Spiegel der jeugt, voor alle die zig in den huwelyke staat willen begeven

Vergelijkbare documenten
Afscheids-lied van een jonkman aan zyn beminde, dewelke zig op het schip bevind, en met de expeditie moet tegen Engeland

Ware geschiedenis voorgevallen in de wytberoemde koopstad Amsterdam

Waarachtig verhaal van een gruwelyke moord

Een nieuw lied Of de klaagende dochter

De zegenpraal der liefde

Het nieuwe christelyk en geestelyk uur-slag

Een nieuw lied, Op de onverwagte wederkomst van een minnaar by zyn beminde

Een nieuw aandoenlyk historie-lied, of gedenkwaardig tafereel, zynde eene ware gebeurtenis te

Een nieuw lied. Klaas en trouw u leven niet

Een nieuw zeemans lied

Aandoenlyke geschiedenis, voorgevallen te Edenburg, in het Duitsche Ryk

Zedelyk herders lied

Een nieuw lied. bron Een nieuw lied. Z.p., ca dbnl. Zie voor verantwoording:

Een ware en aanddoenlyke historie

Het leerzame prenteboekje voor kinderen. Vervolg of het tweede stukje

Nieuw Oranje volks-lied

Het zwaare recht of de justitie. Gedaan aan een koopmans vrouw

Een nieuw lied, op de wonderlijke lotgevallen van een Haarlemsch weesmeisje in de Oost-Indiën.

Liedeken. Lucifer is hier in post

De klagende en zugtende inwoners der aarde: treurende over de onenigheden, die van tyd tot tyd

Gezangen voor de oude mannen en vrouwen, in 't Diaconie huis

Aria. bron exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: Lbl KB Wouters Aria. Z.p. ca. 1810

Treur-lied over de verschrikkelyke aardbeeving tot Lissabon, en andere plaatsen in Portugal. z.n.,

Gruwel moord, gepleegd door zekeren, Basurini

Een nieuw lied van een meisje, die naar het slagveld ging, om haar minnaar te zoeken. Z.p. ca.

Kort tafereel der nieuwe fransche tirannye gepleegd te Woerden, aan grysaards, vrouwen, mannen. mannen en kinderen, ja tot zwangere vrouwen toe

Tegen-zang, op meisjes trouwd tog niet zo vroeg

Krygs-zang. Of vaderlandsche zamenspraak

Vreugde-zang, op de plechtigheid van 't hooge huwelyk van Z.K.H. de Kroonprins van Oranje met. met de Groot-vorstin van Rusland

Een nieuw lied op de zeven hooftzonden: en op ieder zonden haar exempel, zeer stigtig voor de

Liederen voor zondag 5 oktober 2014

't Vertrek en wederkomst der twee geliefden

Transponeringstabel LB2013-LB1973

Goede buren. Startzondag 13 september 2015 m.m.v. Jeugdkoor Joy uit Streefkerk o.l.v. Vincent van Dam

Den eersten van sprokkelmaand bron

Een nieuw lied. bron exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: Lbl KB Wouters Een nieuw lied. J. Wendel, Amsterdam

Een nieuw lied van een droevige moord

Nieuw lied. of het tweede vervolg op de Muyder Cronyk

Jeugddienst 1 oktober 9.30 uur Vrouw met de kruik

Een nieuw lied, van eene zonderlinge en treurige, maar tevens waare gebeurtenis, onlangs buiten Berlyn voorgevallen

Aan mijne lieve moeder den 28sten december 1850 (*) J.J. Cremer

Rond het sterven MOMENT VAN OVERLIJDEN

Orde van de dienst Hervormde gemeente te Borculo zondag 1 december 2013 eerste Advent

Waare en aandoenlyke beschryving, of de droevige klacht van een zondaar in de gevangenis, zynde eene ongelukkige vader van vier lieve kindertjes

Refrein. Refrein. Tot aan die dag, wil ik weten wie U bent,

Een nieuw lied. Of de verliefde huisvader

Orgelspel. Binnenkomst kerkenraad en mededelingen. Zingen intochtslied psalm 105:1

Een nieuw lied, gemaakt op de victory, bevogten door de koning van Pruyze, den 1 october 1756

bron Moeder Hubbard en haar hond. P.M. van der Made, Amsterdam 1860

Openluchtdienst! speelruimte om te leven!

Pastorale namiddag tijdens de vasten

Lezen : Psalm 33 Tekst : Zondag 10. NLB 725 : 1, 3 en 4 Gezang 174 Lied 409 : 1, 4 en 5 Gezang 123 : 1 en 5 Opwekking 770

Roept uit aan alle stranden verbreidt van oord tot oord, verkondigt alle landen het Evangeliewoord het Evangeliewoord

Een christelijk lied, behelzende het geloof, goede werken en de genade Gods

25 februari uur AA Kramer orgel/piano: Jannes Munneke schriftlezing: Frouke IJsselstein

E C C E H O M O. Weekoverweging. Ziet de mens *** in de oorsprong werd de mens twee om door lichamelijke eenwording nieuwe mensen voort te brengen

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. K. Timmerman

Paasviering. Sing-in 2017

Liturgie ochtenddienst NGK Langerak, 11 september Welkom Openingsgebed Openingslied Opwekking 518 Heer, U bent altijd bij mij

Liturgie voor de biddag op woensdag 14 maart 2018

30 oktober 2016 Voorganger : Ds. H.D.Bondt Begeleiding : Jeugdband / Els Cornelisse

Een nieuw lied. bron exemplaar Koninklijke Bibliotheek Den Haag, signatuur: Lbl KB Wouters Een nieuw lied. J. Wendel, Amsterdam

Welkom in deze dienst Voorganger is kand. J.F. Leeflang (Veenendaal)

LITURGIE. voor de dienst van uur op Biddag met de kinderen van de Eben-haëzer school. op woensdagmorgen 13 maart in de Dorpskerk

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

Voorhof, 25 augustus Avondmaalsviering *** Stilte tot inkeer. Orgelspel. Welkom en drempelgebed

Liturgie middagdienst Woensdag 25 december Gezang 139 vers 1, 2en 3

Zangen voor de aalmoezeniersweezen, bij derzelver afscheid van dat godshuis. Op den 4den Mei 1823

Liturgie voor zondagochtend 6 december in de Westerkerk te veenendaal

Protestantse Gemeente te Wapenveld in de Petruskerk 7 jul :00 uur

Goede vrijdag Zie Het Lam!

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. L.P. Blom

Liturgie , br R. van Swetselaar

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. P. Molenaar

Liedteksten groep 3 en

Zondag 20 november Geheeld menszijn

Licht in het donker, leven na de dood. Leerdienst over Dordtse Leerregels - hoofdstuk 3/4, artikelen 11 en 12

Samen op weg naar Pasen samen op weg de toekomst tegemoet samen op weg naar Pasen samen op weg en weten het komt goed samen op weg naar Pasen

Liturgie 13 mei 2018: Thema : God én mens

Iiturgie voor de -12 jeugddienst van zondagmorgen 28 Juni in de Westerkerk te Veenendaal

Thema: Ik ben Christen, jij niet?

Liturgie avonddienst op 31 juli uur in de Westerkerk te Veenendaal Voorganger: ds. W.G. Teeuwissen

In de nieuwe wereld. Willem de Bondt

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. P. Molenaar

Heer ik kom tot u Heer, ik kom tot U, hoor naar mijn gebed. Vergeef mijn zonden nu, en reinig mijn hart.

liederen die ons dragen in ons leven

Welkom in de Hoeksteen. Voorganger: ds. Tonny Nap

Oude huisopschriften te Leiden.

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. P. Molenaar

door Nathalie Booij: Simpelweg gelukkig zijn (Guus Meeuwis) door Nathalie Booij: Ik zal er zijn (Sela) Welkom

Liturgie voor de ochtenddienst van zondag 26 november

Welkom door ouderling van dienst (gemeente zit)

In den naam Gods amen.

ACTIE SCHOENENDOOS. 4 november :30 uur

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. K. Timmerman

Protestantse gemeente Biddinghuizen Zondag 30 april 2017 Lof in de Hof dienst. Thema: Gods terughoudendheid

Als iemand in Christus is, is hij een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie het is alles nieuw geworden.

Opwekkingsdienst 16 augustus 2015 om in de Ark. Voorganger: Ds. Oberink M.m.v.: de opwekkingsband. Thema: Een geworteld leven

Dankdag. Orde van dienst voor de viering van. 4 november 2012 Vredevorstkerk te Beverwijk

Liturgie aangepaste kerkdienst

Transcriptie:

Spiegel der jeugt, voor alle die zig in den huwelyke staat willen begeven bron. Z.p., 18de eeuw Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_spi008spie01_01/colofon.php 2011 dbnl

1 Een Nieuw Lied. Of Meisjes-klagt, over het steeken van de vlooijen. Stem: Ik ben een Amsterdams Matroosjen. KAntje Buur ik moet u klagen, Hoe dat ik nu wort gekveld, Van de Vlooije in dees dagen, Hoe is het nu met u gestelt. 't Jeukt my hier, 't jeukt my daar, Het jeukt myn ja ik weet niet waar, Ik heb myn heupe af gelaaten, Want ik dogt 't zouw my baaten, Waar in dat nesten dit gebroet, Het geen my dikwils waake doet. 2. Tryntje myt ik heb medooge, Met u druk en Vlooije pyn, Og dat wy eens vinde mooge, Hier voor eene Medicyn, Want ziet ik ben van vlakke bont, Maar als ik dees Kunst verstond: Om dit gedierte te verdryven, Wy zoude gaauw veel klante kryge, Meest van het Vrouwelyk geslagt, Het geen nu moet jaage dag en nagt. 3. Geen vreugde kunne ons vermaaken Van deez' aangenaame tyd, Wy moeten dag en nagte waaken, Door het gestadigen gebyd, Van dat zwarte Nikkers goet, 't Geen uitzuygt ons beste bloet, Ik loop nu hier al zonder Rokken, Kee ik zal daar niet om jokken, Myn Baaye heb ik uit gedaan, Tot de Winter tyd komt aan. 4. Wilt tog maar geduldig weeze, Na deeze komt een ander tyd, Ik heb laast in de Krant geleeze, Hoe uitgevonden heeft een Myd, Om te maaken eene Val. Waar in zy Vlooijen vange zal, Dog wat kan ons dit nu baaten, Zou ik myn langer sterke laten, Ik zal myn wassen met azyn, Dit is goed voor Vlooije pyn. 5. Nu schiet myn ook te binne, Een goed raad van een Out Wyf, Dit zal ik aanstonds beginnen, Hier dient ook tot u geryf, Zy sprak doe gelyk als [...] Neemt maar wat sch[...] Bestrykt hier meede dan de plooye, Van u Broek-waar in de Vlooije, Dan wel ligt in raake vast, Ziet dan benne zy verrast.

6 Oorlof Mysjes wilt onthouwen, Deeze uitgeleezen raat, Dan hoeft u zo niet te krouwen, Gy weet hoe lelyk dat 't staat, Dat gy gaat met vlak by vlak, Is dat niet groot ongemak, Wilt u schoonheid niet verliezen, Gaat dan deeze middel kiezen, Dit zeg ik u voor het lest. Gebruyk het is probatum best. EYNDE.

2 Spiegel der Jeugt, voor alle die zig in den Huwelyke Staat willen begeven. WOnder is Gods kragt! In het menschelyk geslagt, Die van het begin, Heeft geplant de zoete min, In het Huwelyk, Op het Aardryk, Op dat door den band Van de liefde heel constant, Elk zou leven met zyn paar, In zuyver' min te gaar. Eenen Doctoor schoon, Liefgetallig van perzoon; Binnen Amsterdam, Vryd een Juffrouw hoog van stam, Hy was arm van goed, Maar van eel gemoed, Zy gaf hem haar trouw, Om te zyn als man en vrouw; En te leven heel constant, In min en echte band. Maar den Vader gram, Van zyn Dochter dit vernam, Dwong haar met geweld, Om het goed en om het geld, Dat zy trouwen zou, Deze schoon Juffrouw, Eenen Ryken Heer: Of hy kreeg haar met verzeer, Als dat zy met droef getraan; De dood zou onderstaan. Tegen wil en dank, Trouwden zy door Vaders dwank, Tegen haren zin, Om het geld, maar zonder min, Deze schoon Jonkvrouw, Was vol druk en rouw! Want zy dagt altyd Op haar eerste Lief met vlyd, Die door liefde exelent, Stond in haar hert geprent. Na twee jaaren tyd, Nooit geen uur van gezondheid, Noch geen kinders zoet, 't Was al druk en tegenspoed! In een Letturgi, Door melancoli, Bleef zy in den nood, Ieder meende zy was dood, En zy wierd met veel droefheid Al in het Graf geleid. Den Doctoor dit hoord, 't Scheid van rouw zyn hert doorboort

Haaren besten Vrind Die haar 't eerste had bemind, In zyn traanen vloed! Riep [hy liefste zoet] ô! Myn schoon Jonkvrouw, Die my had belooft u Trouw, Schoon myn hoop nu is gedaan, Myn min zal nooit vergaan. Mogt ik naar u dood: Nog eens zien uit liefde groot, Ach u bleek aanschyn! Tot vertroosting van myn pyn; Hy sprak met getraan, Den Graafmaker aan: 'k Bid u met ootmoed, My de kist eens open doet, Ziet voor loon word u getelt: Twee hondert gulden geld, In den midder-nagt, Als 'er niemant op en dagt, Kwaamen zy aan 't Graf, En den steen gewentelt af, Hy ook niet en mist, Opende de Kist;

3 En hy riep met rouw, ô! Gy overschoon Jonkvrouw, Legt gy hier in Mortis schoot, Verslonden van de dood. Hy uit 's herten grond, Kusten haaren bleeken mond, Hoord deez' wonder maar! Wat den Minnaar wierd gewaar: Haaren adem gaan, Haaren pols te slaan, En haar jeugdig hert, Klopte nog in deze smert, Den Doctoor stond geheel verstelt, Aanzag dat zoetsten Beeld. Wonderlyk vertoog, En hy regten haar om hoog, Zy bleef zitten regt, Hoord wat den Grafmaaker zegt: Met een kort beraan, Laat ons vlugten gaan, Hy wierd zeer bevreest, Meende het was eenen geest Den Do[...] Grafmaaker hebt geduld. En zyt niet bevreest, Het is hier geenen geest; Stopt u Graf terstond, Swygt maar stil houd uwen mond, Want zy voor gewis, Noch in 't leven is, Ziet dat zoete Lam; Hy haar in zyn armen nam; En hy droeg haar ryn en kuys, Met vreugden in zyn huys. Hy leid' haar heel net Op een zuyver pluymen bed, Gaf haar Medicyn Tot genezing van haar pyn! Door zyn konst met kragt En Gods wonder magt, Op zes weeken tyd: Kreeg zy weer haar gezondheid, Looft den grooten God van al, Hoord wat hier volgen zal. Tot haar eer en lof, Een nieuw kleed van 't zelve stof, Maakten hy haar aan, Zo zy voortyds had aangedaan; En een schoon Maaltyd Heeft hy haar bereid: Nooden haaren Man, En veel Vrinden, die als dan Kwaamen daar verheugd van geest, Het scheen een Bruylofte-Feest. Naar de Maaltyd dan, Doen sprak hy tot haaren Man,

Ach myn Heer bekent, Die myn liefde hebt ontwent, Door u geld en goed, Wild gy met 'er spoed, Nog u Huisvrouw zien. Hy sprak hoe kan dit geschien, Myn Huisvrouw is lang in 't Graf, En van de wereld af. [...] De eerste kamer open doet, Ziet die schoon Juffrouw, Zonder druk of zonder rouw, Kwam daar in 't Zalet; Zuyver klaar en net, Fris en wel te pas; Zoo zy in het leven was, Ieder een die stont verstelt! Myn Heer met groot geweld. Hy viel in onmagt, En hy stierf den derden nagt; Maar nog heel prezent, Had gemaakt zyn Testament, Al zyn geld en goed, Land in overvloed, Was voor zyn Huisvrouw, En den Doctoor heel getrouw, Kreeg deez' Juffrouw tot zyn lot, Het is den wil van God.

4 Korten tyd daar naar, Trouwden daar dat lieve Paar, Ieder was verblyd, Na zyn moeite en groote stryt, Leefde met zyn Vrouw, In de min getrouw, Zeven Kinders schoon; Kreegen zy tot hunnen loon, Benevens geld en goed; In grooten overvloed: Vrinden voor het lest, 'k Raad u voor het alderbest, Als gy Trouwen moet, Doet het nooit om geld of goed, Maar uit zuyvere min, Na Gods wil en zin, Tragt den roep van God, Te volbrengen het Gebod, Van den Heer die 't al regeert, De liefde triompheert. Nieuw Lied, van een Engelsche Gekleede Heer bevonden een Dame te zyn: ten huyze by een laakenkooper. Dees Heer was in 't Amasoon, Zeer vier en trots van leeden, Was liefmatig en zeer schoon, En vriendelyk van reeden, Zo als ook wel meerder zyn, Die z[...]n die schyn, Geeve[...] Heeren, [...] En als zy zyn by Mynheer in huys, Dan is 't een vry vertrekje, Maar is de Juffrouw dan niet tuys, Speele zy trekke bekje, Zo verandert de Heer in Juffrouw, En dat kwansuis voor de vrouw, Zo als 'er veele Heeren, Die hoertjes mimineeren. Ik ging laast al door de stad, En zo na buyten treeden, Een die tros voorby my trad, Sprak my aan met Reeden, Schoon zy was in 't Amasoon, Maar een Damen in persoon, ik kwansuis haar groeten, Zy my weer ontmoeten. Sprak my aan met soede reen, Ging na myn welstand vragen, Syne wy wat voort getreen, Om myn te onderschraagen, Maar ik die daar de lugt van had, Schopte haar onder der gat,

In 't aanzien van veel lieden, [...] Schoon 'er ook veel Heeren zyn, Die daar mee op houwen, Amasoon gekleed in schyn, Vragen dan haar vrouwen, Wel wat is dat voor een heer, Hy my de Negotie leer, Ja de Lakekooperyen, Dat doet haar zo verblyen. Maar zy zyne Fabriceurs, Als in zyn Engelsche kleeding, Passe op Mynheers Goudbeurs, Dat hy word wat leedig, Op die weg 'er veelen zyn, Loopen met de zak vol pyn, Of haar beste boeltje, Raakt in een modder poeltje. EYNDE.