Collegevoorstel. Zaaknummer: OWZAvG17. evaluatie herijking leerlingenvervoer

Vergelijkbare documenten
Evaluatie herijking leerlingenvervoer

Onderwerp: Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2011

Beleidsregels Leerlingenvervoer schooljaar

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Boxtel Mei 2013

Tevens worden hierbij de voorgaande Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Nijmegen 2010 (GB ) ingetrokken.

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie

Besluit B&W over Beleidsregels Leerlingenvervoer 2019

Raadsvoorstel. Onderwerp Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Hattem 2015

Gemeente De Bilt Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente De Bilt 2016

Beleidsregels leerlingenvervoer Nijmegen 2016

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Borger-Odoorn 2016

BELEIDSREGEL LEERLINGENVERVOER HELMOND Burgemeester en wethouders van Helmond. Collegevoorstel. B e s l u i t

Nadere regels Verordening leerlingenvervoer Molenwaard 2015

Nadere regels verordening leerlingenvervoer gemeente Giessenlanden 2015

Gemeente Borger-Odoorn, Beleidsregels leerlingenvervoer 2016

Nadere regels Verordening leerlingenvervoer 2016 gemeente Molenwaard. Het college van Molenwaard besluit vast te stellen de volgende:

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Hattem 2015

Nadere regels Leerlingenvervoer Molenlanden 2019

Beleidsregels Leerlingenvervoer Westvoorne 2015

Leerlingenvervoer naar school van school

Jaar: 2013 Nummer: 47 Besluit: B&W 14 mei 2013 Gemeenteblad BELEIDSREGEL LEERLINGENVERVOER HELMOND Burgemeester en wethouders van Helmond

Gemeente Heusden - Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2015

Verordening Leerlingenvervoer gemeente Heerlen

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Coevorden

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2018

Beleidsregels verordening leerlingenvervoer Hellevoetsluis 2015

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Beek 2016

Nadere regels verordening leerlingenvervoer gemeente Hardinxveld- Giessendam HG 21038/16827

Motie Naar aanleiding van de motie is nadrukkelijk gekeken naar de schooltijden en de voor- en nadelen van de invoering van opstapplaatsen.

De raad van de gemeente Nuth;

Uw kind in het leerlingenvervoer

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: beleidsregels leerlingenvervoer Heusden 2015

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Zoetermeer 2014

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Korendijk

Aan: Gemeente Ede en deelnemers medemaken Leerlingenvervoer t.a.v. Mw Susan van der Zwaag Postbus HK Ede

Collegevoorstel. Inleiding. Feitelijke informatie. Zaaknummer: OWZFD01. Herijking leerlingenvervoer

Beleidsregels leerlingenvervoer 2014

Verordening leerlingenvervoer gemeente Harlingen gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 maart 2009

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Leeuwarden 2014

gelezen het voorstel R van burgemeester en wethouders van 29 april 2014;

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de Verordening leerlingenvervoer gemeente Oosterhout 2014 (verder: Verordening leerlingenvervoer);

Beleidsregels behorende bij de Verordening leerlingenvervoer gemeente Súdwest-Fryslân 2017

Verordening leerlingenvervoer gemeente Eindhoven 2011

Aanpassing verordening en beleidsregels leerlingenvervoer

NOTITIE LEERLINGENVERVOER 1. INLEIDING

vereenvoudigde verordening leerlingenvervoer

Verordening leerlingenvervoer gemeente Noord-Beveland 2017

Verordening leerlingenvervoer gemeente Bergeijk 2016

Leven in Bladel is samen toekomst maken *R *

Verordening leerlingenvervoer Gemeente Ten Boer 2014

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER VOORTGEZET ONDERWIJS

Sector : II Nr. : besluit: vast te stellen de volgende: VERORDENING LEERLINGENVERVOER Algemene bepalingen

12 maart 2013 WIZ-INK H. Dijkhuis

Officiële uitgave van de gemeente Bergeijk Nummer 2-11 maart 2014

Wijzigingen verordening leerlingenvervoer gemeente Nederweert 2014

Schooljaar Leerlingenvervoer in Almere. Vóór 1 juni aanvragen, ieder schooljaar weer!

CVDR. Nr. CVDR74335_3. Verordening Leerlingenvervoer Dantumadiel. Artikel 1 Begripsomschrijving In deze verordening wordt verstaan onder: 12 juni 2018

BELEIDSREGEL LEERLINGENVERVOER HELMOND Burgemeester en wethouders van Helmond. Collegevoorstel. besluiten:

Verordening Leerlingenvervoer Internationale Taalklas primair onderwijs gemeente Haarlem 2016

Verordening leerlingenvervoer. gemeente Sliedrecht. De raad van de gemeente Sliedrecht, gelezen het voorstel van het college,

TITEL 1: ALGEMENE BEPALINGEN TITEL 1: ALGEMENE BEPALINGEN

Verordening leerlingenvervoer Tynaarlo 2017

Verordening Leerlingenvervoer gemeente Deurne 2012

BELEIDSREGELS LEERLINGENVERVOER Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Schiedam; overwegende dat;

Leerlingenvervoer. Informatie over de regeling leerlingenvervoer in het schooljaar vindt u in de folder

Verordening leerlingenvervoer

Verordening Leerlingenvervoer Algemene bepalingen

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS

Voorstel/alternatieven

Een bekostiging leerlingenvervoer wordt uitsluitend gegeven voor het vervoer van huis naar school en

Verordening Leerlingenvervoer gemeente Dordrecht

Verordening Leerlingenvervoer Gemeente Kampen

Verordening leerlingenvervoer Gemeente Winsum 2015

Afweging: Zie stand van zakennotitie.

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER VOORTGEZET ONDERWIJS

Verordening leerlingenvervoer Gemeente De Marne 2015

Verordening leerlingenvervoer gemeente Hengelo. VERORDENING LEERLINGENVERVOER GEMEENTE HENGELO Titel 1 Algemene bepalingen

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER (VOORTGEZET) SPECIAAL ONDERWIJS

gezien het voorstel van het college van Burgemeester en Wethouders van 25 november 2008, Nr. MO/2008/2759;

Artikel 20 Bekostiging vervoerskosten van gehandicapte leerlingen voor scholen voor (voortgezet) speciaal onderwijs

Aanvraagformulier leerlingenvervoer SCHOOLJAAR Gegevens leerling. 2. Gegevens aanvrager. 3. Soort onderwijs:

Verordening leerlingenvervoer. Gemeente Sliedrecht 2010

e. woning: de plaats waar de leerling structureel en feitelijk verblijft;

Gemeente Den Haag RIS166265_28-OKT-2009

- commissie voor de begeleiding: commissie als bedoeld in artikel 40b van de Wet op de expertisecentra;

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER BASISONDERWIJS/SPECIALE SCHOOL VOOR BASISONDERWIJS

VERORDENING LEERLINGENVERVOER GEMEENTE OOSTSTELLINGWERF 2014

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 20 mei 2014, BESLUIT:

TOELICHTING OP HET AANVRAAGFORMULIER LEERLINGENVERVOER SCHOOLJAAR

Jaar: 2011 Nummer: 49 Besluit: B&W 31 mei 2011 Gemeenteblad BELEIDSREGEL LEERLINGENVERVOER HELMOND Burgemeester en wethouders van Helmond

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 26 mei 2015;

Verordening leerlingenvervoer gemeente Groningen 2019

AANVRAAG VERVOERSVOORZIENING LEERLINGENVERVOER BASISONDERWIJS/SPECIALE SCHOOL VOOR BASISONDERWIJS

Verordening leerlingenvervoer (inclusief voorgenomen wijzigingen en toelichting)

Verordening leerlingenvervoer gemeente Voorst 2016

Leerlingenvervoer in Kampen

Verordening leerlingenvervoer Gemeente Houten

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 28 november 2006, nr. ;

De raad van de gemeente Heusden, in zijn openbare vergadering van 22 maart 2011 ;

Transcriptie:

Zaaknummer: OWZAvG17 Onderwerp: evaluatie herijking leerlingenvervoer Collegevoorstel Inleiding Bij de behandeling van het raadsvoorstel herijking leerlingenvervoer op 22 maart 2011 is toegezegd in 2012 te komen met een evaluatie/rapportage over de gevolgen van het gewijzigde leerlingenvervoer. Tussen 22 maart 2011 en het verschijnen van deze evaluatie werd al twee maal aan de raad gerapporteerd (05-07- 2011 en 24-01-2012). De gegevens uit die rapportages zijn meegenomen in deze eindevaluatie. De evaluatie geeft geen aanleiding tot het wijzigen van het beleid na de herijking van het leerlingenvervoer, wel tot het aanpassen van de beleidsregels. U treft daarvoor een voorstel aan, waarmee de huidige praktijk ook formeel in de beleidsregels wordt vastgelegd. Feitelijke informatie Voor de feitelijke informatie wordt verwezen naar de bijlage. Hierin wordt een korte terugblik gegeven op de uitgangspunten van de herijking, de gevolgen daarvan en wordt een beeld gegeven van de stand van zaken over de schooljaren 2011/2012 en 2012/2013. Afweging De gevolgen van de herijking lijken te zijn meegevallen. Slechts in twee situaties is een beroep gedaan op de steunstructuur. De SBO-express bleek praktisch gezien niet haalbaar. Meer actueel zijn de gevolgen voor ouders die kiezen voor een verder weg gelegen school. Wettelijk gezien heeft de gemeente de taak om te zorgen voor een vergoeding voor passend vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school die aansluit op de levensovertuiging van de ouders en/of de handicap/stoornis van het kind. Kiezen ouders op andere gronden voor een bepaalde school, bijvoorbeeld om onderwijsinhoudelijke redenen, dan is de gemeente niet wettelijk verplicht om voor passend vervoer te zorgen. In zo n situatie heeft de gemeente de vrijheid om zelf te bepalen of het vervoer geheel of gedeeltelijk wordt betaald. In onze gemeente wordt in deze situaties gedeeltelijk betaald, namelijk een vergoeding op basis van de kosten van het openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Deze praktijk dient nog opgenomen te worden in de beleidsregels. Hetzelfde geldt voor de kinderen die naar een buitenschoolse opvang gaan. Dit valt feitelijk niet onder leerlingenvervoer. Omdat scholen voor SO niet de wettelijke plicht hebben om kinderen naschoolse opvang te bieden zijn deze kinderen aangewezen op de buitenschoolse opvang. In de beleidsregel wordt opgenomen dat de gemeente kan besluiten om vervoer naar buitenschoolse opvang toe te kennen. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Het budget voor leerlingenvervoer is in de evaluatieperiode neerwaarts bijgesteld van 770.000,- in 2010 tot 500.000,- in 2013 i.v.m. een gerealiseerde bezuiniging en een nieuwe aanbesteding van de vervoerder. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Ter kennisname naar de raadsleden 1

Zaaknummer: OWZAvG17 Onderwerp: evaluatie herijking leerlingenvervoer BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 4 december 2012 besloten: - De beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2012 vast te stellen met als ingangsdatum de dag na publicatie van deze beleidsregels. - De evaluatie herijking leerlingenvervoer ter kennis te brengen van de Raadsleden. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven 2

Bijlage: Evaluatie herijking leerlingenvervoer Inleiding Bij de behandeling van het raadsvoorstel herijking leerlingenvervoer op 22 maart 2011 is toegezegd in 2012 te komen met een evaluatie/rapportage over de gevolgen van het gewijzigde leerlingenvervoer. Tussen 22 maart 2011 en het verschijnen van deze evaluatie werd al twee maal aan de gemeenteraad gerapporteerd (5 juli 2011 en 24 januari 2012). De gegevens uit die rapportages zijn meegenomen in deze eindevaluatie. De herijking werd gekenmerkt door de volgende beginselen: - De gemeente stelt ouders in staat vervoer zelf te regelen ( faciliteren i.p.v. organiseren) - Bevorderen zelfstandigheid van het kind - Aangepast vervoer voor wie dat nodig heeft - Betaalbaar houden vervoersregeling. De belangrijkste kenmerken van de herijking waren in grote lijnen: - Het leerlingenvervoer wordt in hoofdzaak teruggebracht tot twee soorten voorzieningen: 1. Een bekostiging (budget) op basis van de kosten van het openbaar vervoer (ouders regelen het zelf) 2. Aangepast vervoer (busje of taxi) - Optrekken van de kilometergrens waarboven aanspraak kan worden gemaakt door leerlingen van het basisonderwijs en speciaal basisonderwijs van 4 naar 6 kilometer - Afschaffen van de overgangsregeling uit de beleidsregels - Afschaffen van het drempelbedrag en de daaraan gekoppelde eigen bijdrage - Afschaffen van de subsidieregeling voor de eigen bijdrage. Gevolgen herijking: In de notitie herijking leerlingenvervoer werden een aantal gevolgen omschreven. Hieronder de gevolgen zoals vermeld in de notitie en de ontwikkelingen zoals ze zich daarna in de periode tot november 2012 hebben voorgedaan: a. Van de 54 kinderen die naar het speciaal basisonderwijs werden vervoerd met aangepast vervoer kwamen 42 kinderen niet meer in aanmerking voor aangepast vervoer, maar kregen een vergoeding op basis van de kosten van openbaar vervoer. Dit was eventueel met begeleiding indien de kinderen jonger dan 9 jaar waren. In de uitvoering bleek dat er 18 kinderen niet meer in aanmerking kwamen voor een vervoersvoorziening vanwege de wijziging in afstand van 4 naar 6 kilometer. Bij 34 kinderen werd de voorziening omgezet in een vergoeding op basis van de kosten van het openbaar vervoer. Dit was met begeleiding indien de kinderen jonger dan 9 jaar waren. De gevolgen voor de groep kinderen die naar het SBO werden vervoerd was het grootst en heeft veel aandacht gekregen. Op 5 juli 2011 is aan de Raad in een memo gerapporteerd over de steunstructuur die werd opgezet om begeleiding en advisering te bieden gericht op de vergroting van zelfstandigheid en zelfredzaamheid van het kind en de rol die de ouders daarin hebben. De mogelijkheden van een SBO-express zijn onderzocht, maar dit bleek toch geen geschikte oplossing ( knelpunten waren o.a financiën, begeleiding en te lange reistijden). Ter bevordering van de verkeersveiligheid op de fietsroutes zijn de voornaamste routes gefietst en geïnspecteerd. Dit vond plaats met vertegenwoordigers van de cliëntenraad en Veilig Verkeer Nederland. Met SBO de Regenboog zijn afspraken gemaakt over klaar-overs en begeleiding van leerkrachten bij de oversteek van de Beethovenlaan aan het einde van de schooldag. Op de Duinweg is inmiddels een verkeersdrempel aangelegd.

Bij SBO de Regenboog is navraag gedaan hoe zij aankijken tegen de gevolgen van de herijking. Anderhalf jaar later geven zij aan dat de gevolgen van de herijking zijn meegevallen. De kinderen van de bovenbouw zijn meer gaan fietsen, de ouders van de jonge kinderen hebben het vaak toch zo weten te regelen dat ze hun kinderen naar school kunnen brengen. De zelfstandigheid van de oudere kinderen is hiermee toegenomen. Bijkomend positief effect is dat het contact met de school en de ouders is toegenomen doordat de ouders van jonge kinderen nu meer op school komen. Aandacht wordt wel gevraagd voor situaties waarin het voor ouders moeilijk is om hun kinderen naar school te brengen. De school heeft soms moeite met de strikte toepassing van de regels en vraagt om wat meer begrip bij de gemeente. Dat inmiddels ook WMO-consulenten betrokken zijn bij de uitvoering van leerlingenvervoer voor met name de complexere situaties wordt door de school als een positieve ontwikkeling gezien. Tot nu wordt een aanvraag vaak alleen digitaal ingediend en afgewerkt en is er (in principe) geen persoonlijk contact. Daar waar nodig kan in een gesprek het beleid van de gemeente beter worden uitgelegd en kunnen ouders richting gemeente ook aangeven waar zij problemen verwachten. Ter ondersteuning van de ouders die niet in staat zijn het vervoer van hun kind te regelen is het protocol Steunstructuur Leerlingenvervoer vastgelegd. Tot nu toe zijn twee gezinnen aangemeld bij het schoolmaatschappelijk werk van Juvans via SBO de Regenboog. Bij Juvans komen de lijnen van het schoolmaatschappelijk werk voor basisonderwijs en speciaal basisonderwijs en het Centrum voor Jeugd en Gezin samen. In één situatie gaat het om een gezin dat geen vervoersvoorziening krijgt in verband met de afstandsgrens (minder dan 6 kilometer). Via school en Juvans wordt nu samen met de moeder naar een oplossing gezocht om de praktische problemen van het vervoer van dit kind op te lossen. In de tweede situatie wordt tijdens de periode van de ondersteuning aangepast vervoer verstrekt met toepassing van de hardheidsclausule. Onlangs heeft met Juvans een gesprek plaatsgevonden, aanleiding van het gesprek was het bespreken van de ervaringen met de steunstructuur en de verwachtingen en verantwoordelijkheden beter af te stemmen. Op het moment van het opmaken van deze rapportage is aan 26 kinderen op het SBO een vervoersvoorziening toegekend, 18 kinderen op basis van de kosten van openbaar vervoer (al dan niet met begeleiding), 8 kinderen met aangepast vervoer (waarvan 4 met toepassing van de hardheidsclausule en 4 op basis van een medisch advies van Argonaut). b. Er is weinig verandering voor de groep leerlingen met een clusterindicatie die naar het (voortgezet) speciaal onderwijs gaan. Zij blijven in aanmerking komen voor aangepast vervoer. Hierin is inderdaad weinig veranderd. Afgelopen schooljaar is het wel een aantal malen voorgekomen dat ouders niet kiezen voor de dichtstbijzijnde toegankelijke school, waardoor zij niet in aanmerking komen voor aangepast vervoer. Onze gemeente geeft in deze situaties wel een vergoeding op basis van de kosten van openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school, Deze praktijk is nu ook vastgelegd in de beleidsregels. c. Op basis van deze beleidsregels is het ook voor leerlingen met een clusterindicatie die een reguliere school voor Voortgezet Onderwijs bezoeken mogelijk om in aanmerking te komen voor een vervoersvoorziening in de kosten van openbaar vervoer indien de afstand van de woning tot de dichtstbijzijnde toegankelijke school meer dan 6 kilometer bedraagt. De groep kinderen die met een clusterindicatie naar een reguliere school voor voortgezet onderwijs gaat is toegenomen. Momenteel wordt aan 14 kinderen op het reguliere voortgezet onderwijs een vervoersvoorziening op basis van het openbaar vervoer verleend. Totaal gaat het om een bedrag van 9.384,-.

Hardheidsclausule Bij de behandeling van de herijking in de raad op 22 maart 2011 is gevraagd om de hardheidsclausule soepel toe te passen. Dit is ook door de wethouder toegezegd. Over het schooljaar 2011/2012 is de hardheidsclausule 7 keer toegepast. Over het schooljaar 2012/2013 is de hardheidsclausule 11 keer toegepast. Het betreft niet allemaal nieuwe situaties, soms ook voortzetting van eerder toegepaste hardheidsclausule. De redenen voor het toepassen van de hardheidsclausule zijn divers: afmaken schoolloopbaan op niet dichtstbijzijnde school is het meest voorkomend. Daarnaast het aangepast vervoer voor twee kinderen tijdens de periode waarin ondersteuning vanuit de steunstructuur wordt gegeven. Bij de toepassing van de hardheidsclausule gaat het in principe om individuele situaties die niet regelmatig voorkomen. Aantallen Onderstaand de tabellen met aantallen aanvragen, toekenningen en soorten vervoer. Er is een lichte toename te zien van het aantal aanvragen. Aantallen 2011/2012 2012/2013 (stand per 01-11-2012) toegewezen 187 201 afgewezen 7 7 bezwaar 10 8 stopgezet eigen verzoek 2 7 Soorten vervoer 2011/2012 2012/2013 Aangepast vervoer 135 147 Vergoeding obv 49 50 openbaar vervoer Vergoeding obv eigen 0 1 vervoer Aangepast vervoer en Ov vergoeding 1 2 Beslissing op 2011/2012 2012/2013 bezwaar/voorlopige voorziening ingetrokken 3 3 niet ontvankelijk 2 1 gegrond 1 0 ongegrond 4 3 Financiële gevolgen Uitgaven leerlingenvervoer 2010 2011 2012 t/m oktober 766.162,- 641.670,- 433.440,- Verwacht over 2012:

529.000,- De verlaging van de kosten van 2011 ten opzichte van 2010 is voor een deel te verklaren uit de gevolgen van de herijking van het leerlingenvervoer en voor een deel uit de gevolgen van de aanbesteding leerlingenvervoer per 01-08-2011 (lagere kilometerprijs). De verlaging van de kosten in 2012 ten opzichte van 2011 is ook een gevolg van de aanbesteding. Conclusies De gevolgen van de herijking lijken te zijn meegevallen. Slechts in twee situaties is een beroep gedaan op de steunstructuur. De bezwaren van het afgelopen schooljaar hadden vooral betrekking op aanvragen van kinderen naar een verder gelegen school. Soms kiezen ouders voor een school die zij meer geschikt vinden voor hun kind, terwijl dit niet de dichtstbijzijnde toegankelijke school is. Wettelijk gezien is de gemeente slechts verantwoordelijk voor het vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Dit is voor ouders vaak moeilijk te begrijpen. Er is sprake van een vrije schoolkeuze, maar dat betekent niet dat de gevolgen daarvan afgewenteld kunnen worden op het leerlingenvervoer. Hierdoor voelen ouders zich toch beperkt in hun keuze. De gemeente voert een coulant beleid omdat ouders van kinderen met een clusterindicatie alsnog in aanmerking kunnen komen voor een vergoeding op basis van de kosten van openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Zij kunnen deze vergoeding inzetten om een deel van de kosten naar de verder weg gelegen en zelf gekozen school te kunnen betalen. Uitvoering van dit beleid is onlangs vastgelegd in de beleidsregels. Belangrijk is dat ouders vooraf goed geïnformeerd zijn over de gevolgen van hun schoolkeuze. Het is van belang dat de professionals die hen adviseren bij de keuze voor de vervolgopleiding ook aandacht schenken aan de gevolgen voor het leerlingenvervoer. Deze professionals zijn over het algemeen goed op de hoogte van de gewijzigde regelgeving. Ook voor hen is het soms lastig hiermee om te gaan omdat zij het beste voor hebben met het kind en vanuit hun professionaliteit weten dat een verder weg gelegen school soms beter aansluit bij het betreffende kind. Communicatie hierover tussen de gemeente en de professionals hierover is belangrijk en vindt dan ook regelmatig plaats. De afgelopen periode is het leerlingenvervoer ook landelijk veel in de aandacht geweest, aanleiding is vaak de hoge kosten die ermee gemoeid zijn. In veel gemeenten worden maatregelen genomen om deze kosten beter in de hand te houden. Maar het gaat niet alleen om de uitgaven, steeds meer komt ook het principe van de eigen verantwoordelijkheid centraal te staan. Soms is het belang van het kind hieraan ondergeschikt, terwijl dat misschien juist wel de belangrijkste afweging zou moeten zijn. Zou het leerlingenvervoer niet veel meer maatwerk moeten zijn en uitgaan van wat het kind zelf kan? Dit betekent in de praktijk dat ook bij kinderen met een clusterindicatie eerst gekeken kan worden naar de vraag of het kind zelfstandig met openbaar vervoer of met de fiets zou kunnen reizen. Dit gebeurt dan vanuit de visie dat het voor het kind veel prettiger is om zelf te kunnen reizen en dat dit ook veel beter is voor de toekomst van het kind. In onze gemeente is bij de herijking ervoor gekozen om voor deze groep het aangepast vervoer te behouden, tenzij de ouders aangeven een bekostiging op basis van het openbaar vervoer te wensen. Nu is voor de ouders misschien niet altijd duidelijk dat zij deze keuze ook hebben. Daarom ligt hier ook het voorstel om vanaf het schooljaar 2013/2014 vanuit de gemeente deze keuzemogelijkheid meer onder de aandacht te brengen. Dit gebeurt door het aanvraagformulier en de informatieverstrekking vanuit de gemeente hierop aan te passen. Het betreft hier dus geen wijziging van het huidige beleid, wel stimulering van de mogelijkheid voor ouders om te kiezen voor een vervoersvoorziening die de zelfstandigheid van hun kind bevordert.

Cliëntenraad Op 13 maart 2001 is de verordening Cliëntenraad Leerlingenvervoer gemeente Heusden in de gemeenteraad vastgesteld en vanaf 01 augustus 2001 is deze verordening in werking getreden. In deze verordening is o.a. opgenomen dat de cliëntenraad uit 5 personen bestaat, dat de leden worden benoemd door het college, in eerste instantie vanuit de klankbordgroep leerlingenvervoer en later via voordracht van de cliëntenraad. Leden van de cliëntenraad dienen ouder te zijn van een kind wat van het leerlingenvervoer gebruik maakt. De cliëntenraad is betrokken geweest bij de voorbereiding van de herijking van het leerlingenvervoer en bij de behandeling daarvan in de Raad. Er zijn diverse gesprekken geweest en er is ook schriftelijk door de cliëntenraad gecommuniceerd. Anderhalf jaar later blijkt dat de invulling van de cliëntenraad niet meer accuraat is. Twee leden moesten stoppen omdat hun kinderen geen vervoersvoorziening meer krijgen. Feitelijk bestaat de cliëntenraad alleen nog uit de secretaris, de heer Cruts. Hij heeft aangegeven zijn functie binnen de cliëntenraad te willen neerleggen. Met hem is over de toekomst van de cliëntenraad gesproken. Er is geopperd om de WMO-adviesraad te vragen in de toekomst ook advies uit te brengen over het onderwerp leerlingenvervoer. De WMO-adviesraad en de heer Cruts hebben hierover contact gehad en beiden zien het als een goede ontwikkeling. De evaluatie van het leerlingenvervoer is een goed moment om dit verder in gang te zetten. Dit houdt o.a. in dat de huidige verordening ingetrokken moet worden door de Raad. Hierover zal begin 2013 een apart raadsvoorstel aan de Raad ter behandeling worden voorgelegd. Tot de overname door de WMO-adviesraad blijft de huidige cliëntenraad nog bestaan. Overig De Eerste Kamer heeft op 9 oktober 2012 ingestemd met de wet passend onderwijs. Per 1 augustus 2014 geldt dat het onderwijs zorgplicht heeft voor alle leerlingen. Kinderen die extra begeleiding nodig hebben, kunnen voortaan vaker in het regulier onderwijs terecht. De wet regelt onder meer dat scholen een zorgplicht krijgen. De minister hoopt dat ouders daardoor niet meer met hun kinderen hoeven te leuren om een geschikte onderwijsplek voor ze te zoeken. Door de wet wordt ook het zogeheten rugzakje afgeschaft; het geld dat ouders kregen om extra begeleiding in te kopen. Dat geld gaat nu naar nog op te richten samenwerkingsverbanden van scholen. Met de nieuwe wet hoopt de minister verder te voorkomen dat de kosten voor speciaal onderwijs nog meer toenemen. De minister wil met de wet tevens regelen dat er voortaan meer nadruk wordt gelegd op wat kinderen wél kunnen in plaats van wat ze niet kunnen. Het wetsvoorstel bevat een prikkel tot specialisatie van scholen. De kans bestaat dat scholen (locaties) binnen een regionaal samenwerkingsverband zich specialiseren in het geven van onderwijs en ondersteuning aan een bepaalde groep leerlingen met een specifieke beperking. De gevolgen van de invoering van het passend onderwijs voor de uitvoering van het leerlingenvervoer zijn nog niet bekend. In de loop van 2013 zal hierover meer bekend worden. De gemeenten in het toekomstig samenwerkingsverband (Heusden, Waalwijk, Loon op Zand en Aalburg) hebben samen met de besturen van de aangesloten scholen overleg over de gevolgen van de Wet Passend Onderwijs.

Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2012 1. Tijdstip en termijn van uitbetaling Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 4: Het college bepaalt bij het verstrekken van bekostiging van de vervoerskosten de wijze en het tijdstip van uitbetaling, alsmede de tijdsduur van de verstrekte bekostiging. Beleidsregel 1 a. De bekostiging van leerlingenvervoer gebeurt per schooljaar. b. De toegekende vergoeding op basis van het openbaar vervoer wordt uitbetaald in 2 termijnen op de volgende tijdstippen: 1e termijn: begin september 2e termijn: begin februari 2. Terugvordering Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 6, lid 4: Ten onrechte genoten bekostiging kan van de ouders worden teruggevorderd, dan wel worden verrekend bij een eventuele nieuwe verstrekking van bekostiging. Beleidsregel 2 Het college hanteert het uitgangspunt dat ten onrechte ontvangen tegemoetkomingen voor leerlingenvervoer altijd van de ouder worden teruggevorderd tenzij er sprake is van dringende redenen om van terugvordering af te zien. 3. Bekostiging van de kosten van openbaar vervoer ten behoeve van de leerling en van een begeleider Basis in de Verordening leerlingenvervoer, de artikelen 11, 12, 15 lid 1, 17 en 25 lid 1. Beleidsregel 3 a. De bekostiging is gebaseerd op de tarieven openbaar vervoer met een persoonlijke OV-chipkaart zoals gepubliceerd op de website www.9292ov.nl. Hierbij wordt uitgegaan van de geldende tarieven (starttarief per kilometer, basistarief per kilometer en mogelijke reducties). Peildatum voor de tarieven is 1 januari van het jaar van aanvraag. b. Daarnaast wordt een opslag toegekend van 115,- per jaar. Deze opslag is bedoeld voor: prijsaanpassingen gedurende het schooljaar, administratieve lasten, kosten zelforganisatie c. Indien een ouder/verzorger een leerling jonger dan 9 jaar begeleidt, worden de Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente Heusden 2012 Vastgesteld door het college van Heusden op 4 december 2012 *000129490*

kosten vergoed op basis van de abonnementskosten van het benodigde aantal sterren, volgens de website www.9292ov.nl 4. Ontzeggen van de toegang tot het vervoer door de gemeente Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 13, artikel 18, lid 1 en 26, lid 1: Het college verstrekt bekostiging op basis van de kosten van aangepast vervoer aan de ouders van de leerling die een basisschool, speciale school voor basisonderwijs of een school voor voortgezet onderwijs bezoekt ". Beleidsregel 4 Het college kan een leerling aan wie een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer is verstrekt, tijdelijk of voor de rest van het schooljaar de toegang tot dit vervoer ontzeggen indien bij herhaling is gebleken dat de leerling door agressief gedrag of anderszins de orde in de bus verstoort of de veiligheid van bus en inzittenden in gevaar brengt. Daarbij gelden de volgende uitgangspunten: a. Klachten worden in beginsel door de vervoerder opgelost. b. Na de melding van een klacht door de vervoerder bij de afdeling OWZ van de gemeente Heusden wordt een onderzoek opgestart. In het kader van dat onderzoek spreekt de beleidsmedewerker met vervoerder, chauffeur, ouders/verzorgers en/of school. Indien na het onderzoek blijkt dat sprake is van verwijtbaar gedrag van de leerling volgt een eerste waarschuwingsbrief aan ouders/verzorgers. c. Bij een volgende klacht wordt stap b herhaald en volgt een 2e waarschuwingsbrief. Het college zorgt in deze fase voor een extra zitplaats in de taxi om begeleiding van de leerling door één van de ouders mogelijk te maken. Als er een begeleider meegaat, anders dan de ouder of verzorger en hier kosten aan zijn verbonden, zijn de kosten voor de ouder/verzorger. d. Bij een volgende klacht kan een schorsing per direct volgen, voor een periode van één volle schoolweek. Er volgt een 3e waarschuwingsbrief aan ouders/verzorgers. e. Bij een volgende klacht volgt met een 4e brief totale uitsluiting van het vervoer tot het eind van het schooljaar met een minimum van 3 maanden exclusief vakanties (schorsing aan het eind van het schooljaar kan dus doorlopen in het nieuwe schooljaar). Indien ouders na schorsing opnieuw gebruik willen maken van het leerlingenvervoer dan moet een nieuwe aanvraag worden ingediend. 2

5. Leerlingen met clusterindicatie die een school voor Speciaal Onderwijs of Voortgezet Speciaal Onderwijs bezoeken Basis in de Verordening leerlingenvervoer Titel 3, artikel 18. Beleidsregel 5 Het college verstrekt aan de ouders van de leerling met een clusterindicatie die een school voor (Voortgezet) Speciaal Onderwijs bezoekt, aangepast vervoer als bedoeld in artikel 18 lid 1 sub a. Toelichting Artikel 18 van de Verordening leerlingenvervoer kent het college de bevoegdheid toe om aangepast vervoer te verstrekken aan leerlingen die, naar oordeel van het college, niet in staat zijn van het openbaar vervoer gebruik te maken. Overwegende dat bij het merendeel van de kinderen die een clusterschool bezoeken sprake is van een lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke handicap, bepaalt het college dat deze leerlingen niet in staat zijn -ook niet onder begeleiding- van openbaar vervoer gebruik te maken. Hiermede kent het college de facto aangepast vervoer toe, tenzij de ouders aangeven een bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer te wensen. 6. Leerlingen met clusterindicatie die een reguliere school voor Voortgezet Onderwijs bezoeken Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 28: In gevallen die uitvoering van het leerlingenvervoer betreffen en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college. Beleidsregel 6 1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling met een clusterindicatie die een reguliere school voor Voortgezet Onderwijs bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan zes kilometer bedraagt. Voor de berekening van de afstand wordt de routeplanner van de ANWB gehanteerd, gemeten volgens de kortste route. 2. De bekostiging zal nooit hoger zijn dan de kosten van openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde school voor (Voortgezet) Speciaal Onderwijs waarvoor de leerling geïndiceerd is. 3. Voor deze bekostiging geldt de aanvraagprocedure volgens artikel 5 van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden. 3

Toelichting Voor de wet geldt een kind met een clusterindicatie dat het reguliere Voortgezet Onderwijs bezoekt als ieder ander kind dat het Voortgezet Onderwijs bezoekt. Omdat er voor het Voortgezet Onderwijs geen vervoersplicht geldt, komen deze kinderen niet voor leerlingenvervoer in aanmerking, tenzij er sprake is van een handicap (Titel 6 van de Verordening). Voor kinderen met een clusterindicatie voor het Voortgezet Speciaal Onderwijs die het gewone Voortgezet Onderwijs bezoeken en verder dan 6 kilometer van de school vandaan wonen, treft het college deze speciale regeling. De betreffende leerlingen kunnen, zonder dat er eerst behoeft te worden vastgesteld of er sprake is van een handicap, een bekostiging aanvragen op basis van de kosten van het openbaar vervoer. Indien aanspraak bestaat op bekostiging zoals bedoeld in beleidsregel 5, kan het college tevens de kosten ten behoeve van een begeleider toekennen als ouders aangeven dat de leerling niet zelfstandig van het openbaar vervoer gebruik kan maken. Hiervoor vraagt de gemeente een onafhankelijk advies bij een deskundige. Deze zal dan moeten beoordelen of de leerling, gezien zijn lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke handicap, niet in staat is zonder begeleiding van het openbaar vervoer gebruik te maken. 7. Leerlingen met een clusterindicatie die naar een verder gelegen school voor (V)SO gaan Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 28: In gevallen die uitvoering van het leerlingenvervoer betreffen en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college. Beleidsregel 7: 1. Het college verstrekt aan de ouders van de leerling met een clusterindicatie die een verder gelegen school voor (V)SO bezoekt, bekostiging op basis van de kosten van het openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school voor (V)SO, indien de afstand van de woning naar de dichtstbijzijnde voor hem toegankelijke school meer dan vier kilometer bedraagt. Voor de berekening van de afstand wordt de routeplanner van de ANWB gehanteerd. 2. De bekostiging zal nooit hoger zijn dan de kosten van openbaar vervoer naar de dichtstbijzijnde school voor (V)SO waarvoor de leerling geïndiceerd is. 3. Voor deze bekostiging geldt de aanvraagprocedure volgens artikel 5 van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Heusden. Toelichting De gemeente heeft de wettelijke taak om te zorgen voor een vergoeding voor passend vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school die aansluit op de 4

levensovertuiging van de ouders en/of de handicap/stoornis van het kind. Kiezen ouders op andere gronden voor een bepaalde school, bijvoorbeeld om onderwijsinhoudelijke redenen, dan is de gemeente niet wettelijk verplicht om voor passend vervoer te zorgen. In zo n situatie heeft de gemeente de vrijheid om zelf te bepalen of zij het vervoer geheel of gedeeltelijk betaalt. 8. Hardheidsclausule Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 29: Het college kan in bijzondere gevallen, het vervoer voor onderwijs aangaande, ten gunste van de ouders afwijken van de bepalingen in deze verordening, zo nodig na advies te hebben gevraagd aan de permanente commissie leerlingenzorg, de commissie van begeleiding, de regionale verwijzingscommissie of andere deskundigen. Beleidsregel 8: De hardheidsclausule wordt niet toegepast als er alleen sprake is van de omstandigheid dat ouders/verzorgers wegens werkzaamheden of andere bezigheden de leerling niet naar school kunnen brengen. Toelichting De Verordening leerlingenvervoer kent een hardheidsclausule. Dit betekent dat in situaties die niet in de verordening geregeld zijn en die tot kennelijk onbillijke situaties leiden, er met een beroep op deze bepaling alsnog bekostiging van leerlingenvervoer kan worden verleend. Toepassing van de hardheidsclausule is bedoeld voor echt uitzonderlijke situaties, omdat het overgrote deel van de voorkomende situaties in de verordening is geregeld. Ook van de beleidsregels zelf kan worden afgeweken op grond van de zogenaamde inherente afwijkingsbevoegdheid van het college. Dit geldt dan eveneens voor situaties waarin de toepassing van de beleidsregels tot een kennelijk onbillijke uitkomst zou leiden. In deze beleidsregels is bepaald dat de hardheidsclausule in een aantal situaties niet zal worden toegepast. Met nadruk staat er dat dit geldt indien er alleen sprake is van de genoemde omstandigheid. De reden daarvan is dat ook in een reguliere situatie waarin geen sprake is van leerlingenvervoer, de ouders zelf verantwoordelijk zijn voor het vinden van een oplossing voor het schoolvervoer wegens werk of opleiding. De genoemde omstandigheden kunnen wel in combinatie met andere relevante omstandigheden aanleiding zijn voor het toepassen van de hardheidsclausule. 5

9. Co-ouderschap Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 28: In gevallen die uitvoering van het leerlingenvervoer betreffen en waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college. Beleidsregel 9 Bij co-ouderschap kan er recht zijn op bekostiging van leerlingenvervoer voor de dagen dat de leerling bij de betreffende ouder verblijft. De beide ouders moeten afzonderlijk een aanvraag indienen voor de dagen dat het kind tijdens weekdagen bij hen verblijft. Toelichting Co-ouderschap is geen wettelijke term maar wordt in deze beleidsregels als volgt omschreven. Ouders, al dan niet gescheiden, die niet bij elkaar wonen, kunnen afspreken om hun kind(eren) gezamenlijk te (blijven) verzorgen en opvoeden. Er is sprake van co-ouderschap als zowel de ene ouder, als de andere ouder in een regelmatige afwisseling, volgens een vast rooster, de zorg voor het kind of de kinderen hebben 10. Buitenschoolse opvang voor leerlingen (V)SO Basis in de Verordening leerlingenvervoer, artikel 1: begripsbepalingen woning (lid e ). De verordening beschrijft het begrip woning als de plaats waar de leerling structureel en feitelijk verblijft. Een buitenschoolse opvang voldoet niet aan deze beschrijving en valt daarmee niet onder de regeling leerlingenvervoer. Beleidsregel 10 Bij buitenschoolse opvang kan er sprake zijn van bekostiging van leerlingenvervoer voor de vaste dagen dat een leerling op de buitenschoolse opvang verblijft. Ouders zijn zelf verantwoordelijk voor het vervoer van de buitenschoolse opvang naar de woning. Toelichting Bekostiging naar de buitenschoolse opvang vindt alleen plaats indien er geen sprake is van een naschoolse opvang op de school waar de leerling naar toe gaat. Verder dient de buitenschoolse opvang zo dicht mogelijk te liggen bij de woning of de school waar de leerling naar toe gaat. 6

Datum inwerkingtreding De ingangsdatum van de beleidsregels is de dag na publicatie van de beleidsregels op de gemeentelijke informatiepagina. 7