G i. M 11 N i E shfsflfl Brielle Omgevingsvergunning WABQ-2016-0093 Omgevingsvergunning Datum verzending: -j 5 (yjqy ^g Burgemeester en Wethouders hebben op 24 maart 2016 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen van Auto Hoogenboom BV, de heer H. Lendering gevestigd op het adres : Postbus 3068, 3760 DB SOEST voor het oprichten van een autodealerbedrijf met showroom en werkplaats op de locatie, plaatselijk bekend Seggeweg 73 te Vierpolders, thans kadastraal bekend gemeente Brielle, sectie F, nummer 2276. Besluit Burgemeester en wethouders besluiten onder voorwaarde: gelet op artikel 2.1, eerste lid, onder a en artikel 2.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen voor de activiteit "het bouwen van een bouwwerk", zijnde een autodealerbedrijf met showroom, werkplaats, hekwerken, berging en reclame zuil. gelet op artikel 2.1, eerste lid, onder c en artikel 2.12, eerste lid, onderdeel a onder 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen voor de activiteit "het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan", zijnde 'Seggelant', gelet op artikel 2.2, eerste lid, onder e en artikel 2.18 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen voor de activiteit "het maken van een uitweg", zijnde gevel reclame en een reclamezuil. gelet op artikel 2.2, eerste lid, onder h en artikel 2.18 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen voor de activiteit "het maken of te voeren van handelsreclame op of aan een onroerende zaak met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, welke zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats", zijnde een primaire uitweg aan de noordzijde van het perceel en een secundaire uitweg aan de oostzijde van het perceel. De nadere motivering en boorwaarden van ons besluit zijn in de bijlage 'overwegingen en voorschriften' in dit besluit opgenomen. Procedure en ter inzage legging De besluitvormingsprocedure is, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, volgens de uitgebreide voorbereidingsprocedure uitgevoerd. De aanvraag is ten aanzien van de indieningsvereisten getoetst aan de Ministeriële regeling omgevingsrecht. Op 26 april 2016 zonden wij een verzoek om aanvullende gegevens, welke wij op 4 mei 2016 ontvingen. Van toepassing op deze aanvraag zijn de artikelen 2.1 lid 1 onder a en c en artikel 2.2. lid 1 onder e en h van de Wabo. Op grond van artikel 2.10 lid 2 hebben wij de aanvraag Blz. 1 van 10
tevens aangemerkt als een verzoek om afwijking van het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder c, juncto, artikel 2.12 lid 1 onder a onderdeel 3. Het ontwerpbesluit en de ontwerpverklaring van geen bedenkingen lagen gedurende zes weken met ingang van 9 juni 2016 voor een ieder ter inzage. Gedurende deze termijn is een zienswijze ingediend. De zienswijze is beoordeeld en gaf geen aanleiding tot een aanpassing van het ontwerpbesluit en de ontwerpverklaring van geen bedenkingen. De gemeenteraad heeft op 8 november 2016 besloten de verklaring van geen bedenkingen af te geven. Overwegingen De overwegingen om deze omgevingsvergunning te verlenen zijn genoemd in bijlage "Overwegingen en voorschriften". Voorschriften Op grond van artikel 2.22, lid 2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn voorschriften verbonden aan deze vergunning. Deze voorschriften zijn opgenomen in de bijlage "Overwegingen en voorschriften". Bijlagen De volgende bescheiden maken onderdeel uit van dit besluit: Bijlage "Overwegingen en voorschriften". Bijlage A: Ruimtelijke onderbouwing van Rho, nr. 0500100.20160126, d.d.29 maart 2016. Brief aangaande toepassing kanaalplaatvloeren BFBN. Aanvraagformulier. Bijlage brandveiligheidsvoorwaarden VRR 16BLE9, d.d. 18 april 2016. Rapportage brandveiligheid, Bureau-Appel, 16.176, versie 1.0, d.d. 23 februari 2016. Brochure hekwerk, ongedateerd. Checklist veilig onderhoud gebouwen, ontvangen 4 mei 2016. Situatie tekening, 2015-175, OV-001, d.d. 2 mei 2016. Tekening hekwerken, 2015-175, OV-210, d.d. 2 mei 2016. Gevel aanzichten, 2015-175, OV-200, d.d. 8 april 2016. Plattegrond begane grond, 2015-175, OV-100 d.d. 2 mei 2016. Plattegrond verdieping, 2015-175, OV-101 d.d. 2 mei 2016. Principe details verticaal, 2015-175, OV-630, d.d. 24 maart 2016. Principe details verticaal, 2015-175, OV-631, d.d. 24 maart 2016. Principe details horizontaal, 2015-175, OV-610, d.d. 24 maart 2016. Doorsnedetekening, 2015-175, OV-300, d.d. 24 maart 2016. Begeleidend schrijven Architectenburo Guido Bakker, gedateerd 2 mei 2016. Email (d.d. 1 juni 2016) bevattende reactie op brief van 20 mei 2016. Bouwbesluitberekeningen, gedateerd 3 juni 2016. Beantwoording zienswijze. Retributie formulier inrit/uitweg. Verklaring van geen bedenkingen. Blz. 2 van 10
Inwerkingtreding besluit Op grond van artikel 6.1, tweede lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht treedt de beschikking in werking nadat de termijn voor het indienen van een bezwaarschrift is verstreken. Wanneer binnen deze termijn een voorlopige voorziening is aangevraagd treedt de beschikking niet in werking voordat op dat verzoek is beslist door de Voorzieningenrechter. Tot die tijd mag dus geen gebruik worden gemaakt van deze omgevingsvergunning. Beroepsclausule Tegen dit besluit kunt u binnen zes weken na de dag van verzending daarvan beroep instellen en wel door het indienen van een beroepschrift bij de rechtbank te Rotterdam (sector Bestuursrecht), Postbus 50951, 3007 BM Rotterdam. Tevens kan een verzoek om voorlopige voorziening bij de Voorzieningenrechter van de Rechtbank te Rotterdam worden ingediend. Een voorlopige voorziening kan worden getroffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist. U kunt ook digitaal beroep instellen bij genoemde rechtbank via http://loket.rechtspraak.nl/bestuursrecht. Daarvoor moet u wel beschikken over een elektronische handtekening (DigiD). Kijk op de genoemde site voor de precieze voorwaarden. Onder > tekenin\ 11 MOV 2016 Burgemesster en/wethouders van Brieu iapréns dezen, iet hoofd var/de afdeling ruimtelijke ontwikkeling, '. Lal Blz. 3 van 10
Bijlage "Overwegingen en voorschriften" Omgevingsvergunning WABO-2016-0093 Inhoudsopgave De volgende onderdelen horen bij en maken deel uit van omgevingsvergunning WABO-2016-0093. 0. Algemeen 5 1, Het (ver)bouwen van een bouwwerk 7 3. Het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een 8 11. Het maken van een uitweg 9 13. Het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van handelsreclame 10 Blz. 4 van 10
O. Algemeen Voorschriften De volgende voorschriften zijn van toepassing: Later in te dienen gegevens en bescheiden Uiterlijk 3 weken voor aanvang van de betreffende werkzaamheden moeten de volgende bescheiden, bij de afdeling VROM, worden ingediend: a. Bouwconstructie: De definitieve tekeningen en berekeningen van de beton-, staal- en/of houtconstructies, geheel overeenkomstig de laatst uitgegeven NEN-norm(en), die krachtens het Bouwbesluit dienen te worden gehanteerd. Aangaande het voorlopige constructieve ontwerp is reeds een beoordelingsbrief gezonden. b. Bouwveiligheidsplan: De gegevens als bedoeld in artikel 2.2 lid 6, van de Mor en artikel 8.7 van het Bouwbesluit. c. Brandveiligheid: De voorts in de bijlage 16BLE9, d.d. 18 april 2016 van de VRR genoemde zaken, voor zover nog niet ingediend. Opmerking: Houdt u er rekening mee dat het doorgaans drie weken duurt om de gegevens te controleren. Wij kunnen om aanvullende gegevens vragen. In dat geval geldt een termijn van drie weken na ontvangst van die aanvullende gegevens. De juiste situatie en peil dienen in overleg met de afdeling RO te worden bepaald. Hiertoe dient u contact op te nemen met afdeling RO, bereikbaar onder telefoonnummer (0181) 471 111. Bouw- en sloopafval dient te worden afgevoerd. Op geen enkele wijze mag het bouw- en sloopafval op de bouwplaats in het milieu (bodem en/of oppervlaktewater) terechtkomen. Het afval dient te worden afgevoerd door bedrijven, die in het bezit zijn van de daarvoor vereiste vergunningen. De binnen riolering van het bouwwerk moet zijn aangesloten op het openbare rioleringsstelsel. De hemelwaterafvoer dient, indien mogelijk, te worden afgevoerd naar het oppervlaktewater ofte worden aangesloten op de schoonwaterafvoer van het gescheiden stelsel. Indien het hemelwater niet kan worden afgevoerd naar het oppervlaktewater en er geen gescheiden stelsel aanwezig is dient u contact op te nemen met de heer M. van der Voorden van de sector Grondgebied, Beheer openbare ruimte tel.nr. 0181-471183. Uitvoering De aanvang van de werkzaamheden moet tijdig tevoren (minimaal 48 uur) worden gemeld aan de afdeling RO (Bouw- en woningtoezicht) door middel van het kaartje dat u later zal worden toegezonden. Het beëindigen van de werkzaamheden moet worden gemeld aan de afdeling RO (Bouw- en woningtoezicht) door middel van het kaartje dat u later zal worden toegezonden. Blz. 5 van 10
Te allen tijde dient de omgevingsvergunning met alle daarbij goedgekeurde bescheiden op de projectlocatie aanwezig te zijn. Eventuele nadere aanwijzingen van degenen die namens de gemeente met het toezicht is belast moeten worden opgevolgd. Het is verboden een activiteit te verrichten in afwijking van deze vergunning Blz. 6 van 10
1. Het (ver)bouwen van een bouwwerk. Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij op grond van het bepaalde in artikel 2.10 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht overwogen: dat de welstandscommissie op 14 april 2016 positief heeft geadviseerd en wij dit advies over te nemen; dat het plan valt onder de bepalingen van het vigerende bestemmingsplan "Seggelant"; dat het plan in strijd is met het geldende bestemmingsplan; dat met toepassing van artikel 2.12 lid 1 onder a onderdeel 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht hebben afgeweken van het bestemmingsplan; de onze motivering voor het afwijken van het bestemmingsplan is opgenomen in onderdeel 2 van dit besluit; dat wij met toepassing van artikel 1.3 van het Bouwbesluit 2012 instemmen de gelijkwaardige oplossing voor Bouwbesluit afdelingen 2.10 en 2.11, als beoogd in de rapportage brandveiligheid van 23 februari 2016; dat de aanvraag en de daarbij behorende bescheiden aannemelijk maken dat het bouwen voldoet aan de voorschriften die zijn gesteld bij of krachtens het Bouwbesluit 2012 en de Bouwverordening Brielle; dat de omgevingsvergunning voor de gevraagde activiteit moet worden verleend. Blz. 7 van 10
2. Het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan. Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij op grond van het bepaalde in artikel 2.12 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht overwogen: dat het plan valt onder de bepalingen van het vigerende bestemmingsplan "Seggelant"; dat het plan in strijd is met het geldende bestemmingsplan omdat perifere detailhandel op dit deel van het plan is uitgesloten (paragraaf 5.3.2 van het bestemmingsplan) en omdat minimaal 50 % van de gevel van het gebouw in de voorgevellijn moet zijn gelegen (paragraaf 3.2 van het bestemmingsplan); dat het plan ziet op perifere detailhandel en geen 50 % van de gevel in de voorgevellijn; dat op grond van artikel 2.10, tweede lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht een aanvraag om vergunning voor een activiteit die in strijd is met het planologisch toetsingskader, mede wordt aangemerkt als een verzoek om vergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; dat, gelet op artikel 2.12, eerste lid, onderdeel a, sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de omgevingsvergunning kan worden verleend, gelet op de bij dit besluit behorende ruimtelijke onderbouwing (bijlage A), omdat de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening; dat de gemeenteraad op 10 mei 2016 een (ontwerp) verklaring van geen bedenkingen heeft afgegeven voor het plan; dat de gemeenteraad heeft tevens besloten de vaststelling van de definitieve verklaring van geen bedenkingen te mandateren aan het college van burgemeester en wethouders, mits er geen zienswijzen zijn ingediend; dat gedurende de terinzagelegging een zienswijze is ingediend; dat voor de beoordeling van de zienswijze een beantwoording is opgesteld; dat de zienswijze geen aanleiding gaf tot aanpassing van het ontwerpbesluit en de ontwerpverklaring van geen bedenkingen; dat de gemeenteraad op 8 november 2016 heeft besloten de definitieve verklaring van geen bedenkingen af te gegeven; dat de omgevingsvergunning voor de gevraagde activiteit kan worden verleend. Blz. 8 van 10
3. Het maken van een uitweg. Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij op grond van het bepaalde in artikel 2.18 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht overwogen: dat op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening van de Gemeente Brielle een vergunning is vereist voor de gevraagde activiteit; dat de uitweg aan de noordzijde als primair wordt gebruikt en de uitweg aan de oostzijde als secundair wordt gebruikt; dat tegen de gevraagde uitweggen, geen bezwaar bestaat uit het oogpunt van de verkeersveiligheid, het gebruik van de weg, het uiterlijk aanzien van de infrastructuur of behoud en beheer van groenvoorzieningen; dat de omgevingsvergunning voor de gevraagde activiteit kan worden verleend. Aanwijzing De werkzaamheden mogen alleen door of namens de gemeente worden uitgevoerd, op grond van een privaatrechtelijke beperking en de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Brielle. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden zijn ingevolgde 'de verordening op de heffing en invordering van retributie' kosten verschuldigd. U kunt de afdeling Beheer Openbare Ruimte opdracht geven tot het uitvoeren van de werkzaamheden door het bijgevoegde opdrachtformulier te ondertekenen. U ontvangt dan daarna een factuur in verband met de retributie. Na betaling van de retributie worden de werkzaamheden voor u uitgevoerd. Blz. 9 van 10
4. Het op of aan een onroerende zaak maken of voeren van handelsreclame. Voorschriften De volgende voorschriften zijn van toepassing: De reclame moet bestand zijn tegen de daarop werkende (wind)belasting en deugdelijk zijn bevestigd. Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij op grond van het bepaalde in artikel 2.18 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht overwogen: dat op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Brielle een vergunning is vereist voor de gevraagde activiteit; dat de welstandscommissie op 14 april 2016 positief heeft geadviseerd en wij dit advies over te nemen. dat de omgevingsvergunning voor de gevraagde activiteit kan worden verleend. Blz. 10 van 10