Groei j.o.j. in % Branche update - TMT Economisch Bureau Nederland Sonny Duijn +31 () 2 3436535 25 november 215 Meer stimulering voor omscholing nodig Figuur 1: IT-bedrijven en de economie Bron: CBS 6 15 De IT-branche groeit in dit jaar en in 216 sneller dan de economie als geheel. Er bestaat echter nog steeds een tekort aan hoogopgeleid IT-personeel, hoewel studenten de laatste jaren steeds meer beseffen dat een studie Informatica grote carrièrekansen biedt. Voor de overheid en het bedrijfsleven is het nu zaak om door te pakken, ook door omscholingstrajecten tot IT-specialisten nog nadrukkelijker te stimuleren. Daarmee kan een deel van het grote aantal openstaande vacatures worden ingevuld. 4 2-2 1 5 IT-bedrijven en de economie Er is een structureel tekort aan hoogopgeleid ITpersoneel. Ieder jaar ontstaan veel meer nieuwe vacatures dan dat er gediplomeerde hoogopgeleide IT-specialisten op de arbeidsmarkt bijkomen. Het herstel van de economie in het huidige jaar en 216 brengt deze problematiek nog prominenter aan het oppervlak: vanuit het bedrijfsleven ontstaat meer vraag naar producten en diensten op het gebied van IT en daarmee ontstaan nieuwe vacatures. Mede daarom bestaat er een verband tussen de economische groei in de laatste tien jaar en de omzet van IT-bedrijven (zie Figuur 1), zo blijkt ook uit een regressie-analyse over die periode. Bovendien bevinden verschillende sectoren zich nu in een fase van digitale transformatie, waarin informatietechnologie een nog belangrijker onderdeel binnen de bedrijfsprocessen wordt. IT-ondernemingen (waaronder dienstverleners en softwarebedrijven) profiteren. Vanaf het vierde kwartaal van 213 steeg de gemiddelde omzet per IT-bedrijf elk kwartaal (CBS). In ruim acht jaar tijd is het aantal bedrijven in de sector bijna verdubbeld, van 26.68 naar 52.49, ook omdat veel IT ers die hun baan kwijtraakten voor zichzelf begonnen. Juist vanwege die digitale transformatie die diverse branches in zijn greep houdt, verwachten wij dat de omzet van de IT-sector over 215 en 216 sneller groeit dan de economie als geheel. Zo ontstaan nieuwe banen voor bijvoorbeeld softwareontwikkelaars. -4-6 26 27 28 29 21 211 212 213 214 215 Economie (l-as) Omzet IT-bedrijven (r-as) Maar er zullen ook nieuwe banen ontstaan in diverse IT-gerelateerde groeimarkten (zoals de analyse van data, cloud computing en cybersecurity). IT-functies zijn bovendien sectoroverschrijdend en ook binnen bijvoorbeeld de overheid en het bankwezen van belang. Nieuwe vacatures Logischerwijs zijn er door een automatiseringsgolf bij bedrijven en de digitalisering van de samenleving en het bedrijfsleven al diverse IT-gerelateerde functies bijgekomen. Vanaf 211 zijn er gemiddeld elk -5-1
kwartaal 11.99 nieuwe vacatures voor ITgerelateerde beroepen ontstaan, volgens gegevens van het UWV. Hoger opgeleid Een groot deel wordt niet ingevuld. Volgens die gegevens staan er gemiddeld per kwartaal liefst 9.15 vacatures voor IT-functies open. Van de nieuwe vacatures lijkt gemiddeld ruim 7.7 per kwartaal geschikt voor hogere opleidingen (HBO en/of academisch). Daarvan staan er gemiddeld per kwartaal een kleine 6.5 open. In het eerste halfjaar van 215 ontstonden er in totaal 28.258 nieuwe IT-vacatures: een stijging van 23% ten opzichte van het aantal vacatures dat in het eerste halfjaar van 214 ontstond. Van die 28.258 lijkt ongeveer 71% (ruim 2.1) vooral geschikt voor personeel met een hogere opleiding ( zie Figuur 2). Er zijn volgens het UWV ook 18.1 werkzoekenden met een ITachtergrond, al is minder dan de helft hoger opgeleid. Studie informatica De meest geschikte af te ronden studie voor veel van de bestaande IT-vacatures is Informatica. De aanwas van de arbeidsmarkt via het aantal afgestudeerden is echter veel te laag om het aantal vrijgekomen banen op te vullen. Sinds studiejaar 23/24 komen er per jaar gemiddeld 4.55 nieuwe afgestudeerden vanuit het hoger onderwijs Informatica bij. Figuur 2: Ontstane IT-vacatures per halfjaar Bron: UWV, bewerking van ABN AMRO Economisch Bureau 3. 25. 2. 15. 1. 5. 211 Totaal 211 212 212 213 213 214 Functie met hoog profiel Volgens beroepsvereniging Ngi-NGN is dit zelfs nog vertekend hoog en is een kleiner deel echt geschikt voor een plek op de arbeidsmarkt. 214 De beroepsvereniging wijst daarbij op een gebrekkige aansluiting tussen theorie en praktijk. Daarom implementeert de vereniging in samenwerking met de Hogeschool Utrecht het door Neelie Kroes opgestelde Europese e- Competence Framework, waarin belangrijke competenties en functieprofielen staan omschreven. Dat dergelijke initiatieven worden ontplooid, geeft aan dat er sprake is van een toename van het bewustzijn van het tekort aan hoogopgeleid IT-personeel. 215 Een meerderheid van de afgestudeerden komt van het HBO. Sinds 27/28 komt ruim 68% van het hoogopgeleide gediplomeerde Informatica-studenten van het HBO. Een deel daarvan kiest ervoor om voorts een wetenschappelijke opleiding te volgen, in plaats van te zoeken naar een baan. Het aantal HBO ers dat zijn studie een academisch vervolg in de richting Informatica geeft wordt procentueel de laatste jaren echter steeds minder. Het totaal aantal eerstejaarsstudenten voor een wetenschappelijke opleiding Informatica bestond tien jaar terug nog voor 36,5% uit studenten die Software-ontwikkelaar gezocht Er zijn diverse beroepen binnen de ITbranche waarbij sprake is van krapte op de arbeidsmarkt, blijkt uit gegevens van het UWV. Neem software-ontwikkelaars, programmeurs, en specialisten in specifieke computertalen als Java, Python, SQL en Javascript, maar ook webdevelopers (waaronder appbouwers en makers van gebruiksvriendelijke websites voor de mobiele telefoon en de tablet). Ook aan ontwerpers van industriële automatisering, data-architecten, datawetenschappers, data-analisten en security-specialisten grijpen bedrijven mis.
een HBO-vooropleiding gedaan hebben. Vijf jaar terug was dit nog maar 23,1% en voor de jaargang 214/215 was dit 12,6%. Mogelijk komt dit doordat gediplomeerde HBO-studenten zich ervan bewust zijn met die bagage ook grote kansen op de arbeidsmarkt te hebben. Een ander signaal van toenemend bewustzijn is dat in het voortgezet onderwijs het percentage van de havo- en VWO-leerlingen dat in de jaargang 214/215 voor een Natuurprofiel als leerrichting koos, steeg naar respectievelijk 41% (havo) en 59% (VWO), zo blijkt uit gegevens van het UWV en Platform Bèta Techniek. Negen jaar eerder was dit nog slechts respectievelijk 29% en 5%, blijkt uit die gegevens. Een Natuurprofiel is een goed voortraject voor een studie Informatica, al is dit geen garantie dat die keuze dan daadwerkelijk wordt gemaakt. Toch kiezen gediplomeerde leerlingen vanuit het voortgezet onderwijs met een Natuurprofiel nu vaker voor een bèta technische vervolgopleiding dan voorheen. In de jaargang 212/213 maakte vanuit dat Natuurprofiel nog 51% van de gediplomeerde havisten en 6% van de geslaagde VWO ers de keuze voor een bèta technische vervolgopleiding. In de jaargang 214/215 lagen deze percentages op respectievelijk 56% en 65% (UWV). Meer studenten ingeschreven Het zijn signalen dat er een toenemend bewustzijn onder studenten bestaat over de kansen die zij hebben wanneer zij zichzelf specialiseren in IT-gerelateerde aandachtsgebieden, door Informatica te gaan studeren. Door de krapte op de arbeidsmarkt bevinden zij zich immers in een uitstekende onderhandelingspositie ten opzichte van de werkgevers bij het invullen van vacatures. Ook zijn bij afronding van die studie goed gepositioneerd om zich in een groeimarkt op de arbeidsmarkt te begeven. Het toegenomen bewustzijn vertaalt zich ook in meer ingeschreven studenten in het hoger onderwijs bij een studie Informatica (Figuur 3). Het totaal aantal studenten Informatica steeg sinds de jaargang 21/211 van 28.633 naar 35.628, een stijging van 25,6%. Het totaal aantal ingeschrevenen over alle studies in het hoger onderwijs steeg in diezelfde periode weliswaar ook, maar slechts met 6,7%. Figuur 3: Steeds meer studenten Informatica Bron: CBS, bewerking ABN AMRO Economisch Bureau 4. 35. 3. 25. 2. 28/'9 21/'11 212/'13 214/'15* Studenten informatica in hoger onderwijs Langer studeren bij Informatica Studenten die uiteindelijk een wetenschappelijk Masterdiploma Informatica weten te bemachtigen doen over hun gehele academische studie gemiddeld 71,4 maanden (bijna zes jaar), gemeten vanaf de jaargang 25/26. Dit is langer dan andere studies, want het gemiddelde over alle opleidingen ligt op 67,7 maanden (ruim vijfeneenhalf jaar). Daarbinnen hebben studenten die de studie instromen met een HBO-diploma Informatica vaak het voordeel om een deel van de studie te mogen overslaan. Studenten die vanuit het VWO instromen, doen gemiddeld bijna 84,6 maanden over hun studie (meer dan zeven jaar). Voor alle studies ligt dit gemiddelde op ruim 76 maanden, ruim zes jaar. Omscholing binnen bedrijven Deze positieve signalen laten onverlet dat het tekort groot is en het een proces van jaren zal vergen om dit structureel het hoofd te bieden. Daarom is het voor het bedrijfsleven van groot belang om stevig in te zetten op omscholingsprocessen van bestaand personeel. Ook het duidelijk en aantrekkelijk omschrijven van functieprofielen binnen de groeimarkten van de sector is belangrijk. Ngi-NGN geeft echter aan dat omscholing in Nederland nog op een laag pitje staat.
Voor de overheid is het van belang om nog veel nadrukkelijker het omscholen van personeel tot IT-specialist te stimuleren. Zo is er een overschot aan studenten van de opleiding ICT op middelbaar niveau. Het is een uitdaging om die studenten naar een hoger niveau te tillen. Daarnaast gaat het ook om omscholing van hoogopgeleid personeel uit andere richtingen, en ervaren personeel in verouderde ITrichtingen. Hiervoor is ook een nadrukkelijke samenwerking met onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven nodig. Vanuit bedrijven is er bijvoorbeeld veel behoefte aan specifieke kennis, bijvoorbeeld over programmeertalen. Er bestaan al initiatieven (bijvoorbeeld Make It Work in Amsterdam), maar idealiter wordt het tekort grootschaliger en collectiever aangepakt. Die omscholing vereist, vanwege de complexiteit van bepaalde banen binnen de sector, grote inspanningen. Daarom is het belangrijk dat dit nadrukkelijker gestimuleerd wordt. Onder het Techniekpact bestaan weliswaar gefinancierde sectorplannen waar bij- en omscholing ook onderdeel van is, maar het pact richt zich op de Technieksector als geheel. Bovendien gaat dit niet alleen om omscholing. Het is sowieso van belang dat er een onderscheid gemaakt wordt tussen de krapte bij bepaalde Techniekberoepen (zoals monteurs, cnc-verspaners, autoschadetechnici en lassers) en de krapte bij hoogopgeleid IT-personeel. Deze tekorten zijn beide belangrijk om aan te pakken, maar verschillen dermate van karakter dat ze een specifieke aanpak behoeven. Het lopende Sectorplan ICT (vanuit vakbonden en IT-verenigingen) werkt al gerichter. Onderwijs Het is ook van cruciaal belang dat de inhoud van Informatica-studies aansluit op wat nodig is in de praktijk aan IT-specialisten. Dit verandert van tijd tot tijd en zou dus een dynamisch proces moeten zijn. Belangrijk hierbij is dat hogescholen en academische instellingen samen optrekken, en het grote tekort als collectief en maatschappelijk probleem zien. In het voortgezet onderwijs is het van belang dat Informatica als zeer belangrijk (en zwaarwegend) vak wordt beschouwd. Het verouderde schoolvak wordt onder de loep genomen, maar de echte modernisering heeft nog niet plaatsgevonden. Vestigingsklimaat Als omscholingsinitiatieven en educatieve hervormingen echt van de grond komen, is dit zeer positief voor het bedrijfsleven. Het huidige tekort aan hoogopgeleid IT-personeel is, voor bedrijven die hiervan afhankelijk zijn, een zeer serieuze zaak. Het beschikken over competent personeel is immers een belangrijker factor binnen ondernemingen. Ondernemingen ondervangen nu vaak het probleem door IT-personeel uit het buitenland in de gelederen op te nemen, of openen (mede) hierom vestigingen in het buitenland. Wanneer het aanbod van hoogopgeleide ict-specialisten structureel naar een hoger aantal gebracht wordt, is Nederland nog aantrekkelijker als vestigingsklimaat voor ondernemingen. Onder meer vanwege de positie als geografische poort naar Europa en de beschikking over een sterke telecominfrastructuur (met één van s werelds grootste internetsnelwegen bevindt zich rond Amsterdam) is ons land nu al populair als vestigingsplek. Conclusie De IT-markt groeit in 215 en 216 sneller dan de economie. Dit brengt het tekort aan hoogopgeleid IT-personeel verder aan het oppervlak. Positief is dat het bewustzijn over de problematiek toeneemt: het aantal ingeschreven studenten Informatica groeit en in het voortgezet onderwijs wordt steeds vaker het geschikte profiel gekozen. Toch is het tekort nog altijd erg groot. Voor Nederland als vestigingsklimaat is het belangrijk dat dit grondig aangepakt wordt. Er is daarin veel werk aan de winkel voor de overheid en het bedrijfsleven. Idealiter zouden omscholingsprocessen tot IT-specialist nadrukkelijker gestimuleerd worden vanuit de overheid. Goed functionerende omscholingsmechanismen kunnen een deel van het tekort het hoofd bieden. Ook is belangrijk dat het tekort door hogescholen en universiteiten als een collectief maatschappelijk probleem wordt gezien.
Economisch Bureau Nederland Contactgegevens ABN AMRO Economisch Bureau Nederland: Aandachtsgebied Telefoonnummer: E-mailadres: Jacques van de Wal (hoofd) Algemeen 2 628 499 jacques.van.de.wal@nl.abnamro.com Eric Huliselan Zakelijke Dienstverlening 2 628 2138 eric.huliselan@nl.abnamro.com Casper Burgering Industrie (w.o. industriële materialen) 2 383 2693 casper.burgering@nl.abnamro.com Nadia Menkveld Transport & Logistiek 2 628 6441 nadia.menkveld@nl.abnamro.com Frank Rijkers Agrarisch, Food, Agrarische grondstoffen 2 628 6437 frank.rijkers@nl.abnamro.com Sonny Duijn Retail, TMT 2 343 6535 sonny.duijn@nl.abnamro.com Hans van Cleef Olie & Gas 2 343 4679 hans.van.cleef@nl.abnamro.com Madeline Buijs Bouw, Real Estate 2-383 821 madeline.buijs@nl.abnamro.com Nico Klene Macro-economie 2-625 424 nico.klene@nl.abnamro.com Philip Bokeloh Woningmarkt, Macro-economie 2-383 2657 philip.bokeloh@nl.abnamro.com Theo de Kort Informatieanalist, Autoretail 2 628 489 theo.de.kort@nl.abnamro.com Volg ons ook op Twitter: @ABNAMROeconomen Disclaimer This document has been prepared by ABN AMRO. It is solely intended to provide financial and general information on the agricultural market. The information in this document is strictly proprietary and is being supplied to you solely for your information. It may not (in whole or in part) be reproduced, distributed or passed to a third party or used for any other purposes than stated above. This document is informative in nature and does not constitute an offer of securities to the public, nor a solicitation to make such an offer. No reliance may be placed for any purposes whatsoever on the information, opinions, forecasts and assumptions contained in the document or on its completeness, accuracy or fairness. No representation or warranty, express or implied, is given by or on behalf of ABN AMRO, or any of its directors, officers, agents, affiliates, group companies, or employees as to the accuracy or completeness of the information contained in this document and no liability is accepted for any loss, arising, directly or indirectly, from any use of such information. The views and opinions expressed herein may be subject to change at any given time and ABN AMRO is under no obligation to update the information contained in this document after the date thereof. Before investing in any product of ABN AMRO Bank N.V., you should obtain information on various financial and other risks and any possible restrictions that you and your investments activities may encounter under applicable laws and regulations. If, after reading this document, you consider investing in a product, you are advised to discuss such an investment with your relationship manager or personal advisor and check whether the relevant product considering the risks involved- is appropriate within your investment activities. The value of your investments may fluctuate. Past performance is no guarantee for future returns. ABN AMRO reserves the right to make amendments to this material. ABN AMRO, 215