Stichting Ether Reclame t.a.v. het bestuur Postbus 344 1200 AH HILVERSUM Datum Onderwerp 21 juli 2006 Acquisitie voor FunX Uw kenmerk Ons kenmerk Contactpersoon Doorkiesnummer B&P-004174-sv S.J. Varga (035) 7737 744 Geacht bestuur, Bij brief van 8 februari 2006 heeft u het Commissariaat voor de Media laten weten per 1 januari 2006 de acquisitie te verzorgen ten behoeve van het radioprogramma FunX. Bij brief van 23 februari stelde het Commissariaat u daarover een aantal vragen. Bij brief van 14 maart heeft u onze vragen beantwoord. Daarbij kondigde u nader overleg aan met het Ministerie van OCW inzake de activiteit. Op 6 juli heeft STER bij het Commissariaat nadere vragen over de activiteit beantwoord. Op 13 juli ontvingen wij van STER een concept-overeenkomst tussen STER en FunX BV, de producent van FunX. 1 De gemelde activiteit Uit de informatie van STER blijkt, voor zover hier van belang, het volgende. STER verricht de acquisitie, administratie en inning ten behoeve van de reclame-exploitatie van het radioprogramma FunX. Het gaat om adverteerders die reclame willen maken in elk van de vier versies van het radioprogramma FunX dat als neventaak door de publieke lokale omroepen in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht (hierna: G4) via de ether wordt uitgezonden of in het radioprogramma FunX powered bij BNN, dat als neventaak van de NOS in grote delen van Nederland via de kabel wordt verspreid of op de internetsite van FunX. Indien een adverteerder uitsluitend reclame wil maken in één, twee of drie versies van het programma FunX dat via de ether wordt uitgezonden, verrichten de G4-omroepen via FunX BV de reclame-exploitatie geheel zelfstandig. 2 Relevante bepalingen Ter bekorting verwijzen wij hier naar de Mediawet, de Richtlijn neven- en verenigingsactiviteiten publieke omroep 1999 van het Commissariaat (hierna: de Richtlijn) en de Notitie neventaken publieke omroep 2002 van het Commissariaat.
3 Toetsing 3.1 Status STER heeft op grond van artikel 26, eerste lid, van de Mediawet tot taak een programma te verzorgen voor algemene omroep dat bestaat uit reclameboodschappen en telewinkelboodschappen die zijn aangeboden door derden, alsmede een omlijsting daarvan. Het Commissariaat gaat er voor de toepassing van dit artikel van uit dat de in dit artikel genoemde activiteiten van STER betrekking hebben op het maken van een programma dat bestemd is voor landelijke omroep. Activiteiten van STER ten behoeve van het radioprogramma FunX powered bij BNN zijn aan te merken als activiteiten in het kader van de hoofdtaak van STER, omdat dit een radioprogramma betreft dat als neventaak van de landelijke publieke omroep NOS wordt verspreid. Ook de acquisitieactiviteiten van STER ten behoeve van de aan dit programma gekoppelde internetsite worden tot de hoofdtaak van de STER gerekend. Op grond van artikel 57, eerste lid, van de Mediawet, worden alle activiteiten en werkzaamheden van STER die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de (hoofd)taak aangemerkt als nevenactiviteiten. Activiteiten van STER ten behoeve van de vier versies van het lokale radioprogramma FunX, dat via de ether in de G4 wordt uitgezonden, houden naar ons oordeel niet rechtstreeks verband met en staan niet rechtstreeks ten dienste van genoemde hoofdtaak van STER, en zijn daarom aan te merken als een nevenactiviteit als bedoeld in artikel 57, eerste lid, van de Mediawet. Derhalve worden hieronder alleen de activiteiten van STER ten behoeve van de vier versies van het lokale radioprogramma FunX als nevenactiviteit getoetst. 3.2 Relatietoets Eerst heeft het Commissariaat getoetst of de nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de hoofdtaak van STER (toetsing aan artikel 57a, eerste lid, aanhef en onder b, van de Mediawet). Het Commissariaat is van oordeel dat de nevenactiviteit aan deze eis voldoet. Hierbij is het volgende overwogen: STER exploiteert in het kader van haar hoofdtaak de zendtijd voor landelijke omroep die beschikbaar is voor het uitzenden van door derden aangeboden reclameboodschappen en telewinkelboodschappen. STER verzorgt in dat kader tevens de reclame-exploitatie ten behoeve van neventaken van landelijke publieke omroepen, waaronder internetsites van deze omroepen en het themakanaal van de NOS FunX powered bij BNN. De vier versies van het lokale radioprogramma FunX liggen ten grondslag aan de landelijke versie, voor welke laatstgenoemde versie STER in het kader van haar hoofdtaak actief is. De nevenactiviteit van STER in de vorm van acquisitie ten behoeve van de vier lokale versies versterkt niet slechts de lokale versies, maar via deze lokale versies tevens de landelijke versie. Een verbeterde exploitatie van de landelijk versie komt vervolgens ten goede aan de taakuitoefening van STER. B&P-004174-sv blad 2
STER kan met de nevenactiviteit haar expertise ten aanzien van het bereiken van multiculturele doelgroepen vergroten. De in het kader van de nevenactiviteit betrokken versies van het radioprogramma FunX zijn publieke omroepprogramma s. Overigens zijn alle versies van FunX publieke programma s. 3.3 Schadetoets Vervolgens heeft het Commissariaat getoetst of de nevenactiviteit geen nadelige invloed heeft of kan hebben op de hoofdtaak van STER (toetsing aan artikel 57a, eerste lid, aanhef en onder a, van de Mediawet). Het Commissariaat is van oordeel dat de nevenactiviteit aan deze voorwaarde voldoet. Hierbij is het volgende overwogen: Van schade aan het verzorgen van het programma waarvoor STER zendtijd heeft verkregen, bijvoorbeeld ten gevolge van het gebruik van omroepmiddelen voor het verrichten van de nevenactiviteit, is het Commissariaat niet gebleken. Nevenactiviteiten dienen kostendekkend te worden verricht. Uit de door STER overgelegde informatie blijkt dat STER voor haar werkzaamheden in het kader van de nevenactiviteit een vergoeding ontvangt. Vooralsnog is de hoogte daarvan bepaald op 5% van de reclameinkomsten die met de nevenactiviteit worden gegeneerd. Dit percentage zal worden verhoogd indien noodzakelijk om de activiteit kostendekkend te laten blijven. Op grond van paragraaf 2.2.1.d van de Richtlijn dient STER voor de nevenactiviteit een behoorlijke boekhouding te voeren die tenminste gegevens bevat over kosten en opbrengsten. Krachtens het Handboek Financiële Verantwoording wordt jaarlijks in, respectievelijk tezamen met de jaarrekening aan het Commissariaat verslag uitgebracht over het verrichten van de nevenactiviteit. 3.4 Concurrentievervalsingstoets Hierna heeft het Commissariaat getoetst of het verrichten van de nevenactiviteit niet leidt of kan leiden tot concurrentievervalsing ten opzichte van andere aanbieders van dezelfde of vergelijkbare goederen of diensten (toetsing aan artikel 57a, eerste lid, aanhef en onder c, van de Mediawet). Het Commissariaat is van oordeel dat de nevenactiviteit aan deze voorwaarde voldoet. Hierbij is het volgende overwogen: In paragraaf 2.2.2 van de Richtlijn is bepaald dat het verrichten van nevenactiviteiten geschiedt onder het uitgangspunt van een integrale kostprijsberekening en onder toepassing van kostprijsberekeningen die vergelijkbaar zijn met door andere aanbieders van dezelfde of vergelijkbare producten of diensten gehanteerde kostprijsberekeningen. Bij deze kostprijsberekeningen dient onder meer betrokken te worden de tijdsevenredige toerekening van loon- en andere personeelslasten van werknemers van de omroepinstelling en het gebruik van productiemiddelen en immateriële activa. Door middel van een accountantsverklaring dient te worden aangetoond dat er sprake is van een correcte waardering. Een dergelijke verantwoording dient te worden opgenomen in de voorgeschreven jaarlijkse financiële verantwoording zoals reeds vermeld in paragraaf 3.3 van dit besluit. B&P-004174-sv blad 3
Voor zover STER voor haar werkzaamheden in het kader van de nevenactiviteit een ander tarief zou hanteren dan mediabureaus voor hun diensten doorgaans gewoon zijn te hanteren, is van belang dat STER in dit geval een dienst verricht die niet vergelijkbaar is met de gebruikelijke diensten van mediabureaus. Zo heeft STER aangegeven dat STER in dit geval geen advies geeft ten aanzien van de mediastrategie, de mediatypekeuze en de keuze voor een concreet medium, de betreffende reclamecampagne(s) niet evalueert, de planning van de betrokken reclamezendtijd niet verzorgt en evenmin de coördinatie van de betrokken uitzendprocessen verzorgt (trafficcoördinatie). STER verricht aldus werkzaamheden die ten opzichte van de gebruikelijke diensten van mediabureaus wezenlijk beperkter zijn en mede op grond daarvan een ander tarief van STER kunnen rechtvaardigen. 3.5 Toets aan het dienstbaarheidverbod Ten slotte heeft het Commissariaat getoetst of STER met de nevenactiviteit dienstbaar is aan het maken van winst door derden in de zin van artikel 55, eerste lid, van de Mediawet. Voor zover artikel 55, eerste lid, van de Mediawet, gelet op de redactie van dit artikel, van toepassing is op de onderhavige activiteit, is van dergelijke strijd niet gebleken. 4 Besluit Op grond van bovenstaande toets is de nevenactiviteit niet verboden wegens strijd met de artikelen 57a, eerste lid, aanhef en onder a, b en c, van de Mediawet en artikel 55, eerste lid, van de Mediawet, en derhalve toegestaan. Dit oordeel geldt slechts onder het voorbehoud van gelijkblijvende omstandigheden. 5 Register De nevenactiviteit wordt als Acquisitie voor de vier lokale versies themakanaal FunX opgenomen in het openbare Register neventaken en nevenactiviteiten van het Commissariaat (www.cvdm.nl). Een afschrift van dit besluit wordt verzonden naar het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Hilversum, 18 juli 2006 COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA, prof. dr. Jan van Cuilenburg voorzitter mr. Inge Brakman commissaris B&P-004174-sv blad 4
Wij wijzen er op dat op grond van de Algemene wet bestuursrecht de natuurlijke of de rechtspersoon wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken daartegen binnen zes weken na de dag waarop dit besluit op de voorgeschreven wijze is bekend gemaakt, een bezwaarschrift kan indienen bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK Hilversum. B&P-004174-sv blad 5