Bepalingen uit de basispensioenregeling 4. Op dit artikel zijn de overige bepalingen uit de basispensioenregeling van overeenkomstige toepassing. Artikel 8 Waardeoverdracht Waardeoverdracht zonder NAP-aanspraken na uitdiensttreding 1. De deelnemer die na beëindiging van het dienstverband bij de KLM/KLC de waarde van zijn premievrije aanspraken in dit Fonds wil overdragen naar de pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever, kan ervoor kiezen om alleen de premievrije aanspraken op grond van de basispensioenregeling over te dragen. 2. De premievrije aanspraken, die op basis van artikel 7 van dit reglement zijn vastgesteld, blijven op grond van het bepaalde in het eerste lid achter bij het Fonds. Risico s bij waardeoverdracht inclusief NAP-aanspraken na uitdiensttreding 3. Indien de deelnemer ook de premievrije aanspraken die op basis van artikel 7 van dit reglement zijn vastgesteld, wil overdragen naar de pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever, worden deze premievrije aanspraken, samen met de premievrije aanspraken op grond van de basispensioenregeling aangewend voor een aanvullende pensioenaanspraak in de pensioenregeling van de nieuwe werkgever. 6 4. De deelnemer dient bij zijn keuze om de premievrije aanspraken op basis van artikel 7 van dit reglement over te dragen, te beseffen dat door de overdracht de situatie kan ontstaan dat over het te zijnertijd tot uitkering komende pensioen weer belasting op grond van de Wet loonbelasting 1964 verschuldigd zal zijn. Bepalingen uit de basispensioenregeling 5. Op de mogelijke uitgaande waardeoverdracht van de premievrije aanspraken die op basis van artikel 7 van dit reglement zijn vastgesteld, zijn de overige bepalingen uit de basispensioenregeling van overeenkomstige toepassing.

Artikel 9 Keuzemogelijkheid voor een tijdelijk ouderdomspensioen Omzetten van levenslange NAP-aanspraken in tijdelijke NAP-aanspraken 1. Op de (vervroegde of verlate) pensioendatum heeft de (gewezen) deelnemer de mogelijkheid om de op grond van dit reglement opgebouwde aanspraak op een levenslang ouderdomspensioen om te zetten in een aanspraak op een tijdelijk ouderdomspensioen. Duur tijdelijke NAP-uitkering 2. Het tijdelijk ouderdomspensioen wordt uitgekeerd vanaf de pensioeningangsdatum tot de dag waarop de gepensioneerde de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Omzetten van levenslange NAP-aanspraken in tijdelijke NAP-aanspraken bij deeltijdpensionering 3. Indien een deelnemer op grond van artikel 6 van dit reglement met deeltijdpensioen gaat, heeft deze op de deeltijdpensioendatum de mogelijkheid om de krachtens dit reglement opgebouwde aanspraak op een levenslang ouderdomspensioen om te zetten in een aanspraak op een tijdelijk ouderdomspensioen. 7 4.. Na de keuze voor het omzetten van de aanspraken op levenslang ouderdomspensioen in aanspraken op tijdelijk ouderdomspensioen gaat vervolgens een overeenkomstig gedeelte van het tijdelijk ouderdomspensioen in op de deeltijdpensioendatum. 5. Wanneer de deelnemer op de deeltijdpensioendatum van deze keuzemogelijkheid geen gebruik maakt, kan deze dat alsnog doen op de (vervroegde of verlate) pensioendatum. Omzetting in tijdelijk NAP-uitkering met gebruikmaking van sekseneutrale factoren 6. Bij de in dit artikel genoemde omzetting zal de actuariële waarde van de aanspraken - met gebruikmaking van sekseneutrale actuariële factoren (zoals opgenomen in bijlage 5) - na omzetting gelijk zijn aan die ervoor. 7. Op dit tijdelijk ouderdomspensioen zijn de bepalingen van dit reglement zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Keuze voor omzetting in een tijdelijke NAP-uitkering tijdig kenbaar maken 8. De in lid 1 van dit artikel genoemde keuze dient ten minste 4 maanden vooraf - op een door de KLM/KLC ter beschikking gesteld formulier - aan het Fonds kenbaar gemaakt te worden. Artikel 10 Pensioenopbouw tijdens arbeidsongeschiktheid Geen premie verschuldigd na 1 jaar ziekte; ook geen opbouw van aanspraken na 1 jaar ziekte 1. De deelnemer is vanaf een jaar na aanvang van de loondoorbetaling bij ziekte geen premie voor deze regeling meer verschuldigd. 2. Vanaf een jaar na aanvang van de loondoorbetaling bij ziekte stopt ook de pensioenopbouw. Premie bij gedeeltijke arbeidsongeschiktheid 3. In geval van gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid is slechts premie verschuldigd voor het arbeidsgeschikte deel overeenkomstig het bepaalde in artikel 3 van dit reglement. 8 Premievrije voortzetting pensioenopbouw over arbeidsongeschikte deel 4. Vanaf het moment dat de deelnemer een arbeidsongeschiktheidspensioen ontvangt, herleeft de pensioenopbouw voor het arbeidsongeschikte deel geheel of gedeeltelijk onder overeenkomstige toepassing van artikel 11 van Pensioenreglement 2008 A, respectievelijk Pensioenreglement 2008 B. Artikel 11 Indexering (toeslagverlening) Indexatie ingegane pensioenen en de premievrije aanspraken op pensioen 1. Op de pensioenrechten van pensioengerechtigden en pensioenaanspraken van gewezen deelnemers wordt jaarlijks toeslag verleend van maximaal de prijsindex. Het Bestuur van het Fonds beslist echter jaarlijks in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast. Voor deze voorwaardelijke indexatie is geen reserve gevormd en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. Indexatie opgebouwde aanspraken deelnemers

2. Op de pensioenaanspraken van de deelnemers wordt toeslag verleend van maximaal de algemene loonronde. Het Bestuur van het Fonds beslist echter jaarlijks in hoeverre de pensioenaanspraken worden aangepast. De toeslagverlening wordt deels uit beleggingsrendement (basisindexatie) en deels uit een reserve gefinancierd (aanvullende indexatie). Het een en ander op basis van het bepaalde in lid 3 en lid 4. Verlening basisindexatie 3. De toekenning van een indexatie als bedoeld in lid 1 en 2 vindt plaats per 1 januari van enig jaar. Hiervoor geldt het volgende: - op de ingegane pensioenen van pensioengerechtigden en de premievrije aanspraken op pensioen van gewezen deelnemers kan jaarlijks per 1 januari een toeslag worden verleend van maximaal de prijsindex; - op de opgebouwde pensioenaanspraken van de deelnemers kan jaarlijks per 1 januari een basisindexatie worden verleend van maximaal de prijsindex of, als dit lager is, maximaal de algemene loonronde. De basisindexatie als bedoeld in dit lid wordt gefinancierd uit beleggingsrendement. Ingeval naar het oordeel van het Bestuur van het Fonds geen volledige basisindexatie kan worden toegekend, worden de ingegane pensioenen en de pensioenaanspraken aangepast met een gelijk percentage van de prijsindex, met dien verstande dat de opgebouwde aanspraken van de deelnemers maximaal kunnen worden verhoogd met de algemene loonronde. 9 4. In aanvulling op de in het vorige lid verleende basisindexatie, kunnen de opgebouwde pensioenaanspraken van de deelnemers extra worden verhoogd door toekenning van een aanvullende indexatie. Deze aanvullende indexatie bedraagt in enig jaar maximaal het positieve verschil tussen de algemene loonronde en de in dat jaar verleende basisindexatie. Een aanvullende indexatie kan slechts worden toegekend als en voor zover in de bestemmingsreserve voldoende middelen aanwezig zijn om een verhoging van de opgebouwde aanspraken te kunnen realiseren. Bestemmingsreserve 5. Voor de voorwaardelijke aanvullende indexatie als bedoeld in lid 4 is een bestemmingsreserve gevormd. De aanvullende indexatie heeft alleen betrekking op de deelnemers. De vorming van de bestemmingsreserve geschiedt op basis van (eventuele) ruimte in de premie, het rendement over de middelen binnen de

bestemmingsreserve (op basis van het percentage totaalrendement) en eventuele besparingen op de indexatie van de opgebouwde pensioenen voor deelnemers voor zover de prijsindex in enig jaar hoger is dan de algemene loonronde. De bestemmingsreserve kan ook aangewend worden voor algemene financieringsdoeleinden alsmede een additionele inhaalindexatie voor deelnemers. Inhaalindexatie 6. Het Bestuur van het Fonds is bevoegd om in enig jaar een indexatieachterstand geheel of gedeeltelijk ongedaan te maken. Aan deelnemers kan een extra inhaalindexatie toegekend worden ten laste van de bestemmingsreserve als en voor zover de onder het vorige lid beschreven bestemmingsreserve toereikend is. Inwerkingtreding artikel 11 7. Dit artikel treedt in werking met terugwerkende kracht tot 1 januari 2012. Artikel 12 Afkoop pensioenaanspraken Afkoop na uitdiensttreding 1. Het Bestuur zal de in artikel 7 van dit reglement bedoelde premievrije pensioenaanspraken twee jaar na beëindiging van de deelneming door een uitkering-ineens vervangen als de premievrije aanspraak op ouderdomspensioen op jaarbasis op het tijdstip van beëindiging van de deelneming lager is dan de afkoopgrens, zoals bedoeld in de Pensioenwet. Zie hiervoor bijlage 1: hoogte afkoopgrens. 10 2. Het gestelde in lid 1 is niet van toepassing indien de gewezen deelnemer het Fonds binnen twee jaar na beëindiging van de deelneming heeft gemeld dat hij een procedure tot waardeoverdracht is gestart. 3. Indien de ingangsdatum van het ouderdomspensioen ligt voor het verstrijken van de in het eerste lid genoemde termijn van twee jaar, zal het Bestuur de pensioenaanspraken op de ingangsdatum van het ouderdomspensioen vervangen door een uitkering-ineens op voorwaarde dat de uitkering van het ouderdomspensioen op jaarbasis op de ingangsdatum lager is dan de afkoopgrens.

Keuze voor uitkering ineens bij ingangsdatum pensioen 4. Indien de (gewezen) deelnemer gebruik wil maken van de in de pensioenwet bedoelde afkoopmogelijkheid, zal het Bestuur, op verzoek van de (gewezen) deelnemer, de pensioenaanspraak op de ingangsdatum vervangen door een uitkering-ineens. 5. De keuze voor een uitkering-ineens dient ten minste 1 maand voorafgaande aan de pensioeningangsdatum aan het Fonds kenbaar te worden gemaakt. Afkoopvoetfactoren 6. De uitkering-ineens, bedoeld in dit artikel, wordt berekend naar door het Bestuur - gehoord de actuaris - vastgestelde grondslagen. De afkoopvoetfactoren en hun geldigheidsduur zijn opgenomen in Bijlage 3 bij dit reglement. Artikel 13 Uitvoeringsbepalingen Artikelen uit basispensioenregeling zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing 1. Op de uitvoering van deze Fiscaal Onzuivere Aansprakenregeling zijn de artikelen uit de basispensioenregeling zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing. 11 2. In verhouding tot het van toepassing zijnde Pensioenreglement 2008 A dan wel 2008 B zijn in elk geval de bepalingen over Verevening en conversie van pensioen bij scheiding (artikel 21), Uitbetaling van pensioenen (artikel 25), Verplichtingen van de deelnemers (artikel 28), Verstrekken van informatie door het Fonds (artikel 29), Afkoop, beslag, overdracht, inpandgeving (artikel 30) en Bijzondere gevallen (artikel 31) van overeenkomstige toepassing. 3. In de gevallen waarin dit reglement niet voorziet, beslist het Bestuur zoveel mogelijk in overeenstemming met de strekking van dit reglement. Artikel 14 Werkingssfeer Toepasbaarheid bepalingen De bepalingen van dit reglement zijn van toepassing op degenen die ingevolge de basispensioenregeling deelnemer aan het Fonds zijn.

Artikel 15 Datum inwerkingtreding Dit reglement is vastgesteld op 3 februari 2006 en wordt geacht met terugwerkende kracht in werking te zijn getreden op 1 januari 2004 onder de naam Reglement Fiscaal Onzuivere Aansprakenregeling. Dit reglement is laatstelijk gewijzigd op 6 december 2013. Het gewijzigde reglement treedt in werking per 1 januari 2014. 12

BIJLAGE 1 Cijferbijlage per 1 januari 2014 (bedragen in ) 2014 2013 2012 2011 2010 2009 Franchise 13.449,- 13.227,- 13.062,- 12.898,- 12.673,- 12.465,- WIAuitkeringsgrens 51.417,- 50.856,- 50.065,- 49.298,- 48.716,- 47.802,- Anwhiaatpensioen 13.900,- 13.800,- 13.600,- 13.400,- 13.250,- 13.050,- Afkoopgrens op grond van de Pensioenwet 458,06 451,22 438,44 427,29 420,69 417,74 Deelnemersbijdragen Percentage van de netto pensioengrondslag. Artikel 24 lid 2 a (R2008A). Percentage van de bijdragegrondslag. Artikel 24 lid 2 a (2008B). Percentage van de netto pensioengrondslag, Artikel 24 lid 2b (R2008A). Percentage van de bijdragegrondslag, Artikel 24 lid 2b (R2008B). Maandelijkse bijdrage. Artikel 24 lid 2c (R2008A/2008B). 2014 2013 2012 2011 2010 2009 2,3% 2,3% 2,0% 1,65% 1% 1% 2,3% 2,3% 2,0% 1,65% 1% 1% 1,4% 1,4% 1,2% 1,2% 1,4% 1,4% 1,4% 1,4% 1,2% 1,2% 1,4% 1,4% 16,70 16,60 12,90 12,70 17,10 16,80 13

NAP-regeling (artikel 3) Percentage van de grondslag ingehouden op het nettoloon. NAP opslag Administratiekosten NAP opslag Arbeidsongeschiktheid 2013 2012 2011 2010 2009 2% 2% 2% 2% 2% 2% 5,50% 5,50% 5,50% 5,50% 5,50% 5,50% 2,70% 2,70% 2,70% 2,70% 2,70% 2,70% 14

BIJLAGE 2 Fondsfactoren met betrekking tot de omzetting van de premies in ouderdomspensioen Omzetttingsfactoren ouderdomspensioen (ter uitvoering van artikel 4 van dit reglement) Leeftijd factor Leeftijd factor 18 5,0074 40 9,9343 19 5,1666 41 10,2467 20 5,3310 42 10,5691 21 5,5004 43 10,9012 22 5,6752 44 11,2439 23 5,8553 45 11,5976 24 6,0410 46 11,9624 25 6,2327 47 12,3390 26 6,4302 48 12,7279 27 6,6339 49 13,1295 28 6,8440 50 13,5446 29 7,0606 51 13,9739 30 7,2840 52 14,4179 31 7,5142 53 14,8778 32 7,7514 54 15,3542 33 7,9961 55 15,8479 34 8,2483 56 16,3593 35 8,5082 57 16,8903 36 8,7761 58 17,4418 37 9,0524 59 18,0149 38 9,3373 60 18,6108 39 9,6311 15 De factoren in deze Bijlage zijn in werking getreden per 1 januari 2014 en kunnen periodiek door het Bestuur worden gewijzigd.

BIJLAGE 3 Afkoopfactoren Sekseneutrale afkoopfactoren van het levenslange ouderdomspensioen (ter uitvoering van artikel 12 van dit reglement). * factor waarmee het ouderdomspensioen, dat ingaat op leeftijd 60, moet worden vermenigvuldigd om het bedrag te vinden dat ineens wordt uitgekeerd. Leeftijd OP* Leeftijd OP* 19 5,0633 40 9,7356 20 5,2244 41 10,0418 21 5,3904 42 10,3577 22 5,5617 43 10,6832 23 5,7382 44 11,0190 24 5,9202 45 11,3656 25 6,1080 46 11,7232 26 6,3016 47 12,0922 27 6,5012 48 12,4733 28 6,7071 49 12,8669 29 6,9194 50 13,2737 30 7,1383 51 13,6944 31 7,3639 52 14,1295 32 7,5964 53 14,5802 33 7,8362 54 15,0471 34 8,0833 55 15,5309 35 8,3380 56 16,0321 36 8,6006 57 16,5525 37 8,8714 58 17,0930 38 9,1506 59 17,6546 39 9,4385 60 18,2386 16 De factoren in deze Bijlage zijn in werking getreden per 1 januari 2014 en kunnen periodiek door het Bestuur worden gewijzigd.

BIJLAGE 4 Factoren bij eerdere of latere pensionering Sekseneutrale vervroegingsfactoren van het levenslange ouderdomspensioen (ter uitvoering van artikel 5 van dit reglement) De factor waarmee het op de vervroegde pensioenleeftijd opgebouwde levenslange netto ouderdomspensioen (NAP) moet worden vermenigvuldigd om het bedrag te vinden dat uitgekeerd wordt vanaf de vervroegde pensioenleeftijd. Vervroegde pensioenleeftijd NAP 50 0,6092 51 0,6377 52 0,6680 53 0,7002 54 0,7347 55 0,7714 56 0,8108 57 0,8530 58 0,8984 59 0,9473 60 1,0000 17

Sekseneutrale uitstelfactoren van het levenslange ouderdomspensioen (ter uitvoering van artikel 5 van dit reglement) De factor waarmee het op de normpensioenleeftijd opgebouwde levenslange netto ouderdomspensioen (NAP) moet worden vermenigvuldigd om het bedrag te vinden dat uitgekeerd wordt vanaf de uitgestelde pensioenleeftijd. De uiterste datum waarop het pensioen in kan gaan is de dag waarop de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. Uitgestelde pensioenleeftijd OP 60 1,0000 61 1,0564 62 1,1176 63 1,1840 64 1,2566 65 1,3359 66 1,4200 67 1,5151 18 Deze bijlage treedt in werking op 1 januari 2014. De factoren kunnen periodiek door het Bestuur worden gewijzigd.

BIJLAGE 5 Factoren voor omzetting in tijdelijk netto ouderdomspensioen (ter uitvoering van artikel 9 van dit reglement) De factor waarmee het tot de feitelijke pensioenleeftijd opgebouwde en vervroegde of uitgestelde levenslange netto ouderdomspensioen (NAP) moet worden vermenigvuldigd om het bedrag te vinden dat uitgekeerd wordt tot de dag waarop de AOW-gerechtigde leeftijd wordt bereikt. Feitelijke AOW gerechtigde leeftijd pensioenleeftijd 65 66 67 50 1,8457 1,7577 1,6804 51 1,9210 1,8216 1,7349 52 2,0082 1,8948 1,7969 53 2,1100 1,9794 1,8679 54 2,2306 2,0783 1,9499 55 2,3756 2,1954 2,0459 56 2,5530 2,3362 2,1594 57 2,7751 2,5085 2,2959 58 3,0610 2,7242 2,4631 59 3,4426 3,0019 2,6722 60 3,9775 3,3726 2,9416 61 4,7804 3,8920 3,3011 62 6,1195 4,6721 3,8050 63 8,7995 5,9732 4,5617 64 16,8443 8,5772 5,8241 65 16,3941 8,3510 66 15,9367 19 Factoren voor tussenliggende leeftijden worden bepaald door lineaire interpolatie. Deze bijlage treedt in werking op 1 januari 2014. De factoren kunnen periodiek door het Bestuur worden gewijzigd.

BIJLAGE 6 Versiebeheer Versienummer : 11.0 Tekst per: : 19 september 2013 Vastgesteld in Bestuursvergadering d.d. : 11 april 2013 Wijzigingen ten opzicht van vorige versie : Op grond van de vereenvoudiging van het pensioenreglement is het reglement tekstueel herzien. Nieuw ingevoegd: Bijlage 1 Cijferbijlage Versienummer :12.0 Tekst per :1 januari 2014 Vastgesteld in Bestuursvergadering d.d. : 19 september 2013 en 6 december 2013 20 Wijzigingen ten opzicht van vorige versie : Artt: 2 (lid 3), 5 (1) en 6 (lid 5) - wijzigingen ivm berekening op dagbasis per 1 januari 2014 Bijlagen - Wijziging factoren bijlagen 2 t/m 5 ( vergadering bestuur 7 december 2012, 19 september 2013 en 6 december 2013) Versienummer : Tekst per: : Vastgesteld in Bestuursvergadering d.d. : Wijzigingen ten opzicht van vorige versie :