Verstrekken van afschriften van vonnissen, beschikkingen en processen-verbaal
Inleiding Na de wetwijziging van artikel 365 Sv (bij Wet van 30 juni 2004, Stb. 315 welke wet in werking is getreden op 1 september 2004 en laatst op juli 2013 1 ) is de bevoegdheid van de voorzitter van de rechtbank die het vonnis in een strafzaak heeft gewezen om te beslissen op een verzoek van een persoon die geen partij is geweest bij de strafzaak tot verstrekking van een afschrift van dat vonnis, van artikel 838 lid 1 Rv overgeheveld naar het Wetboek van Strafvordering. Voor de wetswijziging betrof het een bevoegdheid van de 'voorzitter van de rechtbank'. Tegenwoordig spreekt de wettelijke regeling van 'de voorzitter'. Dit memo is bedoeld om duidelijkheid te verschaffen over de procedure binnen teams straf omtrent verstrekking van de afschriften. Achtergrond en algemene uitgangspunten Artikel 365 lid 4 Sv luidt: "De voorzitter verstrekt desgevraagd een afschrift van het vonnis en het proces-verbaal der terechtzitting aan ieder ander dan de verdachte of zijn raadsman, tenzij verstrekking naar het oordeel van de voorzitter ter bescherming van de belangen van degene ten aanzien van wie het vonnis is gewezen of van de derden die in het vonnis of in het proces-verbaal worden genoemd, geheel of gedeeltelijk dient te worden geweigerd. In dat laatste geval kan de voorzitter een geanonimiseerd afschrift of een uittreksel van het vonnis en het proces-verbaal verstrekken." Een verzoek tot verstrekking van een afschrift of uittreksel van andere tot het strafdossier behorende stukken dient op grond van het vijfde lid van eerdergenoemd artikel te worden afgewezen. Om de belangen van de verdachte en de verzoeker goed tegen elkaar te kunnen afwegen, is er inzicht nodig in de overwegingen die ten grondslag liggen aan het verzoek tot het verstrekken van een afschrift van een vonnis. Met name als verstrekking van een vonnis of proces-verbaal ter terechtzitting gevolgen zou kunnen hebben voor (de voortzetting van) het arbeidscontract van de verdachte, zal het belang van de verdachte in beginsel moeten prevaleren en het verzoek van de derde moeten worden afgewezen. Gemotiveerd verzoek Gelet hierop is het uitgangspunt dat in ieder geval gemotiveerd moet worden aangegeven wat het belang is voor de verzoeker. Als deze motivering ontbreekt, stuurt de griffie een (standaard)brief terug om het verzoek aan te vullen. Wordt het verzoek, ondanks de brief van de griffie, niet nader gemotiveerd, dan zal de griffie na de twee weken, die in de standaardbrief zijn gegeven voor (nadere) motivering, zelfstandig het verzoek kunnen afwijzen door middel van een daarvoor beschikbare standaardbrief. Daarnaast is de griffie belast met het afhandelen van een deel van de verzoeken tot het verstrekken van afschriften van vonnissen. 1 Wijziging van art 365 lid 3 Sv (en ook 378 lid 3 Sv): naast verdachte en/of raadsman krijgt de benadeelde partij desgevraagd ook een afschrift van het vonnis Vastgesteld in MT van 9 december 2014 2.
Uitgangspunten: 1. De verdachte, raadsman en officier van justitie krijgen een afschrift van het MK vonnis; 2. Het slachtoffer/de nabestaande, de advocaat van het slachtoffer/de nabestaande, de gemachtigde van het slachtoffer/de nabestaande, de benadeelde partij, de advocaat van de benadeelde partij, de gemachtigde van de benadeelde partij krijgen op verzoek een afschrift van het vonnis 2 verstrekt door de griffie; 3. Aan derden wordt (door de griffie) slechts een afschrift van het vonnis verstrekt na een schriftelijk verzoek waaruit blijkt dat die derde belang heeft bij een afschrift. Beoordeling van het belang van derden De onder 3 genoemde categorie kan door de griffie zelfstandig worden uitgevoerd, indien het verzoek afkomstig is van één van de volgende personen/instanties en het belang eenvoudig is vast te stellen (Lijst I). Bij twijfel dient overleg plaats te vinden met de stafjurist. Lijst I - toewijzen bij eenvoudig vast te stellen belang Raadsman medeverdachte; Verzekeringsmaatschappijen (bijvoorbeeld: rechtsbijstandverzekeringen, ziektekostenverzekeringen, schadeverzekeringen) die namens een aangever/slachtoffer/nabestaande (niet zijnde een benadeelde partij) een verzoek indienen; Openbaar vervoer organisaties (bijvoorbeeld: GVB/Connexxion/NS) voor zover deze organisaties een verzoek indienen namens een personeelslid die slachtoffer is geworden van een strafbaar feit onder werktijd; Het Juridisch Loket (indien door verdachte of benadeelde partij geraadpleegd); Reclassering Nederland; Leger des Heils; Nederlands Instituut voor Forensische Psychiatrie en Psychologie; Teylingereind; Pieter Baan Centrum; Nederlands Forensisch Instituut; Penitentiaire Inrichtingen; Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven; IND; Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst - Economische Controledienst (FIOD-ECD); Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). 2 Ook voor de benadeelde partij geldt dat deze in politierechterzaken binnen drie maanden nadat het mondeling vonnis is uitgesproken kan verzoeken dat het vonnis (cf. uitwerking appel) wordt aangetekend in het procesverbaal der terechtzitting: artikel 378 lid 2 onder b Sv. Vastgesteld in MT van 9 december 2014 3.
Lijst II stafjurist raadplegen Ministeries; Gemeenten; Belastingdienst; Centrum voor Werk en Inkomen (voormalige Sociale Dienst); Openbaar vervoer organisaties (bijv. GVB/NS), voor zover lijst I niet van toepassing is; Verzekeringsmaatschappijen, bijv. rechtsbijstandverzekeringen, ziektekostenverzekeringen en schadeverzekeringen), voor zover lijst I niet van toepassing is; UWV; Pensioenfondsen; Waarborgfonds Motorverkeer; Banken; Beroepsgroepen; Indien het vonnis nodig is voor wetenschappelijk onderzoek en bij het verzoek is een brief gevoegd van de Raad voor de Rechtspraak (RvdR) waarin deze aangeeft geen bezwaar te hebben tegen verstrekking van een afschrift. Blijkt uit de motivering van het verzoek dat verstrekking van het vonnis wordt gevraagd in verband met wetenschappelijk onderzoek, dan zal de griffie het verzoek afwijzen indien dit verzoek niet wordt vergezeld van eerdergenoemde brief van de RvdR. Alle gemotiveerde verzoeken van instanties genoemd in Lijst II of die in niet in de lijsten I en II zijn terug te vinden, worden door de griffie aan de stafjurist voorgelegd. Lijst III - stafjurist raadplegen Verzoeken afkomstig van de pers (televisie- en radioprogramma s, kranten e.d.); Verzoeken in of met betrekking tot strafzaken die landelijke bekendheid genieten. De verzoeken genoemd in lijst III worden in de regel ontvangen door de afdeling Voorlichting & Communicatie. Zoals is beschreven in de Persrichtlijn 2013 publiceren gerechten op de dag van de uitspraak de (geanonimiseerde) uitspraken waarvan bekend is dat daarvoor persbelangstelling bestaat op de site www.rechtspraak.nl. De afdeling Voorlichting & Communicatie verstrekt journalisten op verzoek een zonodig geanonimiseerd afschrift van uitspraken, voor zover de wet dat toelaat. In de gevallen dat verzoeken, genoemd in lijst III, door de griffie aan de stafjurist worden voorgelegd, neemt de stafjurist, zonodig na overleg met de afdeling Voorlichting & Communicatie, een beslissing op de verzoeken die haar/hem zijn voorgelegd en stelt de afdelingsvoorzitter in kennis van de lijst III verzoeken. Bij twijfel bespreekt de stafjurist het verzoek met de afdelingsvoorzitter. Over deze verzoeken stuurt de griffie een schriftelijke beslissing aan de verzoeker. Proces-verbaal stafjurist raadplegen Verzoeken tot verstrekking van een afschrift van een proces-verbaal worden in alle gevallen aan de stafjurist voorgelegd, die vervolgens handelt zoals hierboven beschreven. Vastgesteld in MT van 9 december 2014 4.
Afhandeling verzoek Er dient naar te worden gestreefd de verzoeken binnen een redelijke termijn af te handelen (4 weken na ontvangst van het gemotiveerde verzoek). Samengevat 1) Bij ongemotiveerde verzoeken van Lijsten I, II en III wordt eerst door de griffie aan verzoeker gevraagd om het belang aan te geven dat men heeft bij de verkrijging van een afschrift van het vonnis; volgt geen motivering na twee weken: direct afwijzen door griffie, 2) Lijst I verzoeken worden vervolgens direct verstrekt door de griffie, indien het belang eenvoudig is vast te stellen, anders overleg met de stafjurist. 3) Lijst II verzoeken worden met motivering van het belang beoordeeld door de stafjurist; 4) Lijst III verzoeken worden in de regel behandeld door de afdeling Voorlichting & Communicatie en anders met motivering van het belang beoordeeld door de stafjurist. 5) De beslissing om te verstrekken of af te wijzen wordt verder afgehandeld door de griffie. Dit alles zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen een termijn van 4 weken na ontvangst van het verzoek. In geval van verzoek om nadere motivering start deze termijn na ontvangst van de nadere motivering. Schriftelijke verzoek Het (gemotiveerde) verzoek wordt schriftelijk gedaan via de post of de fax: Rechtbank Amsterdam Afdeling Publiekrecht Administratie teams straf Postbus 84500 1080 BN Amsterdam Faxnummer: 541 2134 Uitsluitend slachtoffers kunnen hun verzoek ook via de mail doen: afschriften.straf.rbams@rechtspraak.nl Wijze van verstrekken van vonnissen, beschikkingen en processen-verbaal Vonnissen en processen-verbaal Raadsman De vonnissen en processen-verbaal van de meervoudige kamer worden (automatisch) aan de raadsman verstrekt via de post of de togadoos. Bij advocaten die de beschikking hebben over een toga-doos, vindt verstrekking in beginsel via de togadoos plaats. In geval van spoed kan, op (telefonisch) verzoek van de raadsman, verstrekking plaatsvinden via de fax. Vastgesteld in MT van 9 december 2014 5.
Verdachte (zonder raadsman) Vonnissen en processen-verbaal van de meervoudige kamer worden (automatisch) aan de verdachte verstrekt via de post. Benadeelde partij en slachtoffers Het vonnis van de meervoudige kamer wordt op schriftelijk verzoek of verzoek via de mail (afschriften.straf.rb-ams@rechtspraak.nl) aan de benadeelde partij of het slachtoffer verstrekt via de post. Aan de benadeelde partij wordt automatisch een grosse (een gewaarmerkt afschrift van het vonnis) verstrekt Alle afschriften die zien op Politierechterzittingen worden uitsluitend op schriftelijk verzoek verstrekt. Beschikkingen Raadsman Beschikkingen worden in beginsel (automatisch) uiterlijk één dag na opmaking aan de raadsman verstrekt via de post of de togadoos. Bij advocaten die de beschikking hebben over een toga-doos, vindt verstrekking in beginsel via de togadoos plaats. In geval van spoed kan, op (telefonisch) verzoek van de raadsman, verstrekking plaatsvinden via de fax. Verdachte (zonder raadsman) Beschikkingen worden in beginsel (automatisch) uiterlijk één dag na opmaking aan de verdachte verstrekt via de post. Vastgesteld in MT van 9 december 2014 6.