VERANDEREND ARBOBELEID IN DE BRANCHE ZIEKENHUIZEN



Vergelijkbare documenten
Arbodienstverlening. Informatie voor werkgevers

Arbozorg, intern organiseren of uitbesteden? Vangnet of maatwerk?

Maatwerkregeling bij overeenstemming in CAO of per onder-neming met OR of PVT. Algemene preventie- Preventiemedewerker(s), of werkgever zelf (15- );

Veelgestelde vragen over de preventiemedewerker. 02/05/2017 Versie 2.1

Veelgestelde vragen Nieuwe Arbowet. Nieuwe Arbowet

Arbowet, beleid & arbeidsomstandigheden

Checklist arbodienstverlening op maat Voor ondernemingsraad en personeelsvertegenwoordiging

Wijziging Arbowet: wat verandert er in 2015?

Wijzigingen in de Arbowet: hoe u uw arbobeleid verrijkt

Invloed op arborisico s

De Arbowet wijzigt: maak gebruik van de nieuwe mogelijkheden

u de regie, wij de deskundigheid De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017

Invloed op arborisico s

Risico-inventarisatie & evaluatie en Preventiemedewerker

Arbowet, -beleid en arbeidsomstandigheden. Alle procedures op een rij!

Ondernemers en arbodienstverlening

De nieuwe Arbowet PER 1 JULI 2017

Invloed op arborisico s

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Rapportage toetsing Risico Inventarisatie en Evaluatie en Plan van aanpak

De rol en positie van de preventiemedewerker

Scoren met medezeggenschap

Vragen en antwoorden over de nieuwe Arbowet per 1 juli 2017

7. Arbodeskundige(n) en arbodienst

Arbodienstverlening ARBODIENSTVERLENING

NIEUWE ARBOWET PER 1 JULI 2017

OR & Arbobeleid Arbowet op de schop mr. J.L. (Janka) Sintemaartensdijk 6 maart 2018

Stafdirectoraat Personeelszaken. Notitie arbo-organisatie azm naar aanleiding van de liberalisering Arbowet 2005

Nieuwe tekst Arbowet na invoering wetswijziging per 1 juli 2017

Vragenlijst Arbodiensten in de Metalektro

Liberalisering arbodienstverlening. Wijzigingen in de Arbowet per 1 juli 2005

De Arbeidsomstandighedenwet 1998 wordt als volgt gewijzigd:

Informatieblad Nieuwe Arbowet

OR & Arbobeleid Arbowet op de schop

De RI&E is up-to-date

Vrijwilligers en Arbeidsomstandigheden

Preventiemedewerker NIBHV

Onderwerp basiscontract

Een veilige en gezonde werkplek begint met de RI&E WAT IEDEREEN OVER DE MOET WETEN

Rol van de OR en VGWM-commissie Actualiteitencollege Wijziging Arbowet 24 maart 2017

Samenwerking OR met de preventiemedewerker is meer dan een wettelijk voorschrift.

BIJLAGE PM PREVENTIEMEDEWERKER

Gewijzigde wetgeving(en)

Arbo en de rechten van de OR

Wie zijn wij? Knelpunten. Ontstaan van het model. Mijn PrO. Plan. Check. Act. Samengevat. Wie zijn wij? Knelpunten. Ontstaan van het model.

MeetUp Verzuim. Draag bij aan de aanpak van verzuim! INZICHTEN & AANPAK! HANDREIKING VOOR ONDERNEMINGSRADEN

Helger Siegert. Agenda

ARBEIDOMSTANDIGHEDEN BELEIDSPLAN AMSTERDAMS HISTORISCH MUSEUM. arbeidomstandigheden beleidsplan AHM pagina 1 van pagina 9

Inhoud en opzet Preventie-medewerker

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de slag met de RI&E. Een stap-voorstap handleiding voor ondernemers die geen risico willen lopen

HANDREIKING VOOR INVOERING VAN PREVENTIETAKEN IN DE CONTRACTCATERING

Checklist aanpassingen Arbowet 2017 versie 29 sept 2017

Aan de slag met de RI&E. Een stap-voorstap handleiding voor ondernemers die geen risico willen lopen

Arbeidsomstandighedenbeleid

Veelgestelde vragen wijziging arbeidsomstandighedenwet

MKB-ondernemer geeft grenzen aan

Veelgestelde vragen wijziging arbeidsomstandighedenwet

ONDERZOEK BCDN. Nieuw Arbowet. Marije Terwisscha van Scheltinga & Jorrit Osinga

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Checklist aanpassingen Arbowet 2017i

Overzicht beboetbare nieuwe Arbo verplichtingen per

Arbo wet maatwerk in bedrijfshulpverlening. door: Willem van Vianen

Nieuwe Arbowet, FME cijfers, ISZW en EU Robert van Beek, Beleidsadviseur. 10 november 2017

DE PREVENTIEMEDEWERKER: MAATWERK VOOR EN DOOR PROVINCIES

groot belang in de Wet werk en zekerheid (WWZ)

Arbodienstverlening: waar zit de winst?

Wijziging arbeidsomstandighedenwet. mr. Karen Maessen mr. drs. Manouk Milbou

Wat betekenen de Arbo wijzigingen voor de sector Rijk?

Arbocatalogus Tuincentra

In dit document zijn de letterlijke teksten van relevante wetsartikelen opgenomen.

Ziekteverzuim & re-integratieverplichtingen v/d werkgever

De nieuwe Arbowet. Urmond, 16 november 2017

(Hoe) houden organisaties zich bezig met duurzame inzetbaarheid? Uitkomsten onderzoek. Uitkomsten enquête duurzame inzetbaarheid

BEDRIJVEN OVER WETSWIJZIGING ARBODIENSTVERLENING EERSTE METING. - eindrapport - drs. H. Dekker dr. C. van Rij

Pensioen: werk in uitvoering

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Whitepaper: Checklist Nieuwe Arbowet: weet wat u moet regelen!

1.1 Hoe vrijblijvend is de Arbowet?

arbocare arboadviescentrum

Aan de slag met de RI&E

ARBO INFORMATIE INHOUDSOPGAVE

WIJZIGINGEN ARBOWET: DE DIEPTE IN. 7 december 2017 mr. Karen Maessen, De Voort Advocaten I Mediators

Vernieuwde Arbowet. De belangrijkste wijzigingen op een rij

MEDEWERKERS VRAGENLIJST BRANCHE-RIE TECHNISCHE GROOTHANDEL

Pesten. Wie heeft welke rol

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

De veiligheidskundige in Arbodienstverlening binnen een organisatie. Papendal, Rob van Houten

Voor wat betreft de aanvullende deskundige advies kan gekozen worden voor:

Stappenplan en checklist inkoop deskundige bijstand in de meubelindustrie

Arbobeleid. Titus Terwisscha van Scheltinga

ARBOBELEIDSPLAN 2012

Tweede Kamer der Staten-Generaal

M MKB-ondernemers negatief over verantwoordelijkheden bij ziekte werknemers

Webinar. Gevolgen wijzigingen Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) 11 april 2017

Aanvulling op de publicatie Arbodienstverlening onder eigen regie. De preventiemedewerker op maat van gemeenten

Vitaal Verzuimmanagement De arbodienst van VGZ

Arbowetswijzing Versterking betrokkenheid van de werkgevers en werknemers bij de arbodienstverlening. Ton van Oostrum

kort, Jacqueline Wit, 1 INLEIDING EN KENNISMAKING Jacqueline Wit Ambtelijk secretaris kort training en advies OR en Arbo

Transcriptie:

VERANDEREND ARBOBELEID IN DE BRANCHE ZIEKENHUIZEN Nieuwe ervaringen met arbodienstverlening en preventiemedewerkers Rapport 15 december 2005

Titel Veranderend arbobeleid in de branche ziekenhuizen Rapport 200506 Auteur(s) (a) Theo-Jan Heesen (TrajectPlus, Utrecht) m.m.v. (b) Willem Kerkkamp (Lange Land Ziekenhuis, Zoetermeer) (c) Cara van de Velde (Reinier de Graaf Groep, Delft) Datum 15 december 2005 (a) (b) (c) E: info@trajectplus.nl W: www.trajectplus.nl T: 030-2456016 E: w.kerkkamp@llz.nl W: www.llz.nl T: 079-3462693 E: velde@rdgg.nl W: www.rdgg.nl T: 015-2604570

Inhoudsopgave 1 INLEIDING 4 2 WERKWIJZE 4 3 RESULTATEN 5 Samenstelling respondenten 5 Arbodienstverlening 5 Preventiemedewerker 7 4 DISCUSSIE 9 BIJLAGEN Achtergrondinformatie 11 Vragen en antwoorden 13 Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 3 van 17

1 INLEIDING Inleiding Het arbobeleid binnen instellingen en organisaties is in beweging. Ook in de branche ziekenhuizen. Een belangrijke impuls voor organisaties om te veranderen zijn de recente veranderingen in het overheidsbeleid. Daarbij doelen we op de gewijzigde organisatie van deskundige bijstand zoals de wetswijziging is genoemd. Deze wijziging kent twee aspecten. Ten eerste de liberalisering van de arbodienstverlening. Organisaties zijn niet langer verplicht hun arbozorg in te kopen bij een externe arbodienst. Men mag die arbozorg ook zelf regelen. Er komen dus meer keuzemogelijkheden. Een tweede belangrijke verandering is de introductie van het begrip preventiemedewerker. Een nieuwe functionaris naast de andere functies die in de Arbowet zijn genoemd zoals de bedrijfshulpverlener. Doel Het afgelopen jaar hebben we een stroom aan publicaties, conferenties en scholingsaanbod kunnen zien over de preventiemedewerker. Met dit onderzoek willen we zicht krijgen op de manier hoe de branche reageert op de veranderingen in het arbobeleid van de overheid. We constateren dat veel instellingen actief zijn maar dat er ook veel vragen zijn, zowel bij staffunctionarissen, management als bij ondernemingsraden. We willen met dit onderzoek een bijdrage leveren aan de informatie-uitwisseling op dit vlak en op die manier een bijdrage leveren aan versterking van het arbobeleid binnen instellingen. 2 WERKWIJZE De werkwijze is een semi-wetenschappelijke. Door het uitzetten van een vragenlijst hebben we cijfermateriaal verzameld. Een aantal deelnemers is vervolgens nagebeld met het verzoek om een toelichting te geven op de antwoorden. Daarnaast zijn de bevindingen gepresenteerd op een discussiemiddag op 14 november met instellingen. De reacties op deze middag zijn meegenomen in dit rapport. Tot slot is ook een dosis eigen bevindingen verwerkt in het rapport. De vragenlijst is uitgezet als een online-enquête. De respondenten zijn per email geattendeerd op de vragenlijst. Daarbij is de anonimiteit gewaarborgd. Het waren in hoofdzaak staffunctionarissen die zijn aangeschreven maar ook een substantieel aandeel (20%) betrof ondernemingsraden cq. leden. In totaal zijn circa 160 mensen aangeschreven. Tot slot is op portal www.arbozw.nl melding gemaakt van deze enquête. Het is ook mogelijk dat respondenten collega s hebben geattendeerd op de vragenlijst. De onderzoeksvragen bestaan uit 4 categorieën: Feiten Organisatiemodellen Meningen Wensen en behoeftes Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 4 van 17

3 RESULTATEN SAMENSTELLING RESPONDENTEN In totaal hebben 64 mensen gereageerd op de vragenlijst. Deze mensen werkten in hoofdzaak in ziekenhuizen. De omvang van de organisaties is dan ook over het algemeen groot, bijna twee-derde deel werkt in organisaties met meer dan 1000 medewerkers. Een klein deel werkt in revalidatie-, audiologische of integrale kankercentra. Daarnaast heeft ook nog een groep mensen (16) gereageerd die in andere branches werkt. Het merendeel van deze groep is werkzaam in de publieke sector. Bij de analyse van de cijfers blijkt dat deze groep de score niet wezenlijk beïnvloed of afwijkt in de antwoorden ten opzichte van de mensen in de branche ziekenhuizen. Gelet op de doelstelling van het onderzoek hebben de getallen in dit rapport betrekking op de respondenten die in de zorg werkzaam zijn. Dat wil zeggen dat de getallen betrekking hebben op 51 respondenten uit 46 instellingen. Als we kijken naar de samenstelling van de reacties uit dan zien we het volgende: Staffunctionaris: 63% Management: 10% OR/VGW-commissie: 23% Ergocoach, arbocontactpersoon e.d.: 4% ARBODIENSTVERLENING Feiten Bijna de helft van de instellingen heeft al een keuze gemaakt in de manier waarop ze om gaan met arbodienstverlening binnen de nieuwe context. De ondernemingsraad is in vrijwel alle organisaties actief betrokken bij het instellingsbeleid. De instellingen gaan uitermate pragmatisch te werk. Meer dan 75% kiest voor de inzet van eigen deskundigheid, voor zover aanwezig, aangevuld met de inkoop van externe diensten. Het gaat dan vaak om de bedrijfsarts of om specialistische kennis voor uitvoeren van metingen of de toetsing van de risico-inventarisatie en evaluatie. Een klein deel van de instellingen (16%) geeft aan dat de nieuwe wetgeving niet tot veranderingen heeft geleid. Hiervoor worden diverse redenen aangereikt: de looptijd van het contract met de arbodienst, geen prioriteit of dat men al over een interne arbodienst beschikt. De meeste instellingen zijn eigen risicodrager voor de eerste twee jaar loondoorbetaling bij arbeidsongeschiktheid. Gelet op de grootte van de instellingen is dit ook een begrijpelijke keuze. Het zijn vooral de middelgrote en kleine organisaties (minder dan 1000 medewerkers) die geen eigen risicodrager zijn. Opmerkelijk is echter dat er ook grote organisaties zijn die hun arbeidsongeschiktheidscijfer wel afdekken met een risicoverzekering. Uit navraag blijkt dat deze instellingen nog een verzekering hebben uit een gewoonte vanuit het verleden. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 5 van 17

In het merendeel van de organisaties zijn de kosten voor arbozorg gelijk gebleven. Bij een klein deel is er sprake is van een vermindering of van een stijging van de kosten. De instellingen waar het budget lager is geworden, is dit vooral het gevolg van de bewuste keuze om de externe arbodienst minder (of niet meer) in te huren en meer dan voorheen gebruik te maken van de eigen arbodeskundigheid. Een besparing dus door minder het inkopen van externe dienstverlening. De paar instellingen die het budget verhoogd hebben geven verschillende redenen hiervoor op: inhaalslag, extra externe subsidiegelden of extra aandacht voor preventie. Organisatiemodellen Een veelgebruikt model over arbozorg is hieronder weergegeven. Dat model maakt onderscheid tussen enerzijds intern dan wel extern organiseren van de deskundigheid. Anderzijds maakt het onderscheidt naar waar de verantwoordelijkheid is neergelegd voor arbobeleid: bij het management of bij deskundigen. In dit model zijn de resultaten van de vragenlijst uitgezet. Regie bij management Zelfregie, uitvoering deels bij externe dienstverlener Zelfregie, uitvoering intern geïntegreerd vormgegeven Deskundigen extern Regie bij uitvoering volledig bij externe dienstverlener 20% 2% 53% 16% Regie volledig bij interne arbodienst Deskundigen intern Regie bij deskundigen Figuur 1: Organisatiemodellen arbozorg (Ontleend aan A+O-fonds gemeenten 2005) De percentages zijn afgerond. Een aantal respondenten geeft aan te hebben gekozen voor een combinatie van interne en externe deskundigen maar dat de verantwoordelijkheid in de lijn ligt (de bovenste kwadranten in figuur 1). Dit is zo n 10% van de respondenten. De belangrijkste overwegingen bij de vormgeving van het organisatiebeleid zijn, in afnemende prioriteit: Kwaliteit van de dienstverlening Kostenbesparing Span of control, sturingsmogelijkheden Men kan hier uit afleiden dat instellingen in groten getale van mening zijn dat men een goede, of betere kwaliteit, van arbodienstverlening kan realiseren door zelf de regie in handen te nemen cq te houden. Opvallend is ook de grote rol die is weggelegd voor het Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 6 van 17

management. De trend van demedicaliseren en integraal management is goed doorgezet binnen de branche. Meningen en wensen Wat opvalt is de overall positieve waardering voor de keuzemogelijkheden die instellingen nu hebben gekregen voor de invulling van hun arbodienstverlening. Een groot deel van de instellingen is van mening dat de liberalisering van de arbodienstverlening zorgt voor een impuls in het arbobeleid. Ook ondernemingsraden zijn neutraal tot positief. Een groot deel van de ondernemingsraden heeft de veranderingen aangegrepen om haar beleid richting bestuurder en achterban aan op te hangen. Een iets kleiner deel van de OR-en heeft een neutraal standpunt ingenomen en was dit een extra punt van aandacht in de ongetwijfeld volle agenda s. Citaten uit de vragenlijsten: Met name het niet meer afhankelijk zijn van een arbodienst welke geen meerwaarde had werkt positief en kostenbesparend. Biedt meer mogelijkheden om via raamwerk de zelfredzaamheid te vergroten. Ik kan nog niet helemaal plaatsen wat er gaat gebeuren binnen onze instelling. Bij sterke OR functioneel. Bij zwakke OR funest. In principe verandert er weinig Het overgrote merendeel van de instellingen heeft behoefte aan uitwisseling van ervaringen met andere instellingen en aan feitelijke informatie. De behoefte aan implementatieondersteuning werd door enkele enkele instellingen genoemd. Hieruit kan men opmaken dat veel instellingen heel goed in staat zijn om hun eigen boontjes te doppen. PREVENTIEMEDEWERKER Feiten Ongeveer de helft van de instellingen heeft (een) preventiemedewerker(s) aangesteld. De overige instellingen zijn bezig met beleidsontwikkeling. De OR is actief betrokken bij de beleidsontwikkeling op dit vlak. Slechts een klein deel van de instellingen heeft nog geen enkel initiatief ontwikkeld op dit vlak. En wat doet de preventiemedewerker? En wanneer wordt bijstand door andere deskundigen ingeschakeld? Hoeveel preventiemedewerkers zijn er nodig? Op dit soort vragen is bij circa een derde deel van de instellingen daar duidelijkheid over. Voor de overige instellingen zijn dat nog (deels) onbeantwoorde vragen. Houvast hierbij zou de risico-inventarisatie en evaluatie moeten zijn. Deze dient als basis voor het vaststellen van de omvang en het deskundigheidsniveau van de preventiemedewerker. Het blijkt dat een grote meerderheid over een actuele en door de Arbodienst gevalideerde RI&E-rapportage beschikt. Iets meer dan de helft van de instellingen heeft hiervoor het branche-ri&e instrument gebruikt. Maar voor veel instellingen (27%) levert de rapportage geen duidelijk antwoord op over de Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 7 van 17

preventiemedewerker. Ze vinden in dit document onvoldoende basis voor het vereiste deskundigheidsniveau of voor het vaststellen van de taken. De antwoorden over de opleiding van preventiemedewerkers zijn heel divers. Navraag bij de instellingen leert dat in alle gevallen (wel versus geen opleiding, intern versus extern opleiden) de keuze goed gemotiveerd is. De instellingen die aangeven geen opleiding te hebben, beschikkend meestal al over goed opgeleide mensen. Waar men voor externe opleidingen kiest, is vaak een goede afweging gemaakt op wat voor een kennisgebied dit nodig is en wie daarvoor in aanmerking komt. De Leidraad Preventiemedewerker, zoals die onlangs is ontwikkeld (zie literatuurlijst) en een handreiking wil bieden bij het vaststellen van het opleidingsniveau, lijkt voor grote organisaties niet nodig te zijn De samenwerking tussen preventiemedewerkers en OR is in veel instellingen nog onderwerp van overleg. Organisatiemodellen Wie is preventiemedewerker? In ruim 40% van de instellingen is een staffunctionaris (arbocoördinator) de preventiemedewerker. Bijna alle instellingen beschikken over zo n functionaris. Maar dat is niet altijd de gekozen oplossing. Een aantal instellingen kiest er voor om medewerker dicht bij de werkvloer te benoemen. Denk hierbij aan de ergocoach, agressiecoach, arbocontactpersoon e.d. Tot slot kiest een derde deel van de instellingen voor een combinatie van deze opties. De motivatie voor keuze van de preventiemedewerker is zeer divers. Een deel van de organisaties gaat daarbij grondig te werk. Op basis van een analyse van de aanwezige deskundigheid en infrastructuur worden preventietaken expliciet benoemd en toebedeeld aan medewerkers. Bij een ander deel van de organisaties voert pragmatisme de boventoon en is de arbocoördinator of een tilinstructeur tot preventiemedewerker benoemd. Het aantal preventiemedewerkers varieert dan ook van 1 tot 15 en alles wat daar tussen in zit. Het feit dat de preventiemedewerker ontslagbescherming geniet is voor een aantal instellingen een reden om terughoudend daarin te zijn. Andere instellingen geven aan dat dit geen enkele belemmering is. Meningen en behoefte De invoering van de preventiemedewerker wordt door veel instellingen gezien als oude wijn in nieuwe zakken dan wel als een formalisatie van bestaande praktijken. Een groot deel van de instellingen heeft dan ook een neutraal standpunt ten opzichte van dit onderwerp. Citaten uit de vragenlijsten: Er veranderd in wezen niet veel. Wacht de ontwikkeling en resultaten af. Het is in ons geval slechts het uitvoeren van een wettelijk aspect voor een situatie die al geborgd was. Het gaat niet over de preventiemedewerker, maar over de invulling van preventietaken. Al het gedoe over de term preventiemedewerker, leidt af van hetgeen het werkelijk om gaat. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 8 van 17

Op zich zelf zijn deze reacties begrijpelijk. Anderzijds is het opmerkelijk gelet op het grote aantal vragen en onzekerheden die de preventiemedewerker oproepen in de branche. De behoefte bij instellingen zijn vooral gelegen in het verkrijgen van feitelijke informatie en het uitwisselen van informatie. 4 DISCUSSIE Hoe divers de antwoorden ook zijn, in grote lijnen komt toch een eenduidig beeld naar voren. De branche ziekenhuizen weet namelijk heel goed wat er veranderd is, hoe men daar mee om moet gaan en wat men wil bereiken. Over het algemeen is er grote tevredenheid dat men nu, met de steun van de Arbowet in de rug, de regie in arbodienstverlening zelf in hand kan nemen. Kwaliteitsverbetering van de arbodienstverlening is daarbij de belangrijkste motivator. Voor een aantal instellingen zijn de wetswijzigingen alleen maar een wettelijke borging van een al ingeslagen weg, andere instellingen hebben de wijzigingen aangegrepen om nu zelf actief aan de slag te gaan. Ten aanzien van de preventiemedewerker is het zelfde beeld. Het ziet er naar uit dat de hype van cursussen over de preventiemedewerker op deze branche geen vat heeft gekregen. Men neemt de introductie en opleiding van de preventiemedewerker zelf in de hand. En ondernemingsraden? Die tonen de zelfde mate van tevredenheid als de staffunctionarissen. De OR-en zijn actief betrokken bij deze nieuwe veranderingen. Een aandachtspunt vormt de, in de wet genoemde, relatie tussen de preventiemedewerker en de ondernemingsraad. Die relatie moet in veel instellingen nog uitkristalliseren. Los daarvan is er de behoefte bij instellingen aan het delen van informatie en kennis, aan het uitwisselen van ervaringen. De bevindingen worden aan de hand van de volgende stellingen samengevat. Arbodienstverlening Maatwerkregeling komt tegemoet aan behoefte en praktijk binnen ziekenhuizen. Instellingen zijn in staat om zelf de regie te nemen bij arbozorg. Bij de middelgrote en kleine organisaties zijn soms (gebrek aan) geld en capaciteit een barrière in het vormgeven van het arbobeleid naar eigen inzicht. Er wordt weinig samengewerkt tussen instellingen onderling in het organiseren van arbodienstverlening. In een aantal gevallen zijn (grote) instellingen zich nog onvoldoende bewust van de besparingsmogelijkheden die het niet-verzekeren voor loondoorbetaling bij ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid kan opleveren. Bij instellingen die voor de maatwerkoptie kiezen vormt de onafhankelijke toetsing van de RI&E een punt van aandacht Preventiemedewerker De introductie van het begrip preventiemedewerker wordt hoofdzakelijk als oude wijn in nieuwe zakken gezien. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 9 van 17

Het begrip preventiemedewerker wordt intern gebruiken als hefboom om het arbobeleid op een hoger plan te brengen. De formatieomvang voor preventiemedewerkers is niet in een vuistregel te vatten. Dit is sterk afhankelijk van de aanwezige arbo-infrastructuur binnen de instelling. De ontslagbescherming van preventiemedewerkers is geen belemmering voor het bepalen van het aantal benodigde preventiemedewekers. Men is goed in staat om zelf de opleiding van preventiemedewerkers te organiseren. De door STECR en BOA ontwikkelde Leidraad Preventiemedewerker levert voor grote instellingen en organisaties geen toegevoegde waarde. RI&E-instrumenten geven wel is waar voldoende basis voor het vaststellen van preventietaken maar de vragen over preventiemedewerkers zijn niet adequaat. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 10 van 17

BIJLAGE: ACHTERGRONDINFORMATIE 1- Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet 1998 in verband met een gewijzigde organisatie van de deskundige bijstand bij het arbeidsomstandighedenbeleid en de daarmee samenhangende bepalingen. KST82823, ISSN 0921 7363, s-gravenhage: Sdu Uitgevers, 2004 Eerste Kamer, vergaderjaar 2004 2005, 29 814, A Ten downloaden via www.szw.nl, http://docs.szw.nl/pdf/34/2004/34_2004_3_6133.pdf De samenvatting van dit document is hieronder weergegeven. Maatwerk (bij overeenstemming In CAO of per onderneming met OR of PVT) Vangnet (in alle andere gevallen) Bijstand bij voorrang intern door eigen werknemers op grond van EU-richtlijn Algemene preventietaken Toets en advies RI&E Preventiemedewerker(s) of werkgever zelf (15-), deskundigheid afgeleid uit RI&E Onder verantwoordelijkheid van Gecertificeerde arbodienst, één van de vier gecertificeerde indien mogelijk intern deskundigen, indien mogelijk intern 25-: bij gebruik branche- instrument, lichte toet 10-: bij gebruik branche-instrument, geen toets Voorrangsregel EU niet van toepassing Verzuimbegeleiding Ten minste contract met bedrijfsarts Gecertificeerde arbodienst PAGO Bedrijfsarts Gecertificeerde arbodienst Aanstellingskeuring Bedrijfsarts Gecertificeerde arbodienst Spreekuur Bedrijfsarts en ingeschakelde deskundige bij RI&E Ten minste contract gecertificeerde arbodienst Bijstand deskundige werknemers op het gebied van preventie en Bescherming Artikel 13 Arbowet 1.De werkgever laat zich ten aanzien van de naleving van zijn verplichtingen op grond van deze wet bijstaan door een of meer deskundige werknemers. 2.Voorzover de mogelijkheden onvoldoende zijn om de bijstand binnen het bedrijf of de inrichting te organiseren, wordt de bijstand verleend door een combinatie van deskundige werknemers en andere deskundige personen. 3. Indien er geen mogelijkheden zijn om de bijstand binnen het bedrijf of de inrichting te organiseren, wordt de bijstand verleend door andere deskundige personen. 4.De werknemers en de andere deskundige personen beschikken over een zodanige deskundigheid, ervaring en uitrusting, zijn zodanig in aantal, gedurende zoveel tijd beschikbaar en zodanig georganiseerd, dat zij de bijstand naar behoren kunnen verlenen. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 11 van 17

5.De werkgever stelt de werknemers in de gelegenheid de bijstand zelfstandig en onafhankelijk te verlenen. De werknemers worden uit hoofde van een juiste taakuitoefening niet benadeeld in hun positie in het bedrijf of de inrichting. Artikel 21, vierde zin, van de Wet op de ondernemingsraden is van overeenkomstige toepassing. 6.De deskundige personen verlenen hun bijstand met behoud van hun zelfstandigheid en van hun onafhankelijkheid ten opzichte van de werkgever. 7. Het verlenen van bijstand omvat in ieder geval: a. het verlenen van medewerking aan het verrichten en opstellen van een risico-inventarisatie en -evaluatie als bedoeld in artikel 5; b. het adviseren aan onderscheidenlijk nauw samenwerken met de ondernemingsraad of de personeelsvertegenwoordiging, of, bij het ontbreken daarvan, de belanghebbende werknemers, inzake de genomen en de te nemen maatregelen, gericht op een zo goed mogelijk arbeidsomstandighedenbeleid; c. de uitvoering van de maatregelen, bedoeld in onderdeel b, dan wel de medewerking daaraan. 8. Een afschrift van een advies als bedoeld in het zevende lid, onderdeel b, wordt aan de werkgever gezonden. 9. In de risico-inventarisatie en -evaluatie, bedoeld in artikel 5, worden de maatregelen beschreven die nodig zijn om te voldoen aan het vierde en tiende lid. 10. In afwijking van het eerste tot en met het derde lid, kan de werkgever die een natuurlijke persoon is met niet meer dan 15 werknemers, de taken in het kader van de bijstand zelf verrichten, indien hij beschikt over voldoende deskundigheid, ervaring en uitrusting om deze taken naar behoren te vervullen. 2- STECR Leidraad: Taken en deskundigheid van de Preventiemedewerker, BOA- STECR, Hoofddorp, november 2005 3- Arbodienstverlening onder eigen regie Nieuwe wetgeving bij inkoop van arbo-, verzuim- en reïntegratiedienstverlening. Stichting Arbeidsmarkt en Opleidingenfonds Gemeenten, Den Haag, maart 2005. Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 12 van 17

BIJLAGE: VRAGEN EN ANTWOORDEN Gelet op de doelstelling van het onderzoek hebben de getallen in dit rapport betrekking op de respondenten die in de zorg werkzaam zijn. Daarnaast heeft ook nog een groep mensen (16) gereageerd die in andere branches werkt. Het merendeel van deze groep is werkzaam in de publieke sector. Bij de analyse van de cijfers blijkt dat deze groep de score niet wezenlijk beïnvloed of afwijkt in de antwoorden ten opzichte van de mensen in de branche ziekenhuizen. VRAAG Aantal antwoord A Aantal antwoord B Aantal antwoord C Aantal antwoord D 1. Functie Staffunctionaris (arbocoördinator, P&O-functionaris) Management Lid-OR/ VGWMcommissie N= 62,7% 9,8% 23,5% 3,9% 51 32 5 12 2 2. Aard van de instelling [Andere] 2. Aard van de instelling Ziekenhuis Revalidatiecentrum Andere N= 80% 6% 14% 0% 51 41 3 7 3. Grootte van de instelling minder 100 100-300 medewerkers 300-1000 medewerkers N= 6% 2% 16% 76% 51 3 1 8 39 Ergocoach of arbocontactpersoon e.d. 1000plus 4. Naam van de vestiging (*) 5. Vestigingsplaats (*) 6. Mogen we naar aanleiding van uw antwoord contact opnemen? 7. Wilt u het rapport ontvangen? 8. Vult u hier uw contactgegevens in voor het ontvangen van een rapport. [E-mail adres:] 8. Vult u hier uw contactgegevens in voor het ontvangen van een rapport. [Telefoon nummer:] 8. Vult u hier uw contactgegevens in voor het ontvangen van een rapport. [Naam:] 9. Vult u hier uw contactgegevens in indien wij contact met u mogen opnemen. [Telefoon nummer:] 9. Vult u hier uw contactgegevens in indien wij contact met u mogen opnemen. [E-mail adres:] 9. Vult u hier uw contactgegevens in indien wij contact met u mogen opnemen. [Naam:] 10. Wat is uw algemene mening over de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening? - Comment 10. Wat is uw algemene mening over de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening? Negatief, want... Neutraal, want... Positief, want... N= 2% 33% 65% 51 1 17 33 11. Uw instelling heeft ten aanzien van veranderingen rond arbodienstverlening (geen gedwongen aansluiting bij Arbodienst)... Nog geen initiatief genomen, omdat... (ga verder naar vraag 12) Is bezig met beleidsontwikkeling en kiezen waarschijnlijk voor: (ga verder naar vraag 13) N= 16% 31% 53% 51 8 16 27 12. Nog geen initiatief genomen, omdat... [Andere] 12. Nog geen initiatief genomen, omdat... We onbekend hier mee zijn. 6 Geen prioriteit te geven aan deze veranderingen. Heeft een keuze gemaakt, en heeft gekozen voor: (ga verder naar vraag 14) Andere Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 13 van 17

VRAAG Aantal antwoord A Aantal antwoord B Aantal antwoord C Aantal antwoord D N= 13% 13% 75% 8 1 1 6 13. Is bezig met beleidsontwikkeling en kiezen waarschijnlijk voor: Alle deskundigheid intern organiseren. Deels intern en deels extern inkopen. N= 13% 81% 6% 16 2 13 1 14. Heeft een keuze gemaakt en heeft gekozen voor: Alle deskundigheid intern organiseren. Deels intern en deels extern inkopen. N= 15% 81% 4% 27 4 22 1 15. Is uw instelling eigen risicodrager voor de eerste 2 jaar loondoorbetaling en WAO C is dat van plan? Nee Weet niet Ja N= 22% 22% 57% 51 11 11 29 16. De kosten die uw instelling budgetteert voor arbobeleid (preventie, verzuimmanagement, reïntegratie) is dit jaar... Is/ wordt verlaagd ten opzichte van vorige jaren Van gelijk niveau als vorige jaren N= 22% 57% 22% 51 11 29 11 17. Binnen uw instelling is ten aanzien van (een nieuwe organisatie van de) arbodienstverlening de OR niet betrokken de OR betrokken, maar de OR toont geen interesse N= 4% 2% 94% 51 2 1 48 18. Arbodienstverlening kan op verschillende manieren worden georganiseerd binnen de organisatie. Welk model past het beste bij de wijze waarop uw instelling dit heeft gedaan (C wil doen)? Deskundigheid intern, arboverantwoordelijkheid in de lijn C bij management (maatwerkregeling). Deskundigheid intern, arboverantwoordelijkheid bij deskundigen (maatwerkregeling) Alle ondersteuning extern inkopen. Alle ondersteuning extern inkopen. Is/ wordt verhoogd ten opzichte van vorige jaren de OR actief betrokken Deskundigheid extern, arboverant- extern, arboverant- Deskundigheid woordelijkheid in de woordelijkheid bij lijn C bij management deskundigen (vangnetregeling). (vangnetregeling). N= 53% 16% 20% 2% 51 27 8 10 1 18. Arbodienstverlening kan op verschillende manieren worden georganiseerd binnen de organisatie. Welk model past het beste bij de wijze waarop uw instelling dit heeft gedaan (C wil doen)? [Andere] 5 10% N= 51 19A. Wat zijn de belangrijkste argumenten om voor dit model te kiezen voor u persoonlijk, wat is uw mening ["Span of control"/sturingsmogelijkheden-problemen] 21 41% N= 51 19A. Wat zijn de belangrijkste argumenten om 6 12% N= 51 voor dit model te kiezen voor u persoonlijk, wat is uw mening [Andere] 19A. Wat zijn de belangrijkste argumenten om 23 45% N= 51 voor dit model te kiezen voor u persoonlijk, wat is uw mening [Kosten besparen] 19A. Wat zijn de belangrijkste argumenten om 39 76% N= 51 voor dit model te kiezen voor u persoonlijk, wat is uw mening [Kwaliteit] 19B. Wat zijn de belangrijkste argumenten om voor dit model te kiezen; wat is de keuze van de organisatie (voor zover daar in gekozen is): ["Span of control"/sturingsmogelijkhedenproblemen] 19B. Wat zijn de belangrijkste argumenten om voor dit model te kiezen; wat is de keuze van de organisatie (voor zover daar in gekozen is): [Andere] 19B. Wat zijn de belangrijkste argumenten om voor dit model te kiezen; wat is de keuze van de organisatie (voor zover daar in gekozen is): [Kwaliteit] 21 41% N= 51 6 12% N= 51 33 65% N= 51 19B. Wat zijn de belangrijkste argumenten om 31 61% N= 51 Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 14 van 17

VRAAG Aantal antwoord A Aantal antwoord B Aantal antwoord C Aantal antwoord D voor dit model te kiezen; wat is de keuze van de organisatie (voor zover daar in gekozen is): [Kosten besparen] 20. Ik vind dat de introductie van de nieuwe regelgeving rond de arbodienstverlening niet tot veranderingen leidt in de organisatie van de arbodienstverlening zorgt voor een formalisatie van bestaande praktijken zorgt voor een impuls in het arbobeleid binnen onze instelling N= 29% 22% 49% 0% 51 15 11 25 21. Hoe kijkt de OR aan tegen de nieuwe mogelijkheden rond de arbodienstverlening? (onverschillig) Heeft verder geen gevolgen voor de OR of medezeggenschapsrelatie (neutraal) Is een extra punt van aandacht voor de OR (positief) Wordt door de OR als een extra impuls ervaren om haar beleid richting bestuurder en achterban aan 'op te hangen' N= 2% 53% 45% 0% 51 1 27 23 0 22. Ten aanzien van de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening heb ik behoefte aan: [Implementatieondersteuning] 22. Ten aanzien van de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening heb ik behoefte aan: [Andere] 22. Ten aanzien van de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening heb ik behoefte aan: [Feiten en informatie] 7 54% N= 13 7 54% N= 13 5 71% N= 7 22. Ten aanzien van de nieuwe mogelijkheden van arbodienstverlening heb ik behoefte aan: [Uitwisselen van ervaringen met andere organisaties] 34 92% N= 37 23. De preventiemedewerker kan op verschillende manieren worden ingebed in de organisatie. Welk model past het beste bij de wijze waarop uw instelling dit heeft gedaan (C wil doen)? Preventiemedewerker is een staffunctionaris die belast is met de arbeidsomstandigheden. Preventiemedewerkers zijn aandachtsfunctionarissen (zoals ergocoach, agressiecoach, arbocontactpersoon e.d.). De functie preventiemedewerker ligt in de lijn (bijv. leidinggevende belast met de RI&E en opstellen PvA). N= 41% 24% 4% 31% 51 21 12 2 16 23. De preventiemedewerker kan op verschillende 16 manieren worden ingebed in de organisatie. Welk model past het beste bij de wijze waarop uw instelling dit heeft gedaan (C wil doen)? - Comment 24. Over de preventiemedewerker. Uw instelling...... heeft nog geen initiatief ontwikkeld t.a.v. preventiemedewerkers, omdat... (ga verder naar vraag 24)... is bezig met beleidsontwikkeling.... heeft preventiemedewerkers benoemd, namelijk: (ga verder naar vraag 25) N= 12% 45% 43% 0% 51 6 23 22 0 25. Uw instelling heeft nog geen initiatief ontwikkeld t.a.v. preventiemedewerkers, omdat... [Andere] 25. Uw instelling heeft nog geen initiatief ontwikkeld t.a.v. preventiemedewerkers, omdat... 26. U hebt preventiemedewerkers benoemd, namelijk... [het volgende aantal medewerkers:] 27. Uw instelling... Heeft geen arbocoördinator C stafmedewerker belast met arbotaken. 51 45 Heeft een arbocoördinator C een stafmedewerker belast met arbotaken. (ga verder naar vraag 27A) N= 6% 94% 0% 0% 51 3 48 0 0 Combinatie van de drie bovenstaande manieren Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 15 van 17

VRAAG Aantal antwoord A Aantal antwoord B Aantal antwoord C Aantal antwoord D 27 A. Hiervoor is het volgende aantal FTE beschikbaar: 28. De RI&E is tot stand gekomen m.b.v. een branche-instrument zoals de ZorgRIE Nee Weet niet Ja N= 35% 8% 57% 0% 51 18 4 29 29. Is deze RI&E gevalideerd door een Arbodienst? Nee Weet niet Ja N= 16% 6% 78% 0% 51 8 3 40 0 30. Is deze RI&E nog actueel? Nee Weet niet Ja N= 24% 4% 73% 0% 51 12 2 37 0 31. Geef uw RI&E voldoende inzicht in het benodigde deskundigheidsniveau van de functie "preventiemedewerker"? Nee Weet niet Ja N= 27% 29% 43% 0% 51 14 15 22 0 32. Geef uw RI&E voldoende inzicht in de benodigde omvang van de functie "preventiemedewerker"? Nee Weet niet Ja N= 39% 24% 37% 0% 51 20 12 19 0 33. Is binnen uw organisatie al bekend op welke manier de taken van preventiemedewerker(s) zullen worden ingevuld? Nee Weet nog niet hoe Is in ontwikkeling Ja N= 4% 4% 61% 31% 51 2 2 31 16 34. Is gewaarborgd dat de preventiemedewerker zelfstandig en onafhankelijk kan werken? Nee Weet nog niet hoe Is in ontwikkeling Ja N= 6% 0% 59% 35% 51 3 0 30 18 35. Heeft u zicht op welke taken door preventiemedewerkers kunnen worden uitgevoerd en wanneer bijstand moet worden verleend door andere (externe) deskundige personen? Nee Weet nog niet hoe Is in ontwikkeling Ja N= 4% 6% 37% 53% 51 2 3 19 27 36. Heeft uw instelling de preventiemedewerkers opgeleid C zijn daar plannen voor? Nee, geen opleiding Ja, een externe opleiding Ja, een interne opleiding N= 35% 22% 12% 31% 51 18 11 6 16 36. Heeft uw instelling de preventiemedewerkers opgeleid C zijn daar plannen voor? [Andere] 37. De OR is binnen uw instelling ten aanzien van de preventiemedewerker Niet betrokken Andere Betrokken, maar Actief betrokken Neutraal, want... toont weinig interesse N= 10% 10% 78% 2% 51 5 5 40 1 38. Is de samenwerking tussen (functie) preventiemedewerker(s) en de OR binnen uw organisatie al geregeld? Nee Weet nog niet hoe Is in ontwikkeling Ja N= 6% 8% 50% 36% 50 3 4 25 18 39. Hoe kijkt de OR aan tegen de introductie van de preventiemedewerker? (onverschillig) Heeft verder geen gevolgen voor de OR of medezeggenschapsrelatie (neutraal) Is een extra punt van aandacht voor de OR (positief) Wordt door de OR als een extra impuls ervaren om haar beleid richting bestuurder en achterban aan 'op te hangen' N= 10% 53% 35% 2% 51 5 27 18 1 Neen Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 16 van 17

VRAAG Aantal antwoord A Aantal antwoord B Aantal antwoord C Aantal antwoord D 40. Ik vind de introductie van de preventiemedewerker... oude wijn in nieuwe zakken zorgt voor een formalisatie van bestaande praktijken zorgt voor een impuls in het arbobeleid binnen onze instelling N= 30% 40% 30% 0% 50 15 20 15 0 41. Wat is uw algemene mening over de preventiemedewerker? Negatief, want... Neutraal, want... Positief, want... Neen N= 4% 57% 37% 2% 51 2 29 19 1 41. Wat is uw algemene mening over de preventiemedewerker? - Comment 42. Ten aanzien van de preventiemedewerker heb ik behoefte aan: [Feiten en informatie] 42. Ten aanzien van de preventiemedewerker heb ik behoefte aan: [Andere] 42. Ten aanzien van de preventiemedewerker heb ik behoefte aan: [ImplemenImplementatieondersteuning 42. Ten aanzien van de preventiemedewerker heb ik behoefte aan: [Uitwisselen van ervaringen met andere organisaties] 42. Ten aanzien van de preventiemedewerker heb ik behoefte aan: [Opleidingsondersteuning van preventiemedewerkers] 45 N= 51 26 51% N= 51 6 12% N= 51 5 10% N= 51 30 59% N= 51 3 6% N= 51 Veranderend arbobeleid binnen de branche ziekenhuizen Pagina 17 van 17