Emotron I/O-board 2.0 Optie

Vergelijkbare documenten
Emotron I/O-board 2.0 Optie

RTC- Print real-time klok Optie

Emotron Encoder board 2.0 Optie

RTC- Print real-time klok Optie

PTC 2.0-optieprint. PTC/RTC-optieprint. Gebruiksaanwijzing Nederlands. Voor frequentieregelaar Emotron VFX/FDU 2.0-IP2Y. Voor Emotron FlowDrive-IP2Y

Emotron PTC/PT100 board 2.0 Optie

PTC/PT100 board 2.0 Optie

PTC/PT100 board 2.0 Optie

Emotron HCP 2.0. Handheld control panel voor Emotron FDU/VFX 2.0 Emotron CDU/CDX 2.0. Gebruiksaanwijzing Nederlands

Emotron FDU/VFX 2.0 Extern bedieningspaneel

Geoptimaliseerd voor lage vermogens

Emotron Geïsoleerd RS232/ Optie

GPRS-A. Universele monitoringsmodule. Quick start. De volledige handleiding is verkrijgbaar op Firmware versie 1.00 gprs-a_sii_nl 02/18

DIN-RAIL UITBREIDING int-iors_nl 10/14

Installatie-instructie

INSTALLATIE INSTRUCTIES Alleen geschikt als permanente installatie, onderdelen genoemd in de handleiding kunnen niet buiten gemonteerd worden.

Emotron VSA/VSC Frequentieregelaar

Keystone OM13 - EPI-2 driedraads module Handleiding voor installatie en onderhoud

PROGRAMMEERBARE TEMPERATUUR DETECTOR TD-1_NL 07/11

Tyro Pyxis/Auriga 2, 4, 6 of 8 voudige afstandsbediening Handleiding 868 MHz

Emotron FDU en VFX 2.0

BES External Signaling Device

Geldt voor Emotron VFX 2.0 en FDU 2.0 frequentieregelaar

PDM-8-MB POM (VOEDING OVER MODBUS) Montage & gebruiksvoorschriften

EC Vent Installatie-instructies

Video Intercom Systeem

OPTISCHE-AKOESTISCHE BUITEN SIRENE/FLITSER SP-4002

ACS-30-EU-PCM2-x-32A

K-Steel deuropenermodule 1156/10 met numeriek toetsenbord

HANDLEIDING - LEVEL INDICATOR M A N U A L

CODEKLAVIER PROGRAMMATIE HANDLEIDING

ADRESSEERBARE ZONE UITBREIDING int-adr_nl 05/14

PumpDrive. Zelfkoelende, motoronafhankelijke frequentieregelaar. Verkorte handleiding

Montage- en gebruiksaanwijzing. Module M2 voor BDC-i440 besturingen

IP VIDEOFOON 2 draads SNEL AAN DE SLAG

Speciale frequentieregelaar voor afvalwater. Emotron FlowDrive

Installatie handleiding Emergency Battery System.

Vibra Switch C. Niveauschakelaar

GA-2 Alarmtoestel vetafscheider met twee sensoren Installatie- en bedieningsinstructies

Beknopte handleiding alarmeringssysteem voor olieafscheiders type WGA 01

Installatiehandleiding

Beknopte installatiehandleiding VIP X1600-module. Waarschuwing

Gebruiksaanwijzing LMS Controller 8x Digitaal-in Module t.b.v. ALFANET

Emotron M20 Asbelastingsmonitor

GA-1 Alarmtoestel vetafscheider Installatie- en bedieningsinstructies

Magneetklep DN15 t/m DN150

Emotron Geïsoleerd RS232/ Optie

Technische handleiding

GfS Day Alarm. Algemene omschrijving...p. 2. Montage handleiding en functies...p. 3. Instellingen van magneet contacten...p. 4

Technische Catalogus Softstarters

Ridder PositioningUnit RPU

Correcties. MOVIDRIVE MDX61B Besturingskaart MOVI-PLC DHP11B. Uitgave 09/2005 FA / NL

Eenvoudige opzet met 1 mastermodule: (maximaal 128 actieve ingangen te verwerken)

Technische Catalogus Softstarters

PRS 9. Gebruiksaanwijzing Programmaschakelaar PRS 9

BES External Signaling Device

GEBRUIKSAANWIJZING 20274_ HK855 TM ALL RIGHTS RESERVED MARMITEK

Aanvulling op de technische handleiding. MOVIMOT -opties MLU.1A, MLG.1A, MBG11A, MWA21A. Uitgave 06/ / NL.

BDS-001, besturing voor handbediende schuifdeuren

BES External Signaling Devices

Technische documentatie

ACS-30-EU-MONI-RMM2-E

CrossMaster BrightButton de líchtgevende drukknop

Installateurshandleiding

EX8. Installatie- en programmeringshandleiding. Ver 1.0

Magneetklep DN10, DN15 en DN20 Kenmerken

ABUS Secvest 2WAY G E B R U I K S A A N W I J Z I N G. Bestnr

Inhoudsopgave. 1. Inleiding Leveringsoverzicht Toepassing Spanningsvoorziening 6. Contactinformatie 7. Pag.

Installatie instructies

HANDLEIDING CIFERO XT CODEKLAVIER

PWM50/3. Dubbele motor sturing. DIGITAAL HANDLEIDING. Motion Control Systems

Opmerking: afhankelijk van uw configuratie is de print voorzien van de benodigde componenten.

Bedieningshandleiding. Netgelijkrichter 24 V, 5 A met UPS Oproepsysteem 834

DTU Basic. Bedieningshandleiding N

Trigger I/O kaart voor de LogiComm pistoolbesturing

Opmerking: afhankelijk van uw configuratie is de print voorzien van de benodigde componenten.

RUKRA REMOTE DIGIT IO_44_NL ARTIKELNUMMER: RK-3004

AC CES 700XR HANDLEIDING P. 02

Opgave 1 Opbouwen van een servomotor-systeem

L /2008 rev 0 BE.PROXY BE.READ INSTALLATIEHANDLEIDING

Documentatie RM-BV 12. Filterregeling

BELANGRIJK: Bij de eerste keer dient u de inleerprocedure te doorlopen voordat u de set kan gebruiken! Handleiding MS16

OMI-5 METALEN BEHUIZING

Dynamische regelaars voor kleine AC-motoren

VIESMANN. Montagehandleiding VITOTROL 100. voor de vakman. Vitotrol 100 type UTDB-RF

Terugmeld module in combinatie met andere merken 13. Aansluiten van de meldingangen 14. In gebruik nemen en testen van de terugmeld module 16

Serie 19 - Interventiemodulen

SPRAAK MODULE INT-VG. 1. Eigenschappen. 2. Specificaties

M O C M O C O N C N C N +12V. Input 1. Input 2. Input 3. Input 4. Verbindingssnoer

Technische handleiding

Installatiehandleiding

HANDLEIDING: FOTOCEL MET REFLECTOR FB-02.

KEYSTONE. OM8 - EPI 2 AS-Interface module Handleiding voor installatie en onderhoud.

URN 2. Gebruiksaanwijzing Netvoedingsapparaat URN 2

Ruimtetemperatuur voelers MODBUS, SHT-A1-MB(-LCD) Ruimte MODBUS. Omschrijving

NL Manual GSM module RC-GBT8448BC V1.1. Handleiding GSM RC-GBT8448BC

Ins NL Lezer PROXIMITY P reeks

1. Specificaties Algemeen Inhoud verpakking Modelspecifiek Veiligheidsnormen en beveiligingen...

Transcriptie:

Emotron I/O-board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar Emotron VFXR/FDUL Emotron FlowDrive Emotron TSA softstarter Gebruiksaanwijzing Nederlands

Emotron I/O-board 2.0 Optie Voor Emotron VFX/FDU 2.0 AC frequentieregelaar Emotron VFXR/FDUL Emotron FlowDrive Emotron TSA softstarter Gebruiksaanwijzing - Nederlands Documentnummer: 01-5916-03 Uitgave: r3 Datum van uitgifte: 25-01-2016 (c) Copyright CG Drives & Automation Sweden AB 2011-2016. CG Drives & Automation behoudt zich het recht voor om, zonder kennisgeving vooraf, specificaties en illustraties in de tekst te wijzigen. De inhoud van dit document mag niet worden gekopieerd zonder de uitdrukkelijke toestemming van CG Drives & Automation Sweden AB.

Veiligheid Gebruiksaanwijzing Lees eerst deze gebruiksaanwijzing! Deze optie is een extra onderdeel van de "hoofdproduct" en de gebruiker moet de oorspronkelijke handleiding van het hoofdproduct kennen. Alle veiligheidsaanwijzingen, waarschuwingen enz. zoals genoemd in deze gebruiksaanwijzing moeten bekend zijn bij de gebruiker. Veiligheidsaanwijzingen Lees de veiligheidsaanwijzingen in de gebruiksaanwijzing van het hoofdproduct door. Installatie Het installeren, het in bedrijf nemen, het demonteren, het uitvoeren van metingen etc. van of aan het hoofdproduct mag alleen worden uitgevoerd door personeel dat technisch gekwalificeerd is voor de desbetreffende taak. De installatie moet ook conform de lokale standaarden zijn. Zorg ervoor dat alle noodzakelijke veiligheidsmaatregelen zijn genomen. WAARSCHUWING! Neem alle benodigde voorzorgsmaatregelen bij het installeren en in bedrijf nemen om letsel te voorkomen, bijv. door een ongecontroleerde belasting. Hoofdproduct openen WAARSCHUWING! Schakel altijd de voeding uit voordat u het hoofdproduct opent. Wacht bij frequentieregelaars minimaal 7 minuten zodat de tussenkringcondensatoren de tijd hebben om zich te ontladen. Neem altijd de juiste voorzorgsmaatregelen in acht voordat de hoofdproduct wordt geopend, ook al zijn de aansluitingen voor de regelsignalen en doorverbindingen geïsoleerd van de netspanning. CG Drives & Automation AB 01-5916-03r3

CG Drives & Automation 01-5916-03r3

Inhoud Veiligheid... 1 Inhoud... 3 1 Inleiding... 5 2 Aansluitingen en functies... 7 2.1 Indeling en aansluitingen van print voor Emotron FDU/VFX/VFXR/ FDUL/FlowDrive versies, type IP54, IP20/21 en IP23, en Emotron TSA-softstarters... 7 2.2 Indeling en aansluitingen van print voor Emotron FDU/VFX-IP2Y, bouwvorm A3, B3 en C3... 12 3 Ingangen gebruiken... 17 3.1 Drempelwaarden voor digitale ingangen... 17 4 Functies... 19 4.1 Menu s en parameterinstellingen... 19 5. Installatie, frequentieregelaars... 21 5.1 Installatie in type IP54, IP20/21 en IP23... 21 5.2 Installatie in type IP2Y bouwvormen A3, B3 en C3... 28 6. Installatie optsa softstarters... 32 6.1 Mechanische montage... 33 CG Drives & Automation 01-5916-03r3 3

4 CG Drives & Automation 01-5916-03r3

1 Inleiding De I/O-print is een optieprint voor Emotron frequentieregelaars, Emotron FlowDrive en Emotron TSA-softstarters, die hierna in deze handleiding "hoofdproduct" worden genoemd. Emotron FDU/VFX - Frequentieregelaar De I/O-print heeft drie extra galvanisch geïsoleerde digitale ingangen en drie extra programmeerbare relaisuitgangen. De digitale ingangen en relaisuitgangen worden als volgt benoemd. BX DigInX of RelayZ, waarbij B staat voor optieprint en DigIn voor digitale ingang. Bx kan zijn 1, 2 of 3 (1 of 2 in frequentieregelaars met versie 2Y en Emotron TSA-softstarter) X en Z kunnen zijn 1, 2 of 3. Het printnummer is 1 als de optieprint is gemonteerd in de eerste positie op de bevestigingsplaat. Voorbeeld B2 DigIn3 Type Versie Opmerking Emotron FlowDrive - type FLD Emotron VFXR/FDUL - AFEregelaar IP54/20 en IP20/21 Er kunnen maximaal 3 optieprints worden gemonteerd IP54/20 Emotron FDU/VFX - Frequentieregelaar IP2Y Er kunnen maximaal 2 optieprints worden Emotron FlowDrive - type FLD gemonteerd Emotron TSA-softstarter IP20 Digitale ingang nummer 3 Printnummer 2; de optieprint is in gleuf 2 gemonteerd Nadat de I/O-print is geïnstalleerd, registeert de software automatisch de aanwezigheid van de print. Vervolgens worden de gerelateerde menu s geactiveerd in het Setup Menu van de hoofdproduct. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Inleiding 5

Levering en uitpakken Controleer de levering. Het pakket moet bestaan uit: I/O-print Montagemateriaal, zie het hoofdstuk Installatie, frequentieregelaars on page 21 of Installatie optsa softstarters on page 32. Deze handleiding Controleer op zichtbare beschadigingen. Installeer niet als er schade geconstateerd is. Als er een beschadiging is gevonden of iets ontbreekt uit de verpakking, dient u contact op te nemen met uw leverancier. 6 Inleiding CG Drives & Automation 01-5916-03r3

2 Aansluitingen en functies 2.1 Indeling en aansluitingen van print voor Emotron FDU/VFX/VFXR/FDUL/FlowDrive versies, type IP54, IP20/21 en IP23, en Emotron TSA-softstarters In dit hoofdstuk worden de indeling en aansluitingen van de print beschreven. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Aansluitingen en functies 7

2.1.1 Lay-out print X5a Status X5b D4 D5 D6 X4 1 2 3 4 5 6 D1 D2 D3 X1 X2 X3 11 12 13 21 22 23 31 32 33 NC C NO NC C NO NC C NO Afb. 1 Lay-out I/O-print 8 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

2.1.2 Gebruikersaansluitingen Tabel 1 Functie klemmenstroken X1, X2 en X4. X1 Naam Functie (standaard) Signaal Type 1 N/C 2 COM 3 N/O X2 1 N/C 2 COM 3 N/O X3 1 N/C 2 COM 3 N/O X4 1 DigIn1 + 2 DigIn1-3 DigIn2 + 4 DigIn2-5 DigIn3 + 6 DigIn3 - Relais B1(2,3)R1 programmeerbare uitgang Relais B1(2,3)R2 programmeerbare uitgang Relais B1(2,3)R3 programmeerbare uitgang Print 1 (2,3) Digitale ingang 1 Print 1 (2,3) Digitale ingang 2 Print 1 (2,3) Digitale ingang 3 Potentiaalvrije omschakeling 2A/250VAC/AC1 Potentiaalvrije omschakeling 2A/250VAC/AC1 Potentiaalvrije omschakeling 2A/250VAC/AC1 0-24VDC of 0-24VAC, imp. 3,2kΩ Zie VOORZICHTIG onder tabel. 0-24VDC of 0-24VAC, imp. 3,2kΩ Zie VOORZICHTIG onder tabel. 0-24VDC of 0-24VAC, imp. 3,2kΩ Zie VOORZICHTIG onder tabel. Relaisuitgang Relaisuitgang Relaisuitgang Differentiële digitale ingang Differentiële digitale ingang Differentiële digitale ingang VOORZICHTIG: de galvanische isolatie tussen de digitale ingangen is beperkt. Maximaal toegestaan spanningsverschil tussen digitale ingangen: 50 VDC of 50 VAC. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Aansluitingen en functies 9

Tabel 2 Kabelspecificatie Signaal soort Maximale kabelgrootte Aandraaimoment Digitaal Massieve draad: 0,14 tot 2,5 mm 2 Relais Flexibele draad: 0,14 tot 1,5 mm 2 0,5 Nm Draad met adereindhuls: 0,25 tot 1,5 mm 2 Kabel type Afgeschermd Niet afgeschermd 2.1.3 LED s De LED s op de I/O-print duiden op de volgende functies: Tabel 3 LED-beschrijving Status LED Beschrijving Knippert langzaam (1Hz) = OK Knippert snel = communicatiestoring Uit = geen voeding D1 Relais 1 is actief als deze aan is, X1:2 aangesloten op X1:3 D2 Relais 2 is actief als deze aan is, X2:2 aangesloten op X2:3 D3 Relais 3 is actief als deze aan is, X3:2 aangesloten op X3:3 D4 DigIn 1 AAN (hoog) als deze aan is * D5 DigIn 2 AAN (hoog) als deze aan is * D6 DigIn 3 AAN (hoog) als deze aan is * * Zie voor drempelwaarden digitale ingangen 3.1, pagina 17. 10 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

2.1.4 Interne aansluitingen Tabel 4 Interne aansluitingen Aansluiting X5a X5b Beschrijving Eerste optiepositie: 16-polige bandkabel, aangesloten op de controlprint optie-aansluiting X5 bij frequentieregelaars of X4 bij de Emotron TSA. Tweede of derde optiepositie: 16-polige bandkabel van de optieprint Aansluiting op de volgende optieprint. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Aansluitingen en functies 11

2.2 Indeling en aansluitingen van print voor Emotron FDU/VFX-IP2Y, bouwvorm A3, B3 en C3 In dit hoofdstuk worden de indeling en aansluitingen van de print beschreven. Tabel 5 Uitleg bij bouwvormen voor Emotron FDU/VFX-IP2Y Model VFX/FDU48-2P5-2Y VFX/FDU48-3P4-2Y VFX/FDU48-4P1-2Y VFX/FDU48-5P6-2Y VFX/FDU48-7P2-2Y VFX/FDU48-9P5-2Y VFX/FDU48-012-2Y VFX/FDU48-016-2Y VFX/FDU48-023-2Y VFX/FDU48-032-2Y VFX/FDU48-038-2Y Bouwvorm A3 B3 C3 12 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

2.2.1 Lay-out print X5b Fig. 2 Lay-out I/O-print CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Aansluitingen en functies 13

2.2.2 Gebruikersaansluitingens Table 6 Functie klemmenstroken X1 en X4. X1 Naam Functie (standaard) 1 N/O Relais B1 (2,3) R1 2 COM programmeerbare uitgang 3 N/O Relais B1 (2,3) R2 4 COM programmeerbare uitgang 5 N/0 Relais B1 (2,3) R3 6 COM programmeerbare uitgang X4 7 DigIn1 + 8 DigIn2 + 9 DigIn3 + 10 - Print 1 (2,3) Digitale ingang 1 Print 1 (2,3) Digitale ingang 2 Print 1 (2,3) Digitale ingang 3 Massa (signaalaarde) Signaal Potentiaalvrije omschakeling 2 A/250 VAC/AC1 Potentiaalvrije omschakeling2 A/250 VAC/AC1 Potentiaalvrije omschakeling 2 A/250 VAC/AC1 0-24 VDC, imp. 3.2 kω Zie VOORZICHTIG onder tabel. 0-24 VDC, imp. 3.2 kω Zie VOORZICHTIG onder tabel. 0-24 VDC, imp. 3.2 kω Zie VOORZICHTIG onder tabel. Type Relaisuitgang Relaisuitgang Relaisuitgang Differentiële digitale ingang Differentiële digitale ingang Differentiële digitale ingang! VOORZICHTIG: de galvanische isolatie tussen de digitale ingangen is beperkt. Maximaal toegestaan spanningsverschil tussen digitale ingangen: 50 VDC. Opmerking: aanbevolen minimale schakelstroom bij lage spanning voor de relais is 10 ma. 14 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

Table 7 Kabelspecificatie Signaal soort Maximale kabelgrootte Aandraaimoment Digitaal Massieve draad: 0.14 tot 2.5 mm 2 Relais Flexibele draad: 0.14 tot 1.5 mm 2 0.5 Nm Draad met adereindhuls: 0.25 tot 1.5 mm 2 Kabel type Afgeschermd Niet afgeschermd 2.2.3 LEDs De LED s op de I/O-print duiden op de volgende functies: Table 8 LED-beschrijving LED Description Knippert langzaam (1Hz) = OK Status Knippert snel = communicatiestoring Uit = geen voeding D1 Relais 1 is actief als deze aan is,, X1:1 connected to X1:2 D2 Relais 1 is actief als deze aan is,, X1:3 connected to X1:4 D3 Relais 1 is actief als deze aan is,, X1:5 connected to X1:6 D4 DigIn 1 AAN (hoog) als deze aan is * D5 DigIn 2 AAN (hoog) als deze aan is * D6 DigIn 3 AAN (hoog) als deze aan is * * Zie voor drempelwaarden digitale ingangen 3.1, pagina 17. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Aansluitingen en functies 15

16 Aansluitingen en functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

3 Ingangen gebruiken Alle digitale ingangen zijn geïsoleerde differentiële ingangen. Dit betekent dat de common (min) van het signaal niet is verbonden met de common van de hoofdproduct of de common of andere in- of uitgang. Een van de voordelen hiervan is dat de stuurstroomsignalen van verschillende PLC s met een verschillende common zonder problemen kunnen worden aangesloten. Een ander voordeel van het gebruik van differentiële ingangen is dat de ingang minder gevoelig is voor externe interferenties. Soms kan het handig zijn om dezelfde bron te gebruiken (0 V referentie) voor de signalen voor zowel de I/O- als controlprint. Dit is goed mogelijk. De capaciteit van de 24 V-voeding van de controlprint is beperkt, zie de opmerking hieronder. LET OP: de maximale belasting van +24 V DC toevoer voor het hoofdproduct is beperkt. Zie de handleiding van het hoofdproduct. De impedantie van elke digitale ingang op de I/O-print is 3.2 kohm (7,5 ma). 3.1 Drempelwaarden voor digitale ingangen De ingang wordt beschouwd als hoog als het spanningsverschil hoger wordt dan 8 V DC/AC en de ingang wordt beschouwd als laag als het spanningsverschil lager wordt dan 5 V DC/AC. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Ingangen gebruiken 17

18 Ingangen gebruiken CG Drives & Automation 01-5916-03r3

4 Functies Nadat de I/O-print is geïnstalleerd, registeert de software automatisch de aanwezigheid van de print. Vervolgens worden de gerelateerde menu s geactiveerd in het Setup Menu van het hoofdproduct. 4.1 Menu s en parameterinstellingen Zie voor een beschrijving van de menu s en parameterinstellingen de handleiding van het hoofdproduct. CG Drives & Automation 01-5916-03r3 Functies 19

20 Functies CG Drives & Automation 01-5916-03r3

5. Installatie, frequentieregelaars 5.1 Installatie in type IP54, IP20/21 en IP23 In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de optieprint in de frequentieregelaar wordt gemonteerd. Bij deze frequentieregelaars kunnen maximaal drie verschillende optieprints en één communicatieprint worden gemonteerd. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 21

De optieset bestaat uit optieprint vier schroeven, M3 x 6 één 16-polige bandkabel, ongeveer 75 mm lang; deze kabel wordt gebruikt om de eerste optieprint aan te sluiten één 16-polige bandkabel ongeveer 32 mm lang, voor aansluiting tussen twee optieprints. isolatielaag. X5A X5B 75 +3-0 Afb. 3 Inhoud optieset 22 Installatie, frequentieregelaars CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

5.1.1 Polariteit van bandkabels De bandkabel heeft aan een kant een kleurmarkering en een tap op de micromatch steker. Deze kant moet worden aangesloten op de micromatch stekerbus op de controlprint resp. optieprint, waarvoor een kleine opening in de print is aangebracht. Afb. 4 Polariteit van bandkabels.! VOORZICHTIG! onjuist aansluiten kan tot beschadiging van de optie- en van de controlprint/externe apparatuur leiden. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 23

5.1.2 Mechanische montage Controleer voordat wordt verder gegaan met de installatie of het hoofdproduct minimaal 7 minuten is uitgeschakeld, zodat de tussenkringcondensator is ontladen! Zorg ook dat externe apparatuur die op de interface van de softstarter is aangesloten niet is ingeschakeld. OPMERKING: Een juiste installatie is essentieel om aan de EMCvereisten te voldoen en voor de juiste werking van de module. 5.1.2.1 De eerste optieprint monteren De eerste optieprint wordt altijd in positie 1 op de isolatielaag gemonteerd. In dit voorbeeld gaan we er vanuit dat er geen andere optieprint is geïnstalleerd. 1. Sluit de 16-polige bandkabel (75 mm) aan op de X5-connector op de controlprint met de kabel omlaag zoals in Afb. 5. Afb. 5 Bandkabel aangesloten op de controlprint. OPMERKING: Zie deel 5.1.1 op pagina 23 voor de polariteit van de bandkabel. 24 Installatie, frequentieregelaars CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

2. Plaats de isolatielaag over de korte afstandssteunen in positie 1 op de bevestigingsplaat. Zorg dat het naar boven gebogen flapje naar de interface van de controlprint is gemonteerd. Zie de onderstaande afbeelding. Afb. 6 Gemonteerde isolatielaag 3. Sluit de andere kant van de 16-polige bandkabel aan op de X5A aansluiting op de optieprint. Controleer of de polariteit correct is, zie deel 5.1.1 op pagina 23. Let op: Verbind het "mannelijke" micromatch-contact met de optie op dezelfde manier als op de controlprint, d.w.z. de pen op het micromatchcontact moet in het gat in de print worden geplaatst. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 25

Afb. 7 Bandkabel aangesloten op de optieprint. 4. Plaats de optieprint op de afstandssteunen. 5. Bevestig de print met de vier schroeven. Afb. 8 Gemonteerde optieprint 26 Installatie, frequentieregelaars CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

5.1.3 Een andere optieprint monteren 1. Leg de optieprint op de afstandssteunen op de optieprint bij positie 2 of 3. U moet de positie het dichtst bij de gemonteerde optieprint selecteren. OPMERKING: Plaats de isolatielaag met het omhoog gedraaide flapje naar de interface van de controlprint zodat er voldoende isolatie tussen de optieprints aanwezig is. 2. Plaats de optieprint op de afstandssteunen. 3. Bevestig de optieprint op de afstandssteunen met de vier schroeven. 4. Sluit de korte bandkabel aan tussen de X5B-connector op de eerste optieprint en de X5A-connector op de optieprint die net is gemonteerd. Bandkabel aansluiting Afb. 9 Twee optieprints gemonteerd op de bevestigingsplaat CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 27

5.2 Installatie in type IP2Y bouwvormen A3, B3 en C3 In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de optieprint in de frequentieregelaar wordt gemonteerd. Er kunnen twee verschillende optieprints en één communicatieprint worden gemonteerd. Tabel 9 Uitleg bij bouwvorm Emotron FDU/VFX-IP2Y Model VFX/FDU48-2P5-2Y VFX/FDU48-3P4-2Y VFX/FDU48-4P1-2Y VFX/FDU48-5P6-2Y VFX/FDU48-7P2-2Y VFX/FDU48-9P5-2Y VFX/FDU48-012-2Y VFX/FDU48-016-2Y VFX/FDU48-023-2Y VFX/FDU48-032-2Y VFX/FDU48-038-2Y Bouwvorm A3 B3 C3 28 Installatie, frequentieregelaars CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

5.2.1 Optieprints type -2Y De optieset bestaat uit optieprint twee schroeven, M3 x 6 isolatielaag. Afb. 10 Onderdelen van de IP2Y-optieset! VOORZICHTIG! Bij een verkeerde aansluiting kan er schade ontstaan aan zowel de optieprint als de controlprint/externe apparatuur. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 29

5.2.2 De optieprint monteren Zorg dat de frequentieregelaar minimaal tien minuten is uitgeschakeld zodat de condensatorrij is ontladen voordat u verder gaat met de installatie! Zorg ook dat externe apparatuur die op de interface van de regelaar is aangesloten niet is ingeschakeld. OPMERKING: Een juiste installatie is essentieel om aan de EMCvereisten te voldoen en voor de juiste werking van de module. Er kunnen twee optieprints op connectoren X7A en X7B van de controlprint worden gemonteerd. Het maakt niet uit of u de optieprint op X7A of X7B monteert, dat mag u zelf kiezen. OPMERKING: Optieprint RS/485-2Y moet altijd op connector X7B worden gemonteerd. Anders is er niet genoeg ruimte voor de connector D-Sub. 3 4 2 5 1 Afb. 11 Hoe monteert u de optieprint op connector X7A? 1. Plaats de isolatielaag over de korte afstandssteunen en zorg dat de sleuf rond de X7-connector op de controlprint past. Zorg dat de flapjes naar boven zijn gebogen. 30 Installatie, frequentieregelaars CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

2. Doe de optieprint op zijn plaats door de connector op de optieprint in connector X7 op de controlprint te drukken. Zorg dat deze op de afstandssteunen rust. 3. Zet de optieprint vast met de twee schroeven. 5.2.2.1 Een andere optieprint monteren Een tweede optieprint wordt op dezelfde manier als de eerste gemonteerd, zie Afb. 12 waar de tweede print in dit geval op connector X7B wordt gemonteerd.. 3 2 1 4 5 Afb. 12 Monteer de tweede optieprint, in dit geval op connector X7B. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie, frequentieregelaars 31

6. Installatie optsa softstarters In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de optieprint in het hoofdproduct wordt gemonteerd. Bij de Emotron TSA-softstarter kunnen er maximaal twee optieprints en één communicatie-optie worden gemonteerd. De optieset bestaat uit optieprint vier schroeven, M3 x 6 één 16-polige bandkabel, ongeveer 32 mm lang; deze kabel wordt gebruikt om de eerste optieprint op de controlprint aan te sluiten; deze kabel wordt ook gebruikt voor aansluiting tussen twee optieprints één 16-polige bandkabel, ongeveer 75 mm lang; deze kabel is niet nodig voor de Emotron TSA (alleen voor frequentieregelaars) isolatielaag, niet nodig op Emotron TSA omdat deze al is geïntegreerd. X5A X5B 75 +3-0 Afb. 13 Inhoud optieset 32 Installatie optsa softstarters CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

6.1 Mechanische montage Zorg dat alle voeding (dus hoofd- en regelvoeding) is uitgeschakeld voordat u verder gaat met de installatie! Zorg ook dat externe apparatuur die op de interface van de softstarter is aangesloten niet is ingeschakeld. OPMERKING: Een juiste installatie is essentieel om aan de EMCvereisten te voldoen en voor de juiste werking van de module. 6.1.1 De eerste optieprint monteren De eerste optieprint wordt altijd in positie 1 op de isolatielaag gemonteerd. In dit voorbeeld gaan we er vanuit dat er geen andere optieprint is geïnstalleerd. 1. Sluit de 16-polige bandkabel (32 mm) aan op de X5A-connector op de optieprint zoals in Afb. 14. X5A X5B Afb. 14 Sluit de bandkabel aan op de X5A-connector op de optieprint. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie optsa softstarters 33

2. Leg de optieprint op de afstandssteunen bij positie 1 van de optieprint. 3. Bevestig de print met de vier schroeven. 4 schroeven Afb. 15 Leg de optieprint op de afstandssteunen en bevestig deze met de vier schroeven. 4. Sluit het andere uiteinde van de 16-polige bandkabel aan op de X4-connector op de controlprint. 34 Installatie optsa softstarters CG Drives & Automation, 01-5916-03r3

6.1.2 Een tweede optieprint monteren 1. Leg de optieprint op de afstandssteunen bij positie 2 van de optieprint. 2. Bevestig de optieprint met de vier schroeven. Bandkabel aansluiting Afb. 16 Twee optieprints gemonteerd en onderling aangesloten met een bandkabel. 3. Sluit de korte bandkabel aan tussen de X5B-connector op de eerste optieprint en de X5A-connector op de optieprint die net is gemonteerd. CG Drives & Automation, 01-5916-03r3 Installatie optsa softstarters 35

CG Drives & Automation Sweden AB Mörsaregatan 12 Box 222 25 SE-250 24 Helsingborg Sweden T +46 42 16 99 00 F +46 42 16 99 49 www.cgglobal.com / www.emotron.com CG Drives & Automation, 01-5916-03r3, 2016-02-25