SECTOR INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM



Vergelijkbare documenten
VDAB SECTORRAPPORT SECTOR GRAFISCHE NIJVERHEID, PAPIER EN KARTON

SECTOR HOUT- EN MEUBELINDUSTRIE

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR HORECA & TOERISME

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR TRANSPORT, LOGISTIEK EN POST

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ENERGIE, WATER EN AFVALVERWERKING

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR VERVAARDIGING VAN BOUWMATERIALEN

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR TEXTIEL, KLEDING EN SCHOEISEL

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR GEZONDHEIDSZORG

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR MAATSCHAPPELIJKE DIENSTVERLENING

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ONTSPANNING, CULTUUR EN SPORT

SECTOR DIENSTEN AAN PERSONEN

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR OVERIGE INDUSTRIE

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR CHEMIE, RUBBER & KUNSTSTOF

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR FINANCIËLE DIENSTEN

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ONDERWIJS

VDAB SECTORRAPPORT BOUWSECTOR

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR OPENBARE BESTUREN

SECTOREN IN VLAANDEREN

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR ZAKELIJKE DIENSTVERLENING

SECTOR DRANKEN, VOEDING & TABAK

VDAB SECTORRAPPORT METAALSECTOR

VDAB SECTORRAPPORT PRIMAIRE SECTOR

SECTOR GROOT- EN KLEINHANDEL

SUBREGIONALE ANALYSE VAN DE VLAAMSE ARBEIDSMARKT. Departement WSE

nr. 337 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 9 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS Activeringsmaatregelen 50-plussers - Stand van zaken

nr. 349 van EMMILY TALPE datum: 13 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS VDAB - Taalcursussen

GENKSE BEVOLKING OP ARBEIDSLEEFTIJD NAAR SOCIO-ECONOMISCHE POSITIE

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers )

nr. 421 van ROBRECHT BOTHUYNE datum: 25 maart 2016 aan PHILIPPE MUYTERS Sociaal Interventiefonds - Hulp bij outplacement

DE GENKSE ARBEIDSMARKT (cijfers )

NOVEMBER 2014 BAROMETER

Lokale arbeidsmarktindicatoren in de Vlaamse Arbeidsrekening (VAR)

Foto van de lokale arbeidsmarkt

In 2012 werden vacatures geannuleerd. In In 2011 waren dat er , in

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt

1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur

1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur

1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur

Vlaamse Arbeidsrekening Definities

DE VLAAMSE ARBEIDSMARKT IN SECTORAAL PERSPECTIEF

Werkgroep Arbeidsmarkt Onderwijs

HERKOMSTMONITOR Arbeidsmarktpositie van personen met een buitenlandse herkomst

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt

Invoegbedrijven. Maatregel. De begunstigden en bestedingen

Ondernemingen. 1 Meer oprichtingen dan stopzettingen. Kempen Provincie Antwerpen Vlaams Gewest. Streekpact Cijferanalyse.

nr. 357 van LYDIA PEETERS datum: 15 februari 2017 aan PHILIPPE MUYTERS Jeugdwerkloosheid - Stand van zaken trajecten

Arbeidsmarkt Oost-Vlaanderen JUNI 2018

SECTORFOTO 2012 LOKALE BESTUREN

Vlaamse Arbeidsrekening

Vlaamse Arbeidsrekening

Arbeidsmarkt Limburg JUNI 2018

Vlaamse Arbeidsrekening

SECTORANALYSE DIGITALE ECONOMIE IN LIMBURG

1. Algemene situering

RESOC ZUID-OOST-VLAANDEREN DOSSIER TER ONDERSTEUNING VAN HET ADVIES VOOR HET JAARLIJKS ONDERNEMINGSPLAN 2012.

RESOC LIMBURG Streek Noord-Limburg DOSSIER TER ONDERSTEUNING VAN HET ADVIES VOOR HET JAARLIJKS ONDERNEMINGSPLAN 2012.

Arbeidsmarkt Antwerpen JUNI 2018

Arbeidsmarkt West-Vlaanderen JUNI 2018

De 50-plussers op de Limburgse arbeidsmarkt in de logistiek

Vergrijzing in de. Waar is de nood aan vervanging het hoogst? Boie Neefs Arbeidsmarktcongres Steunpunt WSE 7 februari 2013

Arbeidsmarkt Vlaams-Brabant JUNI 2018

Gemeentefoto. De Panne

Vlaamse Arbeidsrekening. Raming van het totaal aantal jobs

GROEPSSECTORFOTO 2012

Monitor 2016Q4 15 Pag. MONITOR FLEXI-JOBS

Korte schets van de problematiek

Tabel 4.1 geeft een overzicht van de verdeling van de deels werkloos, deels werkend (DWDW)-en naar leeftijdsniveau.

Diversiteitsplannen. Volgende tabel geeft een beknopt overzicht van de soorten loopbaan- en plannen (LDP s). SUBSIDIE LOOPTIJD VOOR WIE

Sectoren / paritaire comités Methodologie

BAROMETER. Taalgebruik in de Vlaamse Rand

VERSO- Cahier 2/ 2014 Profiel van de medewerkers in de social profit

Statistieken. Een blik op de tewerkstelling in de paritaire comités van de metaalsector

HOOFDSTUK 2. Onze opdracht.

I B O. Een werknemer op maat gemaakt. 1. IBO = training-on-the-job. IBO = 'werkplekleren' IBO = 'een werknemer op maat'

VDAB Studiedienst Keizerslaan 11, 1000 Brussel Tel Het overnemen van gegevens uit deze studie mag mits bronvermelding.

Sectorrapport: Social Profit

Werken in de social profit. Infoavond KULeuven, 19 maart 2015 Dirk Malfait

Personenvervoer 2008

De sociale balans gewaardeerd en gecorrigeerd

De Vlaamse arbeidsmarkt uit het dal? Luc Sels

De arbeidsmarkt in Vlaanderen: een ruimer (arbeidsmarkt)kader

1 Beschrijving van de activiteiten in de sector op basis van de Nace-Bel nomenclatuur

WERK.FOCUS. Kwartaalbericht Vlaamse arbeidsmarkt Juni juni 2016

Hinder door een handicap of langdurige gezondheidsproblemen

Individuele beroepsopleiding (in een onderneming) (IBO) - Aanwervingen en stopzettingen tweede kwartaal 2017

De arbeidsmarkt in augustus 2017

SECTORFOTO 2014 GRAFISCHE SECTOR

De Vlaamse sectorconvenants in cijfers

De arbeidsmarkt in mei 2017

De arbeidsmarkt in april 2017

Graag het absolute aantal en het groeipercentage in de periode eind mei eind mei 2017.

Arbeidsmarkt. 1 Kempense werknemers. Streekpact Cijferanalyse

KENMERKEN VAN DE VDAB-VACATUREMARKT Hoofdstuk 17

Deel 7 ANDERE OPLEIDINGSVORMEN. Hoofdstuk 1 : VDAB-opleidingen

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

Vlaamse Arbeidsrekening. Raming van het aantal jobs & vestigingen met personeel

Vlaamse Arbeidsrekening.

Hierdoor zullen we de instroom in dit stelsel toch als een uittrede uit de arbeidsmarkt kunnen beschouwen.

VERSO- Cahier 3/ 2015 Arbeidsplaatsen in de social profit

SECTORFOTO Verhuissector 2008 DEpaRTEmEnT WERk En SOCialE ECOnOmiE

Transcriptie:

VDAB SECTORRAPPORT SECTOR INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM

SECTORRAPPORT INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM VOORJAAR 2012

SECTORRAPPORT INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM Inhoudstafel 3-4 VDAB Sectorrapporten: Inleiding 5-6 Binnenlandse werkgelegenheid: Situering van de sector 7-8 Loontrekkende werkgelegenheid: Subsector en regio 9-10 Loontrekkende werkgelegenheid: Geslacht 11-12 Loontrekkende werkgelegenheid: Leeftijd 13-14 Loontrekkende werkgelegenheid: Arbeidsregime 15-16 Jobs: Statuut 17-18 Jobs: Jobcreatie en jobdestructie 19-20 Jobs: Loontrekkende jobs 21-22 Bedrijven: Vestigingsgrootte 23-26 Vacatures: Ontvangen door VDAB 27-28 Knelpuntberoepen: Knelpuntvacatures 29-30 Remediëring: Individuele Beroepsopleiding in de Onderneming (IBO) 31-32 Bijlage: NACE-codes Foto s: Pascal Vyncke, SeniorenNet.be - 2 -

VDAB Sectorrapporten Inleiding Invalshoek Deze sectorrapporten vertrekken van de vraagzijde van de arbeidsmarkt. We brengen de tewerkstelling in Vlaanderen per sector in kaart en bekijken de kenmerken. De sectorindeling is gebaseerd op de NACE-classificatie van 2008 die ondernemingen indeelt volgens economische activiteiten. Op die manier wijken we dus af van de indeling in paritaire comités die op werknemersniveau zijn gedefinieerd. Eén onderneming kan werknemers uit diverse paritaire comités tewerkstellen, terwijl de werknemers uit éénzelfde paritair comité in diverse economische activiteiten aan de slag kunnen zijn. Beide indelingen zijn zo verschillend dat ook de cijfers niet vergelijkbaar zijn. Voor een sectorrapportering op basis van paritair comité verwijzen we naar de rapporten van het Departement Werk en Sociale Economie http://www4dar.vlaanderen.be/sites/svr/pages/2012-02-06-wse.aspx In onze sectorindeling worden aanverwante activiteiten gegroepeerd. Op het eind van elk sectorrapport staan de opgenomen activiteiten opgelijst. Databronnen In dit rapport wordt gebruik gemaakt van cijfers die beschikbaar worden gesteld in de Vlaamse Arbeidsrekening van het Steunpunt Werk en Sociale Economie in samenwerking met het Departement WSE. Het gaat dus om verwerkte cijfers van diverse sociale zekerheidsinstellingen (vb. RSZ, RSZPPO, RSVZ ). Daarnaast publiceren we ook cijfers van de VDAB zelf. Er is de voorkeur gegeven aan administratieve data eerder dan cijfers die gebaseerd zijn op enquêtes zoals de Enquête naar de Arbeidskrachten. Structuur van het sectorrapport Figuur 1 toont hoe het rapport is opgebouwd. De tewerkstelling kan uitgedrukt worden in het aantal personen dat in Vlaanderen tewerkgesteld wordt nl. de binnenlandse werkgelegenheid, of het aantal arbeidsplaatsen dat er in Vlaanderen is nl. de jobs. Deze jobs zijn de ingevulde arbeidsplaatsen in de Vlaamse vestigingen. We spreken hier bewust over vestigingen en niet over bedrijven of ondernemingen. Een onderneming met vestigingen in Vlaanderen kan haar hoofdzetel hebben in Brussel. De openstaande arbeidsplaatsen worden uitgedrukt in vacatures. Eén van de remediëringsinstrumenten die VDAB hanteert om werkzoekenden aan het werk te krijgen is de Individuele Beroepsopleiding in de Onderneming (IBO). - 3 - Sectorrapport

Figuur 1 Structuur van het sectorrapport TEWERKSTELLING IN VLAANDEREN Personen of VTE Arbeidsplaatsen BINNENLANDSE WERKGELEGENHEID JOBS Ingevulde arbeidsplaatsen VESTIGINGEN Openstaande arbeidsplaatsen IBO VACATURES Remediëringsinstrument Regionale verdeling In het rapport zijn de cijfers ook beschikbaar gesteld op regionaal niveau. Resoc staat voor Regionaal Sociaaleconomisch Overlegcomité. Dit comité groepeert de sociale partners van de regionale SERR (Sociaal-Economische Raad van de Regio) samen met vertegenwoordigers van de lokale besturen (gemeenten en provincie). Voor Resoc Limburg is er gekozen om verder uit te splitsen naar streektafels omdat de regio anders te ruim is. Deze streektafels zijn er trouwens ook gekomen om de betrokkenheid van de lokale besturen te verhogen. Ze kunnen er werken aan streekgebonden knelpunten inzake sociale economie die door de provinciale RESOC-werking ondersteund worden. Vlaams rapport Naast de rapportering op sectorniveau is er ook een Vlaams rapport waarin de cijfers voor de gehele economie zijn opgenomen en de sectoren worden gebenchmarkt. Er is bewust gekozen om de Vlaamse cijfers niet telkens op te nemen in de sectorrapporten. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 4 -

BINNENLANDSE WERKGELEGENHEID Situering van de sector Wat betekent deze indicator? De binnenlandse werkgelegenheid heeft betrekking op de arbeid die wordt ingezet in de Vlaamse vestigingen. De binnenlandse werkgelegenheid kan bijgevolg worden omschreven als het totale aantal personen (vanaf 15 jaar) dat een hoofdjob heeft in Vlaanderen. Ook studenten, PWA ers behoren hiertoe. Ter verduidelijking, de werkende bevolking is de som van de binnenlandse werkgelegenheid en het saldo grensarbeid. Figuur 2 Werkgelegenheid in Vlaanderen: Indeling naar hoofdsector en aandeel sector (2009) 2% Primaire sector 57.251 30% 21% Secundaire sector 581.583 Tertiaire sector Quartaire sector 758.067 1.160.306 Inform., Media en Telecom 2% 45% Figuur 3 Werkgelegenheid in de sector: Indeling naar statuut (2009) 4% 0% Loontrekkend 48.817 Zelfstandig 2.089 Helper 64 96% - 5 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2009 Met bijna 51.000 werknemers behoort de sector informatica, media en telecom tot de ietwat kleinere sectoren van de Vlaamse economie op vlak van werkgelegenheid. De sector neemt ook een klein deel van de werkgelegenheid in de tertiaire sector in. Bij maar liefst 96% gaat het om loontrekkende werkgelegenheid. Ondanks de crisis kende de werkgelegenheid in de sector in 2009 nog een minieme stijging van 0,1% tegenover 2008. Figuur 4 Werkgelegenheid in Vlaanderen: Indeling naar sector en evolutie (jaargemiddelde 2009 t.o.v. 2008) Groot- en kleinhandel Onderwijs Zakelijke dienstverlening M aatschappelijke dienstverlening Bouw Transport, logistiek en post Openbare besturen M etaal Gezondheidszorg Horeca en toerisme Uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling Dranken, voeding en tabak Chemie, rubber en kunststof Primaire sector Financiële diensten Informatica, media en telecom Diensten aan personen Ontspanning, cultuur en sport Textiel, kleding en schoeisel Energie, water en afvalverwerking Grafische nijverheid, papier en karton Hout- en meubelindustrie Vervaardiging van bouwmaterialen Overige dienstverlening Overige industrie 211.644 210.033 205.498 173.960 154.027 149.428 148.241 140.342 112.900 95.449 69.201 65.132 57.251 55.275 50.970 47.535 34.007 28.784 26.940 22.738 20.313 19.661 17.147 6.613 434.116-12,5% -9,7% -0,4% -1,6% -0,8% -6,6% -0,7% -3,3% -0,0% -1,5% -3,6% -4,9% -0,7% -5,3% +0,1% +2,6% +2,4% +5,3% +2,1% +0,0% +0,1% +2,6% +2,6% +6,2% +1,1% INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 6 -

LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID Subsector en regio Wat betekent deze indicator? De loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid betreft alle personen vanaf 15 jaar en ouder met een job die in loonverband wordt uitgevoerd. Figuur 5 Loontrekkende werkgelegenheid in Vlaanderen: Indeling naar leeftijd en geslacht: 10 belangrijkste subsectoren binnen de sector (2009) Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's, computerconsultancy-activiteiten en aanverwante activiteiten 26.223 23% 77% Uitgeverijen van boeken en tijdschriften; overige uitgeverijen 6.447 47% 53% Draadgebonden telecommunicatie 5.249 21% 79% Draadloze telecommunicatie 4.586 30% 70% Activiteiten in verband met films en video- en televisieprogramma's 2.357 40% 60% Overige dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie 1.248 46% 54% Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten; webportalen 1.244 42% 58% Programmeren en uitzenden van televisieprogramma's 1.177 52% 48% Uitgeverijen van software 151 27% 73% Uitzenden van radioprogramma's 65 51% 49% < 25 jaar 25-49 jaar >= 50 jaar Mannen Vrouwen Veruit de belangrijkste activiteit betreft de cluster ontwerpen en programmer en van computerprogramma s, computerconsultancy-activiteiten en aanverwante activiteiten. Mannen nemen het grootste deel van de tewerkstelling voor hun rekening. Zowel het aandeel jongeren als ouderen is relatief laag. Vlaams-Brabant is de belangrijkste regio van tewerkstelling. - 7 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2009 Figuur 6 Loontrekkende werkgelegenheid in Vlaanderen: Indeling naar Resoc: 10 belangrijkste subsectoren binnen de sector (2009) Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's, computerconsultancyactiviteiten en aanverwante activiteiten Uitgeverijen van boeken en tijdschriften; overige uitgeverijen Draadgebonden telecommunicatie Draadloze telecommunicatie Activiteiten in verband met films en video- en televisieprogramma's Overige dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten; webportalen Programmeren en uitzenden van televisieprogramma's Uitgeverijen van software Uitzenden van radioprogramma's Antwerpen 5.359 1.613 1.369 578 487 324 261 184 69 30 Mechelen 2.631 695 316 1.352 108 14 27 0 0 2 Turnhout 841 169 107 67 46 1 18 15 0 0 Prov. Antwerpen 8.831 2.477 1.793 1.997 641 340 306 199 69 32 Halle-Vilvoorde 7.441 2.011 97 1.111 803 836 252 676 8 14 Leuven 2.208 273 323 741 312 10 57 31 3 0 Prov. Vlaams-Brabant 9.648 2.284 420 1.852 1.115 847 309 707 11 14 Brugge 452 118 498 47 24 3 3 0 38 0 Westhoek 301 7 42 1 1 0 8 0 0 0 Zuid-West-Vlaanderen 1.032 21 339 29 53 0 6 24 0 0 Oostende 61 40 81 35 16 0 0 12 0 1 Midden-West-Vlaanderen 382 715 249 92 32 2 2 65 0 0 Prov. West-Vlaanderen 2.228 901 1.208 203 126 5 19 101 38 1 Zuid-Oost-Vlaanderen 421 206 199 29 117 1 11 0 0 0 Dender-Waas 506 76 131 39 17 2 2 19 3 2 Gent en rand 2.287 196 674 412 193 11 443 82 11 7 Meetjesland-Leiestreek 610 69 54 9 3 0 2 2 18 2 Prov. Oost-Vlaanderen 3.824 548 1.058 490 330 15 459 103 33 11 Midden-Limburg 1.206 194 710 35 111 40 28 67 0 2 West-Limburg 348 8 0 1 3 0 57 0 0 1 Zuid-Limburg 43 10 29 8 3 0 53 0 0 0 Noord-Limburg 69 21 31 0 6 0 11 0 0 0 Maasland 26 4 0 0 22 0 3 0 0 3 Prov. Limburg 1.692 238 771 44 145 40 152 67 0 6 Vlaanderen 26.223 6.447 5.249 4.586 2.357 1.248 1.244 1.177 151 65 INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 8 -

LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID Geslacht Wat betekent deze indicator? De loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid betreft alle personen vanaf 15 jaar en ouder met een job die in loonverband wordt uitgevoerd. Hier wordt de loontrekkende werkgelegenheid onderverdeeld naar geslacht. Figuur 7 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar geslacht (2009) 30,2% Mannen 34.091 Vrouw en 14.727 69,8% Figuur 8 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar geslacht en Resoc (2009) Mannen Vrouwen Antwerpen 7.020 3.271 Mechelen 3.355 1.795 Turnhout 918 348 Prov. Antwerpen 11.293 5.415 Halle-Vilvoorde 9.336 3.928 Leuven 2.893 1.069 Prov. Vlaams-Brabant 12.229 4.997 Brugge 860 323 Westhoek 264 97 Zuid-West-Vlaanderen 1.125 380 Oostende 176 69 Midden-W est-vlaanderen 920 618 Prov. West-Vlaanderen 3.346 1.488 Zuid-Oost-Vlaanderen 712 274 Dender-Waas 611 200 Gent en rand 3.092 1.229 Meetjesland-Leiestreek 558 213 Prov. Oost-Vlaanderen 4.973 1.915 Midden-Limburg 1.742 651 West-Limburg 305 123 Zuid-Limburg 74 72 Noord-Limburg 100 39 Maasland 30 28 Prov. Limburg 2.251 913 Vlaanderen 34.091 14.727-9 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2009 Figuur 9 Evolutie loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar geslacht en jaar 2008 34.131 14.734 2009 34.091 14.727 Mannen Vrouwen Figuur 10 Aandeel mannen in de loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar Resoc (2009) Mannen maken bijna 70% van de tewerkstelling uit in de sector informatie, media en telecom. In enkele regio s ligt het aandeel een stuk lager dan gemiddeld. In Zuid-Limburg - Haspengouw en Maasland zijn de mannen maar licht oververtegenwoordigd. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 10 -

LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID Leeftijd Wat betekent deze indicator? De loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid betreft alle personen vanaf 15 jaar en ouder met een job die in loonverband wordt uitgevoerd. Hier wordt de loontrekkende werkgelegenheid onderverdeeld naar leeftijd. Figuur 11 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar leeftijdscategorie (2009) 8,2% < 25 jaar 3.982 15,8% 25-49 jaar 37.099 >= 50 jaar 7.736 76,0% Figuur 12 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar leeftijdscategorie en Resoc (2009) < 25 jaar 25-49 jaar >= 50 jaar Antwerpen 965 7.631 1.695 Mechelen 334 4.133 682 Turnhout 128 907 231 Prov. Antwerpen 1.427 12.672 2.608 Halle-Vilvoorde 922 10.778 1.564 Leuven 276 3.128 558 Prov. Vlaams-Brabant 1.198 13.906 2.122 Brugge 97 714 371 Westhoek 41 278 43 Zuid-West-Vlaanderen 150 1.062 293 Oostende 13 144 89 Midden-West-Vlaanderen 95 1.091 353 Prov. West-Vlaanderen 395 3.288 1.150 Zuid-Oost-Vlaanderen 109 668 208 Dender-Waas 77 587 146 Gent en rand 353 3.217 752 Meetjesland-Leiestreek 102 575 94 Prov. Oost-Vlaanderen 641 5.047 1.200 Midden-Limburg 218 1.622 553 West-Limburg 50 347 31 Zuid-Limburg 14 98 35 Noord-Limburg 22 87 31 Maasland 18 32 7 Prov. Limburg 321 2.186 657 Vlaanderen 3.982 37.099 7.736 Bijna 16% van de werknemers is ouder dan 50 jaar. Dit aandeel varieert sterk tussen de regio s. In Maasland zijn relatief veel jongeren aan het werk, terwijl in Brugge en Oostende het grootste aandeel ouderen tewerkgesteld is. - 11 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2009 Figuur 13 Evolutie totale loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar leeftijdscategorie en jaar 2008 4.211 37.222 7.432 < 25 jaar 25-49 jaar 2009 3.982 37.099 7.736 >= 50 jaar Figuur 14 Aandeel <25 jarigen in de loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar Resoc (2009) Figuur 15 Aandeel >=50 jarigen in de loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar Resoc (2009) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 12 -

LOONTREKKENDE WERKGELEGENHEID Arbeidsregime Wat betekent deze indicator? Op basis van het arbeidsregime van de loontrekkende binnenlandse werkgelegenheid kan het aantal voltijdse equivalenten (VTE) afgeleid worden. Dit geeft het arbeidsvolume aan binnen de sector, waardoor deze indicator beter geschikt is als vergelijkingsbasis tussen verschillende sectoren. Figuur 16 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar arbeidsregime (2009) Voltijds 41.324 15,3% Deeltijds 7.486 84,7% Figuur 17 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Personen en VTE (2009) 48.865 48.817 40.374 40.093 Personen VTE 2008 2009 Figuur 18 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar arbeidsregime, geslacht en leeftijd (2009) Mannen Vrouwen 30.000 14.000 25.000 12.000 20.000 15.000 10.000 10.000 8.000 6.000 4.000 5.000 2.000 0 <25 jaar 25-49 jaar >=50 jaar 0 <25 jaar 25-49 jaar >=50 jaar Voltijds Deeltijds - 13 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2009 Figuur 19 Loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar arbeidsregime en Resoc (2009) Voltijds Deeltijds Antwerpen 8.519 1.772 Mechelen 4.329 820 Turnhout 1.027 239 Prov. Antwerpen 13.876 2.831 Halle-Vilvoorde 11.834 1.429 Leuven 3.322 640 Prov. Vlaams-Brabant 15.156 2.070 Brugge 999 184 Westhoek 308 54 Zuid-West-Vlaanderen 1.287 218 Oostende 189 56 Midden-W est-vlaanderen 1.195 343 Prov. West-Vlaanderen 3.979 854 Zuid-Oost-Vlaanderen 801 184 Dender-Waas 667 142 Gent en rand 3.619 698 Meetjesland-Leiestreek 663 107 Prov. Oost-Vlaanderen 5.750 1.131 Midden-Limburg 1.964 428 West-Limburg 360 68 Zuid-Limburg 106 40 Noord-Limburg 106 33 Maasland 27 31 Prov. Limburg 2.563 600 Totaal 41.324 7.486 Bijna 85% van de werknemers is voltijds aan de slag. Dit hangt ook samen met het grote aandeel mannen in de sector. Vrouwen kiezen vaker voor deeltijds werk. Uitzendarbeid is niet in deze grafiek opgenomen omdat ze in de sociale zekerheidscijfers bij de uitzendsector gevoegd wordt. In bepaalde regio s zijn er relatief minder werknemers voltijds aan de slag. In Maasland bijvoorbeeld werkt minder dan de helft voltijds. Figuur 20 Aandeel voltijds arbeidsregime in de loontrekkende werkgelegenheid in de sector: Indeling naar Resoc (2009) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 14 -

JOBS Statuut Wat betekent deze indicator? Jobs zijn het aantal vervulde arbeidsplaatsen in de in Vlaanderen gevestigde productie-eenheden. Een job kan als loontrekkende, zelfstandige of helper ingevuld worden en hoofd- of bijberoep zijn. Arbeidsplaatsen van werknemers die afwezig zijn wegens ziekte, verlof of tijdelijke werkloosheid worden ook geteld als jobs. Arbeidsplaatsen van werknemers in voltijdse loopbaanonderbreking of tijdskrediet worden niet geteld als jobs. Figuur 21 Aantal jobs in de sector: Indeling naar statuut (2010) Loontrekkend 48.512 6,1% 0,2% Zelfstandig 3.142 Helper 78 93,8% Figuur 22 Aandeel loontrekkende jobs in de sector: Indeling naar Resoc (2010) - 15 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2010 Er zijn ongeveer 15,4 loontrekkenden tegenover 1 zelfstandige. Er zijn wel grote regionale verschillen merkbaar. In de regio s Midden-West- Vlaanderen, Gent en rand, Antwerpen, Mechelen, Halle-Vilvoorde en Midden- Limburg ligt het aandeel van loontrekkende jobs hoger dan in de andere regio s. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 16 -

JOBS Jobcreatie en jobdestructie Wat betekent deze indicator? Jobcreatie en -destructie worden gemeten als het verschil tussen het aantal jobs op 30 juni 2010 en 30 juni 2009 van een onderneming. Op vestigingsniveau wordt er meer dynamiek waargenomen dan op het niveau van de onderneming maar hier wordt geen rekening mee gehouden. Als het aantal arbeidsplaatsen in een onderneming op het eind van de periode groter is dan in het begin, is er sprake van jobcreatie. Als het aantal jobs op het einde kleiner is dan in het begin, spreken we van jobdestructie. Figuur 23 Jobcreatie en -destructie in de sector: Indeling naar bedrijfsgrootte (juni 2010 t.o.v. juni 2009) Figuur 24 Netto aangroei aantal jobs in de sector: Indeling naar bedrijfsgrootte (juni 2010 t.o.v. juni 2009) -900 +1.106 0-9 w n +3,6% -857 +624 10-49 w n -2,3% -445 +150 50-199 w n -4,1% -472 +169 > 199 w n -3,2% Figuur 25 Aantal bedrijven en aantal jobs in de sector: Indeling naar bedrijfsgrootte (juni 2010 t.o.v. juni 2009) Bedrijven Jobs 81 23 5.715 448 9.378 9.980 2.216 7.143 0-9 wn 10-49 wn 50-199 wn > 199 wn - 17 - Sectorrapport

Bron: RSZ en Dynam-belgium.org Cijfers juni 2010 t.o.v. juni 2009 Achter de netto-evolutie van jobs gaat een ruimere dynamiek van jobcreatie en -destructie schuil. De sterkste dynamiek vindt plaats bij de bedrijven met minder dan 50 werknemers. Enkel in de kleinste ondernemingen is de tewerkstelling gegroeid, voor de andere bedrijfsgroottes zien we een aanzienlijke achteruitgang. Er zijn weinig bedrijven met 50 werknemers of meer maar ze nemen wel iets meer dan de helft van de tewerkstelling voor hun rekening. Hun sterke achteruitgang heeft dus een relatief groot effect op de totale werkgelegenheid. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 18 -

JOBS Loontrekkende jobs Wat betekent deze indicator? Dit zijn de jobs die in loondienst worden uitgeoefend. W erknemers kunnen een job uitoefenen bij meerdere werkgevers. Arbeidsplaatsen ingevuld door uitzendkrachten worden geteld als jobs van het uitzendkantoor en niet van de onderneming waar ze effectief werken. Dit betekent dat het aantal jobs wordt onderschat indien veel gebruik gemaakt wordt van uitzendarbeid. Het belang van de sector is het grootst in Antwerpen en Halle-Vilvoorde, waar het absoluut aantal loontrekkende jobs het hoogst is, en in mindere mate ook Gent en rand, Mechelen en Leuven. Het aandeel van de sector in de totale jobs is het hoogst in Mechelen en Halle-Vilvoorde. In Westhoek en Zuid-Limburg-Haspengouw is een toename van de werkgelegenheid zichtbaar. In Oostende, Meetjesland- Leiestreek, Leuven en West- en Noord-Limburg daarentegen is de sector er serieus op achteruitgegaan. - 19 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2010 Figuur 26 Aantal loontrekkende jobs in de sector: Indeling naar Resoc (2010) Figuur 27 Aandeel van de sector in het totaal aantal loontrekkende jobs: Indeling naar Resoc (2010) Figuur 28 Evolutie van het aantal loontrekkende jobs in de sector: Indeling naar Resoc (jaargemiddelde 2010 t.o.v. 2009) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 20 -

BEDRIJVEN Vestigingsgrootte Wat betekent deze indicator? Een onderneming kan op één enkele plaats gevestigd zijn of meerdere vestigingen met personeel hebben. De ondernemingsgrootte wordt hier berekend op vestigingsniveau. Dit betekent dat grote bedrijven met meerdere vestigingen worden opgesplitst. Voor alle duidelijkheid spreken we dan ook over vestigingsgrootte. Dit betekent dat alle arbeidsplaatsen in Vlaanderen meegenomen worden, ook als de hoofdzetel van een onderneming buiten Vlaanderen gelegen is. Figuur 29 Aantal vestigingen in de sector: Indeling naar vestigingsgrootte (2010) 0-9 wn 2.112 4,7% 1,5% 10-49 wn 567 19,9% 50-199 wn 134 > 199 wn 42 74,0% Figuur 30 Aantal vestigingen in de sector: Indeling naar vestigingsgrootte en Resoc (2010) 0-9 wn 10-49 wn 50-199 wn > 199 wn Antwerpen 512 137 34 7 Mechelen 129 41 6 4 Turnhout 123 18 4 1 Prov. Antwerpen 764 196 44 12 Halle-Vilvoorde 241 92 25 17 Leuven 216 44 15 2 Prov. Vlaams-Brabant 457 137 40 19 Brugge 81 19 2 1 Westhoek 31 8 2 0 Zuid-West-Vlaanderen 73 22 5 2 Oostende 27 7 1 0 Midden-West-Vlaanderen 53 16 6 2 Prov. West-Vlaanderen 265 70 15 5 Zuid-Oost-Vlaanderen 80 15 5 0 Dender-Waas 85 23 2 0 Gent en rand 214 56 18 3 Meetjesland-Leiestreek 68 14 4 0 Prov. Oost-Vlaanderen 446 108 29 3 Midden-Limburg 83 41 5 3 West-Limburg 38 9 1 0 Zuid-Limburg 27 3 1 0 Noord-Limburg 20 3 0 0 Maasland 13 1 0 0 Prov. Limburg 180 57 7 3 Vlaanderen 2.112 567 134 42-21 - Sectorrapport

Bron: Steunpunt WSE i.s.m. Departement WSE - Bewerking VDAB Studiedienst jaargemiddelde 2010 Figuur 31 Aandeel vestigingen met minder dan 50 werknemers: Indeling naar Resoc (2010) Figuur 32 Aandeel vestigingen met meer dan 199 werknemers: Indeling naar Resoc (2010) In de sector informatica, media en telecom zijn de kleine vestigingen oververtegenwoordigd. Bijna drie op vier van de vestigingen stellen minder dan 10 werknemers te werk. In Midden-en Zuid-West-Vlaanderen, Halle-Vilvoorde, Mechelen en Midden-Limburg zijn er relatief meer grote vestigingen dan in de andere regio s. * Noot bij Figuur 30: door het afronden van de cijfers op het niveau van de regio, is de som van de regio s groter dan het totaal. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 22 -

VACATURES Ontvangen door VDAB Wat betekent deze indicator? Vacatures zijn openstaande arbeidsplaatsen waarvoor de werkgever op zoek is naar een kandidaat-werknemer. Werkgevers kunnen deze vacatures melden aan de VDAB. In de cijfers wordt enkel rekening gehouden met vacatures uit het normaal economisch circuit zonder uitzendopdrachten (NECzU). Ook vacatures in het kader van tewerkstellingsmaatregelen worden buiten beschouwing gelaten. Tot slot zijn ook de vacatures in de sector uitzendbureaus en arbeidsbemiddeling uit de cijfers gehaald. De regionale verdeling is gebaseerd op de hoofdzetel van de onderneming. Over de plaats van tewerkstelling is er onvoldoende informatie beschikbaar. Vacatures buiten Vlaanderen kunnen dus afkomstig zijn van ondernemingen met hoofdzetel in Brussel maar met vestigingen in Vlaanderen. Omgekeerd kunnen de ontvangen vacatures uit een regio eigenlijk tewerkstelling in een vestiging buiten deze regio betekenen. Figuur 33 Aantal ontvangen vacatures in Vlaanderen: Aandeel van de sector (2010) 3,8% Informatica, media en telecom 7.203 Andere 184.417 96,2% Figuur 34 Vacaturegraad (openstaande vacatures t.o.v. loontrekkende jobs): Evolutie 4,2% 2,6% 3,1% 2008 2009 2010-23 - Sectorrapport

Bron: VDAB Studiedienst jaartotaal 2010 Figuur 35 Aantal ontvangen vacatures van de sector: 10 belangrijkste beroepsgroepen (2010) Informaticus 2.418 Andere bureaubedienden Vertegenw oordiger Verkoper 730 667 817 Kader privé-sector Elektricien Kunstenaar en mediapersoneel Secretaresse, dactylografe Andere hogere bedienden Ingenieur 381 370 307 292 256 207 3,8% van alle ontvangen vacatures komt uit de sector informatica, media en telecom, wat hoog is in verhouding tot het aandeel van de sector in de binnenlandse werkgelegenheid. Bij de vacaturegraad zetten we het jaargemiddelde van de openstaande vacatures af tegenover de som van het aantal loontrekkende jobs en de openstaande vacatures (volgens de definitie van het Steunpunt W erk en Sociale Economie). Deze indicator geeft dus het aandeel van de arbeidsplaatsen in de sector aan dat niet ingevuld is. De vacaturegraad lag in het crisisjaar 2009 op 2,6%, wat heel veel lager is dan de 4,6% van 2008. In 2010 steeg de vacaturegraad opnieuw tot 3,1%. Veruit de meeste vacatures betreffen informatici maar ook andere bureaubedienden en vertegenwoordigers worden geregeld gevraagd. INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 24 -

VACATURES Ontvangen door VDAB Figuur 36 Aantal ontvangen vacatures van de sector: Indeling naar Resoc (2010) Aantal vacatures Antwerpen 1.416 Mechelen 411 Turnhout 514 Prov. Antwerpen 2.341 Halle-Vilvoorde 839 Leuven 508 Prov. Vlaams-Brabant 1.347 Brugge 122 Westhoek 53 Zuid-West-Vlaanderen 189 Oostende 35 Midden-West-Vlaanderen 85 Prov. West-Vlaanderen 484 Zuid-Oost-Vlaanderen 126 Dender-Waas 357 Gent en rand 597 Meetjesland-Leiestreek 158 Prov. Oost-Vlaanderen 1.238 Midden-Limburg 331 West-Limburg 56 Zuid-Limburg 32 Noord-Limburg 55 Maasland 48 Prov. Limburg 522 Buiten Vlaanderen 1.271 Eindtotaal 7.203 Antwerpen is op het vlak van het aantal ontvangen vacatures de koploper, Vlaams-Brabant komt op de tweede plaats. Het relatieve belang van de sector in het totaal aantal vacatures is het grootst in Antwerpen, Turnhout, Halle-Vilvoorde, Leuven en Midden-Limburg. - 25 - Sectorrapport

Bron: VDAB Studiedienst jaartotaal 2010 Figuur 37 Aandeel ontvangen vacatures van de sector t.o.v. totaal aantal vacatures: Indeling naar Resoc (2010) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 26 -

KNELPUNTBEROEPEN Knelpuntvacatures Wat betekent deze indicator? Niet elke vacature voor een knelpuntberoep geraakt moeilijk ingevuld. Bij de vacatures voor knelpuntberoepen waar het meer dan 90 dagen (of 3 maand) duurde voor ze ingevuld raakten, spreken we van knelpuntvacatures. Ook hier is voor de regionale verdeling rekening gehouden met de regionale knelpunten die kunnen afwijken van de Vlaamse lijst van knelpuntberoepen. Figuur 38 Aandeel knelpuntvacatures in de sector (2010) Figuur 39 Aandeel knelpuntvacatures in alle sectoren (2010) 26,9% 22,5% 73,1% 77,5% Geen knelpuntvacatures Knelpuntvacatures Ruim één vierde van de ontvangen vacatures in de sector informatica, media en telecom zijn knelpuntvacatures, wat beduidend meer is dan het gemiddelde over alle sectoren. De meeste knelpuntvacatures zijn te vinden bij de beroepen informaticus en vertegenwoordiger. Het aandeel van de knelpuntvacatures in het totaal aantal vacatures in de sector is in het grootste in Halle-Vilvoorde, Midden-Limburg en Zuid- Limburg - Haspengouw. - 27 - Sectorrapport

Bron: VDAB Studiedienst jaartotaal 2010 Figuur 40 Aantal knelpuntvacatures in de sector: 10 belangrijkste clusters van knelpuntberoepen (2010) Informaticus 307 Vertegenw oordiger 175 Technicus-installateur van data- en telecommunicatie 41 Televerkoper 41 Medew erker callcenter 31 Elektricien 29 Ingenieur 25 Technicus 17 Technisch-administratief bediende 4 Filiaalhouder en - assistent 2 Figuur 41 Aandeel van de knelpuntvacatures in het totaal aantal vacatures van de sector: Indeling naar Resoc (2010) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 28 -

REMEDIËRING Individuele Beroepsopleiding in de Onderneming (IBO) Wat betekent deze indicator? De individuele beroepsopleiding in de onderneming is een opleiding waarbij een cursist op de werkplek wordt getraind en begeleid. Het bedrijf betaalt geen loon en RSZ, enkel een productiviteitspremie. Na deze opleiding is het bedrijf verplicht om de cursist aan te werven met een contract voor onbepaalde duur. Figuur 42 Aantal gestarte IBO s in Vlaanderen: aandeel van de sector (2010) Informatica, media en telecom 541 4,6% Andere 11.260 95,4% Figuur 43 Aantal gestarte IBO s in de sector: Indeling naar kenmerk (2010) Geslacht 412 129 M V Leeftijd 338 199 4 <25 j. 25-49 j. >=50 j. Scholingsniveau 34 170 337 Laag Midden Hoog Knelpuntberoep 312 229 Knelpunt Geen knelpunt Origine 519 22 EU Niet-EU Werkloosheidsduur 474 49 14 <1 j. 1-2 j. 2-5 j. >5 j. De sector informatici, media en telecom is goed voor 4,6% van alle Individuele Beroepsopleidingen in de Onderneming (IBO). Tegenover het belang van de sector in de totale werkgelegenheid (2%) staan dus relatief veel IBO s. Er worden veel mannen en jongeren via IBO tewerkgesteld. Hooggeschoolden zijn in de meerderheid. Allochtonen en langdurig werkzoekenden vinden moeilijker de weg naar een IBO. In bijna 6 op de 10 gevallen gaat het om knelpuntberoepen. - 29 - Sectorrapport

Bron: VDAB Studiedienst jaartotaal 2010 Figuur 44 Aantal gestarte IBO s in de sector: Indeling naar Resoc (2010) Figuur 45 Aandeel van de gestarte IBO s t.o.v. aantal loontrekkende jobs in de sector: Indeling naar Resoc (2010) INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 30 -

BIJLAGE Nace-codes Deze sector omvat: NACE OMSCHRIJVING 58110 Uitgeverijen van boeken 58120 Uitgeverijen van adresboeken en mailinglijsten 58130 Uitgeverijen van kranten 58140 Uitgeverijen van tijdschriften 58190 Overige uitgeverijen 58210 Uitgeverijen van computerspellen 58290 Overige uitgeverijen van software 59111 Productie van bioscoopfilms 59112 Productie van televisiefilms 59113 Productie van films, m.u.v. bioscoop- en televisiefilms 59114 Productie van televisieprogramma's 59120 Activiteiten in verband met films en video- en televisieprogramma's na de productie 59130 Distributie van films en video- en televisieprogramma's 59140 Vertoning van films 59201 Maken van geluidsopnamen 59202 Geluidsopnamestudio's 59203 Uitgeverijen van muziekopnamen 59209 Overige diensten in verband met het maken van geluidsopnamen 60100 Uitzenden van radioprogramma's 60200 Programmeren en uitzenden van televisieprogramma's 61100 Draadgebonden telecommunicatie 61200 Draadloze telecommunicatie 61300 Telecommunicatie via satelliet 61900 Overige telecommunicatie 62010 Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's 62020 Computerconsultancy-activiteiten 62030 Beheer van computerfaciliteiten 62090 Overige diensten op het gebied van informatietechnologie en computer 63110 Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten 63120 Webportalen 63910 Persagentschappen 63990 Overige dienstverlenende activiteiten op het gebied van informatie, n.e. g. - 31 - Sectorrapport

INFORMATICA, MEDIA EN TELECOM - 34 -