Reglement Certificatie bedrijven

Vergelijkbare documenten
Reglement Certificatie Groenkeur (Kwaliteitsmanagementsysteem)

De DIfAM Werkwijze. DIfAM Certification B.V. Seinstraat 22-l 1223 DA Hilversum. Inleiding

Keurmerkreglement voor registratie en toezicht

AANGESLOTENEN-REGLEMENT. Stichting Taxaties en Validaties

Certificatieschema. Examinatorcertificatie Start Veilig. Opgesteld door Goedkeuring en Actuele versie. Document. Pagina code

Certificatieregeling Kabelinfrastructuur en Buizenlegbedrijven

Versie 1.4 BOUWEN AAN MVO. MVO standaard voor de bouw Deel C: Toetsingsregeling. Versie: 1.4

Algemene informatie ISO 9001

BDT Certificatie reglement

CONCEPT KETENREGISSEUR VERSIE 1.0 d.d

Aanvullende voorwaarden Certificatieschema s

Certificatiereglement Beter Leven kenmerk. Vleesverwerkende Bedrijven

Raad voor Accreditatie. De overgang van BS OHSAS 18001:2007 naar ISO 45001:2018

Certificeren zoals het hoort! Algemene informatie VCU

Specifiek Accreditatie- Protocol (SAP) voor certificatie van managementsystemen voor informatiebeveiliging in de zorg volgens NEN

Certificatieovereenkomst Hobéon Certificering - Archeologie

Artikel 1 Voor de toepassing van deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder: 1. CBD : CoMore Bedrijfsdiensten B.V. ;

Specifiek Accreditatie- Protocol (SAP) voor Inspecties op basis van NEN 4400 volgens het SNA-Handboek Normen. Raad voor Accreditatie (RvA)

BIJLAGE 7: VOORBEELDOVEREENKOMST INZAKE DE TOEPASSING VAN HET CERTIFICATIESCHEMA IKB KIP

Raad voor Accreditatie (RvA) Beleidsregel Evaluatie van conformiteitsbeoordelingsschema s

Bijlage 7 Voorbeeldovereenkomst Inzake de Toepassing van het Certificatieschema IKB KIP

Certificatie reglement VIN

KvINL. WB d.d. 1 augustus 2015 bij BRL 9500, deel 01 ENERGIEPRESTATIEADVISERING, BIJZONDER DEEL ENERGIE-INDEX, BESTAANDE WONINGEN

Certificatieregeling Kabelinfrastructuur en Buizenlegbedrijven

WIJZIGINGSBLAD BRL 1332 Het thermisch isoleren met een in situ spraysysteem van polyurethaanschuim. Pagina 1 van 5 d.d

Certificatiecriteria NEN-EN-ISO versie 9001:2008

Wijzigingsblad BRL 3201

Reglement Erkenning Opleidingsinstituten ATEX

Raad voor Accreditatie (RvA) Specifiek Accreditatie- Protocol (SAP) voor Productcertificatie BRL 9500 Energieprestatieadvisering

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Document Visitatiesystematiek en afspraken ten aanzien van het NKDkeurmerk

Inhoud. Certificeringreglement

ARTIKEL 1. BEGRIPSBEPALINGEN Bart Jansen Advies: Bart Jansen Advies, ingeschreven in het Handelsregister onder nummer

Wijzigingsblad BRL 5023 d.d

Certificatiereglement. Keurmerk Bemiddelingsbureaus Buitenlandse Werknemers

(2).. (Touringcarbedrijf en standplaats)

SGS INTRON CERTIFICATIE REGLEMENT VOOR CERTIFICATIE EN ATTESTERING 2015 INHOUDSOPGAVE

PCSN IV Procedures van Certificering Inhoud

HHC/DRS Inspecties B.V. Werkwijze certificering VA-keur en VCA Pagina 1 van 9

Certificatiereglement Hobéon Certificering- Archeologie

Bijlagen Handhavingsdocument Certificerende Instellingen

KWALITEITSHANDBOEK. Beschrijving van de juridische structuur. Certificatiereglement KONHEF

KvINL Accreditatiereglement voor de Centrale Opleidings- en Examencommissie (COEC)

Het Kiwa Reglement voor Certificatie. Versie

Subsidiereglement van de Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer over de weg en de Verhuur van Mobiele Kranen (SOOB)

Reglement van orde van de Instituutsraad van het instituut Beleid & management Gezondheidszorg (BMG-raad)

Procedure Logogebruik

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Reglement Doorlopend Toezicht

KBI Accreditatiereglement voor de Centrale Opleidings- en Examencommissie

KETENREGISSEUR VERSIE 1.2 d.d

Chex Liftkeuringen B.V Reglement R.1.0. Keuringen van liftinstallaties tijdens de gebruiksfase van de liftinstallatie

Certificering: Workshop hoe werkt dat? Regionale Bodemdagen Ketenhandhaving 2010 door SIKB en CI (Kiwa-Intron-Eerland)

Notitie Externe audits t.b.v. openbare reactieronde BRL en KNA Archeologie

Certificeren zoals het hoort! Algemene informatie VCA

Licentieovereenkomst Inspectieschema <schema>

Raad voor Accreditatie. Reglement voor de Beoordeling en Acceptatie van Schemabeheerders

Certificeren zoals het hoort! Algemene informatie OHSAS 18001

1 van 14. NVRD Keurmerk Beeldschoon

Raad voor Accreditatie (RvA) Specifiek Accreditatie- Protocol (SAP) voor Persoonscertificatie (Algemeen)

KvINL. Wijzigingsblad d.d. 1 augustus 2015 bij BRL 9500, deel 00 ENERGIEPRESTATIEADVISERING, ALGEMEEN DEEL

REGLEMENT KEURMERK STICHTING GARANTIEWONING

Geleid door de wens gemeenschappelijke bepalingen vast te stellen betreffende het recht dat van toepassing is op het huwelijksvermogensregime,

VERWERKERSOVEREENKOMST (EENZIJDIG)

Reglement Register SCVM

1 mei Kiwa Reglement voor Systeemcertificatie

Procedure inzake intrekking en schorsing keurmerk Stichting Keurmerk Letselschade

BMC Algemene Voorwaarden. Versie

Privacyreglement. WerkPro privacyreglement pagina: 1 van 5 Versiedatum: Eigenaar: Bedrijfsjurist

Artikel 1 In deze Algemene Voorwaarden hebben de hieronder genoemde woorden de betekenis die daarachter staat vermeld:

Certificatieprocedure Voor

Algemene Voorwaarden Bedrijven

4. De toetsing vindt of individueel (per systeem of schema) plaats of breder (per sector, groep, formule).

PRC Certificatie Reglement INHOUDSOPGAVE

Gebruiksreglement logo s en certificaten

Erkenningsreglement Rijleskeurmerk

Privacyreglement. Stichting Rapucation Postbus NL Amsterdam

Bijlage II: Criteria voor acceptatie van kwaliteitssystemen door de NVWA

O V O C O M. Voorwaarden voor de aanwijzing van een certificatie-instelling BIJLAGE IX. Autocontrolegids Dierenvoeders

Algemene voorwaarden. Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle offertes en op alle overeenkomsten aangegaan door:

FAQ - LIJST. 2. Vraag: Worden de auditors op de hoogte gehouden van ontzettingen uit het ambt en van waarnemingen? Antwoord: Nee.

Procesbeschrijving bij de regeling erkende instanties vervoer gevaarlijke stoffen

Gebruiksreglement logo s en certificaten

de wet: de Wet bescherming persoonsgegevens; persoonsgegeven: elk gegeven over een geïdentificeerde of identificeerbare natuurlijke

Examinering volgens Persoonscertificatie. Nikta Certificatie heeft diverse Certificatieregelingen,

Aanvullend Reglement voor Wettelijke Certificatieregelingen. Versie

Algemene voorwaarden Stichting Jade Zorg

AUD-PRO-40. Procedure Logo gebruik. Inhoud:

A. Stichting Aeres Groep, hierbij vertegenwoordigd door <<naam>>, te noemen: Opdrachtgever,

Aanvraagformulier voor (her)certificatie (DNV) en (her)registratie (SCVM) Taxateur Wet waardering onroerende zaken Kamer WOZ

Werkwijze ISO- en VCA-certificering

Algemene Voorwaarden. Artikel 1. Definities. In deze Algemene Voorwaarden wordt verstaan onder: Westermeijer Sporttherapie & Sportmassage

REG03.V1 Status : GELDIG 27 mrt 06 Pagina : 1 van 10. Reglement voor het gebruik van het accreditatiemerk CCKL CCKL

SHR REGLEMENT COLLEGE VAN ADVIES OF REFLECTIEGROEP STIP

1. Voor welke deelregelingen wilt u zich certificeren?

Transcriptie:

Inleiding Groenkeur brengt de belangen van groenprofessionals en opdrachtgevers samen. Voor de opdrachtgever geldt dat zij met het keurmerk kunnen vertrouwen op kwaliteit van gecertificeerde groenprofessionals, bedrijven en producten. Tegelijkertijd ziet de Stichting Groenkeur het als haar taak om het kwaliteitskeurmerk en de waarde ervan actief onder de aandacht te brengen in de markt en promotie voor de groene sector te maken. In reglementen heeft Stichting Groenkeur de werkwijzen en regels vastgelegd. De meest actuele versie van de reglementen van de Stichting Groenkeur zijn via de website van Groenkeur (www.groenkeur.nl) te verkrijgen. Dit reglement is vastgesteld op 24 november 2017 door het College van Deskundigen en vervangt de voorgaande versies. In de bestuursvergadering van 8 december 2017 is deze goedkeuring bekrachtigd. Artikel 1 Begripsomschrijving In dit reglement gelden de volgende begrippen: 1. Groenkeur: Stichting Groenkeur gevestigd te Houten 2. bestuur: het bestuur van Stichting Groenkeur. 3. college: het college van deskundigen van de stichting. 4. certificatie-instellingen: de conformiteitsbeoordelende-instellingen 5. deelnemer: certificaathouder en tevens deelnemer volgens de statuten van de stichting 6. schema: conformiteitsbeoordelend schema (beoordelingsrichtlijn) of ander eisenstellend document van de Groenkeur op basis waarvan certificatie kan plaatsvinden. 7. register: het register van Stichting Groenkeur waarin deelnemers zijn opgenomen. 8. dagdeel: vier manuren. 9. project: op zichzelfstaand proces dat bestaat uit een geheel van gecoördineerde en beheerste activiteiten, waaronder eveneens wordt verstaan een doorlopend onderhoudscontract van meer dan twaalf maanden. 10. schorsing: tijdelijke maatregel waarbij de deelnemer geen rechten kan en mag ontlenen gedurende de termijn van de schorsing. 11. opschorting: maatregel van de certificatie-instelling waarbij nog niet kan worden overgegaan tot het verstrekken van een nieuw certificaat na hercertificering. 12. intrekking: ongeldig verklaren en innemen van een door een certificatie-instelling verstrekt certificaat. 13. vestiging: vestiging conform het Huishoudelijk reglement Groenkeur. Voor het overige geldt de definiëring zoals bedoeld in de meest recente uitgave van NEN-EN-ISO 9000, en NEN-EN-ISO/IEC 17000 en de IAF. De IAF (International Accreditation Forum) heeft in document IAF MD (Mandatory Documents) 1, 2 en 5 de wijze van auditen en audittijden bepaald. Deze documenten vormen het uitgangspunt voor de audittijden en het auditproces ten behoeve van Groenkeur certificaten Artikel 2 Toepassingsgebied Dit reglement is van toepassing bij certificering van Groenkeur-beoordelingsrichtlijnen Groenvoorziening(en), Dak-en Gevelbegroening en Boomverzorging. Voor de beoordeling van een schema voor bedrijfscertificatie geldt de Europese richtlijn EN 17021. Artikel 3 1 e Aanvraag tot certificering Een 1 e aanvraag tot certificering wordt gericht aan een certificatie-instelling die voor het uitvoeren van audits op het desbetreffende schema een (licentie)overeenkomst heeft afgesloten met Groenkeur. De certificatie-instelling handelt daarbij, zoals door hem zelf bij reglementen is bepaald. De certificatie-instelling verwerkt in de offerte de verplichte afdracht aan Groenkeur. Stichting Groenkeur pagina 1

Artikel 4 Aanvraag tot uitbreiding certificaten 1. Indien een deelnemer zijn certificaat Groenvoorziening(en), Boomverzorging of Dak- en gevelbegroening met een tweede, derde of vierde Groenkeur-certificaat wil uitbreiden c.q. deze gelijktijdig wil verkrijgen, kan dit tijdens een gecombineerde audit plaatsvinden. De audit ter verkrijging of behoud van het tweede, derde of vierde certificaat beperkt zich in dit geval tot de vakspecifieke onderdelen uit de desbetreffende beoordelingsrichtlijn. 2. Van elke vestiging die op het certificaat staat vermeld wordt minimaal één project geaudit binnen de periode dat het certificaat geldig is (ook als dit meer audittijd vereist). Indien het aldus beoordeelde project niet de gehele scope afdekt, zoals die uiteindelijk op het certificaat zal zijn vermeld, moeten aanvullende projecten worden onderzocht zodat alle onderdelen van de scope worden geaudit. Daarbij zijn de dienstverlenende werkzaamheden bepalend, die in de beoordelingsrichtlijnen zijn genoemd, zoals ontwerp, aanleg, onderhoud, boomadvies, boomplanten, boomcontrole. 3. Wanneer gedurende de geldigheidstermijn van een certificaat, tussentijdse uitbreiding van de dienstverlenende werkzaamheden (toepassingsgebied) wordt verlangd, is het gestelde in lid 2 van toepassing. Een als zodanig verstrekt vervangend certificaat kan nimmer de geldigheidsduur van het oorspronkelijke certificaat overschrijden. Artikel 5 Fase 1 (Documentenbeoordeling bij toelatingsaudit) 1. Een toelatingsaudit, wordt voorafgegaan door een fase 1-onderzoek. Het fase 1-onderzoek vindt plaats op een door de certificatie-instelling te bepalen locatie en op de wijze zoals daar door de certificatie-instelling met inachtneming van ISO/IEC 17021 en IAF MD5 in is voorzien. Artikel 6 Fase 2-onderzoek (Toelatingsaudit en Heraudit) 1. Het fase 2 onderzoek vindt plaats op een door de certificatie-instelling te bepalen wijze zoals daarin door de certificatie-instelling met inachtneming van ISO/IEC 17021 en IAF MD5 is voorzien. 2. ISO/IEC 17021 alsmede de tijdbesteding IAF MD 5 zijn leidend voor het onderzoek 3. Onverlet het daartoe bepaalde in de reglementen van de certificatie-instelling, moet elke vestiging die op het certificaat komt te staan, bij een toelatingsaudit worden bezocht en beoordeeld. Van elke vestiging moet, naast de vereisten in ISO/IEC 17021, ten minste één voor de desbetreffende schema representatief project, fysiek aan een onderzoek worden onderworpen. Indien het aldus beoordeelde project niet de gehele scope afdekt, moeten aanvullende projecten worden onderzocht zodat alle onderdelen van de scope worden geaudit. Daarbij zijn de dienstverlenende werkzaamheden bepalend, die in de beoordelingsrichtlijnen zijn genoemd, zoals ontwerp, aanleg, onderhoud, boomadvies, boomplanten, boomcontrole. 4. Wanneer IAF MD5 meer audittijd voorschrijft, dient die overcapaciteit te worden benut voor extra fysieke projectcontroles, waarbij de extra projectaudits, indien van toepassing, naar rato over de vestigingen en scope moeten zijn gespreid. Een audit vindt aangekondigd plaats. 5. De projecten die onderwerp van onderzoek zullen zijn, worden op de dag van de audit zelf door het onderzoekteam a-select bepaald. De steekproefmethode kan alleen wanneer iedere vestiging gelijkwaardige diensten levert en wanneer het managementsysteem centraal is opgezet en centraal wordt bestuurd 6. Bij de projectcontrole komt ten minste het volgende aan bod: a) Beoordeeld wordt of bij die projecten voldaan is aan de inzet van het vereiste, vakkundige personeel volgens de eis van bekwaamheid die in de van toepassing zijnde schema wordt voorgeschreven; b) Beoordeeld wordt of het bij die projecten ingezette personeel voldaan heeft aan de vereiste voor kennisdeling uit de desbetreffende beoordelingsrichtlijn; c) Beoordeeld wordt of de bij die projecten vereiste nazorg en/of garantie is uitgevoerd; d) Beoordeeld wordt of het project conform de offerte, bestek of anderszins wordt uitgevoerd. Stichting Groenkeur pagina 2

Artikel 7 Heraudit De bepalingen en vereisten genoemd bij het fase 2-onderzoek (zie artikel 6) gelden onverkort voor de deelnemer en de certificatie-instelling. Verder geldt: 1. Binnen drie maanden voor het verstrijken van de geldigheid van het certificaat, zal een heraudit plaatsvinden. Deze heraudit is qua omvang gelijk aan een toelatingsaudit, minus het fase 1 onderzoek en behoudens de multi-sitebenadering voor het onderzoek per vestiging. Voor het bepalen van de minimale audittijd geldt IAF MD5. 2. Een substantieel deel van de audittijd moet zijn besteed aan fysieke projectcontrole. Van elke vestiging die op het certificaat staat vermeld wordt minimaal één project geaudit binnen de periode dat het certificaat geldig is (multi-site). Voor zover de audittijd dat binnen IAF MD5 mogelijk maakt, streeft de certificatie-instelling naar het auditen van twee projecten per vestiging die op het certificaat staat vermeld. 3. Als er afwijkingen worden geconstateerd die niet kunnen leiden tot de afgifte van een certificaat, moet de correctie en/of corrigerende maatregel voor de afloopdatum van het certificaat bij de certificatie-instelling zijn aangetoond en geaccepteerd. 4. Het is een verplichting voor de certificatie-instelling om de projecten aan een onderzoek te onderwerpen, waarvan de certificatie-instelling, alsmede de deelnemer in afschrift, een klacht heeft ontvangen. Het is de verplichting van de certificatie-instelling om al die projecten binnen het reguliere auditprogramma te auditen. Wanneer dit leidt tot een overschrijding van het aantal noodzakelijk te auditen projecten en of andere limieten, kan dit door de certificatie-instelling aanvullend bij de deelnemer in rekening worden gebracht. Artikel 8 Opvolgingsaudits 1. ISO/IEC 17021 en IAF MD 5 vormen de basis voor een opvolgingsaudit. 2. Het merendeel van de audittijd vindt plaats op de projectlocatie. Een 1e opvolgingsaudit vindt plaats binnen twaalf maanden gerekend vanaf de laatste dag van het fase 2-onderzoek, respectievelijk de heraudit. Een 2e opvolgingsaudit vindt plaats binnen vierentwintig maanden gerekend vanaf de laatste dag van het fase 2 onderzoek, respectievelijk de heraudit 3. Tussen elke audit wordt een tijdvak van minimaal negentig dagen in acht genomen. 4. Een multi-sitebenadering conform IAF MD 1 is toegestaan. In die zesendertig maanden (twee opvolgingsaudits en de heraudit) wordt ten minste een voor de desbetreffende schema representatief project van elk op het certificaat vermelde vestiging geaudit. Indien het aldus beoordeelde project niet de gehele scope afdekt, moeten aanvullende projecten worden onderzocht zodat alle onderdelen van de scope worden geaudit. Daarbij zijn de dienstverlenende werkzaamheden bepalend, die in de schema s zijn genoemd, zoals ontwerp, aanleg, onderhoud, boomadvies, boomplanten, boomcontrole. Wanneer IAF MD5 meer audittijd voorschrijft, dient die overcapaciteit te worden benut voor extra onaangekondigde fysieke projectcontroles, waarbij de extra projectaudits, indien van toepassing, naar rato over de vestigingen en scope moeten zijn gespreid. 5. Wanneer één of meer non-conformiteiten tijdens een opvolgingsaudit leiden tot een beperking van de scope of wanneer een scope om andere redenen moet worden beperkt, wordt een vervangend certificaat verstrekt en wordt het oorspronkelijke certificaat ingetrokken. Dit vervangende certificaat bevat de nog van toepassing zijnde scope(s) en kan nimmer de geldigheidsduur van het oorspronkelijke certificaat overschrijden. 6. Voor het overige zijn de bepalingen van art 6 lid 5, 6, artikel 7 lid 4 en art 9 lid 5 van toepassing. Artikel 9 Tenuitvoerlegging 1. De certificatie-instelling heeft in reglementen bepaald wanneer wordt overgegaan tot schorsen en wanneer dat leidt tot intrekking van het certificaat. Deze bepalingen van de certificatieinstelling zijn voor dit reglement van toepassing. 2. Alle besluiten tot: beëindigen audit, opschorten, schorsen, intrekken worden door de certificatieinstelling schriftelijk aan de deelnemer bekrachtigd en ten uitvoer gelegd door de directeur van de certificatie-instelling. 3. De tenuitvoerlegging van intrekking van het certificaat wordt omgezet in schorsing wanneer tegen het besluit van de certificatie-instelling bezwaar, beroep of op andere wijze appel is ingesteld. 4. De certificatie-instelling is verplicht Groenkeur onverwijld te informeren over besluiten in het 2e lid genoemd, alsmede over de ten uitvoerlegging daarvan. Stichting Groenkeur pagina 3

Artikel 10 Waarnemingen en controles op de audit 1. Vertegenwoordigers van de Raad voor Accreditatie hebben vrije toegang tot de vestigingen en projecten van een bestaande of aankomende deelnemer om onderzoeken van de certificatieinstelling bij te wonen of extra beoordelingen uit te voeren. Deze observatie zal aan de deelnemer worden aangekondigd door de certificatie-instelling. 2. Vrije toegang moet ook worden verleend aan de auditor en eventueel aan de directieleden en kaderleden van de certificatie-instelling, om de beoordelingen en beslissingen van hun eigen werknemers te kunnen toetsen. 3. Vrije toegang moet ook worden verleend voor eventuele aanvullende onderzoeken vanuit Groenkeur. 4. Aan autoriteiten en personen aan wie als zodanig toegang is verleend, is het gehouden de aanwijzingen met betrekking tot veiligheid voor hen zelf of voor een ander in acht te nemen. Artikel 11 Wijzigingen in bedrijfsvoering en/of managementsysteem De deelnemer is verplicht de certificatie-instelling tijdig schriftelijk op de hoogte te stellen van ingrijpende wijzigingen in de bedrijfsonderdelen die een relatie hebben met het schema of het managementsysteem. Onder tijdig wordt in dit verband verstaan een termijn van uiterlijk vier weken nadat de hiervoor bedoelde wijzigingen door de deelnemer zijn doorgevoerd. De certificatie-instelling stelt daarop vast of een aanvulling op het eerder onderzoek noodzakelijk is en stelt de deelnemer van haar besluit op de hoogte. De deelnemer moet zelf zorgdragen voor het op de hoogte zijn van de actuele informatie over wijzigingen in, voor hem van toepassing zijnde, certificatie-eisen. Artikel 12 Toezicht en handhaving De certificatie-instelling zal gedurende de looptijd van de overeenkomst zich ontvankelijk verklaren voor uitvoering van maatregelen van toezicht en handhaving die hem daartoe door Groenkeur zijn aangereikt. Artikel 13 Aanvullend onderzoek 1. Bij binnengekomen klachten bij de certificatie-instelling over het niet nakomen van de criteria door een deelnemer kan de certificatie instelling een tussentijdse extra audit uitvoeren. 2. Aanvullend onderzoek voortkomend uit artikel 4. 3. De certificatie-instelling zal aanvullend onderzoek uitvoeren bij belangrijke (wettelijke) wijzigingen in het managementsysteem. Artikel 14 Vrijwillige beëindiging certificatie 1. Ingeval de deelnemer gedurende de certificatieperiode een of meerdere certificaten niet langer wenst te handhaven dan moet hij dit schriftelijk bij de certificatie-instelling en Groenkeur aangeven. Hierna gaat de certificatie-instelling over tot het intrekken van het van toepassing zijnde geldige certificaat of de certificaten. Groenkeur verwijdert de desbetreffende vermelding uit het openbaar register. Hernieuwde toetreding kan slechts geschieden door het indienen van een nieuwe aanvraag. Beëindiging van certificatie geeft geen recht op teruggave van de afdracht en bijdragen en laat de betalingsverplichting onverlet. 2. In het geval een deelnemer niet meer aan de eisen uit het schema kan voldoen dient deze de certificatie-instelling hierover schriftelijk te informeren. Dit moet uiterlijk twee werkdagen na de constatering plaatsvinden. De certificatie-instelling stelt daarop vast of een aanvulling op het eerder onderzoek noodzakelijk is en stelt de deelnemer van haar besluit op de hoogte. 3. In het geval een deelnemer tevens een gedocumenteerd verzoek indient bij Groenkeur voor aanpassing van de certificatie-eisen of voor een tijdelijke ontheffing dient deze hierover de certificatie-instelling te informeren. Artikel 15 Algemene bepalingen 1. De certificatie-instelling voorziet Groenkeur van een (digitaal) afschrift van elk verstrekt Groenkeur-certificaat. 2. De certificatie-instelling draagt zorg voor rapportages in de Nederlandse taal en op verzoek van de deelnemer kan deze rapportage in een andere taal verstrekt worden. Wanneer het bezitten van een geldig certificaat van één of meer beoordelingsrichtlijnen van Groenkeur, als vereiste deel uitmaakt van een overeenkomst, is een verstrekte kopie van dat certificaat alleen rechtsgeldig wanneer de Groenkeur-vestiging op het desbetreffende certificaat staat vermeld. Stichting Groenkeur pagina 4

3. De deelnemer alsmede de certificatie-instelling zal Groenkeur nooit aansprakelijk kunnen stellen voor schade die hij, in welke vorm ook, lijdt in verband met het verkrijgen, schorsen, intrekken van een certificaat van een beoordelingsrichtlijn en dit reglement. 4. De deelnemer vrijwaart Groenkeur en/of de door Groenkeur ingeschakelde derden tegen alle aanspraken en schade, vorderingen van derden ter zake van ondeugdelijkheid van door de deelnemer verrichte diensten of geleverde zaken. 5. Het openbaar register van Groenkeur is te vinden op www.groenkeur.nl. Groenkeur heeft het recht een deelnemer en/of vestigingen, waartegen door de certificatie-instelling, het college, en/of het bestuur (tijdelijke) maatregelen zijn genomen uit het openbaar register te verwijderen. 6. Bij zaken of omstandigheden betreffende de certificatie waarin dit reglement niet voorziet zijn de bepalingen van de certificatie-instelling van toepassing. Zijn ook die bepalingen van de certificatie-instelling niet toereikend, dan beslist het college. Artikel 16 Slotbepaling Na vaststelling van dit reglement conform artikel 14 lid 6 van de statuten is dit reglement pas van kracht na goedkeuring door het bestuur. Aldus opgesteld te Houten, 8 december 2017 Namens het bestuur Stichting Groenkeur, De voorzitter, De secretaris, ir. J.J.J. Langeslag P.J. de Winter Namens het college van deskundigen, Houten, 24 november 2017 De voorzitter R.A.Th. Bleijswijk Stichting Groenkeur pagina 5