COMITÉ DE MONITORING

Vergelijkbare documenten
De krachtlijnen van de begroting 2013

COMITÉ DE MONITORING ESTIMATIONS CONTRÔLE BUDGÉTAIRE

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. houdende eerste aanpassing van de Algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2017

COMITÉ DE MONITORING

Contrôle budgétaire Begrotingscontrole 30/03/2015

Contrôle budgétaire Begrotingscontrole

Middellangetermijnvooruitzichten Perspectives économiques à moyen terme plan.be. Juni-Juin 2016

FÉDÉRATION GENERALE DU TRAVAIL BELGIQUE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Bruxelles, le 22 septembre 2015 SERVICE MACROBUDGETAIRE COMITÉ DE MONITORING

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

ESTIMATIONS POUR 2013 ET 2014

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

I4XLGEMEEN E3EHEERSCOMITE VOOR HET SOCIAAL STATUUT DER ZELFSTANDIGEN

Middellangetermijnvooruitzichten Perspectives économiques à moyen terme

74018 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Federale Overheidsdienst Budget en Beheerscontrole Service Public Fédéral Budget et Contrôle de la Gestion

13286 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Middellangetermijnvooruitzichten Perspectives économiques à moyen terme plan.be. Mei-mai 2015

64360 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

80806 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Brussel, 20 juni 2017 MONITORINGCOMITÉ STAND VAN ZAKEN. op

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

ALBERT ALBERT. BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE MINISTERIE VAN FINANCIEN MINISTERE DES FINANCES

Bruxelles, le 18 mars 2014 SERVICE MACROBUDGETAIRE. Votre courrier du: Vos références: Nos références: Annexe: SMB/GDS/2014/79 COMITÉ DE MONITORING

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Federale overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en SociaalOverleg ALGEMENE DIRECTIE COLLECTIEVE ARBEIDSBETREKEJNGEN Directie van de Griffie

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

CSG & CRDS. Parijs, 9 maart Mr. Frank van Eig

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

4732 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. PROJET DU BUDGET GÉNÉRAL DES DÉPENSES pour l année budgétaire 2010

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

Focus op de financiën van de gefedereerde entiteiten

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : pages/bladzijden.

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

16002 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

49188 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

VERENIGDE VERGADERING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE ASSEMBLEE REUNIE DE LA COMMISSION COMMUNAUTAIRE COMMUNE BRUXELLES-CAPITALE

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN

bij de aanpassing van de middelenbegroting en de algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2018

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE. Percentage betrekkingen toe te wijzen. Pourcentage d emplois à attribuer

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

Assemblée générale é des actionnaires. Algemene vergadering van de aandeelhouders

Bruxelles, le 20 juin 2014 SERVICE MACROBUDGETAIRE. Votre courrier du: Vos références: Nos références: Annexe: SMB/GDS/2014/134 COMITÉ DE MONITORING

Convention collective de travail du 3 mars Champ d'application CHAPITRE II. Avantages sociaux

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. met betrekking tot het Belgische ontwikkelingsbeleid. relatif à la politique belge de développement

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

Chambre des représentants

Perscommuniqué. Het Federaal Planbureau evalueert de gevolgen van de duurdere dollar en de hogere olieprijzen voor de Belgische economie

SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL CHANCELLERIE DU PREMIER MINISTRE FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER

Invullen van de resultatenrekening

BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

COMMISSION PARITAIRE DE L'AGRICULTURE CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 30 AVRIL 1999

BANQUE NATIONALE DE BELGIQUE I. BILAN. I.1. Actifs immobilisés 22/27 = = 22/ /92

Bruxelles, le 9 juillet 2015 SERVICE MACROBUDGETAIRE. Votre courrier du: Vos références: Nos références: Annexe: COMITÉ DE MONITORING

74522 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

COMITÉ DE MONITORING

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

Bruxelles, le 20 juin 2014 SERVICE MACROBUDGETAIRE. Votre courrier du: Vos références: Nos références: Annexe: SMB/GDS/2014/134 COMITÉ DE MONITORING

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

COMITÉ DE MONITORING ESTIMATIONS CONTRÔLE BUDGÉTAIRE 2015

76142 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

20316 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008

Chambre des représentants

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. contenant le premier ajustement du Budget général des dépenses de l année budgétaire 2002

Prognoses voor de totale fiscale ontvangsten

COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 24 JUIN 1999 RELATIVE A LA FORMATION ET A L'EMPLOI DES TRAVAILLEURS

NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

Transcriptie:

Bruxelles, le 24 février 2012 SERVICE MACROBUDGETAIRE Votre courrier du: Vos références: Nos références: Annexe: SMB/GDS/2012/53 COMITÉ DE MONITORING ESTIMATIONS CONTRÔLE BUDGÉTAIRE 2012

TABLE DES MATIÈRES 1 INTRODUCTION... 3 1.1 Synthese... 4 1.2 Economische omgeving... 10 1.3 Normering van het stabiliteitsprogramma... 14 2 ENTITEIT I... 15 2.1 Pouvoir fédéral... 15 2.1.1 Synthese... 15 2.1.2 Fiscale ontvangsten... 17 2.1.3 De nietfiscale ontvangsten... 22 2.1.4 Afdrachten van fiscale ontvangsten... 25 2.1.5 Van totale ontvangsten naar rijksmiddelenbegroting... 27 2.1.6 Les dépenses primaires... 29 2.1.6.1 Les dépenses primaires 2011... 30 2.1.6.2 Les dépenses primaires 2012... 30 2.1.7 De interestlasten... 36 2.1.8 Van begrotingsnaar vorderingensaldo... 38 2.2 Sécurité sociale... 40 2.2.1 Synthèse... 40 2.2.2 Le régime des salariés... 44 2.2.3 Le statut social des indépendants... 47 2.2.4 Les soins de santé... 49 2.2.5 Solde consolidé et corrections SEC... 51 3 ENTITEIT II... 53 4 BIJLAGEN... 57 2

1 Introduction De Ministerraad van 13/01/2012 droeg het monitoringcomité in het kader van de voorbereiding van de eerste begrotingscontrole op om, rekening houdend met de macroeconomische vooruitzichten, een globaal rapport op te maken over de stand van zaken met betrekking tot de Belgische overheidsfinanciën. In deze oefening werd voorrang gegeven aan het verzamelen en samenbrengen van de administratieve gegevens van entiteit I. Er wordt in hoofdstuk 3 kort enkele elementen meegegeven met betrekking tot entiteit II. Gezien de beperkte tijdsperiode werd voorrang gegeven aan een actualisatie van de cijfers voor 2012, een gedetailleerde herziening van de meerjarencijfers was niet haalbaar. 3

1.1 Synthese Zoals gebruikelijk zijn de cijfers van het monitoringcomité gebaseerd op de cijfers van de verschillende gespecialiseerde administraties. Het is belangrijk om aan te geven welke de algemene hypothesen zijn die zo goed mogelijk over alle ramingen heen werden gevolgd. 1. Voor de macroeconomische uitgangspunten werd vertrokken van de economische begroting van 10 februari 2012 opgemaakt door het Federaal Planbureau in opdracht van het INR. 2. De effecten van een aantal in de begrotingsdiscussie besliste maatregelen werden herraamd (zie de verschillende hoofdstukken voor meer detail). Voor andere is het onmogelijk om op dit ogenblik de cijfers gebruikt bij de opmaak van de begroting te herevalueren. Zo werden de cijfers inzake opbrengst van de strijd tegen de fraude op een zelfde niveau gehouden dan bij de initiële begroting. Inclusief de verwachte opbrengsten gerelateerd aan de opheffing van het bankgeheim komt men voor entiteit I tot een totaal bedrag van 1.050 miljoen. 3. Bij de opmaak van de initiële begroting werd er ook rekening gehouden met een aantal onderbenuttingen (320 miljoen voor de gezondheidszorgen, 102 miljoen voor de beheerskosten in de sociale zekerheid, 150 miljoen voor de instellingen openbaar nut, 750 miljoen voor de primaire uitgaven). Het monitoringcomité heeft deze onderbenuttingen op hun initieel niveau behouden. Deze onderbenuttingen zullen bij de effectieve opmaak van de begroting moeten geëvalueerd worden rekening houdend met de mogelijke impact van eventuele bijkomende maatregelen. 4. Bij de initiële begroting werd in de cijfers rekening gehouden met de indirecte positieve impact van de structurele hervormingen van de arbeidsmarkt op de prestaties voor werkloosheid (116 miljoen ) en de fiscale en parafiscale ontvangsten (263 miljoen 4

). Gezien de economische begroting opgemaakt werd rekening houdend met de regeringsmaatregelen werd in deze nota (op 23 miljoen inzake werkloosheid na) niet langer expliciet rekening gehouden met de indirecte effecten, ze zitten immers impliciet verrekend in de economische begroting. 5. Er werd in de hier gehanteerde cijfers nog geen rekening gehouden met de budgettaire effecten op de veroordeling van de Bpost door de Europese Commissie. De Commissie oordeelde op 25/01/2012 dat Bpost een bedrag van 417 miljoen aan in de periode 1992 2010 ontvangen staatsteun, moet terugbetalen. Er zijn nog veel onzekerheden over het effectieve terug te storten bedrag. De exacte berekening moet nog gebeuren. Hierbij moet enerzijds rekening gehouden worden met verschuldigde interest, anderzijds met de op de teveel ontvangen staatssteun betaalde vennootschapsbelasting. Rekening houdend met deze beide elementen komen voorlopige berekeningen op een bedrag van 286 tot 301 miljoen. Om het nettoeffect op de begroting te bepalen moet bovendien rekening gehouden worden met de eventuele impact op de dividenduitkering door Bpost. In de initiële begroting 2012 was rekening gehouden met een ontvangst van 117 miljoen (56,6 miljoen rechtstreeks ingeschreven op de rijksmiddelenbegroting en 60,4 miljoen via de FPIM). Indien men vertrekt van de hypothese dat in het jaar van terugbetaling geen dividend zou uitgekeerd worden komt men tot een nettoeffect van 169 tot 184 miljoen. Zoals reeds gesteld, deze cijfers geven een eerste indicatie van de mogelijke impact. Gezien de nog grote onzekerheid over de uiteindelijke impact werden ze nog niet opgenomen. 6. Bij de opmaak van de initiële begroting was voorzien dat op het niveau van entiteit I in 2012 een besparing zou gerealiseerd worden door, na overleg met de gemeenschappen en gewesten, afstand te doen van zogenaamde usurperende bevoegdheden. De minister van Begroting heeft zoals afgesproken de Inspectie van Financiën een rapport gevraagd. 5

De verschillende individuele rapporten worden nu gecentraliseerd. Gezien er op dit ogenblik, behalve de voorbereiding, nog geen concrete uitvoering aan deze maatregel werd gegeven wordt er in de hier gehanteerde cijfers geen rekening gehouden met de vooropgestelde uitgavenvermindering van 250 miljoen. Eenzelfde redenering werd gevolgd voor de bij de initiële begroting besliste besparing van 20 miljoen op de facultatieve toelagen. Ook deze maatregel werd voorlopig op nul gezet. 7. De Ministerraad van 06/01/2012 besliste in antwoord op een brief van de Europese Commissaris over te gaan tot een blokkering van uitgaven voor een bedrag van 1,3 miljard. In de hier gehanteerde cijfers werd geen rekening gehouden met de doorgevoerde blokkering. 8. Zoals reeds aangegeven in de inleiding werd er geen raming opgemaakt van de noodzakelijke inspanning van entiteit II. In de hier gehanteerde cijfers wordt teruggegrepen naar de doelstellingen zoals opgenomen in het stabiliteitsprogramma van april 2011. 9. Het monitoringcomité stelt de regering ook voor om zoals in de initiële begroting een zekere buffer te voorzien voor het opvangen van verdere conjunctuurevoluties en andere mogelijke tegenvallers in de loop van het jaar. 10. Het monitoringcomité beklemtoont het belang van een continue opvolging van de uitvoering van de begroting van de verschillende componenten van entiteit I en de tenuitvoerlegging van de maatregelen. Bovenstaande punten geven een overzicht van de belangrijkste uitgangspunten die werden gehanteerd bij de voorbereiding van de cijfers voor entiteit I. Deze worden verder meer in detail besproken. Onderstaand overzicht geeft een beeld van het vorderingensaldo van entiteit I rekeninghoudend met voorgaande uitgangspunten. 6

Tabel 1: Het vorderingensaldo op het niveau van entiteit I 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Pouvoir public fédéral 13.083 9.177 10.187 22,1 1.009 Sécurité sociale 302 0 355 17,6 355 Entité I 13.385 9.177 10.542 21,2 1.365 Objectif 9.072,5 Effort à réaliser 1.469,4 Provision pour incertitudes 500,0 Effort total 1.969,4 In % bbp Pouvoir public fédéral 3,5 2,4 2,7 Sécurité sociale 0,1 0,0 0,1 Entité I 3,6 2,4 2,8 Objectif 2,4 Effort à réaliser 0,4 Provision pour incertitudes 0,1 Effort total 0,5 Bij de initiële begroting was voor 2012 voor entiteit I uitgegaan van een tekort van 2,4 % van het bbp of 9.177 miljoen. Op basis van de hier gehanteerde cijfers komt men nu tot een geraamd tekort van 10.542 miljoen. Om het tekort te herleiden tot zijn nominaal niveau van de initiële begroting is dus een bijkomende inspanning vereist van 1.365 miljoen. Op basis van de voorlopige realisaties voor 2011 en de ramingen voor 2012 opgenomen in de economische begroting komt men tot een lager nominaal bbp (378,02 miljard in plaats van 382,57). Indien men de doelstelling van 2,4 % berekent op dit nieuw bbp bekomt men een 7

bijkomende verstrenging van 105 miljoen. Dit brengt de inspanning op 1.469 miljoen. Er werd in de respectieve cijfers van de federale overheid en de sociale zekerheid nog geen rekening gehouden met de aanpassing van de evenwichtsdotatie. De onmiddellijke introductie in de tabellen zou de onderliggende tendensen verdoezelen. Bij de opmaak van de initiële begroting werden maatregelen beslist met een geraamde impact van 11,3 miljard. Een hele reeks van deze maatregelen werden ondertussen geconcretiseerd in wettelijke en reglementaire 1 bepalingen. Andere zijn opgenomen in het ontwerp van programmawet dat op de Ministerraad van 17/02/2012 werd goedgekeurd. Bij de opmaak van de verschillende ramingen werd de impact van een aantal van deze maatregelen herraamd. Voor andere zijn er weinig bijkomende gegevens beschikbaar om een herraming door te voeren. Gezien de omvang van de genomen maatregelen is er een grotere onzekerheid dan bij een traditionele begroting over de impact van de maatregelen. De ramingen opgenomen in deze nota zijn gebaseerd op de vooruitzichten van de economische begroting van februari 2012. Hierbij werd uitgegaan van een geraamde economische groei van 0,1%. De recent gepubliceerde ramingen van de NBB en de Europese Commissie zijn een fractie pessimistischer en gaan beide uit van een beperkte inkrimping van het bbp met 0,1 %. 2 Hoewel de verschillen tussen de ramingen beperkt zijn wijzen ze toch op een onzekerheid inzake de macroeconomische omgeving. Zowel de economische groei als de impact van de maatregelen geven aanleiding tot een aanzienlijke onzekerheid over het al dan niet veilig stellen van de doelstelling van 2,4 % voor entiteit I. Dit risico kan beperkt worden door het leveren van een bijkomende inspanning. Het monitoringcomité stelt daartoe een veiligheidsmarge van een 500 miljoen voorop. 1 Zie onder meer de wet houdende diverse bepalingen en de wet tot invoering van een bijdrage voor de financiële stabiliteit en tot wijziging van het koninklijk besluit van 14 november 2008, beide van 28 december. 2 NBB, Economische projecties voor België bijwerking van februari 2012. European Commission Interim Forecast February 2012. 8

Op basis van de hier gehanteerde ramingen zou een inspanning vereist zijn van 1,5 miljard zonder buffer en van 2 miljard met bijkomende buffer voor onzekerheden om de doelstelling van 2,4 % van het bbp veilig te stellen. 9

1.2 Economische omgeving Wereldeconomie Het IMF verwacht dat de eurozone in een milde recessie zal terechtkomen. Oorzaken hiervan zijn de hoge openbare schulden, de beperkte kredietverleningen door de banken en het besparingsbeleid in vele lidstaten. Hierdoor zijn de verwachtingen voor de globale economische groei negatief bijgesteld. In september 2011 werd nog een jaargroei van 4 % voorspeld voor 2012, terwijl die in januari 2012 (World Economic Outlook Update) teruggebracht werd naar 3,25 %. In een aantal geïndustrialiseerde landen werden beperkte positieve signalen waargenomen. Zo steeg in de VS het consumentenvertrouwen en namen de bedrijfsinvesteringen toe. In Japan was er een groter dan verwacht inhaaleffect na de productie en leveringsproblemen als gevolg van de aardbeving en tsunami. Deze positieve elementen zijn echter onvoldoende om de negatieve evolutie te keren. De groei in de opkomende economieën ligt lager dan verwacht, onder meer door de effecten van de beslissingen van de overheden om een restrictief macroeconomisch beleid te voeren en door een zwakke onderliggende groei. De binnenlandse vraag in de opkomende economieën ligt relatief laag en de geïndustrialiseerde landen kennen een minder sterke vraag. Eurozone Op de financiële markten heerst nog steeds wantrouwen tegenover de financiële situatie in een aantal lidstaten. Ook is de vrees voor een bankencrisis nog steeds aanwezig. Het ondernemersen consumentenvertrouwen bevindt zich op een zeer laag niveau. Samen met het restrictieve begrotingsbeleid in de meeste lidstaten en de hoge olieprijzen, verwacht het Planbureau in de eurozone een negatieve groei in het vierde kwartaal van 2011 en het eerste kwartaal van 2012. Op jaarbasis wordt voor 2012 een inkrimping van de economie voorspeld ten belope van 0,3 % van het bbp, terwijl in september nog werd uitgegaan van een groei van 1,2 %. 10

België: 20112012 In het vierde kwartaal van 2011 is de economische activiteit in België met 0,2 % gedaald. Dit leidt tot een raming van de economische groei over 2011 van 1,9 %, terwijl in september 2011 nog een groei van 2,4 % werd voorzien. Voor 2012 zijn de vooruitzichten sterk neerwaarts herzien: terwijl in september nog werd uitgegaan van een economische groei van 1,6 % is dit nu nog slechts 0,1 %. Tabel 2: Economische perspectieven 20112012: sleutelindicatoren (economische begroting) Wijzigingspercentages in volume, 2011 2012 tenzij anders vermeld sep '11 feb '12 sep '11 feb '12 Consumptieve bestedingen van de particulieren 1,5 0,8 1,2 0,1 Consumptieve bestedingen van de overheid 1,4 0,9 1,7 0,9 Brutovorming van vast kapitaal 3,6 5,4 2,5 0,7 Totaal van de nationale bestedingen 2,6 2,1 1,6 0,3 Uitvoer van goederen en diensten 6,0 5,0 4,0 0,5 Invoer van goederen en diensten 6,3 5,4 4,0 0,7 Nettouitvoer (bijdrage tot de groei van het bbp) 0,0 0,2 0,1 0,2 Bruto binnenlands product 2,4 1,9 1,6 0,1 Nationaal indexcijfer der consumptieprijzen 3,5 3,5 2,0 2,7 Gezondheidsindex 3,0 3,1 2,1 2,7 Reël beschikbaar inkomen van de particulieren 1,2 1,2 1,9 1,0 Spaarquote van de particulieren (in % van het beschikbaar inkomen) 16,5 16,5 17,1 15,7 Evolutie werkgelegenheid (in duizendtallen) 54,2 56,2 29,8 6,4 Werkgelegenheidsgraad (in %) 63,8 64,2 63,9 64,0 Werkloosheidsgraad (Eurostatstandaard, in %) 7,3 7,2 7,4 7,5 Saldo lopende rekening (betalingsbalans, in % van het bbp) 0,4 0,4 0,3 1,0 11

Groei In het eerste kwartaal van 2011 nam het Belgisch bruto binnenlands product nog toe met 0,9 %, maar daarna koelde de economie sterk af in navolging van de internationale conjunctuur. Terwijl in het tweede kwartaal nog een bescheiden groei werd opgetekend (0,3 %), is de economische activiteit in de tweede jaarhelft licht teruggevallen. Op jaarbasis kwam de economische groei daardoor uit op 1,9 %. Voor 2012 wordt slechts een groei van 0,1 % voorspeld, als gevolge van de Europese conjunctuur die slechts zeer geleidelijk zou hernemen en de besparingsmaatregelen van de overheden die weinig impulsen geven aan de economie. Ook de groei van de uitvoer valt sterk terug, onder meer door de hoge olieprijzen en de tegenvallende ontwikkeling van de buitenlandse afzetmarkten. Arbeidsmarkt In de loop van 2010 en in de eerste helft van 2011 is de binnenlandse werkgelegenheid in belangrijke mate toegenomen. Door de zwakke conjunctuur viel de jobcreatie echter stil in het midden van 2011. In 2011 is het aantal werklozen afgenomen met ruim 26.000, maar dit aantal zou terug toenemen met 19.400 in 2012. Daardoor zou de geharmoniseerde Eurostatwerkloosheidsgraad toenemen van 7,2 % in 2011 tot 7,5 % in 2012. Inflatie In 2011 is de inflatie in België opgelopen tot 3,5 %. Dit is vooral een gevolg van de prijsstijgingen voor energieproducten, die veroorzaakt werden door de duurdere aardolie. Bovendien hadden de hogere grondstoffenprijzen een opwaarts effect op de prijzen van andere goederen en diensten. Voor 2012 zijn de inflatievooruitzichten vastgesteld op 2,7 %, zowel wat betreft de index van consumptieprijzen als de gezondheidsindex. Er wordt verwacht dat de olieprijzen licht zouden dalen. Na een overschrijding van de spilindex in januari 2012, wordt verwacht dat een tweede overschrijding in oktober 2012 zou plaatsvinden. Vergelijking met andere vooruitzichten De Nationale Bank gaat in haar Economische Projecties van 15 februari 2012 uit van een inkrimping van de economie met 0,1 % in 2012, bij een inflatie van 2,6 %. Ook is de Nationale 12

Bank negatiever wat betreft de werkloosheidsgraad, die 7,7 % zou bedragen in 2012 (definitie Eurostat). Ook de Europese Commissie houdt in haar vooruitzichten van 23 februari 2012 rekening met een negatieve economische groei voor België van 0,1 %. Net als het Federaal Planbureau verwacht de Commissie een inflatie van 2,7 %. De voorspellingen van het Belgian Prime News (BPN), die de vooruitzichten van verschillende financiële instellingen groeperen, dateren reeds van 30 december 2011, en zijn dus minder actueel dan de voorspellingen van de NBB en de Europese Commissie. Het BPN voorspelde een economische groei van 0,1 % bij een inflatie van 2,2 %. 13

1.3 Normering van het stabiliteitsprogramma In het stabiliteitsprogramma van april 2011 heeft België zich ten opzichte van Europa geëngageerd om het tekort van de gezamenlijke overheid in 2012 te beperken tot 2,8 % van het bbp en een evenwicht of zelfs beperkt overschot te realiseren tegen 2015. Het terugbrengen van het tekort onder de 3 % in 2012 is noodzakelijk om uit de procedure van buitensporige tekorten te geraken. Het is een uitdrukkelijke eis van de Raad van de Europese Unie dat België in 2012 aan dit criterium zou voldoen. Een dergelijke eis werd ook geformuleerd ten aanzien van Cyprus, Hongarije, Malta en Polen. Dit engagement om in 2012 een tekort voor de gezamenlijke overheid te hebben van 2,8 % van het bbp is ook als dusdanig opgenomen in het regeerakkoord van de federale regering. Hierbij verbindt de federale regering zich om het tekort voor entiteit I tot 2,4 % van het bbp te beperken. Dit engagement betekent dat de beleidsniveaus van entiteit II zich houden aan een tekort van maximum 0,4 % van het bbp. Het traject dat voorgesteld is in het stabiliteitsprogramma is gebaseerd op het advies van de Hoge Raad van Financiën. De door de Hoge Raad voorgestelde verdeelsleutel komt overeen met het respectievelijke aandeel van elke entiteit in de totale primaire uitgaven van de overheid. Die sleutel bedraagt voor Entiteit I en II respectievelijk 65 en 35 % (zie onderstaande tabel). Tabel 3: Vorderingensaldo per entiteit voorgesteld in het stabiliteitsprogramma Als % bbp 2012 2013 2014 Gezamenlijke overheid 2,8 1,8 0,8 Entiteit I 2,4 2,0 Entiteit II 0,4 0,2 De Europese Commissaris vroeg begin dit jaar de Federale regering om voor 0,3 à 0,5 % van het bbp aanvullende maatregelen te nemen om de doelstelling van 2,8 % voor de gezamenlijke overheid veilig te stellen of in afwachting van concrete maatregelen een pakket uitgaven te bevriezen. De regering besliste op 06/01/12 om voor 1,3 miljard aan kredieten te blokkeren. 14

2 ENTITEIT I 2.1 Pouvoir fédéral 2.1.1 Synthese In de initiële begroting was voor de federale overheid uitgegaan van een vorderingentekort van 2,4 % van het bbp of 9.177 miljoen. Op basis van de hier gehanteerde cijfers komt met nu tot een geraamd tekort van 2,7 % van het bbp of 10.187 miljoen. Of m.a.w. een verslechtering van om en bij het miljard. Deze verslechtering komt vooral op rekening van de aanpassingen van de ramingen van de fiscale ontvangsten. Bij de opmaak van de initiële begroting was de geraamde impact van de verslechtering van de groei van 1,6 naar 0,8 % op de fiscale ontvangsten opgenomen in ESRcorrectie. De in deze tabel opgetekende verslechtering van de fiscale ontvangsten met 2,5 miljard moet dus eigenlijk met de 0,7 miljard die was opgenomen als correctie verminderd worden. 15

Tabel 4: Vorderingensaldo Federale overheid In mio In mio In mio %Verschil Verschil (1) (2) (3) (3) vs. (1) (3) vs. (2) 2011 2012 2012 2012 vs. 2011 2012 Monitoring Monitoring Monitoring vs. IB 02/2012 02/2012 IB Primaire uitgaven 42.729 43.922 44.152 3,3 230 Interestlasten (economisch) 11.390 12.655 12.484 9,6 171 Totale fiscale ontvangsten 93.597 102.126 99.617 6,4 2.508 Fiscale overdrachten 59.148 59.703 58.925 0,4 778 EU 2.545 2.771 2.676 5,1 96 G&G 38.654 40.742 40.199 4,0 543 Sociale zekerheid 17.361 15.888 15.725 9,4 163 Andere (effectisering, CREG, politiezones, ) 588 302 326 44,6 24 Fiscale rijksmiddelen 34.449 42.423 40.692 18,1 1.731 Nietfiscale rijksmiddelen 6.486 6.614 9.770 50,6 3.156 Rijksmiddelen 40.935 49.037 50.462 23,3 1.425 Saldo exclusief ESRcorrecties 13.184 7.540 6.173 53,2 1.366 Overgangscorrecties 101 1.638 4.013 4.060,8 2.376 Vorderingensaldo federale overheid 13.083 9.177 10.187 22,1 1.009 In % bbp Primaire uitgaven 11,6 11,5 11,7 Interestlasten (economisch) 3,1 3,3 3,3 Totale fiscale ontvangsten 25,3 26,7 26,4 Fiscale overdrachten 16,0 15,6 15,6 EU 0,7 0,7 0,7 G&G 10,5 10,6 10,6 Sociale zekerheid 4,7 4,2 4,2 Andere (effectisering, CREG, politiezones, ) 0,2 0,1 0,1 Fiscale rijksmiddelen 9,3 11,1 10,8 Nietfiscale rijksmiddelen 1,8 1,7 2,6 Rijksmiddelen 11,1 12,8 13,3 Saldo exclusief ESRcorrecties 3,6 2,0 1,6 Overgangscorrecties 0,0 0,4 1,1 Vorderingensaldo federale overheid 3,5 2,4 2,7 16

2.1.2 Fiscale ontvangsten De fiscale ontvangsten worden momenteel geraamd op 99.617 miljoen. Initieel werden de fiscale ontvangsten 2012 begroot op 102.126 miljoen (2.508 miljoen ). In vergelijking met de in 2011 gerealiseerde fiscale ontvangsten (93.597 miljoen ) wordt een toename opgetekend van 6,4 %. De hier gepresenteerde cijfers zijn geraamd door de Studiedienst van Financiën. Zoals gebruikelijk worden belangrijke belastingssoorten geraamd met een macroeconomische methode. De methode gehanteerd voor de raming van de vennootschapsbelasting werd aangepast. 3 De studiedienst van Financiën heeft de cijfers van 2011 gebruikt als basis voor het schatten van de inkomsten 2012. Daarbij kon nu gebruik gemaakt worden van de realisaties over 12 maanden van 2011, terwijl de basiscijfers van de initiële begroting (exclusief de nieuwe maatregelen) nog afkomstig waren van de ramingen opgenomen in rapport van het Monitoringcomité van september. Dit betekent dat het vertrekpunt van de ramingen met 1.058 miljoen naar beneden wordt herzien. Daarnaast spelen ook de wijzigingen in de parameters, aangeleverd in een nieuwe economische begroting, mee. Een derde factor die een invloed heeft op de ramingen zijn de nieuwe schattingen van de impact van de maatregelen. Het betreft hier grotendeels het in rekening brengen van recentere statistische gegevens. In totaal wordt de impact van maatregelen 714 miljoen lager ingeschat dan voorzien bij de initiële begroting. Daarvan is een gedeelte afkomstig van de impact van bepaalde maatregelen voorzien bij de initiële begroting die nu reeds vervat zijn in de via de parameters van de economische begroting aangepaste basis: 3 Nota SED/CV/TL/2012/027/REV 17

De impact van structurele hervormingen: 171 miljoen ; De impact van de prijsstijging van sigaretten: 33 miljoen ; De impact van de overschrijding van de spilindex: 14 miljoen ; De belangrijkste wijzigingen van de impact van de maatregelen genomen voor het conclaaf van november 2011 zijn: De herberekening van de indexering op basis van recentere inflatiegegevens die zorgt voor een minderontvangst: 149 miljoen ; Voor de dienstencheques werden nieuwe gegevens aangeleverd door de RVA die resulteren in een extra kost: 11 miljoen ; Herberekening van de impact van de notionele interestaftrek op basis van recentere rentevoeten: +11 miljoen voor de maatregel zoals die bestond voor de aanpassing beslist op het conclaaf; Herberekening van de cliquet: 12 miljoen ; Er wordt nu een additionele impact voorzien voor fiscale aftrekken omdat deze niet meer evenredig met het globaal inkomen van de particulieren zullen evolueren: 107 miljoen ; Voor de maatregelen van het conclaaf van november 2011 werden volgende wijzigingen doorgevoerd: Herberekening van de impact van de notionele interestaftrek op basis van recentere rentevoeten: 39,5 miljoen voor de gewijzigde impact van de aanpassing van het conclaaf; Herberekening van de tariefverhoging op stock options op basis van gemiddelden van de periode 20012009: 8,5 miljoen ; Herberekening voor de gratis ter beschikkingstelling door vennootschappen van een privéwoning op basis van gegevens van Belcotax: 115 miljoen ; Correctie van de impact van de hervorming van de fiscaliteit van de roerende inkomsten door het feit dat de roerende voorheffing voor vennootschappen geen eindbelasting is: 90 miljoen ; Herberekening van de verhoging van de beurstaks: 11 miljoen ; 18

Herberekening van de verhoging van de strafrechtelijke boetes: +24 miljoen ; De impact van de versnelling 2011 van de kohieringen PB wordt op kasbasis geraamd op 605 miljoen, de basis 2011 voor de berekening van de ontvangsten 2012 werd hiermee verhoogd. Voor 2012 wordt er nog supplementair gerekend op een bijkomende impact van 300 miljoen. Wat de verschuivingen bij de vennootschappen betreft, wordt er nog steeds 100 miljoen voorzien voor Cobelfret. Er wordt een bedrag van 635 miljoen geïncorporeerd voor de verschuiving van voorafbetalingen van 2010 naar de kohieren 2012. Er wordt tevens van uitgegaan dat de trend waarbij bedrijven minder voorafbetalen en een groter deel van de verschuldigde belastingen betaald wordt naar aanleiding van de kohieren zich verder zal doorzetten in 2012. De hieruit voortvloeiende negatieve impact op de ontvangsten 2012 wordt geraamd op 368 miljoen. In bijlage 1 bevindt zich een tabel met betrekking tot het detail van de macroeconomische raming van de 4 grote belastingscategorieën, een tabel met het detail van de impact van de maatregelen en één met de technische factoren die de fiscale ontvangsten corrigeren. 19

Tabel 5: De fiscale ontvangsten 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Taxe de circulation 544 575 564 3,6 11 Taxe de mise en circulation 152 163 161 5,9 2 Eurovignette 64 72 68 5,9 3 Taxe compensatoire des accises 0 0 0 2,5 0 Taxe sur les jeux et paris 41 55 43 5,2 12 Taxe sur les appareils automatiques de divertissement 38 41 38 1,7 3 Précompte immobilier 50 50 50 1,4 0 Précompte mobilier 3.217 3.970 3.981 23,7 11 dividendes 1.716 1.914 1.964 14,5 50 autres 1.481 1.943 2.042 37,9 99 rôles 24 71 71 196,8 0 prélèvement Etat de résidence 44 50 45 3,2 5 cotisation sur les hauts revenus du patrimoine 134 Cotisation sur les hauts revenus du patrimoine 0 134 134 0 Participation des travailleurs 13 10 13 3,5 4 Versements anticipés 9.380 10.530 9.650 2,9 880 Rôles 3.736 2.295 2.395 35,9 99 sociétés 1.436 1.615 2.408 67,8 794 personnes physiques 5.319 4.155 4.982 6,3 827 impôt des nonrésidents 148 244 179 21,4 65 Précompte professionnel 39.633 41.722 41.210 4,0 513 source 39.299 41.363 40.864 4,0 498 rôles 334 360 345 3,5 14 Divers 351 352 363 3,5 11 Total impôts directs 49.746 55.245 53.881 8,3 1.364 Droits de douane 2.098 2.262 2.166 3,3 96 Accises 7.192 7.428 7.324 1,8 104 Total droits de douane et accises 9.290 9.690 9.491 2,2 200 TVA 27.737 29.800 28.958 4,4 842 pure 26.182 27.906 27.270 4,2 636 taxes assimilées au timbre 1.555 1.893 1.687 8,5 206 Droits d'enregistrement 3.866 4.141 4.143 7,2 2 régionaux 3.772 4.041 4.047 7,3 6 non régionaux 94 100 96 2,4 5 Divers et amendes 900 1.080 994 10,5 86 régionaux 16 15 16 0,0 1 non régionaux 884 1.065 978 10,7 87 Total TVA, enregistrement et divers 32.503 35.021 34.094 4,9 926 Droits de succession 2.058 2.170 2.151 4,5 19 Total recettes fiscales 93.597 102.126 99.617 6,4 2.508 20

Er moet worden opgemerkt dat de bijdrage op hoge vermogensinkomens nu, in tegenstelling tot bij de initiële begroting, niet meer aanzien wordt als roerende voorheffing 4. De belangrijkste verschillen ten opzichte van de initiële begroting situeren zich bij volgende belastingscategorieën: voorafbetalingen: 880 miljoen kohieren vennootschappen: +794 miljoen kohieren natuurlijke personen: 827 miljoen bedrijfsvoorheffing: 513 miljoen accijnzen: 104 miljoen btw: 842 miljoen Een belangrijke kanttekening bij de vergelijking die hier gemaakt wordt, is dat in de initiële begroting er een globale conjunctuurcorrectie (ten bedrage van 711 miljoen voor de federale overheid en 637 miljoen voor de sociale zekerheid) werd ingeschreven bij de ESRcorrecties. De bedoeling van deze correctie was om de achteruitgang van het bbp tussen de publicatie van de economische begroting van september en het indienen van de begroting op te vangen, meer bepaald om de hypothese van een groei van het bbp van 1,6 % naar 0,8 % te brengen. Deze conjunctuurcorrectie kan voor een groot gedeelte worden toegerekend aan lagere fiscale ontvangsten, hoewel ze dus niet is vervat in de cijfers van de fiscale ontvangsten van de initiële begroting. 4 Zie daarvoor artikel 28 van de Wet houdende diverse bepalingen van 28/12/2012 dat bepaalt dat de heffing gelijkgesteld wordt met de personenbelasting. 21

2.1.3 De nietfiscale ontvangsten Tabel 6: De nietfiscale ontvangsten 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) SPF/Départements (1) Chancellerie 5 5 5 11,4 0 Budget et Controle de la Gestion 1 1 1 1,9 0 P & O 0 0 0 0 FEDICT 0 0 0 0 Justice 64 58 62 2,7 4 Intérieur 35 35 30 13,7 4 Affaires étrangères 134 118 131 1,9 14 Défense 64 83 60 6,4 23 Police fédérale et fonctionnement intégré 87 72 80 7,9 9 Finances 5.553 5.538 8.649 55,7 3.111 Régie des Bâtiments 0 0 0 0 Emploi,Travail et Concertation sociale 7 10 10 41,9 0 Sécurité sociale 12 6 52 341,8 46 Santé publique 14 14 14 1,4 0 Economie, Classes moyennes et Energie 44 110 113 155,4 3 Mobilité et Transports 502 597 593 18,3 4 Intégration sociale 12 10 9 30,9 1 Politique scientifique 1 4 4 183,3 0 Recettes non fiscales 6.535 6.659 9.813 50,2 3.153 dont recettes courantes 5.943 6.285 6.692 12,6 407 dont recettes de capital 592 374 3.121 427,2 2.747 Recettes non fiscales transférées 49 45 43 13,7 2 Recettes non fiscales Voies et Moyens 6.486 6.614 9.770 50,6 3.156 Codes 8 445 221 2.963 566,4 2.741 Recettes non fiscales Voies et Moyens excl. codes 8 6.041 6.393 6.807 12,7 414 (2) (3) De nietfiscale ontvangsten voor 2012 worden momenteel geraamd op 9.813 miljoen. Dit is merkelijk meer dan de 6.659 miljoen van de initiële begroting (+3.153 miljoen ) en de 6.535 miljoen die nu wordt voorzien voor 2011 (+50,2 %). 22

Daarbij moet worden vermeld dat de cijfers van 2011 een betaling van 250 miljoen van de energiesector bevatten die in ESRtermen betrekking heeft op 2010 en die bijgevolg in de berekening van het vorderingensaldo wordt gecorrigeerd. Een aantal belangrijke wijzigingen ten opzichte van de initiële begroting 2012 hebben bovendien geen impact op het vorderingensaldo gezien het code8verrichtingen betreft die volgens het ESR niet mogen worden meegerekend, of ontvangsten die op een ander jaar moeten worden aangerekend: Terugbetalingen van leningen toegestaan in het kader van de financiële crisis: +2.309 miljoen Wisselkoersverschillen bij de Schatkist: +100 miljoen Andere kapitaalwinsten bij de Schatkist dan wisselkoersverschillen: +315 miljoen (het betreft in hoofdzaak premies op terugbetalingen van leningen in het kader van de financiële crisis) De herziening van het door Dexia als upfront fee gestorte bedrag (136 miljoen in plaats van 84 miljoen ). Dit bedrag werd zoals voorzien in de overeenkomst gestort op 06/01/2012. Volgens het door het INR uitgebrachte advies moet deze ontvangst in ESRtermen in 2011 geboekt worden. Exclusief code8verrichtingen blijft de stijging ten opzichte van de initiële begroting beperkt tot 414 miljoen. De nieuwe inschrijving van de terugbetaling van de in het verleden teveel ontvangen subsidies door PDOS (15,8 miljoen ), en DOSZ (15,4 miljoen ) en de afrekening van de uitgaven IGO van 2011 (12,5 miljoen ) hebben op het niveau van entiteit I eveneens geen invloed op het saldo. Volgende grote wijzigingen hebben wel een impact in ESRtermen: Inningskosten EU: +25 miljoen Bijdrage van de energiesector: +250 miljoen De betaling met betrekking tot 2011 werd gestort en ook in de begroting geboekt in 2012. Op basis van een advies van het INR wordt deze in ESRtermen ook op 2012 23

aangerekend. Volgens het INR ontstaat het vastgesteld recht maar bij de inwerkingtreding van de verplichting of dus de datum van afkondiging van de wet (08/01/2012). Op ESRbasis wordt dus nu voor 2012 rekening gehouden met een bijdrage van de energiesector ten belope van 800 miljoen. Dividenden van participaties in financiële instellingen : +19 miljoen, naar aanleiding van de bekendmaking door BNPparibas van het bedrag van het dividend. De bedragen inzake dividenden van de Post (56,6 miljoen ), Belgacom (482,6 miljoen ), Nationale loterij (16,2 miljoen ) werden op het niveau van de initiële begroting behouden. De monopolierente van de Nationale loterij werd verlaagd met 14 miljoen (om rekening te houden met de verhoging van de roerende voorheffing). Zoals steeds wordt slechts een klein gedeelte van de nietfiscale ontvangsten afgedragen. Voor 2012 wordt dit nu geraamd op 43 miljoen, 2 miljoen minder dan initieel begroot en 6 miljoen minder dan voor 2011. De tabel in bijlage 2 geeft een overzicht van de belangrijkste aanpassingen t.o.v. de initiële begroting. 24

2.1.4 Afdrachten van fiscale ontvangsten Een belangrijk deel van de federaal geïnde fiscale ontvangsten wordt afgestaan aan andere overheden of aan andere overheidsinstellingen. Tabel 7: Afdrachten fiscale ontvangsten 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) UE 2.545 2.771 2.676 5,1 96 TVA 447 509 509 13,9 0 Droits de douane 2.098 2.262 2.166 3,3 96 Communautés et Régions 38.654 40.742 40.199 4,0 543 Impôts régionaux 6.743 7.189 7.146 6,0 43 Impôt des personnes physiques et TVA 31.912 33.553 33.052 3,6 500 Sécurité sociale 17.361 15.888 15.725 9,4 163 Gestion globale travailleurs 12.945 11.504 11.390 12,0 115 Gestion globale travailleurs indépendants 1.197 966 963 19,5 3 INAMIsoins de santé 2.613 2.763 2.719 4,1 44 ONSSAPL et autres 297 337 332 11,9 5 Maribel social et CSSS 311 318 322 3,6 4 Autres 588 302 326 44,6 24 Titrisation 54 54 41 23,7 12 Zones de police 109 148 143 31,2 5 Fonds des calamités 12 12 12 0,0 0 Creg 61 54 54 10,9 0 Fonds MEVA 316 0 35 88,9 35 Apetra 36 34 40 12,4 7 Transferts de recettes fiscales 59.148 59.703 58.925 0,4 778 Recettes fiscales Voies et Moyens 34.449 42.423 40.692 18,1 1.731 De afdrachten worden nu op 58.925 miljoen geraamd dit is een 778 miljoen minder dan bij de initiële begroting. Merk op dat hiermee de afdrachten een kleine daling optekenen ten opzichte van de realisaties 2011. 25

De afdrachten naar de EU worden ten opzichte van de initiële begroting met een 96 miljoen naar beneden toe herzien. Deze daling komt integraal op rekening van de herziene raming van de douanerechten. De aan de gemeenschappen en gewesten over te dragen middelen tekenen een daling op van 543 miljoen. Hiervan is 43 miljoen toe te schrijven aan een iets pessimistischere inschatting van de evolutie van de federaal geïnde gewestelijke belastingen. De in uitvoering van de bijzondere financieringswet aan de gemeenschappen en gewesten over te dragen personenbelasting en BTW werden rekening houdend met de nieuwe parameters van de economische begroting aanzienlijk naar beneden toe herzien. Zowel het afrekeningssaldo voor 2011 als het cijfer voor 2012 werd in functie van deze nieuwe parameters naar beneden toe herzien. Ondanks deze herziening tekenen deze middelen nog altijd een groei op van 3,6% tov 2011. Net als in de initiële begroting werd in de aan de gemeenschappen en gewesten over te dragen middelen reeds rekening gehouden met de verhoging met 10 miljoen van het bedrag dat overeenkomstig artikel 65 bis van de bijzondere financieringswet aan de Vlaamse en Franse gemeenschapscommissie wordt toegekend. 5 De aan de sociale zekerheid over te dragen fiscale ontvangsten werden naar beneden toe herzien van 15.888 tot 15.725 miljoen. Deze herziening naar beneden toe komt vooral op rekening van een lagere inschatting van de BTWontvangsten. In tegenstelling tot de initiële begroting werd de bijzondere bijdrage op hoge vermogensinkomens niet langer in de roerende voorheffing opgenomen. Dit heeft echter zo goed als geen effect op de alternatieve financiering aangezien de raming voor de ontvangsten aan roerende voorheffing naar boven toe werd herzien. De sterke daling van de alternatieve financiering ten opzichte van 2011 is vooral toe te schrijven aan de maatregelen genomen in de sector van de gezondheidszorgen en de effecten daarvan op de alternatieve financiering. De daling van 5 miljoen op de lijn RSZPPO en andere komt op rekening van de BTWafdracht aan het asbestfonds. In de ontwerpprogrammawet wordt deze voor 2012 herleid tot 5 miljoen in plaats van 10 miljoen. De in de initiële begroting voorziene transfer van 109 miljoen naar het pensioenfonds voor de politie werd hier 5 In de Middelenbegroting werd de effectieve doorstorting van dit bedrag afhankelijk gemaakt van de effectieve goedkeuring en publicatie van een aangepaste bijzondere wet. 26

voorlopig behouden. Deze moet immers samen beschouwd worden met de provisie van 204 miljoen die in het deel van de primaire uitgaven wordt toegelicht (pg 32). De afdrachten opgenomen onder de rubriek andere worden nu op 326 miljoen geraamd. Dit is een toename van 24 miljoen tov de initiële begroting. De overdrachten in het kader van de in het verleden doorgevoerde effectiseringsoperaties werden met een 12 miljoen naar beneden toe herzien, evenals de overdrachten naar de politiezones met een 5 miljoen. Daartegenover staat een herraming in de andere richting van de aan Apetra af te stane BTWontvangsten en vooral het feit dat er 35 miljoen wordt ingeschreven voor de financiering van het MEVAfonds. Het betreft hier een raming van de nog over 2011 te betalen bedragen. In ESR wordt dit bedrag op 2011 aangerekend. De afdrachten aan het rampenfonds werden behouden op het peil van 2011. Er moet hier wel nog uitvoering aan gegeven worden met een wettelijke bepaling. 2.1.5 Van totale ontvangsten naar rijksmiddelenbegroting Tabel 8: Van totale ontvangsten naar rijksmiddelen 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Total des recettes 100.132 108.785 109.430 9,3 645 Total des transferts 59.198 59.748 58.968 0,4 780 Recettes Voies et Moyens 40.935 49.037 50.462 23,3 1.425 De totale ontvangsten worden nu geraamd op 109.430 miljoen of een stijging met 645 miljoen ten opzichte van de initiële begroting. Achter deze ogenschijnlijk gunstig evolutie gaat een herziening naar beneden toe schuil van de fiscale ontvangsten en een belangrijke 27

verhoging van nietesraanrekenbare nietfiscale ontvangsten. De rijksmiddelenontvangsten worden nu op 50.462 miljoen geraamd dit is een 1.425 miljoen meer dan bij de initiële begroting. 28

2.1.6 Les dépenses primaires Le tableau 9 donne un aperçu détaillé par département des réalisations 2011, ainsi que des crédits de liquidation des dépenses primaires pour l année 2012 (budget initial vs actuatlisation monitoring). Tableau 9: Les dépenses primaires par département Budgets Réalisations 2011 (1) Budget initial 2012 (2) Monitoring février 2012 (3) Différence en % (3) / (1) Différence en (3)(2) Départements En % Dotations 493,1 500,3 498,2 1,0 2,1 Chancellerie du Premier Ministre 104,3 107,4 107,5 3,1 0,2 Budget et Contrôle de la Gestion 29,5 33,7 33,7 14,1 0,0 Personnel et Organisation 54,6 59,5 59,5 8,9 0,0 Technologie de l'information et de la Communication 29,6 35,4 35,2 18,8 0,2 Justice 1.817,7 1.843,0 1.846,7 1,6 3,7 Intérieur 623,1 843,0 837,9 34,5 5,1 Affaires étrangères et Coop. Développement 1.857,8 1.944,7 1.955,6 5,3 10,8 Défense nationale 2.759,6 2.732,0 2.732,2 1,0 0,2 Police fédérale et fonctionnement intégré 1.681,5 1.760,1 1.778,2 5,8 18,1 Finances 1.948,0 1.938,0 1.967,3 1,0 29,3 Finances Acquisition DBB 4.000,0 100,0 0,0 Finances Crédit FMI 1.847,7 1.847,7 0,0 Régie des Bâtiments 734,2 751,4 747,4 1,8 4,0 TO TAL CELLULE AUTO RITÉ 16.133,1 14.396,0 14.447,1 10,5 51,0 Pensions 8.585,8 9.035,9 8.826,4 2,8 209,5 Emploi, Travail et Concertation sociale 594,5 596,1 596,1 0,3 0,0 Sécurité sociale 10.124,8 10.445,8 10.440,7 3,1 5,0 Dotation spéciale / équilibre de la sécurité sociale 1.119,6 3.595,6 3.595,6 221,2 0,0 Santé publique, Sécurité de Chaîne Alimentaire et Environnement 298,2 327,1 326,9 9,6 0,2 Intégration sociale 1.467,9 1.556,3 1.651,5 12,5 95,2 TO TAL CELLULE SO CIALE 22.190,9 25.556,9 25.437,3 14,6 119,6 Économie, PME, Classes moyennes et Énergie 357,1 379,0 379,1 6,2 0,2 Mobilité et Transport 3.529,7 3.439,1 3.440,8 2,5 1,7 Politique scientifique 573,6 567,6 574,0 0,1 6,4 TO TAL CELLULE ÉCO NO MIQ UE 4.460,3 4.385,7 4.393,9 1,5 8,2 Provision globale 404,4 490,6 86,2 Provision pensions police 204,0 204,0 DEPENSES DEPARTEMENTALES TOTALES 42.784,3 44.743,1 44.972,9 4,6 229,8 Charges d'intérêt Finances 55,0 71,3 71,2 0,1 DEPENSES PRIMAIRES TOTALES 42.729,3 44.671,8 44.901,7 4,5 230,0 Dont codes 8 4.231,2 2.010,3 2.016,5 Finances Acquisition DBB 4.000,0 100,0 0,0 Finances Crédit FMI 1.847,7 1.847,7 0,0 Dotation spéciale / équilibre de la sécurité sociale 1.119,6 3.595,6 3.595,6 0,0 DEPENSES PRIMAIRES hors DBB, FMI et dotation équilibre SS 37.609,7 39.228,5 39.458,4 4,3 230,0 Dont codes 8 hors DBB et FMI 231,2 162,6 168,8 29

2.1.6.1 Les dépenses primaires 2011 Pour 2011, les crédits départementaux pris en compte s élèvent à 43.888,7 millions. Ils prennent en considération les crédits fixés dans le budget initial amendé voté au Parlement le 19 mai 2011, les quatre feuilletons d ajustement, ainsi que les différents arrêtés de transfert de la provision interdépartementale. A la date du 21 février 2012, les crédits 2011 ont été liquidés à hauteur de 42.784,3 millions. La sousutilisation constatée au niveau des crédits de liquidation 2011 se monte ainsi à 1.104,4 millions. Pour obtenir les dépenses primaires 2011, il convient de retirer les charges d intérêt transférées du budget de la dette vers le SPF Finances, soit un montant de 55,0 millions. Ces dernières sont réintégrées dans les charges d intérêt, si bien que les dépenses primaires totales s élèvent ainsi à 42.729,3 millions (ou à 37.609,7 millions si l on ne tient pas compte de l acquisition de Dexia Banque Belgique ni de la dotation spéciale à la sécurité sociale). 2.1.6.2 Les dépenses primaires 2012 Les crédits de liquidation du budget initial amendé tel que voté par le Parlement le 2 février 2012 représentent 44.743,1 millions. Concernant les mesures prises dans le budget initial, le gouvernement a décidé le 6 janvier 2012 de constituer, à titre conservatoire, une réserve budgétaire de 1,3 milliards. Dans le cadre de ce rapport de monitoring, il n a pas été tenu compte de cette réserve, qui doit être remplacée à l occasion du contrôle budgétaire par des mesures visant à respecter la trajectoire que la Belgique s est fixée dans son programme de stabilité. La circulaire du 10 janvier 2012 dresse les principes directeurs pour les propositions budgétaires des départements, en prévision du prochain contrôle budgétaire. Elle prévoyait que les départements introduisent leurs propositions budgétaires pour le 1 er février au plus tard. 30

Le principe général de cette circulaire est que, sous réserve de nouvelles mesures décidées par le gouvernement, les crédits initiaux du budget 2012 ne soient pas augmentés. Plus spécifiquement, elle prévoit notamment : Que les crédits de personnel inscrits dans le budget initial, tant en ce qui concerne les départements avec une enveloppe de personnel que les départements sans enveloppe, ne soient pas augmentés audelà de l accélération envisagée du saut d index ; Que les crédits de fonctionnement et d investissement tant généraux que spécifiques ne puissent bénéficier d une augmentation de leur enveloppe ; Que les subsides facultatifs fassent l objet d une analyse de l Inspection des Finances de telle sorte que les diminutions proposées puissent être prises en compte dans le cadre de la concrétisation des décisions du contrôle budgétaire ; Que les gros postes de dépenses déjà adaptés à l index dans le budget initial 2012 ne soient ajustés à l évolution des nouveaux paramètres économiques que pour autant que cette évolution résulte d une obligation légale, réglementaire ou contractuelle ; Qu aucune initiative nouvelle non encore reprise dans les réserves C, C et D ne soit autorisée. A l issue des réunions bilatérales qui ont eu lieu entre le 6 et le 22 février, les crédits 2012 des départements se montent à 44.972,9 millions (dont 1.847,7 millions pour un crédit exceptionnel destiné à financer la quotepart de la Belgique dans le FMI code 8 sans influence sur le solde de financement) et les crédits réservés à 314,8 millions se répartissant comme suit entre les différentes réserves : Réserve C : il s agit de dépenses nouvelles avec base légale dont le montant est déterminé de manière certaine et qui devraient être inévitables sauf si le gouvernement prend une décision contraire : 111,8 millions. Réserve C : il s agit de dépenses nouvelles avec base légale mais dont l ampleur doit encore faire l objet d une délibération : 85,4 millions. Réserve D : autres dépenses mises en réserve 117,7 millions. Les réserves C et C représentent à elles deux 197,1 millions. Dans le budget initial 2012, une provision de 168,0 millions avait déjà été inscrite comme couverture des demandes 31

placées en réserves C et C (dont 30,8 millions ont déjà été attribués à FEDASIL). La différence de 59,9 millions a été incluse dans la provision globale dans l attente d une décision lors du contrôle budgétaire. S agissant des hypothèses d indexation émanant du Bureau fédéral du Plan, il importe de noter que l impact du franchissement de l indicepivot en janvier au lieu de février 2012 avait déjà été intégré à concurrence de 30,9 millions dans la provision lors du budget initial. Quant à l impact du franchissement de l indicepivot en octobre plutôt qu en décembre 2012 (anticipation d un mois pour les salaires et de deux mois pour les prestations sociales) : D une part, l indexation des transferts et dotations à la sécurité sociale a été répercutée dans les crédits ad hoc de manière à correspondre aux chiffres de la sécurité sociale et, D autre part, l indexation des salaires et autres dépenses primaires hors sécurité sociale a été ajoutée à la provision à concurrence d un montant de 37,1 millions. Considérant les deux éléments qui précèdent, la provision globale s établit à 490,6 millions, en comparaison avec la provision de 404,4 millions inscrite dans le budget initial 2012. La différence résulte des 3 éléments suivants : + 37,1 Indexation anticipée 30,8 Fedasil +59,9 Réserves C et C. Dans le budget initial, l économie de 20 millions sur les subsides facultatifs avait été inscrite comme une provision négative. En attendant une décision finale, on n a pas tenu compte provisoirement de cette économie dans les chiffres utilisés dans cette note. En outre, une provision de 204 millions, destinée à couvrir les pensions de la police intégrée, a été isolée dans le tableau des dépenses primaires. En effet, les pensions de l expolice judiciaire et des exgendarmes avant le 1 er avril 2001, qui n étaient pas encore transférées au Fonds des pensions de la police intégrée, étaient restées à charge de PDOS. La loi du 24 octobre 2011 concernant le financement des pensions des membres du personnel des administrations locales et des zones de police locale prévoit que ces pensions soient à charge du nouveau Fonds de pension de la police fédérale à partir du 1 er janvier 2012. Les problèmes pratiques posés par l exécution de cette loi tant au niveau de PDOS que de la police intégrée justifient de placer cette dépense de 204 millions dans la provision déterminée à cet effet. 32

Suite au passage du SPF Finances sous Fedcom en 2011, les crédits du SPF Finances comprennent 71 millions de charges d intérêt en 2012. Etant donné qu il ne s agit pas vraiment de dépenses primaires, ces 71 millions sont réintégrés dans les charges d intérêt de la dette et retirés des dépenses départementales pour obtenir les dépenses primaires. Les crédits de dépenses primaires totales s élèvent ainsi à 44.901,7 millions, ce qui représente une croissance de 4,5 % par rapport aux dépenses primaires totales 2011. En comparaison avec le budget initial 2012, les crédits de dépenses primaires sont plus élevés de 210,0 millions. En outre, le gouvernement a décidé de poursuivre en 2012 le versement d une dotation complémentaire aux subventions existantes pour assurer l équilibre financier de la sécurité sociale. Lors de l élaboration du budget initial, cette dotation équilibre a été fixée à 3.595,6 millions. Elle n a pas été modifiée dans le cadre de cet exercice afin de ne pas neutraliser les évolutions de la sécurité sociale observées depuis l élaboration du budget initial. Si elle devait être adaptée de manière à assurer l équilibre de la sécurité sociale en termes SEC, la dotation serait augmentée de 251,9 millions (dont 226,71 millions en faveur du régime des salariés et 25,19 millions en faveur du statut social des indépendants). Si, pour une raison de comparabilité des données, à partir des crédits de dépenses primaires totales, l on retire le crédit au FMI (1.847,7 millions ) ainsi que la dotation équilibre à la sécurité sociale (3.595,6 millions ), les crédits de dépenses primaires sont alors ramenés à 39.458,4 millions. En tenant compte de la sousutilisation de 750 millions retenue dans le budget initial, les dépenses primaires 2012 (hors crédit FMI et dotation équilibre à la SS) sont alors estimées à 38.708,4 millions. Ceci représente une croissance de 2,9 % par rapport aux dépenses primaires 2011 (hors acquisition DBB et dotation spéciale à la SS) et de 0,5 % par rapport au budget initial 2012. Le tableau 10 donne un aperçu général des dépenses primaires totales en tenant compte de la sousutilisation des crédits de liquidation. 33

Tableau 10: Aperçu général des dépenses primaires 6 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Dépenses primaires 42.729 43.922 44.152 3,3 230 Crédits 42.729 44.672 44.902 5,1 230 Total Cellule Autorité 16.078 14.325 14.376 10,6 51 Total Cellule Sociale 22.191 25.557 25.437 14,6 120 Total Cellule Économique 4.460 4.386 4.394 1,5 8 Provision globale 0 404 695 290 Sousutilisation 0 750 750 0 Par comparaison avec le budget initial 2012, les évolutions suivantes méritent d être soulignées : SPF Affaires étrangères & Coopération au développement : l augmentation des crédits de liquidation à concurrence de 10,8 millions est totalement attribuable à l impact du nouveau cours USD / ; Police fédérale & Fonctionnement intégré : la hausse des crédits s explique par l indexation complémentaire attribuée aux zones de police pour un montant de 18,1 millions ; SPF Finances : l augmentation des crédits d un montant de 29,3 millions est en grande partie liée aux deux postes suivants : o frais de justice et poursuite (+ 15,8 millions ), o bonification d intérêts pour les prêts verts (+7,4 millions ) ; 6 Het verschil tussen de kredieten opgenomen in de tabel bijlage 3 (44.832,9 miljoen ) en deze opgenomen in tabel 9 en 10 (44.902 miljoen ) wordt verklaard door : Het in aanmerking nemen van een hoger bedrag voor provisie voor de kolommen c en c (59 miljoen ); Het voorlopig schrappen van de negatieve provisie voor de facultatieve toelagen (20 miljoen ); Het niet opnemen in de primaire uitgaven, maar wel in de interestlasten van 71,2 miljoen uitgaven ingeschreven op de begroting van de FOD Financiën. 34

Pensions : la diminution des dotations à raison de 209,5 millions est principalement causée par le transfert des pensions de la police intégrée vers la provision créée à cet effet (montant de 204 millions ) ; SPP Intégration sociale : la croissance des crédits à hauteur de 95,2 millions est essentiellement le résultat de la prise en compte des effets prix et volume sur les postes suivants : o remboursement aide individuelle aux CPAS (+ 15,0 millions ) o subsides CPAS Loi 2465 (+49,8 millions ) o dotation FEDASIL (+30,8 millions ). Enfin, les crédits code 8 correspondants aux octrois de crédits et prises de participation (sans impact sur le solde SEC) n ont pratiquement pas changé par rapport au budget initial 2012 (+6,2 millions ). Il importe toutefois de relever que l inscription de la Belgique dans le MES (Mécanisme Européen de Stabilité) n a pas encore été reprise en considération dans les dépenses primaires (il s agit d un code 8 neutre en termes SEC représentant un montant de 556,3 millions ). 35

2.1.7 De interestlasten Tabel 11: De interestlasten 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) Charges d'intérêt (économiques) 11.390 12.655 12.484 9,6 171 (1) Trésor 11.322 12.571 12.403 9,5 168 Intérêts en provenance des dépenses primaires 55 71 71 29,4 0 OIP 13 13 10 23,1 3 (2) (3) De interestlasten op economische basis (inclusief de interestlasten van de instellingen van openbaar nut en na transfer van bepaalde interesten komende van de primaire uitgaven) worden nu geraamd op 12.484 miljoen ten opzichte van 12.655 miljoen bij de opmaak van de initiële begroting (171 miljoen ). In vergelijking met 2011, waarop 11.390 miljoen interestlasten worden aangerekend, is dit een stijging van 9,6%. Het Agentschap van de Schuld 7 heeft zich gebaseerd op een federaal vorderingensaldo van 9.148 miljoen waarop een aantal correcties werden doorgevoerd om het netto te financieren saldo te ramen: overgang van gelopen interesten naar vervallen interesten: 50 miljoen kosten buy backs: 158 miljoen kapitaalinbreng ESM: 556 miljoen terugbetaling van de lening RSZglobaal beheer: +62,13 miljoen terugbetalingen van de financiële sector: +2.707 miljoen 7 Synthesenota begroting Rijksschuld van 3 februari 2012 36

Het gebruikte netto te financieren saldo bedraagt aldus 7.143 miljoen. Daarbij moet worden opgemerkt dat de kapitaalinbreng voor het ESM mogelijks moet worden verdubbeld. Een andere belangrijke factor bij het bepalen van de interestlasten zijn de toekomstige interestvoeten. Voor het bepalen van de hypothesen met betrekking tot de interestvoeten op lange termijn heeft het Agentschap van de Schuld de klassieke methode op basis van de forward rentevoeten gebruikt, voor de interestvoeten op korte termijn werden macroeconomische ramingen gehanteerd. Ten opzichte van de initiële begroting zijn de interestvoeten op korte termijn verlaagd en de interestvoeten op 5 jaar en meer naar boven herzien. Volgende tabel geeft de gebruikte interestvoeten weer: Tabel 12: De interesthypothesen Ini 2012 +/ Monitoring 3 maand 1,69 0,68 1,01 6 maand 1,88 0,69 1,19 12 maand 1,92 0,28 1,64 5 jaar 3,59 0,05 3,64 10 jaar 4,28 0,23 4,51 15 jaar 4,64 0,29 4,93 30 jaar 4,54 0,40 4,94 De interestlasten van de instellingen van openbaar nut worden nu geraamd op 10 miljoen, 3 miljoen minder dan ingeschreven in de initiële begroting. 37

2.1.8 Van begrotingsnaar vorderingensaldo Tabel 13: De overgang naar het ESRvorderingensaldo van de federale overheid 2011 2012 2012 Estim. Raming (1) Initial Initieel (2) Estim. Raming (3) 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Solde hors corrections SEC 13.184 7.540 6.173 53,2 1.366 Correction SEC 101 1.638 4.013 4.060,8 2.376 Périmètre du secteurs des administrations publiques 3.129 3.100 3.172 1,4 72 contribution à l'ue du PNB 2.829 3.068 3.068 8,4 0 Correction ajustement contribution PNB 0 0 0 0 Dépenses primaires budget de la dette publique 95 45 103 8,5 57 Consolidation fonds et organismes 206 13 2 99,0 15 Transactions financières et non financières 2.938 1.780 946 132,2 2.726 Octrois de crédits et participations nets Recettes 445 221 2.963 566,4 2.741 Dépenses 4.231 2.010 2.016 52,3 6 Autres 849 9 0 9 Différences en moment d'enregistrement 381 143 105 72,5 38 Impôts sur la base de transactions 545 329 322 40,9 7 Versements par la Banque nationale 0 0 0 0 Versements par la Loterie Nationale 0 0 0 0 Autres différences en moment d'enregistrement 164 186 217 32,6 32 Dépenses 56 213 88 58,2 124 Recettes 108 27 129 19,4 156 Autres 89 461 0 461 Solde de financement pouvoir public fédéral 13.083 9.177 10.187 22,1 1.009 Het begrotingssaldo wordt nu op 6.173 miljoen geraamd. Dit is een verbetering van 1.366 miljoen ten opzichte van de initiële begroting. Deze verbetering wordt echter meer dan teniet gedaan door de ESRcorrecties waarvan de negatieve impact toeneemt van 1.638 miljoen tot 4.013 miljoen. Na correcties wordt een verslechtering van het vorderingensaldo opgetekend van 1.009 miljoen tov de initiële begroting. 38

Volgens de gegevens meegedeeld door de permanente vertegenwoordiging kan op dit ogenblik best de raming van de BNIbijdrage aan de Europese unie behouden blijven op het niveau van de initiële begroting (3.068 miljoen ). Voor de ESRaanrekenbare primaire uitgaven op de rijksschuldbegroting wordt nu rekening gehouden met een correctie van 103 miljoen in plaats van 45 miljoen bij de initiële begroting. Deze verhoging komt quasi integraal op rekening van het verschuldigde commissieloon bij de uitgifte van staatsbons. In de voorstellen wordt uitgegaan van een uitgiftebedrag aan staatsbons van ruim 6 miljard. Het primair saldo van de instellingen van openbaar nut wordt nu, rekening houdend met een onderbenutting van 150 miljoen, geraamd op 2 miljoen. Dit is een verslechtering van 15 miljoen ten opzichte van de initiële begroting. De belangrijkste evoluties tov de initiële begroting worden opgetekend bij de regie der gebouwen (+ 12,6 miljoen ), het GENfonds ( 16,2 miljoen ), het Muntfonds (14,5 miljoen ). Tegenover deze laatste verslechtering staat wel een bijkomende nietfiscale ontvangst. Er is een belangrijke herziening naar beneden toe gebeurd van de impact van de financiële verrichtingen. De correcties voor de zogenaamde code8 verrichtingen op het niveau van de uitgaven blijft quasi ongewijzigd tov de initiële begroting. Net als bij de initiële begroting bevat dit bedrag de correctie voor de participatie van België in een kapitaalverhoging van het IMF (1.847,7 miljoen ). De correctie voor deze verrichtingen op het niveau van de ontvangsten werd grondig aangepast. Deze aanpassing heeft in hoofdzaak betrekking op de inschrijving van een belangrijk bedrag voor de terugbetaling door een financiële instelling van vroeger toegestane leningen alsmede de verschuldigde premies. Beide zijn te beschouwen als financiële operaties zonder impact op het vorderingensaldo. De verschillen in het moment van registratie op het niveau van de uitgaven zijn hoofdzakelijk toe te schrijven aan het herleiden van de negatieve correctie voor de levering van legerhelikopters van 212,8 tot 110,8 miljoen, dit in functie van de effectieve levering. In deze rubriek werd ook de positieve correctie aangebracht om de verrichtingen die dit jaar nog gebeuren op het MEVAfonds te neutraliseren (+ 35 miljoen ). 39

De verschillen in moment van registratie op het niveau van de ontvangsten zijn hoofdzakelijk toe te schrijven aan het opnemen van een negatieve correctie van 136 miljoen om de boeking als ontvangst 2012 van de door Dexia gestorte upfront fee te neutraliseren. Volgens een advies van het INR moet deze ontvangst op 2011 aangerekend worden. Er werd ook nog een aanpassing aangebracht om een dubbeltelling te annuleren tussen enerzijds het saldo van de instellingen openbaar nut en de nietfiscale ontvangsten, meer bepaald voor het bij de initiële begroting ingeschreven dividend van de FPIM. De aanpassing van de rubriek andere is toe te schrijven aan twee elementen: Zoals reeds in de synthese benadrukt werd in afwachting van concrete maatregelen de correctie voor de zogenaamde usurperende bevoegdheden op nul gezet in plaats van de 250 miljoen in de initiële begroting. Bij de initiële begroting was een negatieve conjunctuurcorrectie ingeschreven voor 710 miljoen, aangezien de ramingen nu volledig gebaseerd zijn op de meest recente economische begroting komt deze te vervallen. 2.2 Sécurité sociale 2.2.1 Synthèse Le présent exercice vise à actualiser les données budgétaires pour l année 2012 par rapport au budget initial voté au Parlement le 2 février en prévision du Contrôle budgétaire. La méthodologie appliquée est la même que celle utilisée dans le cadre de la présentation de l Exposé général. Les données chiffrées du régime des salariés proviennent du rapport «Contrôle budgétaire 2012» du Comité de Gestion de la Sécurité Sociale, et ont été retravaillées dans des tableaux préparés par le SPF Sécurité sociale. 40

Les données chiffrées du statut social des indépendants proviennent du tableau d équilibre de l INASTI dans le cadre du Contrôle budgétaire 2012, et ont été retravaillées par le SPF Sécurité sociale en vue de les mettre en conformité avec la présentation de l Exposé général. Bien que validées par la cellule budgétaire, ces données doivent encore être validées par le Conseil d administration de l INASTI du 7 mars prochain. Les estimations sont basées sur les hypothèses du budget économique de février 2012 réalisé par le Bureau fédéral du plan, notamment en matière de croissance économique et d indexation. Par exemple, l indice pivot a été dépassé en janvier 2012 et l indice pivot suivant serait dépassé en octobre 2012, faisant en sorte que les allocations sociales seront indexées en février et en novembre 2012. Dans le cadre de la confection du budget initial, seul le dépassement de l indice pivot en janvier a été pris en considération. Pour rappel, le gouvernement avait chiffré l impact de la baisse des hypothèses de croissance du PIB de 1,6% à 0,8% à hauteur de 637 millions pour la sécurité sociale. L on peut dès lors considérer que ce tampon conjoncturel limite à due concurrence la détérioration du solde budgétaire de la sécurité sociale. La plupart du temps, les données chiffrées tiennent compte des mesures gouvernementales qui figurent dans le budget initial 2012. Dans un souci d homogénéisation des données budgétaires entre les différentes parties du rapport, il a néanmoins été décidé de ne pas prendre en considération l effet retour des réformes structurelles du marché du travail. Par exemple en matière de chômage, l impact budgétaire des mesures gouvernementales a été révisé de telle sorte que le total des économies passe de 322 millions à 215 millions, dont 93 millions comme impact des réformes structurelles du marché de l emploi. Pour le financement alternatif, le SPF Finances a transmis des chiffres actualisés. En vue d assurer l équilibre de la sécurité sociale, le gouvernement a prévu une dotation complémentaire aux financements existants. Cette dotation équilibre est en principe calculée de telle sorte que le solde SEC de la sécurité sociale ne présente ni surplus ni déficit. Dans le cadre de cet exercice, la dotation équilibre reste néanmoins fixée au même niveau que lors de l Exposé 41

général, et ce, afin d illustrer les évolutions de la sécurité sociale par rapport au budget initial 2012. A cet égard, il est important de souligner que, contrairement au budget introduit par l ONSSAPL, les réductions des nouvelles cotisations pour les pensions financées en 2012 par les réserves (représentant 103,3 millions ) ne peuvent pas être considérées comme une recette. Il en résulte un solde négatif pour l ONSSAPL repris dans les corrections SEC. La dotation équilibre doit dès lors être calculée pour que le solde SEC de la sécurité sociale soit égal à 103,3 millions (et pas 0), de manière à ce que cette dotation équilibre ne couvre pas l utilisation des réserves pour les nouvelles cotisations pensions. Tenant compte des hypothèses qui précèdent, le solde de financement de l ensemble de la sécurité sociale se détériore de 355 millions par rapport au budget initial 2012. Partant, si la dotation équilibre devait être adaptée de manière à assurer l équilibre de la sécurité sociale en termes SEC, la dotation serait augmentée de 251,9 millions (dont 226,71 millions en faveur du régime des salariés et 25,19 millions en faveur du statut social des indépendants). 42

Tabel 14: Globaal beeld van de budgettaire situatie van de sociale zekerheid In mio In mio In mio %Verschil Verschil (1) (2) (3) (3) vs. (1) (3) vs. (2) 2011 2012 2012 2012 vs. 2011 2012 Monitoring 02/2012 IB Monitoring 02/2012 Monitoring vs. IB SZ werknemers Ontvangsten 65.025 67.050 66.566 2,4 484 wv bijdragen 41.500 43.372 42.924 3,4 447 wv alternatieve financiering 12.758 11.507 11.392 10,7 115 wv staatstoelage 7.067 9.418 9.462 33,9 43 Uitgaven 66.212 66.701 67.182 1,5 481 wv prestaties 39.518 40.773 41.250 4,4 477 Saldo SZ werknemers 1.188 349 616 48,1 965 SZ zelfstandigen Ontvangsten 6.281 6.367 6.461 2,9 93 wv bijdragen 3.603 3.646 3.736 3,7 90 wv alternatieve financiering 1.106 966 963 12,9 3 wv staatstoelage 1.429 1.703 1.713 19,9 9 Uitgaven 6.228 6.254 6.240 0,2 14 wv prestaties 3.745 3.901 3.885 3,7 16 Saldo SZ zelfstandigen 52 114 221 324,2 107 Saldo RIZIV 446 0 0 0 Begrotingssaldo SZ 690 462 395 42,7 857 ESRcorrectie 388 462 40 89,8 502 Vorderingensaldo SZ 302 0 355 17,6 355 43

2.2.2 Le régime des salariés Le régime des salariés présente un solde budgétaire de 616 millions, en détérioration de 965 millions par rapport au budget initial. Cette détérioration est due tant à une diminution des recettes (484 millions ) qu à une augmentation des dépenses (+481 millions ). Pour ce qui concerne les recettes, les cotisations décroissent de 447 millions, compte tenu d un climat conjoncturel moins bon que prévu. Comme mentionné dans l introduction, l effet retour des réformes structurelles n a pas été pris en considération dans le cadre de ce rapport. En conséquence, un montant de 60 millions a été déduit des cotisations de la Gestion globale ONSS. Les mesures gouvernementales du budget initial sont isolées pour un montant de 207 millions. L ONSSAPL n a pas fourni des estimations actualisées pour les recettes de cotisations. Les chiffres actuellement repris affichent une augmentation visàvis de 2011 de 1,5 %. D autre part, les recettes provenant du financement alternatif baissent de 115 millions, en raison principalement de la détérioration de la conjoncture qui affecte les recettes de TVA. S agissant des dépenses, les prestations sociales augmentent globalement de 477 millions. Par rapport au budget initial, le montant spécifique de 67 millions, provenant du dépassement anticipé d un mois de l adaptation de l indice pivot a été réparti entre les différents prestations concernées. La hausse des prestations est imputable essentiellement aux secteurs de l INAMIIndemnités (+54 millions ), de l ONP (+189 millions ) et de l ONEm (+272 millions ). Considérant plus précisément les prestations de l ONEm, la branche «chômage» augmente de 282 millions (le nombre de chômeurs complets, partiels et engagés dans des programmes d activation est en hausse de 22.101 unités par rapport au budget initial) et la branche «interruptions de carrière et créditstemps» augmente de 9 millions (le nombre d interruptions de carrière et de créditstemps devrait croître de 2.559 unités), alors que la branche «prépensions» diminue de 19 millions (le nombre de prépensionnés devrait diminuer de 1.562 unités). L enveloppe bienêtre a été intégrée dans les prestations. 44

Parmi les dépenses diverses, les titresservice sont en augmentation de 63 millions par rapport au budget initial. Par comparaison avec l année 2011, le solde déficitaire est réduit de moitié. Les recettes s accroissent de 2,4 % et les dépenses de 1,5 %. Du côté des recettes, les principales évolutions sont les suivantes : +3,4% pour les cotisations, +33,9 % pour la dotation de l Etat, 10,7 % en provenance du financement alternatif (dont 52,6 % de l INAMISoins de santé) et 66,6 % au niveau des transferts externes (en raison de l absence de contribution de l INAMI à l équilibre de la gestion globale et d alimentation du Fonds d avenir pour les soins de santé audelà des montants de référence des hôpitaux en 2012). S agissant des dépenses, trois évolutions marquantes sont observées : +4,4 % pour les prestations, 4,2 % au niveau des transferts vers l INAMISoins de santé) et +13,5 % pour les titresservice. 45

Tabel 15: Sociale zekerheid werknemers 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Cotisations 41.500 43.372 42.924 3,4 447 Gestion globale 41.362 43.229 42.785 3,4 444 Cotisations sociales 39.518 40.978 40.641 2,8 337 Mesures de Gouvernement 0 357 207 150 Cotisations spécifiques 1.844 1.894 1.937 5,0 43 Cotisations des organismes 138 142 139 0,6 3 Dotation de l'état 7.067 9.418 9.462 33,9 43 Financement alternatif 12.758 11.507 11.392 10,7 115 Gestion globale 12.755 11.504 11.390 10,7 115 dont INAMISoins de santé 2.912 1.378 1.381 52,6 4 Organismes 3 3 3 2,7 0 Recettes affectées 1.326 1.272 1.382 4,3 110 Transferts externes 1.575 505 527 66,6 22 Produit des placements 190 212 218 14,8 6 Gestion globale 186 208 214 15,2 6 Organismes 4 4 4 2,7 0 Divers 609 764 661 8,5 103 Gestion globale 75 181 77 2,4 104 Organismes 534 584 584 9,4 0 Total des recettes 65.025 67.050 66.566 2,4 484 Prestations 39.518 40.773 41.250 4,4 477 Sousutilisation /montants non ventilés 0 67 0 67 INAMI soins de santé INAMIIndemnités 5.467 5.852 5.907 8,0 54 ONP 19.379 20.381 20.569 6,1 189 ONAFTS 4.378 4.514 4.541 3,7 27 FAT 192 198 204 6,2 6 FMP 268 289 284 5,9 5 ONEm 9.818 9.457 9.729 0,9 272 Interruption de carrière 814 787 796 2,2 9 Chômage 7.351 7.007 7.288 0,8 282 Retraite anticipée 1.653 1.663 1.645 0,5 19 Mineurs 2 2 2 9,3 0 Marins 13 13 13 0,2 0 Frais de paiement 4 5 5 26,3 0 Frais de gestion 1.189 1.176 1.184 0,4 8 Gestion globale 156 159 156 0,2 3 Organismes 1.033 1.041 1.028 0,5 13 Transferts 23.552 22.648 22.581 4,1 68 Gestion globale 802 803 802 0,0 1 Organismes 215 259 189 12,2 70 INAMISoins de santé 22.534 21.586 21.590 4,2 4 Intérêts sur emprunts 18 8 8 54,6 0 Divers 1.932 2.091 2.154 11,5 63 dont titresservices 1.432 1.562 1.625 13,5 63 Total des dépenses 66.212 66.701 67.182 1,5 481 Solde 1.188 349 616 48,1 965 46

2.2.3 Le statut social des indépendants Le solde budgétaire 2012 du statut social des indépendants s améliore de 107 millions par rapport au budget initial, pour s établir à 221 millions. Par comparaison avec le budget initial, les recettes augmentent 93 millions, alors que les dépenses baissent de 14 millions. Les cotisations sociales se caractérisent par une hausse de 90 millions, due pour une bonne partie à une révision à la hausse du taux de réévaluation des revenus des indépendants utilisé pour calculer les cotisations. Cette hausse reflète les chiffres d inflation plus élevés. Le financement alternatif diminue, quant à lui, de 3 millions. Les prestations sociales régressent pour leur part de 16 millions. Par rapport au budget initial, le montant spécifique de 4 millions attribuable au dépassement accéléré d un mois de l adaptation à l indice pivot a été réparti entre les différentes prestations concernées (l enveloppe bienêtre avait déjà été intégrée dans les prestations). En comparaison avec l année 2011, le solde budgétaire en surplus est multiplié par 4. Les recettes s accroissent de 2,9 % et les dépenses sont stables (+0,2 %). Pour ce qui concerne les recettes, les évolutions suivantes sont constatées : +3,7 % pour les cotisations, + 19,9 % pour la dotation de l Etat, 12,9 % en provenance du financement alternatif (dont 53,6 % de l INAMISoins de santé) et 99,5 % au niveau des transferts externes (en raison de l absence de contribution de l INAMI à l équilibre de la gestion globale et d alimentation du Fonds d avenir pour les soins de santé audelà des montants de référence des hôpitaux en 2012). En matière de dépenses, les prestations augmentent de 3,7 %, tandis que les transferts externes vers l INAMISoins de santé régressent de 5,6 %. 47

Tabel 16: Sociale zekerheid zelfstandigen 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) Cotisations 3.603 3.646 3.736 3,7 90 Dotation de l'état 1.429 1.703 1.713 19,9 9 Financement alternatif 1.106 966 963 12,9 3 (1) Gestion globale 1.106 966 963 12,9 3 dont INAMISoins de santé 294 136 136 53,6 0 Recettes affectées 18 19 19 3,2 0 Transferts externes 110 0 1 99,5 1 Produit des placements 12 31 28 134,0 4 Divers 3 2 2 25,0 0 (2) (3) Total des recettes 6.281 6.367 6.461 2,9 93 Prestations 3.745 3.901 3.885 3,7 16 Sousutilisation /montants non ventilés 0 4 0 4 INAMISoins de santé INAMIIndemnités 350 371 373 6,4 2 Pensions 2.951 3.071 3.062 3,7 9 Allocations familiales 430 440 435 1,2 5 Assurance faillite 14 12 15 7,2 2 INASTIGFG 0 1 1 9.376,9 0 Frais de paiement 1 1 1 0,0 0 Frais de gestion 84 88 89 6,6 1,8 Transferts 2.393 2.259 2.259 5,6 0 Gestion globale 2 3 3 64,7 0 INAMISoins de santé 2.392 2.256 2.257 5,6 0 Intérêts sur emprunts 0 0 0 0 Divers 5 5 5 6,5 0 Total des dépenses 6.228 6.254 6.240 0,2 14 Solde 52 114 221 324,2 107 48

2.2.4 Les soins de santé Les soins de santé sont par principe en équilibre depuis l application du nouveau mécanisme de financement, par lequel le financement alternatif agit en quelque sorte comme une variable d ajustement permettant d équilibrer le budget des soins de santé. Pour ce qui concerne les recettes, les cotisations propres restent inchangées au niveau du budget initial. Le financement alternatif propre diminue pour sa part de 44 millions, tandis que les recettes affectées connaissent une baisse de 7 millions. La principale source de financement provient du financement par le biais des gestions globales «salariés» et «indépendants». Le montant 1 calculé sur base de l évolution des cotisations et financé par les deux gestions globales reste identique, tandis que le montant 2 provenant du financement alternatif complémentaire par l Etat est révisé en hausse de 4 millions. Quant aux dépenses, les prestations restent au même niveau que lors du budget initial, soit à 25.627 millions. Elles tiennent compte des mesures d économies décidées par le gouvernement et d une sousutilisation de l objectif budgétaire de 320 millions. Par rapport au budget initial 2012, les transferts vers le Fonds d avenir sont fixés à 5 millions correspondant aux versements d hôpitaux en application de la réglementation des montants de référence (même montant qu en 2011). En outre, aucun montant n est consenti en faveur des deux gestions globales de la sécurité sociale (contre un montant de1.093 millions en 2011). Le solde positif de 446 millions pour 2011 repris dans le tableau 17 est le résultat des décomptes pour des années antérieures et n est pas directement lié à l évolution des dépenses pour les soins de santé en 2012. 49

Tabel 17: RIZIV Geneeskundige verzorging 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Cotisations 920 963 963 4,7 0 Financement alternatif 2.631 2.763 2.719 3,3 44 Recettes affectées 1.029 1.079 1.071 4,2 7 Transferts externes 1 1 1 4,7 0 Produits des placements 4 4 4 2,1 0 Divers 404 400 407 0,7 7 Recettes propres 4.989 5.210 5.166 3,6 44 ONSS Gestion globale 22.534 21.586 21.590 4,2 4 montant 1 19.224 20.209 20.209 5,1 0 montant 2 2.912 1.378 1.381 52,6 4 montant 3 (décompte années anter.) 398 0 0 0 INASTI Gestion globale 2.268 2.129 2.130 6,1 0 montant 1 1.938 1.994 1.994 2,9 0 montant 2 294 136 136 53,6 0 montant 3 (décompte années anter.) 37 0 0 0 Carrières mixtes 123 127 127 2,8 0 Total des recettes 29.914 29.053 29.013 3,0 40 Prestations 24.776 25.627 25.627 3,4 0 Frais de gestion 1.005 1.003 1.004 0,1 1 Transferts externes 1.758 1.876 1.826 3,9 50 Transferts Fonds pour l'avenir 5 0 5 0,0 5 Cotisation objectif budgétaire SS 1.093 0 0 0 Divers 831 547 550 33,8 3 Total des dépenses 29.468 29.053 29.013 1,5 40 Solde 446 0 0 0 50

2.2.5 Solde consolidé et corrections SEC Le tableau suivant donne un aperçu des corrections SEC utilisées dans les régimes de la sécurité sociale pour passer du solde budgétaire au solde de financement. En dehors de l introduction du solde des institutions qui n appartiennent pas aux deux gestions globales ni au secteur des soins de santé mais font partie du périmètre de consolidation en termes, des corrections plus spécifiques sont prises en compte, ayant trait principalement aux cotisations restant à encaisser (cf. réserves nonaffectées), les intérêts courus mais non perçus (cf. intérêts gestion globale) ou encore à l élimination des plus ou moinsvalues sur le portefeuille de la gestion globale des travailleurs salariés. Comme indiqué dans l introduction, l on n a pas tenu compte de l effet retour des réformes structurelles dans le cadre de ce rapport. En sus du montant de 60 millions déjà prévu dans les cotisations de la Gestion globale ONSS qui influence négativement le solde budgétaire, un montant de 30 millions a été comptabilisé dans le solde SEC. La sousutilisation dans les frais de gestion des IPPS est estimée à 102 millions comme dans l Exposé général. La sousutilisation de 320 millions en soins de santé est, quant à elle, intégrée dans le budget de l INAMI. Le solde SEC 2012 de l ensemble de la sécurité sociale s élève à 355 millions. Il se détériore de 53 millions par rapport au solde SEC estimé pour l année 2011. 51

Tabel 18: ESRsaldo van de sociale zekerheid 2011 2012 2012 Estim. Raming Initial Initieel Estim. Raming En % In % Différence Verschil Différence Verschil (3) vs. (1) (3) vs. (2) (1) (2) (3) Solde budgétaire 690 462 395 42,7 857 Flux des réserves non affectées 328 53 12 96,2 41 Différences des domaines d'application 35 18 79 124,2 38 Correction de consolidation gouvernement fédéral 263 0 0 0 Intérêts gestion globale 4 4 6 69,4 3 Plus ou moins values réalisées 22 2 2 109,2 0 Sousutilisation 0 102 102 0 Autres 193 637 0 637 Correction totale 388 462 40 89,8 561 Solde de financement séc soc 302 0 355 17,6 355 52

3 Entiteit II De federale regering heeft in haar Stabiliteitsprogramma van 2011 als objectief gesteld om het begrotingstekort voor 2012 te beperken tot 2,8 % van het bbp. Om dit te bereiken zal Entiteit I federale regering en sociale zekerheid zijn tekort beperken tot 2,4 % van het bbp. Entiteit II gemeenschapen, gewesten en lokale overheden zal een inspanning leveren om het tekort van de gezamenlijke begroting niet onder de 0,4 % te laten zakken. Tabel 19: Samenvatting vorderingensaldo Entiteit II voor 2012 Vorderingensaldo Vorderingensaldo in 2012 % van bbp Entiteit II 1.509,8 0,40 Gemeenschappen & Gewesten 753,8 0,20 Lokale overheden 756,0 0,20 De doelstellingen op het subnationaal niveau worden evenredig verdeeld tussen de lokale overheden en de Gemeenschappen & Gewesten, voor elk werd een tekort voorzien van ongeveer 0,2 % van het bbp. Gemeenschappen en Gewesten Dit tekort van 0,2 % van het bbp van de gemeenschappen en gewesten, zoals vastgelegd in de meerjarenbegroting van begin 2010, omvat de vorderingensaldi per deelstaat zoals weergegeven in kolom 1 van onderstaande tabel. In kolom 2 worden de vorderingensaldi weergegeven zoals neergelegd in de initiële begrotingen voor 2012 van de gemeenschappen en gewesten. 53

Tabel 20: Vorderingensaldi Gemeenschappen en Gewesten 2012 Vorderingensaldi 2012 2012 in miljoen Stabiliteitsprogramma 2011 initiële begroting 2012 verschil Gemeenschappen en Gewesten 758,5 753,8 4,6 Vlaamse Gemeenschap 0,0 2,5 2,5 Franse Gemeenschap 438,1 257,9 180,2 Waals Gewest 134,4 201,4 67,1 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 172,3 254,1 81,8 Duitstalige Gemeenschap 2,2 31,7 29,5 Cocof 11,5 11,3 0,2 Het gezamenlijke vorderingensaldo voor de Gemeenschappen en Gewesten is op beide momenten quasi gelijk, echter onderling zijn er een aantal belangrijke verschuivingen vast te stellen. Zo hebben het Waals Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest hun begrotingsdoelstellingen aangepast met een extra tekort van respectievelijk 67,1 en 81,8 miljoen. Ook de Duitstalige Gemeenschap stelt een groter begrotingstekort voorop, namelijk 29,5 miljoen. Deze toename van tekorten wordt echter opnieuw in balans gebracht door de Franse Gemeenschap die een positieve bijstelling gemaakt heeft van haar begroting van 180 miljoen. Herberekening transfer van middelen naar de deelstaten De economisch context waar de deelstaten vanuit gingen bij de opmaak van hun begroting voor 2012 was beduidend positiever dan de ramingen gepubliceerd door het Federaal Planbureau (FPB) in februari 2012. Het FPB stelde de groei van het bbp significant naar beneden bij en de inflatie zal hoger uitvallen dan dat de Gemeenschappen en Gewesten hadden verwacht. 54

Tabel 21: Groei en inflatie in de begrotingen van de Gemeenschapen en Gewesten % groei bbp % inflatie Vlaamse Gemeenschap 1,6 2,0 Franse Gemeenschap 1,2 1,8 Waals Gewest 1,2 1,8 Brussels Hoofdstedelijk Gewest 1,6 2,0 Begrotingscontrole 0,1 2,7 De negatieve bijsturing van de macroeconomische parameters heeft directe negatieve gevolgen voor de ontvangsten en uitgaven van de verschillende overheden. Dit houdt dus in dat de transfers van de federale overheid naar de deelstaten herzien moeten worden. Indien de initiële federale begroting 2012 wordt vergeleken met de federale begrotingscontrole 2012 zouden de deelstaten 500 miljoen minder aan personenbelastingen en btw afdrachten ontvangen. Echter aangezien sommige deelstaten reeds geanticipeerd hebben op een verslechterd economische klimaat, zal de uiteindelijk vermindering in transfers lager uitvallen. De onderstaande tabel geeft het verschil van de afdrachten van de personenbelastingen en btw van de federale overheid naar de gemeenschappen weer. Rij 1 bevat de ontvangsten zoals de deelstaten ze hebben vastgelegd in hun initiële begroting voor 2012, rij 2 omvat de afdrachten van de federale regering op basis van de nieuwe macroeconomische parameters. Tabel 22: Gedeelde en samengevoegde belastingen van de deelstaten Vlaamse Gemeenschap Waals Gewest Franse Gemeenschap Brussels Hoofdstedelijk Gewest Duitstalige Gemeenschap gedeelde en samengevoegde belastingen + compensatie kijk en luistergeld (a) 19.729,1 3.770,2 8.911,0 1.024,5 5,8 33.440,6 afdrachten begrotingscontrole 02/2012 (b) 19.420,9 3.717,5 8.810,4 1.017,3 6,2 32.972,3 Verschil 308,3 52,7 100,6 7,1 0,4 468,3 (a) Duitstalige gemeenschap exclusief 6,1 miljoen compensatie kijk en luistergeld (b) Brussels Hoofdstedelijk Gewest exclusief 35 miljoen voor Brusselse gemeenten Totaal Vergeleken met de ramingen van de deelstaten zelf, vallen de overdrachten aan PB en BTW een 468,3 miljoen lager uit, of een vermindering met 1,4%. Wat betreft de gewestelijke belastingen, in de initiële begroting 2012 was de overdracht naar de gewesten geraamd op 7.189,1 miljoen. De begrotingscontrole heeft dit bedrag met 42,8 miljoen gecorrigeerd tot 7.146,3 miljoen. 55

Naast de lagere overdrachten van PB en BTW, de minder hoge opbrengsten van de federaal geïnde gewestbelastingen zullen de gemeenschappen en gewesten ook moeten rekening houden met onder meer de impact van de hogere inflatie op hun uitgaven. Lokale overheden Met betrekking tot de lokale overheden werd in het Stabiliteitsprogramma van 2011 een tekort van 0,2 % voor 2012 vooropgesteld. Dit percentage werd hernomen in de initiële begroting van 2012. Voor 2011 heeft de Nationale Bank van België het tekort geraamd op 1.117 miljoen, omwille van de electorale cyclus de lokale verkiezingen in 2012 zou dit tekort in 2012 nog verder kunnen oplopen. Voor een correcte inschatting van het tekort van de lokale overheid moet gewacht worden op de herziening van de rekeningen die INR voor eind maart heeft aangekondigd. 56

4 Bijlagen Bijlage 1 Méthode désagrégée 20122015 Recettes Recettes Prévision Réalisées Réalisées BE 2010 2011 2012 1. Impôt des personnes physiques Variables explicatives Revenu global 195.631,0 204.706,0 211.655,0 Croissance du revenu global 2,39% 4,64% 3,39% Croissance des recettes, hors mesures et glissements 5,96% Mesures et glissements Incidences complémentaires des mesures 525,0 Glissements et facteurs divers t1 604,7 Glissements et facteurs divers t 300,0 Recettes d'ipp 34.605,4 35.997,4 37.959,1 1,56% 4,02% 5,45% 2. Impôt des sociétés Variables explicatives Revenu primaire des sociétés 20.919,0 21.940,0 19.898,0 Tx de croissance 150,47% 4,88% 9,31% Profitabilité 0,124 0,123 0,110 Tx de croissance 139,9% 0,4% 10,3% Recettes législation début de période 8668,2 8596,9 % croissance recettes à législation constante 0,8% Incidences complémentaires des mesures 1128,2 Glissements et facteurs divers t1 100,0 Glissements et facteurs divers t 167,4 Recettes d'i.soc estimées 9.324,3 9.958,0 11.271,0 18,01% 6,80% 13,18% 3. TVA Variables explicatives Base macroéconomique 228.061,0 236.784,0 242.892,0 Exportations année "t" et 1er trimestre t"+1" 362.080,0 392.940,0 404.740,0 Exportations du 4ème trim. T1 au 3ème trimestre 273.820,0 309.200,0 318.450,0 Idem, taux de croissance Base macroéconomique 4,10% 3,82% 2,58% Exportations année "t" et 1er trimestre t"+1" 16,03% 8,52% 3,00% Exportations du 4ème trim. T1 au 3ème trimestre 10,05% 12,92% 2,99% Croissance des recettes, hors mesures et glissements 7,81% 3,13% 2,88% Mesures et glissements Incidences complémentaires des mesures 333,5 Glissements et facteurs divers t1 Glissements et facteurs divers t Recettes de TVA 25.041,8 26.181,9 27.270,2 6,57% 4,55% 4,16% 4. Accises Variables explicatives Consommation privée à prix constants Prix du diesel 1,202 1,441 1,483 Idem, taux de croissance 17,5% 19,8% 3,0% Consommation privée à prix constants 2,5% 0,8% 0,1% Croissance des recettes, hors mesures et glissements 0,63% Mesures et glissements Incidences complémentaires des mesures 177,6 Glissements et facteurs divers t1 Glissements et facteurs divers t Recettes d'accises 7.605,9 7.192,2 7.324,3 12,73% 5,44% 1,84% 5. Droits d'enregistrement Variables explicatives PIB 354 370 378 Valeur actualisée nette des incitants fiscaux 0,17 0,17 0,17 Taux hypothécaires (t1) 4,43 3,82 3,69 Taux d'emploi (t1) 63,60 63,70 64,20 Log des recettes réalisées/prévues 22,07 22,14 Croissance des recettes, hors mesures et glissements 7,28% Recettes des droits d'enregistrements 3.453,2 3.772,5 4.047,0 9,24% 7,28% TOTAL Méthode Désagrégée 80.030,6 83.102,0 87.871,6 3,84% 5,74% 57

2012 IPP I.Soc TVA "pure" Accises Divers Total VA Pr.p Rôles VA Rôles Pr M Mesures antérieures 77,7 952,2 322,2 952,3 0,0 0,0 0,0 23,9 0,0 2.280,4 Indexation antérieurs 76,6 76,6 Indexation de l'année 77,7 966,9 1.044,6 Déduction pour habitation unique 78,2 78,2 Augmentation déd. Chèque service 16,6 16,6 Augmentation ciblée du minimum imposable 6,0 6,0 AIP: crédit d'impôt supplémentaire pour les bas salaires 10,0 10,0 AIP: exonération d'impôt sur préavis 17,1 17,1 AIP: augmentation du Pr. P. sur les allocations de chômage temporaire 14,7 22,1 7,4 Intérêts notionnels 952,3 952,3 Remboursements diesel professionnel 3,5 3,5 Cliquet sur le diesel 27,4 27,4 Croissance des dépenses fiscales 107,6 107,6 Mesures: conclave budgétaire novembre 2011 0,0 166,5 660,5 1.840,0 150,0 90,5 333,5 153,7 1.008,1 4.402,8 Taxation des stockoptions: augmentation du taux de 15% à 18% 11,5 11,5 Mise à disposition gratuite par les sociétés d'un logement privé 55,0 55,0 Accord frontaliers 25,0 25,0 Réestimation de l'impact de la levée du secret bancaire 300,0 300,0 Avantages de toute nature réduction CO2 voitures 100,0 100,0 200,0 Lutte contre la fraude et application correcte de la législation 250,0 100,0 150,0 100,0 10,0 610,0 Notifications notaires: application aux déclarations de succession 85,5 54,5 140,0 Taxation des plusvalues à l'impôt des sociétés 150,0 150,0 Intérêts notionnels: fixation à 3% du taux de référence pour capital à risque pour les années 2012/2013/2014 et fin de la reportabilité des intérêts notionnels non déduits au cours d'un exercice à partir de 2012 1.480,5 1.480,5 Intérêts notionnels: étalement de la déduction pour le stock du passé 100,0 100,0 TV payante: application de la TVA à 21% 84,0 84,0 Accises tabac: augmentation du prix moyen pondéré et augmentation du montant des droits d'accise spécial 153,7 153,7 Notaires et huissiers: exclusion de l'exonération de la TVA 95,0 95,0 Réforme de la fiscalité des revenus mobiliers 90,54 826,5 917,0 Réforme de la fiscalité des revenus mobiliers 90,5 90,5 Taxe sur les opérations de bourses: augmentation de 30% des taux 38,6 38,6 Assurances: hamonisation pension interne pour dirigeants 55,0 55,0 Conversion des titres au porteur: taxation à 1% en 2012 et 2% en 2013 30,0 30,0 Amendes pénales: augmentation des additionnels de 45 à 50 48,0 48,0 Total général 77,7 785,7 338,3 887,7 150,0 90,5 333,5 177,6 1.008,1 2.122,4 Total général par impôt 525,0 1.128,2 333,5 177,6 1.008,1 2.122,4 Glissements et facteurs techniques: prévision 2012 IPP IPP IPP I.Soc I.Soc I. Soc VA Pr.p Rôles VA Rôles Pr M TVA Accises Divers Glissements et facteurs techniques devant corriger les recettes 2011 Décision de justice "Cobelfret" 100,0 Accélération de l'enrôlement IPP en 2011 604,7 Glissements et facteurs techniques devant corriger les recettes 2012 Décision de justice "Cobelfret" 100,0 Glissement des versements anticipés 2010 vers les rôles sociétés 2012 635,4 Glissement des versements anticipés 2012 vers les rôles sociétés 2013/14 368 Accélération supplémentaire de l'enrôlement IPP 300 58

Bijlage 2 Article Contrôle budgétaire 2012 : recettes non fiscales avec évolution > 2,5 miljoen 2010 2011 2012 Ajustement Ajustement Libellé réalisé réalisé initial proposé retenu Titre 1 Recettes courantes Chapitre 12 Justice 20/2/2012 2012 ajusté 16.11.01 Produits du Moniteur Belge 49.217 51.062 46.500 3.500 3.500 50.000 Chapitre 14 16.12.02 Droits de chancellerie, taxes consulaires et visa de passeports 20.647 24.718 20.000 2.000 3.324 23.324 Chapitre 14 28.20.01 Dividences 0 0 60 3.940 3.940 4.000 Chapitre 17 Police 16.11.11 Produit vente de matériel, etc 0 13.290 12.901 8.719 8.719 4.182 16.20.11 Produit vente de matériel, etc 0 0 0 4.994 4.994 4.994 16.20.35 Remboursements par les zones de police 30.660 28.273 32.652 3.981 3.981 28.671 Chapitre 18 Finances 16.11.04 Institutions bancaires : garantie de l'etat 689.845 630.032 791.940 51.207 51.207 843.147 16.11.06 Institutions bancaires : fonds spécial de protection dépôts 252.003 781.182 979.000 9.332 9.332 969.668 16.13.01 Frais de perception CEE 483.504 514.500 514.840 25.000 25.000 539.840 26.20.03 Intérêts portefeuille Caisse des Dépôts et Consignations 87.367 91.540 89.000 3.000 3.000 92.000 27.20.03 Dividende SOPIMA 7.479 0 7.479 7.479 7.479 14.958 28.20.01 Dividendes participations institutions financières 212.871 354.920 230.000 0 19.297 249.297 36.50.01 Rente monopole Loterie Nationale 80.750 80.750 120.750 14.350 14.350 106.400 46.30.01 Versement Fonds monétaire 37.374 40.300 33.000 8.000 8.000 41.000 46.40.01 Versement parastatal Service des Pensions 101.900 2.304 0 15.823 15.823 15.823 Chapitre 18 Finances 11.00.01 Remboursements traitements, indemnités, 24.799 24.950 30.537 4.002 4.002 26.535 37.70.01 Redevance sites non utilisés 0 6.250 0 6.250 6.250 6.250 37.70.02 Contribution secteur énergétique 0 250.000 550.000 250.000 250.000 800.000 38.50.01 Déficit des comptables 14.053 25.058 21.129 3.929 3.929 25.058 Chapitre 18 Finances 12.11.01 Frais justice et poursuites récupérés 42.600 32.779 41.399 7.910 7.910 33.489 16.20.01 Remboursement frais d'administration taxes communes 31.774 22.833 26.970 6.421 6.421 33.391 26.10.01 Intérêts de retards 107.429 28.873 14.831 21.333 21.333 6.502 Chapitre 18 Finances 26.10.01 Intérêts sur prêts crise financière 8.834 362.749 385.314 10.784 10.784 374.530 Chapitre 24 Affaires sociales 42.80.02 Remboursements par IPSS subsides trop perçus 2.273 3.146 1 0 27.882 27.883 Chapitre 33 Mobilité 16.11.09 Contribution frais de fonctionnement BSA 0 0 1.882 4.111 4.111 5.993 Chapitre 33 Mobilité 36.90.04 Concession plaques immatriculation 0 1.211 18.954 5.734 5.734 13.220 36.90.05 Permis de conduire 0 124 10.896 4.162 4.162 6.734 Titre 2 Recettes de capital Chapitre 16 Défense 76.31.01 Vente de bâtiments : secteur administrations publiques 0 0 13.273 8.263 8.263 5.010 76.32.01 Vente de bâtiments : secteur autre que administrations publiques 0 0 6.033 3.753 3.756 2.277 Chapitre 18 Finances 2 Contributions directes 58.20.01 Confiscations et biens sous séquestre 22.751 57.474 17.560 13.440 13.440 31.000 Chapitre 18 Finances 7 Dette publique 86.20.01 Remboursement de prêts crise financière 0 26.380 24.000 2.309.000 2.309.000 2.333.000 86.70.01 Gains de change 0 146.371 0 100.000 100.000 100.000 86.70.02 Gains en capital autres que gains de change 0 126.989 35.019 34.996 34.996 23 + Frais de gestion des prêts crise financière 3.794 5.918 0 349.950 349.950 349.950 Chapitre 25 Santé publique 86.10.01 Remboursements avances récupérables 51 1.411 0 17.117 17.117 17.117 Chapitre 32 Economie 66.42.01 Versement IBPT 3.000 3.000 0 3.000 3.000 3.000 59

Bijlage 3 60