KORPSBLAD. Verantwoordelijke uitgever: Frank Mulleners Europalaan 30 3600 GENK. Oktober 2006 jaargang 28 nr. 106 Viermaandelijks tijdschrift



Vergelijkbare documenten
De nieuwe wapenwet wat moet u doen om in orde te zijn? U bezit een verboden wapen. Het bezit van verboden wapens is voortaan strafbaar.

OVERZICHT WAPENWETGEVING

Wegwijs in Justitie. In de hoofdrol bij Justitie. De instellingen. Meer informatie. Justitie in de praktijk. w a p e n w e t

De aangepaste wapenwet

1. De vergunning zonder munitie en de erfenis

De aangepaste wapenwet. 3 de EDITIE

p r o v i n c i e Limburg

p r o v i n c i e Limburg

De gewijzigde wapenwet van 2018

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

Federale Overheid Dienst wapens Provincieplein Leuven

p r o v i n c i e L i m b u r g

Vragenlijst theoretische proef geldig voor alle wapencategorieën

VRAGENLIJST THEORETISCHE PROEF KANDIDAAT WAPENBEZITTERS

THEORETISCHE PROEF INZAKE DE WAPENWETGEVING

Vragenlijst theoretische proef

Hoofdstuk 2: Nummering en identificatie van vuurwapens... 38

A. IDENTITEIT VAN DE AANVRAGER (in drukletters aub)

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWA PEN

A. IDENTITEIT VAN DE AANVRAGER (in drukletters aub)

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

Vraag: is model 12 (maatregelen te nemen bij de bewaring van een vuurwapen om diefstal en ongelukken te voorkomen) nog steeds geldig?

MODEL. AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN De voetnoten verwijzen naar de verklarende nota die u als bijlage vindt

Theoretische proef inzake de wapenwetgeving

Wapenwet van 08 juni Informatieavond KGK vzw

5. Rechten verbonden aan een vergunning

Voorwoord. Uitgaan in Sint-Niklaas is gezellig. jezelf uitleven

Sportschutter worden in Vlaanderen

Opgelet : Indien u het aanvraagformulier niet volledig invult en de gevraagde stukken niet bijvoegt, kan uw aanvraag niet behandeld worden!

AFKORTINGEN 13. I Algemeen deel 15

Wapenwet van 08 juni Informatieavond Sint Hubertus

I. Wapenwet. II. Benelux-Overeenkomst. III. Wetten. IV. Decreten. Vlaams Gewest Waals Gewest Duitstalige gemeenschap...

HOOFDSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1. Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid.

AANVRAAG VAN EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN

Wapenwet wat te doen tegen 30 juni 2007?

THEORETISCHE PROEF INZAKE DE WAPENWETGEVING

Recreatieve- of Sportschutter worden via Sint-Barnabas Zwevegem

AANVRAAGFORMULIER VOOR EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN - PARTICULIER

11 MEI Decreet houdende het statuut van de sportschutter (1)

Sportschutter worden in Vlaanderen

WAPENUNIE UNION ARMES

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

13 JULI Koninklijk besluit tot bepaling van de erkenningsvoorwaarden van schietstanden.

VERKLARING OP EREWOORD. Ondergetekende (naam, voornaam, adres).. Vraag hierbij een vergunning zonder munitie aan voor (het) (de) navermelde wapen(s) :

Sportschutterslicentie

WAPENUNIE UNION ARMES

WAPENUNIE UNION ARMES

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

UNACT - NUWJS NATIONALE UNIE VAN DE WAPENMAKERIJ EN DER JACHT- EN SPORTSCHUTTERS

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET. houdende het statuut van de sportschutter. Stuk 1174 ( ) - Nr. 1. Zitting

Wapenwet vanuit het perspectief van de sportief- en recreatief schutter. Nico DEMEYERE, advocaat

AANVRAAGFORMULIER VOOR EEN VERGUNNING TOT HET VOORHANDEN HEBBEN VAN EEN VUURWAPEN - PARTICULIER

strafbaar is (art. 8 en art. 23). Artikel 3, 1, van de Wapenwet somt de verboden wapens op. Het betreft vrijwel alle wapens die reeds verboden waren

Schietstand t Mikpunt 1 Theoretische vragenlijst licentie

Voorwoord...3 Inleiding...4 Toepassingsgebied...4 Kenbaarheid...4 Klachtenbehandeling...5 Code...5 Artikel 1. Alcohol en tabak...

Bewijs. Ondergetekende geboren op. en wonende te. verklaart op de hoogte te zijn van de aanvraag ingediend door

WAPENUNIE UNION ARMES

Belgisch Staatsblad van 30 april Versie in voege vanaf 1 mei 2017

Voorwoord. Uitgaan in Sint-Niklaas is gezellig. jezelf uitleven

Voorwoord. Barcode. Uitgaan in Sint-Niklaas is. jezelf uitleven

Vakbekwaamheid van beroepsbestuurders voor personenvervoer

Eerste uitvoeringsbesluit nieuwe wapenwet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad

KRACHTLIJNEN VAN HET BELGISCHE CONTROLEREGIME

Herdenkingsmanifestaties van Wereldoorlog I. Gebruik van wapens bij optochten en reconstructies. KB van 2 april 2014

EFFECTIEF LEIDINGGEVEN. Een gave of een vak?

==================================================================== Artikel 1

Verzoek om ontheffing op grond van de Wet wapens en munitie

Wapenunie Union Armes

GENERAAL BIJ DE HOVEN VAN BEROEP INDIVIDUELE ACTIVITEITEN MET WAPENS INHOUDSTAFEL. II. Context en doelstellingen van de omzendbrief 2

ONTWERP SPORTSCHUTTERSLICENTIE INGEDIEND IN VLAAMS PARLEMENT

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

VR DOC.1379/1BIS

Inhoudstafel Tekst Begin

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Vragenlijst ter voorbereiding van de theoretische proef

Voorwoord. zoekers en/of omwonenden van de inrichting.

Wetsontwerp houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens.

20 juli OMZENDBRIEF BETREFFENDE DE HERVORMING VAN DE RIJOPLEIDING CATEGORIE B

Nieuwsbrief politie. Nummer 21 Brussel, 22 september Agenten van politie Bewapening en sociale promotie

1. Outplacement, waarover gaat het?

ASSERTIVITEIT. beter communiceren vanuit jezelf

Omzendbrief nr. COL 3/2004 van het College van Procureursgeneraal bij de Hoven van Beroep

Nieuw uitvoeringsbesluit van 25 april 2009 over de opslag van wapens door particulieren

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

INHOUD. Afkortingenlijst / XIII

A R R E S T. nr van 3 juli 2012 in de zaak A /VII tegen:

De vakbekwaamheid van beroepschauffeurs van het goederenvervoer

Wapens volgens de Belgische strafwet

Schietstand t Mikpunt

De registratie en traceerbaarheid van ingevoerde vuurwapens

Materiële hulp voor kinderen die illegaal verblijven

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B Rijbewijs B

GSM- of UMTS-repeaters: vragen en antwoorden

Advies van 10 maart 2014 met betrekking tot de wijziging van het koninklijk besluit van 22 november 1990

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het koninklijk besluit van 10 juli 2006 betreffende het rijbewijs voor voertuigen van categorie B;

COMMUNICATIE training. effectief communiceren met iedereen

1 Theorie examen categorie B

Transcriptie:

KORPSBLAD Verantwoordelijke uitgever: Frank Mulleners Europalaan 30 3600 GENK Oktober 2006 jaargang 28 nr. 106 Viermaandelijks tijdschrift

Colofon Redactieadres: Lokale politie PZ GAOZ Europalaan 30 3600 GENK Tel: 089 30 30 30 Redactieleden: Kris CROONEN Vicky FLOSSY Ilse JACOBS Lieve JAMAER Alex MARUT Luc WEVERS Lay-out: Politiezone GAOZ Foto s: vzw Heemkring Heidebloemke Genk Eindredactie: Frank Mulleners De artikelen mogen slechts gereproduceerd worden mits schriftelijke toestemming van de auteur, overeenkomstig de wet van 30.06.1994 betreffende de auteursrechten en de naburige rechten. Alle verzoeken hieromtrent dienen gericht te worden aan het redactieadres.

Inhoudstabel korpsblad 106 oktober 2006 Editoriaal F. Mulleners, korpschef p. 4 Interne training basisopleiding leiderschapsvaardigheden J. Brouns, personeelsadviseur p. 6 Nieuwe wapenwet M. Geerits, commissaris en M. Oosterbos, hoofdinspecteur p. 11 Aanpassing van categorisering en tarifiëring van verkeersovertredingen vanaf 31/03/2006 L. Geerits, commissaris p. 20 Henri Ghijsen, politiecommissaris van Genk (1951-1976) A. Marut, commissaris p. 29 Partnergeweld R. Ubachs, commissaris p. 33 Onderrichtingen HINP L. Wevers p. 39

Editoriaal, Caligula en het paard Frank Mulleners, korpschef PZ GAOZ Je kan het tegenwoordig zo gek niet bedenken of de overheid schept een meldpunt bij de politie. Het wordt dan wel niet altijd zo genoemd, soms is er sprake van contactpersoon of referentieambtenaar. Telkens de overheid een maatschappelijk probleem detecteert, wordt teruggegrepen naar deze formule. Ik ben ondertussen de tel kwijt hoeveel van dergelijke specimen sinds de politiehervorming in de politiezone rondlopen, een sluimerende vorm van specialisatie. In Limburg worden in die zin thans weer contactpersonen voor dierenwelzijn en dierenopvang in het vooruitzicht gesteld. Los van het feit dat de steden en gemeenten verantwoordelijk zijn voor de dierenopvang en dito welzijn, begint deze systematiek stilaan de spuigaten uit te lopen. Er komen voor de lokale politie steeds weer taken bij die zelfs gepersonaliseerd worden en die capaciteit wegvreten van de kerntaken openbare orde, verkeer, criminaliteitsbestrijding en slachtofferbejegening. Je zou in die omstandigheden ook mogen verwachten dat andere taken worden afgebouwd maar dit fenomeen kon sinds de politiehervorming nog minder dan een zonsverduistering worden waargenomen. Tot mijn grote verbazing spelen de meeste zones hierop vrij kritiekloos in, meer nog, er worden allerhande nieuwe projecten en pseudo-primeurs uitgedacht, soms met geen andere bedoeling en geen andere inhoud dan de communicatie of de perceptie. Niet zelden gebeurt zulks in zones die niet in staat blijken te zijn om de wettelijke voorziene basisfunctionaliteiten uit te voeren. Zelfs de grote Alexander zou op de duur geen middel meer vinden om de knoop door te hakken. Je vraagt je constant af waar dit de lokale politie naartoe leidt. Aan de ene zijde heb je de basisfunctionaliteiten waaraan de meerderheid van de huidige zones met hun beperkte omvang niet kunnen voldoen. Aan de andere zijde worden in de meest diverse domeinen steeds weer nieuwe opdrachten aan de zones gegeven, nieuwe projecten opgestart zonder binding met het veiligheidsplan en de aanwezige capaciteit. Het is voor een verantwoordelijke van een niet echt grote zone zoals GAOZ onduidelijk hoe andere veel kleinere zones deze tweeledigheid met elkaar verenigen. Ofwel resulteert dit op termijn in schijnvertoningen ofwel ontstaan er fricties tussen al die opdrachten ofwel wordt het opnieuw een kwestie van overleven, van haken en ogen, zoals in de good old days. Misschien is thans na 5 jaar politiehervorming de tijd aangebroken om te troepen te hergroeperen en terug in slagorde op te stellen zoals in het verleden de gewoonte was na een wilde charge. Waar wel gehergroepeerd werd, is in statutair of aanverwant verband maar dan in andere zin. De kogel is op vele vlakken door de kerk geschoten. Enkele aandachtspunten ter verduidelijking. Ogenschijnlijk maakte een deel van de federale politie de voorbije 5 jaar een identiteitscrisis door. Steeds meer wordt thans gesproken van de federale gerechtelijke politie. Zoals de zuilen van het Parthenon lijkt een deel verder te willen zonder dakbedekking. Ook op het lokale vlak doet zich een gelijkaardige tendens voor. De leden van de lokale opsporingsdienst of recherche streven voorlopig nog niet naar een eigen zingeving in lokale gerechtelijke politie maar hebben wel de titel rechercheur afgedwongen. Naast een globale dus ook een schijnbaar individuele identiteitscrisis. Zijn wij nog altijd een politie gestructureerd op 2 niveaus of zijn het er ondertussen al meer geworden? De hulpagenten hebben ondertussen hun identiteitscrisis achter de rug en mogen voortaan politieagenten worden genoemd met een weliswaar beperkte doch lichtelijk uitgebreide bevoegdheid. Hier is de cirkel bijna rond. Indien een groep binnen de politie er nog in slaagt 4

haar ongenoegen in een wettelijk kader om te zetten (tip voor de oranje loper) en zich als door een kleermaker de graad van adjunct-commissaris kan laten aanmeten dan zijn wij wat de gradatie betreft terug op ons uitgangspunt aanbelandt met dien verstande dat nagenoeg iedereen niet enkel financieel maar ook in graadbenaming is opgeschoven. Wat is er mooier dan alles zodanig veranderen dat uiteindelijk alles hetzelfde blijft. Dit ganse proces maakt dat er in zones geen hulpagenten meer bestaan maar wel nog stadswachten zonder bevoegdheid. Al bij al bevreemdende en merkwaardige ontwikkelingen. Aan de kern van de zaak wordt haast systematisch voorbijgegaan en details zonder structurele noodzaak worden bediscussieerd en geven aanleiding tot regelgeving. Treffen wij hier binnen de politieorganisatie dezelfde individualiseringsdrang aan als in de rest van de samenleving? Het kan bijna niet anders. Veel rechten en weinig plichten. Toch denk ik dat onze structuur van lokale politie met de federale politie als gespecialiseerde aanvulling voor onze samenleving een hoogst werkbare omgeving kan zijn als gehergroepeerd wordt en de valse waarden de rug toegekeerd. Misschien ligt hierin de uitdaging voor ons politiebestel voor de volgende vijf jaar. 5

Interne training: Basisopleiding leiderschapsvaardigheden Jo Brouns, personeelsadviseur lokale politie GAOZ Het is een bekende HR-wetmatigheid dat tevreden medewerkers op een meer performante wijze bijdragen aan de realisatie van de bedrijfsdoelstellingen. Volgens de meest gerenommeerde HR-managementmodellen is een medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) de methode bij uitstek om de tevredenheid van uw medewerkers te meten. Dit idee werd opgenomen in de ministeriële omzendbrief, CP 2 van 03.11.2004, die de grote lijnen voor de bedrijfsvoering van een politieorganisatie bepaalt. De PZ GAOZ heeft er bewust voor gekozen om haar eerste MTO pas medio 2005 af te nemen. De kans dat de resultaten van een MTO, begin 2002, gekleurd zouden zijn door de hervormingsstorm en eerder een weerspiegeling zouden zijn van de verhouding tussen de believers en de non-believers, leek immers meer dan reëel. Het zou dus veeleer gaan over een beoordeling van de politiehervorming dan over de beoordeling van de bedrijfsvoering in de PZ GAOZ. Globaal genomen waren de resultaten van het eerste MTO positief tot zeer positief te noemen. Het is uiteraard aangenaam om te horen waarover de medewerkers tevreden zijn, maar veel leerrijker is het om de werkpunten van de organisatie te ontdekken, om uiteindelijk de kwaliteit van de dienstverlening, onze core business, te optimaliseren. Op basis van de resultaten van het MTO en de vaststelling dat de meeste leidinggevenden nooit, of reeds lange tijd geleden, een degelijke managementopleiding genoten, was het zinvol hen, ondergetekende incluis, de kans te bieden hun leiderschapsvaardigheden verder te ontwikkelen. In het politionele management heeft men te lang te veel gewicht gegeven aan het resultaat, de taak die uitgevoerd moet worden. De kwaliteit van de dienstverlening is echter niet alleen afhankelijk van het aantal processen-verbaal of het aantal arrestaties. Voor een politieorganisatie, waarvan de kernopdracht dienstverlening is, is het even belangrijk om naast het resultaat- en taakgericht denken en handelen, stil te staan bij hoe we de dingen doen. Voor de leidinggevende betekent dit op de eerste plaats naast taakgericht leiderschap de ontwikkeling van vaardigheden als mensgericht leiderschap en coachen. Het is ondermeer in die domeinen dat er een behoefte aan bijkomende vorming was ontstaan. Op basis van goede ervaringen in het verleden werd opnieuw gekozen voor het vormingscentrum Instituut voor de Overheid van de KULeuven. De opleiders van dit centrum staan garant voor kwaliteit. Om de leerwinst te maximaliseren werd gekozen voor het werken in kleine groepen, van 8 tot 10 mensen. Alle middenkaderleden, officieren en calogers in een leidinggevende functie werden ingeschreven en genoten een zesdaagse opleiding gespreid over de maanden februari t.e.m. april 2006. De opleiding bestond uit 6 modules: 1. leiderschap basisvaardigheden 2. basis communicatievaardigheden 3. coaching en feedback 4. conflicthantering 5. functioneringsgesprekken voeren 6. teamwerk en groepsdynamica 6

Elke module betrof 1 lesdag. In de volgende alinea s zullen de verschillende modules kort worden toegelicht. 1. leiderschap basisvaardigheden De opleiding startte met een persoonlijke vragenlijst, die als bedoeling had een diepe reflectie te stimuleren en verdere discussie te ondersteunen. Hierin werd eerst algemeen gepolst naar de leervragen van de deelnemers. Met betrekking tot hun functie als leidinggevende bij de PZ GAOZ en de invulling van hun job werd gevraagd wat er volgens hen goed gaat en wat er verbeterd kan worden. Wat de verbeteringen betreft, werd gevraagd de antwoorden te motiveren en zelf mogelijke oplossingen te suggereren. Er werd gepeild naar die elementen die hun het meest motiveren en het meest demotiveren. Met deze persoonlijke aanpak was de toon van de opleiding gezet. Het was duidelijk dat elke deelnemer zijn eigen opleiding moest maken en zichzelf en zijn functioneren als leidinggevende in de PZ GAOZ, in het licht van wat werd aangeboden aan theoretische kaders en oefeningen, kritisch moest durven in vraag stellen. In deze sessie heeft men de cursisten trachten bewust te maken dat goede leiders misschien wel aangeboren talenten bezitten, maar dat leiderschapsvaardigheden ook aangeleerd kunnen worden. Uit de reacties bleek dat dit voor velen een nieuw gegeven was. Er werd immers veel geloof gehecht aan het idee dat je het hebt of niet. Door deze module hebben onze leidinggevenden meer inzicht gekregen in wat leiderschapsstijlen zijn en wat het effect is van een bepaalde stijl op hun medewerkers. Er werd getracht hen inzicht te geven in de leiderschapsstijl die zij het meest hanteren en welke sterke en zwakke punten die stijl heeft en wat het effect van die stijl op de medewerkers is. 2. basis communicatievaardigheden Het belang van effectieve communicatie kan niet voldoende beklemtoond worden. Het is immers een noodzakelijke voorwaarde voor een effectieve dienstverlening. Het was daarom als vanzelfsprekend dat deze module werd toegevoegd. Ze had tot doel de deelnemers meer vertrouwd te maken met communicatie als een proces, een interpersoonlijk gegeven, en alle elementen die hierbij van cruciaal belang zijn. Wanneer twee of meer mensen met elkaar beginnen te communiceren, brengen zij onvermijdelijk een aantal elementen mee binnen in het communicatieproces. Die elementen kunnen ondergebracht worden in de binnenkant en de buitenkant van de interpersoonlijke communicatie. De binnenkant wordt gevormd door de verschillende socialisatieprocessen en is als het ware de bril die men draagt waardoor men kijkt naar de ander en zijn verbale en nonverbale gedrag in de communicatie. De buitenkant wordt gevormd door alles wat kan worden waargenomen bij de ander met wie men in interactie treedt. Geleerd werd dat effectieve communicatie veronderstelt dat je, je bewust bent van deze elementen in het communicatieproces en dat het belangrijk is dat je op zoek gaat naar zoveel mogelijk informatie over de bril van de ander met wie je communiceert. Dit is nodig om de uitgezonden boodschappen zo accuraat mogelijk te interpreteren. Hiermee werd geoefend in gespreksvormen. De twee niveaus, het inhoudsniveau versus het relationele niveau, waarop communicatie verloopt werden geduid en d.m.v. oefeningen ervaren. 7

De inhoud van een boodschap is meestal eenduidig. De relatie, die via de boodschap wordt geduid, kan vaak verschillend zijn. De deelnemers werden bewust gemaakt van het gevaar blind te zijn voor relatieboodschappen. Tot slot werd in deze module aandacht besteed aan de problematiek van communicatiestoringen. Zelden gebeurt het dat boodschappen ongeschonden aankomen. Het juiste begrip van de boodschap kan worden belemmerd door filters bij de ontvanger. Selectieprocessen zowel bij de ontvanger als bij de zender kunnen er zowel bewust of onbewust voor zorgen dat er communicatiestoringen optreden. De verschillende selectieprocessen werden besproken, geduid en ervaren d.m.v. oefeningen en praktijkvoorbeelden. 3. Coaching en feedback Er werd samen met de deelnemers gezocht naar situaties waarin coaching in de PZ GAOZ als instrument kan worden ingezet. De voorwaarden waaraan de relatie tussen coach en medewerker moet voldoen om effectief te zijn, werden geduid. De verschillende onderdelen van een gesprek tussen de coach en de medewerker werden toegelicht en geoefend in rollenspelen. Er werd stilgestaan bij de verschillende vaardigheden waarover een coach dient te beschikken. Hierbij werd voornamelijk aandacht besteed aan de vaardigheden actief luisteren, vragen stellen en feedback geven. Het belang van het geven van effectieve feedback, om de kwaliteit van de dienstverlening te optimaliseren, kan niet overschat worden. Zoals u in het artikel over competentiemanagement en het nieuwe evaluatiesysteem, kan lezen is het geven van feedback op gedragsniveau een cruciale voorwaarde voor de competentieontwikkeling van onze medewerkers. Het belang ervan voor de nieuwe HR-aanpak in het kader van competentiemanagement, en de vaststelling dat heel wat leidinggevenden in onze organisatie het moeilijk hebben met het geven van effectieve feedback op gedragsniveau, maakte dat het leren geven van feedback werd opgenomen in het opleidingspakket. Sterk was dat alle deelnemers hebben kunnen oefenen in het geven van feedback. Er werden verschillende oefeningen georganiseerd waarin de deelnemers zowel in de rol van de feedbackgever als ontvanger konden kruipen. 4. conflicthantering Deze module had tot doel de leidinggevenden van de PZ GAOZ inzicht te geven in de soorten van conflicten die bestaan, in welke stadia deze zich ontwikkelen en welke stijlen kunnen gehanteerd worden om ermee om te gaan. De deelnemers werd gevraagd voor zichzelf te definiëren wat ze onder een conflict verstaan. Hiermee werd meteen aangetoond, dat het ervaren van een conflict een uiterst persoonlijke aangelegenheid is, en dat wat er onder verstaan wordt voor iedereen anders is. In de module werd m.b.t de inhoud van het conflict een onderscheid gemaakt tussen persoonsgerichte en zaakgerichte conflicten naar gelang het eerder gaat om mensen dan wel over zaken. Wat de oorsprong van het conflict betreft werd een onderverdeling gemaakt in vier categorieën: persoonlijke verschillen, tegengestelde belangen, gebrekkige informatie en omgevingsstress. De verschillende mogelijke conflicthanteringstijlen werden toegelicht en geduid. De deelnemers werden uitgenodigd stil te staan bij hun voorkeurstijl om met conflicten om te gaan. Aan de hand van een vragenlijst konden ze hun eigen voorkeurstijl ontdekken. Benadrukt werd dat dergelijke stijlen meestal niet aangeboren zijn, maar aangeleerd! De deelnemers werd meegegeven dat andere stijlen kunnen geleerd worden om zo bij elk 8

conflict een keuzemogelijkheid te hebben om de meest effectieve conflicthanteringstijl te kiezen. Door middel van oefeningen werd de cursisten de mogelijkheid geboden te oefenen met de verschillende stijlen. Op het einde van de sessie werd geoefend in het voeren van een conflictgesprek. De deelnemers mochten beurtelings in de huid kruipen van de leidinggevenden, als neutrale partij en die van betrokkene. 5. functioneringsgesprekken voeren De verschillende stappen in het verloop van een effectief functioneringsgesprek werden toegelicht en geduid. Er werd geoefend in het opstellen van SMART-doelstellingen in het kader van een functioneringsgesprek. De verschillende communicatievaardigheden, bijzonder belangrijk voor een functioneringsgesprek, spiegelen, confronteren en het leren stellen van de juiste vragen en de gevolgen ervan, werden besproken en geoefend in rollenspellen. Er werd de deelnemers gevraagd kwaliteiten, vaardigheden en vervormingen aan te duiden die het verloop van een functioneringsgesprek beïnvloeden. Deze werden nadien in groep besproken. De klassieke valkuilen bij het voeren van beoordelings- en functioneringsgesprekken werden toegelicht. 6. teamwerk en groepsdynamica Deze module startte met een boeiende oefening die de deelnemers meteen liet kennismaken met het functioneren van groepen. De cursisten werden in vier groepen verdeeld met elk een andere opdracht die binnen een bepaalde tijdspanne moest gerealiseerd worden. Onmiddellijk was duidelijk dat de verschillende groepen verschillende belangen behartigden. De dynamiek die ontstond tijdens de oefening was een mooie illustratie van het theoretisch kader dat werd aangeboden m.b.t. groepsdynamica. De verschillende fases in het vormen van een groep werd ook voorgesteld d.m.v. een oefening waarin de deelnemers de groepsdynamiek moesten ontdekken. Er werd stilgestaan bij de kenmerken van groepen en de soorten groepen die kunnen onderscheiden worden. Factoren die een rol spelen bij het functioneren van groepen: groepsregels en normen, groepssamenhang en de verschillende rollen die in groepen kunnen ingenomen worden. De module werd beëindigd met een voorstelling van de klassieke wetmatigheden uit de groepsdynamica en de spanningsvelden die kunnen bestaan tussen de groep en het individu. Samen met de lesgevers werd de opleiding geëvalueerd. De overgrote meerderheid van de deelnemers heeft elke module positief tot zeer positief geëvalueerd. De lesgevers waren eveneens zeer tevreden over de kwaliteit van de opleiding. Door te werken in kleine groepen werden de betrokkenheid en de leerkansen van de deelnemers maximaal gestimuleerd. Sterk was de wijze waarop het theoretische kader telkens gecombineerd werd met praktische oefeningen, waarin men de vereiste leidinggevende vaardigheden kon trainen. Positief was de wil om te leren bij de deelnemers. In tegenstelling tot eerdere opleidingen werd heel spontaan en actief meegewerkt aan rollenspelen. 9

Vaak gebeurt het dat men na een opleiding of studiedag, die op zich zeer leerrijk was, de dag nadien meteen terug over gaat tot de orde van de dag. Er wordt geen tijd gemaakt om stil te staan bij de toegevoegde waarde van wat geleerd werd voor zichzelf of de organisatie. Zelden wordt de vraag gesteld: hoe kan ik, wat ik geleerd heb blijvend in de praktijk brengen of toepassen? Om te vermijden dat deze belangrijke HR-investering verloren zou gaan, zal getracht worden de geleerde leiderschapsvaardigheden regelmatig onder de aandacht te brengen, te onderhouden. Eén van de suggesties van zowel de meerderheid van de cursisten als het Instituut van de Overheid was de invoering van een overlegplatform tussen het middenkader en een afvaardiging van het beleid van de PZ GAOZ. Het beleid speelt reeds geruime tijd met dit idee en heeft kortelings deze nieuwe vergadering boven het doopvont gehouden. Het onderhouden van de geleerde vaardigheden zal een vaste rubriek worden op deze trimesteriele vergaderingen. Om de communicatielijnen zo kort mogelijk te houden werd inmiddels werd beslist om de officieren ook te betrekken bij dit beleidsoverleg. Eén voornaam collectief werkpunt was het geven van feedback op gedragsniveau. Eén van de volgende beleidsvergaderingen zal hieromtrent een thema worden uitgewerkt. Het geven van feedback op gedragsniveau is een conditio sine qua non voor een effectief competentiemanagement en beïnvloed dus rechtstreeks de kwaliteit van de dienstverlening van de PZ GAOZ. De stuurmannen en stuurvrouwen van de politiezone zullen deze vaardigheid onder de knie moeten krijgen, willen ze effectief bijdragen aan de competentieontwikkeling van hun medewerkers. Vanuit HR-standpunt trachten we alzo een win-win situatie te creëren. Een voorstel is om trimesterieel thematisch te werken rond één welbepaalde competentie. De respectievelijke competentie en de bijhorende gedragsindicatoren zal tijdens de overlegmomenten met de leidinggevende worden toegelicht. Een duidelijk inzicht in de verschillende gedragsindicatoren van één welbepaalde competentie is immers een noodzakelijke voorwaarde om eenzelfde professioneel gedrag op eenzelfde manier te kunnen beoordelen en dus effectief feedback te kunnen geven. We zullen dan samen gedurende vier maanden op de ontwikkeling van deze competentie gaan werken. Via de verschillende informatiekanalen zal deze competentie onder de aandacht worden gebracht. Er zal de medewerkers ook duidelijk worden toegelicht dat de komende periode rond competentie X zal gewerkt worden en dat dit betekent dat ze er d.m.v effectieve feedback op kunnen worden aangesproken. Aan de leidinggevende wordt gevraagd concreet te noteren en elkaar te informeren over wanneer en hoe feedback werd gegeven en wat het resultaat ervan was, bij ons zelf en bij de medewerker in kwestie en de andere medewerkers. Op deze manier willen we de opleiding maximaal laten redeneren en de leidinggevenden voortdurend stimuleren om te leren! In het voorjaar van 2007 zal een terugkomdag georganiseerd worden. Er zal worden ingezoomd op het leerproces dat we als organisatie en als individuele medewerker hebben doorgemaakt m.b.t. de basis leiderschapsvaardigheden. Ervaren moeilijkheden in de persoonlijke ontwikkeling van de leidinggevenden zullen onder de loep worden genomen. Er zal dan ook een bijzondere aandacht uitgaan naar de voorbereiding van de functioneringsgesprekken die in 2007 worden georganiseerd. Na de leidinggevenden in 2006 zal ook het uitvoerende personeel in de loop van 2007 een intensieve opleiding basiscommunicatie worden aangeboden. 10

De nieuwe wapenwet Wat u moet weten! Marc Geerits, commissaris en Michel Oosterbos, hoofdinspecteur PZ GAOZ Op 9 juni 2006 is de nieuwe wapenwetgeving in het Belgisch Staatsblad verschenen. Hierdoor wordt de gouverneur bevoegd voor het verlenen van wapen vergunningen en erkenningen. Tot welke gouverneur moet u zich wenden? Het criterium is de verblijfplaats. Wanneer u binnen de provincie Limburg uw hoofdverblijfplaats hebt, zelfs al bent u in een gemeente buiten de provincie in het bevolkingsregister ingeschreven, dan moet u uw aanvraag richten aan de gouverneur van de provincie Limburg. Voor welke wapens hebt u een vergunning nodig? De categorieën van wapens zijn afgeschaft. Er zijn alleen nog maar vergunningsplichtige wapens, vrij verkrijgbare wapens en verboden wapens. Twijfelt u eraan of u voor het wapen dat u bezit een vergunning moet aanvragen, dan wendt u zich best tot de lokale politie. U wenst een nieuw wapen aan te kopen, wat moet u doen? Er zijn twee mogelijkheden: - u bent houder van een jachtverlof en wenst een lang vuurwapen ontworpen en toegelaten voor de jacht te kopen U moet bij de gouverneur geen vergunning aanvragen. Uw jachtverlof is voldoende om een dergelijk wapen aan te kopen. De wapenhandelaar of de particuliere verkoper moet en model 9 invullen en u dit vervolgens overhandigen. De verkoper stuurt het witte blaadje van het model 9 naar de diensten van de gouverneur, waar het wapen vervolgens in het Centraal Wapenregister wordt geregistreerd. Zolang u een geldig jachtverlof hebt, blijft deze registratie geldig. Wanneer u geen geldig jachtverlof meer hebt, kunt u nog gedurende 3 jaar zonder verdere formaliteiten uw wapens behouden. Nadien worden de wapens vergunningsplichtig en dient u de hieronder vermelde procedure te volgen. Opgelet: het moet gaan om de aankoop van een wapen dat beantwoordt aan de criteria die volgens het u verleende jachtverlof op u van toepassing zijn (het besluit van de Vlaamse regering betreffende het gebruik van vuurwapens en munitie bij de jacht in het Vlaamse gewest en/of l arrêté de l Exécutif réglementant d emploi des armes à feu et de leur munitions en vue de l exercice de la chasse en Région wallonne). Wenst u een wapen aan te kopen dat niet aan deze criteria voldoet, dan dient u bij de gouvernuer hiervoor eerst een vergunning aan te vragen, op de manier die hieronder wordt vermeld. Deze wapens kunnen niet zonder voorafgaande vergunning worden aangekocht. - u bent geen houder van een jachtverlof en wenst een wapen aan te kopen (of u bent houder van een jachtverlof en wenst een ander wapen dan een lang vuurwapen ontworpen en toegelaten voor de jacht te kopen) U moet voordat u het wapen kunt aankopen bij de gouverneur een aanvraag tot het verkrijgen van een bezitsvergunning indienen. U vindt dit aanvraagformulier op de website van de provincie Limburg (www.limburg.be). U kunt dit ook telefonisch (011/23 80 54) of schriftelijk (Provincie Limburg, 10 de directie, Universiteitslaan 1 3500 Hasselt) aanvragen. Het aanvraagformulier vermeldt de documenten die u bij uw aanvraag moet voegen. 11

Opgelet: u kunt enkel een vergunning krijgen wanneer u een wettige reden hebt. Deze wettige redenen zijn: 1. de jacht en het wildbeheer (de wet spreekt van jacht- en faunabeheeractiviteiten) Opgelet: wanneer u houder bent van een geldig jachtverlof, dan moet u geen vergunning aanvragen voor een lang vuurwapen ontworpen en toegelaten voor de jacht (zie hierboven rubriek aankoop van een nieuw wapen ). Enkel wanneer u een ander wapen wenst te kopen (een wapen dat niet behoort tot de normale categorie jachtwapens of een verweervuurwapen dat voor de jacht kan gebruikt worden) dan moet u eerst bij de gouverneur hiervoor een vergunning aanvragen. U zult dan moeten aantonen dat u dit wapen effectief nodig hebt om te jagen. De wettige reden moet bewezen worden met een geldig jachtverlof. 2. het sportief en recreatief schieten Op dit ogenblik moet u voor alle nieuwe wapens waarmee u het sportschieten wenst te beoefenen bij de gouverneur een vergunning aanvragen (voor de wapens die nu reeds in uw bezit zijn en waarmee u het sportschieten beoefent, zie de rubriek u bezit reeds een wapen, wat moet u doen? ). Zodra u van de Vlaamse Overheid een sportschutterslicentie zult krijgen, zult u met dit document op dezelfde manier als de houders van een jachtverlof een wapen geschikt voor uw sport kunnen kopen (afgifte model 9 door de verkoper, die in het witte blaadje van het model 9 naar de gouverneur stuurt. Het wapen wordt in het Centraal Wapenregister geregistreerd door de diensten van de gouverneur). Net zoals voor de jagers, zal het wapen waarvoor men een vergunning aanvraagt, moeten beantwoorden aan het criterium ontworpen en toegelaten zijn voor de beoefening van de schietsport. Er zal door de minister van Justitie een lijst van de wapens die aan dit criterium voldoen, worden opgesteld. Wanneer u een wapen wilt aankopen dat niet op deze lijst voorkomt, dan zult u eerst van de gouverneur een vergunning voor dit wapen moeten krijgen. U zult dan moeten aantonen dat u dit wapen effectief voor de schietsport nodig hebt. Diegene die wenst te beginnen met het beoefenen van de schietsport kan, net zoals dit ook in het verleden het geval was, bij de gouverneur een voorlopige vergunning voor een vuurwapen verkrijgen. Deze vergunning is zes maanden geldig en kan één keer worden verlengd. De vergunning wordt beperkt tot een vuurwapen met randontsteking en een maximum kaliber van.22. Dit blijft ook van toepassing: voor bepaalde disciplines in het sportschieten, en meer bepaald het parcoursschieten, moet u naast een bezitsvergunning voor een vuurwapen, ook een draagvergunning aanvragen. De wettige reden moet aangetoond worden door het voorleggen van een bewijs dat u lid bent van een schietclub (sportschieten of kleiduifschieten) en gestaafd met het bewijs dat u regelmatig dit is minstens vijfmaal per jaar de schietsport beoefent. 3. het uitoefenen van een beroep dat bijzondere risico s inhoudt (te bewijzen met een attest van de werkgever of voor een zelfstandige met alle wettelijke middelen). Deze reden kan in principe enkel ingeroepen worden door sommige bewakings- en beveiligingsondernemingen. 12

4. de persoonlijke verdediging De vergunning zal enkel worden toegekend wanneer door middel van een omstandig politieverslag wordt aangetoond dat u een objectief en groot risico loopt en dat het voorhanden hebben van een vuurwapen dit risico in grote mate beperkt en u kan beschermen. 5. het uitbouwen van een verzameling historische wapens Een verzameling van historische wapens is een verzameling van vuurwapens die onder een zelfde thema bv. Wereldoorlog II vallen. De wapens in kwestie mogen niet voor andere doeleinden gebruikt worden, dit wil zeggen dat men met die wapens niet mag gaan schieten. Wanneer u wenst te beginnen met het aanleggen van een verzameling, dan moet u bij de gouverneur een vergunning aanvragen voor het wapen dat u wenst te kopen. Er zal in eerste instantie een vergunning voor het wapen zonder munitie worden verleend. Pas wanneer het aantal wapens dat u op die manier hebt verworven, voldoende groot is (minimaal 10 stuks) kunt u een erkenning als wapenverzamelaar krijgen. Opgelet: ieder wapen dat u aanschaft moet passen binnen het thema dat u hebt gekozen. Dat u een verzameling wenst aan te leggen, kunt u bewijzen met alle mogelijke middelen, bijvoorbeeld het lidmaatschap van een vereniging van verzamelaars of het voorhanden hebben van andere wapens die onder eenzelfde thema vallen en die niet voor andere doeleinden gebruikt worden (zie hierboven). 6. het deelnemen aan historische, folkloristische, culturele of wetenschappelijke activiteiten (voorbeelden: het deelnemen aan een historische stoet of optocht, het acteren in een toneelstuk, ) Dit dient u te bewijzen door een attest van een instelling, organisatie of vereniging die zich bezighoudt met dergelijke gewapende activiteiten. Dit zijn de enige wettige redenen die in aanmerking komen om een vergunning voor een wapen te kunnen verkrijgen. Het houden van een wapen omdat u dit bijvoorbeeld van een dierbaar familielid gekregen hebt, omdat u dit mooi vindt, als investering of het verkrijgen van een wapen via erfenis is niet langer een wettige reden om een wapen te mogen bezitten. Voldoet u niet aan één van deze voorwaarden, dan zal uw aanvraag worden geweigerd. De vergunning die door de gouverneur wordt verleend is slechts vijf jaar geldig. Voor het verstrijken van de geldigheidstermijn, dient u bij de gouverneur een verlenging van uw vergunning aan te vragen. Er zal onder meer nagegaan worden of u nog steeds een wettige reden hebt om het wapen te bezitten. Zonder wettige reden zal uw vergunning niet verlengd worden. U bezit reeds een wapen, wat moet u doen? - u bent in het bezit van een verboden wapen Verboden wapens zijn: 13

- wapens ontworpen voor uitsluitend militair gebruik, waartoe ook de automatische vuurwapens behoren (zie hieronder); - spring- en valmessen met slot (ook knipmessen of stiletto s genaamd), vlindermessen, werpmessen, werpsterren (ook shuriken genaamd), boksbeugels; - blanke wapens die uiterlijk gelijken op een ander voorwerp (bijvoorbeeld een mes verborgen in een gordel of pern); - degenstokken en geweerstokken die geen historische sierwapens zijn; - knotsen en wapenstokken (ook knuppels of matrakken genaamd); - vuurwapens die zijn gewijzigd om ze te kunnen verbergen, die zijn verborgen in een ander voorwerp of die niet meer voldoen aan hun kenmerken als beschreven in de vergunning ervoor (bijvoorbeeld een geweer met afgezaagde loop); - elektroshockwapens; - allerhande spuitbussen (sprays) voor zelfverdediging ; - vouwgeweren boven kaliber 20; - nunchaku s (in tegenstelling tot wat velen denken, bestaat hierop geen uitzondering voor Oosterse gevechtssporten!); - geluiddempers (al dan niet gemonteerd op een vuurwapen) en andere onderdelen of hulpstukken die een vuurwapen een verboden karakter geven; - bepaalde munitie (bv. Splijtende munitie); - krachtige katapulten (bijvoorbeeld slingers). Dolken, dolkmessen en vouwmessen met een niet-automatische blokkeermechanisme vallen hier niet langer onder, maar het dragen ervan blijft onderworpen aan een wettige reden. Het louter bezitten van één of meerdere van deze wapens is voortaan strafbaar. De straffen zijn niet mals. Gevangenisstraf van één maand tot vijf jaar en/of een geldboete van 100 euro tot 25.000 euro. De nieuwe wapenwet voorziet in een amnestiemaatregel. U kunt uw verboden wapen(s) straffeloos en anoniem inleveren bij de lokale politie van uw keuze en dit tot 9 december 2006. De provincie Limburg zal, in samenwerking met de lokale politie, nog voor 9 december 2006 een wapeninzamelweek organiseren tijdens dewelke u uw verboden wapens (maar ook de vuurwapens waarvan u afstand wenst te doen) kunt inleveren. U hoeft hierop uiteraard niet te wachten en u kunt deze wapens nu reeds bij de lokale politie inleveren. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. Indien u na 9 december 2006 nog in het bezit bent van verboden wapens kan het parket u in voorkomend geval vervolgen. Uitzondering: wat de verboden vuurwapens betreft, kunt u ervoor kiezen om deze te laten neutraliseren wat betekent dat het wapen op een onomkeerbare manier onklaar wordt gemaakt. Dit dient te gebeuren door de proefbank voor vuurwapens (de heer Hubert Cromen, Rue Fond-des-Tawes 4000 Luik tel. 04-227.12.50 fax. 04-227.81.78). Kostprijs: 78 euro. U hebt hiervoor de tijd tot 9 december 2006. Nadien zal de lokale politie gevraagd worden om het wapen in beslag te nemen. U riskeert op dat moment ook blootgesteld te worden aan vervolging door het parket. - u bezit een automatisch vuurwapen 14

Automatische vuurwapens zijn alle vuurwapens die na elk afgevuurd schot zich automatisch herladen en die met één druk op de trekker een salvo van meerdere schoten kunnen afvuren. Deze vuurwapens behoren nu ook tot de verboden wapens. Wanneer u in het bezit bent van een dergelijk wapen, dan hebt u de keuze: - ofwel het wapen door de Proefbank voor vuurwapens onomkeerbaar laten ombouwen tot een halfautomatisch wapen, indien dit technisch mogelijk blijkt, of het daar laten neutraliseren (de heer Hubert Cromen, Rue Fond-des-Tawes 45 4000 Luik tel. 04-227.12.50 fax. 04-227.81.78). Kostprijs: 78 euro. Indien u kiest voor de ombouw tot een halfautomatisch wapen, dan moet u hiervoor eerst een vergunning bij de gouverneur aanvragen. Om deze vergunning te verkrijgen moet u en wettige reden hebben (zie hierboven rubriek aankoop van een nieuw wapen ); - ofwel het wapen overdragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar); - ofwel afstand doen van het wapen bij de lokale politie van uw verblijfplaats. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. U dient dit voor 9 juni 2007 in orde te brengen. Nadien stelt u zich bloot aan vervolging door het parket. Uitzondering: wanneer u een erkend wapenverzamelaar bent, dan mag u uw automatisch(e) vuurwapen(s) behouden op voorwaarde dat u er de slagpin uit verwijdert en deze apart achter slot bewaart. Laat het wapen het niet toe om er de slagpin uit te verwijderen, dan gaat het om een verboden wapen dat u enkel in uw bezit mag houden indien u dit laat neutraliseren (zie hierboven). U hebt hiervoor de tijd tot 9 december 2006. Op de naleving van deze bepalingen zal controle worden uitgeoefend. - u bezit een illegaal wapen Onder illegale wapens worden verstaan: vuurwapens waarvoor u reeds onder de oude wetgeving een bezitsvergunning moest hebben, namelijk, de zogenaamde verweer-en oorlogswapens waarvoor u nooit een vergunning hebt aangevraagd. U kunt nu voor deze wapens alsnog een vergunning aanvragen. U dient dit, op straffe van blootstelling aan vervolging door het parket, te doen voor 9 december 2006. Opgelet: u zult enkel een vergunning kunnen verkrijgen wanneer u een wettige reden kunt opgeven (zie hierboven rubriek aankoop van een nieuw wapen). Om een vergunning te krijgen moet u het wapen aangeven bij de lokale politie van uw verblijfplaats en de politie zal uw wapen in bewaring houden totdat de gouverneur u een vergunning verleent. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. 15

Het aanvraagformulier voor het verkrijgen van een vergunning bij de gouverneur vindt u op de website van de provincie Limburg (www.limburg.be). U kunt dit ook telefonisch (011/23 80 54) of schriftelijk (Provincie Limburg, 10 de directie Wapenvergunningen, Universiteitslaan 1 3500 Hasselt) aanvragen. Het aanvraagformulier vermeldt de documenten die u bij uw aanvraag moet voegen. Kunt u geen wettige reden opgeven, dan hebt u de keuze: - ofwel het wapen overdragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar of een particulier die voor het wapen wel een vergunning kan verkrijgen); - ofwel afstand doen van het wapen bij de lokale politie van uw verblijfplaats. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht; - ofwel het wapen laten neutraliseren bij de Proefbank voor vuurwapens (zie hierboven). U hebt hiervoor de tijd tot 9 december 2006. Nadien zal de lokale politie gevraagd worden om het wapen in beslag te nemen. U riskeert op dat moment ook blootgesteld te worden aan vervolging door het parket. - u bezit een wapen waarvoor u momenteel reeds een vergunning model 4 hebt (de vroegere verweer- en oorlogswapens) Er zijn drie mogelijkheden: - uw vergunning dateert van na 9 juni 2001 of de vergunning is ouder maar er werd na 9 juni 2001 een wijziging op aangebracht waarvoor u een retributie hebt betaald. Uw huidige vergunning blijft geldig totdat uw vergunning vijf jaar oud is. Opgelet: voordat de geldigheidstermijn van vijf jaar verstrijkt, moet u aan de gouverneur een verlenging van uw vergunning vragen. Om een nieuwe vergunning te krijgen, moet u een wettige reden kunnen inroepen(zie hierboven rubriek aankoop van een nieuw wapen). Indien u geen wettige reden kunt inroepen, zult u geen nieuwe vergunning krijgen. U hebt dan de keuze om hetzij het wapen over te dragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar) of een particulier die voor het wapen wel een vergunning kan verkrijgen, hetzij het wapen af te staan aan de lokale politie of het wapen te laten neutraliseren (zie hierboven). U hebt hiervoor de tijd tot 9 december 2006. Nadien zal de lokale politie gevraagd worden om het wapen in beslag te nemen. U riskeert op dat moment ook blootgesteld te worden aan vervolging door het parket. - Uw vergunning werd uitgereikt voor 9 juni 2001 of de erop aangebrachte wijziging gebeurde voor die datum. Opgelet: u moet voor 9 december 2006 bij de gouverneur een verlenging van uw vergunning vragen. Opgelet: om een nieuwe vergunning te krijgen, moet u een wettige reden kunnen inroepen (zie hierboven rubriek aankoop van een nieuw wapen). Indien u geen wettige reden kunt inroepen, zult u geen nieuwe vergunning kunnen krijgen. U hebt dan de keuze om hetzij het wapen over te dragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar) of een particulier die voor het wapen wel een vergunning 16

kan krijgen, hetzij het wapen af te staan aan de lokale politie of om het wapen te laten neutraliseren (zie hierboven). U hebt hiervoor de tijd tot 9 december 2006. Nadien zal de lokale politie gevraagd worden om het wapen in beslag te nemen. U riskeert op dat moment ook blootgesteld te worden aan vervolging door het parket. Algemene opmerking: wanneer u nalaat om bij de gouverneur tijdig een verlenging aan te vragen, riskeert u een gevangenisstraf van één maand tot vijf jaar en/of een geldboete van 100 euro tot 25.000 euro. U vindt een aanvraagformulier op de website van de provincie Limburg (www.limburg.be) U kunt dit ook telefonisch (011/ 23 80 54) of schriftelijk (Provincie Limburg, 10 de directie Wapenvergunningen, Universiteitslaan 1 3500 Hasselt) aanvragen. Het aanvraagformulier vermeldt de documenten die u bij uw aanvraag moet voegen. - U bent houder van een jachtverlof en u bezit een vuurwapen ontworpen voor de jacht, waarvoor u een model 4 hebt gekregen (dus niet het wapen waarvoor u een model 9 werd verleend). In dit geval blijft uw vergunning geldig zolang u een jachtverlof hebt. U hoeft verder niets te ondernemen. Wanneer u geen geldig jachtverlof meer hebt, kunt u nog gedurende 3 jaar zonder verdere formaliteiten uw wapen(s) te behouden. Nadien dient u bij de gouverneur een vergunning voor dit (deze) wapen(s) aan te vragen volgens de procedure voor de aanvraag van een nieuw wapen (zie hierboven). - u bezit een jacht-of sportwapen waarvoor tot nu toe geen vergunning vereist was U moet in elk geval voor 9 december 2006 de nodige stappen ondernemen om uw toestand te regulariseren. Doet u dit niet, dan riskeert u een gevangenisstraf van één maand tot vijf jaar en/of een geldboete van 100 euro tot 25.000 euro. Er zijn weerom drie mogelijkheden: - u bent houder van een geldig jachtverlof en u bezit een lang vuurwapen toegelaten en ontworpen voor de jacht. U dient bij de gouverneur geen vergunning aan te vragen maar u moet bij de lokale politie een nieuw registratieattest verkrijgen. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. Het attest blijft geldig zolang u een geldig jachtverlof hebt. Wanneer u geen geldig jachtverlof meer hebt, kunt u nog gedurende 3 jaar zonder verdere formaliteiten uw wapen(s) behouden. Nadien dient u bij de gouverneur een vergunning voor dit (deze) wapen(s) aan te vragen volgens de procedure voor de aanvraag van een nieuw wapen (zie hierboven); - u hebt geen geldig jachtverlof en u bent in het bezit van een lang vuurwapen toegelaten en ontworpen voor de jacht of sportwapen aangekocht voor 1 januari 2006. U mag dit wapen gedurende vijf jaar verder in uw bezit houden op voorwaarde dat u meerderjarig bent en dat u geen veroordelingen hebt opgelopen die het voorhanden hebben van wapens verhinderen. U moet hiervoor echter wel via de lokale politie bij de gouverneur een vergunning aanvragen. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. Van de lokale politie zult u een registratieattest (model 6) krijgen. De gouverneur zal u, indien u aan de voorwaarden voldoet (zie hierboven), een vergunning voor vijf jaar verlenen. U moet op dit moment nog geen wettige reden hebben om de vergunning te krijgen. Opgelet: de vergunning is slechts vijf jaar geldig en dan dient u bij de gouverneur een verlenging aan te vragen. Op dat ogenblik zal echter wel nagegaan worden of u een wettige reden hebt om een vuurwapen te bezitten. Hebt u dit niet zal u geen nieuwe vergunning worden toegekend. U hebt dan de keuze om hetzij het wapen over te dragen 17

aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar) of een particulier die voor het wapen wel een vergunning kan krijgen, hetzij het wapen af te staan aan de lokale politie of het te laten neutraliseren (zie hierboven). Met de bedenking in het achterhoofd dat u binnen vijf jaar een wettige reden moet kunnen inroepen, is het misschien raadzaam nu reeds te overwegen om het wapen van de hand te doen. Een aanvraagformulier voor de verlenging van uw vergunning kunt u vinden op de website van de provincie Limburg (www. Limburg.be) U kunt dit ook telefonisch, 011 23 80 54) of schriftelijk (Provincie Limburg, 10 de directie Wapenvergunningen, Universiteitslaan 1 3500 Hasselt) aanvragen. - u hebt een lang vuurwapen toegelaten en ontworpen voor de jacht of een sportwapen aangekocht na 31 december 2005 en voor 9 juni 2006. U mag dit wapen gedurende één jaar verder in uw bezit houden op voorwaarde dat u meerderjarig bent en dat u geen veroordelingen hebt opgelopen die het voorhanden hebben van wapens verhinderen. U moet hiervoor echter wel via de lokale politie bij de gouverneur een vergunning aanvragen. U kunt hiervoor bij de lokale politie terecht. Van de lokale politie zult u een registratieattest krijgen. De gouverneur zal u, indien u aan de voorwaarden voldoet (zie hierboven), automatisch een vergunning voor één jaar verlenen. U moet op dit moment nog geen wettige reden hebben om de vergunning te verkrijgen. Opgelet: de vergunning is slechts één jaar geldig en dan dient u bij de gouverneur een verlenging aan te vragen. Op dat ogenblik zal echter wel nagegaan worden of u een wettige reden hebt om een vuurwapen te bezitten. Hebt u dit niet dan zal u geen nieuwe vergunning worden toegekend. U hebt dan de keuze om hetzij het wapen over te dragen aan een erkend persoon (wapenhandelaar, verzamelaar of een particulier die voor het wapen wel een vergunning kan krijgen), hetzij om het wapen af te staan aan de lokale politie. Met de bedenking in het achterhoofd dat u binnen één jaar een wettige reden moet kunnen inroepen, is het misschien raadzaam nu reeds te overwegen om het wapen van de hand te doen. Een aanvraagformulier voor de verlenging van uw vergunning kunt u vinden op de website van de provincie Limburg (www.limburg.be). U kunt dit ook telefonisch (011/ 23 80 54) of schriftelijk (Provincie Limburg, 10 de directie Wapenvergunningen, Universiteitslaan 1 3500 Hasselt) aanvragen. U bezit een ander wapen (bv. Alarmwapen, wapens voor wapenrekken, paintballmarkers, geneutraliseerde wapens, signaalpistolen, verdovingsgeweren, kruisbogen, ), wat moet u doen? De nieuwe wapenwet wijzigt niets voor u, tenzij uw wapen onder de oude wetgeving reeds vergunningsplichtig was. In dat geval wordt deze vergunning in tijd beperkt tot vijf jaar en moet u voor het verstrijken van de geldigheidstermijn bij de gouverneur een verlenging van deze vergunning vragen. U bezit een opslagplaatsvergunning, u wilt er een aanvragen of u wilt een uitbreiding van een bestaande vergunning verkrijgen, wat moet u doen? De opslagplaatsvergunning is afgeschaft. Het heeft dus geen zin om een aanvraag in te dienen. 18

U bent houder van een wapendrachtvergunning, van een erkenning als wapenhandelaar, van een erkenning als wapenverzamelaar of u bent uitbater van een erkende schietstand, wat moet u doen? De erkenningen verleend onder de oude wet blijven voorlopig nog geldig en dit totdat er nieuwe regels zullen zijn uitgeschreven. Nieuwe aanvragen zullen onderzocht en behandeld worden volgens de bepalingen van de oude wetgeving. Hoe begeef ik mij met mijn wapen(s) naar de lokale politie? U dient uw wapen, indien mogelijk, ongeladen en gedemonteerd te vervoeren in de kofferbak van uw wagen verpakt in een doos of een speciaal daartoe bestemd omhulsel. Wanneer u bij de lokale politie toekomt, neemt u het wapen uit de kofferbak en begeeft u zich via de kortste weg naar de lokale politiepost. Het wapen mag in geen geval zichtbaar zijn. 19

Aanpassing van categorisering en tarifiëring van verkeersovertredingen vanaf 31/03/2006 Luc Geerits commissaris verkeerspolitie Vanaf 31 maart 2006 zullen de categorieën van overtredingen opnieuw wijzigen, zijn de tarieven van de onmiddellijke inningen aangepast en volgt een nieuwe berekening van snelheidsovertredingen. Wij geven hieronder een overzicht van de voornaamste wijzigingen in de straatcode. Er is gekozen om een tekst te schrijven vanuit het standpunt van de verbalisant; dit heeft voor gevolg dat het geheel vrij technisch is, doch wij menen dat de tekst hierdoor ook effectief bruikbaar zal zijn op straat, in de eerste maanden na invoering van deze wijzigingen. Buiten de bovengenoemde punten zullen nog andere wijzigingen op 31 maart 2006 van toepassing worden, zoals wijzigingen inzake de intrekking van het rijbewijs, de depenalisering van het tijdelijk parkeren of de afschaffing van de boetezegels. Deze punten komen niet aan bod in dit artikel. Wettelijke basis : In het staatsblad van 9 november 2005 werden volgende koninklijke besluiten gepubliceerd : Koninklijk besluit van 30 september 2005 tot aanwijzing van de overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen ter uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer Koninklijk besluit van 30 september 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2003 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en zijn uitvoeringsbesluiten. Nieuwe categorisering der overtredingen Sedert de invoering van de drie categorieën zware overtredingen werd de indruk gewekt dat de gewone overtredingen niet zo belangrijk zijn. Met de nieuwe indeling wil de wetgever een signaal geven om aan te duiden dat alle overtredingen belangrijk zijn, doch dat er een onderscheid kan gemaakt worden in functie van het gevaar, het risico en de gevolgen bij een verkeersongeval. Men zal dus vanaf 31 maart 2006 niet meer spreken van zware overtredingen doch van vier categorieën van overtredingen. Samen met de aanpassing van de bedragen van de onmiddellijke inningen,de verlaging van de minimumboetes en andere aanpassingen, werd getracht om het draagvlak bij de bevolking voor de wet op de verkeersveiligheid in de volksmond de wet van de superboetes genoemd te vergroten. Huidige indeling zware Bedrag Nieuwe indeling van Bedrag overtredingen in categorieën onmiddellijke overtredingen in onmiddellijke inning in euro categorieën vanaf inning in euro 31/3/2006 Gewone overtreding 50 Overtreding eerste 50 graad Zware overtreding eerste 150 Overtreding tweede 100 graad graad Zware overtreding tweede 175 Overtreding derde 150 graad graad Zware overtreding derde 300* Overtreding vierde 300* graad graad *Enkel voor bestuurders die geen vaste woon- of verblijfplaats hebben in België zie verder. 20

Daar waar bij de vorige indeling 1 de geciteerde artikels bepalend waren voor de indeling van de categorieën, zal vanaf 31 maart 2006 de tekst van het nieuwe koninklijk besluit (KB 30/9/2005) gelden. Concreet betekent dit dat de verbalisant precies dient te weten welke delen van een bepaald artikel als overtreding van een bepaalde categorie wordt beschouwd omdat niet noodzakelijk de volledige tekst van het artikel aangehaald wordt. Tevens zullen op de officiële documenten de artikels van het K.B. van 30/9/2005 vermeld moeten worden bij de overtredingen van de 2 de, 3 de en 4 de graad Wij overlopen hieronder enkel de overtredingen die van categorie wijzigden, of die nieuw werden opgenomen in de lijst van overtredingen van de 2 de, 3 de of 4 de graad, en zullen hier en daar commentaar geven. Om spraakverwarring te vermijden zullen wij de wijzigingen aanduiden via de bedragen van de onmiddellijke inningen. Dus niet «art.x wijzigde van zware overtreding van de tweede graad naar overtreding van de tweede graad» (verlaagt eigenlijk in inschaling) maar «art.x gaat van 175 naar 100 euro». Wij hanteren hiervoor de bovengenoemde bedragen voor onmiddellijke inningen. Overtredingen die in het schema hierboven horizontaal binnen dezelfde inschaling blijven worden dus niet besproken. Bij het lezen van de onderstaande tekst gaat de schrijver ervan uit dat de lezer de huidige zware overtredingen grotendeels kent. Overtredingen van de eerste graad (50 euro): In het verslag aan de Koning bij het koninklijk besluit van 30 september 2005 dat de overtredingen aanwijst per graad 1, alsook in het koninklijk besluit van 30 september 2005 betreffende de inning en consignatie 2 blijkt dat alle overtredingen van de reglementen uitgevaardigd op grond van de gecoördineerde wetten 3 overtredingen zijn van de eerste graad. In het schema in bijlage tonen wij welke wetgeving gebaseerd is op de wegverkeerswet. De Wet op de verplichte aansprakelijkheidsverzekering is niet genomen op grond van de gecoördineerde wetten. Overtredingen op deze wet zullen daarom verder geverbaliseerd en bestraft worden via een gewoon proces-verbaal. Volgende overtredingen van de straatcode waren sedert 1 maart 2004 ingeschaald als zware overtreding doch zijn thans opnieuw (gewone) overtredingen van de eerste graad : I. Art.4.2.1 Bindende kracht van de bevelen van de bevoegde personen : de arm rechtop gestoken wat stoppen betekent voor alle weggebruikers, is niet opgenomen in de tekst van het nieuwe koninklijk besluit terwijl de volgende punten (armen horizontaal, het overdwars zwaaien; wel zijn opgenomen als zware overtreding van de vierde graad. In het verslag aan de Koning staat nochtans dat het negeren van een stopbevel een overtreding van de vierde graad is. Op de studiedag van www.wegcode.be die samen met het BIVV werd ingericht op 1 februari 2006 te Bornem werd door de heer Paul Kenis, Advocaat-generaal bij het Hof van Beroep te Gent duidelijk gesteld dat art.4.2.1 diende gezien te worden als het negeren van het bevel van een bevoegd persoon en alzo zal ingedeeld worden bij de overtredingen van de derde graad (150 euro). Via omzendbrief zal gestipuleerd 1 Koninklijk besluit van 22 december 2003 tot aanwijzing van de zware overtredingen per graad van de algemene reglementen genomen in uitvoering van de wet betreffende de politie over het wegverkeer. 2 Koninklijk besluit van 22 december 2005 tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 december 2003 betreffende de inning en de consignatie van een som bij de vaststelling van de overtredingen van de wet betreffende de politie over het wegverkeer en zijn uitvoeringsbesluiten. 3 Wet op de politie van het wegverkeer gecoördineerd door het koninklijk besluit van 15/03/1968 21