1 Inleiding... 1 2 Gewenste lichtsterkte... 2 3 Verlichtingssystemen... 3 3.1 Lichtbronnen... 3 3.2 Voorschakelapparaten (ballasten)... 4 3.3 Verlichtingsarmaturen... 4 4 Regelingen... 5 1 Inleiding i Naar de verlichting in een bedrijf gaat meer energie dan men vaak denkt. Het vermogen van een verlichtingsarmatuur is misschien niet erg hoog, maar het groot aantal lichtpunten en de branduren maken verlichting tot een grote verbruiker. Bij de keuze voor een nieuwe verlichtingsinstallatie wordt vaak een beslissing genomen puur op basis van de investeringskost. Echter, over de totale levensduur van een verlichtingsinstallatie beschouwd is de energiezuinigheid van de verlichtingsinstallatie een veel belangrijkere factor. Men moet ook beseffen dat in de totale kost van verlichting energie veruit het zwaarst doorweegt. Een initiatief van: Met steun van: blz 1/5
Het energetisch rendement van een verlichtingssysteem hangt sterk af van: de efficiëntie van de diverse onderdelen van de verlichtingsinstallatie: lampen, ballasten en armaturen het regelsysteem en de toepassing van vrij daglicht het onderhoud 2 Gewenste lichtsterkte Het is belangrijk dat men de gewenste lichtsterkte haalt. Niet overal heeft men altijd evenveel licht nodig! De verlichtingssterkte heeft een belangrijke invloed hebben op het energieverbruik. Het is dus noodzakelijk een juiste keuze van verlichtingsterkte te maken. Onderstaande tabel geeft de standaard verlichtingsterktes weer: Aard van de verlichting typering van de taak verlichtingsterkte (lux*) Oriëntatieverlichting (geen of incidentieel gebruik als werkruimte) Werkverlichting (permanent gebruik als werkruimte) Speciale werkverlichting Waarnemen van grote objecten en beweging van personen Waarnemen van zeer grove details Waarnemen van grove details Lezen, schrijven en waarnemen van vergelijkbare details en contrasten Waarnemen van kleinere details en zwakkere contrasten Waarnemen van zeer fijne details en zwakke contrasten op donkere achtergrond Waarnemen aan de grens van het gezichtsvermogen Voorbeelden 50 Opslagruimte, parkeergarage 100 Gang, trappenhuis 200 Constructiewerk, smederij, magazijn 400 Kantoor, leslokaal 800 Tekenkamer, fijn montagewerk 1.600 Precisiewerk, kadastraal tekenen, fijn inspectiewerk >3.200 Microminiaturisatie, operatietafel Tabel: Standaard verlichtingssterktes *verlichtingssterkte (lux) = lichthoeveelheid per oppervlakte-eenheid (1 lx = 1 lm/m²) FVO/november 2011 blz 2/5
3 Verlichtingssystemen Elektrische energie kan efficiënt naar lichtenergie omgezet worden door middel van 3 componenten: lampen, voorschakelapparaten (ballasten) en armaturen. Het is belangrijk dat de correcte hoeveelheid en type licht aanwezig is om veilige en comfortabele werkomstandigheden te creëren op de werkplaats. Lichtkwaliteit heeft een duidelijke invloed op de productiviteit. 3.1 Lichtbronnen Er bestaan verschillende soorten lampen die sterk verschillen qua levensduur en rendement Lampen ifv levensduur en rendment 120 Rendement (lm/watt) 100 80 60 40 20 Halogeen Spaarlamp / PL conventioneel TL conventionele ballast CDMT HQL, HSL, HPL HQI, HSI, HPI TL elektronische ballast Spaarlamp / PL elektronisch Gloeilamp 0 0 2000 4000 6000 8000 10000 12000 14000 16000 18000 Levensduur LED-verlichting biedt heel wat interessante toekomstperspectieven, maar zouden we nu nog niet aanraden voor functionele verlichting in kader van energiebesparing. FVO/november 2011 blz 3/5
3.2 Voorschakelapparaten (ballasten) De licht-efficiëntie kunnen we ook verhogen door het toepassen van hoogfrequente voorschakelapparatuur. Hierdoor kunnen we de hoeveelheid armaturen verminderen. Bij deze armaturen met voorschakelapparaten kan ook de nieuwe TL5-lamp worden toegepast. De TL5- lamp is een relatief nieuwe generatie fluorescentielamp. Met zijn kleine diameter 16mm, 40% dunner dan de huidige TLD-generatie. Ontworpen voor hoge lichtopbrengst (tot 7000 lm); gemiddelde levensduur van 20.000 branduren, hoge specifieke lichtstroom tot 104 lm/w, 8% zuiniger dan traditionele TL-buizen; zeer efficiënte fluorescerende laag, bevat absoluut de minimale waarde aan kwik, specifiek ontworpen voor gebruik met een elektronisch hoogfrequent voorschakelapparaat en dimbaar. Het elektriciteitsverbruik is 20 % tot 30 % lager dan van een conventionele armatuur. Bij een volledige relighting, waar we oudere weinig efficiënte lampen én armaturen vervangen, kan de totale energiebesparing oplopen tot 60% en meer. In ruimten, waar de omgevingscondities het gebruik van hoogfrequente voorschakelapparatuur niet toelaten (bv. temperaturen <5 C en > 35 C), kunnen we ook verliesarme, magnetische ballasten gebruiken in plaats van de traditionele voorschakelapparaten. 3.3 Verlichtingsarmaturen Moderne fluorescentieverlichtingsinstallaties met hoge verlichtingsrendementen bevatten gesofistikeerde reflectorsystemen die het kunstlicht in de gewenste richting sturen om de gewenste verlichtingssterkte op de juiste plaats te creëren. De armaturen moeten zo ontworpen zijn dat zij de gewenste lichtkwaliteit genereren die moet voldoen aan de werkactiviteiten in de ruimte. De reflectoren en de afschermingen zijn de voornaamste onderdelen van een armatuur; zij bepalen in sterke mate het verlichtingsrendement van de lichtinstallatie. Een effectieve energie-efficiënte verlichting zal een compromis zijn van een maximaal verlichtingsrendement, een beperking van schittering of luminantie en een goede lichtverdeling. Waar reeds fluorescentieverlichting is geïnstalleerd zal de installatie van moderne armaturen leiden tot een vermindering van het aantal lampen (delamping) zonder verlies aan verlichtingssterkte; hierdoor wordt energie bespaard en verminderen de onderhoudskosten in vergelijking met de oudere armaturen met een lager verlichtingsrendement. Het verhoogde gebruik van monitoren en schermen in de burelen en andere werkruimtes geeft weer waarde aan de vereiste lichtkwaliteit. Om verblinding en reflecties te beperken is het nodig dat een ergonomisch verantwoorde omgevingsverlichting wordt gecreëerd en dat door middel van regelbare verlichtingspunten wordt voldaan aan lokale verlichtingstaken. Wanneer verlichtingspunten niet eenvoudig bereikbaar zijn vanop grondniveau moet men bij de keuze van een geëigend type armatuur rekening houden met het onderhoud, het reinigen en de vervanging van deze verlichtingspunten. FVO/november 2011 blz 4/5
4 Regelingen In ruimten waar niet continu personen aanwezig zijn, zoals een magazijn of een opslagruimte, kunnen we een aanwezigheidsschakelaar plaatsen. Sensoren stellen vast of iemand in het vertrek aanwezig is. Is dit niet het geval, dan schakelt de verlichting na een bepaalde tijd automatisch uit. De besparing kan oplopen van 10% tot 90%, afhankelijk van het gebruikspatroon. Met behulp van daglichtafhankelijke regeling wordt de verlichting afgestemd op de lichtbehoefte, afhankelijk van de hoeveelheid daglicht. Bijv. in een gang, kantine, magazijn. De besparing loopt snel op tot 50%! Natuurlijk is de beste en goedkoopste oplossing om zoveel mogelijk gebruik te maken van het natuurlijke daglicht m.b.v. lichtkoepels en lichtstraten in loodsen en magazijnen. De verlichting kan beter worden afgestemd op de aanwezigheid van mensen en/of de verlichtingsbehoefte door het aanbrengen van meer lichtschakelgroepen (indelen in zones) die elk apart aan- of uitgezet kunnen worden. In ruimten waar niemand aanwezig is of in gedeelten van een ruimte waar men geen licht nodig heeft, kan het licht dan uit. Installeer bij voorkeur een raamzijdegroep en een binnenzijdegroep. Plaats de schakelknoppen iets uit elkaar zodat niet met een druk alle verlichting ingeschakeld kan zijn. Deze maatregel bespaart al snel zo n 15%. Een tijdschakelklok kan de verlichting uitschakelen als er geen behoefte aan is. De schakelaar kan gekoppeld zijn aan een armatuur, aan de verlichting in een ruimte of aan de verlichting van het gehele gebouw. In het specifieke geval van showroomverlichting, kan de verlichting van modellen in de showroom opgedeeld zijn in verschillende groepen, gekoppeld aan een tijdschakelaar. Buiten bedrijfstijden worden dan alleen nog die modellen verlicht, die van buiten zichtbaar moeten zijn. Een digitale tijdschakelaar met weekprogrammering kost tussen de 15 en 35. Een met de hand instelbare tijdklok kost ongeveer 10. De besparing op het elektriciteitsverbruik ligt tussen de 10% en 25% en is sterk situatieafhankelijk. Terugverdientijd 1-3 jaar. i Voor deze praktijkgids werd gebruik gemaakt van http://www.voka.be/energie/energieconsulenten/energieadvies/documents/dossier%20rationeel%20energie gebruik.pdf FVO/november 2011 blz 5/5