CHAPTER 10 NEDERLANDSE SAMENVATTING



Vergelijkbare documenten
Samenvat ting en Conclusies

Samenvatting. Samenvatting

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Nederlandse samenvatting

NEDERLANDSE SAMENVATTING

Nederlandse. Samenvatting

Nederlandse Samenvatting

SAMENVATTING Geactiveerde Zuurstoftherapie heeft een zeer positieve invloed op het cholesterolgehalte

Java Project on Periodontal Disease. Periodontal Condition in Relation to Vitamin C, Systemic Conditions and Tooth Loss Amaliya

NEDERLANDSE SAMENVATTING

Chapter 10. Samenvatting

Physiological functions of biliary lipid secretion SAMENVATTING

UvA-DARE (Digital Academic Repository) HDL cholesterol: atherosclerosis and beyond Bochem, A.E. Link to publication

Doorbloeding van het hart tijdens dieetblootstelling en sevofluraan anesthesie

Nederlandse samenvatting. (summary in Dutch)

Bijlage III Wijzigingen van de samenvattingen van productkenmerken en bijsluiters.

density lipoproteïne (LDL cholesterol) lijkt een belangrijke rol te spelen in de initiatie van Nederlandse samenvatting

Nuclear receptors in control of cholesterol transport Veen, Jelske Nynke van der

Nederlandse samenvatting

Chapter 10. Samenvatting

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Kleef hier onmiddellijk een identificatiesticker. blauw. Toelatingsexamen arts. 2 juli Generieke competenties (GC) VAARDIG 2

Kleef hier onmiddellijk een identificatiesticker. geel. Toelatingsexamen arts. 2 juli Generieke competenties (GC) VAARDIG 2

DUTCH SUMMARY NEDERLANDSE SAMENVATTING

Dia 1 Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. Dia 2. Dia 3. Vet in Historisch Perspectief. simpele vetopstapelingsziekte

Samenvatting. Chapter 8

Lipiden, Diabetes en Cardiovasculair Risicomanagement. 17 januari 2013, Utrecht Dr. Janneke Wittekoek, Cardioloog Stichting Actief Preventie Plan

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Novel insights in cholesterol excretion van der Velde, A.E. Link to publication

Hoofdstuk 2 Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4. Hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

SAMENVATTING. 140 Samenvatting

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Nederlandse samenvatting

Samenvatting. Reumatoïde artritis: biologicals en bot

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

132

Nederlandse samenvatting voor medisch niet-ingewijden

Chapter 10. Samenvatting

The role of apolipoprotein E in the assembly and secretion of very low density lipoproteins Mensenkamp, Arjen Rutger

Samenvatting in het Nederlands (Dutch summary)

Chapter 9. Samenvatting

Samenvatting Samenvatting hoofdstuk 1 127

Samenvatting voor niet-ingewijden

hoeveelheid antioxydanten in plasma zich aanpast aan de verhoogde concentratie MOV (Hoofdstuk 4). Verder werd ook gekeken naar de plasma antioxydant

Het voorkomen van (ernstig) overgewicht of obesitas neemt wereldwijd ernstige vormen aan,

NEDERLANDSE SAMENVATTING

gegevens van de mannen die aan het begin van het onderzoek nog geen HVZ en geen diabetes hadden.

CHAPTER 9. Summary in Dutch Samenvatting in het Nederlands

hoofdstuk 11 9/21/00 1:12 PM Pagina 203 Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting. Samenvatting

hoofdstuk 3 Hoofdstuk 4 Hoofdstuk 5

Samenvatting en Discussie


Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Samenvatting voor niet-ingewijden

Samenvatting. Het Terneuzen Geboortecohort. Detectie en Preventie van Overgewicht en Cardiometabool Risico vanaf de Geboorte

Hersenontwikkeling tijdens adolescentie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Chapter 11. Samenvatting

Samenvatting Hoofdstuk 1 Hoofdstuk 2

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

Chapter 9 NEDERLANDSE SAMENVATTING

.192. Etnische ongelijkheid in hart- en vaatziekterisico:

& SAmeNvAttING dankwoord PuBLICAtIeLIJSt CurrICuLum vitae

Nederlandse samenvatting

Samenvatting Hoofdstuk 2

Samenvatting. Samenvatting

nederlandse samenvatting

Chapter 8. Dutch summary

The puzzle of high-density lipoprotein in cardiovascular prevention El-Harchaoui, Abdelkarim

Samenvatting. Samenvatting

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting CHAPTER 7

Nederlandse Samenvatting

hoofdstuk één hoofdstuk twee

Nederlandse samenvatting

Een verhoogde VLDL productie is een gemeenschappelijk kenmerk van verschillende veel voorkomende ziektes zoals diabetes type II en obesitas

Nederlandse Samenvatting

Chapter IX. Samenvatting

Nederlandse samenvatting

Chapter 9. Nederlandse Samenvatting (Dutch Summary)

Chapter. De Longcirculatie in Pulmonale Hypertensie. Nieuwe inzichten in Rechter Ventrikel- & Longfysiologie. Nederlandse samenvatting

CHAPTER XII. Nederlandse Samenvatting

Chapter 9 CHAPTER 9. Samenvatting

Nederlandse Samenvatting

Nederlandse samenvatting

Chapter 10. Samenvatting (Summary in Dutch)

Samenvatting Dankwoord About the author

(hoofdstuk 2) vatting Samen

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Nederlandse Samenvatting

Samenvatting. Samenvatting

Nederlandse Samenvatting

CHAPTER 12. Samenvatting

Nederlandse samenvatting

212

Consensus Screening op risicofactoren hart/vaatziekten

Samenvatting in het Nederlands

Transcriptie:

CHAPTER 10 NEDERLANDSE SAMENVATTING

Chapter 10 156 Dit proefschrift bestaat uit een aantal studies waarin de veranderingen in het vermogen van plasma om de uitstroom (efflux) van cholesterol uit cellen te stimuleren wordt onderzocht bij patiënten met type 1 en type 2 diabetes mellitus. Tevens worden veranderingen in lipidentransfereiwitten-gemedieerde effecten op de vetstofwisseling bestudeerd bij diabetespatiënten en worden de mogelijke gevolgen van deze veranderingen voor het risico op hart- en vaatziekten onderzocht. Hoofdstuk 1 bestaat uit een algemene inleiding over de stofwisseling van hogedichtheids-lipoproteinen (HDL), lipidentransfereiwitten (cholesteryl ester transfer proteïne (CETP) en phospholipide transfer proteïne (PLTP)) en de efflux van cholesterol uit cellen, alsmede de stoornissen die hierin kunnen optreden bij patiënten met type 1 en type 2 diabetes mellitus. Het doel en de hypothesen van de in dit proefschrift beschreven studies wordt uiteengezet in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 3 wordt het vermogen van plasma om zeer kleine HDL deeltjes, zogenaamde pre β-hdl partikels, te genereren en de capaciteit van plasma om de efflux van cholesterol uit cellen te stimuleren onderzocht bij 14 type 1 diabetes patiënten met een matig verhoogd cholesterol en bij 13 gezonde personen. Tussen diabetespatiënten en gezonde personen bestond geen verschil in pre β-hdl vorming. Het gehalte aan phospholipiden in de HDL fractie, de plasma apolipoproteine (apo) A-I concentratie, de cholesterol esterificatie snelheid (EST), de cholesteryl ester transfer snelheid (CET), de CETP activiteit en de PLTP activiteit waren toegenomen bij type 1 diabetespatiënten ten opzichte van gezonde personen. Voor het meten van de cholesterol efflux werden twee celsystemen gebruikt: Fu5AH hepatoomcellen die scavenger receptor BI (SR- BI), maar geen ATP-binding cassette transporter A1 (ABCA1) tot expressie brengen en humane fibroblasten die (wanneer zij opgeladen worden met cholesterol) ABCA1, maar geen SR-BI tot expressie brengen. Cholesterol efflux uit Fu5AH cellen naar plasma van type 1 diabetes patiënten was verhoogd ten opzichte van gezonde personen. Ook de cholesterol efflux uit fibroblasten was bij deze patiënten toegenomen ten opzichte van gezonde personen. Behandeling met simvastatine verlaagde het plasma cholesterol, het cholesterol gehalte in zeer lage + lage-dichtheids-lipoproteinen (VLDL+LDL), de triglyceride concentratie en de apo B spiegel. Deze behandeling verlaagde daarnaast zowel de plasma CETP activiteit als CET en EST, terwijl plasma LCAT en PLTP activiteit niet veranderden. Simvastatine toediening leidde tot een geringe stijging van het HDL cholesterol, terwijl pre β-hdl vorming een trend tot verlaging toonde. Na behandeling met simvastatine bleef de capaciteit van plasma om cholesterol efflux uit de Fu5AH cellen of de fibroblasten te stimuleren onveranderd. De relatieve daling in plasma CET na simvastatine behandeling was gerelateerd aan de verlaging in VLDL+LDL

Nederlandse samenvatting 157 cholesterol, plasma triglyceriden en CETP activiteit. De relatieve veranderingen in HDL cholesterol na behandeling met simvastatine waren negatief gecorreleerd met de relatieve veranderingen in plasma CET, terwijl de relatieve veranderingen in pre β-hdl vorming positief gecorreleerd waren met de relatieve veranderingen in plasma triglyceriden en negatief met de relatieve veranderingen in HDL cholesterol. Uit dit onderzoek concluderen we dat het vermogen van plasma van type 1 diabetes patiënten met een matig verhoogd cholesterol om efflux van cholesterol uit gekweekte Fu5AH en fibroblasten te stimuleren verhoogd is. Er lijkt in deze eerste stap van de cholesterol terugtransport route (het zogenaamde reverse cholesterol transport (RCT)) bij type 1 diabetes patiënten derhalve geen defect te bestaan. Dit is waarschijnlijk het gevolg van een verhoogd plasma apo A-I en van de HDL phospholipiden concentratie en een verhoogde PLTP activiteit. De stijging van het HDL cholesterol na simvastatine behandeling kan tenminste voor een deel worden verklaard door een daling in plasma CET, welke een gevolg is van een verlaging van apo B -bevattende lipoproteinen en CETP activiteit. De door simvastatine geïnduceerde veranderingen in HDL cholesterol concentratie zijn niet geassocieerd met een verdere toename van cholesterol efflux uit fibroblasten of Fu5AH cellen. Hoofdstuk 4 beschrijft het effect van het vaak geadviseerde laag verzadigd vet, laag cholesterol dieet op het vermogen van plasma om pre β-hdl te genereren en de cholesterol efflux uit cellen te stimuleren bij type 1 diabetes patiënten met een matig verhoogd cholesterol. Na de dieetinterventie werden geen verschillen gezien in VLDL+LDL cholesterol, HDL cholesterol en HDL phospholipiden, plasma triglyceriden en in de apo A-I en apo B niveau s. De pre β-hdl vorming daalde echter als gevolg van het dieet. De plasma CETP activiteit daalde eveneens, maar plasma PLTP en LCAT activiteit veranderden niet. Deze dieetinterventie leidde niet tot een verandering in het vermogen van het plasma om cholesterol efflux uit Fu5AH cellen en humane huidfibroblasten te stimuleren. Geconcludeerd wordt daarom dat het vermogen van het plasma om cholesterol uit de cel te verwijderen, het RCT systeem, niet is veranderd, ondanks de daling in pre β-hdl vorming. De efflux van cholesterol uit gekweekte fibroblasten naar het plasma van normo- en hypertriglyceridemische type 2 patiënten werd onderzocht in hoofdstuk 5. Aan dit onderzoek namen 56 normotriglyceridemische gezonde personen, alsmede 56 normotriglyceridemische en 28 hypertriglyceridemische (met een nuchtere plasma triglyceride concentratie van meer dan 2.0 mmol/l) type 2 diabetes patiënten deel. Ondanks een lager plasma apo A-I waren pre β-hdl en pre β-hdl vorming (uitgedrukt in de absolute apo A-I concentratie) onveranderd in beide diabetes groepen. Uitgedrukt als percentage van het plasma apo A-I waren pre β-hdl en pre β-hdl

Chapter 10 158 vorming hoger bij hypertriglyceridemische type 2 diabetes patiënten in vergelijking met normotriglyceridemische type 2 diabetes mellitus patiënten en controle personen. Plasma EST, CET en PLTP activiteit waren ook hoger bij hypertriglyceridemische type 2 diabetes patiënten dan bij de normotriglyceridemische type 2 diabetes patiënten en de controle personen. Het vermogen van plasma om efflux van cholesterol uit fibroblasten te stimuleren was licht verhoogd bij hypertriglyceridemische diabetes patiënten vergeleken met normotriglyceridemische diabetes patiënten en controle personen. Univariate regressie analyse toonde dat cholesterol efflux uit fibroblasten naar plasma van diabetes patiënten positief correleerde met PLTP activiteit, pre β-hdl vorming (uitgedrukt in de absolute apo A-I concentratie), HDL phospholipiden en HDL triglyceriden, maar niet met HDL cholesterol. Multipele stapsgewijze lineaire regressie analyse toonde aan dat de cholesterol efflux uit de fibroblasten naar plasma positief en onafhankelijk bepaald werd door pre β-hdl vorming, plasma PLTP activiteit en EST zonder dat er een onafhankelijk effect van diabetes kon worden vastgesteld. Er wordt geconcludeerd dat het vermogen van het plasma van hypertriglyceridemische type 2 diabetespatiënten om cholesterol te verwijderen uit gekweekte humane fibroblasten is toegenomen, mogelijk als gevolg van een verhoogde hoge PLTP activiteit en EST. Pre β-hdl vorming bij diabetische hypertriglyceridemie is lijkt eveneens een rol te spelen betrokken bij cholesterol efflux uit fibroblasten. Hoofdstuk 6 beschrijft de relatie tussen CET en de intima media dikte (IMT) van de carotis arteriën, hetgeen wordt beschouwd als een maat voor subklinische atherosclerose. Zevenentachtig type 2 diabetes patiënten en 82 controle personen namen deel aan deze studie. Bij de diabetes patiënten was het totaal cholesterol iets lager dan bij gezonde controle personen, maar VLDL+LDL cholesterol en de apo B concentratie waren vergelijkbaar. Plasma triglyceriden waren hoger, terwijl apo A-I en HDL cholesterol lager waren bij type 2 diabetes patiënten dan bij controle personen. Zowel de plasma CETP concentratie als CET waren hoger bij diabetes patiënten. Bij type 2 diabetes patiënten werd plasma CET positief bepaald door de plasma triglyceride concentratie, VLDL+LDL cholesterol, CETP en, opmerkelijk, eveneens door de interactie tussen plasma CETP en triglyceriden. Deze laatste bevinding toont aan dat het effect van de plasma CETP concentratie op CET sterker wordt bij hogere triglyceridespiegels. Zoals verwacht was de echografische gemeten IMT van de beide carotis arteriën groter bij type 2 diabetes patiënten dan bij controle personen. Behalve door leeftijd, geslacht en polsdruk werd de IMT bij zowel diabetes patienten als controle personen onafhankelijk bepaald door CET. Dit suggereert dat een verhoogde transfersnelheid van cholesteryl esters van HDL naar apo B-bevattende lipoproteinen mogelijk bijdraagt aan de ontwikkeling van atherosclerose. Gezien het feit dat het effect van het CETP niveau op

Nederlandse samenvatting 159 CET belangrijker wordt bij hogere triglyceriden mag verwacht worden dat verlaging van plasmaspiegels van actief CETP, bijvoorbeeld door farmacologische CETP remming, met name voordeel biedt bij hypertriglyceridemische diabetes patiënten. De mogelijke invloed van een verhoogde plasma PLTP activiteit op de IMT van de arteriae carotides wordt onderzocht in hoofdstuk 7. Zevenentachtig type 2 diabetespatiënten werden met 83 gezonde controle personen vergeleken. De plasma PLTP activiteit was hoger bij type 2 diabetespatiënten dan bij controlepersonen. Multipele stapsgewijze lineaire regressie analyse toonde aan dat het plasma PLTP activiteitsniveau, naast leeftijd, geslacht, polsdruk en HDL cholesterol, een onafhankelijke determinant was van de IMT bij type 2 diabetes patiënten. De grootte van de bijdrage van de plasma PLTP activiteit aan de IMT is vergelijkbaar met dat van de HDL cholesterol concentratie. Bij controlepersonen werd geen significant effect van plasma PLTP activiteit op IMT gezien. Uit deze studie concluderen we dat een verhoogde plasma PLTP activiteit mogelijk bijdraagt aan versnelde atherosclerose bij type 2 diabetes mellitus. In hoofdstuk 8 werd de relatie tussen de plasma activiteit en de concentratie van CETP en PLTP onderzocht bij 16 type 2 diabetes patiënten en 16 gezonde controle personen. Plasma CETP en PLTP concentratie werden gemeten met ELISA waarbij monoclonale antilichamen werden gebruikt. Bij type 2 diabetes patienten waren HDL cholesterol spiegels lager en triglyceriden hoger in vergelijking met gezonde personen. De plasma CETP activiteit en CETP concentratie verschilden niet significant tussen diabetespatiënten en gezonde controlepersonen, maar de CETP specifieke activiteit (activiteit/concentratie ratio) was lager bij diabetes patiënten dan bij gezonde personen. De plasma PLTP activiteit was hoger bij diabetespatiënten, maar de concentratie van dit lipidentransfereiwit was vergelijkbaar in beide groepen. Dit resulteerde in een hogere voor de concentratie gecorrigeerde PLTP activiteit. Multipele stapsgewijze lineaire regressie analyse liet zien dat plasma CETP activiteit positief bepaald werd door de plasma CETP concentratie en negatief door de aanwezigheid van diabetes mellitus. De plasma PLTP concentratie was positief geassocieerd met HDL cholesterol en negatief met de tailleheup ratio. Plasma PLTP activiteit correleerde wel met de PLTP concentratie, maar alleen na correctie voor plasma triglyceriden en de taille-heup ratio. Geconcludeerd wordt dat de plasma CETP specifieke activiteit lager is bij type 2 diabetes patiënten in vergelijking met gezonde personen. De voor de concentratie gecorrigeerde plasma PLTP activiteit is hoger bij diabetes patiënten, maar deze verhoging is meer geassocieerd met kenmerken van het metabool syndroom dan met diabetes mellitus op zich.