1. Het spel. 2. De puntentelling

Vergelijkbare documenten
Verkorte versie van de regels voor squash

Spelregels squash enkelspel

REGELS VOOR HET WERELD SQUASH ENKELSPEL 2009 OFFICIELE VERTALING VAN DE WSF REGELS IN HET NEDERLANDS APRIL 2009 (MET AANHANGELS 1-8)

SQUASH. de regels voor het enkelspel

2. Duur van het experiment. Het experiment loopt van 1 augustus 2005 tot 1 juni 2006.

REGELS VOOR HET WERELD SQUASH ENKELSPEL 2009 OFFICIELE VERTALING VAN DE WSF REGELS IN HET NEDERLANDS APRIL 2009 (MET AANHANGELS 1-8) VERSIE 1a

Regel 1: puntentelling De puntentelling bij padel is hetzelfde als bij tennis en verloopt in game, set en match.

SQUASH. 1. Spelregels. Schoenen: no black or dirty soles! Ballen: zwarte en blauwe ballen. Bril

Internationale spelregels Padel

Spelregels Versie Publicatiedatum

Je begint het spel badminton met de tos. De scheidsrechter gooit de shuttle in het midden van het veld de lucht in.

Dynamic Tennis Bond Nederland

Badminton spelregels

Dynamictennis Bond Nederland. Spelregels dynamictennis

Werkstuk LO Sport: Badminton

De route naar de Glazen Kooi

TENNISSPELREGELS IN EEN NOTENDOP

Scheidsrechter volleybal.

DYNAMICTENNIS BOND NEDERLAND (DTBN)

HOOFDSTUK 1: HET TERREIN 2 HOOFDSTUK 2: DE SHUTTLE 2 HOOFDSTUK 3: HET NET 2 HOOFDSTUK 4: DE SPELERS 2 HOOFDSTUK 5: DE LOTING 2 HOOFDSTUK 6: DE MATCH 3

DE RODE DRAAD Uitleg Brabantse Voorjaars Jeugd Competitie

BEKNOPTE SPELREGELS.

de tennis reglementen kwis

INTRODUCTIE SPELREGELS RECREANTEN(GEMERT) Erik Wieleman Voorjaar 2013

WAT HEB JE NODIG ALS JE WIL BEGINNEN MET BADMINTON?

TENNISSPELREGELS IN EEN NOTENDOP

PROEFEXAMEN 1 VELDHOCKEY

+ Rally Point telling systeem: Update:

Veranderingen spelregels Topdivisie, divisies en klassen. Spelregels. Ondertitel

Scheidsrechter bij Recvol en Nevobo

Reglement Special Olympics Belgium. Badminton. November Belgium

Diploma Squashen. Squashvereniging Amsterdam

Handleiding Videotest spelregels Themabijeenkomst

AANGEPAST BADMINTON BEKNOPTE SPELREGELS

NATIONAAL WEDSTRIJDFORMULIER

VIJFTIG+OCHTEND MATCHPLAY. April 2017

Instructie Scheidsrechter

Invullen wedstrijdformulier

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

Leidraad invulling nationaal wedstrijdformulier

DEEL 5 Wedstrijdformulier

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

TENNISSPELREGELS. (Laatste maal aangepast door de Internationale Tennis Federatie in juli 2000)

Reglement. Jeugd Clubkampioenschappen Enkelspel All Out 2017

2. In welke van de volgende situaties dient het spel te worden hervat met een indirecte vrije schop?

BEACH HANDBAL SPELREGELS

DE RODE DRAAD (Uitleg Minicompetitie)

Wedstrijdregels Buitentoernooi Switch 87

Toelichting op de nieuwe spelregels met ingang van 1 juli 2016

DE BOK OP! S C H E I D S R E C H T E R S B I J E E N K O M S T 2 3 J A N U A R I

Veranderingen spelregels en HIA TD en lager Spelregels

Landelijke Departement Scheidsrechters. 24 seconden regel. Johnny Jacobs - Frank Van Meel. Departement Scheidsrechters

SPELREGELS Kadijk Beachvolleybal Start Systeem (KBSS) Versie 1.0

WORLD SQUASH ENKELSPEL 2014

Antwoord B Hij fluit af toont de verdediger een rode kaart wegens Hands en laat het spel hervatten met een strafschop.

Spelregels. Samenvatting van de squashregels

Voornaamste aanpassingen

Showdown Scheidsrechters Info en Training

Seven-a-side Variaties. Standaard set van variaties van toepassing op het Seven-a-side Spel

SPELREGELS BEUGELEN. vastgesteld 27 mei editie 27 juni 2019

Regels voor het schoolvolleybaltoernooi

Onder schooltijd: groep 5-6

Leisure & hospitality assistant. Spelregels bal- en racketsporten

CIOS Arnhem Sporting Events SPELREGELS. Sportdag Sportaccentscholen

Spelregels 2013 Beach Soccer Dames

OFFICIALS DAY. 28 maart 2015 BNP Paribas Fortis, Meir, Antwerpen

Tennisspelregels 2015

B.21. SPELREGELS VAN BADMINTON

Reglement - Ultimate Frisbee

Wijzigingen Spelregels

Spelregels. Veranderingen spelregels en HIA Topdivisie, divisies en klassen. Ondertitel

Oefenblad scheidsrechtersexamen

SCHEIDS, BUITENSPEL!, ZIE JE DAT NIET!, BRILLETJE NODIG!

A. Hij geeft beide spelers een waarschuwing door het tonen van de gele kaart zodra dit mogelijk is, zonder het spel hiervoor te onderbreken.

Showdown Scheidsrechters Training. Versie: Joep Commandeur

Een en ander wordt nog benadrukt door de in 1993 opgenomen aanvulling op de tennisspelregels

Inhoud instructie invullen wedstrijdformulier

TOUCH RUGBY WAT IS TOUCH RUGBY

Spelregeltoepassingen. Driven by BB passion

Meer spelplezier door wijziging (spel)regels!

Tennisspelregels 2016

Aanpassingen aanvullende instructies werkgroep spelregels veldvoetbal juli 2012

PROGRAMMABOEKJE SCHOOLSPORTTOERNOOI

Handleiding voor Tafelofficials

Spelregels volleybal. Toepassing in de Maas & Waalse recreantencompetitie

De specifieke onderdelen

Informatie voor scheidsrechters

SPELREGEL- + INFORMATIEBOEKJE. tafeltennis

SAMENVATTING SPELREGELWIJZIGINGEN 2016/'17

Spelregels Baseball5. #playeverywhere. Versie 1 januari 2019 Nederlandse vertaling van de officiële WBSC-spelregels.

Fintro: BE TVA/BTW BE Av. Ch. Schallerlaan Bruxelles/Brussel

Wij rekenen op bereidwilligheid en de sportieve medewerking van alles spelers en supporters van de deelnemende ploegen.

BADMINTON REGELMENTERING. Een verkort overzicht. Inhoud C320 C800 Bijlages Eigen aantekeningen. Stephen

Opleiding tot clubscheidsrechter

SAMENVATTING SPELREGELWIJZIGINGEN 2016/'17

Uitvoeringsregeling Gedragscodes voor coaches, teamofficials en spelers

We doen een beroep op de begeleiders om een oogje in het zeil te houden t.a.v. het eigen team.

OPLOSSINGEN. Reglemententest Enkel wat goed is, is vet gedrukt. 1. Bij een intrap :

Aanpassing spelregels Juni 2012

Wie zorgt voor wat? Voor de wedstrijd moet er van alles gebeuren. Wie zorgt voor wat?

Transcriptie:

1. Het spel Het racketspel squash wordt door twee personen gespeeld die elk een racket en een gemeenschappelijke bal gebruiken. Racket, bal en speelveld moeten aan de standaardafmetingen van de WSF voldoen. 2. De puntentelling Een wedstrijd wordt om twee of drie gewonnen games gespeeld. Dit wordt door de wedstrijdleiding beslist. Iedere game gaat om 9 punten. De speler die het eerst 9 punten heeft wint de game. Wanneer voor de eerste maal de stand 8-8 bereikt is moet de ontvanger, voordat de volgende service wordt geslagen, kiezen of de game wordt voortgezet tot en met 9 punten (dit heet no set) of tot en met 10 punten (dit heet set 2). In het laatste geval wind de speler die als eerste nog twee punten scoort de game. De ontvanger moet in ieder geval zijn keus duidelijk maken aan de scheidsrechter, de marker (indien aanwezig) en aan zijn medespeler. De marker moet "set 1" of "set 2" roepen, al naar gelang de keuze van de ontvanger, voordat het spel wordt voortgezet. 3. Het Maken van Punten Punten kunnen alleen gemaakt worden indien men serveerder is. Wanneer de serveerder een rally wint, dan krijgt hij een punt. Indien de ontvanger een rally wint, mag hij gaan serveren. 4. Het Serveren 4.1. Het recht als eerste te serveren wordt beslist door het tossen met behulp van een racket. De serveerder mag blijven serveren tot hij een rally verliest. Dan gaat de service over naar de tegenstander. Zo gaat het de hele wedstrijd door. Aan het begin van de tweede en elke volgende game mag de winnaar van de voorgaande game beginnen met serveren. 4.2. Aan het begin van elke game en bij het wisselen van de service mag de serveerder kiezen vanuit welk serveervak hij wil serveren. Hij zal daarna, zolang hij punten scoort, bij de volgende service van serveervak moeten wisselen. Als een rally eindigt in een let, dan wordt er weer geserveerd vanuit hetzelfde serveervak. Een service vanuit het verkeerde serveervak is geldig, tenzij de ontvanger voordat hij de bal terugslaat hiervan melding maakt. In dat geval wordt opnieuw geserveerd, maar dan uit het juiste serveervak. In elk geval is hier geen straf voor. Kanttekening voor de scheidsrechter. Indien het ernaar uitziet dat de serveerder uit het verkeerde vak wil gaan serveren, of wanneer een van de spelers niet lijkt te weten wat het juiste vak is, dan moet de marker de serveerder duidelijk maken wat het juiste serveervak is. Als de marker dit verkeerd aangeeft of als hierover vervolgens onenigheid bestaat, dan beslist de scheidsrechter wat het juiste vak is.

4.3. Om de service goed uit te voeren mag er geen voetfout worden gemaakt en moet de bal, voordat hij geslagen wordt, worden losgelaten of opgegooid, zonder dat de bal de muur, de vloer, het plafond, of objecten die aan het plafond hangen, raakt. De bal moet rechtstreeks tegen de voormuur worden geserveerd tussen de voormuur-uitlijn en de servicelijn (cutline), zodanig dat de bal in het tegenover het serveervak liggende achtervak de vloer raakt, tenzij de bal door de ontvanger wordt gevolleerd. Als de serveerder de bal losgelaten of opgegooid heeft en geen poging doet om de bal te raken, dan mag hij de bal nogmaals gaan serveren. Een speler die slechts één arm kan gebruiken mag de bal met het racket optikken voordat hij de bal slaat. Toelichting: De bal kan na de voormuur, de zijmuur of de achtermuur raken, voordat hij terechtkomt op de helft van de tegenstander. Tenzij de tegenstander de bal volleert, moet de bal de vloer raken op de helft van de tegenstander. 4.4. De service is fout: als de serveerder niet met ten minste één voet binnen het serveervak contact houdt met de vloer of met die voet de lijnen van het serveervak raakt op het moment dat hij de bal slaat. Dit heet voetfout. Een deel van die voet mag zich boven de lijn bevinden maar mag de lijn niet raken; als de bal op of onder de servicelijn op de voormuur komt; als de bal na de voormuur de vloer raakt op of buiten de lijnen die het tegenoverliggende achtervak aangeven; De serveerder verliest zijn service: bij een foute service; als de bal bij de service de muren, de vloer, het plafond, of objecten die aan het plafond hangen, raakt voordat de bal geslagen wordt; Als de serveerder een poging doet de bal te slaan, maar daarbij de bal mist. Als volgens de scheidsrechter de bal niet juist geserveerd is; Als de bal uit geserveerd wordt, of als de bal enig ander deel van de baan eerder dan de voormuur raakt; Als de bal na de service en voordat de bal twee keer gestuit is, of voordat de ontvanger naar de bal geslagen heeft, de serveerder of iets dat hij aanheeft of draagt raakt. 4.5. De serveerder mag niet opslaan tot de marker het afroepen van de stand voltooid heeft. 5. Het Spel

Na een correcte service slaan de spelers om de beurt de bal totdat een van de spelers er niet in slaagt de bal goed terug te slaan of tot het spel op een andere wijze, overeenkomstig de regels, wordt onderbroken. 6. Het Correct Terugspelen 6.1. De bal is correct teruggespeeld wanneer, voordat de bal twee keer op de vloer gestuit heeft, de bal de voormuur boven het tin geraakt heeft zonder daarbij de vloer, de speler, diens kleding, het racket, het lichaam of de kleding van de tegenstander te raken, vooropgesteld dat de bal niet uitgeslagen is. De bal kan tegen iedere muur geslagen worden, vooropgesteld dat de bal de voormuur raakt voordat hij de vloer raakt. 6.2. De bal zal niet goedgekeurd worden indien deze het tin raakt voor of nadat de bal de voormuur heeft geraakt voor het stuiten op de vloer, of indien het racket niet vastgehouden wordt op het moment dat de bal wordt geslagen. 7. Een Let Een let is een onbesliste slagenwisseling of rally. Wanneer voor een rally een let wordt gegeven scoort geen van beide spelers een punt. De serveerder zal opnieuw en vanuit hetzelfde vak serveren. 8. Hoe Een Rally Gewonnen Wordt 8.1. Een speler wint een rally: wanneer de speler ontvanger is; 8.2. als de tegenstander er niet in slaagt de bal goed terug te slaan, tenzij er sprake is van een let of als de rally aan de tegenstander wordt toegekend; 8.3. als de bal de tegenstander of wat hij aanheeft of draagt raakt wanneer die tegenstander niet aan slag is; 8.4. wanneer de scheidsrechter, conform de regels, de rally aan de speler toekent. 9. Het Raken van de Tegenstander met de Bal

Indien de bal, voordat hij de voormuur bereikt, de tegenstander, diens racket of iets wat hij aanheeft of draagt raakt, dan is de rally afgelopen en: heeft de ontvanger de rally gewonnen als 9.1. de bal goed geweest zou zijn en de voormuur geraakt zou zijn en de voormuur geraakt zou hebben zonder eerst een zijmuur te raken; 9.2. zal een let worden toegekend als de bal goed zou zijn geweest, maar de ontvanger, zich omdraaiend, de bal heeft gevolgd dan wel de bal achter zich om heeft laten gaan, en hij de bal rechts heeft geslagen nadat de bal hem links is gepasseerd (of andersom). Kanttekening voor de scheidsrechter Als de ontvanger, na zich te hebben omgedraaid of de bal achter zich langs te hebben laten gaan, besluit de rally niet voort te zetten omdat er een kans is dat hij de tegenstander zal raken en hij, volgens de scheidsrechter, in staat was de bal goed te slaan, dan moet een let worden gegeven. Toelichting : Laat een ontvanger zich opzettelijk raken om een let af te dwingen, dan kan de speler de rally winnen. 9.3. Als de bal een andere muur heeft geraakt of zou raken en vervolgens goed zou zijn geweest, zal een let worden gegeven, tenzij naaar de mening van de scheidsrechter een winnende slag werd voorkomen, want in dat geval wint de speler de rally; 9.4. Als de bal niet correct zou zijn geweest dan verliest de speler de rally. 10. Andere Pogingen om de Bal te Slaan Indien de ontvanger naar de bal slaat en deze mist, dan mag hij opnieuw pogingen doen om de bal te slaan. Indien de bal, nadat de ontvanger de bal gemist heeft, de tegenstander, zijn racket of iets wat hij aanheeft of draagt, raakt, dan moet de scheidsrechter beslissen of: 10.1. de ontvanger de bal alsnog correct had kunnen spelen, want dan zal een let worden gegeven; 10.2. de ontvanger de bal niet correct had kunnen spelen, want dan verliest hij de rally. 10.3.

In alle gevallen zal een let worden toegekend, wanneer na een alsnog geslaagde poging de bal de voormuur niet kan bereiken doordat deze de tegenstander of iets dat hij aanheeft of draagt raakt. Indien een verdere poging niet zou hebben geresulteerd in een goede bal, dan zal de speler de rally verliezen. Toelichting: Voorbeeld: Speler "A" wil de bal slaan, maar mist. Hij probeert opnieuw de bal te slaan. Voordat hij de bal op een geldige manier kan slaan raakt de bal echter speler "B". Gevolg: een let. 11. Appeal Het verzoek aan de scheidsrechter om de beslissing nog eens te overwegen. Tegen elke beslissing van de marker kan bezwaar worden aangetekend (appeal). Een appeal aan de scheidsrechter maakt een speler kenbaar met de woorden "appeal please". Het spel ligt dan dood tot de scheidsrechter zijn beslissing uitspreekt. Als een appeal wordt afgewezen, geldt de beslissing van de marker. Wanneer de scheidsrechter twijfels heeft, wordt een let gegeven, Appeals of onderbrekingen worden hierna behandeld. Een opgeheven vinger wordt niet geaccepteerd om een appeal kenbaar te maken. 11.1. Appeals ten aanzien van de service: als de marker "fout", "voetfout", "not up", "down" of "uit" roept bij de service mag de speler een appeal doen. Als het appeal wordt goedgekeurd, wordt een let gegeven; als de marker nalaat "fout", "voetfout", "not up","down" of "uit" te roepen bij de service mag de ontvanger een appeal doen, direct na de service of aan het einde van de rally als hij de bal heeft gespeeld of dat geprobeerd heeft. Als volgens de scheidsrechter de service niet goed is, en de marker nalaat te roepen, dan onderbreekt hij direct de rally en kent deze toe aan de ontvanger. 11.2. Appeals ten aanzien van andere spelsituaties: Als de marker na een slag van de speler "uit", "not up", of "down " roept, mag de ontvanger een appeal doen. Als het appeal wordt goedgekeurd, wordt een let gegeven, tenzij volgens de scheidsrechter: de speler een winnende slag had geslagen die werd onderbroken door het roepen van de marker, want dan krijgt deze speler de rally toegewezen; de ontvanger een winnende slag had kunnen slaan, waarin hij werd onderbroken door het roepen van de marker, want dan krijgt deze ontvanger de rally toegewezen. Als de marker verzuimt "uit", "not up", of "down" te roepen nadat een speler de bal heeft geslagen, mag de tegenstander direct dan wel na afloop van de rally als hij de bal heeft geslagen, een appeal doen. Indien volgens de scheidsrechter de bal niet goed was moet hij onmiddellijk het spel onderbreken en de

rally aan de tegenstander toekennen. Toelichting: Doet een speler pas aan het eind van een rally een appeal, dan riskeert hij verlies van de rally als zijn appeal wordt verworpen. 12. Hinderen 12.1. Na een bal gespeeld te hebben moet de speler alle moeite doen om uit de weg van de tegenstander te gaan. Dat wil zeggen: 12.2. Na de bal gespeeld te hebben moet de speler alle moeite doen om de weg naar de bal voor de tegenstander vrij te maken. In het bijzonder houdt dit in: Een speler moet alle moeite doen om zijn tegenstander afdoende zicht op de bal te geven. Een speler moet alle moeite doen om zijn tegenstander niet te hinderen bij de bal te komen. Tegelijkertijd moet de tegenstander alle moeite doen om bij de bal te komen, en indien mogelijk de bal te spelen. Een speler moet alle moeite doen om zijn tegenstander genoeg ruimte te geven de bal te spelen. Kanttekening voor de scheidsrechter Genoeg ruimte om de bal te spelen betreft een redelijke aanzet, een slag naar de bal en een redelijke uitzwaai. Een speler moet alle moeite doen om zijn tegenstander de gelegenheid te geven de bal rechtstreeks naar de voormuur te slaan. 12.3 Wanneer een speler niet voldoet aan een van de bovengenoemde punten, of hij nu alle moeite heeft gedaan of niet, is er sprake van hinderen. Als er gehinderd wordt en de speler naar het oordeel van de scheidsrechter niet alle moeite heeft gedaan dit te.vermijden, terwijl de tegenstander de bal goed had kunnen slaan, dan moet de scheidsrechter door zelf het spel te onderbreken of na een appeal de rally aan de tegenstander toekennen. Als er echter gehinderd wordt en naar het oordeel van de scheidsrechter de speler alle moeite heeft gedaan dit te vermijden, en de tegenstander had de bal goed kunnen slaan, dan moet de scheidsrechter op een appeal, of doordat hij het spel stopt zonder op een appeal te wachten, een let toekennen, tenzij door

het hinderen een winnende slag voorkomen werd, want dan moet de scheidsrechter de rally aan de tegenstander toekennen. 12.4. Wanneer naar het oordeel van de scheidsrechter een speler ervan afziet de bal te spelen, terwijl wanneer hij dat wel had gedaan, dat duidelijk en zonder twijfel tot een gewonnen rally zou hebben geleid, dan zal hem de rally worden toegekend. Als het spelen van de bal een tweede poging was, zal een let worden toegekend. Toelichting: Kan een speler de bal goed slaan, maar ziet hij ervan af omdat hij anders de tegenstander zou treffen, dan moet de scheidsrechter de speler de rally toekennen. Wanneer een speler onnodig lichamelijk contact veroorzaakt met zijn tegenstander, moet de scheidsrechter het spel stoppen, indien dat niet al gebeurd was, en de rally aan de tegenstander toekennen. 13. Wanneer Een Let te Geven In aanvulling op de overige regels kan of moet in de volgende gevallen een let worden toegekend. 13.1. Een let moet gegeven worden: indien, door de positie van de ontvanger, zijn tegenstander niet in staat is contact met de bal te voorkomen voordat de bal teruggeslagen is: Kanttekening voor de scheidsrechter Deze regel geldt ook voor situaties waarin de ontvanger voor zijn tegenstander staat en het deze moeilijk maakt de bal te zien, dan wel wanneer de ontvanger de bal vlak langs zijn lichaam laat gaan en de bal vervolgens de zich achter de ontvanger bevindende tegenstander raakt. Dit alles mag niet in tegenstelling staan tot de plichten van de scheidsrechter.b als de bal enig voorwerp dat op de baan ligt, raakt;b als de speler ervan afziet de bal te slaan omdat hij redelijkerwijs vreest zijn tegenstander te raken: Kanttekening voor de scheidsrechter Deze regel is ook van toepassing op de situatie waarbij de speler de bal via de achterwand wil slaan. Als volgens de scheidsrechter een van de spelers werd afgeleid door een voorval op of buiten de baan; als volgens de scheidsrechter een wijziging in de staat van de baan de uitslag van de rally heeft beïnvloed. 13.2. Een let moet worden gegeven:

als de ontvanger niet klaar is en geen poging doet de bal terug te slaan; als de bal kapotgaat tijdens de rally; als de scheidsrechter niet in staat is ten aanzien van een appeal een beslissing te nemen; als de bal goed is teruggeslagen, maar hij uit gaat, nadat deze een keer op de vloer gestuit heeft. 13.3.B Als de ontvanger om een let vraagt, kan deze worden toegewezen indien deze speler in staat zou zijn geweest de bal goed te spelen. Toelichting: Een speler moet de keus maken om de bal tijdens een let-situatie terug te spelen of een appeal te doen. Proberen de bal te slaan en bij mislukking "let please" roepen is natuurlijk niet mogelijk. Om een te geven let moet gevraagd worden door de speler, in geval: De scheidsrechter kan een let geven zonder een verzoek van een speler. een speler geraakt wordt door de bal dan beslist de scheidsrechter zonder een verzoek af te wachten of een let wordt gespeeld dan wel aan wie de rally wordt toegekend. 14. De Bal 14.1. Op elk moment dat er geen rally gespeeld wordt, mag de bal vervangen worden indien beide spelers daarmee instemmen of wanneer een van de spelers daarom vraagt en de scheidsrechter daartoe beslist. 14.2. Als de bal tijdens een rally lek raakt, wordt deze direct door een andere vervangen. 14.3. Als de bal tijdens een rally lek raakt zonder dat dit werd opgemerkt, dan zal voor die rally een let worden gegeven wanneer de serveerder daarom vraagt voor zijn volgende service of, wanneer de ontvanger daarom vraagt, voordat hij een poging doet de service terug te slaan. 14.4. Als een speler tijdens de rally stopt vanuit de veronderstelling dat de bal kapot is en als vervolgens blijkt dat dit niet het geval is, dan verliest deze speler de rally. 15. Het Inslaan 15.1. Onmiddellijk voordat de wedstrijd begint, moet de scheidsrechter de spelers 5 minuten de gelegenheid geven de bal die gebruikt gaat worden in te slaan op de baan waarop de wedstrijd gespeeld zal worden. Als nog 2,5 minuut van het inslaan resteert, meldt de scheidsrechter aan de spelers dat hij de helft van

hun tijd voor het inslaan hebben gebruikt door "half time" te roepen en zal hij zich ervan verzekeren dat zij van kant wisselen tenzij zij overeenkomen dat niet te doen. De scheidsrechter zal de spelers ook laten weten dat de tijd voor het inslaan om is door "time" te roepen. Toelichting: Bij het individueel inspelen voor het spel krijgt de eerste speler naast zijn 2,5 minuut nog eens één minuut om de bal warm te spelen, dus in totaal 3,5 minuut. 15.2. Als een nieuwe bal gebruikt gaat worden of als na een aanzienlijke onderbreking de wedstrijd hervat wordt, moet de scheidsrechter de spelers in de gelegenheid stellen de bal warm te slaan. Het spel wordt hervat zodra de scheidsrechter daartoe beslist of indien beide spelers het al eerder hierover met elkaar eens zijn. Tussen de games mag de bal door een van de spelers opgewarmd worden tenzij de ander daar bezwaar tegen heeft. 16. Continuïteit van het Spel Na de eerste service dient het spel, voor zover verantwoord, onder de volgende omstandigheden zonder vertraging onderbroken te worden. 16.1. Wegens slecht licht, of wegens andere omstandigheden, die niet door de spelers zelf zijn veroorzaakt, voor een door de scheidsrechter vast te stellen tijdsduur. De bereikte score blijft staan. Als een andere geschikte baan beschikbaar is, wanneer de oorspronkelijk in gebruik zijnde baan onbruikbaar blijft, dan mag de wedstrijd verplaatst worden wanneer beide spelers het daarmee eens zijn, dan wel wanneer de scheidsrechter daartoe beslist. Als de wedstrijd niet dezelfde dag wordt voortgezet, dan blijft de bereikte score staan, tenzij beide spelers overeenkomen de wedstrijd van voren af aan te beginnnen. 16.2. Tussen alle games wordt een pauze van 90 seconden toegestaan. De spelers mogen de baan verlaten tijdens de pauze, maar moeten gereed zijn om het spel te hervatten aan het einde van de vastgestelde tijd. Wanneer nog vijftien seconden van een pauze resteren, dient de scheidsrechter "vijftien seconden" te roepen om aan te geven dat de spelers klaar moeten gaan staan om het spel te hervatten. Aan het einde van de pauze moet de scheidsrechter" time" roepen. De spelers mogen met elkaar overeenkomen voor het einde van de onderbreking van 90 seconden het spel te hervatten. De spelers dienen binnen een dusdanige afstand van de baan te blijven, dat zij de aanzegging "vijftien seconden" en "time " kunnen horen. 16.3.

Als een speler de scheidsrechter ervan overtuigt dat een wisseling van zijn uitrusting, kleding of schoeisel noodzakelijk is, mag hij de baan verlaten. Hij moet deze wisseling zo snel mogelijk uitvoeren en de scheidsrechter zal hem daartoe een maximale termijn van 2 minuten toestaan. Indien de speler nalaat binnen de gestelde termijn terug te komen, moet de scheidsrechter regel 17 toepassen. 16.4. Als een speler zichzelf blesseert, moet de scheidsrechter beslissen of: de speler zichzelf heeft geblesseerd; de blessure per ongeluk is veroorzaakt; de blessure veroorzaakt is door bewust gevaarlijk spel of handelen door de tegenstander. 17. Het Gedrag op de Baan Als volgens de scheidsrechter het gedrag van een speler op de baan intimiderend of hinderlijk voor de tegenstander, official of toeschouwer is, of op enigerlei wijze het spel in opspraak brengt, moet de speler gestraft worden. Als een speler de WSF-gedragscode overtreedt, kunnen de volgende straffen worden toegepast: waarschuwing van de scheidsrechter; een strafpunt wordt aan de tegenstander toegekend; een strafgame wordt aan de tegenstander toegekend; de wedstrijd wordt aan de tegenstander toegekend. Alle straffen moeten luid en duidelijk kenbaar worden gemaakt. 18. Leiding van de wedstrijd Gewoonlijk wordt een wedstrijd geleid door een scheidsrechter bijgestaan door een marker. Eventueel kan één persoon worden aangesteld om beide functies uit te oefenen. Wanneer de scheidsrechter een beslissing heeft genomen, dient hij deze aan de spelers mede te delen, waarna de marker de beslissing herhaalt met de stand die daarvan het gevolg is. Kanttekening voor de scheidsrechters. De spelers mogen niet om een andere scheidsrechter of marker vragen. Alleen de hoofdscheidsrechter heeft het recht de marker of scheidrechter voor of tijdens de wedstrijd te vervangen. 19. De Taken van de Marker 19.1. De marker roept de stand af, waarbij de punten van de serveerder het eerst genoemd worden, om het verloop van de wedstrijd aan te geven. De marker roept naar gelang de situatie "voetfout", "fout", "not up", "uit", of "down" en herhaalt de beslissing van de scheidsrechter.

19.2. Bij het roepen van de marker tijdens het spel dient het spel onderbroken te worden. 19.3. Als de marker in twijfel is over een spelsituatie of als hij deze niet goed kon waarnemen, dient hij de spelers dit mee te delen en de scheidsrechter om een beslissing te verzoeken. Als de scheidsrechter niet kan beslissen, moet een let worden gegeven. De marker roept "hand out" om het wisselen van de service aan te geven. 20. De Taken van de Scheidsrechter 20.1. De scheidsrechter beslist over de toekenning van lets en rally's. Daarnaast neemt hij alle beslissingen die voortvloeien uit de spelregels, met inbegrip van die situaties waarin een speler geraakt wordt door de bal of geblesseerd raakt. Hij beslist over alle appeals, ook waar het gaat om beslissingen van de marker. De beslissing van de scheidsrechter is doorslaggevend. 20.2. De scheidsrechter beslist: na een appeal van een van de spelers. 20.3. de scheidsrechter moet het roepen van de stand door de marker onderbreken als deze niet juist is, in welk geval hij de marker de juiste stand moet laten roepen. 20.4. De scheidsrechter zal zich niet met de leiding van de marker bemoeien, tenzij hij ervan overtuigd is dat de marker een vergissing heeft gemaakt door het (niet) onderbreken van het spel. In dat geval dient de scheidsrechter overeenkomstig de regels te handelen. 20.5. De scheidsrechter is verantwoordelijk voor een strikte toepassing van de in de regels vastgestelde tijden. 20.6. De scheidsrechter moet erop toezien dat de baan aan de voorwaarden voldoet. 20.7. De scheidsrechter kan de wedstrijd toekennen aan de speler, wiens tegenstander niet binnen tien minuten na de vastgestelde aanvangstijd van de wedstrijd klaar op de baan staat.