INSURANCE Burgerlijke Aansprakelijkheid Bedrijven Algemene Voorwaarden Maatschappelijke zetel Zetel Antwerpen ING 320-0002736-90 Henri Matisselaan 16, 1140 Brussel Desguinlei 92, 2018 Antwerpen IBAN BE34 3200 0027 3690 T +32 2 728 91 11 F +32 2 728 91 00 T +32 3 244 66 88 F +32 3 244 66 87 BIC BBRUBEBB E info@inginsurance.be www.inginsurance.be RPR 0404.500.094 ING Insurance nv, verzekeringsonderneming toegelaten onder codenummer 0051. 2539 09/04
Alle oplichting of poging tot oplichting van de verzekeringsmaatschappij brengt niet alleen de opzegging van de verzekeringsovereenkomst mee, maar wordt ook strafrechtelijk vervolgd op grond van artikel 496 van het Strafwetboek. De betrokkene zal bovendien opgenomen worden in het bestand van het Economisch Samenwerkingsverband Datassur, dat de speciaal op te volgen verzekeringsrisico s ter herinnering brengt aan de aangesloten leden-verzekeraars. De verzekerde stemt er bij deze mee in dat de verzekeringsonderneming ING Insurance nv het ESV Datassur persoonsgegevens meedeelt die relevant zijn in het exclusieve kader van de beoordeling van de risico s en van het beheer van de contracten en desbetreffende schadegevallen. Iedere persoon die zijn identiteit aantoont, heeft het recht zich tot Datassur te richten om de gegevens die op hem betrekking hebben in te zien en, in voorkomend geval, te laten rechtzetten. Om dat recht uit te oefenen moet de persoon in kwestie een gedateerd en ondertekend verzoek, samen met een kopie van zijn identiteitskaart, sturen naar het volgende adres: Datassur, dienst Bestanden, de Meeûsplantsoen, 29 te 1000 Brussel. Indien de verzekeringsnemer klachten heeft in verband met dit contract, kan hij zich wenden tot hetzij de Ombudsdienst ING Insurance nv, Desguinlei, 92 te 2018 Antwerpen, hetzij de CBFA (Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen), Congresstraat, 10-16 te 1000 Brussel, hetzij de Ombudsman van ASSURALIA, de Meeûsplantsoen, 35 te 1000 Brussel. Dergelijke klacht sluit de mogelijkheid om een gerechtelijke procedure te starten niet uit. De verzekeraars zijn voortaan extra waakzaam om fraude op te sporen u die ter goeder trouw bent kunt op ons rekenen Betaal niet onnodig voor anderen, help ons misbruik te voorkomen
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Hoofdstuk 2 BA Uitbating 4 - Voorwerp van de waarborg - Gedekte aansprakelijkheid - Gedekte schade - Verzekeringsgebied - Bedrag van de waarborg - Bijzondere waarborgen Hoofdstuk 3 Toevertrouwde Goederen 8 - Voorwerp van de waarborg - Gedekte aansprakelijkheid - Gedekte schade - Verzekeringsgebied - Beperkingen van de waarborg Hoofdstuk 4 BA Na levering/na Werken 10 - Voorwerp van de waarborg - Gedekte aansprakelijkheid - Gedekte schade - Verzekeringsgebied - Dekkingsgrenzen - Verplichtingen van de verzekeringsnemer - Beperkingen van de waarborg Hoofdstuk 5 Rechtsbijstand 13 - Inleidende bepalingen - Gewaarborgd schadegeval - Voorwerp van de waarborg - Verplichtingen van de verzekerde - Omvang van de waarborg - Maximale tussenkomst - Beperkingen van de waarborg - Uitbreidingen van de waarborg - Indexering - Duurtijd Hoofdstuk 6 Voorwaarden van toepassing 18 - Onderaannemers - Beperkingen van de waarborgen 1
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 7 Administratieve Bepalingen 23 - Beschrijving en wijziging van het risico - mededelingen van verzekeringsnemer - Betaling van de premies - Wijzigingen van de verzekeringsvoorwaarden of van het tarief - Vaststelling van de premie - Verplichtingen bij schadegeval - Leiding van het geschil - Schadeloosstelling door de verzekerde - Aanvang - duur - vernieuwing - schorsing einde van de overeenkomst - Opzeggingswijzen - Mededelingen en kennisgevingen - Algemene bepalingen VERKLARENDE WOORDENLIJST 33 2
Hoofdstuk 1 ALGEMENE BEPALINGEN Art. 1 Indien op het ogenblik dat de schade ontstaat de algemene voorwaarden Burgerlijke Aansprakelijkheid Bedrijven gewijzigd zijn, zullen automatisch de voor de verzekeringsnemer meest gunstige voorwaarden toegepast worden. Dit geldt enkel voor zover deze nieuwe algemene voorwaarden geen hoger tarief impliceren en voor zover de overeenkomst niet door één van de partijen opgezegd werd. Indien een bepaalde waarborg niet opgenomen werd in de bijzondere voorwaarden van de verzekeringsovereenkomst kan op die specifieke dekking geen beroep gedaan worden in de overige hoofdstukken. 3
Hoofdstuk 2 BA UITBATING Voorwerp van de waarborg Gedekte aansprakelijkheid Art. 2 De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade aan derden toegebracht in het kader van de in de bijzondere voorwaarden omschreven activiteit en tijdens het uitvoeren ervan. Art. 3 De waarborg wordt verleend op basis van de aansprakelijkheidsregels volgens Belgisch en buitenlands recht zoals die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet. De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele aansprakelijkheid en de contractuele aansprakelijkheid voor zover deze laatste voortvloeit uit een feit dat op zichzelf aanleiding kan geven tot buitencontractuele aansprakelijkheid. De dekking is evenwel beperkt tot de vergoedingen die verschuldigd zouden zijn als aan de aansprakelijkheidsvordering een buitencontractuele grondslag was gegeven. Art. 4 De overeenkomst waarborgt eveneens de vergoedingsplicht op basis van art. 544 B.W. die de verzekeringsnemer kan ten laste gelegd worden met betrekking tot de gebouwen en infrastructuur die dienstig zijn voor de actieve exploitatie. Gedekte schade Art. 5 5.1. De overeenkomst waarborgt de vergoeding voor de lichamelijke schade, de zaakschade en de immateriële gevolgschade. 5.2. De zuiver immateriële schade wordt gewaarborgd indien ze voortvloeit uit een gebeurtenis die onopzettelijk en onvoorzienbaar is voor de verzekeringsnemer en zijn leidinggevenden. Verzekeringsgebied Art. 6 De dekking geldt over de hele wereld voor zover het gaat om schadegevallen die betrekking hebben op activiteiten van een in België gevestigde exploitatie. 4
BA UITBATING Bedrag van de waarborg Art. 7 Voor volgende gevallen geldt per schadegeval een maximumwaarborg van 125.000 EUR: 7.1. zuiver immateriële schade (art. 5.2); 7.2. art. 544 B.W. (art. 4); 7.3. de zaakschade en immateriële schade die het gevolg is van water, vuur, rook, ontploffing of implosie; 7.4. de contractuele aansprakelijkheid die gedefinieerd wordt in art. 8.5.; 7.5. milieuaantasting Bijzondere waarborgen Art. 8 Binnen de dekkingsgrenzen van de overeenkomst wordt de waarborg verleend voor: 8.1. 8.1.1. Het gebruik van materieel dat behoort tot de normale uitrusting nodig om de verzekerde activiteit te kunnen uitoefenen. Voor wat het rollend materieel betreft zoals onder meer heftrucks en andere hef- en graaftoestellen geldt het volgende: 8.1.1.1. Wanneer het een bedrijfsrisico betreft (een ongeval dat niet onder de toepassing valt van de verplichte verzekering voor motorrijtuigen) is de waarborg verworven zowel binnen als buiten de omheining van het bedrijf of de werf; 8.1.1.2. Wanneer het een rijrisico betreft van een voertuig dat niet ingeschreven is, is de waarborg verworven op het eigen terrein of werf en daarbuiten tot op een afstand van maximaal 50 meter van een toegangspoort. Deze dekking geldt niet voor zelfrijdende werk- of werftuigen die voorzien zijn van een inschrijvingsplaat noch voor voertuigen bestemd voor personenvervoer. 8.1.2. Het gebruik door aangestelden van motorrijtuigen voor de uitvoering van hun dienst waarvoor geen burgerlijke aansprakelijkheidsdekking bestaat en die geen eigendom zijn van de verzekeringsnemer noch door deze laatste ter beschikking werden gesteld. De persoonlijke aansprakelijkheid van de voerder en de schade aan het motorrijtuig worden niet verzekerd. 5
BA UITBATING 8.1.3. In die gevallen waarin het rijrisico verzekerd wordt en de wet inzake de verplichte aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen van toepassing is, verleent de maatschappij voor zelfrijdende werk- of werftuigen dekking op basis van het typecontract "Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen" en dit tot beloop van de bedragen voorzien door de Wet van 21.11.1989 terzake, met inbegrip van de schade-eisen die geformuleerd worden op basis van art. 29 bis van deze wet. 8.2. Het eigen gebrek van het verzekerde bedrijfsmaterieel dat aan de verzekeringsnemer toebehoort en dat occasioneel ter beschikking gesteld wordt van derden. Deze waarborg geldt niet voor materieel dat verhuurd wordt, in leasing gegeven wordt of op proef ter beschikking gesteld is van cliënten of van derden. 8.3. Het bedrijfsgebouw inclusief het door de verzekeringsnemer bewoonde privé-gedeelte. 8.4. De werken die uitgevoerd worden door de aangestelden van de verzekeringsnemer voor zijn privé-rekening of voor die van de directieleden en hun gezinsleden op voorwaarde dat de verzekeringsnemer hiervoor kan aansprakelijk gesteld worden. 8.5. De contractuele aansprakelijkheid door brand of ontploffing ontstaan in ruimten en installaties die de verzekerde gebruikt of huurt voor een periode van maximum 30 dagen per jaar voor het organiseren van sociale of commerciële evenementen. 8.6. Het gratis verstrekken van voedsel en drank aan bezoekers van het bedrijf (met inbegrip van het voedselvergiftigingsrisico). 8.7. De schade aan de voertuigen en de andere persoonlijke goederen van de aangestelden en de zelfstandige medewerkers voor zover ze het ongeval niet hebben veroorzaakt of mede veroorzaakt. 8.8. De schade die aan derden wordt toegebracht door personeel dat vreemd is aan de verzekerde onderneming maar dat onder gezag, leiding en toezicht van een verzekerde werkt in het kader van de verzekerde activiteit. Indien de aansprakelijkheid van de verzekeringsnemer in het gedrang komt naar aanleiding van een arbeidsongeval overkomen aan een dergelijk lid van het personeel dan zal de maatschappij dekking verlenen voor de verhaalsvorderingen van de arbeidsongevallenverzekeraar van het slachtoffer, van het slachtoffer zelf en van zijn rechthebbenden. 6
BA UITBATING De verzekeringsnemer zal bij de aangifte ter berekening van de jaarlijkse premie ofwel de totale bezoldigingen van de geleende werknemers, ofwel het totaal van de facturen voor het ontlenen bijvoegen. Ingeval hij voor aangifte van de facturen opteert, gebeurt de afrekening op basis van 60 % van het aangegeven totaal van de facturen. Indien de premiestelling op forfaitaire basis gebeurt conform artikel 41.3, hoeven geen bezoldigingen noch factuurbedragen aangegeven te worden. 8.9. De aansprakelijkheid van de verzekeringsnemer wanneer die in het gedrang komt ingevolge schade die wordt toegebracht aan een persoon die bij het verzekerde bedrijf een proef komt afleggen met het oog op het afsluiten van een arbeidsovereenkomst. 8.10. De burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekeringsnemer voor schade aan de derde-ontleners veroorzaakt door personeel dat occasioneel door de verzekeringsnemer werd uitgeleend aan deze derde om werken onder leiding en toezicht van deze te laten uitvoeren, voor zover de schade te wijten is aan de slechte keuze van dit uitgeleend personeel. Deze uitbreiding geldt slechts voor zover het om dezelfde bedrijfsactiviteit gaat als deze verzekerd in deze overeenkomst. 8.11. Schade veroorzaakt door gewone onderhouds- en herstellingswerken aan het materieel, de installaties en de gebouwen die dienstig zijn voor de actieve exploitatie. Blijven evenwel uitgesloten: werken die de stabiliteit van het gebouw beïnvloeden, afbraak-, bouw- en verbouwingswerken alsmede graafwerken met gebruik van mechanische werktuigen tenzij deze werken behoren tot de verzekerde activiteit. 8.12. Schade die aan derden wordt toegebracht ter gelegenheid van het deelnemen aan en het organiseren van commerciële en sociale evenementen. 7
Hoofdstuk 3 TOEVERTROUWDE GOEDEREN Voorwerp van de waarborg Gedekte aansprakelijkheid Gedekte schade Art. 9 De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade toegebracht aan goederen, toebehorend aan derden of aan cliënten, waarvan een verzekerde in het kader van de in de bijzondere voorwaarden omschreven activiteit houder is of aan goederen die het voorwerp van zijn werkzaamheden uitmaken. Art. 10 De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele en de contractuele aansprakelijkheid naar Belgisch en buitenlands recht volgens de aansprakelijkheidsregels die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet. Art. 11 11.1. Deze waarborg verzekert de zaakschade aan de toevertrouwde goederen en de immateriële gevolgschade ervan. 11.2. Voor werk dat bij derden wordt uitgevoerd, gelden de kapitalen voor schade aan toevertrouwde goederen voor het gedeelte van het goed waaraan werkelijk gewerkt wordt op het ogenblik van het schadegeval. De schade aan het andere gedeelte wordt vergoed op basis van de modaliteiten voorzien in hoofdstuk 2. Verzekeringsgebied Art. 12 De dekking geldt over de hele wereld voor zover het gaat om schadegevallen die betrekking hebben op activiteiten van een in België gevestigde exploitatie. Beperkingen van de waarborg Art. 13 De overeenkomst waarborgt niet: 13.1. De schade aan roerende of onroerende goederen waarvan de verzekerden huurder of gebruiker zijn evenals de schade die veroorzaakt wordt door water, vuur, rook, ontploffing of implosie (uitgezonderd hetgeen bepaald wordt in hoofdstuk 2 art.8.5). 13.2. De schade aan goederen of dieren die aan de verzekerde onderneming zijn toevertrouwd met het oog op opslag, tentoonstelling, kweek, verkoop, vervoer of louter met het oog op bewaarneming. 8
TOEVERTROUWDE GOEDEREN 13.3. De schade aan goederen verkocht of vervaardigd door de verzekerde onderneming zelf of door met haar gelieerde bedrijven tijdens de plaatsing of levering ervan. 13.4. De schade aan goederen die aan derden toebehoren en die door de verzekerden bij de uitvoering van werkzaamheden gebruikt worden. 13.5. De schade voortvloeiend uit diefstal, verlies of verdwijning en de schade aan geld of waardepapieren. 9
Hoofdstuk 4 BA NA LEVERING / NA WERKEN Voorwerp van de waarborg Art. 14 De maatschappij waarborgt de verzekerde tegen de geldelijke gevolgen van zijn burgerlijke aansprakelijkheid wegens schade veroorzaakt aan derden in het kader van de in de bijzondere voorwaarden omschreven activiteit door de producten na de levering of door de werken na de uitvoering voor zover de schade zich tijdens de looptijd van deze overeenkomst voordeed. Onder levering van producten of uitvoering van werken wordt verstaan de feitelijke, zelfs gedeeltelijke aflevering of overdracht van de werken of producten aan een medecontractant of aan een derde, zelfs indien de producten of werken nog niet werden aanvaard. De waarborg blijft verworven voor vorderingen die na het einde van de overeenkomst worden ingediend. Gedekte aansprakelijkheid Gedekte schade Art. 15 De verzekerde aansprakelijkheid is de buitencontractuele en de contractuele aansprakelijkheid naar Belgisch en buitenlands recht volgens de aansprakelijkheidsregels die van kracht zijn op het ogenblik dat de schade zich voordoet. Art. 16 De overeenkomst waarborgt de vergoeding voor: 16.1. lichamelijke schade, zaakschade en immateriële gevolgschade; 16.2. zuiver immateriële schade die voortvloeit uit de beschadiging van het geleverd goed door brand, ontploffing, implosie of materiële breuk, te wijten aan een intern gebrek ervan, tot beloop van maximum 125.000 EUR per schadegeval. Verzekeringsgebied Art. 17 De waarborg is verworven voor de levering door een in België gelegen exploitatie van producten of werken over heel de wereld met uitsluiting van die welke met kennis van de verzekerde onderneming bestemd zijn voor de USA of voor Canada. 10
BA NA LEVERING / NA WERKEN Bedrag van de waarborg Art. 18 De jaarlijkse dekkingsgrens is van toepassing voor alle schade ontstaan tijdens hetzelfde verzekeringsjaar. Schade die te wijten is aan dezelfde oorzaak wordt geacht te zijn ontstaan in de loop van het verzekeringsjaar waarin de eerste schade ontstond. Voor de volgende gevallen geldt per schadegeval en per verzekeringsjaar een maximumwaarborg van 125.000 EUR: - de zaakschade door water, vuur, rook, ontploffing of implosie en de immateriële schade die er het gevolg van is; - milieuaantasting. Verplichtingen van de verzekeringsnemer Art. 19 De verzekeringsnemer verbindt zich ertoe: 19.1. zijn producten aan de gebruikelijke tests en controles te onderwerpen volgens de recentst beschikbare technologische middelen; 19.2. alle technische gegevens tien jaar bij te houden na het op de markt brengen van zijn producten en tevens de meetresultaten van de uitgevoerde tests en controles te registreren en gedurende een zelfde periode te bewaren. Indien het niet-naleven van de in 19.1. en 19.2. vermelde verplichtingen ertoe leidt dat de aansprakelijkheid niet kan betwist worden, blijft de waarborg verworven, maar met toepassing van een vrijstelling van 25 % van het schadebedrag met een minimum van 2.500 EUR. Beperkingen van de waarborg Art. 20 De overeenkomst waarborgt niet: 20.1. De vergoeding van de schade aan de geleverde producten of aan de geleverde werken, de kosten om de producten te onderzoeken, te herstellen, te vervangen of het werk opnieuw uit te voeren. De opsporingskosten zijn evenwel zonder enige vrijstelling gewaarborgd voor een bedrag van 2.500 EUR. Indien evenwel het geleverde product of uitgevoerde werk werd geïntegreerd in een ander product of werk, dan is de schade aan het geheel gewaarborgd met uitsluiting van het door verzekerde geleverde product of werk. 11
BA NA LEVERING / NA WERKEN 20.2. De vergoeding van de kosten voor productrecall. Hieronder worden o.m. verstaan de kosten veroorzaakt door het opsporen van de houders van producten of werken die gebrekkig zijn of die vermoed worden het te zijn evenals de kosten om het publiek te waarschuwen en om de exemplaren van die producten of werken die mogelijk schade kunnen veroorzaken terug te trekken en te onderzoeken behoudens hetgeen bepaald wordt in art. 52 van de wet van 25/06/1992 op de landverzekeringsovereenkomsten. 20.3. De schade die louter voortvloeit uit het feit dat de geleverde producten of werken niet aan het doel beantwoorden of niet de functie vervullen waarvoor ze bestemd waren, zoals onder meer het niet voldoen aan de specificaties op het vlak van rendement, efficiëntie, geschiktheid, duurzaamheid of kwaliteit. 20.4. De schade tengevolge van feiten of gebeurtenissen waarvan de verzekeringsnemer of zijn leidinggevenden kennis hadden op het ogenblik dat de overeenkomst werd afgesloten en die van aard waren aanleiding te geven tot toepassing van de waarborg. 20.5. De schade die voortvloeit uit een gebrek dat bij levering gekend was door of zichtbaar was voor de verzekeringsnemer of zijn leidinggevenden. 20.6. De schade veroorzaakt door producten geleverd of werken uitgevoerd voor de werking, de bouw, de uitrusting of de exploitatie van vliegtuigen, ruimtetuigen, schepen, nucleaire en offshore-installaties, tenzij dit gebeurde buiten medeweten van de verzekerden. 20.7. De schade-eisen die rechtstreeks of onrechtstreeks verband houden met de tienjarige aansprakelijkheid op basis van de artikelen 1792 en 2270 van het Burgerlijk Wetboek of gelijkaardige bepalingen van buitenlands recht. 12
Hoofdstuk 5 RECHTSBIJSTAND Voorafgaandelijke bepaling Gewaarborgd schadegeval Art.21 De bepalingen van de overige hoofdstukken van deze overeenkomst zijn van toepassing op de waarborg Rechtsbijstand voor zover ze niet in strijd zijn met de specifieke bepalingen van dit hoofdstuk. Art.22 Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder gewaarborgd schadegeval verstaan het feit of het geheel van feiten met eenzelfde oorsprong waardoor ter gelegenheid van de verzekerde activiteit of in het kader van deze activiteit schade ontstaat. Voorwerp van de waarborg Strafrechtelijke verdediging Burgerlijk verhaal Art.23 Indien bij een schadegeval dat in hoofde van de verzekerde gewaarborgd is in één van de andere hoofdstukken van deze overeenkomst de feiten die aan de grondslag liggen van de aangerichte schade een inbreuk uitmaken op een strafrechterlijke bepaling zal de maatschappij de kosten van de strafverdediging ten laste nemen. Dit geldt enkel voor zover de verzekeringsnemer de desbetreffende waarborg effectief in de overeenkomst heeft laten opnemen. Art.24 Ingeval van een gewaarborgd schadegeval zal de maatschappij, voor zover de door haar nagestreefde regeling niet minnelijk kan bereikt worden, de kosten dragen om via een gerechtelijke procedure van een aansprakelijke derde op basis van diens buitencontractuele aansprakelijkheid naar Belgisch of naar buitenlands recht schadevergoeding te bekomen. Verzekeringsgebied Art.25 De dekking geldt over de hele wereld voor zover het gaat om schadegevallen die betrekking hebben op activiteiten van een in België gevestigde exploitatie. Dekking in de tijd Art.26 Voor wat het burgerlijk verhaal betreft geldt de waarborg voor schade die zich voordoet gedurende de looptijd van de overeenkomst voor zover het schadeverwekkend feit niet gekend was door de verzekeringsnemer op het ogenblik van het afsluiten van het contract. De waarborg strafrechtelijke verdediging geldt voor strafrechtelijke inbreuken die begaan werden gedurende de looptijd van de overeenkomst. 13
RECHTSBIJSTAND Begunstigden burgerlijk verhaal Omvang van de waarborg Art. 27 Enkel de verzekeringsnemer, de werkende vennoten, de bestuursorganen en de personen die gelijkaardige functies uitoefenen kunnen een beroep doen op de waarborg voorzien in art. 24. Art. 28 28.1. De maatschappij verdedigt de belangen van haar verzekerde en neemt de hieraan verbonden kosten voor haar rekening. Hierin zijn begrepen de erelonen en de kosten voor onderzoek, expertise en procedure voor zover de maatschappij voorafgaandelijk ingelicht werd over deze prestaties. 28.2. De verzekerde heeft de vrije keuze van een expert per domein, een advocaat of van iedere andere persoon die de wettelijke vereiste kwalificaties heeft om zijn belangen te verdedigen en te behartigen of die hem kan vertegenwoordigen in een procedure. Deze vrije keuze is evenwel per schadegeval beperkt tot één advocaat en één expert per domein. De vrije keuze van advocaat kan uitgeoefend worden wanneer een minnelijke regeling niet kan bereikt worden en, bijgevolg, een gerechtelijke procedure nodig wordt of in het geval zich een belangenconflict met de maatschappij voordoet. De betaling van de kosten en erelonen van diegenen, die door de verzekerde krachtens de waarborg rechtsbijstand vrij werden gekozen, wordt hetzij rechtstreeks door de maatschappij hetzij door de verzekerde - na voorafgaande en uitdrukkelijke goedkeuring door de maatschappij - uitgevoerd. De waarborg is niet verworven voor de bijkomende kosten die het gevolg zijn van: - de verandering van expert of advocaat die voortvloeit uit de enkele wil van de verzekerde; - de aanstelling van een expert of advocaat die niet gevestigd is in het land waar de procedure gevoerd wordt. Indien de maatschappij de staat van erelonen overdreven vindt, zal de verzekerde op kosten van de maatschappij - die dan de betwisting leidt - deze betwiste staat voorleggen aan het bevoegde gezag. 28.3. De verzekerde doet ten voordele van de maatschappij afstand van de rechtsplegingsvergoeding die in het kader van een procedure burgerlijk verhaal eventueel bekomen werd evenals van andere toegekende sommen die strekken tot vergoeding van kosten die gemaakt werden in het kader van de gevoerde procedure en die door de maatschappij waren voorgeschoten. 14
RECHTSBIJSTAND Objectiviteitsclausule Art. 29 29.1. Zonder afbreuk te doen aan hetgeen onder 29.2 van dit artikel bepaald wordt, mag de maatschappij haar medewerking weigeren of haar tussenkomst stopzetten: - wanneer zij meent dat een voorstel tot regeling billijk is; - wanneer zij meent dat een rechtsvordering of een verhaal tegen een gerechtelijke beslissing geen ernstige kans op succes heeft; - wanneer blijkt dat de als aansprakelijke beschouwde derde onvermogend is; - wanneer de verzekerde niet verschijnt voor de rechtbank, hoewel zijn persoonlijke verschijning door de rechtspleging vereist wordt. 29.2. Nadat de maatschappij schriftelijk haar standpunt over de te volgen gedragslijn heeft meegedeeld, mag de verzekerde een advocaat van zijn keuze raadplegen als hij het niet eens is met de visie van de maatschappij. Dit doet geen afbreuk aan het recht van de verzekerde om een rechtsvordering in te stellen. Indien de advocaat het standpunt van de maatschappij bevestigt, betaalt de maatschappij de helft van de erelonen en kosten van deze raadpleging terug. Indien de verzekerde tegen het advies van deze advocaat op eigen kosten een procedure begint en een beter resultaat behaalt dan wat hij zou hebben bereikt door het standpunt van de maatschappij te volgen, dan betaalt de maatschappij de kosten van de procedure en de raadpleging terug. Indien de geraadpleegde advocaat echter de stelling van de verzekerde bevestigt, neemt de maatschappij ongeacht de afloop van de procedure, de kosten en honoraria van de raadpleging voor haar rekening en verleent zij de waarborg. Maximale tussenkomst Art. 30 De maatschappij komt tussen tot een bedrag van 12.395 EUR per schadegeval. Voor het bepalen van dit bedrag wordt geen rekening gehouden met de kosten van intern dossierbeheer op de maatschappij of met de kosten en erelonen van het advies, gevraagd aan de advocaat overeenkomstig art.29.2. Als het verzekerde bedrag ontoereikend is, zal de verzekeringsnemer voorrang hebben op de andere verzekerden. 15
RECHTSBIJSTAND Beperkingen van de waarborg Art. 31 Onverminderd hetgeen bepaald wordt in art. 36 geldt deze overeenkomst niet: 31.1. voor gerechtskosten in strafzaken, boetes en transacties met het Openbaar Ministerie, noch voor kosten met betrekking tot de ademtest en de bloedanalyse; 31.2. voor kosten en honoraria die verschuldigd zijn door de verzekerde voor prestaties waarvan de maatschappij niet vooraf werd in kennis gesteld; 31.3. voor vorderingen met betrekking tot schade die naar aanleiding van de uitvoering van een contract worden ingesteld tegen een contractspartij ongeacht of dit gebeurt voor de strafrechter dan wel voor de burgerlijke rechter met inbegrip van vorderingen met betrekking tot de toepassing van dit contract; 31.4. voor de kosten en erelonen voor de rechtsvordering, waarvan het schadebedrag dat moet verhaald worden, in hoofdsom 620 EUR of minder bedraagt; 31.5. voor een procedure voor het Hof van Cassatie, de Raad van State, het Arbitragehof of een supranationale rechtsinstantie, wanneer het schadebedrag dat moet verhaald worden, in hoofdsom 2.500 EUR of minder bedraagt. Uitbreidingen van de waarborg Art.32 32.1. Onvermogen van derden Indien de verzekerde bij een gewaarborgd schadegeval dat in België gebeurde, geen volledige vergoeding kan verkrijgen omdat de aansprakelijke totaal onvermogend is, zal de maatschappij zelf de verzekerde tot een maximum van 6.200 EUR per schadegeval schadeloosstellen. 32.2. Voorschotten Bij een gewaarborgd schadegeval in België veroorzaakt door een geïdentificeerde derde, waarvan de aansprakelijkheid vaststaat, zal de maatschappij voor de verhaalbare schade tot een maximum van 6.200 EUR per schadegeval aan haar verzekerden voorschotten uitkeren. - De vergoedingen op basis van de artikelen 32.1 en 32.2 zijn cumuleerbaar tot een maximumbedrag van 6.200 EUR. 16
RECHTSBIJSTAND 32.3. Buitenlandse procedures Wanneer de verzekerde naar aanleiding van een gewaarborgd schadegeval als gedaagde verplicht is te verschijnen voor een buitenlandse rechtbank neemt de maatschappij de hierdoor veroorzaakte verantwoorde kosten van verplaat-sing en verblijf voor haar rekening. 32.4. Borgstelling Indien tengevolge van een gewaarborgd schadegeval een verzekerde aangehouden is en een borgsom geëist wordt voor zijn invrijheidstelling, verbindt de maatschappij zich ertoe de borgsom te storten. De verzekerde som bedraagt per schadegeval maximum 25.000 EUR. Wanneer de borgsom door de verzekerde werd gestort, betaalt de maatschappij de som aan de verzekerde terug. Zodra de gestorte borgsom vrijgemaakt is, moet de verzekerde alle formaliteiten vervullen die nodig zouden zijn voor de terugbetaling. Wanneer de gestorte borgsom in beslag genomen wordt voor niet gedekte kosten zal de verzekerde de maatschappij terugbetalen. 32.5. Genadeverzoek Zonder rekening te houden met de maximale tussenkomst, zal de maatschappij de kosten van het genadeverzoek ten laste nemen, indien de verzekerde bij een gewaarborgd schadegeval tot een effectieve vrijheidsstraf veroordeeld werd. Indexering Art. 33 De in art. 31.4 en 31.5 vermelde tussenkomstdrempels zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. Het basisindexcijfer is dit van december 1983, d.i. 119,64 (basis 1981 = 100). Het indexcijfer dat zal worden toegepast is dit van de maand, voorafgaand aan het schadegeval. Duurtijd Art.34 34.1. De waarborg rechtsbijstand is opzegbaar op elke jaarlijkse hoofdvervaldag. 34.2. Op iedere hoofdvervaldag wordt de waarborg voor een jaar stilzwijgend verlengd. Beide partijen kunnen de waarborg rechtsbijstand opzeggen per aangetekende brief tegen de eerstvolgende hoofdvervaldag mits naleving van een opzeggingstermijn van drie maanden. 34.3. Indien een van de partijen de waarborg rechtsbijstand opzegt, is de andere partij gerechtigd de overige waarborgen van deze verzekeringsovereenkomst tegen dezelfde einddatum op te zeggen. 17
Hoofdstuk 6 VOORWAARDEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VOORGAANDE HOOFDSTUKKEN Onderaannemers Art.35 35.1. 35.1.1. De waarborg is verworven indien de persoonlijke burgerlijke aansprakelijkheid van de verzekeringsnemer in het gedrang komt ingevolge werken uitgevoerd door onderaannemers. De waarborg strekt zich uit tot de verdediging van de verzekeringsnemer in feite of in rechte naar aanleiding van schade die veroorzaakt werd door onderaannemers en dit voor zover deze laatsten werken uitvoerden die opgenomen zijn in de verzekerde activiteitsomschrijving. 35.1.2. De waarborg is enkel verworven indien het totaal aan facturen van onderaannemers mee vermeld wordt in de aangifte die nader gepreciseerd wordt in de artikelen 43 en 44 van deze overeenkomst. Indien de premiestelling op forfaitaire basis gebeurt conform artikel 41.3 hoeven er geen factuurbedragen aangegeven te worden. 35.1.3. Blijven uitgesloten: - de persoonlijke aansprakelijkheid van de onderaannemers; - de schade die niet zou gedekt zijn als de onderaannemer de hoedanigheid van verzekerde had; - schade tengevolge van gehele of gedeeltelijke nietuitvoering van contractuele verbintenissen zoals laattijdige uitvoering van een bestelling of een dienstverlening. Intresten en (reddings)kosten 35.2.1. De maatschappij neemt de reddingskosten, de intresten en de kosten betreffende burgerlijke rechtsvorderingen, alsook de honoraria en de kosten van de advocaten en deskundigen integraal ten laste voor zover het geheel van deze intresten, kosten en de schadeloosstelling (per schadegeval) het verzekerde maximumbedrag niet overschrijdt. Boven het verzekerde totaalbedrag is de tussenkomst van de maatschappij, voor de reddingskosten en de overige in de eerste alinea opgesomde schadeposten afzonderlijk, als volgt beperkt: - tot 495.787,05 EUR indien het verzekerde totaalbedrag lager is dan of gelijk aan 2.478.935,25 EUR; - tot 495.787,05 EUR plus 20% van het gedeelte van het verzekerde totaalbedrag dat tussen 2.478.935,25 EUR en 12.394.676,24 EUR ligt; - tot 2.478.935,25 EUR plus 10% van het gedeelte van het verzekerde totaalbedrag dat boven 12.394.676,24 EUR ligt met een maximumtussenkomst van 9.915.740,99 EUR. 35.2.2. Deze bedragen zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen met als basisindexcijfer dat van november 1992, d.i. 113,77 (basis 1988 = 100). 18
VOORWAARDEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VOORGAANDE HOOFDSTUKKEN 35.2.3. De maatschappij neemt de reddingskosten ten laste die betrekking hebben op de gedekte schade. De dekking wordt verleend rekening houdend zowel met de definitie als met het bedrag van elke betrokken waarborg. Zijn alleen gedekt: 35.2.3.1. de kosten die voortvloeien uit de maatregelen die de maatschappij heeft gevraagd om de gevolgen van de gedekte schadegevallen te voorkomen of te beperken; 35.2.3.2. de kosten die voortvloeien uit de redelijke maatregelen die de verzekerde uit eigen beweging heeft genomen overeenkomstig de regels van de zaakwaarneming, ofwel om een gedekt schadegeval te voorkomen, ofwel om de gevolgen ervan te voorkomen of te beperken voor zover dat: - deze maatrege en dringend zijn, dit wil zeggen dat de verzekerde verplicht is ze onmiddellijk te nemen zonder de mogelijkheid de maatschappij te verwittigen en voorafgaand haar akkoord te verkrijgen, op gevaar af de belangen van de maatschappij te schaden; - indien het gaat om maatregelen om een gedekt schadegeval te voorkomen, er nakend gevaar is, mits de maatregelen met de zorg van een goed huisvader zijn gemaakt. 35.2.4. De verzekerde verbindt zich ertoe de maatschappij onmiddellijk op de hoogte te brengen van elke genomen reddingsmaatregel. Volgende kosten blijven evenwel ten laste van de verzekerde: - de kosten die voortvloeien uit maatregelen om een gedekt schadegeval te voorkomen bij ontstentenis van nakend gevaar of wanneer het nakend gevaar afgewend is; - de kosten die voortvloeien uit het laattijdig nemen van maatregelen of uit de nalatigheid om preventiemaatregelen te nemen die vroeger al hadden moeten genomen zijn. 19
VOORWAARDEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VOORGAANDE HOOFDSTUKKEN Beperkingen van de waarborgen Art. 36 Deze overeenkomst waarborgt niet: 36.1. 36.1.1. De schade veroorzaakt door oorlog of gelijkaardige feiten, door burgeroorlog, door burgerlijke onlusten of door arbeidsconflicten. 36.1.2. De schade die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van een daad van terrorisme of sabotage. Onder terrorisme wordt verstaan een clandestien georganiseerde handeling of een reeks van handelingen, in tijd en in oogmerk met elkaar samenhangend en individueel of in groep uitgevoerd vanuit ideologische, religieuze, politieke, economische of sociale bedoelingen. Deze handelingen beogen het aantasten van de fysieke integriteit van personen of het beschadigen van goederen met het oogmerk indruk te maken op het publiek of een overheid en een klimaat van onveiligheid te scheppen. Onder sabotage wordt verstaan het opzettelijk verstoren van een dienst of organisatie of het geheel ontredderen of vernietigen van een onderneming. 36.2. De schadegevallen die door een verzekerde opzettelijk werden veroorzaakt of die verband houden met het plegen van opzettelijke misdrijven als: - dader - mededader - medeplichtige Onverminderd hetgeen bepaald wordt in art. 36.1.1. en 36.1.2. blijft de waarborg verworven wanneer het schadegeval veroorzaakt werd door de fout van een verzekerde zonder leidinggevende functie, maar in dat geval kan de maatschappij verhaal uitoefenen tegen de schuldige verzekerde. 36.3. De schade voortvloeiend uit de aansprakelijkheid van diegene die een schadegeval heeft veroorzaakt door grove schuld. Wanneer het schadegeval evenwel veroorzaakt werd door de grove schuld van een verzekerde zonder leidinggevende functie, blijft de waarborg verworven maar kan de maatschappij verhaal uitoefenen tegen de schuldige verzekerde. Onder grove schuld wordt verstaan: 36.3.1. deelname aan twist- of vechtpartijen, gebruik van fysiek geweld, dronkenschap of een ermee vergelijkbare toestand ingevolge het gebruik van verdovende of bewustzijnsbeïnvloedende middelen; 20
VOORWAARDEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VOORGAANDE HOOFDSTUKKEN 36.3.2. een tekortkoming aan wetten, regels of gebruiken eigen aan de activiteit van de verzekerde onderneming waarbij het voor ieder met de materie vertrouwde persoon duidelijk moet zijn dat hieruit haast onvermijdelijk schade moet ontstaan; 36.3.3. het uitoefenen van een bedrijfsactiviteit zonder over de wettelijke vereiste vergunningen of licenties te beschikken of het in het economisch verkeer brengen van producten zonder de wettelijk vereiste certificaten. 36.4. De schade voortvloeiend uit handelingen zoals financiële operaties, verduistering, diefstal, misbruik van vertrouwen, oneerlijke concurrentie of aantasting van intellectuele rechten. 36.5. De gerechtelijke, transactionele, administratieve of economische boetes, de zogenaamde "punitive" of "exemplary damages" van buitenlandse rechtsstelsels en de kosten van strafvervolging. 36.6. De herhaling van schade met een zelfde oorzaak wegens het niet nemen van voorzorgsmaatregelen na de eerste vastgestelde schade. 36.7. De schade voortvloeiend uit milieuaantasting die niet het gevolg is van een plotse, onopzettelijke en onvoorzienbare gebeurtenis in hoofde van de verzekeringsnemer, zijn bestuursorganen, zijn werkende vennoten, zijn leidinggevenden en in het bijzonder de technici belast met het voorkomen van milieuaantasting. 36.8. De schade die het gevolg is van het door de verzekeringsnemer, zijn bestuursorganen, zijn werkende vennoten en zijn leidinggevenden opteren voor werk- of productiemethodes, voor het aanwenden van materialen of componenten die kostenbesparend zijn maar die een aanmerkelijke en onverantwoorde verhoging van het risico met zich meebrengen. 36.9. De schade veroorzaakt door: - voertuigen voortbewogen door motorkracht (uitgezonderd hetgeen bepaald wordt in hoofdstuk 2 art. 8.1 en 8.2); de schade die toegebracht wordt aan deze voertuigen terwijl ze zich voortbewegen is eveneens uitgesloten; - het gebruik van luchtvaartuigen, schepen of gelijk welke andere drijvende constructie; - roerende of onroerende goederen die niet behoren tot de actieve exploitatie. 21
VOORWAARDEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VOORGAANDE HOOFDSTUKKEN 36.10. De zaakschade en de immateriële schade ontstaan door water, vuur, rook, ontploffing of implosie (waarvan de oorzaak gesitueerd wordt op een bedrijfssite waarvan de verzekeringsnemer eigenaar, huurder of gebruiker is) en die verzekerbaar zijn in een brandverzekeringsovereenkomst door de dekking "huurdersaansprakeijkheid", "gebruikersaansprakelijkheid" of "verhaal van derden" behoudens hetgeen bepaald wordt in art. 8.5. 36.11. 36.11.1. De schade veroorzaakt door of mogelijk gemaakt door: - de uitwerking van een wijziging in de atoomstructuur van de stof; - de kunstmatige versnelling van atoomdeeltjes; - radioactiviteit, ioniserende stralen en elektromagnetische stralen; - asbest; - het gebruik of het bezit van explosieven of vuurwapens; - genetisch gemanipuleerde organismen; - prionziekten; 36.11.2. Schade-eisen gebaseerd op de wet van 30 juli 1979 inzake de objectieve aansprakelijkheid voor brand en ontploffing. 36.11.3. De schade die rechtstreeks of onrechtstreeks het gevolg is van het gebruik van elektronische communicatiemiddelen zoals internet, intranet, extranet of andere soortgelijke systemen, evenals de schade veroorzaakt door de materiële informatiedragers. 36.12. De gevolgen van het niet-naleven van contractuele verplichtingen zoals ondermeer waarborgen, uitvoeringstermijnen of boetebedingen die de verzekeringsnemer op zich heeft genomen. 36.13. De schade geleden door de echtgeno(o)t(e) en de andere personen die deel uitmaken van het gezin van de verzekerde die de schade veroorzaakte of medeveroorzaakte. 36.14. De kosten om de slecht uitgevoerde werken opnieuw uit te voeren. 36.15. Alle schades van welke aard ook, die veroorzaakt of mogelijk gemaakt zijn door het niet of verkeerd functioneren van informatica- of elektronicaprogramma's, systemen en/of toepassingen in verband met een verkeerde interpretatie van de datum. 36.16. De verdediging van de belangen van de verzekerden ingeval de schade de vrijstelling niet overtreft. 22
Hoofdstuk 7 ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN Beschrijving en wijziging van het risicomededelingen van de verzekeringsnemer Art. 37 De verzekeringsnemer is verplicht bij het sluiten van de overeenkomst alle hem bekende omstandigheden, die van invloed kunnen zijn op de beoordeling van het risico door de verzekeraar, mee te delen. 37.1. Wanneer het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens over het risico de maatschappij misleidt bij de beoordeling van het risico, is de overeenkomst nietig. De premies die vervallen zijn op het ogenblik waarop de maatschappij kennis heeft gekregen van het opzettelijk verzwijgen of het opzettelijk onjuist meedelen van gegevens, komen haar toe. 37.2. Wanneer het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens niet opzettelijk geschiedt, stelt de maatschappij voor, binnen de termijn van één maand, te rekenen van de dag waarop zij van het verzwijgen of het onjuist meedelen van gegevens kennis heeft gekregen, de overeenkomst te wijzigen met uitwerking op de dag waarop zij kennis heeft gekregen van het verzwijgen of van het onjuist meedelen. Art. 38 Indien de verzekeringsnemer het voorstel tot wijziging van de overeenkomst weigert of indien de verzekeringsnemer na het verstrijken van de termijn van één maand te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel tot wijziging, dit niet aanvaardt, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen binnen vijftien dagen. Indien de maatschappij het bewijs levert dat zij het risico nooit zou hebben verzekerd, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen de termijn van één maand. In de loop van de overeenkomst heeft de verzekeringsnemer de verplichting de nieuwe omstandigheden of de wijzigingen van de omstandigheden aan te geven die een aanmerkelijke en blijvende verzwaring of een vermindering van het risico uitmaken. 38.1. Wanneer het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet zo verzwaard is dat de maatschappij, indien die verzwaring bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, onder andere voorwaarden zou hebben verzekerd, moet zij binnen een termijn van één maand, te rekenen vanaf de dag waarop zij van de verzwaring kennis heeft gekregen, de wijziging van de overeenkomst voorstellen met terugwerkende kracht tot de dag van de verzwaring. 23
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN Indien de maatschappij het bewijs levert dat zij het verzwaarde risico in geen geval zou hebben verzekerd, kan zij de overeenkomst opzeggen binnen dezelfde termijn van één maand. Indien de verzekeringsnemer het voorstel tot wijziging van de overeenkomst weigert of indien de verzekeringsnemer na het verstrijken van een termijn van één maand te rekenen vanaf de ontvangst van het voorstel tot wijziging, dit niet aanvaardt, kan de maatschappij de overeenkomst opzeggen binnen vijftien dagen. 38.2. Wanneer in de loop van de overeenkomst het risico dat het verzekerde voorval zich voordoet aanzienlijk en blijvend verminderd is en wel zo dat de maatschappij, indien die vermindering bij het sluiten van de overeenkomst had bestaan, onder andere voorwaarden zou hebben verzekerd, staat zij een overeenkomstige vermindering van de premie toe vanaf de dag waarop zij van de vermindering van het risico kennis heeft gekregen. Indien de contractanten het over de nieuwe premie niet eens worden binnen één maand na de aanvraag tot vermindering door de verzekeringsnemer, kan deze laatste de overeenkomst opzeggen. Betaling van de premies Art. 39 De premie is een haalschuld. Zij is betaalbaar tegen voorlegging van de kwitantie of bij ontvangst van een vervaldagbericht. Alle uit hoofde van dit contract geheven of te heffen belastingen, taksen of kosten zijn ten laste van de verzekeringsnemer. Zij worden samen met de premie geïnd. Indien de makelaar in het bezit is van de door de maatschappij opgemaakte kwitantie of wanneer hij is opgetreden bij het afsluiten of bij de uitvoering van de overeenkomst kan de premie bevrijdend aan hem betaald worden. Wijzigingen van de verzekeringsvoorwaarden of van het tarief Art. 40 40.1. Indien de maatschappij de verzekeringsvoorwaarden of het tarief wijzigt, kan zij deze overeenkomst aanpassen op de volgende jaarlijkse vervaldag. Zij stelt de verzekeringsnemer van deze aanpassing in kennis minstens 30 dagen vóór die vervaldag. De verzekeringsnemer mag evenwel de overeenkomst opzeggen binnen 30 dagen na de kennisgeving van de aanpassing. Door deze opzegging eindigt de overeenkomst op de volgende jaarlijkse vervaldag. 24
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 40.2. De in het vorig lid bepaalde opzegmogelijkheid bestaat niet wanneer de wijziging van de verzekeringsvoorwaarden of het tarief voortvloeit uit een algemene aanpassing die door de bevoegde overheid wordt opgelegd en die, in de toepassing ervan, gelijk is voor alle maatschappijen. Deze bepaling doet geen afbreuk van de bepaling van art. 56.3. Vaststelling van de premie Art. 41 De premie wordt forfaitair vastgesteld of wordt verrekend op grond van de in de bijzondere voorwaarden vermelde gegevens. In de gevallen vermeld onder 41.1, 41.2 en 41.4 dient er een voorlopige premie betaald te worden. 41.1. Indien de premie procentueel berekend wordt (zolang het omzetcijfer van de onderneming lager is dan 2.500.000 EUR) gelden volgende modaliteiten: 41.1.1. Voor ondernemingen zonder bezoldigd personeel wordt de premievoet per medewerker toegepast op éénmaal het loonplafond dat jaarlijks wordt vastgesteld in de arbeidsongevallenwetgeving. Elke zaakvoerder en zijn inwonende familieleden worden als één medewerker beschouwd. 41.1.2. Voor ondernemingen die bezoldigd personeel tewerkstellen, doch niet meer dan 10 werknemers, wordt de premievoet toegepast op de onbegrensd bezoldigingen van het personeel. De aldus berekende premie wordt voor de onbezoldigde medewerkers verhoogd overeenkomstig de bepalingen van art. 41.1.1. 41.1.3. Voor ondernemingen die meer dan 10 voltijds bezoldigde werknemers tewerkstellen wordt de premievoet toegepast op de onbegrensde bezoldigingen. 41.2. Indien de premie eveneens of uitsluitend berekend wordt op het omzetcijfer (zodra dit 2.500.000 EUR overschrijdt wordt de premievoet toegepast op dit omzetcijfer, alle taksen inbegrepen). 41.3. Indien de premie forfaitair is vastgesteld in functie van een maximum aantal tewerkgestelde personen: 41.3.1. De jaarlijkse forfaitaire premie geldt voor het aantal personen dat vermeld wordt in de bijzondere voorwaarden. Deze forfaitaire premie wordt evenredig vermeerderd met de stijging van het loonplafond dat jaarlijks wordt vastgesteld in de arbeidsongevallenwetgeving. 25
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 41.3.2. Het aantal personen wordt als volgt bepaald: - de bedrijfsleider, zijn echtgeno(o)t(e), zijn gezinsleden en de met hem in gezinsverband samenwonende personen en de vrijwillige helpers, tellen samen voor één persoon; - iedere werkende vennoot telt voor één persoon (met uitzondering van de echtgeno(o)t(e) van het ondernemingshoofd of de inwonende personen); - iedere bezoldigde persoon of interim telt: voor 1 persoon, indien de werktijd hoger ligt dan 50 % van de normale jaarlijkse werkprestatie voor 1/2 persoon, indien de werktijd minder bedraagt of gelijk is aan 50 % van de normale jaarlijkse werkprestatie Het toevallig personeel is gratis verzekerd voor zover de tewerkstelling niet meer bedraagt dan 15 dagen per jaar; jobstudenten zijn gratis verzekerd voor zover er maximum één gelijktijdig is tewerkgesteld en dit enkel gedurende de vakantieperiodes en/of weekends. 41.3.3. Bij wijziging van het aantal personen zal de maatschappij de premie aanpassen vanaf de volgende jaarlijkse vervaldag. 41.4. Indien de premie berekend wordt op het aangegeven aantal eenheden: Art. 42 De jaarlijkse premie is vastgesteld per eenheid en is ondeelbaar. De premie wordt toegepast op het maximum aantal eenheden gedurende het voorbije verzekeringsjaar. 42.1. De forfaitaire premie is vooraf betaalbaar op de vervaldag aangeduid in de bijzondere voorwaarden. 42.2. De (niet forfaitaire) voorlopige premies zijn vooraf betaalbaar bij iedere in de bijzondere voorwaarden aangeduide periode. De saldoregeling geschiedt op het einde van ieder verzekeringsjaar. De totale jaarlijkse voorlopige premie zal gelijk zijn aan het bedrag van de te verwachten jaarpremie, rekening houdend met de opgegeven afrekeningsgegevens bij het afsluiten van de overeenkomst. 26
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN Art. 43 De voorlopige premie wordt jaarlijks aangepast tot het niveau van de overeenstemmende definitieve premie, telkens wanneer deze laatste met 20 % zal verhoogd of verminderd zijn. De aldus berekende nieuwe voorlopige premie wordt toegepast vanaf de eerste januari van het jaar waarin de vaststelling gebeurt. De verzekeringsnemer verbindt er zich toe: 43.1. Binnen de vijftien dagen volgend op de jaarlijkse vervaldag, aangifte te doen van de gegevens die dienen als basis voor de premiestelling zoals die gedefinieerd wordt in de bijzondere voorwaarden. Deze aangifte dient te geschieden op de door de maatschappij hiertoe ter beschikking gestelde formulieren. 43.2. Binnen de 30 dagen na ontvangst van het door de maatschappij opgestuurde aangifteformulier, indien het maximum aantal tewerkgestelde personen vermeld in de bijzondere voorwaarden werd overschreden en indien de premiestelling conform art. 41.3 gebeurt, aangifte te doen van deze wijziging. Art. 44 Voor de wedden en lonen dienen te worden aangegeven: de bruto en onbeperkte bezoldigingen, d.w.z. al de lonen en wedden, gratificaties en andere voordelen in geld of natura. Per persoon dient minstens het minimumloon te worden aangegeven zoals het bij paritair akkoord is vastgesteld. Voor de aangestelden met leercontract, de stagiaires-zelfstandigen en voor de minderjarige werknemers dient een bezoldiging te worden aangegeven die ten minste gelijk is aan het gemiddelde loon van de meerderjarige valide werknemers in dezelfde beroepscategorie. Deze som zal geenszins minder mogen zijn dan de minimum basisbezoldiging voorzien door artikel 39 van de Arbeidsongevallenwet van 10 april 1971 welk bedrag gekoppeld is aan het indexcijfer van de consumptieprijzen. De bezoldigingen aangegeven voor het personeel dat met fooien wordt betaald, mogen niet lager zijn dan de forfaitaire bezoldigingen die door het Ministerie van Sociale Zaken vastgesteld zijn voor de berekening van de bijdragen tot de Rijkssociale Zekerheid. 27