Brief aan de leden T.a.v. het college frontoffice tel. (070) 373 8021 Onderwerp Jeugdwerkloosheid uw kenmerk ons kenmerk MARZ/U200515875 Lbr. 05/124 CvA/LOGA 05/33 bijlage(n) 4 datum 8 februari 2006 Samenvatting In het CAO-akkoord 2004-2005 hebben LOGA-partijen vastgesteld dat ze graag een bijdrage willen leveren aan de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. LOGA-partijen hebben zich ten doel gesteld om in de periode van 2006 tot en met 2007 voor ten minste duizend werkzoekende jongeren, in de leeftijd van 16 tot 25 jaar, te bewerkstelligen dat deze jongeren door middel van werkstageplaatsen, leer-werkbanen of een instapplan (tijdelijke aanstellingen) hun arbeidsmarktpositie kunnen verbeteren. Deze afspraak richt zich op jonge werkzoekenden die minimaal drie maanden als werkzoekende staan ingeschreven bij het CWI. Het LOGA roept de gemeenten op om te bezien welke bijdrage de gemeente hieraan kan leveren en om hierover in overleg te treden conform de locale regels hetzij met het GO hetzij met de OR. Bij het A+O fonds Gemeenten is het mogelijk om subsidie aan te vragen in het kader van de Stimuleringsregeling Werk maken voor jong talent. VNG Extra exemplaren van deze brief zijn te bestellen via bovengenoemd telefoonnummer tegen vergoeding van 0,45 per pagina. Kopiëren t.b.v. intern gebruik door leden VNG is toegestaan. Postbus 30435 2500GK Den Haag Nassaulaan 12 2514 JS Den Haag Tel 070 373 8530 Fax 070 3617989 www.vng.nl E-mail: CVA@VNG.NL
Aan de leden frontoffice tel. (070) 373 8021 Onderwerp Jeugdwerkloosheid Geacht college, uw kenmerk ons kenmerk MARZ/U200515875 Lbr. 05/124 CvA/LOGA 05/33 bijlage(n) 4 datum 8 februari 2006 In het CAO-akkoord 2004-2005 hebben LOGA-partijen onlangs vastgesteld dat zij graag een bijdrage willen leveren aan de bestrijding van de jeugdwerkloosheid. In navolging van aanbevelingen van de Stichting van de Arbeid (STAR) en de kabinetsplannen voor de aanpak van de jeugdwerkloosheid, wil het LOGA zich extra inzetten om de arbeidsmarktpositie van jonge werkzoekenden te verbeteren door het bieden van scholing en het laten opdoen van werkervaring binnen de sector gemeenten. Naast een algemeen maatschappelijk belang heeft de gemeentelijke sector zelf ook een belang vanwege de vergrijzing en de daarmee samenhangende en toenemende vervangingsvraag. Uit onderzoek van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) blijkt, dat er medio 2008 flinke tekorten zullen ontstaan op de arbeidsmarkt voor mbo ers, hbo ers en academici. Gelet op deze arbeidsmarktontwikkelingen heeft de gemeentelijke sector een belang om een bijdrage te leveren aan het bestrijden van jeugdwerkloosheid en het verbeteren van startkwalificaties van jongeren. Gemeenten kunnen door het bieden van werkervaringsplaatsen tevens onder de aandacht komen van jonge werkzoekenden als potentiële werkgever. Arbeidsvoorwaardenakkoord 2004-2005 LOGA-partijen hebben zich ten doel gesteld om in de periode van 2006 tot en met 2007 voor ten VNG Extra exemplaren van deze brief zijn te bestellen via bovengenoemd telefoonnummer tegen vergoeding van 0,45 per pagina. Kopiëren t.b.v. intern gebruik door leden VNG is toegestaan. Postbus 30435 2500GK Den Haag Nassaulaan 12 2514 JS Den Haag Tel 070 373 8530 Fax 070 3617989 www.vng.nl E-mail: CVA@VNG.NL
minste duizend werkzoekende jongeren werkervaringsplaatsen te realiseren. Het gaat om jongeren in de leeftijd van 16 tot 25 jaar die door middel van werkstageplaatsen, leer-werkbanen of een instapplan hun arbeidsmarktpositie kunnen verbeteren. De aanpak van de jeugdwerkloosheid moet zich richten op twee groepen jongeren die minimaal drie maanden als werkzoekenden staan ingeschreven bij het CWI: 1. schoolverlaters en jongeren met een startkwalificatie (havo, vwo of mbo 2); 2. schoolverlaters en jongeren zonder startkwalificatie. Het LOGA vraagt om speciale aandacht voor jongeren van allochtone afkomst vanwege de bijzondere problemen die zij ondervinden bij het vinden van een baan. Aanpak jeugdwerkloosheid Op verschillende manieren kan een gemeente de positie van jonge werkzoekenden tussen de 16 en 25 jaar op de arbeidsmarkt helpen te versterken. In de eerste plaats kan een gemeente mogelijkheden bieden om een jonge werkzoekende werkervaring op te laten doen. Daarnaast zijn er mogelijkheden om een traject werken en leren te faciliteren. Het LOGA heeft zich ten doel gesteld om minimaal duizend werkervaringsplaatsen te creëren voor jonge werkzoekenden met én zonder startkwalificatie. Het LOGA roept de gemeenten op om te bezien welke bijdrage de gemeente hieraan kan leveren en om hierover in overleg te treden conform de locale regels hetzij met het GO, hetzij met de OR. Gemeenten kunnen schoolverlaters en jongeren met een startkwalificatie (mbo 2, hbo en wo) via een werkstage of een instapplan (tijdelijke aanstelling) een werkervaringsplaats met eventueel scholing bieden. Gemeenten kunnen schoolverlaters en jongeren zonder startkwalificatie een werkstage bieden, eventueel in combinatie met een leer-werkbaan. Deze LOGA-brief gaat specifiek in op de problematiek van werkzoekende jongeren die al drie maanden bij het CWI staan geregistreerd als werkzoekende. Hieronder staat een toelichting op de mogelijkheden voor het aanbieden van een werkstage, instapplan of een leer-werkbaan. Werkstage Sociale partners willen u attenderen op de mogelijkheden voor het aanbieden van een werkstage aan jonge werkzoekenden voor de duur van minimaal drie en maximaal zes maanden, met behoud van uitkering. Voor deze groep is het opdoen van werkervaring van wezenlijk belang. Werkervaring en eventueel scholing kunnen voor deze groep jongeren de stap naar een reguliere baan verkleinen. Naast het dienen van een maatschappelijk belang, zijn er voor gemeenten verschillende redenen om zich hiervoor in te spannen. De werkzoekende jongeren hebben deels een uitkering in het kader van de Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 02/14
Wet werk en bijstand (WWB), voor een deel zijn het jongeren die om diverse redenen geen uitkering ontvangen. Voor beide groepen is het van belang dat zij de aansluiting bij de arbeidsmarkt behouden of dat die aansluiting weer plaatsvindt, om zo langdurige werkloosheid te voorkomen. Daarnaast hebben gemeenten er belang bij de groep uitkeringsgerechtigden te verkleinen. Om dit te realiseren, zijn op dit moment bij een aantal gemeenten trajecten gestart om werkervaringsplaatsen te creëren buiten de gemeentelijke organisatie. Het LOGA vraagt u om de mogelijkheden binnen uw eigen gemeentelijke organisatie te onderzoeken. De gemeente kan de werkzoekende als interne kandidaat beschouwen bij een sollicitatieprocedure. Hierdoor bestaat de mogelijkheid dat deze werkzoekende, bij goed functioneren, binnen de gemeentelijke organisatie structureel aan de slag kan. Zowel de werkzoekende als de gemeenten hebben de mogelijkheid om tijdens de periode van een werkstage, instapplan of leer-werkbaan, te onderzoeken of hiervoor mogelijkheden zijn. In Bijlage 2 bij deze brief staat een model-werkstageovereenkomst werkzoekende jongeren die u kunt gebruiken voor het sluiten van een overeenkomst met de werkzoekende en eventueel de uitkerende instantie. In Bijlage 3 staat een toelichting op de model-werkstageovereenkomst. Instapplan Door het aanbieden van een tijdelijke aanstelling op basis van artikel 1:2:3 CAR/UWO kan een werkzoekende een instapplan (tijdelijke aanstelling) worden aangeboden voor maximaal een half jaar. Deze aanstelling heeft als doel om een werkzoekende met een adequate startkwalificatie werkervaring binnen de gemeentelijke organisatie te laten opdoen. Het aanbieden van een opleiding of scholing is mogelijk, maar vanwege de reeds behaalde startkwalificatie niet noodzakelijk. Deze werkzoekende ontvangt salaris passend bij de verrichte werkzaamheden. Leer-werkbaan U kunt een jonge werkzoekende ook een leer-werkbaan aanbieden. Artikel 1.2.2 CAR/UWO maakt het mogelijk om een jonge werkzoekende een leer-werkbaan aan te bieden die bestaat uit twee fasen. De eerste fase bestaat uit een periode van minimaal drie tot maximaal zes maanden werkervaring opdoen via een werkstage met behoud van uitkering. Als deze periode succesvol is verlopen, kan de gemeente een tijdelijke aanstelling aanbieden van maximaal anderhalf jaar. De gemeente biedt de werkzoekende daarbij adequate begeleiding en een opleiding aan. De inschaling van deze werkzoekende geschiedt op basis van schaal l. Hiermee valt deze werkzoekende rechtstreeks onder de CAR/UWO met uitzondering van hoofdstuk 3, 10a, 11a en 17. Wijzigingen CAR-UWO Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 03/14
In bijlage 1 bij deze brief treft u de gewijzigde UWO-teksten aan alsmede een toelichting daarop. In hoofdstuk 1 zijn twee nieuwe UWO-artikelen opgenomen; artikel 1:2:2 geeft regels voor een leerwerkbaan en artikel 1:2:3 biedt een rechtspositionele basis voor een instapplan. Artikel 2:4:1 lid 1 sub c is aangevuld met een nieuw sub-onderdeel. Bij een aanstelling in tijdelijke dienst in het kader van een leer-werkbaan of een instapplan wordt in de aanstelling de grond voor de tijdelijkheid vermeld. Subsidie Om de overeengekomen doelstelling van duizend werkervaringsplaatsen te realiseren, wijst het LOGA op de activiteiten van het A+O fonds Gemeenten en de mogelijkheid tot het verkrijgen van subsidie in het kader van de Stimuleringsregeling Werk maken voor jong talent. Als bijlage 4 bij deze brief treft u de brochure met de nieuwe stimuleringsregeling. Voor meer informatie over deze stimuleringsregeling en andere regelingen van het A+O fonds willen wij u wijzen op de website van het A+O fonds: www.aeno.nl. In 2003 is de Taskforce Jeugdwerkloosheid ingesteld door de staatssecretarissen van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). De Taskforce Jeugdwerkloosheid is de projectorganisatie die zich sterk maakt voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Ze moedigen onder andere werkgevers aan om jeugdbanen beschikbaar te stellen. De Taskforce stimuleert via verschillende projecten jongeren weer aan een baan of werkervaring te laten opdoen. U kunt ook als werkgever subsidie aanvragen voor specifieke projecten. Meer informatie kunt u vinden op www.jeugdwerkloosheid.nl. Op deze site vindt u ook goede voorbeelden en praktische tips om jeugdwerkloosheid tegen te gaan. Ten slotte Bestrijding van jeugdwerkloosheid is een van de speerpunten in het overheidsbeleid. Door het aanbieden van werkervaringsplaatsen kunnen gemeenten ook als werkgever hieraan een belangrijke bijdrage leveren. Daarnaast hebben wij u via deze brief ook gewezen op de belangen van uw eigen organisatie, zoals het terugdringen van het aantal uitkeringsgerechtigden en het werven en investeren in potentiële werknemers ten behoeve van de verwachte uitstroom van de huidige werknemers. Naast het aanbieden van werkstages aan werkzoekende jongeren wil het LOGA u nogmaals wijzen op het aanbieden van stages aan scholieren. In de LOGA-brief (CvA/LOGA 04/28) van 11 november 2004 worden gemeenten gewezen op de mogelijkheden om stages aan te bieden. Deze brief richt zich met name op het bieden van stages aan scholieren om werken en leren te combineren. Immers, praktijkervaring opdoen is een essentieel onderdeel van opleidingen. Gemeenten die studenten of leerlingen de gelegenheid tot stage bieden, doen dat mede vanuit een verantwoordelijkheid voor het goed opleiden van toekomstige werknemers. Vanuit het oogpunt van arbeidsmarktbeleid is het van belang om toekomstige beroepsbeoefenaars aan te trekken en de banden met onderwijsinstellingen te Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 04/14
intensiveren. Rechtskracht Wijzigingen in de CAR, respectievelijk de CAR-UWO die in het LOGA worden overeengekomen en u via een ledenbrief worden toegezonden, krijgen binnen de gemeente pas rechtskracht wanneer ze door het college zijn vastgesteld. Wij adviseren u om deze wijziging zo spoedig mogelijk vast te stellen. Hoogachtend, Landelijk overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden drs. mr. C.M. Sjerps, secretaris Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 05/14
Bijlage 1 bij brief met kenmerk MARZ/U200515875, lbr. 05/124, CvA/LOGO 05/33 UWO teksten A Na artikel 1:2:1 wordt een nieuw artikel 1:2:2 toegevoegd, inclusief koptekst: Leer-werkbaan Artikel 1:2:2 1 Het college kan een werkzoekende een leer-werkbaan aanbieden. 2 Als werkzoekende bedoeld in dit artikel wordt aangemerkt hij die tussen de 16 en 25 jaar oud is en minimaal 3 maanden geregistreerd staat als werkzoekend bij het CWI. 3 De leer-werkbaan start met een periode van minimaal drie en ten hoogste zes maanden, waarin de werkzoekende door middel van een werkstage op een door het college aangewezen plaats werkervaring kan opdoen. De werkzoekende wordt in deze periode niet beschouwd als ambtenaar. 4 Het college draagt tijdens de werkstage zorg voor adequate begeleiding van de werkzoekende. 5 Indien de periode bedoeld in het derde lid succesvol verlopen is kan het college de werkzoekende aansluitend in tijdelijke dienst aanstellen voor een periode van ten hoogste anderhalf jaar. 6 De werkzoekende die in tijdelijke dienst is aangesteld wordt bezoldigd overeenkomstig schaal 1. 7 Gedurende de tijdelijke aanstelling zorgt het college voor adequate begeleiding van de werkzoekende en vindt zo nodig scholing plaats op kosten van de gemeente. 8 Op de werkzoekende met een tijdelijke aanstelling is de CAR-UWO van toepassing, met uitzondering van de hoofdstukken 3, 10a, 11a en 17. De toelichting op artikel 1:2:2 komt als volgt te luiden: Artikel 1:2:2 Algemeen In het arbeidsvoorwaardenakkoord 2004 2005 hebben LOGA-partijen afspraken gemaakt over de aanpak van jeugdwerkloosheid. Door middel van het bieden van scholing en het laten opdoen van werkervaring in de gemeentelijke sector willen partijen zich inzetten om de arbeidsmarktpositie van jonge werkzoekenden te verbeteren. Eén van de mogelijkheden om jongeren te ondersteunen bij het vinden van betaald werk is het aanbieden van een leerwerkbaan. Dit artikel regelt de rechtspositionele aspecten van een leer-werkbaan. Leden 1 tot en met 3. Voor een leer-werkbaan komen jongeren tussen de 16 en 25 jaar in aanmerking. De jongere moet tenminste drie maanden ingeschreven staan als werkzoekend bij het CWI. De duur van de uitkering of de periode van werkloosheid is niet doorslaggevend maar bepalend is de termijn dat een jongere is ingeschreven bij het CWI. Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 06/14
De eerste fase van een leer-werkbaan duurt drie tot zes maanden. De werkzoekende is in deze periode niet aangesteld bij de gemeente, maar kan door middel van een werkstage bij de gemeentelijke organisatie werkzaamheden verrichten. Lid 5 Wanneer beide partijen vinden dat de eerste periode in de leer-werkbaan goed verlopen is kan het college besluiten de werkzoekende een tijdelijke aanstelling te geven. De beslissing hierover ligt bij het college; overwegingen kunnen, onder meer, zijn de mogelijkheden die er binnen de gemeente zijn om de werkzoekende te begeleiden en de beschikbaarheid van voldoende relevante werkzaamheden. De werkzoekende vervult geen reguliere betrekking. Als voorwaarde voor een tijdelijke aanstelling kan dus niet de beschikbaarheid van vacatureruimte gelden. De werkzoekende in tijdelijke dienst wordt ingeschaald in schaal 1. Hiermee wordt ook aangeduid dat het niet een reguliere betrekking betreft maar een baan om werkervaring op te doen. Goede begeleiding en scholing zijn belangrijk; de werkzoekende komt primair om te leren. Gedurende de tijdelijke aanstelling zorgt het college voor de juiste begeleiding van de werkzoekende. Afhankelijk van de individuele situatie kan het college na overleg met de werkzoekende besluiten scholing aan te bieden. Deze scholing vindt plaats op kosten van de gemeente. B Er wordt een nieuw artikel 1:2:3 toegevoegd, inclusief koptekst: Instapplan Artikel 1:2:3 1 Het college kan een werkzoekende via het aanbieden van een instapplan de mogelijkheid geven om werkervaring te verkrijgen. 2 Als werkzoekende bedoeld in dit artikel wordt aangemerkt hij die tussen de 16 en 25 jaar oud is en minimaal 3 maanden geregistreerd staat als werkzoekend bij het CWI. 3 In het kader van het instapplan biedt het college de werkzoekende een tijdelijke aanstelling aan voor ten hoogste een half jaar. De toelichting op artikel 1:2:3 komt als volgt te luiden: Toelichting Artikel 1:2:3 Het instapplan is bedoeld voor jongeren die op de arbeidsmarkt komen met een adequate startkwalificatie. Om hen meer kans te bieden op een baan wordt hen door middel van een tijdelijke aanstelling de mogelijkheid geboden werkervaring op te doen binnen de gemeentelijke organisatie. Aanbieding van scholing of opleiding is mogelijk. Omdat het hier werkzoekenden met een startkwalificatie betreft is opleiding of scholing niet verplicht gekoppeld aan een instapplan. C Aan artikel 2:4:1, eerste lid, onderdeel c, wordt een nieuw sub-onderdeel toegevoegd: vii als werkzoekende in tijdelijke dienst. Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 07/14
Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 08/14
Bijlage 2 bij brief met kenmerk MARZ/U200515875, lbr. 05/124, CvA/LOGO 05/33 Model-werkstageovereenkomst werkzoekende jongeren Partijen,.. (naam gemeente) vertegenwoordigd door.(naam en functie) hierna te noemen stageverlener en. (naam werkzoekende) wonende te..(huisadres) geboren op hierna te noemen stagiair zijn het volgende overeengekomen: Duur en plaats werkstage De stageverlener stelt de stagiair in de gelegenheid om werkervaring op te doen door stage te lopen van..tot en met.bij het onderdeel Doel werkstage Doel van de werkstage is.. Aard werkstage De stageverlener stelt de stagiair in de gelegenheid kennis te maken met de gemeentelijke organisatie door hem/haar Of: De stageverlener stelt de stagiair in de gelegenheid praktische ervaring op te doen met werkzaamheden op het gebied van Of: De stagiair verricht voor de stageverlener de volgende opdracht(en):. Aanwezigheid De stagiair is... dagen per week aanwezig op de dagen, van... uur tot uur, met uitzondering van de volgende dagen... Stagebegeleider De stageverlener wijst een stagebegeleider aan die belast is met de begeleiding van de stagiair en de Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 09/14
contacten met de uitkerende instantie. Voortgangsgesprekken De stagebegeleider bespreekt met de stagiair ten minste maal per de voortgang van de werkstage en het functioneren van de stagiair. Opleiding/scholing De stagiair krijgt tijdens de stageperiode de volgende opleiding/scholing aangeboden Aanwijzingen De stagiair dient gedurende de werkstage de door de leiding te geven gedragsregels, voorschriften en aanwijzingen op te volgen. Reiskostenvergoeding Indien de stagiair niet kan beschikken over een geldige OV-kaart ontvangt hij/zij een reiskostenvergoeding op basis van openbaar vervoer tweede klas. Of: De stagiair ontvangt een reiskostenvergoeding op declaratiebasis. Onkostenvergoeding De stageverlener vergoedt de onkosten van de stagiair bestaande uit Verslagen, scripties, onderzoeken e.d. De door de stagiair in het kader van zijn werkstage geleverde producten, zoals verslagen, onderzoeken, scripties, modellen, analyses e.d. zijn beschikbaar voor de stageverlener. De producten worden niet openbaar gemaakt zonder dat overleg heeft plaatsgevonden tussen stagiair en stageverlener. Schade 1. Schade toegebracht door de stagiair aan derden: De stagiair dient zich verzekerd te hebben tegen het risico wettelijke aansprakelijkheid gedurende de werkstage. De stageverlener dient een aansprakelijkheidsverzekering te hebben afgesloten waaronder de stagiair valt. 2. Schade geleden door de stagiair: De stagiair dient verzekerd te zijn tegen ziektekosten. De stageverlener dient een aansprakelijkheidsverzekering te hebben afgesloten waaronder de stagiair valt. Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 10/14
Geheimhouding en integriteit 1. De stagiair is zowel gedurende als na afloop van de werkstage verplicht tot geheimhouding van wat hem/haar gedurende de stageperiode ter kennis komt en waarvan hij/zij weet of redelijkerwijs behoort te weten dat het vertrouwelijk is. 2. De stagiair zal geen gelden of gunsten aannemen van derden in verband met zijn stage. Ziekteverzuim De stagiair geeft verzuim wegens ziekte vóór uur (of: zo spoedig mogelijk) door aan de stagebegeleider. Vakantie en verlof De stagiair heeft geen recht op verlofdagen buiten de voor de gemeente geldende eventuele feest- of sluitingsdagen. In overleg met de stagebegeleider kan op verzoek verlof worden opgenomen. Tussentijdse beëindiging werkstage 1. De werkstage kan in onderling overleg tussentijds beëindigd worden indien van één van of van beide partijen redelijkerwijs niet verlangd kan worden de werkstage voort te zetten. 2. De stageverlener is gerechtigd na overleg met de uitkerende instantie de werkstage te beëindigen indien de stagiair zich naar het oordeel van de stagebegeleider onvoldoende houdt aan dit contract, de bij de stageverlener geldende regels of de gegeven aanwijzingen. Aanvullende afspraken Tussen de stageverlener en de uitkerende instantie van de stagiair gelden de afspraken in bijlage. plaats. datum.. handtekening vertegenwoordiger stageverlener, handtekening stagiair, Bijgevoegd: verklaring loonbelasting en kopie geldig identiteitsbewijs Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 11/14
Bijlage 3 bij brief met kenmerk MARZ/U200515875, lbr. 05/124, CvA/LOGO 05/33 Toelichting model-werkstageovereenkomst Toelichting begrip werkstageovereenkomst Sociale partners hebben in het arbeidsvoorwaardenakkoord 2004-2005 afgesproken om zich extra in te zetten om de jeugdwerkloosheid terug te dringen. Er is afgesproken om via werkstages, leerwerkbanen en instapplannen werkervaring voor jongeren te creëren bij gemeenten. Wanneer een gemeente jonge werkzoekenden werkervaring laat opdoen, kan hiervoor bij het A+O fonds Gemeenten subsidie worden aangevraagd. Het doel van de werkstage is het opdoen van praktijkervaring en eventueel het volgen van scholing voor werkzoekende jongeren. Het kan hierbij gaan om jonge werkzoekenden met en zonder startkwalificatie. Een stagiair wordt niet door een gemeente aangetrokken om werkzaam te zijn zoals de ambtenaren. De stagiair kan wel arbeid verrichten, maar die is in de eerste plaats gericht op het verwerven van bekwaamheden en niet op economisch voordeel van de werkgever. Stagiairs vallen daarom niet onder de CAR-UWO en hun rechten en plichten moeten in een overeenkomst worden geregeld. Afhankelijk van de omstandigheden kan voor een (voortgezette) stageovereenkomst worden gekozen of voor een leer-werkbaan (tijdelijke aanstelling in het kader van artikel 1.2.2 CAR/UWO). Bij deze model-werkstageovereenkomst is uitgegaan van twee partijen: gemeente en stagiair. De overeenkomst verwijst naar eventuele aanvullende afspraken met de uitkerende instantie. Het model kan uiteraard omgevormd worden tot een driepartijenovereenkomst, waarbij de uitkerende instantie partij is. Toelichting doel en aard werkstage Hier kan ook worden verwezen naar de afspraak in het arbeidsvoorwaardenakkoord 2004-2005 en eventueel naar de Stimuleringsregeling Werk maken voor jong talent van het A+O fonds Gemeenten. Bij de artikelen over doel en aard van de werkstage kan ook verwezen worden naar een opleiding of scholing. Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 12/14
Toelichting aanwezigheid In dit artikel wordt rekening gehouden met de dagen waarop de stagiair vrijgesteld is in verband met eventuele sollicitaties, opleiding of scholing. Voor jeugdige werknemers stelt de Arbeidstijdenwet enigszins strakkere normen voor de arbeidstijd. Voor kantoorarbeid is dit nauwelijks relevant, maar mocht het gaan om andere werkzaamheden, dan is het raadzaam de Arbeidstijdenwet hierop na te slaan. Toelichting aanwijzingen De aanwijzingen van de stagegever hebben zowel betrekking op werkinhoudelijke aanwijzingen en arbotechnische voorschriften als op de wijze waarop men zich gedraagt op de werkvloer. De Arbeidsomstandighedenwet 1998 (artikel 1 lid 2) brengt met zich dat de gemeente de regels op het gebied van arbeidsomstandigheden, arbeidstijden en gelijke behandeling moet naleven ten opzichte van de stagiair, op gelijke wijze als voor de medewerkers. Naleving van de arbonormen door de stageverlener (veilige werkomgeving) en het geven van aanwijzingen is mede van belang in verband met de aansprakelijkheid voor eventuele schade die de stagiair lijdt tijdens zijn werkstage (zie verder Toelichting schade). Toelichting reis- en onkostenvergoeding Als de stagiair niet meer ontvangt dan vergoeding van de reis- en eventueel andere (onbelast te vergoeden) onkosten is er geen sprake van inhoudingen. De stagiair is dan alleen verzekerd voor de Wajong. Toelichting verslagen, scripties, onderzoeken e.d. Deze bepaling beoogt dat de (intellectuele) eigendomsrechten op wat de stagiair in het kader van zijn werkstage voortbrengt, toekomen aan de stageverlener. In geval van octrooiaanvraag door de stageverlener zal de stagiair afstand moeten hebben gedaan van zijn rechten. Toelichting schade Schade toegebracht door de stagiair Op de stageverlener rust een risicoaansprakelijkheid voor fouten van ondergeschikten op grond van artikel 6:170 Burgerlijk Wetboek. Dat betekent dat hij aansprakelijk is, ook als de ondergeschikte aanwijzingen niet opvolgt. Gemeenten kunnen terugvallen op de aansprakelijkheidsverzekering die personenschade, zaakschade en vermogenschade dekt. Schade geleden door de stagiair De stageverlener kan aansprakelijk gesteld worden voor door de stagiair geleden schade in de uitoefening van zijn werkzaamheden op grond van artikel 7:658 lid 4 Burgerlijk Wetboek. Er bestaat Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 13/14
geen aansprakelijkheid als de stageverlener kan aantonen dat hij zich voldoende aan zijn zorgplicht heeft gehouden of als de schade voor een groot deel te wijten is aan opzet of bewuste roekeloosheid van de stagiair. Toelichting geheimhouding en integriteit Handelen in strijd met de geheimhoudingsplicht kan leiden tot onmiddellijke beëindiging van de werkstage door de stageverlener en eventueel tot andere sancties. Tegen een (ex-)stagiair kan een civielrechtelijke actie gestart worden in verband met het schenden van de geheimhoudingsplicht. In het kader van integriteit kan nog een bepaling opgenomen worden om te voorkomen dat de stagiair ongeoorloofde nevenactiviteiten verricht gedurende zijn stage. Toelichting vakantie en verlof Bij kortdurende stages tot bijvoorbeeld twee maanden is verlof over het algemeen niet aan de orde. Bij langer durende werkstages kan gekozen worden voor verlof op verzoek of voor een van tevoren te bepalen redelijk aantal verlofdagen. Wat redelijk is, hangt onder meer af van de duur, omvang per week, de intensiteit van de werkstage en van de wensen van de stagiair en stageverlener. Toelichting aanvullende afspraken Er kunnen specifieke afspraken worden gemaakt met de uitkerende instantie. Onderwerp Jeugdwerkloosheid Datum 8 februari 2006 14/14