VOOR HET VOOR HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES. Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH d.d. 26-03-2010



Vergelijkbare documenten
VOOR HET VOOR HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES. Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH d.d

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO-PRODUCTCERTIFICAAT VOOR "LIJMEN VOOR DRAGENDE HOUTEN BOUWCONSTRUCTIES" van de Stichting Bouwkwaliteit

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5065 Mineraal gebonden houtwolplaten d.d behouden hun geldigheid tot

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

BRL 2701 "Metalen gevelelementen" ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 3300 Vloerluiken d.d behouden hun geldigheid tot

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR VLOERLUIKEN. Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, SEGMENT, HOUT (attest, productcertificaat)

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR MODULAIRE BOUWSYSTEMEN-UNITS VOOR PERMANENT GEBRUIK. Op aanvaard

KOMO attest-met-productcertificaat

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

KOMO. Naam certificaathouder. kwaliteitsverklaring

KOMO attest-met-productcertificaat

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO attest (-met-productcertificaat) voor GEPREFABRICEERDE HOUTACHTIGE DAKKAPELLEN

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, BETON (attest, productcertificaat)

4 Bouwbesluit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden

Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

attest-met-productcertificaat

WAND, BINNEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ISOLATIE, MUUR, THERMISCH, VOORGEVORMD (attest, productcertificaat)

WAND, BUITEN, DRAGEND, CELLENBETON, BLOKKEN BLOKELEMENTEN of PANELEN (attest, productcertificaat)

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO -attest (-met-productcertificaat) VLOERCONSTRUCTIES MET STAAL(FRAME)-COMBINATIEVLOEREN

KOMO attest-met-productcertificaat

ONTWERP- EN UITVOERINGSRICHTLIJNEN VOOR DAKBEDEKKINGSCONSTRUCTIES MET GEPROFILEERDE VEZELCEMENTPLATEN EN HULPSTUKKEN

KOMO attest-met-productcertificaat

VLOERCONSTRUCTIES MET STAAL(FRAME) COMBINATIEVLOEREN. Nationale Beoordelingsrichtlijn 0208 d.d

Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies

Omschrijving van de wijziging

KOMO attest-met-productcertificaat

KOMO BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR I-LIGGERS. Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH d.d. 14 oktober 2011

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d

BGS-011 Kunststof deuvels

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat)

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5701 Ventilatieroosters d.d behouden hun geldigheid tot

GEVELELEMENT, HOUT (attest, productcertificaat, procescertificaat)

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x / x x x x x. NEN-EN NEN 6068 NEN 6090 Verdere beperking van

Wijzigingsblad BRL 0208 d.d

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1101 Spaanplaat d.d Vastgesteld door het College van Deskundigen SKH d.d.

SKH-Publicatie d.d

SKH-RICHTLIJN 7532 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor VLOERLUIKEN

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

ERKEND SKH BB-AANSLUITDOCUMENT

METALEN LATEIEN EN METALEN METSELWERKONDERSTEUNINGEN IN METSEL- WERKCONSTRUCTIES (attest, productcertificaat)

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1701 Gelijmde dragende houten bouwconstructies Pagina 1 van 11

PLATEN, CEMENTGEBONDEN, VEZELVERSTERKTE (attest-met-productcertificaat) BRL 4202 "Vezelversterkte cementgebonden platen voor natte ruimten" ( )

KOMO attest. Toepassing van «naam product/systeem»

SKH-RICHTLIJN 7531 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor PREFAB METERKASTEN

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

NL/SfB. BRL 2901 d.d NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST-MET-PRODUCTCERTIFICAAT VOOR HOUTVERDUURZAMINGSCAPSULES

DAKBEDEKKING, DAKPANNEN (attest, productcertificaat, procescertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

DAKBEDEKKING, METALEN ELEMENTEN of STROKEN (attest, productcertificaat)

Loofhoutsoorten (m.u.v. populierenhout) vallen niet onder de NEN-EN

DAKBEDEKKING, GESPOTEN of STRIJKBAAR (attest, productcertificaat) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

VOOR HET VOOR HOUTEN GEVELELEMENTEN. Vastgesteld door College van Deskundigen Hout d.d

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST-MET-PRODUCTCERTIFICAAT VOOR HOUTVERDUURZAMINGSCAPSULES

BEOORDELINGSRICHTLIJN GEWAPENDE CELLENBETONPLATEN VOOR TOEPASSING IN DAKCONSTRUCTIES

BRL 1701 d.d NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET SKH-KOMO ATTEST MET PRODUCTCERTIFICAAT VOOR

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 1001 Niet-dragende Binnenspouwbladen en Gevelvullende Elementen d.d Pagina 2 van 31

Wijzigingsblad BRL 1513 d.d

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR HOUTSKELETBOUW. Op 27 april 2004 aanvaard

SKH-RICHTLIJN 7522 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKKAPELLEN

NL/SfB R j4. BRL 2205 d.d NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO-PRODUKTCERTIFICAAT VOOR "GIPSHOUTSPAANPLAAT"

SKH-RICHTLIJN 7505 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES

VOOR HET ATTEST-MET-PRODUCTCERTIFICAAT BINNENDEUREN EN/OF BINNENDEURKOZIJNEN

RABB 7509 dd:

KOMO attest. Toepassing van «naam product/systeem»

BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR DE KOMO KWALITEITSVERKLARING VOOR RONDHOUTPALEN VAN EUROPEES NAALDHOUT

Wijzigingsblad BRL 5212

DEEL 1 VOOR HET KOMO ATTEST VOOR BOUWSYSTEMEN VOOR ENERGIEZUINIGE WONINGEN, WONINGUITBREIDINGEN, EN/OF WOONGEBOUWEN

KOMO productcertificaat

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

SPOUWMUUR, BESTAAND, THERMISCH ISOLEREN (procescertificaat) BRL 2110 "Thermisch isoleren van bestaande spouwmuren" ( )

BRL 1332 "Het sprayen van de onderkant van begane grondvloeren met CFK-vrij polyurethaanschuim"

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Pagina 1 van 13. Vervang in de gehele BRL de tekst nationale Beoordelingsrichtlijn voor KOMO Beoordelingsrichtlijn. Verwijder paragraaf 1.

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO PROCESCERTIFICAAT VOOR AANBRENGEN VAN GEVELBEPLATINGEN MET BEHULP VAN LIJMSYSTEMEN

Nummer K/ Vervangt K/ Uitgegeven d.d. Geldig tot Pagina 1 van 5. Kelderwanden van staalvezelbeton

Nationale Beoordelingsrichtlijn voor het KOMO attest of KOMO attest-met-productcertificaat voor DRAGENDE BINNEN- EN BUITENWANDEN

BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR HOUTEN HEIPALEN VAN EUROPEES NAALDHOUT. Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH op

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor GELIJMDE HOUTEN DRAAGCONSTRUCTIES

SKH RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN BUITENBERGINGEN

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

Art. Lid Woning Woongebouw. x x x. x x. x x. x x

BRL 2880 " Systemen voor het brandwerend bekleden van lijnvormige stalen bouwconstructies " ( )

KOMO attest-met-productcertificaat

Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET EN HET KOMO ATTEST VOOR BRANDWERENDE VOORZIENINGEN VOOR DOORVOEREN. Techniekgebied B2

Fabriek te «Naam fabriek» «Straat fabriek» «Plaats fabriek»

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN TRAPPEN

Vervang de inhoud van de volgende paragrafen in de BRL door de aangegeven tekst.

Transcriptie:

BRL 0101 d.d. 10-02-2011 KOMO BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST-MET-PRODUCTCERTIFICAAT VOOR HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH d.d. 26-03-2010 Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit d.d. 10-02-2011 Uitgave: Certificatie- en attesteringsinstelling SKH Nadruk verboden

Nationale beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 2 van 35 ALGEMENE INFORMATIE BIJ DEZE UITGAVE Deze KOMO beoordelingsrichtlijn is op 10-02-2011 door de certificatie- en attesteringsinstelling SKH conform het Reglement voor Certificatie bindend verklaard en zal per 10-02-2011 worden gehanteerd voor het uitgeven van een KOMO attest-met-productcertificaat Houtachtige dakconstructies. Deze beoordelingsrichtlijn vervangt de beoordelingsrichtlijn BRL 0101 Houtachtige dakconstructies d.d. 2003-12-16. Uitgever: Certificatie- en attesteringsinstelling SKH Postbus 159 6700 AD Wageningen Telefoon 0317-453425 Fax 0317-412610 E-mail mail@skh.org Website http://www.skh.org Certificatie- en attesteringsinstelling SKH Niets uit dit drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van SKH, noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 3 van 35 INHOUDSOPGAVE Pag.nr. 1 INLEIDING... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Onderwerp en toepassingsgebied... 5 1.3 Geldigheid... 5 2 PROCEDURE TER VERKRIJGING VAN EEN ATTEST MET PRODUCTCERTIFICAAT... 6 2.1 Start... 6 2.2 Toelatingsonderzoek... 6 2.3 Beoordeling van het kwaliteitssysteem van de aanvrager... 6 2.4 Afgifte van het attest-met-productcertificaat... 6 2.5 Externe kwaliteitscontrole... 6 3 PRESTATIE-EISEN BOUWBESLUIT, TOELATINGSSONDERZOEK EN KWALITEITSVERKLARING... 7 3.1 Voorschriften uit het oogpunt van veiligheid... 8 3.2 Voorschiften uit het oogpunt van gezondheid... 10 3.3 Voorschriften uit het oogpunt van energiezuinigheid... 13 4 PRIVAATRECHTELIJKE-EISEN, TOELATINGSONDERZOEK EN KWALITEITSVERKLARING... 14 4.1 Algemeen... 14 4.2 Mechanische eigenschappen... 14 4.3 Brandeigenschappen... 14 4.4 Hygiëne, gezondheid en omgeving... 15 4.5 Veiligheid in de gebruiksfase... 15 4.6 Energie, Economie en (thermische isolatie) Energieprestatie... 16 4.7 Duurzaamheid en klimaatklasse, materiaaleigenschappen en identificatie van de dakconstructies... 16 4.8 Sterkte van de bouwconstructie onder invloed van geconcentreerde statische belastingen... 16 Prestatie-eis... 16 5. PRODUCTEISEN... 18 5.1 Introductie... 18 5.2 Hout... 18 5.3 Plaatmaterialen... 18 5.4 Dampremmende folie... 19 5.5 Waterkerende dampdoorlatende membranen... 19 5.6 Stalen onderdelen... 19 5.7 Bevestigingsmiddelen... 19 5.8 Isolatiemateriaal... 19 5.9 Lijm... 19 5.10 Slabben... 19 5.11 Dakkapellen... 19 5.12 Panlatten... 19 5.13 Dakbedekkingen... 19 5.14 Dakramen... 20 6 VERWERKINGSVOORSCHRIFTEN... 20 6.1 Verwerkingsvoorschriften... 20 7. EISEN TE STELLEN AAN HET KWALITEITSSYSTEEM VAN DE AANVRAGER... 21 7.1 Eisen te stellen aan het kwaliteitssysteem van de aanvrager van een attest-met-productcertificaat... 21 7.2 Algemeen... 21 7.3 Interne kwaliteitsbewaking... 21 7.4 Directieverantwoordelijkheid... 21 7.5 Keuring en beproeving... 22 7.6 Externe controle... 22 7.7 Klachtenbehandeling... 22 7.8 Interne Kwaliteitsbewaking... 23 7.9 Certificatie-merk... 23 8 CONTROLE DOOR DE CERTIFICATIE- EN/OF ATTESTERINGSINSTELLING... 23

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 4 van 35 8.1 Attest-met-productcertificaat... 23 9. LIJST VAN VERMELDE DOCUMENTEN... 24 BIJLAGE 1: Model KOMO attest-met-productcertificaat... 27 BIJLAGE 2 : Geconcentreerde statische belastingsproef... 35

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 5 van 35 1 INLEIDING 1.1 Algemeen De in deze beoordelingsrichtlijn opgenomen eisen worden door de certificatie- en attesteringsinstellingen, die hiervoor erkend zijn door de Raad voor Accreditatie, gehanteerd bij de behandeling van een aanvraag voor c.q. de instandhouding van een KOMO attest-met-productcertificaat voor houtachtige dakconstructies. De af te geven kwaliteitsverklaringen worden aangeduid als KOMO attest-met-productcertificaat. Bouwbesluit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden zijn vermeld in hoofdstuk 3. In hoofdstukken 4, 5, 6 en 7 zijn niet- Bouwbesluit gerelateerde eisen vermeld, inclusief bepalingsmethoden in relatie tot o.a. CE-markering. Naast de eisen die in deze beoordelingsrichtlijn zijn vastgelegd, stellen de certificatie- en attesteringsinstellingen aanvullende eisen, in de zin van algemene procedure-eisen van certificatie en attestering, zoals vastgelegd in het certificatie- en/of attesteringsreglement van de betreffende instelling. Het techniekgebied van de BRL is: E8 Bouwsystemen (houtachtige), houtskeletbouw, binnenspouwbladen, wandelementen, vloerelementen, vloerelementen, dakelementen en dakkapellen. 1.2 Onderwerp en toepassingsgebied De voorliggende beoordelingsrichtlijn en de kwaliteitsverklaringen hebben betrekking op houtachtige dakconstructies, geschikt om belastingen te dragen in platte of hellende daken. Houtachtige dakconstructies kunnen ruwweg in twee typen worden onderscheiden: a. de gesloten "sandwichachtige" (onder- én bovenbeplating met volvlaks verlijmde stijve isolatieplaten, al dan niet met houten ribben), die meestal als dakelementen worden aangeduid en b. de "doosvormige" (onderbeplating met houten ribben waartussen flexibele isolatiematerialen en een waterkerende dampdoorlatende/dampopen folie op de "open" zijde, dan wel een bovenbeplating), veelal daksegmenten genoemd. In de kwaliteitsverklaring zal zonodig het toepassingsgebied nader worden omschreven, inclusief eventuele beperkingen en/of toepassingsvoorwaarden. In het attest-met-productcertificaat worden uitspraken gedaan over houtachtige dakconstructies als uitwendige scheidingsconstructie inclusief dakbedekking. Echter, de dakbedekkingen zelf vormen geen onderdeel van het attest-metproductcertificaat. Toelichting: Voor begrippen die niet nader zijn gedefinieerd in deze BRL wordt verwezen naar het Bouwbesluit en de in Nederlandse normen en voorschriften gehanteerde definities en terminologieën. 1.3 Geldigheid Vanaf de bindend verklaring door SKH kunnen KOMO attest-met-productcertificaten worden afgegeven op basis van deze BRL. Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 0101 Houtachtige dakconstructies d.d. 2003-12-16 behouden hun geldigheid tot 01-02-2012.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 6 van 35 2 PROCEDURE TER VERKRIJGING VAN EEN ATTEST MET PRODUCTCERTIFICAAT 2.1 Start De aanvrager van de kwaliteitsverklaring geeft aan welke houtachtige dakconstructies hij levert overeenkomstig een eigen systeemontwerp. De aanvrager van de kwaliteitsverklaring geeft aan welke toepassingen van de door hem vervaardigde houtachtige dakconstructies in de kwaliteitsverklaring moeten worden opgenomen. Hij verstrekt de nodige gegevens ten behoeve van het opstellen van de technische specificatie. Hij geeft aan welke uitspraken in de kwaliteitsverklaring moeten worden opgenomen en verstrekt de onderbouwing van die uitspraken. In de hoofdstukken 3 en 4 is aangegeven welke uitspraken moeten of kunnen worden opgenomen. 2.2 Toelatingsonderzoek De attesteringsinstelling onderzoekt of de in het attest-met-productcertificaat op te nemen uitspraken in overeenstemming zijn met de eisen zoals vermeld in hoofdstukken 3, 4, 5 en 6 van deze BRL. De eisen gesteld in hoofdstuk 4 op basis van de ETAG 016 en ETAG 019 zijn facultatief. 2.3 Beoordeling van het kwaliteitssysteem van de aanvrager De certificatie- en/of attesteringsinstelling onderzoekt of het kwaliteitssysteem van de aanvrager in overeenstemming is met hoofdstuk 7. 2.4 Afgifte van het attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat wordt in overeenstemming met de door de Harmonisatie Commissie Bouw vastgestelde modellen conform het algemeen reglement van de certificatie- en/of attesteringsinstelling afgegeven wanneer het toelatingsonderzoek (2.2) en de beoordeling van het kwaliteitssysteem van de aanvrager (2.3) in positieve zin zijn afgerond. 2.5 Externe kwaliteitscontrole Na afgifte van het attest-met-productcertificaat wordt door de certificatie- en attesteringsinstelling controle uitgeoefend zoals beschreven in hoofdstuk 8.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 7 van 35 3 PRESTATIE-EISEN BOUWBESLUIT, TOELATINGSSONDERZOEK EN KWALITEITSVERKLARING Artikel Beschouwde afdelingen van het BRL Bouwbesluit 3.1.1 Algemene sterkte van de bouwconstructie Afdeling Artikel Lid Verder verwijzingspad 2.1 2.2 2.4 3.1.2 Sterkte bij brand 2.2 2.9 2.10 3.1.3 Beperking van ontwikkeling van brand 2.12 2.92 2.94 2.95 3.1.4 (Verdere) Beperking uitbreiding van 2.13 2.106 brand 2.14 2.118 3.1.5 Beperking van ontstaan van rook 2.15 2.126 2.128 1 1c 1 - - - 1 3 3 1 - NEN 6702; NEN-EN 1990 (incl. nationale bijlage) NEN-EN 1991-1 (incl. nationale bijlage) NEN 6760; NEN-EN 1995-1-1 (incl. nationale bijlage) NEN 6702 NEN-EN 1990 (incl. nationale bijlage) NEN-EN 1991-1 (incl. nationale bijlage) NEN 6069 NEN 6073 NEN-EN 1995-1-2 (incl. nationale bijlage) Artikel 1.2, lid 3 Regeling Bouwbesluit 2003 NEN-EN 13501-1 NEN 6068 NEN 6068 Artikel 1.2, lid 3 Regeling Bouwbesluit 2003 NEN-EN 13501-1 3.1.6 Beperking van verspreiding van rook 2.16 2.137 - NEN 6075 3.2.1 Bescherming tegen geluid van buiten 3.1 3.2 1 NEN 5077 3.3 - NEN 5077 3.2.2 Geluidwering tussen verblijfsruimten 3.3 3.12 1 NEN 5077 van dezelfde gebruiksfunctie (facultatief) 3.2.3 Beperking van galm (facultatief) 3.4 3.16 - Artikel 4.12 Regeling Bouwbesluit 2003 NEN-EN 12354-6, NEN 5078 3.2.4 Geluidwering tussen ruimten van verschillende gebruiksfuncties (facultatief) 3.5 3.18 3.19 1/2 1/2 NEN 5077 NEN 5077 3.2.5 Wering van vocht van binnen 3.7 3.27 1 NEN 2778 3.2.6 Beperking toepassing van schadelijke materialen 3.2.7 Bescherming tegen ratten en muizen 3.17 3.115 3.3.1 Thermische isolatie 5.1 5.2 1 NEN 1068 3.3.2 Beperking van de luchtdoorlatendheid 5.2 5.9 1 NEN 2686 (facultatief) 3.3.3 Energieprestatie 5.3 5.12 2 5.13 1 3.15 3.107 - Artikel 2.2 Regeling Bouwbesluit 2003 Artikel 2.3 Regeling Bouwbesluit 2003

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 8 van 35 3.1 Voorschriften uit het oogpunt van veiligheid ALGEMENE STERKTE VAN DE BOUWCONSTRUCTIE; BB-AFD. 2.1 3.1.1 Sterkte bouwconstructie; Prestatie-eisen, BB-art. 2.2.1, resp. BB-art. 2.4.1.c Een bouwconstructie moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 2.2.1 of 2.4.1c. De dakconstructie is gedurende de in NEN 6700 bepaalde referentieperiode voldoende bestand tegen de daarop werkende krachten. Gecontroleerd wordt of de opgegeven methode van berekening van de prestaties van de houtachtige dakconstructie juist zijn bij belastingsgevallen en belastingscombinaties volgens NEN 6702 en NEN 6760, dan wel NEN-EN-1990 (incl. nationale bijlage), NEN-EN 1991-1 (incl. nationale bijlage) en NEN-EN-1995-1-1( incl. nationale bijlage). De volgende belastingscombinaties kunnen relevant zijn: 1. Een gelijkmatig verdeelde belasting loodrecht op het vlak van het dak, gecombineerd met de belasting van het eigen gewicht van (de onderdelen van) het dak overeenkomstig NEN 6702, dan wel overeenkomstig NEN-EN 1991-1-4 (voor het vaststellen van de belasting ten gevolge van windbelasting) en NEN-EN 1991-1-1 (voor het vaststellen van de belasting ten gevolge van het eigen gewicht en de opgelegde belastingen) en NEN-EN 1991-1-3 (voor het vaststellen van de belasting ten gevolge van sneeuwbelasting). 2. Eigen gewicht als 1., echter gecombineerd met een punt- of lijnbelasting. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft voor toepassingsvoorbeelden de prestaties waaraan de houtachtige dakconstructie voldoet of vermeldt dat de prestaties projectmatig worden berekend overeenkomstig de van toepassing zijnde norm(en). STERKTE BIJ BRAND; BB-AFD. 2.2 3.1.2 Sterkte bouwconstructie bij brand; Prestatie-eisen, BB-art. 2.9.1, resp. BB-art. 2.10 Een bouwconstructie moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 2.9.1 of 2.10. De brandwerendheid met betrekking tot bezwijken bedraagt minimaal 30 minuten. De tijdsduur van bezwijken wordt bepaald via beproeving of berekening overeenkomstig NEN 6702 dan wel NEN-EN 1990 (incl. nationale bijlage) en NEN-EN 1991-1 (incl. nationale bijlage) en NEN 6069 dan wel NEN 6073 of NEN-EN 1995-1-2 (incl. nationale bijlage) Toelichting De tijdsduur van bezwijken van een dak kan worden weergegeven in 30 of 60 minuten brandwerend. Certificatie-onderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de tijdsduur van de brandwerendheid m.b.t. bezwijken. BEPERKING VAN ONTWIKKELING VAN BRAND; BB-AFD. 2.12 3.1.3 Bijdrage tot brandvoortplanting; Prestatie-eisen, BB-art. 2.92, resp. BB-art. 2.94, BB-art. 2.95.1 Een constructie onderdeel moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikelen 2.92, 2.94 en 2.95.1. De klasse van brandvoortplanting van de onderzijde een dak voldoet aan minimaal klasse D.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 9 van 35 De klasse van brandvoortplanting volgens NEN-EN 13501-1 dient voor de onderzijde van het dak te worden vastgesteld door middel van beproevingen door een erkend laboratorium of ontleend aan een geharmoniseerde productnorm. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de (Euro) brandklasse van de materialen die aan de onderzijde van de dakconstructie worden toegepast. (VERDERE) BEPERKING UITBREIDING VAN BRAND; BB-AFD. 2.13 EN BB-AFD. 2.14 3.1.4 WBDBO; Prestatie-eisen, BB-art. 2.106.3 en BB-art. 2.118.3 De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 2.106.3 en artikel 2.118.3. De grenswaarde voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) wordt bepaald door de weerstand tegen brandoverslag (WBO) van een dakopening als bedoeld in NEN 6068. Deze WBO is afhankelijk van de stralingsflux in het maatgevende observatiepunt bepaald volgens NEN 6068. In 6.3 van NEN 6068 is bepaald dat een dakdeel dat een brandwerendheid met betrekking tot de scheidende functie heeft van ten minste 30 minuten, geen dakopening is. Dit is ook van toepassing ingeval de WBDBO-eis 60 minuten is. In de situatie dat de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van het dak wordt bepaald, dient dat te gebeuren volgens NEN 6068. Toelichting WDBDO-eis: De volgens NEN 6068 bepaalde weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WDBDO) tussen twee brandcompartimenten, een besloten ruimte waardoor een brand- en rookvrije vluchtroute voert, een niet besloten ruimte van een veiligheidstrappenhuis en tussen twee rookvrije vluchtroutes en tussen een subcompartiment in een besloten ruimte, een besloten ruimte in dezelfde woonfunctie en een besloten ruimte waardoor een rookvrije vluchtroute voert, geldt een eis met betrekking tot de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag en dient te voldoen aan de prestatie-eisen. De dakbedekking speelt een belangrijke rol bij de bepaling van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag; de invloed van de dakbedekking valt buiten de scope van deze BRL en wordt niet meegenomen in het certificatie-onderzoek. Certificatieonderzoek/attest-met-productcertificaat Indien gewenst wordt in het certificaat de brandwerendheid van een dak opgegeven zoals is vastgesteld aan de hand van beproevingen door een erkend laboratorium of door berekening. Hierbij wordt aangegeven of het gaat om de brandwerendheid van binnen naar buiten, van buiten naar binnen of in beide richtingen. Deze bedraagt dan ten minste 30 minuten en kan worden uitgedrukt in een veelvoud hiervan. Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de brandwerendheid m.b.t. scheiden. BEPERKING VAN ONTSTAAN VAN ROOK; BB-AFD. 2.15 3.1.5 Rookdichtheid; Prestatie-eisen, BB-art. 2.126.1, resp. BB-art. 2.128 Een constructie onderdeel moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 2.126.1 dan wel 2.128. De grenswaarde is klasse s2 voor de onderzijde van een dak. Dit is niet altijd van toepassing voor een overige gebruiksfunctie of voor een bouwwerk geen gebouw zijnde.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 10 van 35 De klasse van rookontwikkeling volgens NEN-EN 13501-1 hoeft alleen voor de onderzijde van het dak te worden vastgesteld. Certificatieonderzoek/attest-met-productcertificaat In het certificaat de rookproductie van de onderzijde van een dak opgegeven. De rookdichtheid bedraagt ten hoogste 10 m -1 dan wel behoort ten minste tot rookklasse s2. BEPERKING VAN VERSPREIDING VAN ROOK; BB-AFD. 2.16 3.1.6 Weerstand tegen rookdoorgang, Prestatie-eisen, BB-art. 2.137 De weerstand tegen rookdoorgang van een rookcompartiment naar een besloten ruimte moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 2.137. De grenswaarde is gesteld op 30 minuten. Dit is niet altijd van toepassing voor een overige gebruiksfunctie of voor een bouwwerk geen gebouw zijnde. De weerstand tegen rookdoorgang volgens NEN 6075 door middel berekening of beproevingen door een erkend laboratorium. Certificatieonderzoek/attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de aansluiting van de dakconstructie aan de aansluitende constructieonderdelen de weerstand tegen rookdoorgang. 3.2 Voorschiften uit het oogpunt van gezondheid BESCHERMING TEGEN GELUID VAN BUITEN; BB-AFD. 3.1 3.2.1 Karakteristieke geluidwering; Prestatie-eisen, BB-art. 3.2.1 en BB-art. 3.3 De karakteristieke geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 3.2.1 dan wel 3.3. De karakteristieke geluidswering bedraagt minimaal 20 db(a). De karakteristieke geluidswering wordt bepaald overeenkomstig NEN 5077. Toelichting: In NEN 5077, paragraaf 5.3.5 is aangegeven hoe de karakteristieke geluidwering van het dak (G A;k ) kan worden berekend, indien de geluidwering van het dak (G A ) bekend is. De publicatie Geluidwering in de woningbouw geeft berekeningsmethoden voor het berekenen van de geluidwering van het dak (G A ) indien de geluidisolatie van de onderdelen van het dak voor standaard buitengeluid (R A ) bekend is. NEN-EN- ISO 717-1 geeft de bepalingsmethode voor de gewogen karakteristieke luchtgeluidsisolatiewaarde R w (C;C TR ). Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de karakteristieke geluidwering.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 11 van 35 GELUIDWERING TUSSEN VERBLIJFSRUIMTEN VAN DEZELFDE GEBRUIKSFUNCTIE BB-AFD. 3.3 (FACULTATIEF) 3.2.2 (Al dan niet karakteristieke) isolatie-index; Prestatie-eisen, BB-art. 3.12.1 De karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid voor geluidsoverdracht van een verblijfsruimte naar een andere verblijfsruimte van dezelfde gebruiksfunctie moeten voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 3.12.1. De karakteristieke isolatie-index is ten minste 20 of 0 db. De karakteristieke isolatie-index (L lu;k ) wordt bepaald overeenkomstig NEN 5077. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie met aansluitdetails de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid voor geluidsoverdracht vermelden. BEPERKING VAN GALM; BB-AFD. 3.4 (FACULTATIEF) 3.2.3 Geluidsabsorptie; Prestatie-eisen, BB-art. 3.16 De geluidsabsorptie van een aan een niet-gemeenschappelijke ruimte van een woonfunctie grenzende besloten gemeenschappelijke verkeersruimte voor het ontsluiten van een woonfunctie gelegen in een woongebouw kan voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 3.16 De geluidsabsorptie, met een getalwaarde, uitgedrukt in m 2, die niet kleiner is dan 1/8 van de getalwaarde van de inhoud van die ruimte, uitgedrukt in m 3, in elk geval van de octaafbanden met middenfrequenties van 250, 500, 1000 en 2000 Hz. De beperking van galm wordt bepaald overeenkomstig NEN 5078. Alternatieve bepalingsmethode In afwijking van de NEN 5078, kan de beperking van galm worden bepaald overeenkomstig NEN-EN 12354-6. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de geluidsabsorptie vermelden. GELUIDWERING TUSSEN RUIMTEN VAN VERSCHILLENDE GEBRUIKSFUNCTIES BB-AFD. 3.5 (FACULTATIEF) 3.2.4 (Al dan niet karakteristieke) isolatie-index; Prestatie-eisen, BB-art. 3.18.1/2, BB-art. 3.19.1/2 De karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid voor geluidsoverdracht van een besloten ruimte naar een verblijfsgebied van een op een ander perceel gelegen, aangrenzende gebruiksfunctie, moeten voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 3.18.1/2 en artikel 3.19.1/2. De grenswaarde voor de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en contactgeluid zijn gesteld op niet kleiner dan -5 db. De karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en contactgeluid worden bepaald overeenkomstig NEN 5077. Cerificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie met aansluitdetails de karakteristieke isolatie-index voor luchtgeluid en de isolatie-index voor contactgeluid voor geluidsoverdracht vermelden.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 12 van 35 WERING VAN VOCHT VAN BINNEN; BB-AFD. 3.7 3.2.5 Factor temperatuur binnenoppervlakte; Prestatie-eisen, BB-art. 3.27.1 De factor van de temperatuur van de binnenoppervlakte van een constructie die de scheiding vormt tussen de buitenlucht en een verblijfsgebied moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 3.27.1. De factor van de temperatuur is aan de zijde die grenst aan een verblijfsgebied, niet kleiner dan 0,65 bij een woonfunctie en niet kleiner dan 0,5 in overige functies. Toelichting De grenswaarde is niet van toepassing bij een lichte industriefunctie, een niet-verwarmde logiesfunctie en een overige gebruiksfunctie. De factor van de temperatuur wordt bepaald overeenkomstig NEN 2778. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie met aansluitdetails de temperatuurfactor. BEPERKING TOEPASSING VAN SCHADELIJKE MATERIALEN; BB-AFD. 3.15 3.2.6 Schadelijke materialen; Prestatie-eisen, BB-art. 3.107 Voor de beperking van de toepassing van schadelijke materialen zijn artikel 3.107 alsmede artikelen 2.2 en 2.3 van de Regeling Bouwbesluit 2003 van toepassing. Vanuit de in een verblijfsgebied toegepaste materialen mag de toename aan concentratie van formaldehyde vanuit die materialen niet groter zijn dan in artikel 2.2 van de Regeling Bouwbesluit 2003 is aangegeven. In een voor mensen toegankelijke ruimte van een bouwwerk mogen de in een constructieonderdeel aanwezige asbestvezels niet tot gevolg hebben dat de toename van de concentratie asbestvezels ten opzichte van de in de buitenlucht aanwezige concentratie groter is dan 1.000 ve/m³. Aangegeven dient te worden of in de dakconstructie formaldehyde of asbest aanwezig is. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt dat de toegepaste materialen voldoen aan de voorschriften gegeven bij ministeriele regeling zoals bedoeld in BB-art. 3.107. BESCHERMING TEGEN RATTEN EN MUIZEN; BB-Afd. 3.17 3.2.7 Openingen in uitwendige scheidingsconstructies; Prestatie-eisen, BB-art. 3.115 Openingen in uitwendige scheidingsconstructies moeten voldoen aan de afmetingen zoals aangewezen in artikel 3.115. Een dak mag geen openingen hebben groter dan 0,01 m. die niet afsluitbaar zijn. Dit geldt niet voor een industriefunctie of overige gebruiksfunctie.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 13 van 35 Bij aanwezigheid van niet afsluitbare openingen in een dak wordt de breedte van deze openingen gemeten. Toelichting De bedoelde breedte van openingen gelden niet voor voorzieningen van luchtverversing, de afvoer van rook en de ont- en beluchting van een voorziening voor de afvoer van afvalwater en fecaliën. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt dat één van de afmetingen van bedoelde openingen niet groter is dan 0,01 m. 3.3 Voorschriften uit het oogpunt van energiezuinigheid THERMISCHE ISOLATIE; BB-AFD. 5.1 3.3.1 Warmteweerstand; Prestatie-eisen, BB-art. 5.2.1 De warmteweerstand van de uitwendige scheidingsconstructies moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 5.2.1. De dakconstructie heeft een warmteweerstand van minimaal 2,5 m 2. K/W. De warmteweerstand wordt bepaald overeenkomstig NEN 1068. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie de warmteweerstand. BEPERKING VAN DE LUCHTDOORLATENDHEID; BB-AFD. 5.2 (FACULTATIEF) 3.3.2 Luchtvolumestroom; Prestatie-eisen, BB-art. 5.9.1 De luchtvolumestroom van het totaal aan verblijfsgebieden, toiletruimten en badruimten van een gebruiksfunctie moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 5.9.1. De bijdrage van het dak aan de luchtvolumestroom is niet groter dan 0,2 m 3 /s. De bijdrage van het dak aan de luchtvolumestroom wordt bepaald overeenkomstig NEN 2686. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie met aansluitdetails de bijdrage aan de luchtvolumestroom vermelden. ENERGIEPRESTATIE; BB-AFD. 5.3 3.3.3 Energieprestatie; Prestatie-eisen, BB-art. 5.12.2 en BB-art. 5.13.1 De energieprestatiecoëfficiënt van een gebruiksfunctie moet voldoen aan de prestatie-eisen zoals aangewezen in artikel 5.12.2 en artikel 5.13.1. De EPC-waarde volgens artikel 5.11. De EPC-waarde kan worden vastgesteld volgens NEN 2916 en NEN 5128.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 14 van 35 Toelichting De thermische isolatie levert een belangrijke bijdrage aan de energiezuinigheid van het bouwwerk. Er zijn echter meer aspecten die de energiezuinigheid bepalen en die over het algemeen geen onderdeel uitmaken van de houtachtige dakconstructies. Er wordt derhalve geen toelatingsonderzoek naar de energieprestatie coëfficiënt uitgevoerd. Certificatieonderzoek/Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat vermeldt voor toepassingsvoorbeelden van de dakconstructie met aansluitdetails dat bij de berekening van de energieprestatiecoëfficiënt de bijdrage van de thermische isolatie van de houtachtige dakconstructies ontleend kan worden aan dit attest-met-productcertificaat met een verwijzing naar het hoofdstuk thermische isolatie. 4 PRIVAATRECHTELIJKE-EISEN, TOELATINGSONDERZOEK EN KWALITEITSVERKLARING BEPROEVINGEN EN CLASSIFICATIE IN HET KADER VAN ETAG 016 EN ETAG 019 (FACULTATIEF) 4.1 Algemeen Een ETAG staat voor Europese Technische Goedkeurings Richtlijn. Op basis van een ETAg kan een ETA worden afgegeven, welke gelijk staat aan een geharmoniseerde norm. In dit hoofdstuk zijn de overige eisen opgenomen waaraan houtachtige dakconstructies kunnen voldoen. Het betreft hier voor houtachtige dakconstructies relevante eisen vanuit de ETAG 016 (deel 1 t/m 4) en ETAG 019. 4.2 Mechanische eigenschappen 4.2.1 Sterkte, ETAG 019; paragraaf 5.1.1 Volgens ETAG 019 worden de sterkte en stijfheid berekend volgens Eurocode 5 (NEN-EN 1995-1-1) of in ETAG aangewezen technical reports. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de sterkte in de uiterste grenstoestand van de dakconstructie vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.2.2 Kruip en langdurige belasting Het effect van langdurige belastingen en vochtgehalte op de kruip en sterkte dient te worden bepaald overeenkomstig het gestelde in 5.1.2 van ETAG 019 door middel van berekeningen volgens de berekeningsgrondslagen van Eurocode 5 (NEN- EN 1995-1-1). Daarnaast is het voor de ETAG 019 mogelijk het geheel te berekenen volgens in de ETAG aangewezen technical reports. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de sterkte in de uiterste grenstoestand van de dakconstructie vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.2.3 Vormstabiliteit; ETAG 019; paragraaf 5.1.2 De vormstabiliteit zal bepaald moeten worden volgens de opgegeven methoden in de ETAG 019 paragraaf 5.1.2. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de vormstabiliteit vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.3 Brandeigenschappen 4.3.1 Brandvoorplanting; ETAG 016; paragraaf 5.2.1 Dakconstructies dienen te worden beproefd en geclassificeerd volgens NEN-EN 13501-1.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 15 van 35 Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de Eurobrandklasse van dakconstructie vermelden overeenkomstig NEN 13501-1 of Geen prestaties bepaald. 4.3.2 Brandweerstand; ETAG 016 en ETAG 019; paragraaf 5.2.2 Dakconstructies dienen te worden beproefd en geclassificeerd volgens NEN 13501-2. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de brandklasse van dakconstructie overeenkomstig NEN-EN 13501-2 vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.4 Hygiëne, gezondheid en omgeving 4.4.1 Waterdichtheid, ETAG 016; paragraaf 5.3.1 Dakconstructies dienen waterdicht te zijn en worden getest overeenkomstig de eisen in de ETAG 016. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de waterdichtheid van de dakconstructie vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.4.2 Dampdoorlatendheid, ETAG 016; paragraaf 5.3.2 Het risico van inwendige condensatie zal moeten worden berekend overeenkomstig NEN-EN-ISO 13788. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de dampdoorlatendheid van de dakconstructie vermelden en of Geen prestaties bepaald. 4.4.3 Aanwezigheid gevaarlijke stoffen, prestatie-eisen ETAG 016; paragraaf 5.3.3 Dakconstructies waarin materialen worden toegepast die formaldehyde bevatten, moeten voldoen aan de eisen zoals opgenomen in NEN-EN 13986. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan vermelden dat de toegepaste materialen voldoen aan de voorschriften of Geen prestaties bepaald. 4.4.4 Zwel- en krimpgedrag (door wateropname), ETAG 016; paragraaf 5.3.4 De waterdichtheid zal worden bepaald overeenkomstig de ETAG 016. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan het zwel- en krimpgedrag (door wateropname) vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.5 Veiligheid in de gebruiksfase 4.5.1 Mechanische weerstand, ETAG 016; paragraaf 5.4 De mechanische eigenschappen moeten voldoen aan de voorschriften; deze uitvoeren door middel van testen of berekeningen. Deze testen en berekeningen moeten uitgevoerd worden volgens de geldende Europese normen. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de mechanische eigenschappen vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.5.2 Geluidsisolatie, ETAG 016; paragraaf 5.5 De luchtgeluidsisolatie moet worden bepaald overeenkomstig de NEN-EN-ISO 140-3 en de geluidsabsorptie zal worden bepaald overeenkomstig de NEN-EN-ISO 354.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 16 van 35 Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de luchtgeluidisolatie en de geluidsabsorptie vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.6 Energie, Economie en (thermische isolatie) Energieprestatie 4.6.1 Thermische isolatie, ETAG 016 en ETAG 019; paragraaf 5.6.1 De warmteweerstand van een uitwendige scheidingsconstructie moet worden berekend overeenkomstig de ontwerpeisen gegeven in NEN-EN-ISO 6946 en daarbij gebruik makend van de lambda-waarde zoals beschreven in NEN-EN 12524. Daarnaast is het ook mogelijk de lambda-waarde te testen of te meten overeenkomstig NEN-EN- ISO 8990. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de warmteweerstand vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.6.2 Luchtdichtheid, ETAG 016; paragraaf 5.6.2 Luchtdichtheid van de dakconstructie dient bepaald te worden overeenkomstig NEN-EN 12114. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de luchtdichtheid vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.7 Duurzaamheid en klimaatklasse, materiaaleigenschappen en identificatie van de dakconstructies 4.7.1 Duurzaamheid en klimaatklasse, ETAG 016 en ETAG 019; paragraaf 5.7.1 Duurzaamheid wordt beoordeeld zoals beschreven in paragraaf 5.7 van de ETAG 016 en ETAG 019. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de duurzaamheid vermelden of Geen prestaties bepaald. 4.7.2 Materiaaleigenschappen, ETAG 016; paragraaf 5.7.2 en paragraaf 5.7.3 De eigenschappen van de toegepaste materialen moeten worden vastgelegd en voldoen aan de eisen zoals omschreven in Europese normen en CE verklaringen. Er wordt gekeken naar de herkomst, mechanische eigenschappen, toepassingsgebied en maatvastheid. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat kan de materiaaleigenschappen vermelden of Geen prestaties bepaald. OVERIGE PRIVAATRECHTELIJKE PRESTATIE-EISEN 4.8 Sterkte van de bouwconstructie onder invloed van geconcentreerde statische belastingen Prestatie-eis De breukbelasting van dakplaten, dakelementen en daksegmenten, ten gevolge van een geconcentreerde statische belasting, dient ten minste gelijk te zijn aan: a) voor toepassing in hellende daken : 2 x RB + 1,5 x VB; b) voor platte daken : 2 x RB + 2,5 x VB; waarbij : RB = de rustende belasting : VB = een veranderlijke belasting van 1000 N. Toelatingsonderzoek Het voldoen aan voornoemde eisen dient te worden aangetoond door middel van berekening of door middel van de in bijlage 2 van deze BRL gegeven geconcentreerde statische belastingsproef. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft van toepassingsvoorbeelden de prestaties van de houtachtige dakconstructie die voldoen aan de gestelde eisen.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 17 van 35 4.9 Vervorming Prestatie-eis Dakelementen kunnen een bijkomende doorbuiging, zoals bedoeld in NEN 6702, te hebben van ten hoogste 1/250 van de overspanning. Toelatingsonderzoek Gecontroleerd wordt of de opgegeven prestatie, bepaald overeenkomstig NEN 6702 in samenhang met NEN 6760 of SKHpublicatie 09-01, juist is. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft toepassingsvoorbeelden die voldoen of verklaart dat de prestaties projectmatig zijn aangetoond. 4.10 Algemene sterkte van de bouwconstructie Prestatie-eis Voor de bepaling van de algemene sterkte voor sandwichachtige dakconstructies kan gebruik worden gemaakt van SKH- Publicatie 09-01. Toelatingsonderzoek Gecontroleerd wordt of de opgegeven prestatie, bepaald overeenkomstig SKH-Publicatie 09-01, juist is. Attest-met-productcertificaat Het attest-met-productcertificaat geeft toepassingsvoorbeelden die voldoen of verklaart dat de prestaties projectmatig zijn aangetoond.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 18 van 35 5. PRODUCTEISEN Niet in dit hoofdstuk opgenomen materialen dienen, gerelateerd aan het toepassingsgebied, te voldoen aan de geldende norm of BRL. De individuele prestaties van materialen/producten en de keuzes hiervan kunnen niet zonder meer bij elkaar worden gevoegd en worden opgeteld. Voor de hieronder toegepaste materialen gelden de bepalingen zoals opgenomen in de van toepassing zijnde, geldende, BRL danwel de van toepassing zijnde norm. 5.1 Introductie In dit hoofdstuk worden eisen gesteld aan producten door te verwijzen naar de prestatie-eisen zoals die voorkomen in geldige nationale beoordelingsrichtlijnen of andere openbare documenten. Meestal moet binnen het genoemde document nog een klasse of kwaliteit aangewezen worden; slechts indien de kwaliteit kritisch is, dan is in deze BRL die kwaliteit of klasse als eis vermeld. 5.2 Hout Hout dient ten minste te zijn ingedeeld in een sterkteklasse conform NEN 5498 en NEN 6760 en/of NEN-EN-338, die overeenkomt met de sterkte- en stijfheidsberekeningen overeenkomstig de paragrafen 3.1.1, 3.1.2, 4.1.1, 4.1.2, 4.1.3, 4.4.1, 4.7, 4.8 en 4.9 van deze BRL. Houten dakconstructies moeten dusdanig ontworpen en gedetailleerd zijn dat zekerheid wordt verkregen dat het hout van dakconstructies in de gebruiksfase geen hoger vochtgehalte kan verkrijgen dan ca. 20% of moet worden verduurzaamd met daartoe geschikte middelen en verduurzamingsmethoden. Gevingerlast hout voor dragende toepassingen moet voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1704-1. Gelamineerde dragende houten bouwconstructies moeten voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1701. Combinaties van vingerlassen en optimaliseren zijn toegestaan als aan de bovengenoemde BRL-en is voldaan. I-liggers moeten voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1707. LVL dient ten minste te voldoen aan de NEN-EN 14279. 5.3 Plaatmaterialen Triplex Triplex toegepast in uitwendige scheidingsconstructies moet minimaal voldoen aan klasse D; toegepast in inwendige scheidingsconstructies minimaal aan klasse H, overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1705. Spaanplaat Spaanplaat toegepast in uitwendige scheidingsconstructies moet minimaal voldoen aan klasse P3 indien de plaat niet constructief wordt gebruikt. Indien de plaat constructief wordt meegerekend moet de plaat minimaal voldoen aan klasse P5 overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1101. OSB OSB moet minimaal voldoen aan klasse 3 overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1106. Hardboard Volumieke massa 800 kg/m³ klasse HB.H volgens NEN-EN 316 en NEN-EN 622-2. Cementgebonden houtspaanplaat Overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1105; volumieke massa 1250 kg/m 3. Gipsvezelplaat Overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1102 met een minimale buigsterkte van 5,50 N/mm 2.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 19 van 35 Gipskartonplaat Overeenkomstig de eisen zoals vermeld in BRL 1009. 5.4 Dampremmende folie Dampremmende folies dienen te voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 4711 en dienen overeenkomstig de SKH- Publicatie 03-07 te worden toegepast. 5.5 Waterkerende dampdoorlatende membranen Waterkerende dampdoorlatende/damp-open membranen dienen te voldoen de eisen zoals vermeld in BRL 4708 deel 1 en deel 2 en dienen waterdicht te zijn tot ten minste 200 mm waterkolom bepaald overeenkomstig methode A van NEN-EN 1928. De beproevingsmethode mag zijn gemodificeerd overeenkomstig 5.2.3 van NEN-EN 13859-1. 5.6 Stalen onderdelen Stalen onderdelen, zoals ankers en scharnieren, toegepast in klimaatklasse 2 of 3 zoals bedoeld in NEN 6760 moeten thermisch verzinkt zijn overeenkomstig de daaraan gestelde eisen in NEN-EN 10327 of elektrolytisch verzinkt overeenkomstig de daaraan gestelde eisen in NEN-EN 10152. 5.7 Bevestigingsmiddelen Draadnagels, nieten, schroeven e.d. moeten zijn van verzinkt staal, aluminium, messing of roestvast staal. Voor de toepassing in niet-agressieve houtsoorten kunnen elektrolytisch verzinkte of gesherardiseerde stalen bevestigingsmiddelen worden toegepast. 5.8 Isolatiemateriaal Minerale wol moet voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1308. Polystyreen moet voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1306. Polyurethaan moet voldoen aan de eisen zoals vermeld in NEN-EN 13165. 5.9 Lijm Lijmen in dragende dakconstructies dienen te voldoen de eisen zoals vermeld in BRL 2338. 5.10 Slabben Slabben die volledig afwaterend zijn toegepast in een hellingshoek vanaf 9 zijn waterdicht tot ten minste 200 mm waterkolom bepaald overeenkomstig NEN-EN 1928 methode A. De beproevingsmethode mag zijn gemodificeerd overeenkomstig paragraaf 5.2.3 van NEN-EN 13859-1. Slabben in overige toepassingen zijn waterdicht tot ten minste 1000 mm waterkolom, zijn vervaardigd van EPDM in een dikte van ten minste 0,5 mm, flexibel PVC in een dikte van ten minste 0,45 mm of DPC (polyethyleen) met een gewicht van ten minste 270 g/m 2. Slabben hebben een overmaat van ten minste 100 mm en ten hoogste 200 mm aan weerszijden zowel in de hoogte als in de breedte, uitgezonderd eventueel de richting die na montage UV-belast blijft. UV-belaste slabben zijn vervaardigd van EPDM of flexibel PVC. 5.11 Dakkapellen Houtachtige dakkapellen die worden toegepast in dakconstructies moeten voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 0103. 5.12 Panlatten Panlatten dienen te voldoen aan de eisen zoals vermeld in SKH-Publicatie 03-01 Panlatten. 5.13 Dakbedekkingen Dakbedekkingen die worden toegepast in dakconstructie moeten voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 1510 of de eisen zoals vermeld in BRL 1511.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 20 van 35 5.14 Dakramen Dakramen dienen te voldoen aan de eisen zoals vermeld in BRL 3700. 6 VERWERKINGSVOORSCHRIFTEN 6.1 Verwerkingsvoorschriften Bij aflevering van de houtachtige dakconstructies moeten verwerkingsvoorschriften worden meegeleverd. Hierin dienen ten minste de onderstaande punten verwerkt te worden: - transport naar en opslag op de bouwplaats; - beschermen van houtachtige dakelementen/segmenten tijdens transport, opslag en de bouwfase; - herstellen van houtachtige dakelementen/segmenten bij beschadigingen; - bewerkingen aan de houtachtige dakelementen/segmenten; - aanbrengen van dakbedekking.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 21 van 35 7. EISEN TE STELLEN AAN HET KWALITEITSSYSTEEM VAN DE AANVRAGER 7.1 Eisen te stellen aan het kwaliteitssysteem van de aanvrager van een attest-met-productcertificaat 7.1.1 Interne kwaliteitszorg van de producent In de navolgende paragrafen zijn eisen geformuleerd, waaraan het kwaliteitssysteem van de aanvrager dient te voldoen in het kader van een attest-met-productcertificaat. 7.2 Algemeen 7.2.1 Verantwoordelijkheid De verantwoordelijkheid voor het fabricageproces van het product en voor de interne kwaliteitsbewaking ligt bij de producent. 7.2.2 Melding van veranderingen Alle veranderingen binnen het kwaliteitssysteem, zoals procedures, IKB-schema, productiewijze, etc., dienen vooraf schriftelijk aan de certificatie- en attesteringsinstelling te worden gemeld. 7.3 Interne kwaliteitsbewaking De in het kader van het kwaliteitssysteem te volgen procedures voor keuring, beproeving en registratie moeten zijn vastgelegd in een intern kwaliteitbewakingsschema (IKB-schema). 7.4 Directieverantwoordelijkheid 7.4.1 Algemeen De verantwoordelijkheid voor het totale kwaliteitsbeleid berust bij de directie. De directie moet dientengevolge dit beleid en de kwaliteitsdoelstellingen omschrijven, alsmede de verplichtingen dienaangaande. Eén en ander in overeenstemming met andere bedrijfsdoelstellingen. 7.4.2 Organisatie Van de medewerkers, die betrokken zijn bij de productie, de keuring en de beproevingen, dienen de verantwoordelijkheden en bevoegdheden, de onderlinge verhoudingen en hun plaats binnen de organisatie (bijvoorbeeld in een organogram) te zijn omschreven. Zij dienen over een passende ervaring c.q. opleiding te beschikken. De bedrijfsvoering moet geschieden onder verantwoordelijkheid van een persoon, waarvan is aangetoond dat hij/zij vakbekwaam is. De inrichting van het bedrijf moet zodanig zijn, dat bij de opslag van de materialen, de productie en de opslag van gereed product de kwaliteit en de duurzaamheid gewaarborgd blijven en dat geen blijvende vormverandering optreedt. 7.4.3 Kwaliteitsfunctionaris Er dient een directievertegenwoordiger te worden aangewezen, die ongeacht zijn overige verantwoordelijkheden, welomschreven verantwoordelijkheden en bevoegdheden heeft voor het bewerkstelligen van de invoering en het op peil houden van het kwaliteitssysteem. 7.4.4 Beoordeling van het kwaliteitssysteem Het kwaliteitssysteem, dat is opgezet met het doel een waarborg te verkrijgen dat producten van een constante kwaliteit worden geproduceerd, moet regelmatig door de kwaliteitsfunctionaris worden geëvalueerd en zo nodig, in overleg met de directie worden bijgesteld. Van de beoordeling dient een schriftelijke rapportage aanwezig te zijn die op verzoek beschikbaar is. 7.4.5 Behoud van eigenschappen van het product Productie, intern transport en opslag van gerede dakconstructies moeten op zodanige wijze beheerst plaatsvinden dat de meegegeven eigenschappen behouden blijven. Het transport naar de bouwplaats moet zodanig plaatsvinden dat er geen beschadiging of blijvende vormveranderingen kan optreden.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 22 van 35 7.5 Keuring en beproeving 7.5.1 Kwaliteitssysteem Het kwaliteitssysteem met betrekking tot het voortbrengingsproces moet schriftelijk vastgelegde procedures omvatten voor de keuring en de uitvoering van de beproevingen, zoals vastgelegd in het IKB-schema. 7.5.2 Beheersing van documenten De schriftelijk vastgelegde procedures voor de keuring en de beproeving moeten door daartoe bevoegde personen binnen het bedrijf vóór de uitgifte worden beoordeeld en goedgekeurd op geschiktheid en doelmatigheid. De beheersing van documenten moet bewerkstelligen, dat alleen geldige documenten bij de keuring en beproeving beschikbaar zijn. 7.5.3 Registratie Van elke keuring of beproeving, zoals omschreven in het IKB-schema en uitgevoerd conform de vastgestelde procedures, dient een goede registratie te worden bijgehouden. Tevens dient een verificatie plaats te vinden aan de hand van reeds eerder uitgevoerde keuringen en beproevingen om na te gaan of aan de gestelde eisen wordt voldaan. 7.5.4 Kalibreren Keuringsmiddelen, meet- en beproevingsapparatuur dienen periodiek te worden gekalibreerd en onderhouden volgens een vastgesteld kalibreersysteem en op een toegankelijke wijze te worden geregistreerd. 7.5.5 Herkenbaarheid beproevingsmonsters Monsters, bedoeld voor keuring en beproeving, dienen duidelijk herkenbaar te zijn. Tevens dient, zo nodig, de beproevingsvolgorde herkenbaar te zijn. 7.5.6 Producten met tekortkomingen Producten met tekortkomingen dienen duidelijk gekenmerkt te zijn. Tevens dient men te beschikken over een procedure voor de behandeling van deze producten en een herkenbare (aparte) opslag respectievelijk een aanvullend registratiekenmerk (bijvoorbeeld in geval van foutieve fabricage assemblage). Zo nodig dienen corrigerende maatregelen te worden genomen. 7.5.7 Toelevering Grondstoffen, halfproducten en andere producten of bewerkingen dienen bij ontvangst te worden gecontroleerd conform het IKB-schema. 7.5.8 Laboratorium Voor het verrichten van laboratoriumwerkzaamheden dient men te beschikken over een goed uitgeruste (aparte) ruimte en over de voorgeschreven meet- en beproevingsapparatuur. Bij gebruikmaking van een extern laboratorium dient dit door de certificatie-en attesteringsinstelling te zijn goedgekeurd. 7.5.9 Interne controle Als aanvulling op de keuringen en beproevingen van de toegeleverde producten, het productieproces en het gerede product dient aantoonbaar te zijn, dat alle vereiste keuringen zijn uitgevoerd. Men dient te beschikken over een passende en toegankelijke registratie van de uitgevoerde keuringen en beproevingen en deze op peil houden om aan de hand hiervan aannemelijk te kunnen maken, dat voldaan is aan de gestelde eisen. Daar, waar nodig, dienen statistische technieken te worden toegepast op de onderzoeksresultaten. 7.6 Externe controle De producent dient medewerking te verlenen aan de door de certificatie- en attesteringsinstelling uit te voeren controlewerkzaamheden door toegang tot de fabriek te verlenen en desgevraagd inzage te verschaffen in alle relevante documenten. Zo nodig dienen monsters ter beschikking te worden gesteld. 7.7 Klachtenbehandeling De producent (houder van het attest-met-productcertificaat) dient aantoonbaar te beschikken over een goede klachtenregistratie en de behandeling hiervan met betrekking tot het product, waarop het productcertificaat betrekking heeft. Per klacht dient te worden aangegeven hoe de klacht is geanalyseerd en afgehandeld.

KOMO beoordelingsrichtlijn nr. 0101 Houtachtige dakconstructies, d.d. 10-02-2011 Pagina 23 van 35 7.8 Interne Kwaliteitsbewaking De producent dient een interne kwaliteitsbewaking te hanteren; hierin dienen minimaal de volgende onderdelen te zijn opgenomen en schriftelijk te zijn vastgelegd: - een ingangscontrole op de grondstoffen; - werkplekinstructies; - controle op het eindproduct; - de controle op de meetapparatuur; - klachtenregistratie. 7.9 Certificatie-merk De onder attest-met-productcertificaat geleverde elementen dienen duidelijk te zijn voorzien van het KOMO -keurmerk, zoals aangegeven in het attest-met-productcertificaat. 8 CONTROLE DOOR DE CERTIFICATIE- EN/OF ATTESTERINGSINSTELLING 8.1 Attest-met-productcertificaat De certificatie-en attesteringsinstelling controleert onaangekondigd 4 x per jaar of de producten aan de technische specificaties voldoen, of de productie in overeenstemming is met de door de producent vastgelegde en met de certificatie- en attesteringsinstelling overeengekomen specificaties en of het interne kwaliteitbewakingssysteem van de producent aan de in hoofdstuk 7 vastgelegde eisen voldoet. Zonodig kan, op advies van het College van Deskundigen, bovengenoemde controlefrequentie op grond van argumenten bijgesteld worden. De certificerende instelling dient voor het inspecteren/auditen en het beoordelen (attesteringsonderzoek en certificatieonderzoek en beoordeling van rapporten van een inspecteur of auditor) functionarissen in te zetten met een opleiding, kennis en ervaring overeenkomstig onderstaande tabel. Certificatiepersoneel Werk- en denkniveau Kennis en ervaring Beoordelaar HBO-niveau Bouwkundig o.g.* Productie en toepassing van houtachtige dakconstructies o.g.* Auditor MBO-niveau Productie en toepassing van houtachtige dakconstructies o.g.* Beslisser HBO-niveau Managementervaring o.g.* Certificatie o.g.* Accreditatiecriteria o.g.* * o.g. = of gelijkwaardig