Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.7 - April 2009-275- VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS EN VORMING Vraag nr. 232 van 12 maart 2009 van PAUL DELVA Cursussen Nederlands Tweede Taal - Brussel In de Beleidsbrief Brussel 2008-2009 stelt minister Anciaux dat de Vlaamse overheid de laatste jaren heel wat inspanningen heeft geleverd voor het aanleren van Nederlands aan anderstaligen, onder meer via het Huis van het Nederlands. De hervorming van de centra voor volwassenenonderwijs (CVO s) heeft echter een onbedoeld negatief effect voor de NT2-cursussen (basiscursus Nederlands voor anderstaligen in Brussel): het noodzakelijke vrijwillige karakter van de inburgeringscursussen maakt dat de groep van cursisten die niet-automatisch wordt vrijgesteld van inschrijvingsgeld dan weer groter wordt en dat het verkrijgen van de attesten voor vrijstelling moeilijk is (Beleidsbrief Brussel 2008-2009, blz. 24). Daarom is er beslist om vanaf 2008 recurrent 440.000 euro vrij te maken om deze NT2-lessen in Brussel gratis te maken. Volgens minister Anciaux is dit een belangrijke structurele maatregel om het succes van de taalverwerving van het Nederlands in onze hoofdstad verder te verzekeren. De toegang tot taalcursussen worden hiermee voor de sociaal kwetsbare groepen zo laag mogelijk gehouden. Minister Anciaux neemt zich voor om de implementatie van deze maatregel zo goed mogelijk op te volgen : Dit gebeurt samen met het werkveld en de bevoegde minister. Op basis van de inschrijvingscijfers zal ook moeten nagegaan worden of het taalpromotionele beleid verder versterkt wordt door dit nieuwe initiatief. 1. Kan de minister meedelen hoe de implementatie van de maatregel is verlopen? Wanneer wordt deze maatregel geëvalueerd? 2. Hoeveel NT2-cursisten hebben er zich dit jaar ingeschreven? Kan de minister een evolutie ter zake geven vanaf 2004? Werd op basis van deze laatste inschrijvingscijfers nagegaan of het taalpromotionele beleid hiermee wordt versterkt? 3. Wordt er bijgehouden hoeveel cursisten dit jaar al hebben afgehaakt? Zo ja, hoeveel? Kan de minister dit cijfer vergelijken met de voorgaande jaren? 4. In hoeverre is - ondanks het feit dat de drempel voor de sociaal zwakkere groepen zo laag mogelijk gehouden moet worden - een eventuele kleine bijdrage belangrijk om de cursisten te stimuleren zich in te zetten voor deze lessen?
-276- Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.7 - April 2009 5. Hoe verloopt de samenwerking met het werkveld en de minister van Onderwijs? Wordt er voor dit project ook samengewerkt of overlegd met de VGC (Vlaamse Gemeenschapscommissie)? 6. Zijn de vrijgemaakte middelen voor de gratis inschrijving in de NT2-cursus volledig ingeschreven op het budget van het Brusselbeleid, of werden hiervoor ook middelen ingeschreven op de onderwijsbegroting? Welke afspraken zijn er hieromtrent gemaakt, ook voor de volgende jaren? N.B. Deze vraag werd gesteld aan de ministers Vandenbroucke (vraag nr. 232) en Anciaux (nr. 138).
Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.7 - April 2009-277- FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS EN VORMING GECOÖRDINEERD ANTWOORD op vraag nr. 232 van 12 maart 2009 van PAUL DELVA 1. De invoering van de maatregel is er gekomen op voorstel van minister Anciaux, in overleg met mijn kabinet en administratie. Op dit overleg werd afgesproken dat de communicatie naar de betrokken centra zou verlopen via de afdeling Volwassenenonderwijs van het Agentschap Hoger Onderwijs, Volwassenenonderwijs en Studietoelagen. De vijf betrokken centra werden in een schriftelijke communicatie op de hoogte gesteld over de toelatingsvoorwaarden van de maatregel en van de nieuw te gebruiken codes in de cursistendatabank. De toelatingsvoorwaarden, wonen in het Brussel Hoofdstedelijk Gewest en in een lesplaats gelegen binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, werden tevens opgenomen in het afsprakenkader verificatie. Het afsprakenkader is een officiële bijlage bij de omzendbrief VWO/2007/01 'De organisatie van het volwassenenonderwijs. De communicatie is tevens in nauw overleg gebeurd met de coördinator van het Huis van het Nederlands Brussel. Door een samenloop van omstandigheden is de communicatie naar de centra pas net voor de start van het nieuwe schooljaar 2008-2009 kunnen gebeuren. Op dat ogenblik hadden een behoorlijk aantal cursisten zich al ingeschreven. Daarom werd aan de centra voldoende tijd gegeven om zich administratief in orde te stellen. Een probleem dat zich wel stelt is het kunnen aantonen van de domiciliëring in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Doordat de controle niet kan gebeuren op basis van het rijksregisternummer dient dit manueel te gebeuren op basis van een kopie van de identiteitskaart of op een andere wijze. Er is nog geen evaluatie van deze maatregel gepland. Wel is er uitgebreid overleg geweest met de betrokken centra voor volwassenenonderwijs over de praktische modaliteiten m.b.t. het toekennen van deze vrijstelling. In die zin wordt er gestreefd naar een continue verbetering van de administratieve aspecten van dit vrijstellingenbeleid. 2. Er zijn momenteel 5 Centra voor Volwassenenonderwijs die een NT2-aanbod organiseren in een gemeente gelegen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Sommige van deze centra hebben ook vestigingsplaatsen buiten het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De dataverzameling laat echter niet toe om zuivere gegevens te aggregeren enkel op niveau van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Er zit dus een kleine foutenmarge op onderstaand cijfermateriaal. Bovendien is het niet mogelijk om een overzicht te geven van het aantal ingeschreven cursisten. Het volwassenenonderwijs wordt modulair georganiseerd, waarbij de cursist zich moet inschrijven voor elke module. Bovendien omvat niet elke module een zelfde aantal lestijden, waardoor je niet weet voor welk volume aan onderwijs een cursist zich inschrijft. Daarom drukken we de onderwijsprestaties in het volwassenenonderwijs uit in lesurencursist, waarbij één lesuurcursist gelijkstaat met één lestijd van een ingeschreven en financierbare cursist. Deze eenheid laat toe om onderwijsprestaties over een langere termijn heen te vergelijken. De lesurencursist worden berekend op een referteperiode die loopt van 1 februari van het jaar n tot en met 31 januari van het jaar n+1. Het startmoment is bepalend voor de referteperiode waartoe de opleiding gerekend wordt. Het vermelde jaar in onderstaande tabel komt overeen met het jaar n+1. Alleen voor het jaar 2008 is de berekeningswijze gewijzigd als gevolg van het nieuwe decreet
-278- Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.7 - April 2009 volwassenenonderwijs. Toen liep de referteperiode van 1 januari 2007 t.e.m. 31 maart 2008, waarbij op het einde van de referteperiode niet meer het startmoment, maar wel het 1/3 de -moment van de opleiding bepalend was voor de referteperiode. 2004 2005 2006 2007 2008 CVO KVHN Brussel 453.480 414.480 419.880 403.820 459.356 CVO van het GO! Brussel 254.520 331.200 461.520 371.460 573.420 CVO Lethas Ganshoren 373.380 617.340 646.620 804.680 1.019.980 CVO Meise-Jette 139.960 152.660 153.620 170.440 190.512 CVO Vrij Gesubs. Taall. Strombeek 107.920 114.200 112.900 135.960 124.980 Totaal Brussel 1.329.260 1.629.880 1.794.540 1.886.360 2.368.248 Totaal Vlaanderen 6.693.540 7.358.500 7.732.340 7.866.820 7.922.736 Groeipercentage Brussel +22.62% +10,10% +5,12% +25.55% Groeipercentage Vlaanderen + 9,93% +5,08% +1,74% +0,71% De deelname aan opleidingen NT2 is dus sterk toegenomen tijdens de afgelopen vijf jaar. Opvallend is dat Brussel een sterkere toename kent dan Vlaanderen. Het afgelopen jaar is die toename nog verder gegroeid. Het is onwaarschijnlijk dat deze toename een gevolg is van de vrijstelling van het betalen van inschrijvingsgeld. Tot voor 1 september 2007 gold er immers een algemene vrijstelling van het betalen van inschrijvingsgeld voor alle NT2-cursisten. Tijdens het schooljaar 2007-2008, het eerste jaar dat er een inschrijvingsgeld gevraagd werd voor NT2, werd voor de Brusselse NT2-cursisten het inschrijvingsgeld betaald via kredieten van Brussels minister Vanhengel. Vanaf het schooljaar 2008-2009 wordt het inschrijvingsgeld voor de Brusselse cursisten betaald via kredieten van Vlaams minister Anciaux. Op geen enkel moment dienden de Brusselse NT2-cursisten een inschrijvingsgeld te betalen voor het volgen van een NT2-opleiding. 3. De referteperiode voor het lopende schooljaar is nog niet beëindigd en er kan nog geen uitspraak worden gedaan over een mogelijke uitval van NT2 cursisten. Het cijfermateriaal dat over de uitgereikte studiebewijzen in de vijf betrokken centra kan aangeleverd worden uit de centrale cursistendatabank volwassenenonderwijs is momenteel niet éénduidig te relateren aan de ingeschreven cursisten die in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest wonen. Een vergelijking met het voorgaande jaar kunnen we bijgevolg enkel geven op het niveau van het studiegebied en dit na de afsluiting van de referteperiode en de verwerking van de vaststellingen van de verificateurs. 4. Eén van de argumenten om de inschrijvingsgelden in het volwassenenonderwijs te verhogen n.a.v. het nieuwe decreet op dat volwassenenonderwijs, was dat een te lage eigen bijdrage van de cursist shoppinggedrag en ondoordacht inschrijven stimuleert. Tal van studies hebben aangetoond dat wanneer de cursist via het betalen van een redelijk inschrijvingsgeld - mits respect voor sociaal zwakkere groepen een duidelijke eigen bijdrage betaalt voor zijn opleiding, dit een positief effect heeft op de volgehouden deelname, slaagkansen en tevredenheid. In sommige specifieke gevallen voorzien wij echter toch in een volledige vrijstelling van inschrijvingsgeld. Dat is vooreerst in die gevallen waar een eigen kleine financiële bijdrage toch een te grote drempel vormt tot deelname aan het volwassenenonderwijs. Anderzijds is dit in de gevallen waarbij we de deelname aan het volwassenenonderwijs extra willen stimuleren. Dit is bv. het geval voor de opleidingen NT2 in Brussel. 5. De opleidingen NT2 worden opgevolgd met de verschillende partners in navolging van het algemene afsprakenkader NT2. Ter voorbereiding van het vernieuwde afsprakenkader werd er op 15 december 2008 een rondetafelconferentie gehouden NT2. Tijdens deze conferentie werden
Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.7 - April 2009-279- verschillende beleidsaanbevelingen inzake taalpromotie geformuleerd. De platformtekst wordt binnenkort gepubliceerd op de website www.ond.vlaanderen.be/volwassenenonderwijs. Er is m.b.t. NT2 heel regelmatig overleg met het werkveld, dit naargelang het thema. Momenteel wordt een nieuw afsprakenkader NT2 voorbereid waarover intensief overleg loopt met alle betrokken partners. Er is geen specifiek en gestructureerd overleg met de VGC m.b.t. NT2 in Brussel. 6. De middelen (440.000 euro) om de financiering van de vrijstelling van inschrijvingsgelden NT2 binnen Brussel mogelijk te maken, werden in 2008 voorzien op het programma AG Coördinatie Brussel - artikel 41.02 Dotatie voor het Fonds Inschrijvingsgelden Centra voor Volwassenenonderwijs. Deze middelen zijn dus niet ingeschreven op de onderwijsbegroting. Het Ministerieel Besluit van 15.12.2008 houdende de toekenning van een dotatie van 440.000 euro aan het Fonds Inschrijvingsgelden Centra voor Volwassenenonderwijs voor de vrijstelling van het inschrijvingsgeld voor NT2-cursisten in Brussel, begrotingsjaar 2008, hevelde de middelen van programma AG Coördinatie Brussel over naar programma FH Levenslang Leren van de begroting van het Ministerie van Onderwijs en Vorming. Binnen dit programma werd eerder, in uitvoering van artikel 110 van het Decreet Volwassenenonderwijs van 15.06.2007, een DAB Fonds Inschrijvingsgelden Centra voor Volwassenenonderwijs opgericht. Het Fonds is belast met het financiële beheer van de inschrijvingsgelden voor Volwassenenonderwijs.