Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime



Vergelijkbare documenten
Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 2 keer daags insulineregime

Praktische adviezen bij een 1 maal daags insulineregime

Zelfregulatie. Neem altijd uw verzekeringsgegevens en identiteitsbewijs mee!

Diabetespoli. Zelfregulatie bij Diabetes Mellitus

Aanpassen diabetesmedicatie tijdens voorbereiding voor gastroscopie die vóór uur plaatsvindt

Zelfregulatie bij Diabetes Mellitus

Diabetesvoorlichting FLEXIBELE INSULINETHERAPIE

Diabetesvoorlichting Flexibele Insuline Therapie

Zelfregulatieschema voor intensieve insulinetherapie

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij intensieve therapie

Voedingsadviezen bij vier maal daags insulinegebruik

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Kind met diabetes en intensieve therapie. Algemene informatie voor kind en ouders

Zelfregulatie voor vrouwen met zwangerschapsdiabetes die één of meerdere malen per dag insuline spuiten

H Nuchter voor onderzoek of operatie en Diabetes mellitus (met gebruik van insuline/glp-1)

Diabetes, sport en voeding

voorbereiding op behandeling voor diabetespatiënten

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Werkboek Diabetes en zelfregulatie

Voedingsadviezen bij twee maal daags insulinegebruik

Voorbereiding onderzoek bij diabetes

Informatie. Diabetes en nuchter zijn voor onderzoek of operatie. Richtlijnen insuline

Diabetes en zelfregulatie. Werkboek

Informatie voor de insulinepompgebruiker

Informatie voor de omnipodgebruiker

Aanpassen diabetesmedicatie tijdens laxeervoorbereiding met Kleanprep of Picoprep voor colonoscopie die vóór uur plaatsvindt

hoe bereidt u zich voor op het onderzoek?

Zelfregulatie bij Diabetes Mellitus. Interne geneeskunde

Informatie voor omnipodgebruikers

Voedingsadviezen bij tablet-gereguleerde diabetes mellitus

Interne Geneeskunde Diabetesverpleegkundigen

Diabetesbeleid rondom operatieve ingrepen. Indien de patiënt nuchter moet blijven, bij diabetes met insulinegebruik.

Voorbereiding onderzoek bij diabetes Insuline

Diabetes en nuchter zijn voor onderzoek

Wat te doen bij een hyperglycaemie 3 Zelfregulatie 3 Wat zijn de streefwaarden voor bloedglucose? 4 Aandachtspunten bij het bijreguleren 11 13

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die meerdere malen per dag insuline spuiten

DIEET BIJ CF-GERELATEERDE DIABETES. In deze folder vindt u informatie over het Dieet bij CF-gerelateerde Diabetes

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die combinatieinsuline

Hoofdstuk 4 Hypo- en hyperglycemie

Lichaamsbeweging en sport

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Zelfregulatie bij pomptherapie

Hypo- en hyperglycaemie

Als u diabetes hebt en nuchter moet zijn voor een onderzoek of operatie

Beweegprogramma diabetes mellitus

Inwendige geneeskunde. Diabetes en ziekte.

Hoofdstuk 6B Lichaamsbeweging en sport

Voorbereiding of nuchter voor een onderzoek? Hoe gaat u daarmee om als u diabetes heeft? Diabetes met insuline

Diabetesregulatie bij operatie. Anesthesie

Diabetes bij kinderen: behandeling en instructies

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die één keer per dag insuline spuiten

INTENSIEVE INSULINETHERAPIE

hoe bereidt u zich voor op het onderzoek?

bloedsomloop, dus de insuline wordt beter opgenomen wat een bloedglucosedaling geeft.

Informatie voor de omnipodgebruiker

Heb je na het lezen van het boekje nog vragen? Stel die vragen dan aan je ouders, de kinderarts of de kinderdiabetesverpleegkundige.

Zelfregulatie voor mensen met diabetes die een insulinepomp gebruiken

DIABETES EN BEWEGEN Hypo of hyper

Insulinepomptherapie Adviezen en instructies.

Zelfcontrole bij diabetes

hoe bereidt u zich voor op het onderzoek?

Praktische informatie voor insulinepompgebruikers

Informatie voor patiënten met diabetes mellitus In het traject bariatrische chirurgie

Beweging en diabetes. Informatiebrochure Beweging en Diabetes

Refaja Ziekenhuis Stadskanaal. Wat te doen bij ontregeling van een kind met diabetes mellitus en een insulinepomp

Richtlijnen insulinepomptherapie

Richtlijnen bij insulinepomptherapie

Onderzoeken met MOVIPREPvoorbereiding bij diabetes mellitus (tablet, Byetta, Bydureon of Victoza)

Voorbereiding onderzoek voor diabetespatiënten

Hoe bereidt u zich voor op het onderzoek?

PATIËNTEN INFORMATIE. Reizen met diabetes. Vakantietips en paklijst

Onderzoek van de dikkedarm (coloscopie) en Diabetes mellitus (met gebruik van

Gebruik van bloedglucoseverlagende tabletten voor en na een onderzoek of behandeling

Voor overleg met het Diabetesteam kunt u op werkdagen contact opnemen met: Tussen uur en uur en uur en uur

Sporten met diabetes. Naar het ziekenhuis? Lees eerst de informatie op

Insulinepomptherapie Adviezen bij ontregeling

Diabetes en zwanger worden

Voorbereiding op een operatie bij diabetes

Als uw kind een hypo heeft

juli 2010, V7 PROTOCOL VOOR GLUCOSEREGULATIE BIJ DIABETES MELLITUS PRE-, PER- EN POSTOPERATIEF

De glucose kan de cellen niet in waardoor het bloedglucosegehalte te hoog wordt.

Interne geneeskunde. Insulinedosering de dag vóór het onderzoek. Dosering* normaal insuline spuit

VOEDINGS- EN DIEETVOORLICHTING. Diabetes Mellitus. Zeker als u ons nodig heeft

Sporten met diabetes

Bijzondere omstandigheden

Nuchter zijn voor operatie, behandeling of onderzoek: INSULINE

Hoofdstuk 5 E Controleren van de bloedglucose: hoe?

Interne geneeskunde. Welke voorbereidingen u moet treffen, hangt af van de diabetesbehandeling die u krijgt. Deze folder is ingedeeld in vier versies:

Zwangerschapsdiabetes

Diabetes Mellitus Type 1. Informatie over diabetes voor kinderen van de basisschool

Zwangerschapsdiabetes

Informatie sport en bewegen bij diabetes mellitus

Wilhelmina Ziekenhuis Assen. Vertrouwd en dichtbij. Informatie voor patiënten. Kindergeneeskunde. Keto-acidose


Onderzoeken met MOVIPREPvoorbereiding bij diabetes mellitus (insuline)

INFORMATIE OVER DIABETES

Onderzoek of ingreep bij diabetes:

diabetes mellitus en ramadan

Gebruik van insuline-injecties voor en na een onderzoek of behandeling

Instructie voor diabetespatiënten die een operatie ondergaan

Transcriptie:

Praktische adviezen bij een 4 keer daags insulineregime

Inhoudsopgave Bladzijde Streefwaarden voor de bloedglucose 3 Bijstelregels 3 Wat te doen bij een hypoglycemie? 3 Voorkomen van hypoglycemie bij lichamelijke inspanning 4 Wat te doen bij een hyperglycemie? 4 Bijspuiten bij hyperglycemie. 4 Bijregelen voor de maaltijd 5 Wat te doen bij ziekte? 5 Het drinken van alcohol 6 Slaap-rustig regel 6 Tussendoortjes 7 Contact diabetespolikliniek 8 2

Streefwaarden voor de bloedglucose Nuchter Voor lunch Voor avondeten Voor het slapen 4.0-7.0 mmol/l 4.0-7.0 mmol/l 4.0-7.0 mmol/l 6.0-8.0 mmol/l Het streven is om 1½ uur ná een maaltijd een bloedglucosewaarde te hebben onder de 10 mmol/l. Bijstelregels 1 E kortwerkende insuline verlaagt de bloedglucose met 2.5 mmol/l. 15 gram koolhydraten laten de bloedglucose 2.5 mmol/l stijgen. Voor tussendoortjes geldt 1 E kortwerkende insuline per 15 gram koolhydraten. NB. Deze regel geldt voor een gebruik van ongeveer 40 eenheden totaal op een dag. Wat te doen bij een hypoglycemie? Er is sprake van een hypoglycemie wanneer de bloedglucosewaarde lager dan 3,5 mmol/l is. Bij een hypoglycemie het volgend advies: 1. 20 gram glucose = 2-4 tabletten druivensuiker en15 gram koolhydraten ( bijvoorbeeld 1 snee brood of 1 appel) 2. Na 15 20 minuten de bloedglucosewaarde opnieuw controleren. 3. Indien de bloedglucose nog steeds lager is dan 4.5 mmol/l dan advies 1 en 2 herhalen. Probeer te voorkomen dat de hypoglycemie een hyperglycemie veroorzaakt. Neem om die rede niet méér dan de aanbevolen hoeveelheid koolhydraten. 3

Voorkomen van hypoglycemie bij lichamelijke inspanning. Duur en type inspanning 30 minuten, lichte inspanning (bv. wandelen) 30-60 minuten, matige inspanning (bv. tennissen, joggen, zwemmen) 1 uur of langer, matige inspanning (bv. voetballen) Glucosewaarden voor aanvang Onder 5.0 Boven 5.0 Onder 5.0 mmol/l mmol/l mmol/l Tussen 5.0 10.0 mmol/l Tussen 10.0-15.0 mmol/l Onder 5.0 mmol/l Tussen 5.0 10.0 mmol/l Tussen 10.0-15.0 mmol/l Extra koolhydraten 10-15 gram 30-45 gram 15 gram 45 gram per uur 30-45 gram per uur 15 gram per uur Wat te doen bij een hyperglycemie? Er is sprake van een hyperglycemie wanneer een bloedglucosewaarde hoger is dan 15 mmol/l. Als u (ultra) kortwerkende insuline gebruikt kunt u dit gebruiken om extra te spuiten. Bij een hyperglycemie 2 uur na een maaltijd geldt het volgende advies; Glucose van 15 mmol/l of hoger: 4 E kortwerkende bijspuiten. Glucose van 20 mmol/l of hoger: 6 E kortwerkende bijspuiten. Dit zonodig na 2 uur herhalen. Als de bloedglucose beneden de 13 mmol/l is dan stoppen met extra bijspuiten. Bloedglucoses wel blijven vervolgen. 4

Bijregelen vóór de maaltijd. Bij het controleren van uw bloedglucose vóór de maaltijd kunt u de insulinehoeveelheid ook aanpassen vóórdat u gaat spuiten. Hiervoor gelden de volgende regels; Lager dan 4 mmol/l - insuline met 2 E verlagen en spuiten na de maaltijd Hoger dan 8 mmol/l - insuline met 1 E verhogen Hoger dan 10 mmol/l - Hoger dan 13 mmol/l - Hoger dan 15 mmol/l - Wat te doen bij ziekte? insuline met 2 E verhogen insuline met 3 E verhogen insuline met 4 E verhogen Stop nooit met uw tabletten of insuline. Elk acuut gebeuren in uw lichaam activeert stresshormonen. Stresshormonen werken de insuline tegen en doen de glucose oplopen. Meet bij ziekte minstens 4 keer daags uw bloedglucose. Eet zo normaal mogelijk, vervang maaltijden zonodig door zoete dranken of fruit en drink minstens 2.5 liter helder vocht (water, thee, bouillon). Pas zonodig de insulinedosis aan bij te hoge of te lage glucosewaarden, zonodig in overleg met de diabetesverpleegkundige. Neem contact op met de diabetesverpleegkundige/arts bij: - Braken en hoogblijvende of hoger wordende glucosewaarden; - Onvoldoende verbetering van uw conditie; - Ongerustheid, als u ongerust bent en behoefte hebt aan advies. 5

Het drinken van alcohol Alcohol werkt bloedglucose-verlagend, vaak pas na enkele uren. Indien u alcoholische dranken gebruikt die geen koolhydraten bevatten (zoals droge wijn of sherry, jonge jenever, cognac, wodka) houd dan de bloedglucose in de gaten en eet wat koolhydraten. Controleer zo nodig de bloedglucosespiegel, in ieder geval voor het slapen. Bier bevat zowel koolhydraten als alcohol. Wees zuinig in het gebruik ervan en meet regelmatig de bloedglucosespiegel. Algemeen geldt: meten = weten Slaap-rustig regel Het is belangrijk dat u bloedglucosewaarde voor het slapen gaan boven de 6 tot 8 mmol/ l is. Het is belangrijk dat u voldoende glucose in het bloed heeft om de nacht goed door te brengen. Wanneer de bloedglucosewaarde voor het slapengaan laag is gelden de volgende adviezen; lager dan 4 mmol/l : Neem 2 tabletten druivensuiker én 15 gram koolhydraten. 4 6 mmol/l : Neem 15 gr koolhydraten. 15 gram koolhydraten geeft gemiddeld een stijging van 2.5 mmol/l in de bloedglucosespiegel. 6

Tussendoortjes Tussendoortjes zijn over het algemeen niet nodig. Bij het spuiten van kortwerkende insuline (bijvoorbeeld actrapid) kunnen tussenmaaltijden wel gebruikt worden indien er behoefte aan is of als de bloedglucose te laag wordt. De dosering dient bij een dagelijks gebruik van een tussendoortje wel afgestemd te zijn op deze hoeveelheid koolhydraten. Indien af en toe een grotere hoeveelheid koolhydraten tussendoor gegeten wordt, kan het nodig zijn enkele eenheden (ultra) kortwerkende insuline extra te spuiten hiervoor. Bij het spuiten van ultrakortwerkende insuline (bijvoorbeeld novorapid) kan een tussendoortje van 10 tot maximaal 15 gram koolhydraten over het algemeen wel gebruikt worden. Tussendoortjes die meer koolhydraten bevatten, laten de bloedglucosewaarde over het algemeen teveel stijgen. Een extra injectie ultrakortwerkende insuline net voor/tijdens het eten van de tussenmaaltijd is dan noodzakelijk. 7

Contact diabetespolikliniek U kunt bij vragen of problemen contact opnemen met de diabetespoli Sint Anna Ziekenhuis te Geldrop. Het telefonisch spreekuur is van: maandag t/m vrijdag : 8.30-12.00 uur Telefoonnummer; 040-2864020