Cao-lonen 2012, de definitieve gegevens

Vergelijkbare documenten
Cao-lonen 2007, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2006, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2008, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2004, de definitieve gegevens

Artikelen. Cao-lonen 2005, de definitieve gegevens. Nathalie Peltzer

Cao-lonen 2010, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2009, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2011, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2016, de definitieve cijfers

Cao-lonen 2002, de definitieve gegevens

Cao-lonen 2017, de definitieve cijfers

02 mei Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

3 mei Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Statistisch Bulletin. Jaargang

Incidentele loonontwikkeling, 2001

6 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Tijdreeks CAO-lonen

Statistisch Bulletin. Jaargang

Sociaaleconomische trends

21 augustus Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

27 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Statistisch Bulletin. Jaargang

van de COROP-gebieden Achterhoek en Arnhem/Nijmegen

Kwartaaloverzicht arbeidsmarkt 2005/2

23 december Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Incidentele loonontwikkeling van jaarlonen,

Kortetermijnontwikkeling

Statistisch Bulletin. Jaargang

22 september Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek

25 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Veel kleiner banenverlies

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Iets meer banen dan een jaar geleden

Pensioenfondsen ndsen en hun deelnemers,

P e r s b e ri c h t

Statistisch Bulletin. Jaargang

Sociaaleconomische trends

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang

Totaalbeeld arbeidsmarkt: werkloosheid in februari 6 procent

Statistisch Bulletin. Jaargang

Statistisch Bulletin. Jaargang

21 juni Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Stroomschema financiering zorg 2011

Statistisch Bulletin. Jaargang

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Vooral minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening

Stroomschema financiering zorg 2012

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Meer werknemers aan het werk

Stroomschema financiering zorg 2008 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Statistisch Centraal Bureau voor de Statistiek Bulletin 63e jaargang no. 34 / 23 augustus 2007 Inhoud Verklaring van de tekens Informatie

Stroomschema financiering zorg 2010 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

VUT-fondsen kalven af

Stroomschema financiering zorg 2007 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banenverlies tot staan gekomen. Voor het eerst in twee jaar geen banenverlies

VUT wordt vervangen door langer werken. Drs. J.L. Gebraad en mw. T.R. Pfaff

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal banen in Nederland daalt. Banenverlies bedrijfsleven loopt steeds sterker op

Artikelen. Banen, lonen en arbeidsduur van werknemers, Wilmie Weltens

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkgelegenheid commerciële sector daalt. Minder banen in industrie en zakelijke dienstverlening

Statistisch Bulletin. Jaargang

VUT-fondsen op weg naar het einde

Beleggingen institutionele beleggers 1,5 biljoen euro in 2010

Statistisch Bulletin. Jaargang

De vergrijzing komt, de VUT gaat

Stroomschema financiering zorg 2006 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banengroei loopt op tot 110 duizend. Kwartaalgroei banen versnelt tot 38 duizend

Stroomschema ma financiering zorg 2007

Banen, lonen en arbeidsduur van werknemers,

Rijksbelastingen 0n verdubbeld en vergroend

Daling omvang VUT-fondsen in 20060a

14 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Banengroei vergelijkbaar met tweede helft jaren negentig

Statistisch Bulletin. Jaargang

werkwillendheid eid van ouderen (50-64 jaar) in 2007

Einde in zicht voor de VUT

Bevolkingstrends Bevolkingsgroei in grote steden vooral dankzij Vinex-wijken

Statistisch Bulletin. Jaargang

Verhuizingen 0n n van personen tussen Twentse gemeenten, 2007

Stroomschema financiering zorg 2005 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Stroomschema financiering zorg 2002 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

21 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Prijsindexcijfers 0f Reclamediensten

Uitkomsten kwartaal sectorrekeningen

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Aantal vacatures daalt fors. Zelfde afname als vorig kwartaal

Werkloosheid nauwelijks veranderd

Stroomschema financiering zorg 1998 Publicatiedatum CBS-website: 3 september 2012

Locatie van banen, opleiding van niet werkend werkzoekenden, in- en uitstroom van uitkeringen

Sociaal-economische trends

Statistisch Bulletin. Jaargang

Beleggingen n institutionele beleggers maken pas op de plaats in 2007

Hogere zorgkosten, afvlakking premies basisverzekering, stijging vermogens zorgverzekeraars

De statistiek Indexcijfers van cao-lonen; methodebeschrijving reeks 2000=100

Case 1 Restaurant met een nieuwe formule

Statistisch Bulletin. Jaargang

De Nederlandse landbouwexport De publicatie is tot stand gekomen in samenwerking met: De Nederlandse landbouwexport 2017

Statistisch Bulletin. Jaargang

Aantal werklozen in december toegenomen

22 maart Statistisch Bulletin. no. Jaargang. Centraal Bureau voor de Statistiek

Transcriptie:

Sociaaleconomische trends 2013 Caolonen 2012, de definitieve gegevens Monique Hartog september 2013, 02 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 1

In 2012 zijn de caolonen per uur, inclusief bijzondere beloningen, met 1,4 procent gestegen. Bij de sector overheid zijn de lonen in 2012 met 0,7 procent het minst toegenomen. Vooral de loonstijgingen bij de bedrijfstakken onderwijs en openbaar bestuur bleven achter. In de bedrijfstakken industrie en bouwnijverheid stegen de lonen met 1,8 procent het hardst. In 2012 stegen de loonkosten meer dan de caolonen. Dit komt vooral door de stijging van de werkgeversbijdrage voor de werkloosheidswet, de pensioenpremies en de wijzigingen in de ziektekosten. In 2012 lagen de caolonen meer dan 1 procentpunt onder de inflatie. Dit zijn de belangrijkste uitkomsten van de statistiek Indexcijfers van caolonen (2000=100), waarvan de gegevens over 2012 definitief zijn vastgesteld. 1. Caoloonstijging toegenomen In 2012 stegen de caolonen inclusief bijzondere beloningen met 1,4 procent ten opzichte van een jaar eerder. Dit is 0,3 procentpunt hoger dan de loonstijging in 2011. De ontwikkeling van de caolonen reageert op de situatie op de arbeidsmarkt. De krimp van de economie leidde vanaf 2009 tot banenverlies. De caoloonontwikkeling volgt deze beweging met enige vertraging. De korte opleving van de economie in 2010 en de eerste helft van 2011 leidde in 2012 tot een hogere caoloonstijging. 1.1 Relatie tussen de caoloonontwikkeling en de ontwikkeling van het aantal banen mutatie t.o.v. hetzelfde kwartaal in het voorgaande jaar 4 3 2 1 0 1 2 I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV I II III IV 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Caoloon Aantal banen 2. Loonstijging ruim onder inflatie De inflatie is al sinds de tweede helft van 2010 hoger dan de loonstijging. In 2012 kwam de inflatie uit op 2,5 procent, dit was 1,1 procentpunt hoger dan de caoloonstijging. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 2

Ook in 2005 stegen de prijzen sneller dan de caolonen. Gemiddeld stegen de caolonen in de laatste tien jaar 0,1 procentpunt harder dan de inflatie. Als de caoloonstijging hoger is dan de inflatie betekent dit niet automatisch dat werknemers er reëel in koopkracht op vooruit zijn gegaan. Het nettoloon is namelijk ook afhankelijk van de veranderingen in de premies die werknemers betalen voor pensioen, sociale verzekeringen (inclusief zorg) en de loonheffing. 2.1 Ontwikkeling caolonen 3,5 3,0 2,5 2,0 1,5 1,0 0,5 0 0,5 1,0 1,5 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Caoloonstijging Caoloonstijging minus inflatie 3. Lonen het minst gestegen bij de overheid De caolonen bij de overheid zijn in 2012 met 0,7 procent toegenomen. Dit is de helft lager dan de gemiddelde loonstijging van alle cao s in Nederland. In 2012 wordt bij het merendeel van de cao s binnen de overheid de nullijn gehanteerd. De cao Gemeente vormt hierop een uitzondering en is de enige van de zwaarwegende cao s waarbij een relatief hoge loonstijging is doorgevoerd. Mede hierdoor zijn de caolonen bij de overheid gestegen in 2012. In de gesubsidieerde sector stegen de lonen in 2012 met 1,5 procent. Deze sector komt hiermee iets hoger uit dan de gemiddelde loonstijging in Nederland. Als de bijzondere beloningen buiten beschouwing worden gelaten, komt de loonstijging net als in 2011 uit op 1,2 procent. In de sector particuliere bedrijven namen de lonen met 1,6 procent het meest toe. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 3

3.1 Caoloonstijging naar caosector 2,0 1,5 1,0 0,5 0 Totaal Gesubsidieerde sector Particuliere bedrijven Overheid Totaal Gesubsidieerde sector Particuliere bedrijven Overheid 2011 2012 Exclusief bijzondere beloningen Inclusief bijzondere beloningen 4. Hoogste loonstijging in bedrijfstakken industrie en bouw, laagste bij onderwijs Bij de bedrijfstakken industrie en bouw namen in 2012 de caolonen het sterkst toe. De stijging bedroeg 1,8 procent. Dit wordt vooral veroorzaakt door loonsverhogingen in de cao s van de metaal en de bouw. Van alle bedrijfstakken was de loonstijging bij het onderwijs het laagst. In deze bedrijfstak stegen de caolonen in het geheel niet. Ook in 2011 behoorde deze bedrijfstak tot de bedrijfstakken met de laagste caoloonontwikkeling. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 4

4.1 Caoloonstijging inclusief bijzondere beloningen naar bedrijfstak Onderwijs Horeca Openbaar bestuur Financiële instellingen Landbouw en visserij Cultuur en overige dienstverlening Energie en waterleidingbedrijven Vervoer en communicatie Zakelijke dienstverlening Handel Gezondheids en welzijnszorg Bouwnijverheid Industrie 2011 2012 0 0,5 1,0 1,5 2,0 5. Afwijkende loonontwikkeling horeca en gezondheidszorg in 20002012 Eenmalige beloningen hebben op korte termijn effect op de loonstijging. Als er over een langere periode naar de ontwikkeling van de caolonen per bedrijfstak wordt gekeken, dan is het effect van deze bijzondere beloningen minder groot. Ook is dan beter zichtbaar welke bedrijfstakken hoge of minder hoge caoloonstijgingen kennen. De caolonen zijn in de periode 20002012 gemiddeld met 30,2 procent toegenomen. Bij meer dan de helft van de bedrijfstakken is de afwijking van het gemiddelde minder dan 3 procentpunt. Het hardst stegen de lonen in 12 jaar bij de zorg: 34,8 procent. In de bedrijfstak horeca gingen de lonen in dezelfde periode met 23,6 procent het minst omhoog. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 5

5.1 Ontwikkeling caolonen in 20002012 naar bedrijfstak Horeca Landbouw en visserij Vervoer en communicatie Handel Zakelijke dienstverlening Onderwijs Energie en waterleidingbedrijven Openbaar bestuur Industrie Cultuur en overige dienstverlening Financiële instellingen Bouwnijverheid Gezondheids en welzijnszorg Bijzondere beloningen 0 5 10 15 20 25 30 35 Caoloon 6. Contractuele arbeidsduur nagenoeg constant Net als in voorgaande jaren is in 2012 de overeengekomen jaarlijkse arbeidsduur van voltijdwerknemers over het gemiddelde van alle bedrijfstakken nagenoeg ongewijzigd gebleven. Al sinds 1999 stijgen de caolonen per uur vrijwel even hard als de caolonen per maand. Alleen bij de gesubsidieerde sector nam de arbeidsduur iets af. Vanwege het verder doorvoeren van het levensfasebudget bij een paar cao s in de zorg is er een verschil van 0,2 procentpunt tussen de maand en uurloonstijging ontstaan. 7. Loonkostenstijging hoger dan caoloonstijging In 2012 stegen de contractuele loonkosten met 2,1 procent. Dit is 0,7 procentpunt meer dan de caoloonstijging. Het verschil komt voornamelijk doordat de werkgeverspremie voor de werkloosheidswet in 2012 gestegen is van 4,20 naar 4,55 procent. Verder waren de pensioenpremies gestegen en deden zich veranderingen voor in de werkgeversbijdrage in de ziektekosten. In het afgelopen decennium stegen de contractuele loonkosten in de meeste jaren harder dan de caolonen. Het jaar 2006 is een uitzondering, in dat jaar werden de werkgeverspremies voor arbeidsongeschiktheid en (pre)pensioen verlaagd. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 6

7.1 Ontwikkeling caolonen en contractuele loonkosten per uur 5 4 3 2 1 0 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 Caoloon Contractuele loonkosten 8. Grootste toename loonkosten bij de sector particuliere bedrijven In de sector particuliere bedrijven zijn de contractuele loonkosten in 2012 met 2,2 procent het meest toegenomen van alle sectoren. Dit kwam zowel door de caoloonstijging (1,6) 8.1 Loonkostenstijging minus caoloonstijging naar caosector 1,6 1,4 1,2 1,0 0,8 0,6 0,4 0,2 0 0,2 0,4 Particuliere bedrijven Gesubsidieerde sector Overheid 2009 2010 2011 2012 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 7

als door verhoging van de premies. De loonkosten in de caosector overheid volgden de sector particuliere bedrijven op de voet met een toename van 2,1 procent. Echter, bij de overheid bedroeg de loonstijging slechts 0,7 procent en wordt de toename van de loonkosten voornamelijk veroorzaakt door de gestegen premies bij het ABPPensioenfonds. 9. Vaststellen definitieve gegevens 2012 De definitieve uitkomsten van 2012 zijn in juni 2013 gepubliceerd. Normaliter worden definitieve gegevens van caolonen gepubliceerd in de maand mei na afloop van de verslagperiode. Een belangrijke oorzaak voor de vertraging van de vaststelling van cijfers voor 2012 is dat er vanwege de economische crisis en politieke ontwikkelingen veel onderhandelingen over nieuwe cao s langzaam op gang komen en zijn gekomen. Bovendien is en was er voor veel cao s (met name cao s binnen de sector overheid) geen loonsverhoging in het vooruitzicht. Hierdoor was en is er ook geen noodzaak om snel cao s af te sluiten. Nog niet alle cao s waren afgesloten bij het definitief vaststellen van de uitkomsten over het jaar 2012. Voor deze cao s is uitgegaan van de nullijn. De kans dat er voor deze cao s alsnog loonsverhogingen worden gegeven voor het jaar 2012 is heel klein. 9.1 Recente gegevens Actuele en meer gedetailleerde uitkomsten over caolonen, de contractuele arbeidsduur en de contractuele loonkosten zijn beschikbaar in StatLine, de elektronische databank van het CBS; www.cbs.nl, in de publicatie Caolonen; indexcijfers (2000=100). 9.2 Begrippen Bijzondere beloningen Bijzondere beloningen zijn alle bindend voorgeschreven bijzondere (niet maandelijkse) beloningen, zoals de vakantietoeslag of de eindejaarsuitkering. Bijzondere beloningen die afhankelijk zijn van winst of het behalen van bepaalde doelstellingen worden buiten beschouwing gelaten. In januari 2006 is de levensloopregeling ingevoerd. In een aantal cao s zijn afspraken gemaakt over werkgeversbijdragen aan deze regeling. Deze bijdragen tellen mee als bijzondere beloningen. De werkgeversbijdrage voor de levensloopregeling wordt ook betaald aan werknemers die niet meedoen aan de levensloopregeling. Daarnaast is in januari 2006 de Zorgverzekeringswet van kracht geworden. De verplichte inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet telt niet mee in het caoloon, wel in de contractuele loonkosten. Extra bijzondere beloningen, ter compensatie van de overgang op de nieuwe zorgverzekering tellen mee als bijzondere beloningen. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 8

Caolonen Met de indexcijfers van caolonen wordt de ontwikkeling van de bruto lonen weergegeven waarop werknemers bij een normale voltijdarbeidsduur onvoorwaardelijk recht hebben. Deze cijfers hebben betrekking op de loon en arbeidsduurgegevens zoals die staan vermeld in collectieve arbeidsovereenkomsten (cao s). Er worden dus geen gerealiseerde bedragen waargenomen; alleen afspraken met betrekking tot de schaallonen en bindend voorgeschreven toeslagen komen in de ontwikkeling van het caoloon tot uitdrukking. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt naar caolonen inclusief bijzondere beloningen en caolonen exclusief bijzondere beloningen, en tussen caolonen per uur en caolonen per maand. Wijzigingen in het caoloon komen tot uiting in zowel de lonen per maand als in de lonen per uur. Wijzigingen in de overeengekomen jaarlijkse arbeidsduur zijn alleen van invloed op de caolonen per uur. Het caoloon omvat de volgende elementen: het bruto loon voor normale arbeidstijd van voltijdwerknemers alle bindend voorgeschreven, regelmatig betaalde toeslagen. Uitgesloten zijn toeslagen die in de cao s voorwaardelijk zijn gesteld, zoals een leeftijdstoeslag of een toeslag voor ploegendienst, en individuele loonstijgingen. De brutering van de overhevelingstoeslag (vanaf januari 2001) is zodanig in de indexcijfers verwerkt, dat de brutering niet leidt tot loonmutaties, voorzover niet van de wettelijke bruteringsregeling (verhoging van het loon met 1,9 procent met een maximum van 791,85 euro per jaar) is afgeweken. De uitkomsten in dit artikel hebben betrekking op caolonen per uur inclusief bijzondere beloningen, tenzij anders staat vermeld. Contractuele arbeidsduur De contractuele arbeidsduur is de in de cao s overeengekomen jaarlijkse arbeidsduur van voltijdwerknemers. Contractuele loonkosten De contractuele loonkosten omvatten naast het caoloon inclusief bijzondere beloningen de wettelijke en contractuele werkgeverspremies voor pensioen, vut, werkloosheid, ziektekosten, arbeidsongeschiktheid en sociale fondsen. Gesubsidieerde sector De privaatrechtelijke bedrijven die door subsidie of via wettelijk vastgestelde bijdragen worden gefinancierd, voorzover zij niet tot de overheid behoren. Het gaat hierbij onder meer om het grootste deel van de gezondheids en welzijnszorg, de uitvoeringsorganen voor de sociale verzekeringen en de sociale werkplaatsen. Inflatie De inflatie of consumentenprijsindex van het CBS geeft de gemiddelde prijsverandering weer van goederen en diensten die huishoudens aanschaffen. De uitkomsten hebben betrekking op alle huishoudens. Jaarmutatie Procentuele mutatie ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 9

Overheid De caosector overheid omvat alle publiekrechtelijke bedrijven, zoals rijksoverheid, provincies, gemeenten, waterschappen en het openbaar onderwijs. Daarnaast behoren de politie, het regulier bijzonder onderwijs en de academische ziekenhuizen tot de overheid. Particuliere bedrijven De privaatrechtelijke bedrijven die niet tot de gesubsidieerde sector of de overheid gerekend worden. Het persoonlijk levensfasebudget De werknemer ontvangt jaarlijks een persoonlijk budget van verlofuren, het Persoonlijk Levensfase Budget (het PLB). Het PLB kan door de werknemer worden opgenomen of opgespaard. Omdat iedere werknemer een PLB heeft, wordt het effect op de loonstijging meegenomen in de caolonen. Eerdere leeftijdsafhankelijke regelingen golden niet voor iedere werknemer en bleven daardoor buiten de statistiek van de caolonen. Met de invoering van het PLB komen de leeftijdsafhankelijke verlofregelingen te vervallen. Sbi Voor de indeling van bedrijven naar economische activiteit wordt de Standaard bedrijfsindeling (SBI 93) gebruikt. Dit is een CBSindeling waarbij de economische activiteit van een bedrijf of instelling gekenmerkt wordt door het voortgebrachte product, de in het productieproces gebruikte grondstoffen en hulpdiensten, en de aard van het productieproces. De SBI heeft een hiërarchische opbouw. Het hoogste niveau is een indeling in vier bedrijfssectoren. Deze bedrijfssectoren zijn onderverdeeld in zestien bedrijfstakken, die op hun beurt weer gesplitst zijn in bedrijfsklassen en bedrijfsgroepen. De cijfercodes die voor de indeling worden gebruikt vormen niet altijd een aaneensluitende reeks. Sectorfonds In een cao kan een regeling worden opgenomen voor een uitkering aan werknemers die ontslagen zijn of van wie het tijdelijk dienstverband is beëindigd. De uitkering (vroeger sprak men van wachtgeld) wordt betaald uit een sectorfonds en is meestal een aanvulling op de WW of Ziektewet, die later overgaat in een WGAuitkering. De premie, die door de betrokken werkgevers betaald moet worden, noemt men sectorpremie. De hoogte van de sectorpremie is afhankelijk van het werkloosheidsrisico in de bedrijfs of beroepssector waarin de onderneming is ingedeeld. Werkgeversbijdrage in de ziektekosten De wettelijke inkomensafhankelijke werkgeversbijdrage in de ziektekosten is met ingang van 2012 gewijzigd. Het maximum premiebedrag is verhoogd van 33 427 euro naar 50 064 euro. Tegelijkertijd is de premie met 0,65 procentpunt verlaagd naar 7,1 procent. De effecten voor de werkgever verschillen per werknemer. Het omslagpunt ligt ongeveer bij 36 500 euro. Boven dit punt nemen de kosten voor de werkgever ten opzichte van vorig jaar toe, onder deze grens dalen de kosten. De ontwikkeling van de werkgeverslasten kan hierdoor per cao verschillen. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 10

B.1 Ontwikkeling caolonen en contractuele arbeidsduur Sbicode Caolonen per maand inclusief bijzondere beloningen Caolonen per uur inclusief bijzondere beloningen Contractuele jaarlijkse arbeidsduur 2009 2010 2011 2012 2009 2010 2011 2012 2009 2010 2011 2012 Totaal 0193 2,7 1,1 1,2 1,4 2,8 1,3 1,1 1,4 0,0 0,1 0,0 0,0 Caosector Particuliere bedrijven 2,7 1,0 1,4 1,6 2,7 1,0 1,3 1,6 0,1 0,1 0,1 0,0 Gesubsidieerde sector 2,9 1,4 1,3 1,3 3,5 2,0 1,4 1,5 0,6 0,5 0,2 0,2 Overheid 2,7 1,6 0,1 0,7 2,7 1,6 0,1 0,7 0,0 0,0 0,0 0,0 Bedrijfstak Landbouw en visserij 0105 2,2 0,7 1,5 1,2 2,2 0,8 1,5 1,2 0,0 0,0 0,1 0,0 Industrie 1537 2,8 1,1 1,3 1,8 2,8 1,3 1,2 1,8 0,0 0,2 0,2 0,0 Energie en waterleidingbedrijven 4041 1,3 2,8 1,9 1,4 1,3 0,9 1,3 1,3 0,0 1,9 0,7 0,0 Bouwnijverheid 45 3,7 0,9 1,3 1,8 3,7 1,3 0,8 1,8 0,0 0,5 0,5 0,1 Handel 5052 2,9 0,7 1,3 1,6 2,9 0,7 1,3 1,5 0,1 0,0 0,0 0,0 Horeca 55 3,6 0,9 1,3 0,8 3,5 1,0 1,2 0,9 0,0 0,0 0,0 0,0 Vervoer en communicatie 6064 2,6 1,1 1,8 1,5 2,4 1,0 1,9 1,4 0,2 0,0 0,0 0,0 Financiële instellingen 6567 2,5 1,1 1,0 1,4 2,5 1,1 0,9 1,2 0,0 0,0 0,1 0,2 Zakelijke dienstverlening 7074 2,3 1,0 1,5 1,4 2,2 1,0 1,4 1,5 0,0 0,0 0,0 0,0 Openbaar bestuur 75 2,2 1,9 0,1 1,1 2,1 2,0 0,0 1,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Onderwijs 80 3,4 0,9 0,0 0,0 3,3 0,9 0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Gezondheids en welzijnszorg 85 2,6 1,7 1,3 1,5 3,5 2,3 1,6 1,7 0,8 0,6 0,2 0,1 Cultuur en overige dienstverlening 9093 2,8 1,1 1,3 1,3 2,8 1,1 1,3 1,3 0,0 0,0 0,0 0,0 B.2 Ontwikkeling contractuele loonkosten Sbicode Contractuele loonkosten per maand Contractuele loonkosten per uur 2009 2010 2011 2012 2009 2010 2011 2012 Totaal 0193 2,8 1,4 1,6 2,1 2,9 1,5 1,6 2,1 Caosector Particuliere bedrijven 2,9 1,3 1,9 2,2 2,8 1,3 1,9 2,2 Gesubsidieerde sector 2,5 1,9 1,4 1,8 3,2 2,5 1,6 1,9 Overheid 2,6 1,7 0,3 2,1 2,6 1,7 0,3 2,1 Bedrijfstak Landbouw en visserij 0105 1,6 1,1 1,7 0,8 1,7 1,1 1,8 0,8 Industrie 1537 2,6 1,3 1,7 1,9 2,6 1,4 1,5 2,0 Energie en waterleidingbedrijven 4041 0,3 3,5 2,3 3,6 0,3 1,5 1,6 3,7 Bouwnijverheid 45 3,7 1,5 2,0 2,5 3,7 1,9 1,5 2,5 Handel 5052 2,6 1,2 1,8 1,8 2,6 1,2 1,8 1,8 Horeca 55 3,0 1,8 1,2 1,1 3,1 1,7 1,2 1,1 Vervoer en communicatie 6064 3,4 1,5 1,8 2,2 3,1 1,6 1,8 2,2 Financiële instellingen 6567 4,0 0,2 1,6 3,5 4,0 0,2 1,5 3,3 Zakelijke dienstverlening 7074 2,6 1,3 2,4 2,3 2,4 1,3 2,4 2,3 Openbaar bestuur 75 2,2 2,0 0,2 2,3 2,2 2,0 0,2 2,3 Onderwijs 80 3,5 1,0 0,4 1,5 3,4 1,1 0,3 1,6 Gezondheids en welzijnszorg 85 2,3 2,2 1,5 1,9 3,1 2,8 1,8 2,0 Cultuur en overige dienstverlening 9093 2,8 1,5 1,7 2,0 2,8 1,5 1,7 2,0 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 11

B.3 Indexcijfers van caolonen; definitieve gegevens 2012 Sbicode Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 2000=100 Caolonen per maand incl. bijzondere beloningen Totaal 0193 129,5 129,6 129,6 129,9 129,9 130,0 130,5 130,6 130,7 130,8 130,8 130,8 130,2 Caosector Particuliere bedrijven 129,1 129,2 129,3 129,5 129,6 129,7 130,1 130,3 130,4 130,5 130,5 130,5 129,9 Gesubsidieerde sector 130,5 130,5 130,4 130,7 130,7 131,2 132,0 132,0 132,0 132,0 132,0 132,2 131,3 Overheid 130,4 130,4 130,6 130,9 130,9 130,9 130,9 131,0 131,0 131,0 131,0 131,0 130,8 Bedrijfstak Landbouw en visserij 0105 127,1 127,1 127,1 127,1 127,1 127,1 127,6 127,6 127,9 127,9 127,9 127,9 127,4 Industrie 1537 129,4 129,6 129,6 129,9 129,9 130,1 131,0 131,2 131,2 131,3 131,3 131,4 130,5 Energie en waterleidingbedrijven 4041 133,0 133,0 133,0 133,0 133,0 133,0 133,0 133,5 134,7 134,7 134,7 134,7 133,6 Bouwnijverheid 45 133,0 133,5 133,5 134,4 134,4 134,5 134,6 135,6 135,6 135,6 135,6 135,6 134,6 Handel 5052 127,5 127,7 127,7 127,7 128,0 128,0 128,3 128,6 128,6 128,7 128,7 128,7 128,2 Horeca 55 123,3 123,3 123,3 123,5 123,5 123,5 123,5 123,5 123,5 124,2 124,2 124,2 123,6 Vervoer en communicatie 6064 127,1 127,1 127,1 127,4 127,6 127,6 127,7 127,7 127,7 128,1 128,2 128,3 127,6 Financiële instellingen 6567 132,5 132,5 132,5 132,9 132,9 133,2 133,8 133,8 133,8 134,1 134,1 134,1 133,4 Zakelijke dienstverlening 7074 128,9 128,9 128,9 128,9 129,0 129,0 129,5 129,5 129,7 129,7 129,7 129,7 129,3 Openbaar bestuur 75 129,6 129,6 129,8 130,3 130,3 130,3 130,3 130,4 130,4 130,4 130,4 130,4 130,2 Onderwijs 80 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 130,3 Gezondheids en welzijnszorg 85 131,2 131,2 131,1 131,5 131,5 132,0 132,8 133,0 133,0 133,0 133,0 133,1 132,2 Cultuur en overige dienstverlening 9093 130,7 130,7 130,9 131,2 131,2 131,2 131,3 131,3 131,3 131,4 131,4 131,4 131,2 Caolonen per uur incl. bijzondere beloningen Totaal 0193 129,5 129,6 129,6 129,9 130,0 130,1 130,5 130,6 130,7 130,8 130,8 130,8 130,2 Caosector Particuliere bedrijven 128,7 128,9 128,9 129,1 129,2 129,3 129,8 129,9 130,0 130,1 130,1 130,2 129,5 Gesubsidieerde sector 132,6 132,6 132,5 132,9 132,9 133,3 134,1 134,2 134,2 134,2 134,2 134,3 133,5 Overheid 130,4 130,4 130,6 130,9 130,9 130,9 130,9 131,0 131,0 131,0 131,0 131,0 130,8 Bedrijfstak Landbouw en visserij 0105 126,6 126,6 126,6 126,6 126,6 126,6 127,1 127,1 127,4 127,4 127,4 127,4 126,9 Industrie 1537 129,3 129,5 129,5 129,8 129,8 130,0 130,9 131,1 131,1 131,2 131,2 131,3 130,4 Energie en waterleidingbedrijven 4041 129,6 129,6 129,6 129,6 129,6 129,6 129,6 130,1 131,3 131,3 131,3 131,3 130,2 Bouwnijverheid 45 132,1 132,6 132,6 133,5 133,5 133,6 133,7 134,7 134,7 134,7 134,7 134,7 133,7 Handel 5052 127,0 127,2 127,2 127,3 127,5 127,5 127,9 128,1 128,1 128,2 128,2 128,2 127,7 Horeca 55 123,2 123,2 123,2 123,4 123,4 123,4 123,4 123,4 123,4 124,2 124,2 124,2 123,6 Vervoer en communicatie 6064 126,5 126,5 126,5 126,8 127,0 127,0 127,2 127,2 127,2 127,5 127,6 127,7 127,0 Financiële instellingen 6567 132,4 132,4 132,4 132,9 132,9 133,1 133,7 133,7 133,7 134,0 134,0 134,0 133,3 Zakelijke dienstverlening 7074 128,4 128,5 128,5 128,5 128,6 128,6 129,1 129,1 129,3 129,3 129,3 129,3 128,9 Openbaar bestuur 75 129,7 129,7 130,0 130,4 130,4 130,4 130,4 130,5 130,5 130,5 130,5 130,5 130,3 Onderwijs 80 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 130,2 Gezondheids en welzijnszorg 85 133,8 133,8 133,7 134,1 134,1 134,6 135,4 135,6 135,6 135,6 135,6 135,7 134,8 Cultuur en overige dienstverlening 9093 130,7 130,7 131,0 131,2 131,2 131,2 131,3 131,3 131,3 131,4 131,4 131,4 131,2 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 12

B.3 Indexcijfers van caolonen; definitieve gegevens 2012 slot Sbicode Jan. Febr. Maart April Mei Juni Juli Aug. Sept. Okt. Nov. Dec. Jaar 2000=100 Contractuele loonkosten per uur incl. bijzondere beloningen Totaal 0193 134,2 134,3 134,4 134,9 135,0 135,1 135,6 135,7 135,8 135,9 135,9 135,9 135,2 Caosector Particuliere bedrijven 133,2 133,3 133,4 133,6 133,7 133,8 134,3 134,5 134,6 134,7 134,8 134,8 134,1 Gesubsidieerde sector 137,9 137,9 137,7 138,2 138,2 138,6 139,5 139,5 139,5 139,5 139,5 139,7 138,8 Overheid 136,2 136,2 136,4 137,9 137,9 137,9 137,9 138,0 138,0 138,0 138,0 138,0 137,5 Bedrijfstak Landbouw en visserij 0105 126,9 126,9 126,9 126,9 126,9 126,9 127,4 127,4 127,8 127,8 127,8 127,8 127,3 Industrie 1537 132,2 132,4 132,5 132,7 132,8 133,0 134,0 134,2 134,3 134,3 134,3 134,4 133,4 Energie en waterleidingbedrijven 4041 134,3 134,3 134,3 135,5 135,5 135,5 135,5 136,0 137,3 137,3 137,3 137,3 135,9 Bouwnijverheid 45 135,0 135,5 135,5 136,5 136,5 136,6 136,7 137,8 137,8 137,8 137,8 137,8 136,8 Handel 5052 129,7 129,9 129,9 130,0 130,2 130,2 130,7 130,9 130,9 131,0 131,0 131,0 130,5 Horeca 55 123,5 123,5 123,5 123,7 123,7 123,7 123,8 123,8 123,8 124,6 124,6 124,6 123,9 Vervoer en communicatie 6064 135,2 135,2 135,2 135,6 135,8 135,8 136,0 136,0 136,0 136,3 136,4 136,6 135,8 Financiële instellingen 6567 136,2 136,2 136,2 136,7 136,7 136,9 137,6 137,6 137,6 137,9 137,9 137,9 137,1 Zakelijke dienstverlening 7074 134,7 134,8 134,8 134,9 135,0 135,0 135,5 135,5 135,7 135,7 135,7 135,7 135,2 Openbaar bestuur 75 135,9 135,9 136,2 137,8 137,8 137,8 137,8 137,9 137,9 137,9 137,9 137,9 137,4 Onderwijs 80 135,5 135,5 135,5 136,7 136,7 136,7 136,7 136,7 136,7 136,7 136,7 136,7 136,4 Gezondheids en welzijnszorg 85 139,0 139,0 138,9 139,5 139,5 140,0 140,9 141,1 141,1 141,1 141,1 141,2 140,2 Cultuur en overige dienstverlening 9093 136,3 136,3 136,6 137,0 137,0 137,0 137,1 137,1 137,1 137,3 137,3 137,3 136,9 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 13

Verklaring van tekens. Gegevens ontbreken * Voorlopig cijfer ** Nader voorlopig cijfer x Geheim Nihil (Indien voorkomend tussen twee getallen) tot en met 0 (0,0) Het getal is kleiner dan de helft van de gekozen eenheid Niets (blank) Een cijfer kan op logische gronden niet voorkomen 2012 2013 2012 tot en met 2013 2012/2013 Het gemiddelde over de jaren 2012 tot en met 2013 2012/ 13 Oogstjaar, boekjaar, schooljaar enz., beginnend in 2012 en eindigend in 2013 2010/ 11 2012/ 13 Oogstjaar, boekjaar, enz., 2010/ 11 tot en met 2012/ 13 In geval van afronding kan het voorkomen dat het weergegeven totaal niet overeenstemt met de som van de getallen. Colofon Uitgever Centraal Bureau voor de Statistiek Henri Faasdreef 312, 2492 JP Den Haag www.cbs.nl Inlichtingen Tel. 088 570 70 70, fax 070 337 59 94 Via contactformulier: www.cbs.nl/infoservice Centraal Bureau voor de Statistiek, Den Haag/Heerlen, 2013. CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Sociaaleconomische trends, september 2013, 02 14