Infofiche Nr. 3015 09/2017 Kleedkamers, refters, wastafels en toiletten in de werkplaatsen en burelen 1 Beschrijving Er moeten sociale voorzieningen (kleedkamers, refters, wastafels, toiletten, rustlokalen,...) ter beschikking van de werknemers gesteld worden op de arbeidsplaatsen. Voor bedrijven uit de bouwsector zijn meerdere reglementeringen van toepassing: de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) 'Humanisering van de Arbeid' van 10 maart 2016, die van toepassing is op de werkgevers en de arbeiders van het Paritair Comité voor het Bouwbedrijf nr. 124 het koninklijk besluit (KB) van 25 januari 2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen, dat in bijlage III minimumvoorschriften inzake vastlegt de Codex over het welzijn op het werk, Boek III, titel 1 'Basiseisen betreffende arbeidsplaatsen' de Codex over het welzijn op het werk, Boek V, titel 1 'Thermische omgevingsfactoren', onder andere in verband met de dranken die ter beschikking van de werknemers gesteld moeten worden Op tijdelijke of mobiele bouwplaatsen moet in eerste instantie de cao toegepast worden, want het toepassingsgebied van Boek III, titel 1 van de Codex in verband met arbeidsplaatsen omvat geen tijdelijke of mobiele bouwplaatsen. De sociale voorzieningen op bouwplaatsen komen aan bod in Preventiefiche O-011. In de werkplaatsen, opslagplaatsen, magazijnen en burelen van de bouwsector moeten zowel de cao als de Codex over het welzijn op het werk, Boek III, Titel 1 'Basiseisen betreffende arbeidsplaatsen' toegepast worden. Op deze arbeidsplaatsen kunnen immers zowel arbeiders van paritair comité 124 als bedienden of werknemers van andere paritaire comités tewerkgesteld zijn. Om deze dubbele reglementering te vermijden, raadt aan om prioritair de Codex over welzijn op het werk, Boek III, Titel 1 'Basiseisen betreffende arbeidsplaatsen' toe te passen en ook de cao in acht te nemen die bepaalt dat het voorafgaand advies van het comité voor preventie en welzijn op het werk of, bij ontstentenis, van de vakbondsafvaardiging of de werknemers en de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer, gevraagd moet worden. De risicoanalyse zal de werkgever ook helpen een geschikte keuze te maken in verband met de sociale voorzieningen. Deze Informatiefiche bevat de grote lijnen van Boek III, titel 1 van de Codex over het welzijn op het werk 'Basiseisen betreffende arbeidsplaatsen', hoofdstuk 6. kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie, ook al streeft de organisatie naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van en duidelijke bronvermelding. 1/5
2 Wetgeving De werkgever moet een analyse uitvoeren van de risico's die eigen zijn aan zijn bedrijf, zodat hij de passende maatregelen kan nemen op het vlak van de keuze en het beheer van de sociale voorzieningen. De Codex over het welzijn op het werk, Boek III, titel 1 Basiseisen betreffende arbeidsplaatsen bevat een reeks algemene verplichtingen voor de werkgever en ook een aantal specifiekere voorschriften in verband met de kleedkamers, wastafels en douches, toiletten, refters, rustlokalen, het lokaal voor zwangere werkneemsters en werkneemsters die borstvoeding geven en dranken. 2.1 Algemene bepalingen De werkgever moet waken over de volgende punten: De lokalen waarin de sociale voorzieningen zich bevinden, moeten voldoende ruim bemeten, verlucht, verlicht en verwarmd zijn. De sociale voorzieningen moeten dagelijks schoongemaakt worden. De schoonmaakmiddelen moeten voorzien worden door de werkgever. De sociale voorzieningen moeten ingericht worden in lokalen die gescheiden zijn van de arbeidsplaatsen. Er moeten gescheiden kleedkamers, toiletten, wastafels en douches voorzien worden voor mannen en vrouwen. Als de sociale voorzieningen deel uitmaken van de woning van de werkgever, moeten ze voldoen aan een aantal vereisten. Vooraleer hij de vastgestelde maatregelen implementeert, moet de werkgever het advies vragen van het comité voor preventie en bescherming op het werk (of, bij ontstentenis, van de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, van de werknemers) en van de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer. 2.2 Kleedkamers Als de werknemers van kledij moeten wisselen, moeten er kleedkamers ter beschikking gesteld worden. Als er geen kleedkamers vereist zijn, moet elke werknemer kunnen beschikken over een plaats om zijn kledij op te hangen. Uitrusting in de kleedkamers: Afsluitbare individuele kleerkasten, of, als er geen specifiek risico is, kleerhangers en individuele vakken Als de werkkledij vuil of vochtig is of als er een risico is op intoxicatie of besmetting, moeten de werknemers beschikken over twee individuele kleerkasten, zodat ze de eigen kledij en de werkkledij gescheiden kunnen houden. Bijlage III.1-1-1 van de Codex over het welzijn op het werk bevat preciezere instructies in verband met de afmetingen, verluchting, ventilatie en schoonmaak. kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie, ook al streeft de organisatie naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van en duidelijke bronvermelding. 2/5
2.3 Wastafels en douches 2.3.1 Wastafels De wastafels moeten ingericht worden in specifiek hiertoe bestemde lokalen. Als de aard van het werk en de afwezigheid van risico's dit rechtvaardigen en mits het akkoord van het comité (of, bij ontstentenis, van de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, van de werknemers) werd bekomen, mogen ze eventueel ingericht worden in de toiletten. Er moet één kraan voorzien worden per drie werknemers die gelijktijdig hun arbeidstijd beëindigen (of 5, als de aard van het werk dit rechtvaardigt, met het akkoord van het comité, of, bij ontstentenis, van de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, van de werknemers). In functie van de aard van het werk en de aard van de risico's moeten de wastafels voorzien zijn van warm water en zeep of andere reinigingsmiddelen die verstrekt worden door de werkgever. De kenmerken en afmetingen die voorzien moeten worden, worden beschreven in bijlage III.1-1-2 van de Codex over het welzijn op het werk. 2.3.2 Douches Er moeten gescheiden douches voor mannen en vrouwen voorzien worden met zeep en handdoeken (één douche per zes werknemers die gelijktijdig hun arbeidstijd beëindigen) als de werknemers: blootgesteld worden aan overmatige warmte sterk bevuilend werk verrichten blootgesteld worden aan gevaarlijke chemische of biologische agentia De kenmerken en afmetingen die voorzien moeten worden, worden beschreven in bijlage III.1-1-2 van de Codex over het welzijn op het werk. 2.4 Toiletten Er moeten gescheiden toiletten voor mannen en vrouwen voorzien worden die zich dicht bij hun werkpost bevinden. Het aantal bedraagt ten minste één per 15 werknemers en één per 15 werkneemsters die gelijktijdig worden tewerkgesteld. Voor mannen kan het gaan om urinoirs op voorwaarde dat het aantal individuele toiletten ten minste één bedraagt per 25 werknemers die gelijktijdig worden tewerkgesteld. Er moet één wastafel voorzien worden per vier toiletten of urinoirs. Andere specifieke voorschriften zijn opgenomen in bijlage III.1-1-3 van de Codex over het welzijn op het werk (ventilatie, toiletpapier, kleerhaak, afmetingen, uitrusting, enz.). Als er geen andere mogelijkheid is, mogen ook chemische toiletten of toiletten met opvangzakjes voor enkel gebruik worden ingericht. kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie, ook al streeft de organisatie naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van en duidelijke bronvermelding. 3/5
2.5 Refters De refters moeten ingericht worden in een lokaal dat afgescheiden is van de arbeidsplaats. De werkgever hoeft geen refter in te richten als hij daarover het akkoord van het comité verkregen heeft (of, bij ontstentenis, van de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, van de werknemers). Hij mag toelaten dat werknemers die tewerkgesteld worden in eenzelfde kantoorruimte daar de maaltijd gebruiken, voor zover de hygiëne gewaarborgd is en de preventieadviseur-arbeidsgeneesheer en het comité (of, bij ontstentenis, de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, de werknemers) hun akkoord hebben gegeven. Andere specifieke voorschriften zijn opgenomen in bijlage III.1-1-4 van de Codex over het welzijn op het werk: tot 25 werknemers: 18,5 m²; van 26 tot 74 werknemers: 18,5 m² + 0,65 m² per werknemer meer dan 25; van 75 tot 149 werknemers: 51 m² + 0,55 m² per werknemer meer dan 75; van 150 tot 499 werknemers: 91 m² + 0,50 m² per werknemer meer dan 150; 500 werknemers en meer: 255 m² + 0,40 m² per werknemer meer dan 500). 2.6 Rustlokalen Er moet een rustlokaal voorzien worden als uit de resultaten van de risicoanalyse blijkt dat dit nodig is. In de codex zijn enkele situaties opgenomen waarin het nodig is een rustlokaal te voorzien: De werknemers worden blootgesteld aan thermische omgevingsfactoren die tot gevolg hebben dat periodes van aanwezigheid op de werkplaats worden afgewisseld met rusttijden. De werknemers worden blootgesteld aan lawaai of trillingen. De werknemers verrichten zwaar werk. De werknemers verrichten werk dat een psychische belasting veroorzaakt. De werknemers verrichten werk dat wachtdiensten inhoudt. De arbeidstijd verdeeld over de dag wordt onderbroken. De bevoegde preventieadviseur en het comité voor preventie en bescherming op het werk (of, bij ontstentenis, de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, de werknemers) achten dit nodig. De rustlokalen moeten beschermd zijn tegen de hinder die aanleiding gaf tot de inrichting van het rustlokaal. Ze moeten uitgerust zijn met voldoende tafels en stoelen en gesignaleerd worden. Er moet ook een lokaal voorzien worden voor zwangere werkneemsters en werkneemsters die borstvoeding geven. Andere specifieke voorschriften zijn opgenomen in bijlage III.1-1-5 van de Codex over het welzijn op het werk (onderhoud, oppervlakte). kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie, ook al streeft de organisatie naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van en duidelijke bronvermelding. 4/5
2.7 Dranken In functie van de aard van het werk en de aard van de risico's, moeten er drinkwater of een andere drank en individuele drankbekertjes ter beschikking gesteld worden. De distributiepunten moeten gemakkelijk bereikbaar zijn. Als de werknemers blootgesteld worden aan werkzaamheden waarbij een risico op intoxicatie of besmetting bestaat of die bijzonder bevuilend zijn, moet het gaan om drinkwaterfonteinen of waterbedelingspunten met bekertjes. Er moet ook rekening gehouden worden met de verplichting van de werkgever om aangepaste verfrissende of warme dranken ter beschikking van de werknemers te stellen bij koude of warmte waarbij de actiewaarden voor blootstelling overschreden worden. 3 Meer informatie Sociale voorzieningen op de site van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg -preventiefiche "Kleedkamers, refters, wasplaatsen en toiletten op bouwplaatsen" kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de gepubliceerde informatie, ook al streeft de organisatie naar betrouwbaarheid van de gepubliceerde informatie, rekening houdend met toegestaan mits de uitdrukkelijke toestemming van en duidelijke bronvermelding. 5/5