Provinciaal Blad Nr. PB2010/165 7 januari 2011 ISSN: 0920-069X HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH Regels subsidieverstrekking klimaat 2011 HHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHHH GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Maken bekend dat zij op 21 december 2010 het volgende hebben bepaald. GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Gelet op artikel 1.2, tweede lid, van de Subsidieregeling vitaal Gelderland 2011; Gelet op Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 (PB L 214/3 van 9.8.2008), waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard; Gelet op Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 (PB L379/5 van 28.12.2006), betreffende de toepassing van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag op deminimissteun; Gelet op Verordening (EG) nr. 1857/2006 van de Commissie van 15 december 2006 (PB L358/3 van 16.12.2006), betreffende de toepassing van het Verdrag op staatssteun voor kleine en middelgrote ondernemingen die landbouwproducten produceren, en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 70/2001; BESLUITEN Vast te stellen de volgende regeling. Regels subsidieverstrekking klimaat 2011 Algemene bepalingen Artikel 0.1 Begripsomschrijvingen In deze beleidsregel wordt verstaan onder: a b c d e energietransitie: transitie in energiehuishouding met als doel volledige omschakeling naar energievoorziening uit duurzame energiebronnen op langere termijn; fundamenteel onderzoek: experimentele of theoretische activiteiten die voornamelijk worden verricht om nieuwe kennis te verwerven over de fundamentele aspecten van verschijnselen en waarneembare feiten, zonder dat hiermee een rechtstreekse praktische toepassing of gebruik wordt beoogd; Woonpark Gelderland: Gezamenlijk project van Provincie Gelderland en een aantal gemeenten waarmee een samenwerkingsovereenkomst is afgesloten om energiezuinige wijken te ontwikkelen van minstens 150 nieuwbouwwoningen die 60 % zuiniger zijn, zowel wat betreft woninggebonden als huishoudelijk energiegebruik, en daarbij van elkaar te leren en de opgedane kennis en ervaring verder te verspreiden; Cool Nature: park ingericht op leren, spelen, bewegen en het vinden van verkoeling; glastuinbouwbedrijven: bedrijven die zich op professionele wijze bezig houden met het kweken van tuinbouwproducten onder glas; Inlichtingen bij dhr. G. Kurvers, telefoonnummer (026) 359 8870 e-mailadres: post@gelderland.nl
f centrale warmtevoorziening: de centrale opwekking van warmte in een centraal gelegen ketelhuis; g aardwarmte: warmte die gewonnen wordt uit de aarde op een diepte van meer dan 500 meter. Artikel 0.2 Algemene bepalingen subsidieverstrekking Geen subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die uit hoofde van een andere paragraaf uit de Subsidieregeling vitaal Gelderland 2011 worden of kunnen worden gesubsidieerd. Hoofdstuk 1 Het terugdringen van energieverbruik Paragraaf 1.1 Woningisolatie Artikel 1.1.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor het verstrekken van subsidie voor woningisolatie, indien bij die verstrekking wordt voldaan aan de volgende criteria: a aan de woning wordt minimaal één van de volgende maatregelen uitgevoerd: 1 aanbrengen van vloerisolatie met een isolatiewaarde (Rc-waarde) van minimaal 2,5 m² K/W; 2 aanbrengen van dakisolatie met een isolatiewaarde (Rc-waarde) van minimaal 2,5 m² K/W, waarbij isolatie van de vloer van niet-verwarmde vliering wordt beschouwd als dakisolatie; 3 gevelisolatie door het isoleren van nog niet geïsoleerde muren van de woning door aanbrengen spouwmuurisolatie in bestaande spouw, of door het aanbrengen van andere gevelisolatie waarbij de isolatiewaarde minimaal (Rc-waarde) 2,5 m² K/W is; b de subsidie bedraagt een derde van de subsidiabele kosten tot een maximum van 500,-; c de subsidie wordt verstrekt aan de eigenaar van de woning; d de woning heeft een woonbestemming en wordt bewoond door de eigenaar; e de woning is opgeleverd vóór 1 januari 1980, en f de woning heeft op peildatum 1 januari 2009 een WOZ-waarde van maximum 350.000,-. Artikel 1.1.2 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan gemeenten. Artikel 1.1.3 Hoogte van de subsidie 1. De subsidie bedraagt maximaal 500,-- per woning. 2. Indien de aanvraag meer dan 100 woningen betreft bedraagt het maximaal aantal woningen dat voor subsidie in aanmerking komt 20% van het aantal woningen dat binnen de gemeente voldoet aan de criteria genoemd in artikel 1.1.1, aanhef en onder d, e en f.2. Paragraaf 1.2 Woonpark Gelderland Artikel 1.2.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor activiteiten die: a betrekking hebben op de Gelderse energietransitie voor de gebouwde omgeving; b de voorbereiding betreffen van praktijkexperimenten in het kader van het project Woonpark Gelderland die bijdragen aan energieneutraliteit in de woningbouw, en c een leereffect hebben voor derden. Artikel 1.2.2 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan de gemeenten die deelnemen aan de samenwerkingsovereenkomst Woonpark Gelderland. 2
Artikel 1.2.3 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van 50.000,-. Paragraaf 1.3 Onderzoek haalbaarheid en planvorming diffuus kasdek Artikel 1.3.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor haalbaarheidsstudies en planontwikkeling ten behoeve van de realisatie van diffuus kasdekken. Artikel 1.3.2 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan glastuinbouwbedrijven. Artikel 1.3.3 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van 30.000,-- Paragraaf 1.4 Realisatie diffuus kasdek Artikel 1.4.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor de realisatie van diffuus kasdek met een lichtverspreidende werking van ten minste 30% bij een lichtdoorlatendheid van 90% voor loodrecht en 82% voor diffuus invallend licht. Artikel 1.4.2 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan glastuinbouwbedrijven. Artikel 1.4.3 Subsidiabele kosten Uitsluitend de meerkosten van een diffuus kasdek ten opzichte van een vergelijkbaar niet-diffuus kasdek komen voor subsidie in aanmerking. Artikel 1.4.4 Niet subsidiabele kosten Montagekosten komen niet voor subsidie in aanmerking. Artikel 1.4.5 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt ten hoogste 40% van de subsidiabele kosten met een maximum van 200.000,--. Hoofdstuk 2 Het opwekken en benutten van duurzame energie en het stimuleren van een bio-based economy Paragraaf 2.1 Biomassa installaties Artikel 2.1.1 Criteria 1 Subsidie kan worden verstrekt voor haalbaarheidsstudies en planontwikkeling ten behoeve van: a nieuw te ontwikkelen biomassa installaties of het aanpassen van bestaande biomassa installaties, voor zover het gaat om vormen van duurzame energieproductie; b de inzet van innovatieve technologie voor verwerking van digestaat, voor zover dit deel uitmaakt van een project zoals bedoeld onder a. 3
2 Subsidie wordt slechts verstrekt aan projecten waarbij voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: a het project heeft betrekking op installaties van minimaal 0,05 petajoule vermeden primaire energie; b de te benutten biomassa komt voor minimaal 60% uit een straal van 200 kilometer van de installatie. Artikel 2.1.2 Weigeringsgrond Geen subsidie wordt verstrekt: a voor fundamenteel onderzoek; b aan ondernemingen die landbouwproducten produceren. Artikel 2.1.3 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan ondernemingen die zelf gebaat zijn bij het in bedrijf hebben van een biomassa installatie. Artikel 2.1.4 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van 50.000,--. Paragraaf 2.2 Onderzoek haalbaarheid en planvorming aardwarmteprojecten Artikel 2.2.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor haalbaarheidsstudies en planontwikkeling ten behoeve van het winnen van aardwarmte. Artikel 2.2.2 Aanvrager Subsidie wordt verstrekt aan glastuinbouwbedrijven en samenwerkingsverbanden van glastuinbouwbedrijven, die: a een kasoppervlakte hebben van minimaal 25 hectare, en b een centrale warmtevoorziening. Artikel 2.2.3 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt ten hoogste 50% van de subsidiabele kosten met een maximum van 200.000,--. Hoofdstuk 3 Het efficiënt gebruik van fossiele energie Gereserveerd Hoofdstuk 4 Het verbeteren van klimaatbestendigheid Paragraaf 4.1 Cool Nature Artikel 4.1.1 Criteria Subsidie kan worden verstrekt voor Cool Nature projecten indien voldaan wordt aan de volgende criteria: a de locatie waar het Cool Nature project wordt gerealiseerd is aaneengesloten en in het geval van kernen tot maximaal 20.000 inwoners 1,5 tot 5 hectare groot of in alle overige gevallen 2 tot 5 hectare groot; b de locatie is geschikt voor diverse leeftijdsgroepen; 4
c d e de inrichting sluit aan bij de natuurlijke omgeving, stimuleert tot bewegen en bevat een diversiteit aan ontdekkings- en verkenningsmogelijkheden en een hoog gehalte aan spelaanleiding voor zelf te creëren spel; de locatie ligt binnen de bebouwde kom of binnen een straal van 1.500 meter van de bebouwde kom, en; natuur- en milieueducatie op de locatie moeten aantoonbaar worden gewaarborgd. Artikel 4.1.2 Subsidiabele kosten Voor projecten bedoeld in paragraaf 4.1 geldt dat uren van de aanvrager alleen subsidiabel zijn voor zover die worden ingezet voor ontwerp en overleg met en begeleiding van externe partijen, niet zijnde de subsidieverlener. Artikel 4.1.3 Hoogte van de subsidie De subsidie bedraagt: a voor de proces- en ontwerpkosten ten hoogste 85% van de subsidiabele kosten tot een maximum van 20.000,--; b voor de uitvoeringskosten ten hoogste 50% tot een maximum van 70.000,--. Hoofdstuk 5 Slotbepalingen Artikel 5.1 Intrekking bestaande regeling De Beleidsregel subsidieverstrekking klimaat 2010 wordt ingetrokken met ingang van de dag waarop deze regeling in werking treedt. Artikel 5.2 Citeertitel Deze regeling wordt aangehaald als: Regels subsidieverstrekking klimaat 2011. Artikel 5.3 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2011. Toelichting Artikel 1.1 De regeling zoals bedoeld in Artikel 1.1 richt zich uitsluitend op gemeenten. De gemeenten stellen het geld vervolgens weer beschikbaar aan eigenaar-bewoners. De regeling richt zich uitsluitend op de isolatie van begane grondvloeren, buitenmuren en daken van eigenaar-bewoners van woningen van vóór 1980 met een WOZ-waarde van maximaal 350.000,-. De provincie stelt geen voorwaarden met betrekking tot energiewinst of energielabel. Gemeenten kunnen de regeling koppelen aan lokale (en landelijke) subsidies en stimuleringsprogramma's. Koppeling met ander subsidieregelingen is alleen mogelijk als die subsidie over het niet door de provincie gesubsidieerde deel van de kosten wordt berekend. De gemeenten stellen zelf een subsidieverordening op en verdelen de gelden over de individuele eigenaar-bewoners. Artikel 1.3.1 en 1.4.1 Het doel van artikelen 1.3.1 en 1.4.1 is het door middel van haalbaarheidsonderzoek en investeringssubsidie stimuleren van het gebruik van diffuus kasdek waardoor er sprake is van verbetering van de lichtverdeling op het gewas. Bij normaal kasdek valt bij helder weer veel licht op de bovenste bladeren terwijl de bladeren daaronder onderbelicht blijven. Bij diffuus kasdek wordt het licht verspreid zodat het dieper in het gewas doordringt en daarmee voor een hogere groei zorgt. De mate van lichtverspreiding wordt in de wetenschappelijke literatuur uitgedrukt met de "haze-factor". De haze-factor van glas kan variëren tussen 0% (helder kasdek) en bijna 100% (melkachtig kasdek). 5
Omdat een hoge lichtverspreiding niet ten koste mag gaan van de lichttransmissie moet altijd aan twee eisen worden voldaan voordat een investeringssubsidie kan worden verstrekt. Ten eerste moet sprake zijn van een lichtverspreidende - of haze-factor van ten minste 30%. Daarnaast moet sprake zijn van een minimale lichtdoorlatendheid van 90% en 82% voor respectievelijk loodrecht en diffuus invallend licht. Subsidie wordt aan een onderneming verstrekt in de vorm van deminimis-steun. De subsidieverstrekking geschiedt conform Verordening (EG) nr. 1998/2006 van de Commissie van 15 december 2006 (PB L379/5 van 28.12.2006), betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie. Gedeputeerde Staten voornoemd Gegeven te Arnhem, 21 december 2010-2010-021100 Gedeputeerde Staten van Gelderland C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koningin drs. P.P.L. van Kalmthout - secretaris Uitgegeven 7 januari 2011 De secretaris, drs. P.P.L. van Kalmthout 6