Materiaal kennis & onderhoud



Vergelijkbare documenten
Instructieboek. Klim3hoek. Een samenwerking tussen Sport Institute Europe, CIOS Goes Breda & ScheldeSports.

EXAMENVERLOOP Sporttechnische proef Initiator Muurklimmen

Outdoor Only * *

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

EXAMENVERLOOP. Sporttechnische proef Initiator Muurklimmen

DEELINSIGNE III TOUWWERK

EXAMENVERLOOP. Sporttechnische proef Initiator Muurklimmen

Theorie Bleau Klimpas I: Indoor Lengteklimmen

Touw interventies 10 examen casussen

Outdoor Only * info@outdoor-only.nl *

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

KNOPEN. Theoriecursus knopen Jeugdbrandweer Gent

Toolbox-meeting Werken op hoogte

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

KARABINERS MET EEN ENKELE BEVEILIGING

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

De enkele en teruggestoken 8

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

Montage Handleiding van SignWorld

Touw Kapa Silver Star / Touw Kapa Oceanic Blauw

Voor de montage van de Bear County schutting Garden Design WPC

Wateropnamecapaciteit

oefenbijeenkomst (woensdag 11 mei klimcentrum I-VY (

AANWIJZINGEN VOOR DE CONSTRUCTIE EN HET GEBRUIK VAN VANGNETTEN 1963 blz.1

OSKV IT. Yeti s Indoor Toprope. Naam: Opleiding tot Zelfstandig Indoor Toprope klimmer

Bezoek Altrad Balliauw aan Exxon Baytown Texas, te gast bij de firma Brand Energy Solutions.

Klimgordels zijn er in verschillende soorten en maten, basic uitvoering of luxer, verschillende gespen of speciaal voor dames, het kan allemaal!

Klimtechniek Slim klimmen om kracht te besparen. Een goede klimtechniek helpt kracht te besparen!

Waar komt het vaste (vogel) gaas te hangen?

Gebruiks- en onderhoudsaanwijzing- NL

Bij de aanschaf van een helm is het verstandig om op de volgende kenmerken en eigenschappen te letten.

FICHE TECHNIQUE TECHNISCHE FICHE LEVEL DESIGN 1

personenopvangnetten 1_ toepassingen 2_ netvorm volgens de Europese norm EN

Lijm & Kit. Nummer 24

CARESHEET ALUMINIUM SCHRIJNWERK

OC Het onderhouden van mechanische onderdelen 2012

Technisch Specificatieblad Ferney Group BV

HANDLEIDING KARSTEN TUNNELTENT

Werken op hoogte Oorzaken van vallen Veiligheidsgrens: 2,50 meter

Gecombineerd toestel. Vragen over de huidige toestand OK Niet OK. FC* Beschrijving - Commentaar. 1. Conform de EN-norm Permanente markering

1 Beschrijving. 2 Risico s. Preventiefiche /2016. Theoretische informatie: correct gebruik van valbeveiligingsharnas 1/6

Blokzijltcl installatietechniek B.V.

Touw Kapa Silver Star / Touw Kapa Oceanic Blauw

AUDIT. Sport Institute Europe. Korte brainstorm

Toolboxmeeting. Toolboxmeeting Werken op hoogte / Valbeveiliging

B l i k s e m b o l Let op!. Benodigd gereedschap: Stuklijst Aantal Afm. (mm) Omschrijving Nr.

MANUAL VEEBORSTEL HANGEND

Handleiding A4-Lamineermachine Klassieke Lijn

NKBV regio Limburg. Cursus Outdoor Voorklimmen mei - juni Kernpunten

Gebruikshandleiding. Telescoopladder

K N O P E N, S T E K E N, S P L I T S E N & T A K E L E N C W O K I E L B O O T I I & I I I M A R T I N E K A M S T R A

Gebruikershandleiding. Telescoopladder

Het overtrekken van een stoel, stap voor stap.

Montagehandleiding. Voordat u start met het plaatsen van het Twist-Fix lijnsysteem, controleer of de volgende artikelen aanwezig zijn:

Gebruiksaanwijzing Gaasbakken

NIEUWE DBI-SALA - VALBEVEILIGINGLIJNEN MET SCHOKDEMPER. KLEINER, LICHTER, STERKER.

HANDLEIDING STUREN VAN TRANSPORTBANDEN

Checklist toestellen 2016 Commissie Agility, Raad van Beheer 1

HANDLEIDING KARSTEN TUNNELTENT

Technische fiche van een snowboard

INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN SPANBANDEN EN RATELS

Handleiding valbeveiliging

GEBRUIKSAANWIJZING Wolff Vochtmeter V1-D4 #071053

Celsius 355 technische handleiding Buisprofielen

GEBRUIKSAANWIJZING SLUITINGEN

zwaartekracht (N of kn) Dus moeten we Fz bepalen dat kan alleen als we de massa weten. Want

Solflex Zonwering shutter techniek

LuWaDi. Spuitbare luchtdichting. A++++ of Passief bouwen De toekomst = nu! Bewezen techniek toegankelijk voor de bouw

Inhoud. Inleiding. Wetgeving. Algemene Preventie. Situaties eigen aan IMEC. Ladders. Stellingen. Docent: Tony Devolder IMEC restricted

Bespanhappening Basiscursus bespannen

HET PLAATSEN VAN DUBBELE BEGLAZING :

VI-D4 Beton Vochtmeter

Handleiding Driepoot ELLERSAFE TM-9. EN 795:1996 Class B Ref: AT011. Lees aandachtig de handleiding alvorens het materiaal te gebruiken.

Een dromenvanger maken

ONDERDRUK IN FLEXIBELE SLANGEN

Wasadvies Welke maat moet ik hebben? Krimp Katoen of polyester? Juiste maat van een judoband? Een losse judobroek kopen nodig? IJF Approved uitleg

PORTA WATERSCHOT HANDLEIDING

Productontwikkeling 3EM

HANDLEIDING AANLEGGEN VAN KUNSTGRAS

Toolbox-meeting Werken met ladders

- 1 - Handleiding Dakhaas

ZEKEREN VAN MACHINES EN MATERIEEL

Staalkabels voor uiteenlopende doeleinden

Bedieningshandleiding

MATTEN SYSTEEM. Waterdichte ontkoppelingsmatten onder tegelwanden en vloeren

Handleiding Comfort Mat

INLEIDING. Factoren waarmee rekening moet worden gehouden. Valbeschermingsmethodes. Assortiment mobiele valbeveiliging VALBEVEILIGING

ManSafe SRL. Automatisch valstopapparaat geschikt voor industriële toepassingen

Totaalservice matten en moppen. Expert in vloerhygiëne

NATIONALE MAATSCHAPPIJ DER BELGISCHE SPOORWEGEN TECHNISCHE BEPALING LEVERING VAN DE BEKLEDINGSSTOFFEN VOOR DE ZITPLAATSEN VAN HET REIZIGERSMATERIEEL

Langere rails dienen te worden ondersteund om doorbuigen te voorkomen. Monteer de rail met 2 personen.

HOOFDBESCHERMING. Jackson SB 6 veiligheidshelm

Werkstuk Natuurkunde Trekproef, buigproef en de afschuifproef

Hijsklemmen. Alles wat u moet weten over hijsklemmen. Verticale platenklemmen. Horizontale platenklemmen. Balkenklemmen

Inhoud Veiligheidsadviezen...4 Bedoeld gebruik... 4 Opstelling en elektrische aansluiting... 4 Storingen... 5 Leveringsomvang... 5 Overzicht van het

Veiligheid, onderhoud en correct gebruik van een kabelbaan:

1 Voorbereiden van de werkplek.

GEBRUIKSAANWIJZING NITCHI HANDTAKELS MODEL H50-A EN HE50A

Applicatiemethoden voor Avery zelfklevende films uitgebracht: 20/09/2001

Transcriptie:

Materiaal kennis & onderhoud Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 1

Voorwoord Art de Lange is werkzaam op het CIOS Goes-Breda als buitensportdocent en heeft de laatste 15 jaar literatuur geschreven welke al vele jaren wordt gebruikt voor de buitensportopleiding. Deze literatuur is vanaf 2012 gratis beschikbaar voor buitensportopleidingen welke lid zijn van het sportinstitute. De opleiding kan dan aan zijn studenten deze literatuur verspreiden. Uiteindelijk is het de bedoeling dat iedereen een bijdrage gaat leveren m.b.t. het verbeteren van onze literatuur. De literatuur kan gebruikt worden onder de volgende voorwaarden: - Het opleidingsinstituut is lid van Sportinstitute Europe - De literatuur wordt in zijn geheel afgedrukt en verspreid. Het zelf samenstellen van readers m.b.v. onze literatuur is niet toegestaan. - Alleen de logo s van het sportinstitute worden afgedrukt met de originele kaft. - Elk opleidingsinstituut geeft een actieve bijdrage aan de ontwikkeling van stageopdrachten en toetsvragen. De toetsvragen zijn inzichtelijk op de website van het sportinstitute. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 2

Alles over de aanduiding van krachten Wanneer je de handleidingen leest van het gekeurde klimateriaal lees je diverse aanduidingen van krachten in o.a. Newton. Hieronder nog een toelichting: 1kg (kilogram) = 10N (newton) 100kg (kilogram) = 1000N (newton) = 1 kn (kilonewton) 100daN = 100kg (kilogram) 24kN (kilonewtouw is dus 2400kg (kilogram) Wat betekent merkteken? Een CE merkteken mag geplaatst worden op producten die voldoen aan de criteria die voorgeschreven zijn voor het gebruik van die producten. Klimmateriaal valt onder de richtlijnen "persoonlijke beschermingsmiddelen" - het moet de gebruiker beschermen tegen ongevallen met risico voor zijn gezondheid en veiligheid. Deze richtlijnen zijn geldig voor de domeinen: professioneel, sport en ontspanning. Er zijn drie categorieën in functie van de ernst van het risico: Categorie 1 : laag risico vb zonnebrillen. Categorie 2 : middelmatig risico, vb crampons, helmen. Categorie 3 : risico met dodelijke afloop. vb dynamische en semi-statische touwen, musketons, bandslings, gordels, prusiktouwtjes,... Controlevereisten: voor de categorie 2 en 3 moet een erkend labo de tests uitvoeren en een CE attest afleveren, voor categorie 3 geldt bovendien dat de productie op kwaliteit wordt gecontroleerd. CE markering. Alle gebruikte middelen bij alpinisme, klimmen, speleo, canyoning moeten een CE merkteken dragen en ze mogen dit merkteken slechts dragen als ze getest geweest zijn op conformiteit, door een erkend labo. Alle gebruikte middelen moet vergezeld zijn van de nodige informatie met vermelding van: opslagvoorwaarden, gebruiksvoorwaarden, onderhoud en alle nodige informatie voor een correct gebruik. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 3

De karabiners of ook wel musketonhaken genoemd zijn worden veel gebruikt in de buitensport. Zij zijn gemaakt van een licht materiaal en zijn voorzien van een veer waar ze door dichtklappen. Er bestaan verschillende soorten karabiners voor uiteenlopende doeleinden: 1. snapper (carabiner zonder veiligheidssluiting) 2. Banaan (idem als snapper, ook zonderveiligheidssluiting) 3. HMS carabiner (met veiligheidssluiting) 4. Normale carabiner (met veiligheidssluiting) 5. Klettersteigcarabiner (met veiligheidssluiting) 6. Beveiligingshaak (extra grote carabiner) 7. Majon (stalen verbindingselement met schroefsluiting) De keuze van een carabiner is afhankelijk van b.v. de afmetingen. Belangrijk hierbij is de sluitingsopenening en de vorm van de carabiner. De normale karabiners komen nu hoofdzakelijk voor bij klimsetjes. Deze hebben over het algemeen geen veiligheidssluiting. Normale karabiners met een veiligheidssluiting worden niet veel meer verkocht, maar zijn wel goed geschikt voor het plaatsen van katrollen. HMS-karabiners zijn overal verkrijgbaar. Deze peervormige karabiners hebben een veiligheidssluiting (schroef of twistlock) en zijn geschikt voor een halve mastworp zekering. De klettersteigkarabiner lijkt op de HMS, maar heeft de neiging de halve mastworp te blokkeren. Voor togglebanen,waarbij touwen worden gebruikt met een diameter van 20mm, zijn carabiners of haken nodig met een extra grote opening. 1. Veiligheidssluiting met schroef 2. Automatische sluiting Twistlock 3. Automatische sluiting Ball-lock 4. Carabiner-lock systeem 5. Automatische sluiting trek-twist Rechtsonder bij de carabiners zie je een twistlock-sluiting en daarnaast een ball-lock-sluiting. Deze automatische sluitingen zijn geschikt voor de life-line en voor klettersteige. Voor de klettersteige moet de carabiner wel van staal vervaardigd zijn i.v.m. slijtage. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 4

De klettersteigkarabiners hebben de vorm van een driehoek en hebben een grote opening. Deze karabiner dient als zelfzekering aan een staalkabel. Het beste kunt u deze karbiner combineren met een twistlock-sluiting. Het gebruik van een schroefkarabiner is in dit geval tijdrovend. Let wel op dat door het gebruik van twistlock- en schroefsluitingen verwarring kan ontstaan (vergeten de schroef dicht te draaien etc.). Gebruik slechts een soort sluiting. Bij schroefkarabiners is het belangrijk dat de schroef niet geheel dicht wordt gedraaid, maar dat u altijd een half slagje terug draait. De sluiting kan anders door de belasting muurvast gaan zitten. Is dit het geval, dan kunt u het beste de karabiner weer onder spanning brengen om deze vervolgens weer los te draaien. De karabiners moeten aan strenge normeisen voldoen. De breeksterkte moet over de lengterichting minimaal 2000 dan (kg) bedragen. Met een gesloten sluiting moet deze sterkte voldoende zijn voor in de praktijk optredende krachten. De minimale breeksterkte met een open sluiting mag minimaal 600 dan bedragen (dit geldt tevens voor de dwarsrichting). Bij sterkere karabiners (met een breeksterkte van 2500 dan) bedraagt de breeksterkte tussen de 800 en 1200 dan. Karabiners moeten bij een belasting van 1200 dan nog kunnen openen. De snapopening moet minimaal 15mm zijn (bij klettersteige 22mm), anders kan het touw er te moeilijk door! Karabiners kunnen gemaakt zijn van staal of aluminium. Karabiners van staal kunnen 1200 dan meer houden. Deze zijn ook slijtvaster dan aluminium, dus ideaal voor het gebruik bij staalkabels (klettersteige) en andere situaties waar karabiners sneller slijten als normaal. Het nadeel van staal is dat deze karabiners natuurlijk 2 a 3 keer zo zwaar zijn als aluminium karabiners. Tips: Als de karabiners t.o.v. het verankeringspunt in een hoek belast kan worden, plaats dan de snapzijde van de karabiner tegenover de belastingsrichting. Plaats de karabiner altijd dwars op de touwrichting. De karabiner moet altijd in de lengterichting worden belast. Bij HMS- en klettersteigekarabiners het liefst aan de brede zijde. Plaats de karabiner zo dat deze niet door een plotselinge belasting met de sluiting tegen de wand wordt gedrukt. Gebruik desnoods een reepsnoertje of een bandschling. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 5

Bij een karabiner zonder veiligheidssluiting is het belangrijk dat het touw op de juiste manier door de karabiner loopt (het touw loopt van achteren door de karabiner, niet andersom!). Er bestaat anders de kans dat het hoofdtouw zelf de snapper open snapt (vooral belangrijk bij het voorklimmen). Musketonhaken worden veel gebruikt om kettingen te verbinden met haken in de rotsen. Ze zijn vaak gemaakt van roestvrij-staal. Deze haken zijn ook te begruiken als carabiner en bij het inbinden van een remsyteem van een klettersteige op de gordel is deze haak zelfs verplicht. Doordat deze haak geen snapper heeft, maar een schroefsluiting, is de musketonhaak m.b.t. de belasting veiliger. Deze haken kunnen gemakkelijk een kracht houden van minimaal 2800kN. Een groot voordeel, ze zijn goedkoop (3 euro per stuk) en daarom uitstekend toepasbaar op touwbanen en andere constructies die langer moeten blijven hangen. Ook wordt een musketonhaak wel eens opgeofferd bij het terugtrekken op een rots (bij scherpe haken). Onderhoud van karabiners en musketons - regelmatig schoonspuiten met lucht (luchtdrukpistool), daarna inspuiten met teflonspray. - controleren van de sluiting (of de veer van de carabiner nog goed functioneert) - controle van slijtage (het metaal mag maximaal 10% in diameter zijn ingesleten Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 6

Schlings De bandschling is onmisbaar geworden in de buitensport. Er bestaan twee soorten band, platband en holband. Holband wordt meestal op een rol afgeleverd en moet met een bandknoop (zie knoopttechnieken) afgeknoopt worden. Het voordeel van holband t.o.v. platband is dat de schling vaak soepeler is en bestaat uit twee lagen. Het voordeel van deze twee lagen is b.v. slijtage. De meeste schlings worden geleverd in een breedte van 10 to 70mm met een dikte van 2 to 3mm. Het energieopnamevermogen is afhankelijk van een aantal belangrijke faktoren. 1. Is de bandschling gestikt of geknoopt 2. Dikte en breedte van de bandschling 4. Eventueel het aantal coderingsstrepen op de schling Wanneer men bandschling vanaf de rol koopt, zul je de schling moeten knopen. Meestal heb je hier te maken met een holband. Op deze schling is vaak een markering aangebracht d.m.v. zwarte of witte strepen. Elke streep staat voor 500daN. Aantal strepen Minimale E-opnamevermogen 1 streep 500daN 2 strepen 1000daN 3 strepen 1500daN 4 strepen 2000daN Het energie-opnamevermogen kan bij schlings met de volgende formule berekend worden: E schling (kn) = breedte schling (mm) x dikte schling (mm) x 0,2. Bijvoorbeeld: 18 x 4 x 0,2 = 14,4 kn (1440 dan). Over het algemeen komt de streepjesmarkering niet zo vaak meer voor. Gestikte schlings zijn beter dan geknoopte schlings (ook wel expresslussen genoemd)en hebben een hoger energieopnamevermogen. Gestikte schlings zijn in diverse maten verkrijgbaar. Lengtes zoals 60 en 120cm zijn het meest gangbaar. Het voordeel van een geknoopte schling is dat je de lengte van de schling zelf kunt aanpassen. In de praktijk kan men het energieopnamevermogen van een schling vergroten door deze op de juiste manier toe te passen in de praktijk. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 7

Toepassingsgebieden: Een schling heeft een groot voordeel t.o.v. een touw, het contactoppervlak. Schling heeft een hoger hoekenergie-opnamevermogen dan touw, vandaar dat bij een kantbelasting op rotsen zoveel mogelijk schlings worden toegepast. In de praktijk komt de schling bij de volgende toepassingen binnen de buitensport om de hoek kijken: Lifeline: Deze schling heeft meestal een lengte van 60cm en zit met een ankersteek vast aan de klimgordel. Standplaatsschling: Met deze schling wordt op de standplaats een krachtendriehoek gebouwd en de klimmer met een halve mastworp gezekerd. Expressschling: Met deze gestikte schling worden setjes gemaakt. Twee snappers en een expressschling is een setje. Franse prussik: Bij het opspannen van touwbanen of het abseilen in een canyon wordt een bandschling bij deze knoop/klemtechniek gebruikt. Noodbroekje: Een schling wordt binnen de reddingstechnieken gebruikt om een simpel borstgordeltje of een klimbroekje aan te leggen Verankering: Een schling wordt gebruikt om om een rots te slaan, in een zandloper, om een boom etc. Beter dan touw, omdat het contactopppervlak van de schling groter is, dus ook meer wrijving en krachtenverdeling. Noodabseil: Bij het terugtrekken uit de rotsen, zonder dat men materiaal achter laat, komt de schling goed van pas. Metname de belasting op scherpe haken. Veiligheidsschling: De schling wordt over het algemeen veel gebruikt bij een klettersteige of als extra veiligheidslijn bij een touwbaan. Verbindingslus: Op klimgordels wordt een expressschling gebruikt om de beenlussen te verbinden met de heuplus. Hierover kan meestal veilig toprope gezekerd worden. Op een gestikte schling kun je het CE-keurmerk aflezen en de maximale kracht die de schling kan houden. Op de volgende afbeelding zie je dat deze schling een kracht van 2200daN kan houden (Millet). Rechtsboven ziet men een afbeelding van een materiaalschling. Deze wordt vaak gebruikt bij het klimmen met nuts en friends. De materiaallus van de klimgordel volstaat dan niet qua ruimte of draaggewicht. Ook is de draaglus gemakkelijker in gebruik voor de klimmer. Een schling kan onhandig zijn m.b.t. zijn lengte. Er is een handige methode om de schling op te schieten in kleine lusjes. Hoe dit exakt in zijn werk gaat kun je zien bij de touwtechnieken. Een laatste tip m.b.t. het gebruik van de schlings; Laat het gestikte deel of de knoop niet rusten op een carabiner. Het is verstandig om dit gedeelte vlak onder de carabiner aan te leggen. Bij het aanleggen van de franse prussik is het belangrijk dat het gestikte deel of de knoop niet in de wikkeling zit. Onderhoud van schlings - Zorg dat de schlings altijd droog worden opgeborgen, op een plaats waar de zon niet bij kan (UVstraling) - Controleer de stiksels op slijtage, wanneer deze zijn ingesleten doorknippen - controleer regelmatig de bandknoop (uiteinden moeten voldoende uitsteken) - De band mag geen tekenen van slijtage of inbranding vertonen, is dit wel het geval, schling doorknippen en vernietigen! Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 8

De buitensporthelm Een goede helm beschermt uw hoofd en uw nek bij vallend gesteente of andere voorwerpen. Tevens biedt de helm bescherming bij het stoten van uw hoofd en bij een ongecontroleerde valpartij. Een goede helm moet daarom minimaal aan de volgende eisen voldoen: De helm moet de belasting over de hele schedel kunnen verdelen. De helm moet bescherming bieden tegen scherpe voorwerpen. Een goede helm moet voorzien zijn van een goed draagsysteem dat de schedel goed omsluit. De helm moet de stootbelasting kunnen opvangen door energie-opname. De riemen van de helm moeten voorzien zijn van sterke klinknagels of een ander sterk verbindingssysteem. De riemen moeten tevens bij een ongecontroleerde val ervoor zorg dragen dat de helm goed op zijn plaats blijft. Het is handig als de helm is voorzien van bevestigingen voor een hoofdlamp. Controleer of de helm het CE-merk heeft. Het gewicht van een helm mag volgens de norm niet meer dan 800 gram bedragen. Helmen die zwaarder zijn kunnen over een langere termijn nekklachten veroorzaken. De CE en UIAA normen voor helmen Helmen worden onderworpen aan 7 tests, 4 tests op absorberen van botsenergie (verticaal, frontaal, zijdelings, achterwaarts) 1 test weerstand op perforatie 2 tests op de stevigheid van ophangings- en bevestigingssysteem Absorberen van botsenergie. Helmen worden tijdens de tests onderworpen aan een vallend voorwerp van 5 kg van 2 meter hoogte. Het dummy hoofd onder de helm mag daarbij niet meer dan 800 dan ondervinden (800 kg). In verband met het absorberen van botsenergie bestaan er twee soorten helmen (zie hieronder) Weerstand tegen perforatie. Tijdens de test valt een pin (met een conische punt van 60 graden) van 1.5 kg vanaf 2 meter hoogte op de helm. De punt mag daarbij het dummy hoofd niet raken. Polycarbonaat en glasvezelversterkte materialen weerstaan het best aan dit soort belasting. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 9

Er zijn tegenwoordig twee grote categorieën helmen, helmen die botsenergie opvangen door vervorming helmen die botsenergie opvangen door breuk Helmen die botsenergie opvangen door vervorming. Deze helmen bestaan uit een sterke buitenste schelp (polycarbonaat) en een systeem met riempjes die het hoofd op een tamelijk grote afstand van de buitenste schelp houden. (vb Petzl: Ecrins). Bij een impact vervormt (maar breekt niet) de buitenste schaal en vangt daarbij het grootste deel van de botsenergie op. De rest wordt opgevangen door de riempjes. De buitenste schelp staat hoog boven het hoofd om bij een perforatie te vermijden dat het hoofd geraakt wordt. Voordelen 1. na de impact (indien lager dan de norm) is de helm niet gebarsten 2. ze kunnen ook bij andere manipulaties tegen een stootje. 3. ze hebben een langere levensduur dan het volgende type Nadelen 1. relatief zwaar (geen enkele helm van dit type is lichter dan 400 g) 2. de helm staat hoog boven het hoofd (niet erg comfortabel) 3. deze helm beschermt het hoofd minder goed tegen frontale, zijdelingse en achterwaartse schokken dan het volgende type. Helmen die botsenergie opvangen door breuk Dit zijn de nieuwe lichtgewicht helmen die bestaan uit een dunne buitenste schelp polycarbonaat of polypropyleen), vervolgens een vulling uit polystyreen (zwart binnenmateriaal) en eventueel een mousse. Deze helmen zijn heel broos, dus moet men ze ook voorzichtig manipuleren De botsenergie wordt opgevangen door (blijvende) vervorming. Voordelen 1. licht en comfortabel (minimale vermoeiing voor hoofd en nek) 2. mooie vormgeving mogelijk 3. de helm beschermt het hoofd beter tegen frontale, zijdelingse en achterwaartse schokken Nadelen 1. de helm is zeer broos waardoor bij steenslag of aanbotsen tegen de rotsen al snel barsten en putten geslagen worden. 2. het aanbrengen van een lamp is meestal niet mogelijk. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 10

Harde, polycarbonaathelm met een ophangingsysteem van banden die de helm op een 'grote' afstand van het hoofd houdt. Toepassing: alle terreinen, zoals alpinisme speleo,... Zachte, polystyreenschuim helm met dunne buitenschil uit polycarbonaat. Toepassing: sportklimmen Bestaat uit een buitenschelp uit ABS (licht en sterk). Binnenin een schaal in polypropyleen schuim Onderhoud van buitensporthelmen - Het aanbrengen van stickers op de helm houdt een aantal nadelen in. Ze kunnen kleine barsten verbergen. Sommige lijmen of inkt kunnen het materiaal aantasten ( polycarbonaat is gevoelig voor sommige lijmen). - De helm wassen met water, de riempjes en mousses eventueel met zeep. Laten drogen in een geventileerde, niet al te warme ruimte (dus niet op radiator, achter glas in de zon,...) - Het is verstandig om helmen die zijn blootgesteld aan steenslag niet meer te gebruiken. Door de stootbelasting kunnen scheurtjes in het kunststof zijn ontstaan waardoor het energieopnamevermogen is vermindert of helemaal niet meer aanwezig. - De levensduur is moeilijk te bepalen, want het hangt af van wat de helm reeds heeft meegemaakt. In ieder geval een helm vervangen als: a. er een ernstige impact op gebeurd is (zelfs al is er geen barst te zien) b. hij ouder is dan 5 jaar (bouwjaar staat soms op de binnenzijde, dit is de fabrieksgarantie c. er zichtbaar barsten aanwezig zijn. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 11

Moderne klimtouwen Omdat het leven letterlijk en figuurlijk aan een draadje hangt is het belangrijk dat er goede en betrouwbare touwen op de markt zijn. Deze touwen zijn gekeurd en betrouwbaar. Touw heeft een belangrijke functie in de buitensport. Maar om touw vakkundig te kunnen gebruiken heeft u specifieke technieken nodig. Er zijn o.a. duizenden toepassingen om constructies vast te binden. Zelfs holbewoners legden knopen en verschillende inheemse volken gebruikten draden met knopen erin om ingewikkelde berekeningen te kunnen maken. We maken een onderscheid tussen verschillende soorten touwen: 1. Statisch 2. Semi-dynamisch 3. dynamisch Statische touwen Statisch touw wordt gebruikt waarbij geen val kan optreden. Dit touw wordt gebruikt om op af te dalen of om op het touw zelf te stijgen met een stijgklem. Dit touw wordt veelal gebruikt bij speoleologen omdat zij enkel stijgen en dalen op touw en zelden tegen wanden. Dit touw mag niet gebruikt worden om stijgende klimmers te beveiligen omdat het niet meerekt en de val dus veel harder zou worden. Het wordt wel gebruikt bij rotsklimmers om te abseilen omdat het niet meerekt. Over het algemeen zijn de statische touwen goedkoper en duurzamer dan dynamische touwen. Deze touwen hebben een wijd verspreidingsgebied. Het lage rekpercentage van 2% geeft dus extra mogelijkheden. Dat betekend wel dat een statische lijn, bij een maximale belasting, over 100m dus 2 meter extra rekt. Statisch touw rekt tussen de 0 en 2% Semi-dynamische touwen Deze touwen worden meestal statische touwen genoemd. Helemaal statisch zijn ze niet. Ze rekken wel een beetje zodat ze een geringe capaciteit hebben om valenergie te absorberen. Ze hebben juist voldoende rek om de valenergie te absorberen met valfactor lager dan 0.3 Gebruik : situaties waarbij de valfactor lager is dan 0.3, dit houdt in 1. Niet geschikt bij voorklimmen 2. Wel geschikt bij topropeklimmen Ze worden gebruikt in de speleologie, voor hoogtewerken, canyonning, etc. Er zijn drie types semidynamische touwen. type a: touwen voor alle gebruik, van 10 tot 16 mm type b: touwen voor lichter gebruik, van 9 tot 10 mm. Deze touwen worden specifiek gebruikt in de speleologie type c: zeer lichte touwen, 8 mm, waarvan het gebruik moet beantwoorden aan de specifiek geldende richtlijnen in de speleologie. Dynamische touwen Moderne touwen zijn vervaardigd uit een groot aantal synthetische vezels. Deze polyamidevezels hebben een dwarsdoorsnede van ongeveer 0,03 mm. Een klimtouw met een doorsnede van 10,5 mm heeft al gauw 80.000 vezels. Deze vezels zijn tot garens gesponnen die weer tot draden zijn gevlochten. De Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 12

touwkern bestaat uit enkele tientallen draden en wordt omhuld door een gevlochten mantel. De gewichtsverhouding tussen de mantel en de kern is 40% en 60%. De mantel van het touw heeft een belangrijke functie, deze neemt energie op bij een val en beschermt de kern tegen mechanische slijtage. Bij een zelfde diameter, heeft een touw met meer interne draden (de lichte rondjes in de afbeelding) betere dynamische eigenschappen, de buitenmantel is dan dunner, waardoor de weerstand tegen slijtage kleiner is. Een kleiner aantal interne draden en een dikkere mantel maakt het touw meer resistent tegen slijtage, maar de dynamische eigenschappen zijn iets minder. De mantel van het touw kan m.b.v. een speciale behandeling (o.a. een impregnatie-middel) waterafstotend gemaakt worden. Als een touw niet geïmpregneerd is en in contact komt met water, dan kan het touw 50% in gewicht toenemen. Vochtigheid tast de breeksterkte van het touw aan, waardoor deze 2 a 3 normvallen minder zou kunnen houden (dit geldt ook voor een bevroren toestand). Als een touw is geïmpregneerd dan wordt dit aangegeven met superdry of everdry. De impregnering neemt naar mate het touw ouder wordt af. Sommige touwen hebben nog een aantal bijkomende eigenschappen, De dry procedure die het touw beschermt tegen de opname van vocht, voorkomt gewichtstoename en bevriezing tijdens een beklimming in sneeuw en ijs. Voor sportklimtouwen (enkel) niet echt een noodzaak dus. Een midden markering is nuttige informatie wanneer men dezelfde route terug moet afdalen, of bij het installeren van een toprope. Een soepeler weving aan de uiteinden zorgt voor een betere knoopbaarheid. Dynamisch touw heeft een bijzondere elastische werking die de val van een klimmer kan verwerken. Dynamisch touw rekt ongeveer van 0 tot 12% bij een statische belasting Dynamisch touw rekt maximaal 12 tot 24% bij een schokbelasting Wanneer je dus aan een statisch touw van 50 meter abseilt, zou je een totale lengte van 54/55m kunnen abseilen door de touwrek. Bij een maximale valfaktor (zie theorie zekertechnieken) rekt het dynamisch touw tegen de 24%. Er zijn verschillende soorten dynamisch touw op de markt verkrijgbaar. Bij de keuze van een dynamisch klimtouw dient u met het volgende rekening te houden: Aantal UIAA-vallen (UIAA = Union Internationale des Associations Alpinisme). UIAA geeft een duidelijke indicatie van de gebruiksduur van het touw. Hoe groter het aantal UIAA-vallen, hoe veiliger het touw. Echter op dit moment hanteert men in Europa de zogenaamde CE-norm. In de praktijk noemt men dit ook wel een norm-val (faktor 2, zie theorie zekertechnieken). Touwrek. Dit is de relatieve lengte-toename van het touw bij verschillende laboratoriumomstandigheden. Metergewicht. 100 meter touw met een doorsnede van 11mm heeft gemiddeld een gewicht van ongeveer 7,5 kg. Hiermee moet u ook rekening houden. Gebruikersdoel. Hoe groot moet de doorsnede van het touw zijn, enz. Voor het soort terrein. Voor de meeste touwtechnieken heeft u vaak reepsnoer (ook wel prusiktouwtjes genoemd) nodig. Reepsnoer is niets anders dan dunner touw, dat uiteraard ook aan strenge norm-eisen moet voldoen. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 13

Diameter (mm) 3 4 5 6 7 8 9 Breeksterkte nvt nvt 320 500 720 980 1280 Euro-norm (dan) Gewicht (g/m) 2.2 5.4 10 18 23 30 40 De breeksterkte van touw De breeksterkte van het touw neemt af naarmate deze ouder wordt. Een touwsoort welke is gemaakt van natuurlijke vezels zal op den duur door weersinvloeden gaan rotten. De waarde van de breeksterkte ligt sterk onder de ware breeksterkte. Deze veiligheidsmarge is als het ware een correctie op de leeftijd en het onderhoud van het touw. Concluderend is de breeksterkte afhankelijk van: De leeftijd en onderhoud van het touw. De weefconstructie van het touw. De diameter van het touw. De touwsoort. De toegepaste touwtechnieken (knopen etc.) Binnen de klimwereld kent men ook de zogenaamde touwclassificatie. Er wordt hier een onderscheid gemaakt tussen enkeltouw, dubbeltouw en duo- of tweelingtouw. De diameter kan bij deze classificatie variëren. De codering van de touwen kent 5 classificaties, enkel touw, dubbel touw/half touw, tweelingtouw, canyoningtouw en touringtouw. Naast deze classificaties zijn er natuurlijk ook nog de speleotouwen (statische touwen). Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 14

Enkeltouw wordt aangegeven met een 1. Dit is het touw wat wij gebruiken bij het sportklimmen. Halftouw cq dubbeltouw wordt veelal gebruikt bij het alpineklimmen. Let wel op dat de touwen hier onafhankelijk t.o.v. elkaar door de setjes loopt. Tweelingtouw wordt ook gebruikt bij alpineklimmen, hier lopen de beide touwen wel door dezelfde setjes. De levensduur van een touw is afhankelijk van de gebruikersintensiteit, de vorm van klimmen, de klimatologische omstandigheden, het soort gebruik en het onderhoud. Een touw dat u regelmatig gebruikt gaat 1 tot 2 jaar mee, daarna neemt de veiligheidsgarantie van het touw af. Bij intensief touwgebruik zal het touw om de 3-10 maanden vervangen moeten worden. Een touw dat u zelden gebruikt moet u na 4 jaar vervangen. Wanneer het touw met vluchtige of bijtende stoffen in aanraking is geweest of de mantel flink beschadigd is geraakt zult u een nieuw touw moeten aanschaffen.edelrid is op het idee gekomen om een dagboek bij te houden, waarin u de gebruiksmeters kunt bijhouden (zie de volgende pagina). Het aantal klimmeters moet vermenigvuldigd worden met de factor 0,33 en het aantal abseilmeters met 1,66. Het onderhoud van een touw begint vaak bij de opslag. Het beste kunt u een touw bij een temperatuur van 20C en een luchtvochtigheid van maximaal 60% opslaan. Oudere touwen kunt u behandelen met een impregneermiddel, waardoor de waterafstotende eigenschappen volledig hersteld worden. Elk soort misbruik, zoals het schuren langs scherpe of ruwe randen, of over een oppervlak waarbij veel gruis en dergelijke tussen de garens kan dringen, zal de mantel en de kern doen slijten. Ga daarom nooit op een touw staan! Kleine scherpe steentjes kunnen hierdoor door de mantel dringen en bij belastingen de kern beschadigen. Een nadeel van synthetische touwen is de "lage" smelttemperatuur. Polypropyleen smelt al bij 165 C, nylon bij 250 C en polyester bij 260 C. Inspecteer het touw daarom regelmatig. Wanneer de mantel van een touw zodanig is versleten dat u de kern kunt zien, is het touw ongeschikt voor verder gebruik. Wanneer de kern is beschadigd kunt u dit zien aan een verkleining van de kerndiameter. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 15

Natuurvezel touw Er is natuurlijk niet alleen hypermodern kunststof touw, maar wordt er ook met andere materialen gewerkt in de buitensport. Het is daarom wel van belang dat u weet welke krachten deze touwsoorten kunnen dragen. De meest voorkomende en bekendste soorten zetten we op een rijtje (in dan/kg). Touwsoort 8mm 10mm 16mm Polyamide (nylon) 1300 2000 5000 Polyester 1000 1600 4000 Polypropyleen 900 1400 3500 Polyethyleen 700 1100 2800 Hennep 500 700 1900 Manilla 400 600 1800 Sisal 400 600 1800 De grootste vijand van natuurvezeltouwwerkis vocht. Als dat niet vrij kan verdampen, treedt er na 24 uur een onomkeerbaar rottingsproces op. Veel instructeurs proberen dit te voorkomen door nat natuurvezeltouwwerk op te hangen in losse bochten. Het enige resultaat daarvan is dat het vocht in de onderste bochten zakt en daar, op de grens van nat en droog, rotplekken doet ontstaan. Natuurvezeltouwwerk met rotplekken (al is het er maar één) is gevaarlijk! Conclusie van gebruik van natuurvezeltouw - prima voor indoorgebruik, voor buitengebruik te veel onderhoud. - natuurvezel is prima te gebruiken voor touwbanen en kan meer warmte hebben. - Natuurvezel is op langere termijn duurder dan kunstof touw. Dit vanwege de duurzaamheid. - Natuurvezel kan rotten, kunstof niet. Dit is gemakkelijker voor het onderhoud. Het komt er op neer dat je beter kunstof touwen kunt aanschaffen m.b.t. de duurzaamheid en onderhoud. Normen van touwen De UIAA (union internationale des associations d' alpinisme) ontwikkelde als eerste een internationale standaard voor dynamische en statische touwen, hulptouwen, en gordels. Later baseerde de EG zich op de UIAA normen om een eigen EN norm te omschrijven. De verschillen tussen UIAA en EN gaan voornamelijk over de markering en de kwaliteitscontrole. Er bestaan europese normen voor dynamische touwen (EN892), statische touwen (= semi-statische touwen) (EN1891), hulptouwtjes, slings, hulptouwtjes, gordels,... Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 16

Normen voor dynamische en semi-statische touwen EN 1891 Semi-statische touwen: vast touw voor bergsport, speleo, industriële toepassing, redding,.. (type A en B touwen). EN 892 dynamische touwen voor beoefenen van alpinisme. UIAA & EN892 norm voor dynamische touwen De impactwaarde moet kleiner zijn dan 1200daN; (bij een valfactor 1.77 met 80 kg ) voor enkel touw, en twin touw en kleiner dan 800 dan (bij een valfactor 1.77 met 55kg ) voor dubbel touw. Moet kunnen weerstaan aan minimum 5 vallen (enkel en dubbel touw) met factor 1.77 (met valmassa zie hierboven) of 12 normvallen voor tweeling touw. Verlenging onder statische belasting: maximum 10% rek bij toename van 5 tot 80kg (enkel touw). Knoopbaarheid (knoopsoepelheid): knoopbaarheidsfactor 'K' ( = touw diameter / interne diameter van de opening in de knoop) drukt uit hoe soepel men een knoop kan leggen. Mantelverschuiving: maximaal 40 mm mantelverschuiving toegelaten over een lengte van 2 meter (touw wordt 5 keer door een testtoestel getrokken). Markering: touwtype (1 of 1/2 of twin), constructeur en CE merkteken. EN1891 norm voor semi-statische touwen Impactwaarde moet kleiner zijn dan 6kN; valfactor 0.3 met 100kg. Moet kunnen weerstaan aan minimum 5 vallen met factor 2(belasting zoals boven vermeld), 8 knopen Verlenging bij belastingtoename van 50kg tot 150kg maximaal 5%. Knoopbaarheid (factor K < 1.2) Mantelverschuiving minder dan 15 mm. Mantel: een bepaald minimum van de totale touwmassa. Statische last: minimum 22kN. Markering op touweinde: type touw (A or B), diameter, constructeur en de EN norm. Onderhoud en inspectie van dynamische touwen De gemiddelde levensduur van een touw bij normaal gebruik: - Dagelijks en intensief gebruik : 1 jaar - Wekelijks en intensief gebruik : 2 jaar - Dagelijks gebruik in het seizoen en gemiddelde intensiteit : 3 jaar - Wekelijks gebruik in het seizoen en gemiddelde intensiteit : 5 jaar - Enkele keren gebruik per jaar met gemiddelde intensiteit : 7 jaar - Zeer sporadisch gebruik met gemiddelde intensiteit : 10 jaar Opgelet : dit is de gemiddelde gebruikstermijnen. Een touw kan stuk gaan bij het eerste gebruik! Een goede opberging tussen de gebruiken door is noodzakelijk. De gebruikstermijn mag nooit 10 jaar overschrijden. De levensduur (stockage voor gebruik + bebruikstermijn) is gelimitteerd tot 15 jaar. 1. Het touw zal echter eerder moeten vervangen worden: 2. als het touw het aantal opgegeven normvallen heeft moeten doorstaan 3. als bij inspectie schade aan de kern of mantel wordt vastgesteld 4. als er contact is geweest met chemische, bijtende stoffen. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 17

Vervolg Onderhoud en inspectie van dynamische touwen Tijdens het verouderingsproces doorloopt een touw drie fasen: 1. aanvankelijk is het soepel en gemakkelijk te hanteren 2. vervolgens wordt het touw stijver, stugger 3. tenslotte wordt het wollig en opnieuw soepel (en kan het tot 5% korter worden). Vermijd absoluut volgende toestanden: 1. Bij rappel en toprope, het touw nooit door plaathaken, geslagen haken, boomtakken of bandslings laten lopen. 2. Snelle afdalingen (rappel en toprope) absoluut vermijden, want door wrijving van het touw over de afdaalacht, musketon,... kan de temperatuur van de afdaalapparaten zo hoog oplopen dat de smelttemperatuur (230 C) van de polyamide bereikt wordt. 3. Nooit meerdere touwen door afdaalringen, musketons of "maillon rapide" laten lopen. Bij afdalingen schuurt het ene touw fel over het andere waardoor de temperatuur hoog kan oplopen (doorbranden) 4. Vermijd veelvuldige blootstelling een zonlicht, warmtebronnen (max 80 C) en contact met bijtende producten. Periodieke inspectie van een touw Interne onregelmatigheden (van de kern) zijn goed op te sporen als men het touw over zijn gehele lengte verschuift tussen te vingers. Periodiek onderhoud en opslag - De ideale stockageplaats: koele, droge en donkere ruimte. - Het is aan te raden een touw af en toe te wassen met koud water. Zo wordt vermeden dat zand en vuil tussen de kerndraden komt te zitten en daar een schurende uitwerking op de vezels heeft. - Men mag wasmiddel gebruiken zoals voor "delicate was". Het reinigen mag met een zachte borstel, met de hand of met een wasmachine (steek het touw dan in een lakenzak). Laat het touw vervolgens rustig (niet geforceerd met één of andere warmtebron) drogen. Zeker niet drogen in een droogtrommel. - controleer de uiteinden of deze nog netjes zijn afgebrand. Als het touw gaat ravelen is het hoog nodig tijd om dit te corrigeren. Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 18

Markeren van touwen Voor een goede opslag moet het touw zijn voorzien van een codering van de organisatie. Op deze codering staand de volgende gegevens: - in gebruikname datum - lengte van het touw - diameter van het touw - soort touw Zorg dat de uiteinden van het touw netjes zijn afgebrand. Hiervoor kun je aparte touwbranders aanschaffen. Zorg ervoor dat de uiteinden niet scherm zijn. Controle van vaste oogpunten Tegenwoordig wordt er ook veel gebruik gemaakt van vaste inbindpunten, daarbij gebruiken we dus niet meer een knoop. Deze moeten natuurlijk regelmatig gecontroleerd worden op: 1. slijtage 2. stiksels 3. druppel (touwbescherming van de lus) Buitensportliteratuur Sportinstitute Europe, buitensportmateriaal 19