Wandeling n 20 : De toeristische weg : Durbuy Bewegwijzering : Deze wandeling neemt je mee van Barvaux naar Durbuy langs de kronkelingen van de Ourthe. Deze meanders hebben zich een weg gebaand tussen de imposante massieve kalkformaties en zo een diep ingesneden vallei gevormd. Bij het naderen van Durbuy moet je de bergkam op en kan je genieten van adembenemende panorama s. Daarna daal je weer af naar Barvaux. Vertrek : Barvaux (VVV-kantoor) Hoogte : 135 m Afstand : 10,5 km Duur : 3u30 Moeilijkheidsgraad : gemakkelijk Aard van de wandeling : bos - landelijk
Langs de oever van de rivier verlaat je Barvaux. Deze plaats heeft zijn evolutie te danken aan het feit dat de Ourthe tot de 19de eeuw bevaarbaar was. De binnenschippers van de Ourthe, ook wel Oûtleux genoemd, verzekerden een intens vrachtverkeer van en naar Luik (ijzererts, houtskool, wol, hout, gelooid leer). In 1866, bij het aanleggen van de spoorwegen kwam er een einde aan de binnenscheepvaart en heeft Barvaux zijn economische karakter verloren. Op deze oude jaagpaden, waar de paarden de bètchètes (lange smalle boten met platte bodem die eindigen in een hoge punt, geschikt voor ondiepe waters) voorttrokken, ben je nu aan het wandelen. Tegenover het park Juliénas, aan de andere zijde van de Ourthe, had Mathieu de Geer zijn opslagplaatsen. Deze Luikse metaalproducent kwam zich in 1619 in Durbuy vestigen en is de grootste metaalgieter van de regio geworden. Nog steeds op de andere oever, na de eerste meander, zie je de Duivelstoren bovenaan de helling van de Ourthevallei. Deze toren werd in 1840 gebouwd door de Markies van Rocheblin op het uiteinde van zijn eigendom. De toren deed waarschijnlijk dienst als uitkijktoren tijdens de binnenscheepvaart. Men kon zo de boten zien aankomen die van Luik kwamen. De Duivelstoren heeft door zijn naam al heel wat legenden doen ontstaan en heeft evenveel verschillende verklaringen voor haar naam. Kennen jullie de elzenboom, de boom die altijd met de voeten in het water staat en bloeit van februari tot maart? De vrouwelijke vruchtjes lijken op dennenappeltjes zo groot als een hazelnoot. Herken je hem nu? Talrijk aanwezig langs deze weg, zorgen ze voor de instandhouding van de oevers van de Ourthe, zodat deze niet dieper worden geërodeerd door het water. (Foto 1) Deze wandeling loopt grotendeels langs leisteen, (gemakkelijk te herkennen door de fijne laagjes die gemakkelijk van elkaar afbreken), maar hier en daar steken kalkrotsen de kop op.(om deze te herkennen kan je een kleine test doen: met een stuk glas of metaal kan je strepen krassen ; enkele druppeltjes azijn zorgen voor een bruiseffect). Deze kalkkliffen, zoals die van Glawans, zijn grote getuigen van een vroeger leven op de zeebodem. Ze bevatten talrijke fossielen. Als je deze weg bewandeldt tussen april en juni, kun je vollop genieten van de overheersende geur van de l ail des ours ofwel daslook. (Foto 2) Ondoordringbaar zoals ze zijn, verplichten de leisteenformaties de waterloop een andere weg te kiezen. Stromend water heeft een fysische en chemische invloed op de weg die ze volgt Is deze weg een zachter gesteente zoals kalk, dan zal het water haar eigen weg creëren door de rots heen door haar deels op te lossen. Na de brug, vervolg je de weg op de rechteroever, bij het verlaten van het bos kom je op een smal stuk ontwikkeld laagland. Wat verder rechts, gelegen op een kalkmassief, kan je de kapel Saint-Gode zien, gelegen in het pittoreske Warre (Foto 3) Gelegen aan de rand van het plateau van Tohogne, dankt Warre zijn ontstaan aan een pachthoeve (landbouwsysteem waarbij een leenheer grond leent en hiervoor een deel in geld en een deel in natura ontvangt). Door het bos heen draait de weg rond een kalkformatie in de vorm van een hoefijze, waarop geklommen wordt. Stroomopwaarts van de meander, net voor Durbuy, bemerk je een grote gapende opening in de rotswand van kalk: dit is de oude uitgang van de toeristische grot van Warre. Hier werd door de Ourthe een echte binnenweg van 200m, dwars door de heuvel, uitgeschuurd. Nadat je de oever van de Ourthe hebt verlaten, klim je naar de bergkam en volg je even een stukje van de wandeling boucle de Durbuy. Net voor het hoogste punt, moet je je even omdraaien naar het noorden om te kunnen genieten van de eerste tige van de Condroz (hoogste heuveltoppen van het geplooide
Condroz-reliëf). Deze heuveltoppen liggen gemiddeld tussen de 5 à 10 km van elkaar en zijn soms hoger dan 300m. Alvorens terug naar Barvaux af te dalen kan je nog even genieten van het panorama van het dorp en de horizon in het Zuid-Oosten (Wéris, Heyd, Villers, Hotemme, ). (Foto 4)