Opleiding Financiële beroepen



Vergelijkbare documenten
Opleiding Administratief medewerker

Opleiding Financiële beroepen

Opleiding Administratief medewerker

Informatie opleidingsstandaard voor de EVC procedure. Financiële beroepen

Examenplan , 2018, Financieel administratief medewerker (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Het gaat om de volgende formulieren: Beroepshouding Tussenbeoordeling. Beroepshouding Eindbeoordeling. Eindresultaat BPV. Werkprocesformulieren

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Bedrijfsadministrateur (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding bedrijfsadministrateur cohort 16. bedrijfsadministrateur

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding Bedrijfsadministrateur Bedrijfsadministrateur

Opleiding Verkoper. Onderwijs- en examenregeling

Financiële beroepen. Alles wat je altijd al wilde weten over de opleiding

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Junior assistent-accountant (P3) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan Financieel administratief medewerker (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

EXAMENPLAN 2018 Crebocode: Leerweg: BOL

Opleiding Juridisch administratieve beroepen niveau 4

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Bedrijfsadministrateur (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

Examenplan examenplan en diplomavereisten Junior assistent-accountant (P3) (HKS, vanaf augustus 2016)

Opleiding Secretariële beroepen niveau 3 en 4

Zelfstandig werkend kok 95420

Financiële beroepen. Alles wat je altijd al wilde weten over de opleiding

Opleiding Commercieel medewerker binnendienst

Leidinggevende keuken jarig traject

Opleiding Commercieel medewerker binnendienst

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding: De examencommissie stelt je hierbij op de hoogte van de volgende Wijziging op bovengenoemde OER

Opleidingsinformatie ROC TOP cohort 2018

Examineren & Diplomeren doe je zo

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding 2017 en De examencommissie stelt je hierbij op de hoogte van de volgende Wijziging op bovengenoemde OER

Onderwijs- en Examenregeling

EXAMENPLAN 2018 Crebocode: 25138

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Brood en Banket. Zelfstandig werkend banketbakker

Commercieel medewerker buitendienst Niveau 3 BBL

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Opleiding eerste verkoper

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding cohort De examencommissie stelt je hierbij op de hoogte van de volgende wijziging op bovengenoemde OER

EXAMENPLAN Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

EXAMENPLAN Naam kwalificatiedossier. Crebonr. Kwalificatiedossier. Crebonr. kwalificatie Bedrijfsleider paardensport en -houderij 25468

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Leidinggevende keuken jarig traject

Onderwijs- en examenregeling

Opleidingsgids (Onderwijs- en examenregeling)

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Patissier Cohort: Start in 2018 Leerweg: BBL Niveau: 4

EXAMENPLAN ZC_EXPLAN2016_25203_Pod.Event.Techn_N3_BOL 1. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatie. Studiejaar diplomering

EXAMENPLAN Crebonr. Kwalificatiedossier. Vaststellingsdatum examenplan. Crebonr. kwalificatie. Studiejaar diplomering

EXAMENPLAN Leerweg Cohort Start-datum Naam kwalificatie

EXAMENPLAN Naam kwalificatie. Startdatum Vakexpert veehouderij

Opleiding Junior accountmanager

EXAMENPLAN Leerweg Cohort Startdatum Naam kwalificatiedossier. Commercieel medewerker BOL 2018 aug Commercie

Opleidingsgids (Onderwijs- en examenregeling)

Examenplan 1.Overzicht

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding Kapper Niveau 3

Opleiding Commercieel medewerker bank- en verzekeringswezen

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING

EXAMENPLAN Naam kwalificatiedossier. Crebonr. Kwalificatiedossier. Crebonr. kwalificatie. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

EXAMENPLAN Vaststellingsdatum examenplan. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Beveiliger BBL niv. 2

EXAMENPLAN Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

EXAMENPLAN Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

EXAMENPLAN Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan Doktersassistente Overzicht

Opleidingen Financieel Administratief Medewerker niveau 3, Bedrijfsadministrateur en Junior assistent-accountant niveau 4

EXAMENPLAN kwalificatie Bedrijfsleider dierverzorging

Opleiding Medewerker marketing en communicatie

Secretarieel medewerker

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Leidinggevende bakkerij Cohort: Start in 2018 Leerweg: BBL Niveau: 4

Opleidingsgids (Onderwijs- en examenregeling)

Bedrijfsadministratief medewerker

Onderwijs- en examenregeling (nieuwe KD)

EXAMENPLAN Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Leidinggevende bakkerij Cohort: Start in 2018 Leerweg: BOL Niveau: 4

Leidinggevende bediening 94161

EXAMENPLAN 2015 Crebocode: Leerweg: BBL / BOL

Wijzigingsblad OER. Cohort _K16_OER_23157_Haarverzorging

Examenplan examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

EXAMENPLAN Naam kwalificatie. Milieuonderzoeker

EXAMENPLAN Datum vaststelling examenplan. Crebonr. Kwalificatiedossier. Naam kwalificatiedossier. Crebonr. kwalificatie. Studiejaar diplomering

Leidinggevende bediening 94161

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Vakbekwaam hovenier Cohort: Start in 2017 Leerweg: BBL Niveau: 3

ONDERWIJS- en EXAMENREGELING. ROC MONDRIAAN BRIN nummer: 27GZ

Examenplan , 2018, examenplan en diplomavereisten Facilitair leidinggevende. (HKS, vanaf augustus 2016)

EXAMENPLAN Naam kwalificatiedossier. Crebonr. Kwalificatiedossier. Crebonr. kwalificatie. Studiejaar diplomering. Vaststellingsdatum examenplan

Bedrijfsadministratief medewerker

Manager/ondernemer horeca 90303

EXAMENPLAN Vaststellingsdatum examenplan. Naam kwalificatiedossier. Studiejaar diplomering. Crebonr. kwalificatie. Crebonr. Kwalificatiedossier

Examenplan , 2016 en 2017, examenplan en diplomavereisten Medewerker secretariaat en receptie (P1) (HKS, vanaf augustus 2016)

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Zelfstandig werkend bakker Cohort: Start in 2018 Leerweg: BOL Niveau: 3

Opleiding Filiaal manager detailhandel

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Vakexpert Bloem, Groen & styling Cohort: Start in 2018 Leerweg: BOL Niveau: 4

NIVEAU 4 TUIN, PARK & LANDSCHAP. Startjaar: Kwalificatiedossier: Natuur en groene ruimte 4 Versie:

Studievoortgangsregeling. Opleiding: Medewerker Bloem, groen & styling Cohort: c19 Leerweg: BOL Niveau: 2

Opleiding ondernemer detailhandel

Specifiek deel Onderwijs- en examenregeling. College voor Toerisme. Informatiemedewerker Niveau 3

WIJZIGINGSBLAD OER. OER opleiding commercieel medewerker 2017 en 2018

Examenplan , 2016, examenplan en diplomavereisten Medewerker human resource management (HRM), (P2) (HKS, vanaf augustus 2016)

EXAMENPLAN Vakbekwaam medewerker bloem,

Examenplan Doktersassistente Overzicht

Transcriptie:

Onderwijs- en examenregeling Opleiding Financiële beroepen Uitstroom Financieel administratief medewerker / crebo 93200 Niveau 3 BOL Cohort 2015-2018 Nominale studieduur 3 jaar / 4800 SBU versie 1, april 2015 1

I1. Welkom bij het Florijn College Met deze OnderwijsExamenRegeling(OER) willen wij je wegwijs maken in de opleiding die je gaat volgen. De OER is een belangrijk onderdeel van de onderwijsovereenkomst die je met het ROC West- Brabant en dus met het Florijn college hebt gesloten. Het is belangrijk deze OER goed te lezen en er regelmatig dingen in op te zoeken, want het is ook een soort naslagwerk dat je ondersteunt tijdens de studie. Als Florijn College hebben wij ons ten doel gesteld studenten op te leiden tot succesvolle wereldburgers. Onze studenten zijn afkomstig uit allerlei culturen. Daar zijn we trots op. Ons onderwijs en onze begeleiding zijn er dan ook op gericht om het beste uit jezelf te halen. Dat kan alleen als we steeds in beweging blijven en bij de tijd. Dat doen we samen: jij als student en al onze medewerkers. Wij nodigen jou dan ook van harte uit hieraan bij te dragen door jouw ambities waar te maken. Ben jij succesvol, dan is het Florijn College dat ook. Wij wensen je een leerzame en fijne tijd toe. Lisan van Beurden, directeur 2

I2. Inhoud Algemene informatie I1. Welkom bij het Florijn College... 2 I2. Inhoud... 3 I3. Belangrijk om te weten... 5 Informatie over werk en beroep W1. Het beroep (algemeen)... 7 W2. Het beroep (uitstroomprofielen)... 9 Informatie over het onderwijsprogramma O1. Opleiding op hoofdlijnen... 10 O2. Onderdelen van de opleiding... 12 O3. Maatwerk... 15 O4. Voortgang... 17 O5. Planning van de onderwijstijd... 21 O6. Kerntaken... 25 Informatie over het examenprogramma E1. Verschillende examens... 36 E2. Examenplan... 39 E3. Inzien examens, herkansing en vrijstelling aanvragen... 47 E4. Klachten, bezwaar en beroep bij examens... 48 3

Informatie over begeleiding B1. Begeleiding bij het leren... 49 B2. Zorgbegeleiding... 51 B3. Leerplicht, kwalificatieplicht en aanwezigheid... 52 B4. Veiligheid, gedrag en vertrouwenspersoon... 53 B5. Inspraak en klachten over het onderwijs en de organisatie... 55 4

I3. Belangrijk om te weten Op de website van het Florijn College staat belangrijke informatie over procedures, afspraken, rechten en plichten, etc. Deze informatie kan je terugvinden op de website onder de tab Studenteninformatie. (http://www.florijn.nl/studieinformatie/studenteninfo). Opleidingskosten en schoolkosten Algemene schoolkosten en specifieke opleidingskosten Afspraken op Florijn College Algemene informatie over en afspraken op Florijn College (studenteninfogids) Studentenstatuut Onderwijs Doorstroomformulier Onderwijsovereenkomst (OOK) Praktijkovereenkomst (POK) Leerplichtwetgeving of Leerplichtinformatie of Leerplicht - Regionaal bureau West-Brabant Vakantierooster Verzuim en consequenties daarvan Studentenbegeleiding Zorgbegeleiding Als het (even) tegen zit Pestprotocol 5

Flyer voordelen bij bedrijven met Florijnpas - Florijn College MBO Klachtenregeling (procedure Bezwaar en beroep algemeen) Examinering Onderwijs- en Examenreglement (OER) Algemeen centraal Examenreglement Beroepsonderwijs Vrijstellingsregeling Herkansingsregeling Hulpmiddelen examen Procedure Bezwaar en beroep Examinering Inzien en bespreken examen en beoordeling ARBO en veiligheid Schoolveiligheidsplan Calamiteitenflyer Wat te doen bij een calamiteit? Studentenraad Namen en contactgegevens Verslagen Klassenvertegenwoordigers Verslagen Data en locatie overleggen 6

W1. Het beroep (algemeen) Werkomgeving De financieel administratief medewerker is werkzaam op de administratie van een bedrijf of instelling. De werkzaamheden zijn primair intern gericht. Hoewel deze medewerkers met enige regelmaat externe contacten hebben, is er doorgaans sprake van een back office functie. De financieel administratief medewerker heeft taken gericht op het controleren en bewerken van dagboeken, subadministraties en de daarmee verbonden taken. Bij MKB-bedrijven verricht deze medewerker ook werkzaamheden voor de invordering van facturen. Beroepshouding De financieel administratief medewerker verricht zijn werkzaamheden standvastig, past de regels en voorschriften toe en moet daarvoor voldoende zeker zijn van zijn vakkennis. De financieel administratief medewerker voert zijn taken uit met een kritische houding. Hij 1 vraagt zich altijd af of de informatie die hij ziet geautoriseerd, juist, volledig en tijdig is. Hij controleert zijn eigen werk en dat van anderen systematisch. Hij blijft dit geconcentreerd doen, ook als de werkomstandigheden minder gunstig zijn. Hij beschikt over cijfermatig inzicht en begrijpt waarom hij bepaalde handelingen verricht. Hij is vaardig met (boekhoudkundige) software, heeft interesse in het vakgebied en wil zich daarin blijven ontwikkelen. 1 Omwille van de leesbaarheid is steeds hij gebruikt in de tekst. Waar hij staat kan uiteraard ook zij worden gelezen. 7

De financieel administratief medewerker is in staat om altijd zorgvuldig om te gaan met gegevens. Hij werkt met vertrouwelijke bedrijfsinformatie en is soms op de hoogte van privé-gegevens. Van hem wordt verwacht dat hij op integere wijze omgaat met de aan hem toevertrouwde informatie. Hij is zich bewust van de gevolgen van niet toegepaste regelgeving voor het bedrijf. Van de financieel administratief medewerker wordt verwacht dat hij altijd integer is en situaties goed beoordeelt. Resultaat Financieel administratieve medewerkers bij bedrijven, instellingen, accountants- en administratiekantoren voeren financieel administratieve werkzaamheden uit, die er toe leiden dat het bedrijf, de instelling of de klant inzicht heeft in de financiële positie en de daarbij behorende rechten en plichten, nu en in de nabije toekomst. Hierdoor kan het management van een bedrijf of instelling beslissingen nemen in de bedrijfsvoering en voldoen aan de eisen voor verantwoording aan interne belanghebbenden zoals een holding, een raad van commissarissen of een raad van toezicht en externe belanghebbenden, zoals banken, externe toezichthouders (bijv. DNB, AFM), de belastingsdienst, aandeelhouders en andere stakeholders. 8

W2. Het beroep (uitstroomprofielen) Voor de opleiding Financiële beroepen bestaat 1 uitstroomprofiel op niveau 3: P1 Financieel administratief medewerker De financieel administratief medewerker is werkzaam op de administratie van een bedrijf of instelling. De werkzaamheden zijn vooral gericht op het bijwerken van de dagboeken, het bijwerken van de subadministraties en het voeren van kwantiteitenregistraties. Daarnaast is de financieel administratief medewerker betrokken bij het creditmanagement en verricht hij ook administratieve taken die niet per se financieel van aard zijn. De werkzaamheden worden uitgevoerd op niveau 3 en omvatten een belangrijk deel van de taken van de bedrijfsadministrateur. In het verlengde van de niveau 3-opleiding financieel administratief medewerker liggen de niveau 4- opleidingen Bedrijfsadministrateur en Assistent-accountant. 9

O1. Opleiding op hoofdlijnen Een studiejaar bestaat uit 4 periodes van 9 of 10 weken. Een lesweek op school bevat ongeveer 25 klokuren aan geroosterde onderwijsactiviteiten. In alle studiejaren bestaat je lesweek uit een aantal vergelijkbare onderdelen. We maken onderscheid tussen: a. Financieel administratieve beroepsvorming (FABV) Gedurende het volledige schooljaar is er een werkruimte waar je werkt aan beroepsopdrachten. De begeleidende docent ondersteunt je bij vragen, geeft uitleg en organiseert waar nodig groepsinstructies. Je werkt op je notebook met verschillende digitale leermiddelen, simulatieprogramma s en opdrachten. De digitale leeromgeving It s Learning voorziet je van alle informatie en materiaal om aan de slag te kunnen. Daarnaast krijg je buiten de werkruimte op vaste momenten in aparte lokalen uitleg en verdieping door middel van theorie op het gebied van Bedrijfsadministratie (BA) en Bedrijfseconomie (BE). Hierbij hanteren wij een model van afnemende sturing door de docent en toenemende verantwoordelijkheid van de student voor het leerproces/traject. b. Generieke vakken In dit onderdeel besteed je aandacht aan vaardigheden die je in het dagelijks leven en in je beroep nodig hebt. Denk daarbij aan computervaardigheden, Nederlands, Burgerschap en Engels. Je kan ook nog voor Duits kiezen als extra taal. De generieke onderdelen worden op vaste momenten in je rooster aangeboden in aparte lokalen. 10

De snelheid waarmee je het leertraject doorloopt, is niet voor iedereen gelijk. Wanneer het je lukt om sneller door de leerstof heen te gaan, dan kan je, na overstap naar de maatwerkgroep, ook eerder aan de stages beginnen. Heb je meer moeite met de stof of vertraag je door andere omstandigheden, dan ga je later op stage. Afhankelijk van je voortgang en je resultaten krijg je een studieadvies (SA) over je leertraject en het niveau waarop je kan uitstromen. Een schematische weergave van het studietraject vind je terug in de volgende tabel. P1 P2 P3 P4 P5 P6 P7 P8 P9 P10 P11 P12 Intro School School School School Stage Stage School School School School Stage Stage SA1 SA2 SA3 SA4 Periode 1 start met een introductieprogramma. In periode 5-6 loop je 5 dagen per week stage. Deze stage is algemeen. De stage in 11 en 12 voer je taken uit, die passen bij jouw uitstroomrichting. 11

O2. Onderdelen van de opleiding Je opleiding bestaat uit een aantal vaste onderdelen. Informatie over de inhoud en leerdoelen krijg je van je docent. Documenten waarin de leerdoelen beschreven zijn, vind je op www.kwalificatiesmbo.nl. a. Beroep De kerntaken en werkprocessen komen tijdens je opleiding aan bod in verschillende vakken. Je leert vakkennis en vaardigheden toe te passen in beroepssituaties. Er zijn kerntaken voor het gemeenschappelijk deel en kerntaken voor het uitstroomprofiel. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. projecten, individuele en groepsopdrachten, digitale oefeningen, praktijksimulatie, leren uit boeken, instructies van de docent. De leerdoelen zijn beschreven in het kwalificatiedossier Financiële beroepen. Meer informatie over de inhoud van de kerntaken vind je in deel C van het kwalificatiedossier. b. Nederlands Taaltraining op de vaardigheden lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren, schrijven, taalverzorging en begrippen. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. digitale oefeningen, leren uit boeken, instructies van de docent, rollenspel, luisteroefeningen. De leerdoelen zijn beschreven in het Referentiekader Taal en Rekenen. 12

c. Engels Taaltraining op de vaardigheden lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren en schrijven. Er worden verschillende werkvormen gebruikt: o.a. digitale oefeningen, leren uit boeken, instructies van de docent, rollenspel, luisteroefeningen. De leerdoelen zijn beschreven in het Europees ReferentieKader. d. Rekenen In de trainingen rekenvaardigheid wordt aandacht besteed aan 4 domeinen: getallen, verhoudingen, meten en meetkunde, verbanden. Middels digitale oefeningen, opdrachten en instructie werk je toe naar het Cito-examen. De leerdoelen zijn beschreven in het Referentiekader Taal en Rekenen. e. Loopbaan & Burgerschap Het onderdeel Loopbaan & Burgerschap is gericht op je persoonlijke ontwikkeling. Bij loopbaan staat het vinden van betekenisvol werk of vervolgonderwijs centraal. Daarbij krijg je inzicht in je eigen kwaliteiten, je mogelijkheden en de waarden en motieven die voor jou belangrijk zijn. Bij burgerschap krijg je inzicht in 4 dimensies: politiek juridische, economische en sociaalmaatschappelijke dimensie en vitaal burgerschap. Middels discussie, onderzoek, opdrachten en presentaties werk je aan je persoonlijke ontwikkeling. De leerdoelen zijn beschreven in het document Kwalificatie-eisen loopbaan en burgerschap (vanaf 2012) 13

f. BPV (stage) Stage wordt ook wel BPV (Beroeps Praktijk Vorming) genoemd. Tijdens de stage leer je werken in een bedrijf en kan je toepassen wat je op school hebt geleerd. De eerste stage is gericht op het basisdeel van je opleiding. In de tweede stage komen er steeds meer taken bij, die passen bij jouw uitstroomrichting. Bij iedere stage hoort een werkboek met uitleg en opdrachten. De keuze voor een stagebedrijf is afhankelijk van de uitstroom die je kiest, het type bedrijf dat bij je past en de beschikbaarheid van bedrijven. Het stagebedrijf moet goedgekeurd zijn voor de opleiding die je gekozen hebt. De lijst met alle goedgekeurde stagebedrijven vind je terug op www.stagemarkt.nl. De BPV-begeleider en de coördinator van de BPV helpen je bij het vinden van een goed stageadres. De BPV-begeleider komt enkele malen bij je stagebedrijf op bezoek voor voortgangsgesprekken en begeleiding. Binnen het stagebedrijf is er altijd een medewerker (praktijkopleider) die je dagelijks begeleidt in het bedrijf. Samen met het bedrijf en de school onderteken je een praktijkovereenkomst (POK) waarin afspraken staan over wat er van jou verwacht wordt en wat jij van het bedrijf mag verwachten. g. Keuzevakken Je kan Duits als aanvullend vak kiezen. Net als het vak Engels krijg je een taaltraining op de vaardigheden lezen, luisteren, spreken, gesprekken voeren en schrijven. Voor het beoordelen maken we gebruik van officiële examens. De leerdoelen zijn beschreven in het Europees ReferentieKader. h. Begeleiding De wijze waarop je wordt begeleid is beschreven in het hoofdstuk B1. Begeleiding bij het leren. 14

O3. Maatwerk Aansluiting op je vooropleiding Een diploma van de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg in de sector economie sluit het beste aan. Bij diploma s van de van de kaderberoepsgerichte-, gemengde of theoretische leerweg van andere vmbo-sectoren geeft een vakkenpakket met economie of wiskunde toegang tot de opleiding. Aansluiting op vervolgonderwijs en arbeidsmarkt, Na de opleiding kun je gaan werken op de financiële administratie van een bedrijf. Ook is het mogelijk door te stromen naar de niveau 4-opleidingen Bedrijfsadministrateur en Assistentaccountant. Die opleidingen bieden je vervolgens de mogelijkheid om verder te leren in het HBO, met name in de economische richtingen. In het laatste deel van de niveau 4- opleiding kan je zelfs een doorstroomprogramma volgen bij Avans. Dit programma is gericht op kennismaking met het HBO en de economische opleidingen. Versnellen of vertragen Heb je VMBO als vooropleiding, dan geldt in principe dat de opleiding drie jaar duurt. Door het niet tijdig voldoen aan de overgangsnormen kan het zijn dat je vertraging oploopt of zelfs een heel jaar over moet doen. 15

Binnen de maatwerkgroep bepaal binnen de kaders van de opleiding je eigen leertempo en bent daar ook verantwoordelijk voor. Docenten en je studieloopbaanbegeleider volgen je voortgang en begeleiden je intensief. De gemiddelde studieduur is 3 jaar, de supersnelle studenten kunnen de opleiding in 2 jaar afronden en met vertraging kan het traject uitlopen tot 4 jaar. Voor studenten met een HAVO-diploma is het mogelijk de opleiding in twee jaar af te ronden. Remediëren, verrijken, verdiepen Omdat het leertraject beperkt flexibel is ingericht, kan je waar nodig langer meer opleidingstijd besteden in bepaalde vakken. Ook zijn er mogelijkheden voor extra ondersteuning. Daarvoor kun je maatwerkafspraken maken. 16

O4. Voortgang Ontwikkelingsgericht beoordelen en feedback In het ontwikkelingsgerichte gedeelte word je tijdens de studieonderdelen (bv. projecten, lessen of trainingen) regelmatig beoordeeld. Welke resultaten heb je bereikt en hoe succesvol is je manier van werken? Deze beoordelingen zijn bedoeld om je ontwikkeling te meten en om te kijken waar het beter kan. Bij ieder studieonderdeel word je vooraf verteld wat er van je wordt verwacht. Je bent op de hoogte van alles wat je moet doen (bewijslast) en aan welke eisen deze bewijslast moet voldoen. Wanneer je werk is beoordeeld, krijg je feedback op je prestatie: wat is er goed en wat kan beter. Je probeert daarna zelf vast te stellen wat je al goed kan, op welke punten je nog kunt verbeteren en hoe je dat gaat doen. Je tussentijdse resultaten worden bijgehouden op een resultatenoverzicht. Iedere periode worden je voortgang en je resultaten besproken met je studieloopbaanbegeleider. 17

Studieadvies Op basis van je resultaten en voortgang krijg je een studieadvies. Er zijn bij het studie advies drie mogelijke uitkomsten: Jammer, maar deze opleiding past niet bij jou. We gaan je in de resterende periode helpen bij het vinden van een andere opleiding en daar waar mogelijk ondersteunen bij je overstap. We denken dat je het diploma kan behalen maar... Afhankelijk van je achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in een studiecontract. Misschien kan je pas op een later moment op stage en ga je studie achterstand oplopen. Je ontwikkeling verloopt volgens verwachting of zelfs daarboven. Je kan zonder studievertraging beginnen aan je stage. Voor het eerste studieadvies (in periode 2) wordt er gekeken of: de opleiding/het beroep bij je past; je voldoende aan je opleiding werkt en gemotiveerd bent; je studieresultaten aan de verwachtingen voldoen. Bij het tweede studieadvies (in de periode voorafgaande aan je stage) wordt bepaald of je voldoende geleerd hebt om op stage te gaan. Je kan beginnen aan deze stage als je geen achterstanden hebt en je resultaten op orde zijn. Afhankelijk van mogelijke achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in het begeleidingsdossier. 18

Bij het derde studieadvies (in de periode na je eerste stage) wordt bepaald of je op niveau 3 of niveau 4 verder gaat. Indien je voldoet aan de eisen van niveau 4 kies je ook nog voor een uitstroomrichting. Bij het vierde studieadvies (in de periode voorafgaande aan je eindstage) wordt bepaald of je voldoende geleerd hebt om op stage te gaan. Je kan beginnen aan deze stage als je geen achterstanden hebt en je resultaten op orde zijn. Afhankelijk van mogelijke achterstanden wordt er een afspraak gemaakt. Deze afspraak wordt vastgelegd in het begeleidingsdossier. Eisen aan studievoortgang Norm Studieadvies 1 Op basis van jouw en onze ervaringen. Studieadvies 2??? Studieadvies 3??? 19

Studieadvies 4??? 20

O5. Planning van de onderwijstijd Planning onderwijstijd (in klokuren per week) Schooljaar 1 P1 P2 P3 P4 Beroep 14,5 15,5 14,5 14,5 Nederlands 3 3 3 3 Engels 2 2 2 2 Duits (keuzevak) 0,5 0,5 0,5 0,5 Rekenen 1 1 1 1 Loopbaan & Burgerschap 3 3 3 3 BPV - - - - Begeleiding 2 2 2 2 Totaal 26 27 26 26 21

Schooljaar 2 P5 P6 P7 P8 Beroep - - 16 16 Nederlands - - 3 3 Engels - - 2 2 Duits (keuzevak) - - 0,5 0,5 Rekenen - - 1 1 Loopbaan & Burgerschap - - 3 3 BPV 320 320 - - Begeleiding - - 2 2 Totaal 320 320 27,5 27,5 22

Schooljaar 3 P9 P10 P11 P12 Beroep 18 18 - - Nederlands 3 3 - - Engels - - - - Duits (keuzevak) - - - - Rekenen 1 1 - - Loopbaan & Burgerschap 1 1 - - BPV - - 320 320 Begeleiding 2 2 - - Totaal 25 25 320 320 In deze tabellen zijn uren voor introductie, toetsing en andere activiteiten niet opgenomen. 23

Eisen aan het studietraject en studiebelasting De school heeft de wettelijke plicht om je voldoende aantal uren te begeleiden in je studieproces. Deze begeleiding mag je van ons verwachten. Vanaf 18 jaar hangt je recht op studiefinanciering hiervan af. In onderstaande tabel zie je het aantal begeleide onderwijsuren (BOU) en stage-uren (BPV) per studiejaar. Eis BOU Planning Eis BPV Planning Eis totaal Planning Studiejaar 1 700 1035 0 0 0 1035 Studiejaar 2 0 496 0 640 0 1136 Studiejaar 3 0 440 0 640 0 1080 Totaal 1800 1971 900 1280 3000 3251 24

O6. Kerntaken Voor een deel zijn de kerntaken voor de niveau 3- en niveau 4-opleiding hetzelfde. Bij de kerntaken is per uitstroom omschreven welke werkzaamheden van toepassing zijn. K1: Houdt de dagboeken bij De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur coderen boekingsstukken of controleren de coderingen die betrekking hebben op de inkopen. Ze voeren gegevens in in een boekhoudkundig pakket. Ze controleren de boekingen aan de hand van het invoerverslag en brengen eventuele wijzigingen aan. De assistent-accountant vraagt indien nodig aanvullende of ontbrekende gegevens op bij de klant. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur coderen boekingsstukken of controleren de coderingen die betrekking hebben op de verkopen. Ze werken het verkoopboek bij op basis van de verzonden facturen. Ze voeren gegevens in in een boekhoudkundig pakket. Ze controleren de boekingen aan de hand van het invoerverslag en brengen eventuele wijzigingen aan. 25

De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur ordenen de bankafschriften en vergelijken de bedragen op de afschriften met de onderliggende boekingsstukken. Ze signaleren verschillen en rapporteren deze aan de betrokken collega's/klanten. Ze coderen de bankstukken of controleren de coderingen. Ze voeren de bij- en afschrijvingen in in de bankboeken waarbij de subadministraties debiteuren en crediteuren worden bijgewerkt. Ze controleren de boekingen aan de hand van het invoerverslag en brengen eventuele wijzigingen aan. De assistent-accountant vraagt indien nodig aanvullende of ontbrekende gegevens op bij de klant. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur ordenen en controleren de kasstukken. Ze signaleren verschillen en rapporteren deze aan de betrokken collega's/klanten. Ze coderen de kasstukken of controleren de coderingen. Ze werken het kasboek handmatig bij of voeren de boekingsstukken in in het geautomatiseerde kasboek. Ze controleren de boekingen aan de hand van het invoerverslag en brengen eventuele wijzigingen aan. De assistent-accountant vraagt indien nodig aanvullende of ontbrekende gegevens op bij de klant. Toelichting: De administrateur heeft als taak de actuele stand van een aantal financiële zaken bij te houden. Over het algemeen werkt hij hier dagelijks aan, door het verwerken van de relevante gegevens in de diverse dagboeken van de boekhouding. Hierbij gebruikt hij een geautomatiseerd boekhoudsysteem, dat in voorkomende gevallen is gekoppeld aan andere (ERP)systemen die in de organisatie gebruikt worden (voor inkoop, verkoop, relatiebeheer, logistiek etc.). 26

Het werk van de administrateur is uitvoerend van aard. Hij werkt zelfstandig, maar binnen vast omschreven regels. Als de administrateur tijdens het bijwerken van de dagboeken op verschillen stuit tussen boekingsstukken en onderliggende documenten, of op onduidelijkheden, neemt hij hierover contact op met betrokken collega's of de klant, om tot opheldering of correctie van fouten te komen. De administrateur levert tijdig producten af, die rekenkundig, inhoudelijk en boekhoudkundig correct zijn en zijn opgesteld conform de wet en de bedrijfsregels. De administrateur werkt nauwkeurig, controleert zijn eigen werkzaamheden en streeft er naar geen fouten te maken. Het herstel van fouten is namelijk vaak tijdrovend en fouten kunnen leiden tot verkeerde beslissingen die de onderneming kunnen schaden. Hij is zich bewust van de fiscale gevolgen van de door hem gemaakte, danwel gecontroleerde boekingen. Hij zorgt voor een systematische archivering van de documenten. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur werken samen met collega's van hun eigen afdeling en hebben daarmee zowel ad hoc als structureel contacten, bijvoorbeeld bij werkoverleg. Zij hebben als daartoe aanleiding is ook contact met collega's van andere afdelingen. Bij de uitvoering van deze kerntaak betreft dat meestal het vragen of geven van aanvullende informatie om onjuiste boekingen te voorkomen of eerder door anderen gemaakte fouten in het inkoop-, verkoop- of betalingsproces te corrigeren. De assistent-accountant voert zijn werkzaamheden uit voor diverse klanten. Hij heeft regelmatig contacten met de klanten, bijvoorbeeld bij het beantwoorden van vragen of bij het opvragen van gegevens. Hierbij houdt hij rekening met de behoeften van de klant. 27

Kerntaak 2 is niet van toepassing bij de niveau 3-opleiding Financieel administratief medewerker. K3: De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur wijzigen de stamgegevens van klanten op basis van mutatiegegevens. Ze controleren de gewijzigde stambestanden met de onderliggende stukken. Ze maken stamgegevens van nieuwe relaties aan. Als er stamgegevens ontbreken, ondernemen ze actie om deze te completeren. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur stellen in voorkomende gevallen een standaard (credit)verkoopfactuur op, op basis van de onderliggende documenten. Soms hebben ze aanvullende informatie nodig waarvoor ze contact op moeten nemen met een klant. Als dit van belang is, controleren ze of de order valt binnen de kredietlimiet. Ze controleren de facturen en creditfacturen die door de verkoopadministratie zijn opgesteld rekenkundig en door vergelijking met de onderliggende stukken, zodat deze gereed zijn om gecodeerd te kunnen worden. 28

De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur maken rapportages van de positie en de uitstaande posten van de debiteuren en voorzien de rapportages van adviezen. Ze versturen (standaard) betalingsherinneringen en/of aanmaningen. Zonodig overleggen ze met collega's van andere afdelingen, als de debiteur een klacht heeft over fouten die gemaakt zijn bij de levering van producten of diensten. Ze benaderen debiteuren met betalingsachterstanden telefonisch en schriftelijk. Zonodig dragen zij, in overleg met zijn leidinggevende, de inning over aan een extern bureau. Ze houden dan de verdere stappen van het invorderingstraject in de gaten. De bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur geven desgevraagd informatie aan hun leidinggevende over bijvoorbeeld de ontwikkeling van de verkopen op rekening, de ontwikkeling van het debiteurensaldo en een verandering van de gemiddelde betalingstermijn. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur voeren het crediteurenbeheer uit voor de optimale afwikkeling van de betalingsverplichtingen. Ze ordenen de binnengekomen inkoopfacturen en registreert deze. Ze controleren de inkoopfacturen, zowel rekenkundig als door vergelijking met onderliggende stukken. Als de factuur niet correct is, nemen ze telefonisch of schriftelijk contact op met de crediteur. In voorkomende gevallen beantwoorden ze ook vragen van crediteuren als ze wordt gebeld over het uitblijven van een betaling. Ze bieden de inkoopfacturen ter controle en fiattering aan bij de budgethouders en rappelleren de budgethouders als de inkoopfacturen niet op tijd terugkomen. In voorkomende gevallen stellen ze een betalingsvoorstel op, rekening houdend met de betalingstermijn. De bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur geven desgevraagd informatie aan hun leidinggevende over bijvoorbeeld de ontwikkeling van de inkopen op rekening en de ontwikkeling van het crediteurensaldo. 29

De assistent-accountant controleert of de procesgang m.b.t. het debiteurenbeheer juist is uitgevoerd. Hij genereert rapportages van de positie van de uitstaande posten van de debiteuren. De assistent-accountant geeft desgevraagd informatie aan de klant over bijvoorbeeld de ontwikkeling van de verkopen op rekening, de ontwikkeling van het debiteurensaldo en een verandering van de gemiddelde betalingstermijn. Hij noteert zijn bevindingen en geeft adviezen ten behoeve van het debiteurenbeheer. De assistent-accountant controleert of de procesgang m.b.t. het crediteurenbeheer juist is uitgevoerd. Hij controleert steekproefsgewijs facturen met alle onderliggende stukken. Hij genereert rapportages van de crediteuren. De assistent-accountant geeft desgevraagd informatie aan de klant over bijvoorbeeld de ontwikkeling van de inkopen op rekening en de ontwikkeling van het crediteurensaldo. Hij noteert zijn bevindingen en geeft adviezen ten behoeve van het crediteurenbeheer. Toelichting: De administrateur werkt nauwkeurig, controleert zijn werkzaamheden en streeft er naar geen fouten te maken. Het herstel van fouten is vaak tijdrovend en fouten kunnen leiden tot verkeerde beslissingen die de onderneming kunnen schaden. Het werk van de administrateur is uitvoerend van aard. Hij werkt zelfstandig, maar binnen vast omschreven regels. Het gebruik van deze regels en voorschriften vraagt kennis van deze regels en inzicht om de regels te kunnen toepassen in vergelijkbare, niet identieke, situaties. 30

De administrateur levert tijdig producten af, die rekenkundig, inhoudelijk en boekhoudkundig correct zijn en zijn opgesteld conform de voorschriften die het bedrijf hanteert. Hij dient bijzonderheden goed vast te leggen en te verklaren en/of te motiveren. Hij moet bovendien goed beoordelen wanneer hij hulp of nadere informatie moet vragen van zijn leidinggevende. De mogelijkheid bestaat dat hij bij controlewerkzaamheden materiële fouten ontdekt. Hij moet daarop bedacht zijn en in zulke gevallen terstond zijn leidinggevende inlichten. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur voeren het debiteurenbeheer ofwel het creditmanagement uit. Hierdoor worden het debiteurenrisico en het vermogensbeslag van de debiteuren bij een bedrijf of instelling beperkt. Ze voeren tevens het crediteurenbeheer uit voor de optimale afwikkeling van de betalingsverplichtingen die het bedrijf of de instelling is aangegaan. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur werken samen met collega's van hun eigen afdeling, en hebben daarmee zowel ad hoc als structureel contacten, bijvoorbeeld bij werkoverleg. Ze hebben als daartoe aanleiding is ook contact met collega's van andere afdelingen. Ze hebben telefonische contacten met klanten, bijvoorbeeld indien een klant belt met vragen of indien ze gegevens opvragen bij een klant. De assistent-accountant voert zijn werkzaamheden uit voor diverse klanten. Hij heeft regelmatig contacten met de klanten, bijvoorbeeld bij het beantwoorden van vragen of bij het opvragen van gegevens. Hierbij houdt hij rekening met de behoeften van de klant. 31

Kerntaak 4: De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur ondersteunen de projectleiders/klanten bij het opstellen van projectbudgetten en het inbrengen hiervan in het geautomatiseerde systeem van projectadministratie. Ze verzamelen financieel administratieve gegevens tijdens de uitvoering van projecten en controleren de aangeboden gegevens op juistheid en plausibiliteit. Ze rappelleren projectmedewerkers en budgethouders/projectleiders die hun gegevens nog niet hebben ingeleverd of ingevoerd. Ze vergelijken de gegevens met de planning en het (jaar)budget van de projecten en noteren de bevindingen. Tenslotte stellen ze periodiek en op verzoek rapportages op en distribueren deze naar de projectleiders/klanten en andere verantwoordelijke(n) in de organisatie. De assistent-accountant vraagt indien nodig aanvullende of ontbrekende gegevens op bij de klant. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur verzamelen gegevens over gewerkte uren, controleren deze en bewerken en/of registreren deze in een geautomatiseerd systeem. Ze rappelleren collega's die gegevens niet (volledig) hebben ingeleverd. De assistent-accountant houdt de urenadministratie bij over zijn gewerkte uren voor klanten. Periodiek genereren ze overzichten en laten deze door betrokkenen controleren. Vervolgens versturen ze de overzichten aan belanghebbenden en zorgen voor archivering van de relevante documenten. In twijfelgevallen overleggen ze met de leidinggevende. In voorkomende gevallen beantwoorden ze vragen van collega's over de procedures en het gebruik van het systeem. 32

De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur verzamelen, registreren, bewerken en/of controleren gegevens, die voor de administratie van de organisatie van belang zijn. Dit betreft bijvoorbeeld voorraden, gebruik van lease auto's, kilometers van dienstreizen, kostendeclaraties, vakantiedagen urenstaten, gegevens ter verantwoording voor verkregen subsidies enz. Periodiek produceren ze overzichten, die ze controleren en waarmee belanghebbenden worden geïnformeerd. Ze maken op verzoek specifieke rapportages, waarbij regelmatig gegevens in kosten/geldwaarde vertaald worden en de vereiste berekeningen worden uitgevoerd. Ze zorgen voor het archiveren van de (digitale) documenten waarmee de gegevens worden aangeleverd, inclusief eventuele bewijsstukken. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur, de assistent-accountant en de salarisadministrateur leggen nieuwe medewerkers/klanten de werking van systemen voor registratie van kwantitatieve gegevens uit. Daarbij instrueren zij hen over de taak die medewerkers/klanten hebben in het aanleveren van gegevens of het zelf inbrengen hiervan in de systemen, en wanneer deze gegevens moeten worden verstrekt. Ze maken ook duidelijk wat het belang is van een correcte en tijdige registratie voor de organisatie als geheel en hun eigen functioneren daarbinnen. Ook geven ze dergelijke uitleg en/of instructies aan collega's/klanten die zich met vragen tot hen wenden of bij wie herhaaldelijk fouten bij het aanleveren of inbrengen van gegevens worden constateert. Als er een nieuw systeem in gebruik wordt genomen of als er een andere manier van werken met een systeem van de medewerkers wordt gevraagd, leveren ze een bijdrage voor de schriftelijke instructie. 33

De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur beheren een kas. Ze betalen en ontvangen geld en geldswaardig papier, volgens instructies en op basis van de stukken die hen worden aangeboden. Ze vullen (standaard-)stortingsbewijzen, kwitanties, voorschotformulieren en facturen in en tekenen deze of laten deze tekenen. Ze controleren parafen, gebruiken een kasregister en controleren periodiek de hoeveelheid geld en andere documenten met waarde. Ze storten overtollig kasgeld af, of halen geld om de kas aan te vullen. Ze nummeren de kasstukken en archiveren documenten. Ze leggen verantwoording af over de inhoud van de kas en melden kasverschillen. Toelichting: Naast zijn werkzaamheden voor de financiële administratie voert de administrateur ook andere administratieve taken uit. Hij verzorgt de registratie van diverse kwantitatieve gegevens. Welke gegevens geregistreerd worden en hoe de administrateur daarmee precies moet werken is afhankelijk van het bedrijf, zowel van de core business daarvan als van de geautomatiseerde systemen die in gebruik zijn (bijv. voor de voorraadadministratie) als van de verdeling van taken waartoe is besloten binnen het bedrijf. De financieel administratief medewerker, de bedrijfsadministrateur en de salarisadministrateur werken samen met collega's van hun eigen afdeling, en hebben daarmee zowel ad hoc als structureel contacten, bijvoorbeeld bij werkoverleg. Ze hebben als daartoe aanleiding is ook contact met collega's van andere afdelingen, voor het rappelleren, het bespreken van foutief aangeleverde informatie of het uitkeren van kasgeld aan een collega, die niet over de juiste papieren of autorisatie beschikt. 34

De assistent-accountant voert zijn werkzaamheden uit voor diverse klanten. Hij heeft regelmatig contacten met de klanten, bijvoorbeeld bij het beantwoorden van vragen of bij het opvragen van gegevens. Hierbij houdt hij rekening met de behoeften van de klant. 35

E1. Verschillende examens Een examen is een eindtoets die meetelt voor diplomering. In het examenplan staan alle examens die meetellen voor je diploma. Bij het Florijn College gebruiken we verschillende examenvormen. Hieronder vind je een korte toelichting bij iedere examenvorm. Praktijkexamen of Proeve van bekwaamheid (PE) Een proeve van bekwaamheid is een praktijkexamen waarin je laat zien dat je een kerntaak beheerst. Het examen vindt plaats in je stagebedrijf of in een simulatie op school. Je wordt beoordeeld op wat je laat zien en de producten die je hebt gemaakt. Theorie-examen (TE) Het theorie-examen is een examen om je vakkennis te beoordelen. Het gaat om kennis die belangrijk is voor de uitoefening van het beroep en die je nodig hebt om je proeve goed te kunnen afsluiten. Centrale examens Nederlands en Rekenen (COE) Voor de onderdelen Nederlands Lezen en Luisteren is er een verplichte centraal examen van het CITO. De examens worden digitaal afgenomen in een aantal computerlokalen van het Florijn College. De examens bestaan uit teksten en filmpjes met multiple choice vragen. Voor rekenen bestaat het centrale examen uit de onderdelen Getallen, Verhoudingen, Verbanden en Meten en Meetkunde. 36

Instellingsexamens Nederlands (IE-S en IE-M) Het Florijn College heeft eigen examens voor de vier onderdelen Schrijven, Taalverzorging en begrippenlijst, Spreken en Gesprekken Voeren. Deze examens zijn schriftelijk (open en gesloten vragen, opdrachten en multiple choice) en mondeling (bijvoorbeeld een klantgesprek of presentatie). Examens Moderne vreemde talen (MVT-S en MVT-M) Voor Engels zijn de examens gericht op de vaardigheden Luisteren, Lezen, Schrijven, Spreken en Gesprekken voeren. De examenvormen zijn vergelijkbaar met die van Nederlands. Examens Loopbaan en Burgerschap (BuCo) Bij je studieloopbaangesprekken wordt aandacht besteed aan het onderdeel Loopbaan. Er is geen apart examen voor dit onderdeel. Bijzonder voor het onderdeel Burgerschap is dat de examens je ontwikkeling meten. Je toont met werkstukken, opdrachten en presentaties aan dat je je verdiept hebt in een onderwerp en wat je hebt geleerd. Het gaat hierbij om kennis, inzicht en bewustzijn, en ook hoe je je gedraagt en functioneert. De vier onderdelen voor burgerschap zijn: de politiek-juridische dimensie, de economische dimensie, de sociaal-maatschappelijke dimensie en de dimensie vitaal burgerschap. Een overzicht van al deze examens, tref je verderop aan in het Examenplan. 37

Hulpmiddelen bij examens Afhankelijk van de examenvorm mag je gebruik maken van hulpmiddelen zoals bijvoorbeeld een rekenmachine. Op het voorblad van ieder examen worden toegestane hulpmiddelen vermeld. Belangrijkste hulpmiddelen zijn de rekenmachine (R), het woordenboek (W), de hoofdtelefoon (H) en hulpmiddelen bij praktijkexamens (P). Meer informatie over hulpmiddelen vind je terug op de website in de bijlage Hulpmiddelen bij examens. Voor studenten met een beperking kunnen speciale hulpmiddelen worden toegestaan. Ook is er toetstijdverlenging mogelijk. Je vraagt dit aan bij de zorgcoördinator. De examencommissie beslist welke hulpmiddelen zijn toegestaan. Het kan bijvoorbeeld gaan om een daisyspeler of computer. Je krijgt hiervoor een speciaal pasje dat tijdens het examen moet tonen aan de surveillant. 38

E2. Examenplan Examenplan cohort 2015 Naam opleiding Niveau Leerweg Cohort Crebo Startdatum Studiejaar diplomering Kwalificatiedossier Kwalificatieeisen L&B Vaststellingsdatum examenplan Financieel administratief medewerker 3 BOL BBL 2015 93200 1/8/2015 2015-2016 Financiële beroepen 2014 Brondocument 2012 1/6/2015 39

Kerntaken/ werkprocessen Periode afname Duur examen Aantal gelegenheden Plaats afname Beoordelaar beroepspraktijk Beoordelaar school Weging examens Resultaat Beroepsgerichte examens Examencode Vorm Titel examen BPV School Kerntaken en werkprocessen Kerntaak 1 Houdt de dagboeken bij FBAEPKT1-3-1 PE Kerntaak 1 Houdt de dagboeken bij 1.1 t/m 1.4 4 240 3 x x 4 o-v-g FBKV1-1 TE Rekenvaardigheid voor financiële toepassingen 1.1 t/m 1.4 2 120 3 x x 1 1-dec FBKV2-1 TE Spreadsheetvaardigheid voor financiële toepassingen 1.1 t/m 1.4 10 120 3 x x 1 1-dec FBKV3-1 TE Elementaire kennis bedrijfsadministratie 1.1 t/m 1.4 10 120 3 x x 1 1-dec FBKV6-1 TE Elementaire kennis bedrijfseconomie 1.1 t/m 1.4 8 120 3 x x 1 1-dec Slaag-/zakregeling: alle bovenstaande examens dienen met minimaal een voldoende (V of 5,5) te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT1) is het gewogen gemiddelde van alle bovenstaande examens (hierbij wordt een V meegenomen als een 6 en een G als een 8) 40

Kerntaak 3 Verricht activiteiten voor het debiteuren- en crediteurenbeheer FBAEPKT3-3-1 FBPVBF3-1 FBKV1-1 FBKV2-1 PE PE TE TE Kerntaak 3 Verricht activiteiten voor het debiteuren- en crediteurenbeheer PVB Werkproces 3.1 Voert stamgegevens in en wijzigt deze Rekenvaardigheid voor financiële toepassingen Spreadsheetvaardigheid voor financiële toepassingen 3.1 t/m 3.4 8 240 3 x x 1 o-v-g 3.1 6? 3 x x x 1 o-v-g 3.1 t/m 3.4 2 120 3 x x 1 1-dec 3.1 t/m 3.4 10 120 3 x x 1 1-dec Slaag-/zakregeling: alle bovenstaande examens dienen met minimaal een voldoende (V of 5,5) te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT3) is het gewogen gemiddelde van alle bovenstaande examens (hierbij wordt een V meegenomen als een 6 en een G als een 8) FBAEPKT4-3-1 FBKV1-1 FBKV2-1 PE TE TE kerntaak 4 Uren- en kwantiteitenadministratie Rekenvaardigheid voor financiële toepassingen Spreadsheetvaardigheid voor financiële toepassingen Kerntaak 4 Uren- en kwantiteitenadministratie 4.2 en 4.3 10 240 3 x x 1 o-v-g 4.2 en 4.3 2 120 3 x x 1 1-dec 4.2 en 4.3 10 120 3 x x 1 1-dec Slaag-/zakregeling: alle bovenstaande examens dienen met minimaal een voldoende (V of 5,5) te zijn afgesloten. Het kerntaakcijfer (KT3) is het gewogen gemiddelde van alle bovenstaande examens (hierbij wordt een V meegenomen als een 6 en een G als een 8) 41

Niveau examen Periode afname Duur examen Aantal beoordelaars Aantal gelegenheden Weging examens Resultaat Beroepsgerichte eisen talen Examencode Vorm Vaardigheid Engels FENLEA2d MVT-S Beroepsgericht Engels lezen A2 8 60 1 3 1 1-dec FENLUA2d FENSPA1d FENGEA2d FENSCA2d MVT-S MVT-M MVT-M MVT-S Beroepsgericht Engels luisteren Beroepsgericht Engels spreken Beroepsgericht Engels gesprekken voeren Beroepsgericht Engels schrijven A2 8 60 1 3 1 1-dec A1 8 30 2 3 1 1-dec A2 8 30 2 3 1 1-dec A2 8 90 1 3 1 1-dec Slaag-/zakregeling: voor beroepsgericht Engels wordt het cijfer van de examens gemiddeld tot één heel eindcijfer. Dit eindcijfer moet tenminste een 6 zijn. De afzonderlijke examencijfers mogen niet lager dan 4,0 zijn. 42

Niveau examen Periode afname Duur examen Aantal beoordelaars Aantal gelegenheden Weging examens Resultaat Generieke examens Examencode Vorm Vaardigheid Nederlands FNELL2FCOE COE Lezen en luisteren 2F 10 90-3 1 1-dec FNESP2Fd IE-M Spreken 2F 10 15 2 3 1 1-dec FNEGE2Fd IE-M Gesprekken voeren 2F 9 15 2 3 1 1-dec FNESC2Fd IE-S Schrijven 2F 9 120 1 3 1 1-dec FNEBE2Fd IE-S Taalverzorging/begrippenlijst 2F 10 60 1 3 1 1-dec Slaag-/zakregeling: van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. Voor Nederlands wordt het cijfer van het centrale examen (= één cijfer met één decimaal) en het gemiddelde cijfer van de instellingsexamens (= één cijfer met één decimaal) gemiddeld tot één heel eindcijfer (van 1 10). Dit is het eindcijfer voor het onderdeel Nederlands. LET OP: bij het schrijven van deze OER is nog niet precies bekend hoe de slaag/zak-regeling er definitief uit zal zien. Indien de regeling anders wordt dan hierboven, word je hierover geïnformeerd door de examencommissie. 43

Niveau examen Periode afname Duur examen Aantal beoordelaars Aantal gelegenheden Weging examens Resultaat Rekenen Examencode Vorm Vaardigheid FRE2FCOE COE Rekenen 2F 6 90-3 4 0-dec Slaag-/zakregeling: van de eindcijfers voor Nederlands en rekenen mag er één onvoldoende zijn (niet lager dan een 5), het andere eindcijfer moet ten minste een 6 zijn. LET OP: bij het schrijven van deze OER is nog niet precies bekend hoe de slaag/zak-regeling er definitief uit zal zien. Indien de regeling anders wordt dan hierboven, word je hierover geïnformeerd door de examencommissie. 44

Loopbaan en Burgerschap Examencode Loopbaan FBUCOD1-1 Onderwerp Capaciteitenreflectie, Motievenreflectie, Werkexploratie, Loopbaansturing, Netwerken Burgerschap Politiek juridische dimensie Naam kwalifice rende opdracht Periode Weging Resultaat lob 1 t/m 12 1 pvb 10 1 FBUCOD2-1 Burgerschap Economische dimensie pvb 10 1 FBUCOD3-1 FBUCOD4-1 Burgerschap Sociaal maatschappelijke dimensie Burgerschap Dimensie Vitaal burgerschap dimensie pvb 10 1 pvb 10 1 Slaag-/zakregeling: voor iedere afzonderlijke dimensie is aan de inspanningsverplichting voldaan. Voldaan Niet voldaan Voldaan Niet voldaan Voldaan Niet voldaan Voldaan Niet voldaan Voldaan Niet voldaan 45

Beroepspraktijkvorming Onderdeel Onderwerp Periode Weging Resultaat FBPV93200P1 BPV eerste periode 4 en 5 1 FBPV93200P1U Uren 700 klokuren 1 FBPV93200P2 BPV tweede periode 11 en 12 1 FBPV93200P2U Uren 700 klokuren 1 Onvoldoende- Voldoende Voldaan Niet voldaan Onvoldoende- Voldoende Voldaan Niet voldaan Slaag-/zakregeling: de stages zijn met een voldoende beoordeeld en er is aan het aantal vereiste uren voldaan. 46

E3. Inzien examens, herkansing en vrijstelling aanvragen Inzien examens Je hebt het recht op inzage van je examenwerk. Ook kan je een toelichting vragen op de beoordeling. In de bijlage Inzien en bespreken examen en beoordeling op de website van het Florijn College lees je binnen welke termijn je inzage kan aanvragen; hoe je inzage kan aanvragen bij het examenbureau. Herkansingen Je hebt recht op minimaal 1 herkansing van ieder examen. Waar mogelijk kan je 2 keer herkansen. Het aantal gelegenheden is aangegeven in het examenplan. In de Herkansingsregeling op de website van het Florijn College lees je wanneer je in aanmerking komt voor een herkansing; hoe je een herkansing kan aanvragen bij het examenbureau. Vrijstellingen Het kan zijn dat je in een voorgaande opleiding resultaten hebt behaald die je recht geven op een vrijstelling. De examencommissie kan je vrijstelling verlenen. In de Vrijstellingsregeling op de website van het Florijn College lees je wanneer je mogelijk in aanmerking komt voor een vrijstelling; hoe je een vrijstelling kan aanvragen bij de examencommissie. 47

E4. Klachten, bezwaar en beroep bij examens Klacht over examinering Wanneer je een klacht hebt over een examen of de manier waarop het examen is afgenomen, kan je een brief schrijven aan de examencommissie. De examencommissie zal je klacht onderzoeken. Mogelijk word je uitgenodigd om je klacht toe te lichten. De examencommissie beslist of en wat er moet gebeuren. Je wordt via je e-mailadres van school over de beslissing geïnformeerd. Procedure voor bezwaar en beroep Het kan voorkomen dat je het niet eens bent met de uitslag van een examen of de manier waarop je bent beoordeeld. In dat geval dien je binnen 14 dagen na de bekendmaking van de einduitslag schriftelijk te melden bij de examencommissie (via STIP). Dit geldt alleen voor de examens, dus niet voor andere vormen van beoordeling tijdens het studietraject. Voor die gevallen ga je met je bezwaren naar je afdelingsmanager. In de Procedure bezwaar en beroep op de website van het Florijn College lees je Hoe je bezwaar aan kan tekenen bij de examencommissie; Hoe je in beroep kan gaan bij de Commissie van Beroep van ROC West-Brabant. 48

B1. Begeleiding bij het leren Studieloopbaanbegeleiding Iedere student heeft een studieloopbaanbegeleider (SLB) die je helpt tijdens je opleiding. Regelmatig ga je met je klas, in een groepje of individueel in gesprek. De studieloopbaanbegeleider ondersteunt je bij het verwezenlijken van je doelen. De begeleiding is gericht op de korte termijn (studiesucces) en de lange termijn (loopbaansucces). Je krijgt inzicht in je persoonlijkheid (wie ben ik), in je drijfveren (wat vind ik belangrijk, wat wil ik) en je capaciteiten (wat kan ik al en wat nog niet). Doel van de begeleiding is dat je: inzicht hebt in je eigen vermogens; keuzes kan maken en achter deze keuzes staat; leert doelgericht te werken aan je toekomst; zelfstandig bent; je verantwoordelijk voelt en proactief bent; zelfvertrouwen hebt; je een belangrijk onderdeel voelt van onze veelkleurige samenleving; je het maximale uit je (school)carrière haalt; je goed voorbereid bent op toekomstig werk of vervolgopleiding; je regisseur bent van je eigen leven. 49

Je studieloopbaanbegeleider helpt je bij het behalen van deze doelen. De taken van de studieloopbaanbegeleider zijn: Oplossingsgericht begeleiden; Ontwikkelen van studievaardigheden; Volgen van je aanwezigheid, prestaties en gedrag; Begeleiden bij problemen en waar nodig doorverwijzen naar zorgbegeleiding; Loopbaanbegeleiding, helpen bij keuzes maken voor (vervolg)opleiding of werk; Uitstroombegeleiding en nazorg. In je begeleidingsdossier worden afspraken vastgelegd en wordt je studievoortgang, begeleiding en aanwezigheid bijgehouden. Als er zaken zijn die het studeren moeilijk maken (bv. een beperking of privéproblemen), dan kan je studieloopbaanbegeleider je doorverwijzen naar het zorgteam. 50

B2. Zorgbegeleiding Begeleiding door de Trajectbegeleider zorg Er zijn verschillende problemen die een negatieve invloed kunnen hebben op je studieresultaten. Het gaat dan om bijvoorbeeld dyslexie, dyscalculie, motivatieproblemen en sociaal-emotionele problemen. Als je bijvoorbeeld gepest wordt of er gebeuren dingen in je privéleven die je heel erg raken. Alles wat je het leren erg moeilijk maakt kun je bespreken met de Trajectbegeleider Zorg van je opleiding. De trajectbegeleider zorg beoordeelt of je hulpvraag door het team kan worden begeleid of dat er meer hulp nodig is. Samen met de zorgcoördinator van het Florijn College wordt dan naar een goede oplossing gezocht. Begeleiding door het zorgteam De zorgcoördinator van het Florijn College vormt samen met de trajectbegeleiders zorg het intern zorgteam. Voor problematiek die door het Zorgteam niet (of niet voldoende) kunnen worden opgevangen, kan via de zorgcoördinator een doorverwijzing plaatsvinden naar de Schoolmaatschappelijk werker, het Service Centrum Studie & Beroep of externe zorgbegeleiding. Meer informatie over zorgbegeleiding vind je op de website in brochure Als het even tegen zit. Indien je een gerichte ondersteuningsvraag hebt, dan worden voordat je aan je opleiding begint afspraken gemaakt met de zorgcoördinator. 51