Ik ken het hotel door en door. Van elke kamer weet ik welk behang er op de muur zit, of er scheuren in de tegels van de badkamervloer zitten en welk



Vergelijkbare documenten
Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Tornado. Maartje gaat voor het eerst logeren. s Nachts belandt ze met haar vriendinnetje Eva in een tornado en beleven ze een heel spannend avontuur.

Stil blijft Lisa bij de deur staan. Ook de man staat stil. Ze kijken elkaar aan.

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

MARIAN HOEFNAGEL. De nieuwe buurt. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

O, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.

Pasen met peuters en kleuters. Jojo is weg

De Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid


Verhaal: Jozef en Maria

3 Bijna ruzie. Maar die Marokkanen en Turken horen hier niet. Ze moeten het land uit, vindt Jacco.

Geelzucht. Toen pakte een vrouw mijn arm. Ze nam me mee naar de binnenplaats van het huis. Naast de deur van de binnenplaats was een kraan.

Op weg met Jezus. eerste communieproject. Hoofdstuk 5 Bidden. H. Theobaldusparochie, Overloon

Adam en Eva eten van de boom

René op vakantie mei 2013 P U T T E N

ze terug in de la. Dan haalt ze de pannen van het fornuis en zet ze op de onderzetters. Thomas vouwt zijn handen en doet zijn ogen dicht.

Copyright Beertje Anders

MARIAN HOEFNAGEL. Met alle geweld. in één klap alleen. Uitgeverij Eenvoudig Communiceren

Ria Massy. De taart van Tamid

En rijke mensen werken niet. Die kunnen de hele dag doen wat ze leuk vinden.

De Geschiedenis van de Witte Slagerij

De twee zaken waarover je in dit boek kunt lezen, zijn de meest vreemde zaken die Sherlock Holmes ooit heeft opgelost.

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal!

1. Joris. Voor haar huis remt Roos. Ik ben er. De gordijnen beneden zijn weer dicht.

ik heb t! Gerard van Midden Noëlle Smit

Lekker ding. Maar Anita kijkt boos. Hersendoden zijn het!, zegt ze. Die Jeroen is de ergste. Ik kijk weer om en zie hem meteen zitten.

R O S A D E D I E F. Arco Struik. Rosa de dief Arco Struik 1

Klein Kontakt. Jarigen. in april zijn:

Inleiding. Veel plezier!

Vertel de kinderen, of praat met hen over het verschil tussen film, tv kijken of naar het theater gaan.

Noah(een kerstverhaal)

Werkwoorden in uitvoering - Werkwoorden schrijven - leerboek - 1

Ik ben maar een eenvoudige ezel, maar ik wil je graag een mooi verhaal vertellen

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Spreekbeurt Dag. Oglaya Doua

Eerste druk, september Tiny Rutten

NAAM. Uil kijkt in een boek. Het is een boek over dieren. Er staan plaatjes in. Van elk dier één. Uil ziet een leeuw. En een pauw. En een bever.

Micha kijkt Ruben aan. Hij trekt een gek gezicht. Micha houdt niet van puzzelen, want de puzzels die oma maakt, zijn altijd heel erg moeilijk.

Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP. marian hoefnagel

MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Beertje Anders. Lief zijn voor elkaar. Afspraak 2

Ze moet wel twee keer zo veel eten als Anne, en altijd weer die pillen vooraf.

De Bloem (van plastic) is een meid van nu! Tikkeltje brutaal!

BINNENSUIS Jehudi van Dijk

Wat een mensenkennis, grijnst vader. Van je tweelingbroer weet je toch alles? Ook al denkt hij van niet. Vera steekt haar neus in de lucht.

We hebben verleden week nog gewinkeld. Toen wisten we het nog niet. De kinderbijslag was binnen en ik mocht voor honderd euro kleren uitkiezen.

2c nr. 1 zinnen met want en omdat

Bijbellezing: Johannes 2 vers Bruiloftsfeest

Rianne haalt haar hand door Jochems haar terwijl ze naar de kamer loopt. Kijk eens wie we daar hebben? roept ze als ze uit het raam kijkt.

Burny Bos. Knofje. Alle verhalen. Met illustraties van Harmen van Straaten. Leopold / Amsterdam

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Vraag aan de zee. Vraag aan de tijd. wk 3. wk 2

Die nacht draait Cees zich naar me toe. In het donker voel ik heel zachtjes zijn lippen op mijn wang.

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

Een spannende ontsnapping

Teksten bewerkt uit het gezinsboek Ons Dagelijks Brood veertigdagentijd van pastoor M. Hagen door EBP voor

Charles den Tex VERDWIJNING

E E N B A R M H A R T I G E S A M A R I T A A N

Het is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.

Mijn ouders zijn gescheiden en nu? Een folder voor jongeren met gescheiden ouders over de OTS en de gezinsvoogd

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

Keetje zucht. Wat duurt het lang! Maar wacht... Daar komt een auto de straat in rijden. Hij stopt achter de verhuiswagen en er stappen twee mensen

VERSJES: Mourik lou VADERDAG. Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij!

Exodus 17,1-7 - Water uit de rots voor mensen met een kort lontje


Ik heb een nieuw horloge, zegt papa. Kijk.


Hij had dezelfde soort helm op als in het beeld vooraf...2 Mijn vader was verbaasd dat ik alles wist...3 Ik zat recht overeind in mijn bed te

Matteüs 25: Gezinsdienst: Wachten duurt lang!

Weer loop ik door de draaideur van het Lucasziekenhuis.

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

De arme man en zijn parkiet

Het tweede avontuur van Broer Vos en Broer Konijn

De woonkamer. Er staan veel dozen in de woonkamer, er staat een bank en een kast die half in elkaar gezet is.

Op reis naar Bethlehem

Voor Cootje. de vuurtoren

Ze neemt nog een slok van haar rum-cola. Even lijkt het alsof de slok weer omhoogkomt.

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Koningspaard Polle en de magische kamers van paleis Kasagrande

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

Mijn huis, mijn thuis

Beeldend - tekst resi lankester fotografie merel verspuij. Blijf

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Uitzicht op de heuvels 10 km van Kabaya Uitzicht op de heuvels ten noorden van Kabaya. Ongeveer 7 km van het dorp.

U leert in deze les "om raad vragen". Als u niet weet wat u moet doen, kunt u iemand om raad vragen. U vraagt of iemand u kan helpen met advies.

Ervaringen Voorbeeld jouw ervaring delen? formulier

Thema In en om het huis.

Meneer Promes komt de keuken in schuifelen met een brief in zijn hand. Hij komt op het juiste tijdstip, want Kyra is net klaar met dweilen.

Wat? Ambers mond valt open. Krijg ik dertigduizend euro? De notaris knikt. Dat klopt. Gefeliciteerd. Liz weet ook niet wat ze hoort.

Vlucht AVI AVI. Ineke Kraijo Veerle Hildebrandt. Kraijo - Hildebrandt Vlucht De Vier Windstreken. De Vier Windstreken AVI

De boekenbeer Module dans groep 1-2

0-3 maanden zwanger. Zwanger. Deel 1

Het rommelt nog even om het huisje en dan is het weer stil. Aardedonker en doodstil.

Twee blauwe vinkjes. Door: Lenneke Sprong

Heleen slaat het boek dicht. Vanavond komt er niets van lezen, haar gedachten dwalen steeds af.

De tijd die ik nooit meer

We spelen in het huis van mijn mama deze keer,

De jongen weet dat hij niet in slaap moet vallen. Want dan zullen dieven zijn spullen stelen. Ook al is het nog zo weinig wat hij heeft.

Medley 4: Liefdes medley

Transcriptie:

Proloog Dit is het verhaal over het jaar dat ik tien was. Het was het allervreemdste jaar dat ik ooit heb meegemaakt. Er gebeurden leuke dingen: de kippen kregen kuikens en ik sloot vriendschap met mijn broer Gilles. Maar er gebeurden ook minder leuke dingen: mijn ouders maakten ruzie en bijna liep het helemaal verkeerd af. De dag dat ik uit de boom viel, veranderde alles. Ik kreeg een ander hoofd of nou ja, zoiets. Dat leg ik nog wel uit. En de dag dat we met de auto in een greppel belandden, was waarschijnlijk de ergste dag van alle 365 dagen van het jaar dat ik tien was. Maar ik kan beter bij het begin beginnen. Dit verhaal begint in Hotel Bonbien op het moment dat ik al twee weken tien ben. Ons hotel staat in Frankrijk, aan de n19, en ik vind het de mooiste plek op aarde. Het ligt vlak aan de weg, dus de auto s die passeren rijden dicht langs het terras. Maar als je het pad in slaat dat naar de achterkant van het hotel loopt en verder, ben je zo tussen de heuvels. Hoog gras, gele bloemen, vogels, een paadje langs prikkeldraad, erachter bruine koeien. Daar is het rustig. 7

Ik ken het hotel door en door. Van elke kamer weet ik welk behang er op de muur zit, of er scheuren in de tegels van de badkamervloer zitten en welk uitzicht je er hebt vanaf het balkon. Hotel Bonbien hoort bij mij zoals mijn armen en benen bij me horen. Als iemand me zou vragen hoe het er ruikt, dan antwoord ik dat het er naar kleine, al een beetje verschrompelde appeltjes ruikt. Naar verse croissants en de zoute groentesoep van mijn moeder. Het maakt niet uit waar ik ben; als ik mijn ogen dichtdoe, zie ik alles voor me. Van de muizenkeutels in de broodlade tot de grote verlichte letters op de gevel. Ik hoor de wasmachine draaien, de vogels zingen en de klapdeuren piepen. Ik zie de gasten door de draaideur naar binnen en naar buiten lopen. Ik zie Gilles tegen het aanrecht hangen in zijn zwarte kleren, met dikke strepen zwart oogpotlood om zijn ogen. Ik zie mijn moeder met haar grote handen deeg kneden. Ze duwt en vouwt dubbel, duwt en vouwt dubbel op het glimmende keukenblad. Ik zie mijn vader achter de balie; hij kauwt op het uiteinde van zijn potlood en schrijft een bon. Hier ben ik geboren en hier wil ik nooit meer weg. 8

1 Waarin de zomervakantie bijna begint en de drukte in het hotel toeneemt In een hotel wordt elke dag ontbeten en elke dag afgewassen. Elke dag worden de bedden opgemaakt en elke nacht worden ze weer beslapen. Toch is geen dag hetzelfde, want elke dag zijn de mensen anders. Trouwens, als je zulke ouders hebt als ik, dan is zeker geen dag hetzelfde. Nu roept mijn moeder uit de keuken: Octave, het zout! En mijn vader roept vanachter de balie, zonder een stap in haar richting te zetten: Het zout, wat is er met het zout? Het is op, Octave, en ik ben het vergeten te bestellen. Zonder zout kan ik niet werken. Mijn moeder staat in de keuken en mijn vader achter de balie. Mijn moeder kookt en mijn vader rekent af. Het is ook wel eens andersom geweest, maar dat ging helemaal niet goed. Mijn moeder kan nu eenmaal heel lekker koken. Frambozentaart en chocoladebroodjes. En mijn vader heeft geduld voor gasten. Wat kan ik daaraan doen, Hilare? brult mijn vader over de hoofden van de gasten. 9

Ga het halen! roept mijn moeder terug. De gasten kijken verstoord van de keukendeur naar de balie en weer terug. Ze fronsen. Mijn vader wordt daar zenuwachtig van. Hij kan het zien vanaf zijn plek achter de balie. Mijn moeder ziet niets vanuit de keuken, en als ze het wel zou zien, dan zou ze zich er niets van aantrekken. Mijn vader schuifelt door de eetzaal en fluistert om de hoek van de keukendeur: Ik kan nu geen zout halen, Hilare. Regel iets, Octave! roept ze over haar schouder. Het kan me niet schelen wat. Gilles, zegt mijn vader. Echt niet, zegt Gilles. Hij is in de puberteit. Zeker wel, Gilles, nu geen ge-echt niet. Fietsen, zegt mijn vader en hij stopt Gilles een paar euro in zijn hand. Gilles zucht. Waarom heb ik geen brommer? Het is al erg genoeg dat we in het midden van (piep) nergens wonen, maar waarom geven jullie mij geen brommer? Geen geld, zegt mijn vader. Dat zegt hij altijd. Gilles gromt: Sukkels. En dan draait hij zich om. Door de ramen van de eetzaal zie ik hem wegfietsen in de richting van het dorp. Hotel Bonbien ligt in Oost-Frankrijk, een stuk boven Lang res. Het is zes kilometer fietsen naar de dichtstbijzijnde winkel, dus Gilles is pas over een uur terug. De gasten staan op om af te rekenen bij mijn vader. Daarna springen ze in hun auto s en gaan ze op weg naar Ik weet niet waarnaartoe. Verder naar het zuiden of het noorden. Is Gilles er al? roept mijn moeder. Ze roert ongeduldig in de soep, maar hij is pas net vertrokken. 10

Nee, nog niet! roept mijn vader terug. Merde, mompelt ze. Bonbien is een hotel voor mensen op doorreis. Ze willen niet echt bij ons zijn, ze willen verder, zegt mijn vader altijd. En het is waar, want de meesten drinken alleen maar een kopje koffie of gaan naar de wc. Soms blijven ze een nachtje slapen. Alleen bij heel hoge nood blijven ze langer dan één nachtje. Er was een keer een vrachtwagenchauffeur met diarree die niet verder dan twee meter bij een wc vandaan kon. Hij bleef wel drie nachten en mijn moeder bracht hem soep op zijn kamer. Er was een keer een Marokkaans gezin op weg naar Tanger. Ze waren heel even gestopt om te lunchen op de parkeerplaats voor het hotel. Er kwamen tassen vol eten uit hun busje. Een schaal couscous, een grote fles met rode saus, plastic bakjes met olijven en citroenen. Toen ze weer wilden vertrekken, deed hun bus het niet meer. De vader heeft twee dagen op zijn rug onder de bus gelegen. Hij leende gereedschap van ons en deed niets anders dan vloeken. Ondertussen liet ik zijn kinderen het terrein zien. De visvijver, het strandje waar je kunt pootjebaden, de heuvels en de velden erachter. We schommelden, bouwden hutten en pikten stiekem raketjes uit de vriezer in de schuur. Toen ze na twee dagen weer wegreden, moest ik huilen. Ik stond met mijn moeder bij de grote draaideur om ze uit te zwaaien en opeens liepen de tranen over mijn wangen. Moet je nou huilen? vroeg mijn moeder verbaasd en ze zocht naar een zakdoek in haar schort om mijn tranen af te vegen. Meisje toch. En ze trok me dicht tegen zich aan om me te troosten. 11

Toen ik klein was had ik dat veel vaker. Als leuke gasten weggingen, moest ik altijd huilen. Maar nu ik tien ben, huil ik daar niet meer om. Ik ben eraan gewend geraakt. Mensen komen, mensen gaan. Sommigen leer ik kennen, anderen niet. Soms maak ik vrienden. Ik ben heel goed in vrienden maken, en ook in afscheid nemen. De ontbijtzaal en de kamers zijn ondertussen leeg. Mijn vader komt de trap af. Hij heeft de bedden verschoond, de vloeren geveegd en de prullenbakjes geleegd. Ga eens kijken bij de weg! roept mijn moeder vanuit de keuken. Waarnaar? vraagt mijn vader. Of je Gilles al ziet. Ik kan niet verder zonder zout. Mijn vader loopt naar de weg en staart in de verte met zijn hand boven zijn ogen. Het is juni en de zon schijnt fel op het asfalt. De n19 is lang en recht. Ja! roept mijn vader en hij wijst. Dan komt hij weer naar binnen rennen. Ik zag hem in de verte. Hij zal er over twintig minuten wel zijn. Mooi zo, zegt mijn moeder tevreden. Over een week is het zomervakantie. Het wordt al drukker in het hotel, maar het is nog niet zo druk als in juli of augustus. Ik heb zin in de vakantie, want dan ben ik het gelukkigst. Ik raap eieren, help met het ontbijt en neem de tafels af. Verder hoef ik helemaal niets. 12