EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie visserij 2012/0278(COD) 3.4.2013 ONTWERPADVIES van de Commissie visserij aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid inzake het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake toegang tot genetische rijkdommen en de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik ervan in de Unie (COM(2012)0576 C7-0322/2012 2012/0278(COD)) Rapporteur: Ian Hudghton PA\926030.doc PE504.318v01-00 In verscheidenheid verenigd
PA_Legam PE504.318v01-00 2/6 PA\926030.doc
BEKNOPTE MOTIVERING Inleiding Een van de drie doelstellingen van het Verdrag inzake biologische diversiteit (CBD) is de eerlijke en billijke verdeling van de voordelen die voortvloeien uit het gebruik van genetische rijkdommen. Het CBD verschaft weinig informatie over hoe men deze doelstelling denkt te bereiken en bijgevolg is het Protocol van Nagoya aangenomen om deze leemte op te vullen. De EU en de meeste lidstaten zijn partijen bij het protocol, en het huidige voorstel betreft een verordening om de bepalingen ervan te bekrachtigen en ten uitvoer te leggen. Onderwerp Het protocol beslaat onderzoek en ontwikkeling met betrekking tot de genetische en/of biochemische samenstelling van genetisch materiaal, bijvoorbeeld DNA, genen enzovoort. Talloze industrieën, waaronder de farmaceutische industrie en de voedingsmiddelen- en drankenindustrie, maken bij hun onderzoek gebruik van genetisch materiaal. Industrieën in de ontwikkelde wereld zijn beschuldigd van 'biopiraterij' en van schending van de soevereine rechten van andere landen; derhalve is het protocol erop gericht dit probleem op te lossen. Het protocol heeft twee hoofdpijlers: maatregelen inzake toegang en maatregelen inzake naleving door gebruikers. De maatregelen inzake toegang bieden de partijen bij het protocol de keuze de toegang tot genetische rijkdommen die onder hun soevereiniteit vallen al dan niet te reguleren. Indien zij besluiten dit te doen, bepaalt het protocol vervolgens internationale normen voor toegang waaraan men zich moet houden. De maatregelen inzake naleving door gebruikers verplicht alle partijen te vereisen dat binnen hun jurisdictie uitsluitend legaal verkregen genetisch materiaal mag worden aangewend. Dit is van toepassing op de eindgebruikers van het genetisch materiaal, bijvoorbeeld de industrieën die genetisch onderzoek uitvoeren. Voorstel van de Commissie Het voorstel van de Commissie handelt voornamelijk over de maatregelen van het protocol inzake naleving door gebruikers; dit zijn aspecten die wellicht weinig directe relevantie hebben voor het visserijbeheer. De Commissie stelt echter voor een uniaal platform inzake toegang op te richten dat niet-bindend advies zal geven over kwesties met betrekking tot toegang. Kwesties met betrekking tot toegang blijven onder de nationale bevoegdheid vallen, en binnen de EU hebben verschillende lidstaten een verschillende benadering gehanteerd: zo vereist men in Nederland bijvoorbeeld geen voorafgaande geïnformeerde toestemming, terwijl Frankrijk heeft aangegeven misschien wetgeving in te stellen voor het reguleren van toegang, met name voor zijn overzeese gebieden. Het belang van PECH en het standpunt van de rapporteur Het protocol verwijst specifiek naar de "potentiële rol van toegang en verdeling van de voordelen om bij te dragen aan het behoud en een duurzaam gebruik van biologische PA\926030.doc 3/6 PE504.318v01-00
diversiteit". De tweede vermelde verantwoordelijkheid van de Commissie visserij (PECH) is "het behoud van de visbestanden" en dus valt het protocol duidelijk binnen de opdracht van PECH. Uw rapporteur betoogt dat de belangen van de EU in visbestanden buiten Europese wateren soms voornamelijk gericht zijn geweest op exploitatie en dat de belangen van de inheemse en plaatselijke bevolkingen een bijkomstigheid vormden. Het Protocol van Nagoya is speciaal opgesteld met de belangen van deze bevolkingen voor ogen, en uw rapporteur is dan ook blij met de mogelijkheid PECH te adviseren de bekrachtiging van het verdrag te steunen. De rapporteur heeft getracht zich te concentreren op die punten van het protocol die direct onder de bevoegdheid van PECH vallen. Derhalve stelt hij amendementen op de volgende punten voor: Het betrekken van de inheemse en plaatselijke gemeenschappen - Artikel 6 van het protocol behandelt kwesties met betrekking tot toegang en verwijst specifiek naar het betrekken van de inheemse en plaatselijke gemeenschappen. In de tekst van de Commissie waarmee een uniaal platform inzake toegang wordt opgericht, wordt hier niet naar verwezen, en de rapporteur is van mening dat dit moet worden gerectificeerd. De reikwijdte van de verordening Artikel 4 van het CBD breidt de reikwijdte van het verdrag niet alleen uit naar de territoriale wateren en de EEZ maar ook naar activiteiten die in internationale wateren plaatsvinden. Dientengevolge zouden visserijactiviteiten op de volle zee mogelijkerwijs onder het CBD vallen. De reikwijdte van het protocol is echter minder omvangrijk en strekt zich niet uit tot zeegebieden buiten de nationale jurisdictie. Desalniettemin weerhoudt het protocol de partijen er niet van om verder te gaan, en de EU zou de reikwijdte van deze verordening kunnen uitbreiden om er activiteiten die in internationale wateren plaatsvinden in op te nemen. AMENDEMENTEN De Commissie visserij verzoekt de ten principale bevoegde Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid onderstaande amendementen in haar verslag op te nemen: Amendement 1 Voorstel voor een verordening Overweging 7 bis (nieuw) Door de Commissie voorgestelde tekst Amendement (7 bis) Het Protocol van Nagoya is van toepassing op genetische rijkdommen die binnen de reikwijdte van artikel 15 van het verdrag vallen, in tegenstelling tot de PE504.318v01-00 4/6 PA\926030.doc
Motivering grotere reikwijdte van artikel 4 van het verdrag. Dit houdt in dat het protocol zich niet uitstrekt tot de volledige reikwijdte van de jurisdictie van artikel 4, zoals tot activiteiten die plaatsvinden in zeegebieden buiten de nationale jurisdictie. Desalniettemin weerhoudt niets in het protocol de partijen ervan om hun beginselen uit te breiden naar activiteiten die in dergelijke zeegebieden plaatsvinden. Or. en De reikwijdte van het Protocol van Nayoya is wat minder omvangrijk dan die van het Verdrag inzake biologische diversiteit en strekt zich niet uit tot activiteiten die buiten de nationale wateren plaatsvinden, zoals exploitatie buiten de EEZ's. Desalniettemin weerhoudt niets de Unie ervan om verder te gaan in deze verordening, en artikel 10 van het protocol voorziet dan ook in toekomstige mechanismen om met situaties om te gaan waarin voorafgaande geïnformeerde toestemming niet mogelijk is. Amendement 2 Voorstel voor een verordening Overweging 23 Door de Commissie voorgestelde tekst (23) Een uniaal platform inzake toegang moet het mogelijk maken overleg te plegen over toegangsvoorwaarden in de lidstaten, het ontwerp en de prestaties van toegangsstelsels, vereenvoudigde toegang voor niet-commercieel onderzoek, toegangspraktijken van collecties in de lidstaten, toegang van belanghebbenden uit de Unie in derde landen en de uitwisseling van beste praktijken, en bijdragen tot de stroomlijning daarvan. Amendement (23) Een uniaal platform inzake toegang moet het mogelijk maken overleg te plegen over toegangsvoorwaarden in de lidstaten, het ontwerp en de prestaties van toegangsstelsels, vereenvoudigde toegang voor niet-commercieel onderzoek, toegangspraktijken van collecties in de lidstaten, toegang van belanghebbenden uit de Unie in derde landen en de uitwisseling van beste praktijken, en bijdragen tot de stroomlijning daarvan. Het uniaal platform dient de bevoegdheden van de lidstaten volledig te eerbiedigen en ernaar te streven de inheemse en plaatselijke gemeenschappen er, indien van toepassing, overeenkomstig het Protocol PA\926030.doc 5/6 PE504.318v01-00
van Nagoya bij te betrekken. Or. en Motivering De bepalingen van het protocol inzake toegang tot genetisch materiaal verwijzen specifiek naar de belangen van inheemse en plaatselijke gemeenschappen. Het is daarom gepast dat de verordening dit ook doet. Amendement 3 Voorstel voor een verordening Artikel 13 lid 3 Door de Commissie voorgestelde tekst 3. Het uniale platform kan niet-bindende raadgevingen, richtsnoeren of adviezen verstrekken inzake onderwerpen die onder zijn opdracht vallen. Amendement 3. Het uniale platform kan niet-bindende raadgevingen, richtsnoeren of adviezen verstrekken inzake onderwerpen die onder zijn opdracht vallen. Al dergelijke verstrekte raadgevingen, richtsnoeren of adviezen zullen rekening houden met de voorwaarde de desbetreffende inheemse en plaatselijke gemeenschappen erbij te betrekken. Or. en Motivering Artikel 6 van het protocol vereist dat de partijen maatregelen treffen om inheemse en plaatselijke gemeenschappen er, indien van toepassing, bij te betrekken, daar waar die gemeenschappen rechten hebben om toegang te verlenen. Het uniaal platform dient er uitdrukkelijk aan te worden gehouden deze bepalingen te eerbiedigen. PE504.318v01-00 6/6 PA\926030.doc