Inhoudsopgave Inleiding 9 1. De Organizer 11 1.1 Adobe Photoshop Elements 12 1.2 De Organizer 12 1.3 Het taakvenster verbergen of tonen 13 1.4 Formaat miniaturen wijzigen 13 1.5 Foto s binnenhalen in de Organizer 13 1.6 Back-up maken van catalogus 17 1.7 Catalogus terugzetten 18 1.8 Bestandsnaam en details tonen 18 1.9 Foto verwijderen uit catalogus 19 1.10 Bijschrift toevoegen 19 1.11 Bestandsnaam wijzigen 19 1.12 Foto s draaien 20 1.13 Ongedaan maken 20 1.14 Foto instellen als achtergrond voor bureaublad 21 1.15 Waardering aan foto toevoegen 21 1.16 Diavoorstelling bekijken 21 1.17 Werkbalk diavoorstelling 22 1.18 Foto s snel bewerken 23 1.19 Foto s snel organiseren 26 1.20 Versieset openen 27 1.21 Slim repareren 27 1.22 Terugkeren naar origineel 27 1.23 Album maken 28 1.24 Slim album maken 28 1.25 Trefwoordtags maken 29 1.26 Nieuwe trefwoordcatergorie toevoegen 29 1.27 Trefwoordtags aan foto koppelen of verwijderen 30 1.28 Personen herkennen 30 1.29 Handmatig personen benoemen 31 1.30 Tijdlijn weergeven 32 1.31 Zoeken op datum 32 1.32 Zoeken met het zoekvak 33 1.33 Zoeken op bijschrift of notatie 33 1.34 Overige zoekfuncties 34 1.35 Datumvolgorde veranderen 35 1.36 Bestandseigenschappen en cameragegevens bekijken 35
1.37 Instellingen wijzigen 36 2. Algemene handelingen 37 2.1 De Editor 38 2.2 Werkruimte openen 39 2.3 Foto openen via de menubalk 39 2.4 Zoomen 40 2.5 Foto slepen 41 2.6 Bewerkte en originele foto weergeven 41 2.7 Foto draaien 42 2.8 Bewerkte afbeelding opslaan 42 2.9 Het projectvak 43 3. Selecteren 45 3.1 De selectiegereedschappen 46 3.2 Rechthoekige en ovale selectie maken 46 3.3 Selecteren met het gereedschap Lasso 48 3.4 Selecteren met het gereedschap Magnetische Lasso 48 3.5 Selecteren met het gereedschap Veelhoeklasso 49 3.6 Selecteren met de Toverstaf 50 3.7 Het selectiegereedschap Snelle selectie gebruiken 51 3.8 Het selectiegereedschap Selectiepenseel gebruiken 53 3.9 Een selectie verplaatsen of kopiëren 54 3.10 De doezelaar 55 3.11 Een selectie omkeren 56 3.12 Een selectie opslaan als vrijstaande vorm 56 3.13 Een selectie plakken 57 3.14 Alles selecteren of deselecteren 57 4. Belichting en kleur aanpassen 59 4.1 Kleurzweem verwijderen 60 4.2 Kleuren verbeteren 61 4.3 Het venster Kleurvariaties 62 4.4 Kleurbalans aanpassen 63 4.5 Tint van huidskleur aanpassen 63 4.6 Kleur van object aanpassen 64 4.7 Foto omzetten in zwart-wit 65 4.8 Kleur toevoegen aan een grijswaardenafbeelding 66 4.9 Helderheid en contrast aanpassen 66 4.10 Schaduw en hooglichten wijzigen 68 4.11 Delen snel donkerder of lichter maken 68 4.12 Automatisch Slim repareren 70 4.13 Contrast automatisch aanpassen 70
5. Foto s verbeteren 71 5.1 Ruis verminderen 72 5.2 Stof en krassen verwijderen 72 5.3 Oppervlak vervagen 73 5.4 Verscherpen 74 5.5 Onscherp masker 75 6. Retoucheren 77 6.1 Rode ogen verwijderen 78 6.2 Tanden witter maken 78 6.3 Lucht blauwer maken 80 6.4 Gedeelte zwart-wit maken 80 6.5 Klonen 81 6.6 Foto retoucheren met het Snel retoucheerpenseel 83 6.7 Foto retoucheren met het Retoucheerpenseel 84 6.8 Foto rechttrekken 85 7. Foto s uitsnijden, grootte aanpassen en transformeren 87 7.1 Foto uitsnijden 88 7.2 Uitsnijden met een selectiegrens 89 7.3 Uitsnijden met een speciale vorm 89 7.4 Canvasgrootte wijzigen 91 7.5 Afbeeldingsgrootte wijzigen 92 7.6 Een foto draaien 93 7.7 Schuintrekken of vervormen 95 7.8 Perspectief toepassen 96 7.9 Vrij transformeren 96 7.10 Foto opnieuw samenstellen 98 8. Lagen 101 8.1 Het palet Lagen tonen 102 8.2 Een nieuwe laag maken 102 8.3 Nieuwe laag maken door te kopiëren of knippen 103 8.4 De achtergrondlaag veranderen in een gewone laag 103 8.5 Een laag veranderen in de achtergrondlaag 104 8.6 Een laag tonen of verbergen 104 8.7 Een laag vergrendelen of ontgrendelen 105 8.8 Een laag hernoemen 105 8.9 Een laag verwijderen 105 8.10 Een laag aanpassen 106
8.11 Een laag dupliceren naar een andere foto 106 8.12 Een laag verplaatsen en formaat aanpassen 107 8.13 Volgorde lagen aanpassen 108 8.14 Een horizontale tekstlaag toevoegen 108 8.15 Een gemaskerde tekst maken en gebruiken 111 8.16 Tekst selecteren 111 8.17 Tekst verplaatsen en draaien 112 8.18 Gereedschap Verplaatsen 112 8.19 Lagen samenvoegen 113 8.20 Nieuwe aanpassingslaag maken 114 8.21 Nieuwe opvullaag maken 115 8.22 Laagstijl toevoegen 116 8.23 Instellingen laagstijl aanpassen 117 8.24 Stijlinstellingen kopiëren tussen lagen 118 8.25 Laagstijl verwijderen 118 9. Bijzondere effecten 119 9.1 Filtergalerie gebruiken 120 9.2 Filter Mozaïek toevoegen 121 9.3 Filter Golf toevoegen 121 9.4 Een fotofilter gebruiken 122 9.5 Een foto oud maken 123 9.6 Fotostijl overnemen 124 9.7 Panoramafoto maken 125 9.8 Groepsfoto samenstellen 126 9.9 Buiten-de-grenzeneffect gebruiken 127 10. Projecten 131 10.1 Fotoboek maken 132 10.2 Fotoboek opslaan 133 10.3 Fotoboek openen 133 10.4 Opmaak foto s aanpassen 133 10.5 Foto s vervangen of wissen in een fotoboek 134 10.6 Foto toevoegen aan pagina 135 10.7 Volgorde van foto s aanpassen 136 10.8 Illustraties toevoegen 136 10.9 Pagina s toevoegen en verwijderen 136 10.10 Achtergrond fotoboek veranderen 137 10.11 Tekst toevoegen 137 10.12 Fotoboek opslaan als PDF-bestand 138 10.13 Een wenskaart maken 138 10.14 Presentatie maken 139 10.15 Presentatie opslaan 140
10.16 Presentatie afspelen 141 10.17 Volgorde en tijd wijzigen 141 10.18 Overgang wijzigen en ongedaan maken 142 10.19 Titeldia toevoegen 142 10.20 Muziek toevoegen 143 10.21 Presentatie opslaan als PDF-bestand 144 10.22 Presentatie opslaan als filmbestand 144 10.23 Presentatie branden 145 10.24 Fotokalender maken 145 10.25 Fotocollage maken 146 10.26 Een cd-hoesje maken 147 10.27 Een flipboek maken 148 11. Afdrukken en delen 149 11.1 Het venster Afdrukken openen 150 11.2 Printer- en afdrukinstellingen wijzigen 150 11.3 Figuurpakket afdrukken 151 11.4 Contactblad afdrukken 152 11.5 Foto e-mailen als bijlage 153 11.6 Fotomail versturen 155 11.7 Een online album maken in versie 8 en 9 156 11.8 Een online album maken in versie 7 159 11.9 Foto uploaden naar Facebook 160 11.10 Gegevens-cd branden 162 Bijlagen A. Begrippenlijst 163 B. Index 172
Inleiding Tijdens het werken met Adobe Photoshop Elements heeft u wellicht regelmatig vragen als: hoe verscherp ik mijn foto s, hoe pas ik de belichting en de kleuren van een foto aan of hoe pas ik een bijzonder effect toe? In de Visuele stappengids Adobe Photoshop Elements krijgt u antwoord op deze en andere veelgestelde vragen. In dit handige naslagwerk zoekt u veelgebruikte opties en functies in Adobe Photoshop Elements snel op. Per item wordt een afgeronde, efficiënte serie stappen aangeboden. Door de visuele weergave van de stappen kunt u de handelingen gemakkelijk uitvoeren. Om de stappen in deze uitgave uit te voeren, is enige kennis van fotobewerking vereist. In deze Visuele stappengids: ziet u bij iedere stap een pictogram, of met een instructie die aangeeft wat u precies moet doen; wordt uitgegaan van de standaardsituatie van Adobe Photoshop Elements; wordt ervan uitgegaan dat u beschikt over basiskennis computervaardigheid; kunt u begrippen die u niet kent opzoeken in Bijlage A Begrippenlijst. Een overzicht van alle Visual Steps-boeken vindt u op www.visualsteps.nl Op deze website kunt u zich ook met enkele muisklikken aanmelden voor de gratis Visual Steps Nieuwsbrief die per e-mail wordt verspreid. In deze Nieuwsbrief ontvangt u ongeveer twee keer per maand informatie over de nieuwste titels en eerder verschenen boeken, speciale aanbiedingen en kortingsacties. 9
3 Selecteren Selecteren is de belangrijkste handeling die u moet verrichten voordat u een deel van een foto kunt bewerken. Er zijn hiervoor verschillende mogelijkheden, zoals het selecteren met een rechthoekige of ovale vorm. In Adobe Photoshop Elements kunt u ook specifiek selecteren. Met behulp van het gereedschap Magnetische lasso kunt u onregelmatig gevormde objecten selecteren en met Snelle selectie heeft u een wondermiddel voor het maken van exacte selecties binnen handbereik. Een selectie kunt u vervolgens bijvoorbeeld verbeteren of kopiëren en gebruiken in een fotomontage. De onderwerpen in dit hoofdstuk: De selectiegereedschappen Rechthoekige en ovale selectie maken Selecteren met het gereedschap Lasso Selecteren met het gereedschap Magnetische Lasso Selecteren met het gereedschap Veelhoeklasso Selecteren met de Toverstaf Het Selectiegereedschap Snelle selectie gebruiken Het Selectiegereedschap Selectiepenseel gebruiken Een selectie verplaatsen of kopiëren De doezelaar Een selectie omkeren Een selectie opslaan als vrijstaande vorm 45
3.1 De selectiegereedschappen Photoshop Elements beschikt over diverse selectiegereedschappen. Hieronder ziet u een overzicht: Rechthoekig selectiekader Hiermee selecteert u vierkante of rechthoekige kaders. Ovaal selectiekader Hiermee selecteert u ronde of ovalen selectiekaders. Lasso Hiermee selecteert u willekeurig gevormde selectiekaders. Magnetische Lasso Hiermee selecteert u een selectiekader dat automatisch wordt uitgelijnd op de randen waarover u in de foto sleept. Veelhoeklasso Hiermee selecteert u meerdere rechtelijnsegmenten van een selectiekader. Toverstaf Hiermee selecteert u met één klik pixels van een vergelijkbare kleur. Snelle selectie Hiermee maakt u snel en automatisch een selectie op basis van kleur en structuur wanneer u in een gebied klikt of sleept. Selectiepenseel Hiermee selecteert of deselecteert u automatisch het gebied dat u tekent, afhankelijk van het feit of de modus Selectie of de modus Masker actief is. Slim penseel Past kleur- en toonaanpassingen en effecten toe op een selectie. 3.2 Rechthoekige en ovale selectie maken Met de gereedschappen Rechthoekig en Ovaal selectiekader kunt u eenvoudig delen selecteren: Open de werkruimte (zie 2.2 Werkruimte openen) Klik op of Om een perfecte vierkante of ronde selectie te maken: 46
Druk op en houd deze toets ingedrukt Sleep met de aanwijzer over het deel dat u wilt selecteren U kunt als volgt de selectie ongedaan maken: Klik op Om een deel aan de selectie toe te voegen of te verwijderen: Klik op (toevoegen) of (verwijderen) Sleep met de aanwijzer over het deel dat u wilt (de)selecteren U kunt een doorsnede van de selectie maken. Hiermee selecteert u in een keer een deel uit de hele selectie. De rest van de selectie dat buiten de doorsnede van de selectie valt wordt opgeheven: Klik op Sleep met de aanwijzer over het deel dat u wilt selecteren De randen van de selectie kunt u verzachten. Hierdoor loopt de selectie mooier over als het in een ander deel wordt geplakt. Typ bij een waarde Bij het ovale selectiekader heeft u de keuze anti-alias. Deze optie zorgt ervoor dat de randen niet rafelig, maar glad worden. Om anti-alias te gebruiken: Klik een vinkje bij Bij de optie modus kunt u de instellingen van het selectiekader instellen. Er zijn drie opties: Hiermee kunt u zelf de grootte en het formaat van de selectie bepalen. Hiermee kunt u een breedte-hoogteverhouding voor het selectiekader instellen. Hiermee kunt u de hoogte en breedte van het kader op te geven. 47