Nieuw Oranje volks-lied

Transcriptie

1 bron. Z.p., 1815 Zie voor verantwoording: dbnl

2 1 Nieuw Oranje volks - lied. Wys: Wilhelmus al van Nassauwen. 1. Wilhelmus al van Nassauwen, Dat geeft ons Vaderlandsche moed; Daar kon men gerust op vertrouwen, Hy was er van edel, edel bloed; Stryd voor Wilhelmus, stryd voor Wilhelmus, En dat is goed. 2. Zo zong men al reeds voor Eeuwen, By Eerste Vader Willems tyd, En ieder die vechten als Leeuwen, Al voor haar eigen veiligheid; Toen was 't Wilhelmus, (bis.) En men was verbleid. 3. Welhelmus deed ons floreeren, Hy lag tot de Vryheid de grond, De Vryheid die wy zo waardeeren, Waar aan men zig eeuwig verbond, Kreeg door Wilhelmus, (bis.) Haar eerste grond. 4. Weldra zag men toen de Franschen, Op het Vaderlandsche gebied; Zy namen onze sterkten en schansen, Maar ô weê het hielp haar toch niet; Want met Wilhelmus, (bis.) Kwam haar verdriet. 5. Toen moesten zy haar biezen pakken, Dat is toch meer dan eens geschied; Men zag haar langzaam afzakken, Wilhelmus die vreesde voor hun niet; Neen door Wilhelmus, (bis.) Kwam haar verdriet. 6. Wy moesten het nu ook beleeven, De Franschen die kwamen in ons Land,

3 Wilhelmus, dat wierd verdreeven, Maar nooit uit ons harte verband; ô Neen Wilhelmus, (bis.) Bleef het dierbaarste pand. 7, Men dwong om in Holland te zingen, De roem van een wreede Barbaar; Wat hoorde men al vreemde dingen, 't Was of het geen Holland meer waar; Men zong Wilhelmus, (bis.) Doch met 't grootste gevaar. 8 Zyn nu de Franschen welhaast vervlogen, En loopen haar daaglyks nog meer, De tranen van angst uit de oogen, Dan zingen wy gerust nu ook weêr; Lang leeft Wilhelmus, (bis.) Dat is Hollandsche eer. 9 Kom wil dan nu moedig vechten, En volgt uwer Vaderen spoor, Het is weêr voor uw oude rechten, Wilhelmus die gaat er u voor; Zo klinkt Wilhelmus, (bis.) Europa weêr door.

4 2 Een nieuw lied, op de Landing van Buonaparte, aan het Zuidelyk deel van Frankryk, en hoe hy is Vogelvry verklaard Wys: Adieu Monsieur Napoleon. 1. Wel zeg Monsieur Napoleon, Kunt gy 't nog niet vergeeten, Plaagt u de duivel dan rondom, Ja ieder moet het weeten, Zeg, wat beheerscht u dolle Zot, Zyt gy te onvreden met uw lot, Men heeft u ruim genoeg beloond Daar gy u magt op Elba toont, Weg schurk, weg schurk, weg schurk Wat word doch eens uw loon? 2. Denkt gy dat gy nog Keiser zyt, Neen, dat is lang versleten, Men liet u tog ter goeder tyd, Uw heerschappy uitsweeten, Op Elba daar kreeg gy de magt, Daar hebt ge uw schurken mee gebragt die roepen: kom Napoleon! Het Fransche ryk roept u weerom, Maar neen, maar neen, maar neen, Vivat het huis Bourbon! 3. In Holland lagt men om die pret, Durft gy het nog probeeren, Europa is reeds lang gered, En zal u die klucht afleeren, Roept gy nog manschap by malkaar, Gy toont nu weêr in 't openbaar, Dat menschenbloed u 't meest behaagt Heeft u de duivel zo geplaagt, Wel nu, wel nu, wel nu, Hy verlangt na u heel graag. 4. Is Frankryk u dan nog zo schoon, Kunt gy het niet verlaaten, Ach denkt dat men uw helsche throon, Daar eeuwiglyk blyft haten, Gy hebt geen aanspraak op genaê, Neen, Hoerekind van Corsika. Probeer een landing op dit Land,

5 Maar voor u slegt Soldaten stand, Waar gy, waar gy, waar gy, daar lang reeds uitgeband. 5. Wel nu Monsieur Napoleon, Deed uw de angst niet zweeten, Toen gy dat helsche plan begon, de drommel mag het weeten, Al is het Eiland Elba klein, Men plaatste u als Souverein, Is dan uw moordzucht zo gehoond, Nog niet naar uwe zin beloond, dat gy, dat gy, dat gy, daar Rekwisitie toond. 6. Daar komt de dwingeland aan de wal, Maar niemand zal hem vreesen, Elk weet dat Bonaparte's val, Europaa's heil moest weesen, Maar nu moet hy geheel van kant, 't Is als een Vlieg met de Olyphant, En daarom vrienden weest nu bly, Want Bonapart is Vogelvry, Waar zal, waar zal hy heen, Hy komt tog nimmer vry, 7. Hy heeft Europa lang geplaagt, Maar het kan niemand deeren, Wat gekke gril hem ook behaagd, Hy zal recht mores leeren, Want vaart hy nu eens uit of thuis, Men plaatst hem in het gekkenhuis, Maar neen, dat is hy nog niet waard hy sterft nog in zyn eigen Zwaard, ô Weê! ô weê! ô weê, Wat of de wanhoop baard. 8. Vergeeten wy Napoleon, Die in de hel zal landen, Alwaar reeds van zyn helsch gebrom, Een aantal legt te branden, Wat ramp hy ons ook heeft gebaard, Hy is nu Vogelvry verklaard, Oranje leeft! en de dwingeland, Kent men niet meer in Nederland, Zyn magt, zyn magt, zyn magt, Legt eeuwig aan den band.