RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 april 2004 (22.04) (OR. fr) 8439/04 ELARG 64 CY 10

Vergelijkbare documenten
RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2004 (22.03) (OR. fr) 7537/04 EEE 19 ENV 173 TRANS 123 MI 85

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 november 2003 (27.11) (OR. fr) 15314/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0274 (COD) CULT 66 CODEC 1678

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 maart 2006 (29.03) (OR. en) 7813/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0037 (CNS)

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 februari 2010 (10.02) (OR. fr) 6290/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0011 (NLE) HR 8 CORDROGUE 25

XT 21004/18 ADD 1 REV 2 mou/asd/ev 1 UKTF

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2002) 38 def.

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 maart 2002 (13.03) (OR. fr) 7122/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0056 (ACC) PECOS 68 PECHE 61

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 juli 2006 (27.07) (OR. en) 12036/06 Interinstitutioneel dossier: 2006/0121 (AVC)

PE-CONS 56/1/16 REV 1 NL

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13095/1/00 REV 1 LIMITE MIGR 91 COMIX 802

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 6 april 2005 (07.04) (OR. fr) 7843/05 FISC 38

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 september 2004 (23.09) (OR. fr) 12609/04 FISC 163. VOORSTEL de Commissie d.d.: 20 september 2004 Betreft:

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 mei 2014 (OR. en) 10071/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0134 (NLE) AVIATION 120 COEST 175 NIS 27 RELEX 437

TRACTATENBLAD VAN HET. JAARGANG 1993 Nr. 51. Verdrag betreffende de Europese Unie, met Protocollen; Maastricht, 7februari 1992

BIJLAGE. bij. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Samenstelling van het Europees Parlement met het oog op de verkiezingen van 2014

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 september 2009 (24.09) (OR. en) 13632/09 PECHE 231

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 maart 2010 (19.03) (OR. en) 7701/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0053 (NLE) ACP 66 PTOM 10 COAFR 102

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 18 oktober 2005 (20.10) (OR. fr) 13441/05 STAT 24 FIN 375. VOORSTEL de Commissie d.d.: 12 oktober 2005 Betreft:

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 24 september 2004 (OR. fr) 12704/04 COMER 168

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 mei 2010 (18.05) (OR. en) 9846/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0123 (NLE) EEE 18 BUDGET 30 MI 149

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 november 2000 (15.11) (OR. fr) 12957/00 LIMITE MIGR 89 COMIX 785

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 januari 2008 (21.01) (OR. en) 5213/08 COPEN 4

8753/1/11 REV 1 yen/pw/rb 1 DRI

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 28 mei 2004 (03.06) (OR. en) 9919/04. Interinstitutioneel dossier: 2004/0109 (COD) 2004/0110 (COD)

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 9 juni 2008 (12.06) (OR. fr) 10351/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0108 (CNS) AGRIORG 52

Resolutie van het Europees Parlement over de start van de onderhandelingen met Turkije

Publicatieblad van de Europese Unie L 165 I. Wetgeving. Niet-wetgevingshandelingen. 61e jaargang. Uitgave in de Nederlandse taal. 2 juli 2018.

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUCO XT 20007/19 1 NL

PGI 2. Europese Raad Brussel, 19 juni 2018 (OR. en) EUCO 7/1/18 REV 1

11558/02 jv 1 DG G I

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 20 juni 2014 (OR. en) 11190/14 Interinstitutioneel dossier: 2014/0188 (NLE) AVIATION 137 ISR 2

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 7 juli 2003 (08.07) (OR. fr) 11193/03 Interinstitutioneel dossier: 2003/0142 (CNB) ECOFIN 206 UEM 120

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 30 mei 2005 (08.06) (OR. fr) 9506/05 LIMITE CAB 19 JUR 221

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2005 (02.09) (OR. fr) 11843/05 FISC 96

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 maart 2005 (24.03) 6238/05 JUSTCIV 22

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD. tot wijziging van

WERKGROEP REGLEMENT VAN ORDE VAN DE EURO-MEDITERRANE PARLEMENTAIRE VERGADERING

TRACTATENBLAD VAN HET. Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie; (met Bijlagen) Rome, 25 maart 1957

Voorstel voor een besluit (COM(2017)0136 C8-0116/ /0060(COD)) AMENDEMENTEN VAN HET EUROPEES PARLEMENT* op het voorstel van de Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Hierbij gaat voor de delegaties de gederubriceerde versie van bovengenoemd document.

ONDERHANDELINGEN OVER DE TOETREDING VAN BULGARIJE EN ROEMENIË TOT DE EUROPESE UNIE

PUBLIC. Brussel, 10 december 2002 (12.12) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE 15171/02 LIMITE ELARG 405 CAB 22

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 november 2003 (14.11) (OR. fr) 14725/03 Interinstitutioneel dossier: (CNS) 2003/0271 AGRIORG 73 AGRIFIN 143

BIJLAGE. bij het. Voorstel voor een besluit van de Raad

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2009) 918 definitief.

Gezamenlijk voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 juni 2005 (OR. en) 9550/05 UEM 130 ECOFIN 175

15537/02 jg 1 DG B I

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 20 maart 2009 (OR. en) 7850/09 Interinstitutioneel dossier: 2009/0041 (C S) PECHE 74

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

15445/1/06 REV 1 wat/hor/mg 1 DG H 2B

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

A8-0062/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie vervoer en toerisme. Verslag

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 april 2003 (OR. fr) 8358/04 Interinstitutioneel dossier: 2004/0075 (ACC) UD 55 PECHE 161

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 14 november 2000 (20.11) (OR. fr) 13289/00 LIMITE JAI 135

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2019 (OR. en) XT 21105/1/18 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2018/0427 (NLE) BXT 124

GSC.TFUK. Raad van de Europese Unie Brussel, 7 januari 2019 (OR. en) XT 21106/18. Interinstitutioneel dossier: 2018/0426 (NLE) BXT 125

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 februari 2010 (OR. en) 6056/10 Interinstitutioneel dossier: 2010/0028 (NLE) ANTIDUMPING 8 COMER 16

Procedure voor de benoeming van de leden van het CvdR. De procedures in de verschillende lidstaten

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 februari 2007 (OR. en) 5124/07 PESC 11 COEST 5 COSDP 3

UITVOERINGSVERORDENING (EU) 2016/9 VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 maart 2002 (18.03) (OR. fr) 7244/02. Interinstitutioneel dossier: 2002/0068 (ACC) LIMITE UD 17

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

7079/17 gys/van/sv 1 DG D 1C

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 106. RICHTLIJN 2004/76/EG VAN DE RAAD van

Transcriptie:

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 april 2004 (22.04) (OR. fr) 8439/04 ELARG 64 CY 10 VOORSTEL van: de Europese Commissie d.d.: 14 april 2004 Betreft: Voorstel voor een akte van aanpassing van de toetredingsvoorwaarden van de Verenigde Republiek Cyprus tot de Europese Unie Hierbij gaat voor de delegaties het voorstel van de Commissie dat bij brief van mevrouw Patricia BUGNOT, directeur, aan de heer Javier SOLANA, secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger, is toegezonden. Bijlage: COM(2004) 189 def. 8439/04 jv 1 DG E NL

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.4.2004 COM(2004) 189 definitief Voorstel voor een AKTE VAN AANPASSING VAN DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VAN DE VERENIGDE REPUBLIEK CYPRUS TOT DE EUROPESE UNIE (ingediend door de Commissie) NL NL

TOELICHTING Op 31 maart 2004 heeft VN-Secretaris-generaal Kofi Annan de betrokken partijen de definitieve Alomvattende regeling van de kwestie-cyprus doen toekomen. Zijn voorstel moet op 24 april 2004 in aparte gelijktijdige referenda voor goedkeuring worden voorgelegd aan beide Cypriotische gemeenschappen, zoals op 13 februari 2004 in New York reeds door alle partijen was overeengekomen. Indien de uitkomst van de referenda gunstig is, zal het eiland herenigd tot de Europese Unie toetreden. Er zij aan herinnerd dat de Europese Raad herhaaldelijk heeft bevestigd sterk voorstander te zijn van toetreding van een verenigd Cyprus. Ook heeft de Raad herhaaldelijk gesteld dat de Unie bereid is de voorwaarden voor een regeling aan te passen aan de beginselen waarop de EU is gegrondvest. De Europese Raad heeft in zijn conclusies van 26 maart 2004 uitgesproken verheugd te zijn dat de Commissie nog altijd behulpzaam wil zijn bij het vinden van een snelle oplossing in het kader van het acquis. Het Toetredingsverdrag voorziet in het geval van een regeling in een speciale procedure voor de aanpassing van de voorwaarden voor de toetreding van Cyprus tot de Europese Unie, teneinde rekening te houden met de Turks-Cypriotische gemeenschap. De wettelijke basis voor het aangehechte voorstel voor een Akte van Aanpassing van de toetredingsvoorwaarden is artikel 4 van Protocol nr. 10 van de Toetredingsakte. Deze bepaling delegeert de verdragsluitende bevoegdheid ten aanzien van de aanpassing van de voorwaarden voor de toetreding van Cyprus en daarmee van primair recht van de lidstaten naar de Raad en bepaalt dat de Commissie een voorstel zal doen voor de uitoefening van deze gedelegeerde bevoegdheid 1. Het daaruit voortvloeiende besluit is onvermijdelijk sui generis 2. Aangezien het voorstel voor de akte deel moest uitmaken van de alomvattende regeling die door de Secretaris-generaal is voorgelegd, was de procedurele genese daarvan eveneens sui generis. De tekst van deze akte is in het laatste stadium van de onderhandelingen afgerond met steun van een delegatie van de Commissie onder leiding van Commissaris Verheugen en onder auspiciën van Commissievoorzitter Prodi. Op deze manier konden de belangen van de Gemeenschap en kon het recht van initiatief van de Commissie op grond van artikel 4 van Protocol nr. 10 naar omstandigheden en in overeenstemming met de conclusies van de Raad van 26 maart 2004 het best worden gewaarborgd. Dit voorstel voor de akte past de voorwaarden van de regeling aan en erkent de bijzondere nationale identiteit van Cyprus en de noodzaak om het evenwicht tussen de Grieks-Cyprioten en de Turks-Cyprioten te beschermen. Het houdt rekening met de grote economische verschillen tussen de (toekomstige) Cypriotische deelstaten en met de algemene economische situatie in de (toekomstige) Turks-Cypriotische deelstaat. De akte houdt ook rekening met de speciale relaties die de Grieks-Cyprioten respectievelijk de Turks-Cyprioten onderhouden met 1 2 In artikel 4 staat: Indien een regeling tot stand komt, besluit de Raad, op voorstel van de Commissie, met eenparigheid van stemmen over de aanpassingen die met betrekking tot de Turks-Cypriotische gemeenschap worden aangebracht in de voorwaarden betreffende de toetreding van Cyprus tot de Europese Unie. De Secretaris-generaal van de VN heeft de partijen bij brieven van 31 maart 2004 gemeld dat de Commissie zich ertoe heeft verbonden om het voorstel voor de Akte van Aanpassing voor overweging aan de Raad voor te leggen en om te zorgen voor een eindresultaat dat zal resulteren in de aanpassing van primair recht en voor alle betrokkenen de rechtsbescherming en rechtszekerheid binnen het rechtssysteem van de Europese Unie veilig zal stellen. 2

Griekenland respectievelijk Turkije. Er moet nadrukkelijk op worden gewezen dat het voorstel voor de akte geen permanente afwijkingen van het acquis omvat, maar alleen overgangsperioden. Het voorstel voor de akte bevat de volgende belangrijke elementen: De Turks-Cypriotische deelstaat mag, totdat het een BBP van 85% van het BBP van de Grieks-Cypriotische deelstaat heeft bereikt, maar niet langer dan 15 jaar, op nietdiscriminerende grondslag toestemming eisen voor de aankoop van onroerend goed. Tijdens deze overgangsperiode van maximaal 15 jaar is de aankoop van onroerend goed niet verboden, maar mag op een niet-discriminerende wijze een toestemmingsprocedure worden toegepast, waarbij wordt uitgegaan van bekendgemaakte, objectieve, stabiele en transparante criteria. De Commissie brengt iedere vijf jaar verslag uit en kan aanbevelen de beperkingen af te schaffen. Het recht van Cypriotische burgers om in de andere deelstaat te wonen mag worden beperkt ( interne beperking ). Het recht van Griekse en Turkse staatsburgers om op Cyprus te wonen mag worden beperkt. Mocht de economische situatie in de Turks-Cypriotische deelstaat ernstig verslechteren, dan mogen voor een periode van drie maanden de nodige vrijwaringsmaatregelen worden genomen (deze maatregelen mogen alleen door de Commissie worden verlengd). De Europese Gemeenschap en Turkije onderhandelen binnen zes maanden over uitvoeringsbepalingen voor speciale binnenkomst- en verblijfsrechten voor Turkse staatsburgers die verenigbaar zijn met het beginsel van gelijke behandeling van Griekse en Turkse staatsburgers, en over de deelname van Cyprus aan het Schengengebied. Turks zal een officiële taal worden zodra aan de nodige personele en technische eisen is voldaan. Er zij op gewezen dat de uiteindelijke alomvattende regeling garandeert dat de Verenigde Republiek Cyprus in staat is met één stem te spreken in internationale fora, en structuren heeft die sterk genoeg zijn voor de tenuitvoerlegging van het acquis. Deze akte moet derhalve onverwijld aan de Raad worden voorgelegd om, na een gunstige uitkomst van de referenda, te worden goedgekeurd door de Raad. Bovendien moet volgens artikel 1, lid 2, van Protocol nr. 10 het acquis na de hereniging van het eiland stap voor stap ook in de Turks-Cypriotische deelstaat worden toegepast. In een eerste fase moeten zowel het institutionele acquis als de algemene bepalingen op de Turks-Cypriotische deelstaat van toepassing worden verklaard. Zoals de Secretaris-generaal van de VN in zijn brieven stelde, biedt de alomvattende regeling de beste kans op hereniging die Cyprus ooit heeft gehad, zodat alle Cyprioten volledig van het EU-lidmaatschap zouden kunnen profiteren. 3

Voorstel voor een AKTE VAN AANPASSING VAN DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VAN DE VERENIGDE REPUBLIEK CYPRUS TOT DE EUROPESE UNIE DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op Protocol Nr. 10 van de Toetredingsakte 2003, met name op artikel 4, Gezien het voorstel van de Commissie, (1) Rekening houdende met de goedkeuring van de Oprichtingsovereenkomst door de Grieks-Cyprioten en de Turks-Cyprioten op 24 april 2004, (2) Rekening houdende met het Garantieverdrag en het Alliantieverdrag, het Aanvullend Protocol daarbij, en het Oprichtingsverdrag, (3) Rekening houdende met en met inachtneming van de demilitarisering van Cyprus, (4) Overwegende dat de Toetredingsakte geen beletsel mag vormen voor de implementatie van de Oprichtingsovereenkomst, en ruimte dient te bieden voor de bepalingen ervan overeenkomstig de principes waarop de Europese Unie is gebaseerd, (5) Eraan herinnerende dat de Europese Unie zich richt op vreedzame samenwerking van staten en burgers, gebaseerd op de beginselen van vrijheid, democratie, eerbiediging van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, en van de rechtsstaat, welke beginselen de lidstaten gemeen hebben en die tot uitdrukking komen in de Oprichtingsovereenkomst, die een nieuwe situatie creëert in Cyprus en voorziet in vreedzame integratie van Cyprus in de Europese Unie, (6) Erop wijzende dat de politieke gelijkheid van de Grieks-Cyprioten en de Turks- Cyprioten, de gelijke status van de twee deelstaten, en het verbod op eenzijdige wijziging van de situatie die tot stand wordt gebracht krachtens de Oprichtingsovereenkomst, onder de bepalingen vallen van artikel 6, lid 1, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, (7) Erkennende de bijzondere nationale identiteit van Cyprus, en de noodzaak het evenwicht tussen Grieks-Cyprioten en Turks-Cyprioten in Cyprus te bewaren, erkennende ook het bizonale karakter van de Verenigde Republiek Cyprus en de verschillende identiteit en integriteit van de deelstaten, die bepaalde vrijwaringsmaatregelen en tijdelijke restricties vereisen op het verblijfsrecht van Cyprische burgers, alsmede op dat van burgers van Griekenland en Turkije, (8) Overwegende dat de hoofdartikelen van de Oprichtingsovereenkomst onderdeel zijn van de nationale identiteit van de Verenigde Republiek Cyprus, die de Europese Unie dient te respecteren, 4

(9) Overwegende dat de Verenigde Republiek Cyprus passende maatregelen dient te nemen, in het algemeen of in het bijzonder, om ervoor te zorgen dat de verplichtingen die voortvloeien uit het lidmaatschap van de Europese Unie worden nagekomen, overeenkomstig de specificaties van de Toetredingsakte en deze Akte, (10) Erop wijzende dat de toetreding tot de Europese Unie zowel de Grieks-Cyprioten als de Turks-Cyprioten ten goede dient te komen, en dat deze de ontwikkeling dient te stimuleren teneinde bij te dragen tot de vermindering van de economische ongelijkheid, (11) Eraan herinnerende dat de Europese Unie, overeenkomstig de conclusies van het voorzitterschap van de Europese Raad van Brussel van 12 december 2003, bereid is financiële bijstand te verlenen voor de ontwikkeling van het noordelijke deel van Cyprus na een akkoord, (12) Ervan overtuigd dat gezien de economische verschillen tussen de Turks-Cyprische deelstaat en de lidstaten van de Europese Unie, alsmede tussen de twee deelstaten onderling, vergunningsprocedures noodzakelijk zijn bij de verwerving van eigendom in de Turks-Cyprische deelstaat, teneinde onaanvaardbare plotse prijsstijgingen en het grootschalige opkopen van grond te voorkomen, (13) Voorts menende dat de economische situatie in de Turks-Cyprische deelstaat van dien aard is dat mogelijk voor een beperkte tijd ook speciale vrijwaringsmaatregelen moeten worden vastgesteld teneinde bepaalde economische sectoren te beschermen, (14) Rekening houdende met de speciale betrekkingen en de sterke banden van de Grieks- Cyprioten en de Turks-Cyprioten met respectievelijk Griekenland en Turkije, (15) Ermee rekening houdende dat Cyprus, als lidstaat van de Europese Unie, dient te voldoen aan de verplichtingen die voortvloeien uit de Associatieovereenkomst tussen Turkije en de Europese Gemeenschappen van 1963, het Aanvullend Protocol daarbij en de besluiten die door de Associatieorganen zijn genomen, met inbegrip van het besluit tot instelling van een douane-unie tussen Turkije en de Europese Unie, en daarbij aan Turkije op de gebieden waarop die douane-unie betrekking heeft behandeling als lidstaat van de Europese Unie dient toe te kennen, (16) Wensende, voor zover het lidmaatschap van Cyprus van de Europese Unie dit toelaat, aan Griekse en Turkse burgers ten opzichte van Cyprus dezelfde rechten toe te kennen, (17) Overwegende dat de Oprichtingsovereenkomst voorziet in gelijke binnenkomst- en verblijfsrechten voor Griekse en Turkse burgers ten opzichte van Cyprus. Om dit principe uit te kunnen voeren, dienen voor Cyprus uitzonderingen overeengekomen te worden op het Gemeenschapsrecht. In het belang van het interne bevolkingsevenwicht in Cyprus kan aan Griekse en Turkse burgers echter geen onbeperkt immigratierecht worden toegekend, (18) Erop wijzende dat onmiddellijk een begin dient te worden gemaakt met alle nodige voorbereidingen om de Turkse taal zo spoedig mogelijk de status van officiële taal en werktaal van de Europese Unie te geven, 5

STELT DEZE AKTE VAN AANPASSING VAN DE TOETREDINGSVOORWAARDEN VAST Artikel 1 Onroerend goed 1. Niettegenstaande de geldende bepalingen van het communautair recht mogen gedurende vijftien jaar, of tot het tijdstip dat het bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking in de Turks-Cyprische deelstaat 85% bedraagt van het bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking in de Grieks-Cyprische staat, indien dat tijdstip eerder plaatsvindt, beperkingen worden toegepast, op nietdiscriminerende grondslag, op het recht van natuurlijke personen die niet sinds ten minste drie jaar hun vaste woonplaats hebben gehad in de Turks-Cyprische deelstaat, en op dat van rechtspersonen, om in de Turks-Cyprische deelstaat onroerend goed aan te kopen zonder toestemming van de bevoegde autoriteiten van die deelstaat. 2. De toestemmingsprocedure voor de aankoop van onroerend goed die door de bevoegde autoriteiten van de Turks-Cyprische deelstaat wordt toegepast, gaat uit van bekendgemaakte, objectieve, stabiele en transparante criteria en wordt toegepast op niet-discriminerende wijze. 3. De Commissie brengt iedere vijf jaar verslag uit aan het Europees Parlement en de Raad over de toepassing van de bepalingen van de leden 1 en 2. De Commissie kan bij die gelegenheid de Turks-Cyprische deelstaat aanbevelen de beperkingen geheel of gedeeltelijk af te schaffen, indien zij van mening is dat de politieke, economische en sociale omstandigheden in Cyprus zulks toelaten. Artikel 2 Woonplaats van Cyprische burgers 1. Niettegenstaande de geldende bepalingen van het communautair recht mogen beperkingen worden toegepast, op niet-discriminerende grondslag, op het recht van een Cyprische burger zijn woonplaats te hebben in een deelstaat waarvan hij niet het interne deelstaatsburgerschap bezit: a) in de vorm van een moratorium gedurende de eerste vijf jaar na de datum van inwerkingtreding van deze akte; b) indien het percentage van dergelijke inwoners van de totale bevolking van een gemeente of dorp 6% heeft bereikt in het zesde tot en met het negende jaar na de inwerkingtreding van deze akte, en 12% in het tiende tot en met het veertiende jaar na de inwerkingtreding van deze akte; en c) indien het percentage van dergelijke inwoners van de totale bevolking van een deelstaat 18% heeft bereikt, gedurende ten hoogste negentien jaar na de inwerkingtreding van deze akte, of tot Turkije is toegetreden tot de Europese Unie, indien dat eerder plaatsvindt. 6

2. Daarna mag iedere deelstaat, ter bescherming van zijn identiteit, vrijwaringsmaatregelen nemen om te waarborgen dat ten minste tweederde van zijn permanente Cyprische inwoners de officiële taal van de desbetreffende deelstaat als moedertaal spreekt. Artikel 3 Woonplaats van Griekse en Turkse burgers 1. Niettegenstaande de geldende bepalingen van het communautair recht mogen op niet-discriminerende grondslag beperkingen worden toegepast op: a) het recht van Griekse burgers om in Cyprus hun woonplaats te hebben, indien het aantal in Cyprus woonachtige Griekse burgers 5% heeft bereikt van het aantal in Cyprus woonachtige Cyprische burgers die het interne deelstaatsburgerschap van de Grieks-Cyprische deelstaat bezitten en die geen dubbele nationaliteit bezitten; b) het recht van Turkse burgers om in Cyprus hun woonplaats te hebben, indien het aantal in Cyprus woonachtige Turkse burgers 5% heeft bereikt van het aantal in Cyprus woonachtige Cyprische burgers die het interne deelstaatsburgerschap van de Turks-Cyprische deelstaat bezitten en die geen dubbele nationaliteit bezitten; gedurende een overgangsperiode van ten hoogste negentien jaar na de inwerkingtreding van deze akte, of tot Turkije is toegetreden tot de Europese Unie, indien dat eerder plaatsvindt. 2. Daarna mag de Verenigde Republiek Cyprus, in overleg met de Commissie, vrijwaringsmaatregelen nemen om te waarborgen dat de demografische verhouding tussen permanente inwoners van Cyprus met het Grieks als moedertaal en met het Turks als moedertaal niet substantieel wordt gewijzigd. Artikel 4 Vrijwaringsmaatregelen 1. Onverminderd de artikelen 37 en 38 van de Toetredingsakte mogen de bevoegde autoriteiten van Cyprus, indien tot het einde van een periode van ten hoogste zes jaar na de inwerkingtreding van deze akte de werking van de interne markt van de Europese Unie moeilijkheden veroorzaakt of dreigt te veroorzaken die ernstig en naar verwachting aanhoudend zijn in enige sector van de economie, of die ernstige schade kunnen toebrengen aan de economische situatie in de Turks-Cyprische deelstaat, passende vrijwaringsmaatregelen nemen, die voor drie maanden gelden. Deze maatregelen dienen evenredig te zijn, geen verkapte handelsbeperkingen in te houden en rekening te houden met de belangen van alle betrokkenen. 2. Op verzoek kan de Commissie deze maatregelen geheel of gedeeltelijk verlengen, dan wel andere maatregelen vaststellen, waarvan zij de geldigheidsduur binnen de in lid 1 bedoelde periode van zes jaar vaststelt. 7

Artikel 5 Gelijke rechten van Griekse en Turkse burgers Onverminderd de uit hoofde van de artikelen 1 tot en met 3 toegepaste beperkingen en de voorschriften inzake binnenkomst- en verblijfsrechten van Turkse burgers in andere lidstaten, mag Cyprus aan Turkse burgers wat betreft binnenkomst- en verblijfsrechten een behandeling geven die gelijkwaardig is met die van Griekse burgers. De Europese Unie en Turkije onderhandelen binnen zes maanden over uitvoeringsbepalingen voor deze binnenkomst- en verblijfsrechten voor Turkse burgers die verenigbaar zijn met bovenstaande principes, en over de deelname van Cyprus aan het Schengengebied. Artikel 6 Het Europese veiligheids- en defensiebeleid De deelname van Cyprus aan het Europese veiligheids- en defensiebeleid eerbiedigt de bepalingen van de Oprichtingsovereenkomst en de bepalingen van het Garantieverdrag en het Alliantieverdrag en het Aanvullend Protocol daarbij ten volle en doet op generlei wijze afbreuk aan die bepalingen. Artikel 7 Vertegenwoordiging in het Europees Parlement Cyprus zal in het Europees Parlement worden vertegenwoordigd volgens het beginsel van evenredige vertegenwoordiging, waarbij aan iedere deelstaat ten minste één derde van het aantal zetels van Cyprus in het Europees Parlement wordt toegewezen. Artikel 8 Het Turks als officiële taal van de Europese Unie 1. De Turkse taal is een officiële taal en een werktaal van de instellingen van de Europese Unie. 2. De Raad besluit over de daadwerkelijke toepassing van lid 1 wanneer aan de noodzakelijke personeels- en technische behoeften is voldaan. In de periode tot de Raad dit besluit neemt, kan de Turkse taal worden gebruikt tijdens vergaderingen van de Europese Raad en de Raad. 3. De teksten in de Turkse taal van besluiten van de instellingen en van de Europese Centrale Bank die zijn goedgekeurd vóór lid 1 in werking treedt, en die door de Raad, de Commissie of de Europese Centrale Bank zijn opgesteld, zijn met ingang van die datum authentiek, op dezelfde voorwaarden als de teksten die zijn opgesteld in de andere officiële talen. Zij worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie indien de teksten in de andere officiële talen daarin zijn bekendgemaakt. 8

Artikel 9 Toepassing Deze akte wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en is van toepassing met ingang van de dag van bekendmaking. Gedaan te Brussel, [ ] Voor de Raad De voorzitter [ ] 9