RABB 7510 dd

Vergelijkbare documenten
SKH-RICHTLIJN 7532 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor VLOERLUIKEN

RABB 7523 dd

RABB 7524 d.d

SKH-RICHTLIJN 7531 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor PREFAB METERKASTEN

RABB 7512 dd

RABB 7509 dd:

RABB 7525 dd

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

RABB 7520 dd

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN TRAPPEN

Omschrijving van de wijziging

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor GELIJMDE HOUTEN DRAAGCONSTRUCTIES

SKH RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTEN BUITENBERGINGEN

SKH-RICHTLIJN 7522 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKKAPELLEN

SKH-RICHTLIJN 7505 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTACHTIGE DAKCONSTRUCTIES

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5701 Ventilatieroosters d.d behouden hun geldigheid tot

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 0801 Houten Gevelelementen Pagina 1 van 25

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1101 Spaanplaat d.d Vastgesteld door het College van Deskundigen SKH d.d.

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 3300 Vloerluiken d.d behouden hun geldigheid tot

Loofhoutsoorten (m.u.v. populierenhout) vallen niet onder de NEN-EN

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 2211 BINNENDEUREN en/of -KOZIJNEN d.d

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 5065 Mineraal gebonden houtwolplaten d.d behouden hun geldigheid tot

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x x. x x x. x x. x x. x x x. x x. Ministeriële regeling Inbraakwerendheid

Pagina 1 van 13. Vervang in de gehele BRL de tekst nationale Beoordelingsrichtlijn voor KOMO Beoordelingsrichtlijn. Verwijder paragraaf 1.

4 Bouwbesluit gerelateerde eisen en bepalingsmethoden

Wijzigingsblad d.d behorende bij de BRL 1701 Gelijmde dragende houten bouwconstructies Pagina 1 van 11

BEOORDELINGSRICHTLIJN KRITIEKVERSIE VOOR HET KOMO ATTEST-MET-PRODUCTCERTIFICAAT VOOR HOUTEN GEVELELEMENTEN

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x / x x x x x. NEN-EN NEN 6068 NEN 6090 Verdere beperking van

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 9922 Houten trappen d.d

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

BEOORDELINGSRICHTLIJN

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR "VENTILATIEROOSTERS" Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Art. Lid Woning Woongebouw. x x x. x x. x x. x x

Richtlijn aansluiting Bouwbesluit

Wijzigingsblad d.d behorende bij BRL 1001 Niet-dragende Binnenspouwbladen en Gevelvullende Elementen d.d Pagina 2 van 31

In het kader van dit attest vindt geen controle plaats van de productie van de dakramen, noch op de samenstelling van en/of montage in dak(del)en.

SKH-RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor HOUTSKELETBOUW

Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH

Wijzigingsblad BRL 0703

SKH-RICHTLIJN 7511 AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende BB-aansluitdocumenten voor MODULAIRE BOUWSYSTEMEN MET UNITS VOOR PERMANENT GEBRUIK

Algemeen Vervang in het document Nationale Beoordelingsrichtlijn voor Beoordelingsrichtlijn.

Wijzigingsblad BRL 0902

BRL 2701 "Metalen gevelelementen" ( ) + wijzigingsblad ( ) Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT VOOR AFGIFTE VAN ERKENDE BB-AANSLUITDOCUMENTEN VOOR DE TOEPASSING VAN NIET-DRAGENDE BINNENWANDEN

RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT VOOR AFGIFTE VAN ERKENDE BB-AANSLUITDOCUMENTEN VOOR DE TOEPASSING VAN DRAGENDE BINNEN- EN BUITENWANDEN

RABB 7515 dd

KOMO attest-met-productcertificaat

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

ERKEND SKH BB-AANSLUITDOCUMENT

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR VLOERLUIKEN. Op 15 augustus 2003 aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit

BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR HOUTEN HEIPALEN VAN EUROPEES NAALDHOUT. Vastgesteld door het College van Deskundigen van SKH op

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, BETON (attest, productcertificaat)

Wijzigingsblad BRL 0511 Verankeringen voor betonnen sandwichconstructies

Wijzigingsblad BRL 0208 d.d

Vervang in de gehele BRL de tekst nationale Beoordelingsrichtlijn voor KOMO Beoordelingsrichtlijn

Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

Afd. Art. Lid Woning Woongebouw. x x x x - x x. x x x Ministeriële regeling Beperking van uitbreiding van

Wijzigingsblad BRL 2202 (zonwerend)(warmtereflecterend) isolerend dubbelglas voor thermische isolatie 31 december 2014

ISOLATIE, MUUR, THERMISCH, VOORGEVORMD (attest, productcertificaat)

attest-met-productcertificaat

WAND, BINNEN, NIET DRAGENDE, MONTAGEWAND, GIPSPLATEN (attest, productcertificaat)

DEEL 1 BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET KOMO ATTEST VOOR BOUWSYSTEMEN VOOR ENERGIEZUINIGE WONINGEN, WONINGUITBREIDINGEN, EN/OF WOONGEBOUWEN

Wijzigingsblad BRL

Omschrijving van de wijziging De teksten met betrekking tot de erkenning en het modelcertificaat zijn uit de BRL verwijderd.

drs. H.J.O. van Doorn, directeur Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

WAND, BINNENSPOUWBLAD, NIET DRAGEND, SEGMENT, HOUT (attest, productcertificaat)

PLATEN, CEMENTGEBONDEN, VEZELVERSTERKTE (attest-met-productcertificaat) BRL 4202 "Vezelversterkte cementgebonden platen voor natte ruimten" ( )

Wijzigingsblad BRL 1513 d.d

Wijzigingsblad BRL 2813

GEVELELEMENT, HOUT (attest, productcertificaat, procescertificaat)

Wijzigingsblad BRL

VOOR DE AFGIFTE VAN EEN

BRL 7513 dd RICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT VOOR AFGIFTE VAN ERKENDE BB-AANSLUITDOCUMENTEN VOOR DE TOEPASSING VAN COMBINATIE-BOUWSYTEMEN

SKH4' Esrx - ERKEND SKH BB.AANSLUITDOCUMENT. Tel. (078) 6't Fax (078)

Kwaliteitsverklaringen, afgegeven op basis van BRL 0801 Houten Gevelelementen d.d behouden hun geldigheid tot

KOMO kwaliteitsverklaring

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR OSB ORIENTED STRAND BOARD. Techniekgebied: E2 Houtachtige plaatmaterialen

KOMO attest-met-productcertificaat

DAKPLAAT/GEVELPLAAT, VEZELCEMENTPLAAT, GEPROFILEERD, ASBESTVRIJ (attest, productcertificaat)

DEEL 1 VOOR HET KOMO ATTEST VOOR BOUWSYSTEMEN VOOR ENERGIEZUINIGE WONINGEN, WONINGUITBREIDINGEN, EN/OF WOONGEBOUWEN

Wijzigingsblad BRL 0203

KOMO attest-met-productcertificaat

KOMO attest-met-productcertificaat

In het kader van dit attest vindt geen controle plaats van de productie van de dakramen, noch op de samenstelling van en/of montage in dak(del)en.

Het attest is voorts opgenomen in het overzicht op de website van Stichting KOMO:

BEOORDELINGSRICHTLIJN WIJZIGINGSBLAD

Wijzigingsblad BRL 2502

KOMO attest-met-productcertificaat

Bouwbesluit. KOMO attest. Toepassing van «naam product/systeem»

Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit afdeling artikel; leden

Vervang de inhoud van de volgende paragrafen in de BRL door de aangegeven tekst.

Vervangt. d.d. Naam certificaathouder

VOOR HET VOOR HOUTEN GEVELELEMENTEN. Vastgesteld door College van Deskundigen Hout d.d

Weekamp Doors SRO Na Kopci LAČNOV, HORNĺ LIDEČ TSJECHIË

KOMO attest-met-productcertificaat

VLOER, BEGANE GROND, COMBINATIEVLOER, BETONBALKEN en EPS- VULELEMENTEN (attest, productcertificaat)

NATIONALE BEOORDELINGSRICHTLIJN VOOR HET VOOR GEVINGERLAST HOUT VOOR DRAGENDE TOEPASSINGEN. Techniekgebied: E3 Houtproducten

Transcriptie:

RABB 7510 dd. 28042016 SKHRICHTLIJN AANSLUITING BOUWBESLUIT Voor afgifte van erkende en voor BUITENDEUREN TOEGEPAST IN VERTICALE UITWENDIGE SCHEIDINGSCONSTRUCTIES Aanvaard door de Harmonisatie Commissie Bouw van de Stichting Bouwkwaliteit dd. 28042016 Bindend verklaard door SKH dd. 28042016 Uitgave: Certificatieinstelling SKH Nadruk verboden

d.d. 28042016 pag. 2 van 27 SKH Nieuwe Kanaal 9c 6709 PA WAGENINGEN Tel. 0317 453 425 mail@skh.nl www.skh.nl 2016 SKH Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Het gebruik van deze richtlijn door derden, voor welk doel dan ook, is uitsluitend toegestaan nadat een schriftelijke overeenkomst met SKH is gesloten waarin het gebruiksrecht is geregeld.

d.d. 28042016 pag. 3 van 27 Inhoudsopgave 1. INLEIDING... 4 1.1 Algemeen... 4 1.2 Toepassingsgebied... 4 1.3 Relatie met de Europese Verordening bouwproducten (CPR, EU 305/2011)... 5 1.4 Erkenning in het kader van het Bouwbesluit... 5 1.5 Acceptatie van door leverancier geleverde onderzoeksrapporten... 5 1.6 SKH... 5 2. TOETSINGSONDERZOEK... 6 2.1 Start van het onderzoek... 6 2.2 Toetsingsonderzoek... 6 2.3 Verlening SKH... 6 2.4 Geldigheidsduur SKH... 6 3. PRESTATIES IN DE TOEPASSING... 7 3.1 Aansluittabel Bouwbesluit... 7 3.2 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van veiligheid... 8 3.2.1 Sterkte bouwconstructie; BBartikelen 2.2 en 2.4... 8 3.2.2 Binnenoppervlak; BBartikel 2.67... 9 3.2.3 Buitenoppervlak; BBartikel 2.68... 9 3.2.4 Vrijgesteld; BBartikel 2.70 (facultatief)... 10 3.2.5 Weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag; BBartikel 2.84... 10 3.2.6 Weerstand tegen branddoorslag, brandoverslag en rookdoorgang; BBartikel 2.94... 11 3.2.7 Inbraakwerendheid; Prestatieeis BBartikel 2.130... 12 3.3 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van gezondheid... 12 3.3.1 Geluid van buiten; BBartikel 3.2... 13 3.3.2 Industrie, weg of spoorweglawaai; BBartikel 3.3... 14 3.3.3 Luchtvaartlawaai; BBartikel 3.4 (facultatief)... 15 3.3.4 Wering van vocht van buiten; Prestatieeis BB artikel 3.21... 16 3.3.5 Materialen; BBartikel 3.63... 17 3.4 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van bruikbaarheid D... 17 3.4.1 Vrije doorgang; BBartikel 4.22... 17 3.4.2 Regenwerend; BBartikel 4.32... 18 3.5 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van energiezuinigheid en milieu... 18 3.5.1 Thermische isolatie; BBartikel 5.3... 18 3.5.2 Luchtvolumestroom; BBartikel 5.4... 19 4. EISEN AAN DE CERTIFICATIEINSTELLING... 21 4.1 Algemeen... 21 4.2 Personeel betrokken bij het toetsingsonderzoek... 21 4.3 KwalificatieEisen... 22 5. DOCUMENTEN LIJST... 23 6. BIJLAGE A: BOUWBESLUIT AANSLUITTABEL... 26

d.d. 28042016 pag. 4 van 27 1. INLEIDING 1.1 Algemeen Deze richtlijn heeft tot doel om, op verzoek van de aanvrager, vast te stellen of de door de aanvrager op de markt gebrachte buitendeuren in hun toepassing voldoen aan de prestatieeisen van het Bouwbesluit. De toetsing aan deze richtlijn resulteert in het opstellen van een SKHBBaansluitingsdocument van de beoordeelde buitendeuren. Dit document stelt de aanvrager in staat om aan zijn afnemers aan te tonen dat, mits toegepast volgens de voorwaarden zoals vermeld in het SKH, de door hem geleverde buitendeuren toegepast in een verticale uitwendige scheidingsconstructie, voldoen aan het Bouwbesluit. Daar waar sprake is van CEmarkering van producten kan voor het vaststellen van de aansluiting met het Bouwbesluit gebruik gemaakt worden van de waarden zoals opgenomen in de prestatieverklaring van de betreffende producent. Tevens vermeldt deze richtlijn de eisen die gesteld worden aan de certificatie instellingen, die voor het toepassingsgebied van deze richtlijn beschikken over een accreditatie door de Raad voor Accreditatie, en de procedure die gevolgd moet worden voor de behandeling van een aanvraag c.q. instandhouding van het. Naast de eisen die in deze richtlijn zijn vastgesteld, stelt de certificatie instellingen aanvullende eisen in de zin van algemene procedureeisen, zoals vastgelegd in het reglement van de certificatie instelling. Het techniekgebied van de richtlijn is: C3 Deuren, ramen, luiken, blinden, poorten met kozijnen met inbegrip van mechanisch bevestigde vliesgevelsystemen. Voor alle toepassingen en alle uitvoeringen in metaal. C4 Deuren, ramen, luiken, blinden, poorten met kozijnen. voor alle toepassingen en alle uitvoeringen in kunststof. E6 Deuren, ramen, luiken, blinden, poorten met kozijnen. voor alle toepassingen en alle uitvoeringen in hout. 1.2 Toepassingsgebied Deze richtlijn aansluiting Bouwbesluit en het SKH hebben betrekking op buitendeuren, voor toepassing in gebruiksfuncties zoals omschreven in het Bouwbesluit. Onder een buitendeur wordt verstaan: a. een deur die het binnenklimaat scheidt van het buitenklimaat van een constructie en waarvan de doorgang van voetgangers het belangrijkste doel is waarbij BB artikel 4.32 niet van toepassing is. b. een deur voor overige gebruiksfuncties (o.a. garagedeuren (totale oppervlak < 6,25 m2), bergingsdeuren etc.), geplaatst in een gevelelement, voor toepassing in een scheidingsconstructie waarbij BB artikelen 3.2, 3.3, 3.4, 5.3 en 5.4 niet van toepassing zijn. Dit betekent dat de buitendeur onderdeel vormt van de geïsoleerde schil of geheel daarbuiten ligt.

d.d. 28042016 pag. 5 van 27 1.3 Relatie met de Europese Verordening bouwproducten (CPR, EU 305/2011) Op buitendeuren (zonder kozijn) is geen geharmoniseerde Europese productnorm van toepassing 1. Op materialen en/of componenten toegepast in buitendeuren kan wel een geharmoniseerde Europese productnorm van toepassing zijn. Ten aanzien van de essentiële kenmerken zoals omschreven in de bijlage ZA van de geharmoniseerde Europese norm kan voor materialen en/of componenten toegepast in buitendeuren uitgegaan worden van de waarden zoals opgenomen in de Prestatieverklaring van de betreffende producent. 1 de geharmoniseerde Europese norm EN 143511heeft enkel betrekking op deursets. Onder een deurset wordt overeenkomstig de geharmoniseerde Europese norm verstaan; complete unit bestaande uit kozijn, deur en alle onderdelen samengesteld door één bedrijf 1.4 Erkenning in het kader van het Bouwbesluit Op basis van deze richtlijn worden erkende en afgegeven. Erkende BBaansluitdocumenten vallen conform Bouwbesluit art. 1.11 onder de erkende kwaliteitsverklaringen. 1.5 Acceptatie van door leverancier geleverde onderzoeksrapporten Indien door de leverancier rapporten van onderzoekinstellingen of laboratoria worden overgelegd om aan te tonen dat buitendeuren toegepast in verticale uitwendige aan de in deze Richtlijn opgenomen eisen van het Bouwbesluit voldoen, dienen deze opgesteld te zijn door een instelling die voldoet aan de van toepassing zijnde accreditatienorm, te weten: NENENISO/IEC 17025 voor laboratoria NENENISO/IEC 17065 voor certificatie instellingen die producten certificeren Een instelling wordt geacht aan deze criteria te voldoen wanneer een accreditatiecertificaat voor het betreffende onderwerp kan worden overlegd, afgegeven door de Raad voor Accreditatie (RvA) of een accreditatieinstelling waarmee de RvA een overeenkomst van wederzijdse acceptatie heeft gesloten. Indien geen accreditatiecertificaat kan worden overlegd zal de certificatie instelling zelf beoordelen of aan de accreditatiecriteria is voldaan. 1.6 SKH Op basis van deze richtlijn worden erkende SKHen afgegeven. De uitspraken in deze documenten zijn gebaseerd op hoofdstuk 3 van deze richtlijn. Op de website van de SKH (www.skh.org) staat het model van de af te geven SKH vermeld die voor deze richtlijn van toepassing is. De af te geven SKHen moeten met dit model overeenkomen. Doordat wijzigingen van de indeling en/of teksten van de erkende en voorgelegd zijn aan de HCB en instemming verkregen is, wordt voor die documenten tevens voldaan aan de eisen zoals gepubliceerd op de website van de Stichting Bouwkwaliteit (www.bouwkwaliteit.nl).

d.d. 28042016 pag. 6 van 27 2. TOETSINGSONDERZOEK Voor afgifte van het wordt een toetsingsonderzoek uitgevoerd. 2.1 Start van het onderzoek De aanvrager geeft de prestaties van zijn product/systeem aan voor het opstellen van het en levert de daarvoor benodigde documenten en onderbouwing aan. Waar van toepassing verstrekt hij de nodige gegevens ten behoeve van het opstellen van de technische specificatie zoals die wordt opgenomen in het af te geven. 2.2 Toetsingsonderzoek Ten behoeve van het opstellen van het voert de certificatie instelling onderzoek uit. Tot het toetsingsonderzoek behoren: Beoordeling van door de aanvrager verstrekte c.q. te verstrekken documenten waarbij de certificatieinstelling nagaat of de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige voldoen aan de prestatieeisen; (Monster)onderzoek, om vast te stellen of de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige voldoen aan de prestatieeisen; Beoordeling van de verwerkingsvoorschriften van de leverancier; Vaststelling van de toepassingsvoorwaarden. 2.3 Verlening SKH De resultaten van het toetsingsonderzoek worden door de certificatie instelling vastgelegd in een dossier. Het dossier moet aan de volgende eisen voldoen: Volledigheid; het dossier doet een uitspraak over alle in de richtlijn gestelde eisen Traceerbaarheid; de bevindingen waarop uitspraken zijn gebaseerd moeten traceerbaar zijn vastgelegd De beslissing over verlening van een moet plaats vinden door een daartoe gekwalificeerde beslisser, die niet zelf bij het toetsingsonderzoek betrokken is geweest. Op basis van de beoordeling wordt door de beslisser besloten of het BBaansluitdocument kan worden verleend of dat aanvullende gegevens en/of onderzoeken vereist zijn voordat het kan worden verleend. De beslissing moet traceerbaar zijn vastgelegd. Door het verlenen van het spreekt de certificatie instelling het gerechtvaardigd vertrouwen uit dat: De buitendeur toegepast in verticale uitwendige de prestaties leveren zoals opgenomen in het, mits wordt voldaan aan de in het omschreven voorwaarden, en daarmee voldoen aan de eisen in het Bouwbesluit. 2.4 Geldigheidsduur SKH Zolang het geldig is mag de producent hiervan gebruik maken om aan te tonen dat het product/systeem voldoet aan de in het opgenomen bepalingen van het Bouwbesluit. De geldigheidsduur van het wordt geregeld in de reglementen van de certificatie instelling maar is niet langer dan 5 jaar. Na beëindiging van de geldigheid van het vindt door de certificatieinstelling een herbeoordeling van het product en de aansluiting met het Bouwbesluit plaats. Bij tussentijdse wijziging van het Bouwbesluit beoordeelt de certificatieinstelling de gevlogen ervan en past, daar waar nodig, het BBaansluitdocument daarop aan.

d.d. 28042016 pag. 7 van 27 3. PRESTATIES IN DE TOEPASSING In dit hoofdstuk zijn de prestatieeisen opgenomen, waaraan de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige, evenals de bepalingsmethoden om vast te stellen dat aan de eisen wordt voldaan. 3.1 Aansluittabel Bouwbesluit In de onderstaande tabel zijn de eisen vanuit het Bouwbesluit opgenomen die aan buitendeuren toegepast in verticale uitwendige worden gesteld. In de af te geven en zal de aansluittabel moeten worden overgenomen zoals die is opgenomen in bijlage A. Beschouwde afdelingen van het Bouwbesluit Algemene sterkte van de bouwconstructie Beperking van ontwikkeling van brand en rook (art. 2.70 facultatief) Beperking van uitbreiding van brand (facultatief) Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook (facultatief) Inbraakwerendheid (facultatief) Bescherming tegen geluid van buiten (art. 3.4 facultatief) Afd. Art. Lid Woning Woongebouw 2.1 2.2 2.9 2.67 2.4 12 2.68 2.70 1 12 5 12 2.10 2.84 13/68 1/4 8/11 Ander gebouw Eventueel verder verwijzingspad NENEN 1990 (incl. NB) NENEN 1991 11/4 (incl. NB) NENEN 1993 11 (incl. NB) NENEN 1995 11 (incl. NB) NENEN 1999 11 (incl. NB) NEN 2608 NENEN 135011 NEN 6068 2.11 2.94 2 NEN 6068 2.15 2.130 NEN 5087 en NEN 5096 3.1 3.2 3.3 3.4 1/34 14 15 NEN 5077 Wering van vocht 3.5 3.21 1 NEN 2778 Beperking van de aanwezigheid van schadelijke stoffen en ioniserende straling 3.9 3.63 1 Ministeriële Regeling

d.d. 28042016 pag. 8 van 27 Bereikbaarheid en toegankelijkheid, Nieuwbouw (facultatief) Bergruimte, regenwerendheid 4.4 4.22 1 Energiezuinigheid 5.1 5.3 12 4.5 4.32 5.4 6 1 2 NEN 1068 NEN 2686 Opmerkingen bij aansluittabel 1. In bovenstaande aansluittabel zijn de Bouwbesluiteisen voor nieuwbouw aangegeven. Buitendeuren toegepast in verticale uitwendige die voldoen aan de eisen voor nieuwbouw voldoen tevens aan de eisen voor verbouw. Vanuit die optiek zijn de eisen voor verbouw niet nader uitgewerkt. 2. Hieronder zijn overeenkomstig de aansluittabel per BBafdeling de relevante BBartikelen en leden nader uitgewerkt. Tenzij anders vermeld, zijn vermelde BBartikelen/leden van toepassing op alle (drie) typen bouwwerken (woning, woongebouw en andere gebouwen). 3. Voor de relevante leden bij een artikel betreffende een gebruiksfunctie die valt onder ander gebouw dient het Bouwbesluit geraadpleegd te worden. 3.2 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van veiligheid ALGEMENE STERKTE VAN DE BOUWCONSTRUCTIE; BBafd. 2.1 3.2.1 Sterkte bouwconstructie; BBartikelen 2.2 en 2.4 Bouwconstructies moeten voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.2 en BBart. 2.4, leden 12. Een bouwconstructie bezwijkt gedurende de ontwerplevensduur niet bij de fundamentele belastingcombinaties als bedoeld in NENEN 1990. n Beoordeelt wordt of de opgegeven (methode voor het berekenen van de) prestaties van de buitendeuren, toegepast in verticale uitwendige van gebruiksfuncties, juist zijn bij de belastinggevallen en belastingcombinaties, bepaald overeenkomstig de in tabel 1 vermelde Eurocodes en/of NEN norm. Hierbij wordt nagegaan voor welke toepassingen de buitendeuren geschikt zijn. Tabel 1 Type constructie Belastingen overeenkomstig Prestaties bepaald overeenkomstig Staalconstructie NENEN 1990* en NENEN 199111/4 NENEN 199311 * Houtconstructie NENEN 1990* en NENEN 199111/4 NENEN 199511* Aluminiumconstructie NENEN 1990* en NENEN 199111/4 NENEN 199911 * Glasconstructie NENEN 1990* en NENEN 199111/4 NEN 2608 * inclusief nationale bijlage

d.d. 28042016 pag. 9 van 27 Toelichting bepalingsmethode Om te toetsen of aan de eisen van het Bouwbesluit wordt voldaan kan bij buitendeuren gebruik gemaakt worden van onderstaande bepalingsmethode: Volgens NENEN 143511 kan de sterkte van een buitendeur toegepast in een gevelelement bij windbelasting worden bepaald door beproeving overeenkomstig NENEN 12211. Het resultaat van de beproeving moet worden vertaald naar de optredende windbelastingen in de verschillende situaties volgens NENEN 199114 (inclusief nationale bijlage). Op basis van deze bepaling kan worden aangetoond tot welke toepassingshoogte de buitendeur toegepast in verticale uitwendige aan de eis van het bouwbesluit voldoet. De certificatie instelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de sterkte van de buitendeur in de toepassingshoogte voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen. Het geeft voor uitvoeringsvoorbeelden van buitendeuren aan voor welke toepassingen deze geschikt zijn en welke voorwaarden hiervoor gelden. BEPERKING VAN HET ONTWIKKELEN VAN BRAND EN ROOK; BBAFD. 2.9 3.2.2 Binnenoppervlak; BBartikel 2.67 Een zijde van een constructieonderdeel dat grenst aan de binnenlucht moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.67, lid 1 voor woningen/woongebouwen en de leden 12 voor andere gebouwen. De klassen behoren ten minste tot brandklasse D en rookklasse s2. De brandklasse en rookklasse dienen bepaald te worden overeenkomstig NENEN 135011. De certificatieinstelling controleert of de prestaties met betrekking tot de brand en rookklasse van de buitendeuren, die grenzen aan de binnenlucht, in de toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het geeft van de buitendeuren aan dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de brandklasse en rookklasse van zijden van constructieonderdelen die grenzen aan de binnenlucht en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.2.3 Buitenoppervlak; BBartikel 2.68 Een zijde van een constructieonderdeel dat grenst aan de buitenlucht moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.68, lid 5.

d.d. 28042016 pag. 10 van 27 De klasse behoort ten minste tot brandklasse D. De brandklasse dient bepaald te worden overeenkomstig NENEN 135011. De certificatieinstelling controleert of de prestaties met betrekking tot de brand en rookklasse van de buitendeur, die grenzen aan de buitenlucht, in de toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het geeft van de buiten aan dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de brandklasse van de zijden van constructieonderdelen die grenzen aan de buitenlucht en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.2.4 Vrijgesteld; BBartikel 2.70 (facultatief) Delen van de totale oppervlakte van constructieonderdelen van elke afzonderlijke ruimte zijn overeenkomstig BBart. 2,70, lid 1 vrijgesteld van de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.67 t/m 2.69. Onverminderd het eerste lid van BBart. 2.70 is voor een aantal in BBtabel 2.66 nader aangegeven gebruiksfuncties op ten hoogste 10% van de totale oppervlakte van de constructieonderdelen van elke afzonderlijke ruimte waardoor geen beschermde vluchtroute voert, BBart. 2.67 niet van toepassing. Ten hoogste 5% van de totale oppervlakte is vrijgesteld. Ten hoogste 10% van de totale binnenoppervlakte van de constructieonderdelen van elke afzonderlijke ruimte waardoor geen beschermde vluchtroute voert, is vrijgesteld. Het kan vermelden welke delen (bv. ventilatieroosters, brievenbussen e.d.) zijn vrijgesteld. BEPERKING VAN UITBREIDING VAN BRAND; BBAFD. 2.10 (FACULTATIEF) 3.2.5 Weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag; BBartikel 2.84 De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.84, leden 13/68 voor woningen/woongebouwen en de leden 1/48/11 voor andere gebouwen. Deze weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) wordt mede bepaald uit de brandwerendheden van de verschillende constructieonderdelen in een branduitbreidingstraject in de richting van de uitbreiding. Afhankelijk van het type van het constructieonderdeel wordt de weerstand uitgedrukt in (R)EI of (R)EW of (R)E. Het gaat er met name om wanneer sprake is van een opening waardoor vlammen dan wel straling naar buiten treden c.q. de ontvangende straling > 15 kw/m 2 is.

d.d. 28042016 pag. 11 van 27 De grenswaarde voor de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag (WBDBO) wordt bepaald door de weerstand tegen branddoorslag (WBO) van een gevelopening als bedoeld in NEN 6068. Constructieonderdelen met een brandwerendheid m.b.t. de scheidende functie, beschouwd in de uitbreidingsrichting, groter dan 30 min. worden beschouwd als dicht. Brandoverslag via die constructieonderdelen vindt niet plaats. De brandwerendheid van de dichte delen wordt beoordeeld op: Van binnen naar buiten op (R)EI voor de dichte delen Van binnen naar buiten op (R)EW voor ramen, deuren en daarmee vergelijkbare constructieonderdelen Van buiten naar binnen met de buitenbrandkromme op (R)EI voor de dichte delen Van buiten naar binnen met de buitenbrandkromme op (R)EW voor ramen, deuren en daarmee vergelijkbare constructieonderdelen De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag wordt bepaald overeenkomstig NEN 6068. De certificatie instelling controleert of de prestaties met betrekking tot de brandwerendheid (inclusief bijbehorende aansluitdetails) van de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het kan voor toepassingsvoorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige aangeven dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag en welke voorwaarden hiervoor gelden. VERDERE BEPERKING VAN UITBREIDING VAN BRAND EN BEPERKING VAN VERSPREIDING VAN ROOK; BBAFD. 2.11 (FACULTATIEF) 3.2.6 Weerstand tegen branddoorslag, brandoverslag en rookdoorgang; BBartikel 2.94 De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.94, lid 2. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag van een subbrandcompartiment naar een andere ruimte in het brandcompartiment waarin een subbrandcompartiment als bedoeld in BBart. 2.93 ligt, bedraagt ten minste 30 minuten. De weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag wordt bepaald overeenkomstig NEN 6068.

d.d. 28042016 pag. 12 van 27 De certificatieinstelling controleert of de prestaties met betrekking tot de branddoorslag en brandoverslag (inclusief bijbehorende aansluitdetails) van de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het kan voor toepassingsvoorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige aangeven dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag en welke voorwaarden hiervoor gelden. INBRAAKWERENDHEID; BBAFD. 2.15 (FACULTATIEF) 3.2.7 Inbraakwerendheid; Prestatieeis BBartikel 2.130 Deuren, ramen en kozijnen en daarmee gelijk te stellen constructieonderdelen, toegepast in woningen en in woongebouwen, die bereikbaar zijn voor inbraak moeten voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 2.130 voor woningen/woongebouwen. De inbraakwerendheid moet voldoen aan weerstandsklasse 2 overeenkomstig NEN 5096. Van kozijnen, ramen, deuren en vergelijkbare constructieonderdelen die in hun toepassing overeenkomstig NEN 5087 als bereikbaar aangemerkt worden, dient de weerstandsklasse te worden bepaald overeenkomstig NEN 5096. Toelichting bepalingsmethode Volgens NENEN 143511 moet de inbraakwerendheid worden bepaald door beproeving volgens NENEN 1628, NENEN 1629 en NENEN 1630. Het resultaat moet worden uitgedrukt volgens NENEN 1627. I.v.m. de eisen van het Bouwbesluit zal aanvullend getoetst moeten worden volgens paragraaf 5.1 van NEN 5096 (eisen ten aanzien van beglazing, hang en sluitwerk, afsluitbaarheid en manipulatie). Op basis van deze bepalingen kan worden aangetoond dat aan de eis van het Bouwbesluit wordt voldaan. De certificatieinstelling controleert of de prestaties met betrekking tot de inbraakwerendheid van de buitendeuren in de toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit gestelde eisen. Het kan van de buitendeuren aangeven dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de inbraakwerendheid en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.3 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van gezondheid BESCHERMING TEGEN GELUID VAN BUITEN; BBAFD. 3.1

d.d. 28042016 pag. 13 van 27 3.3.1 Geluid van buiten; BBartikel 3.2 Een verticale uitwendige scheidingsconstructie moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 3.2. De karakteristieke geluidwering van een verticale uitwendige scheidingsconstructie heeft een minimum van 20 db.. De karakteristieke geluidwering van de bouwconstructie (ruimte niveau) dient te worden bepaald volgens NEN 5077. Toelichting bepalingsmethode Om aan deze eis op ruimteniveau te kunnen voldoen wordt t.a.v. buitendeuren het volgende gesteld: Kozijnen, ramen en borstweringen zijn eclusief ventilatievoorzieningen, inclusief aansluitingen met een negge, geschikt om de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, voor zover die constructie de scheiding vormt met de buitenlucht, bepaald volgens NEN 5077 te laten voldoen. Gelijkwaardig aan beproeving volgens NEN 5077 is het rekenkundig benaderen van de geluidwering volgens NENEN 123543. Voor het berekenen van de geluidwering van de totale verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A) kunnen waarden voor de andere onderdelen (zoals ventilatieroosters, suskasten etc.) voor standaard buitengeluid (R A) ontleend worden aan andere kwaliteitsverklaringen en aan Geluidwering in de woningbouw, Herziening rekenmethode verkeerslawaai en woningen geluidwering gevels, of aan Rekenmethode GGG 97' van de Intergemeentelijke Werkgroep Bouwfysica van grote gemeenten. Deze publicaties geven bovendien berekeningsmethoden voor het berekenen van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A). Voor de omrekening van de geluidwering G A naar de karakteristieke geluidwering G A;K zie NEN 5077 en Geluidwering in de woningbouw. Op basis van artikel 1.3 lid 12 van het Bouwbesluit kan deze rekenkundige benadering, inclusief de omrekening naar karakteristieke geluidwering, als gelijkwaardig worden toegepast. Bij de berekening van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie wordt verondersteld dat de geluidwering van buitendeuren geplaatst in een gevelelement (R A) minimaal 23 db moet zijn. Volgens NENEN 143511 moet de geluidwering worden bepaald overeenkomstig NENEN ISO 101403 1. De resultaten van de bepaling moeten volgens NENEN 143511 worden beoordeeld overeenkomstig NENENISO 7171. Het resultaat moet volgens de bepalingen in NEN 5077 worden uitgedrukt in karakteristieke geluidwering van buitendeuren geplaatst in een gevelelement in zijn toepassing. 1 Voor specifieke van buitendeuren geplaatst in een gevelelement kan ook de methode zoals omschreven in bijlage B van NENEN 143511 worden toegepast. De certificatieinstelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de karakteristieke geluidwering van buitendeuren geplaatst in een gevelelement voldoen aan de (in het bouwbesluit genoemde) eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen.

d.d. 28042016 pag. 14 van 27 Het vermeldt voor uitvoeringsvoorbeelden van buitendeuren geplaatst in een gevelelement, toegepast in verticale uitwendige, de prestatie met betrekking tot de geluidwering (RA) ten minste 23 db moet zijn. Daarnaast kunnen voorbeelden van buitendeuren geplaatst in verticale uitwendige worden opgenomen die voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van geluidwering tegen geluid van buiten en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.3.2 Industrie, weg of spoorweglawaai; BBartikel 3.3 Een verticale uitwendige scheidingsconstructie moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 3.3, leden 1/34 voor woningen/woongebouwen en leden 14 voor andere gebouwen. n 1 De karakteristieke geluidwering van een verticale uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied is niet kleiner dan het verschil tussen de in het hogerewaardenbesluit opgenomen hoogst toelaatbare geluidsbelasting voor industrie, weg of spoorweglawaai en 35 db(a) bij industrielawaai, of 33 db bij weg of spoorweglawaai. 2 De karakteristieke geluidwering van een scheidingsconstructie van een verblijfsruimte is maimaal 2 db of db(a) lager dan de hierboven bedoelde karakteristieke geluidwering van het verblijfsgebied waarin de verblijfsruimte ligt. De karakteristieke geluidwering wordt bepaald overeenkomstig NEN 5077. Toelichting bepalingsmethode Om aan deze eis op ruimteniveau te kunnen voldoen wordt t.a.v. buitendeuren het volgende gesteld: Kozijnen, ramen en borstweringen zijn eclusief ventilatievoorzieningen, inclusief aansluitingen met een negge, geschikt om de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, voor zover die constructie de scheiding vormt met de buitenlucht, bepaald volgens NEN 5077 te laten voldoen. Gelijkwaardig aan beproeving volgens NEN 5077 is het rekenkundig benaderen van de geluidwering volgens NENEN 123543. Voor het berekenen van de geluidwering van de totale verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A) kunnen waarden voor de andere onderdelen (zoals ventilatieroosters, suskasten etc.) voor standaard buitengeluid (R A) ontleend worden aan andere kwaliteitsverklaringen en aan Geluidwering in de woningbouw, Herziening rekenmethode verkeerslawaai en woningen geluidwering gevels, of aan Rekenmethode GGG 97' van de Intergemeentelijke Werkgroep Bouwfysica van grote gemeenten. Deze publicaties geven bovendien berekeningsmethoden voor het berekenen van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A). Voor de omrekening van de geluidwering G A naar de karakteristieke geluidwering G A;K zie NEN 5077 en Geluidwering in de woningbouw. Op basis van artikel 1.3 lid 12 van het Bouwbesluit kan deze rekenkundige benadering, inclusief de omrekening naar karakteristieke geluidwering, als gelijkwaardig worden toegepast. Bij de berekening van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie wordt verondersteld dat de geluidwering van buitendeuren geplaatst in een gevelelement (R A) minimaal 23 db moet zijn.

d.d. 28042016 pag. 15 van 27 De certificatie instelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de karakteristieke geluidwering van de buitendeuren geplaatst in en gevelelement voldoen aan de (in het bouwbesluit genoemde) eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen. Het vermeldt voor uitvoeringsvoorbeelden van buitendeuren geplaatst in een gevelelement, toegepast in verticale uitwendige, de prestatie met betrekking tot de geluidwering (RA) ten minste 23 db moet zijn. Daarnaast kunnen voorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige worden opgenomen die voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van geluidwering tegen geluid van buiten en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.3.3 Luchtvaartlawaai; BBartikel 3.4 (facultatief) Een verticale uitwendige scheidingsconstructie moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 3.4, leden 15. n 1 De karakteristieke geluidwering van een verticale uitwendige scheidingsconstructie is niet kleiner dan 30 db. 2 Het karakteristiek geluidniveau in een verblijfsgebied is ten hoogste 33 db. 3 De karakteristieke geluidwering van een scheidingsconstructie van een verblijfsruimte is maimaal 2 db of db(a) lager dan de hierboven bedoelde karakteristieke geluidwering van het verblijfsgebied waarin de verblijfsruimte ligt. De karakteristieke geluidwering wordt bepaald overeenkomstig NEN 5077. Toelichting bepalingsmethode Om aan deze eis op ruimteniveau te kunnen voldoen wordt t.a.v. buitendeuren het volgende gesteld: Kozijnen, ramen en borstweringen zijn eclusief ventilatievoorzieningen, inclusief aansluitingen met een negge, geschikt om de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied, voor zover die constructie de scheiding vormt met de buitenlucht, bepaald volgens NEN 5077 te laten voldoen. Gelijkwaardig aan beproeving volgens NEN 5077 is het rekenkundig benaderen van de geluidwering volgens NENEN 123543. Voor het berekenen van de geluidwering van de totale verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A) kunnen waarden voor de andere onderdelen (zoals ventilatieroosters, suskasten etc.) voor standaard buitengeluid (R A) ontleend worden aan andere kwaliteitsverklaringen en aan Geluidwering in de woningbouw, Herziening rekenmethode verkeerslawaai en woningen geluidwering gevels, of aan Rekenmethode GGG 97' van de Intergemeentelijke Werkgroep Bouwfysica van grote gemeenten. Deze publicaties geven bovendien berekeningsmethoden voor het berekenen van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie (G A). Voor de omrekening van de geluidwering G A naar de karakteristieke geluidwering G A;K zie NEN 5077 en Geluidwering in de woningbouw. Op basis van artikel 1.3 lid 12 van het

d.d. 28042016 pag. 16 van 27 Bouwbesluit kan deze rekenkundige benadering, inclusief de omrekening naar karakteristieke geluidwering, als gelijkwaardig worden toegepast. Bij de berekening van de geluidwering van de verticale uitwendige scheidingsconstructie wordt verondersteld dat de geluidwering van buitendeuren geplaatst in een gevelelement (R A) minimaal 23 db moet zijn. De certificatie instelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de karakteristieke geluidwering van de buitendeuren geplaatst in een gevelelement voldoen aan de (in het bouwbesluit genoemde) eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen. Het vermeldt voor uitvoeringsvoorbeelden van buitendeuren geplaatst in een gevelelement, toegepast in verticale uitwendige, de prestatie met betrekking tot de geluidwering (RA) ten minste 23 db moet zijn. Daarnaast kunnen voorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige worden opgenomen die voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van geluidwering tegen geluid van buiten en welke voorwaarden hiervoor gelden. WERING VAN VOCHT; BBAFD. 3.5 3.3.4 Wering van vocht van buiten; Prestatieeis BB artikel 3.21 Verticale uitwendige moeten voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BB art. 3.21, lid 1. Verticale uitwendige van een verblijfsgebied, een toiletruimte of een badruimte moeten waterdicht zijn. De waterdichtheid wordt bepaald overeenkomstig NEN 2778. Toelichting bepalingsmethode Volgens NENEN 143511 moet de waterdichtheid worden bepaald overeenkomstig NENEN 1027. De resultaten van de bepaling moeten volgens NENEN 143511 worden uitgedrukt overeenkomstig NENEN 12208. Het resultaat hiervan moet voor de optredende stuwdruk zoals vermeld in tabel 2 van NEN 2778 worden vertaald naar de verschillende toepassingen. De certificatie instelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de waterdichtheid van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen. Het geeft voor toepassingsvoorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige aan dat deze voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen ten aanzien van de wering van vocht van buiten en welke voorwaarden hiervoor gelden.

d.d. 28042016 pag. 17 van 27 BEPERKING VAN DE AANWEZIGHEID VAN SCHADELIJKE STOFFEN EN IONISERENDE STRALING; BBAFD. 3.9 3.3.5 Materialen; BBartikel 3.63 Materialen waaruit giftige of hinderlijke stoffen kunnen vrijkomen of waaruit ioniserende stralen kunnen ontstaan, moeten voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 3.63, lid 1. n kunnen worden gegeven bij Ministeriële regeling. De bepalingsmethoden kunnen worden gegeven bij Ministeriële regeling. In het worden geen uitspraken gedaan. Dit artikel is informatief opgenomen in het kader van de zorg en signaleringsplicht. 3.4 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van bruikbaarheid D BEREIKBAARHEID EN TOEGANKELIJKHEID, NIEUWBOUW; BBAFD. 4.4 (FACULTATIEF) 3.4.1 Vrije doorgang; BBartikel 4.22 Een vrije doorgang moet voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 4.22, lid 1 voor woningen en de leden 12 voor woongebouwen en andere gebouwen. Een doorgang heeft een vrije breedte van ten minste 0,85 m en een vrije hoogte van ten minste 2,3 m. Welke vrije doorgang aanwezig is, hangt af van de vorm en de afmetingen van de deur, de vorm van het gevelelement waarin de deur wordt geplaatst en de draairichting van de deur. Daarbij is het ook van belang in welke stand (onder 90 o of 180 o ) de deur wordt beschouwd. Toelichting bepalingsmethode Volgens NENEN 143511 moet de afmeting van de deuropeningen worden bepaald volgens NENEN 12519. Om te beoordelen of aan de eisen van het Bouwbesluit wordt voldaan moet de hoogte en de breedte van de vrije doorgang bij (dubbele) deurkozijnen worden bepaald overeenkomstig paragraaf 3.1 van NENEN 12519. Hierbij moeten de hoogte en breedte maten worden omgezet naar de bepalingsmethode volgens NEN 2580 en tenminste voldoen aan de eisen volgens BBart. 4.22. Op basis van deze bepaling kan worden aangetoond dat aan de eis van het Bouwbesluit wordt voldaan.

d.d. 28042016 pag. 18 van 27 De certificatieinstelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de afmeting van de buitendeuren in relatie tot de deuropeningen van de gevelelementen in de verticale uitwendige scheidingsconstructie in zijn toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het kan toepassingsvoorwaarden en/of voorbeelden geven op basis waarvan de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige scheidingsconstructie voldoen aan de eisen in het bouwbesluit met betrekking tot de vrije doorgang en welke voorwaarden hiervoor gelden. BUITENBERGING, NIEUWBOUW; BBAFD 4.5 3.4.2 Regenwerend; BBartikel 4.32 De uitwendige scheidingsconstructie van een bergruimte als bedoeld in artikel 4.31 is, bepaald volgens NEN 2778, regenwerend. Een buitendeur geplaats in een buitenberging is regenwerend. De regenwerendheid van een buitendeur, voor plaatsing in een gevelelement van een buitenberging, dient te worden bepaald overeenkomstig NEN 2778 De certificatieinstelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de regenwerendheid van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige scheidingsconstructie in zijn toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. Het kan toepassingsvoorwaarden en/of voorbeelden geven op basis waarvan de buitendeuren toegepast in verticale uitwendige scheidingsconstructie van een buitenberging voldoen aan de eisen in het bouwbesluit met betrekking tot de regenwerendheid en welke voorwaarden hiervoor gelden. 3.5 Technische bouwvoorschriften uit het oogpunt van energiezuinigheid en milieu ENERGIEZUINIGHEID; BBAFD. 5.1 3.5.1 Thermische isolatie; BBartikel 5.3 De warmteweerstand van moeten voldoen aan de prestatieeisen zoals aangewezen in BBart. 5.3, lid 6.

d.d. 28042016 pag. 19 van 27 De warmtedoorgangscoëfficiënt van ramen, deuren en kozijnen in verticale uitwendige is ten hoogste 2,2 W/m 2.K. De gemiddelde warmtedoorgangscoëfficiënt van de ramen, deuren en kozijnen in de verticale uitwendige van een bouwwerk is ten hoogste 1,65 W/m².K. De warmtedoorgangscoëfficiënt moet worden bepaald overeenkomstig NEN 1068. Toelichting bepalingsmethode Volgens NENEN 143511 moet de warmtedoorgangscoëfficiënt (U wwaarde) van buitendeuren geplaatst in een gevelelement worden bepaald volgens één van de volgende methoden: Overeenkomstig tabel F1 of F3 van NENENISO 100771 afhankelijk van de toegepaste afstandhouders in het dubbelglas. Door middel van een berekening op basis van NENENISO 100771 of NENENISO 100771 in combinatie met NENENISO 100772. Door middel van een beproeving volgens NENENISO 125671. Het resultaat van de bepaling van de warmtedoorgangscoëfficiënt van buitendeuren geplaatst in een gevelelement volgens NENEN 143511 is een gelijkwaardige invulling als aan de NEN 1068 (De NEN 1068 voorziet in de rekenmethoden voor thermische isolatie van het volledige gebouw. Voor buitendeuren geplaatst in een gevelelement is, als onderdeel van het gebouw, vanuit de NEN 1068 aansluiting gemaakt met de Europese rekenmethoden zoals die worden aangewezen door de NEN 143511). Om de warmtedoorgangscoëfficiënt van het gevelelement inclusief deur te kunnen bepalen dient de warmtedoorgangscoëfficiënt van de buitendeur (U paneelwaarde) aan de afnemer kenbaar gemaakt te worden zodat op element en/of gebouwniveau kan worden getoetst of aan de (gemiddelde) warmtedoorgangscoëfficiënt wordt voldaan. De certificatie instelling beoordeelt of de prestaties met betrekking tot de warmtedoorgangscoëfficiënt van buitendeur (U paneelwaarde) in de toepassing voldoen aan de in het Bouwbesluit genoemde eisen. In het wordt aangegeven dat de warmtedoorgangscoëfficiënt van de buitendeur geplaatst in een gevelelement voldoet aan de eis van het Bouwbesluit en welke voorwaarden hiervoor gelden. Daarnaast kunnen toepassingsvoorbeelden van buitendeuren worden vermeld van de warmtedoorgangscoëfficiënt (U paneelwaarde) van buitendeuren met een referentie afmeting van 930 2325 mm (b h). 3.5.2 Luchtvolumestroom; BBartikel 5.4 De luchtvolumestroom moet voldoen aan de prestatieeisen van BBart. 5.4 lid 1 voor woningen/woongebouwen en lid 2 voor andere gebouwen. Het binnen de thermische schil gelegen deel van een gebouw (waarin zich verblijfsgebieden, toilet en badruimten bevinden) mag geen grotere luchtvolumestroom dan 0,2 m 3 /s zijn.

d.d. 28042016 pag. 20 van 27 De luchtvolumestroom wordt bepaald overeenkomstig NEN 2686. Toelichting bepalingsmethode Volgens NENEN 143511 moet de luchtdoorlatendheid van buitendeuren geplaatst in een gevelelement worden bepaald door beproeving overeenkomstig NENEN 1026. Volgens NENEN 143511 moet het resultaat worden weergegeven volgens de bepalingen in NEN EN 12207. Het resultaat moet worden vertaald naar de prestaties volgens NEN 2686. Op basis van deze resultaten kan een inschatting worden gemaakt of het aannemelijk is dat de ten hoogste toegestane luchtdoorlatendheid (of de in de energieprestatieberekening op te geven waarde) niet wordt overschreden. De certificatieinstelling beoordeelt van toepassingsvoorbeelden de bijdrage aan de luchtvolumestroom van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige, in relatie tot de toepassingshoogte overeenkomstig de in het Bouwbesluit gestelde eisen en of deze waarde is bepaald in overeenstemming met de eisen voor deze toepassingen. Het geeft voor toepassingsvoorbeelden van buitendeuren toegepast in verticale uitwendige de bijdrage van de luchtvolumestroom aan in relatie tot de toepassingshoogte en de daaraan gestelde eisen in het Bouwbesluit en welke voorwaarden hiervoor gelden.

d.d. 28042016 pag. 21 van 27 4. EISEN AAN DE CERTIFICATIEINSTELLING 4.1 Algemeen De certificatie instelling moet voor het toepassingsgebied (paragraaf1.2) van deze richtlijn beschikken over een accreditatie door de Raad voor Accreditatie op basis van NENEN ISO/IEC 17065. De certificatieinstelling moet beschikken over een reglement, of een daaraan gelijkwaardig document, waarin de algemene regels zijn vastgelegd die bij het toetsingsonderzoek worden gehanteerd. In het bijzonder zijn dit: De algemene regels voor het uitvoeren van het toetsingsonderzoek, te onderscheiden naar: De wijze waarop aanvragers worden geïnformeerd over de behandeling van een aanvraag; De uitvoering van het onderzoek; De beslissing naar aanleiding van het uitgevoerde onderzoek; De door de certificatieinstelling te treffen maatregelen bij tekortkomingen; De door de certificatieinstelling te ondernemen maatregelen bij oneigenlijk gebruik van certificaten, certificatiemerk pictogrammen en logo s; De regels bij beëindiging van een ; De mogelijkheid tot het instellen van beroep tegen beslissingen of maatregelen van de certificatieinstelling. 4.2 Personeel betrokken bij het toetsingsonderzoek Het bij het, overeenkomstig hoofdstuk 2 van de richtlijn uit te voeren toetsingsonderzoek, betrokken personeel is te onderscheiden naar: Uitvoerder vooronderzoek: belast met het uitvoeren van het toetsingsonderzoek en rapporteren omtrent de uitkomsten daarvan. Beoordelaar: belast met de beoordeling van het door de uitvoerder aangeleverde rapportage van het uitgevoerde toetsingsonderzoek. Beslisser: belast met het nemen van beslissingen naar aanleiding van uitgevoerde toetsingsonderzoeken.

d.d. 28042016 pag. 22 van 27 4.3 KwalificatieEisen Personeel betrokken bij het toetsingsonderzoek moet aantoonbaar gekwalificeerd zijn voor het uitvoeren van de benodigde werkzaamheden. Met betrekking tot opleiding, epertise/ervaring gelden de volgende kwalificatieeisen: Personeel toetsingsonderzoek Uitvoerder vooronderzoek Opleiding MBOniveau Kennis en Ervaring Productie en toepassing van buitendeuren of gelijkwaardig Opleiding auditor NENENISO 9001 Tweejarige ervaring in gevelindustrie of daaraan gelijkwaardig Beoordelaar HBOniveau Bouwkundig of andere type opleiding of gelijkwaardig Productie en toepassing buitendeuren Minimaal 2 jaar ervaring op leidinggevend niveau in de gevelindustrie of daaraan gelijkwaardig. Beslisser HBOniveau Managementervaring of gelijkwaardig Attestering of gelijkwaardig Accreditatiecriteria of gelijkwaardig Kennis van relevante toetsingssystematiek Personeel betrokken bij het toetsingsonderzoek moet aantoonbaar zijn gekwalificeerd door toetsing van opleiding en ervaring aan bovenvermelde eisen. Indien kwalificatie plaats vindt op grond van afwijkende criteria, moet dit schriftelijk zijn vastgelegd.

d.d. 28042016 pag. 23 van 27 5. DOCUMENTEN LIJST Lijst van documenten zoals vermeld in deze richtlijn Bouwbesluit 2012 Stb. 2011 416, 676;Stb. 2012,125, 256, 441, 643; Stb.2013, 75, 244, 462; Stb. 2014, 51, 211, 232, 233; 333, 342, 358, 539; Stb 2015, 92, 249, 425 en de Ministeriële Regelingen Stcrt. 2011, 23914; Stcrt. 2012, 13245 Stcrt. 2013, 5457, 16919; Stcrt. 2014, 4057, 34076, 37003; Stcrt. 2015, 17338, 45221 CPR Verordening Bouwproducten EU 305/2011 NEN 1068:2012+C1:2014 Thermische isolatie van gebouwen Rekenmethoden NEN 2580:2007/C1:2008 Oppervlakten en inhouden van gebouwen Termen, definities en bepalingsmethoden NEN 2608:2014 Vlakglas voor gebouwen Eisen en bepalingsmethode NEN 2686:1988+A2:2008 Luchtdoorlatendheid van gebouwen Meetmethode NEN 2778:2015 Vochtwering in gebouwen NEN 5077:2006+C3:2012 Geluidwering in gebouwen n voor de grootheden voor geluidwering van verticale uitwendige, luchtgeluidisolatie, contactgeluidisolatie, geluidniveaus veroorzaakt door installaties en nagalmtijd NEN 5087:2013 Inbraakveiligheid van woningen Bereikbaarheid van dak en gevelelementen: deuren, ramen en kozijnen NEN 5096:2012 Inbraakwerendheid Dak of gevelelementen met deuren, ramen, luiken en vaste vullingen Eisen, classificatie en beproevingsmethoden NEN 6068:2008+C1:2011 Bepaling van de weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag tussen ruimten NENEN 1026:2000 Ramen en deuren Luchtdoorlatendheid

d.d. 28042016 pag. 24 van 27 NENEN 1027:2000 Ramen en deuren Waterdichtheid Beproevingsmethode NENEN 1627:2011 NENEN 1628:2011 NENEN 1629:2011 NENEN 1630:2011 NENEN 1990+A1+A1/ C2:2011+NB:2011 NENEN 19911 1+C1:2011+NB:2011 NENEN 19911 2+C1:2011+NB:2011 NENEN 19911 3+C1:2011+NB:2011 NENEN 19911 4+A1+C2:2011+NB:2011 NENEN 19931 1+C2:2011+NB:2011 NENEN 19951 1+C1+A1:2011 +C1:2012+A2:2014+NB:2013 Deuren, ramen, vliesgevels, traliehekken en luiken Inbraakwerendheid Eisen en classificatie Deuren, ramen, vliesgevels, traliehekken en luiken Inbraakwerendheid Beproevingsmethode voor de bepaling van de weerstand onder Deuren, ramen, vliesgevels, traliehekken en luiken Inbraakwerendheid Beproevingsmethode voor de bepaling van de weerstand onder Deuren, ramen, vliesgevels, traliehekken en luiken Inbraakwerendheid Beproevingsmethode voor de bepaling van de weerstand tegen Eurocode Grondslagen van het constructief ontwerp Eurocode 1 Ontwerpgrondslagen en belastingen op constructies Deel 1: Ontwerpgrondslagen; incl. Nationale bijlage Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 12: Algemene belastingen Belasting bij brand; incl. Nationale bijlage Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 13: Algemene belastingen Sneeuwbelasting; incl. Nationale bijlage Eurocode 1: Belastingen op constructies Deel 14: Algemene belastingen Windbelasting; ; incl. Nationale bijlage Eurocode 3: Ontwerp en berekening van staalconstructies Deel 11: Algemene regels en regels voor gebouwen Eurocode 5: Ontwerp en berekening van houtconstructies Deel 11: Algemeen Gemeenschappelijke regels en regels voor gebouwen; NENEN 19991 1+A1:2011+NB:2011 Eurocode 9: Ontwerp en berekening van aluminiumconstructies Deel 11: Algemene regels NENEN 12207:1999 Ramen en deuren Luchtdoorlatendheid Classificatie NENEN 12208:1999 Ramen en deuren Waterdichtheid Classificatie NENEN 12211:2000 Ramen en deuren Weerstand tegen windbelasting Beproevingsmethode NENEN 123543:2000 Geluidwering in gebouwen Berekening

d.d. 28042016 pag. 25 van 27 NENEN 12519:2004 van de akoestische eigenschappen van gebouwen met de eigenschappen van bouwelementen Deel 3: Luchtgeluidisolatie tegen geluiden van buitenaf Ramen en deuren Terminologie NENEN 13501 1:2007+A1:2009 NENEN 14351 1:2006+A1:2010 NENENISO 7171:2013 NENENISO 10077 1:2006/C1:2009 NENENISO 10077 2:2012/C1:2012 NENENISO 101403:2010 NENENISO 12567 1:2010/C1:2010 NENENISO/IEC 17025 2005/C1:2007 NENENISO/IEC 17065:2012: Rekenmethode GGG 97 Brandclassificatie van bouwproducten en bouwdelen Deel 1: Classificatie op grond van resultaten van beproeving van het brandgedrag Ramen en deuren Productnorm, prestatieeisen Deel 1: Akoestiek Eengetalaanduidingen voor de geluidisolatie in gebouwen en van bouwelementen Deel 1: Luchtgeluidisolatie Thermische eigenschappen van ramen, deuren en luiken Thermische eigenschappen van ramen, deuren en luiken Akoestiek Laboratoriummeting van geluidisolatie van bouwelementen Deel 3: Het meten van de contactgeluidisolatie Thermische eigenschappen van ramen en deuren Bepaling Algemene eisen voor de bekwaamheid van beproevings en kalibratielaboratoria Conformiteitsbeoordeling Eisen voor certificatieinstellingen die certificaten toekennen aan producten, processen en diensten Geluidwering Grote Gemeenten Voor het berekenen van de karakteristieke geluidwering van verticale uitwendige Voor de juiste datum van de NEN normen wordt verwezen naar www.nen.nl.

d.d. 28042016 pag. 26 van 27 6. BIJLAGE A: BOUWBESLUIT AANSLUITTABEL Bouwbesluit aansluittabel zoals op te nemen in het Nr. Afdeling / bepalingsmethode 2.1 Algemene sterkte van de bouwconstructie 2.9 Beperking van het ontwikkelen van brand en rook 2.10 Beperking van uitbreiding van brand 2.11 Verdere beperking van uitbreiding van brand en beperking van verspreiding van rook 2.15 Inbraakwerendheid 3.1 Bescherming tegen geluid van buiten Uiterste grenstoestand bouwconstructie, berekening volgens NENEN 199511 (incl. nationale bijlage) en NENEN 1990 (incl. nationale bijlage) en NENEN 199111/4 (incl. nationale bijlage) Binnenoppervlak Buitenoppervlak WBDBO 30 minuten volgens NEN 6068 WBDBO 30 minuten volgens NEN 6068 Indien van toepassing weerstandsklasse 2 volgens NEN 5096 Karakteristieke geluidwering 23 db volgens NEN 5077 Prestaties Vermelding van toepassingsvoorbeelden die voldoen aan de gestelde eisen Voldoet aan bouwbesluit Voldoet aan bouwbesluit Facultatieve vermelding van toepassingsvoorbeelden Facultatieve vermelding van toepassingsvoorbeelden Weerstandsklasse 0, 2 of 3 geluidisolatiewaarde R A ten minste 23 db Bescherming tegen industrie, weg of spoorweglawaai Bescherming tegen luchtvaartlawaai 3.5 Wering van vocht van buiten Karakteristieke geluidwering is niet kleiner dan het verschil tussen in hwbesluit vermelde hoogst toelaatbare geluidsbelasting en 35 db(a) bij industrielawaai en 33 db bij weg of spoorweglawaai Karakteristieke geluidwering is niet kleiner dan 30 db. Het karakteristieke geluidniveau in een verblijfsgebied is ten hoogste 33 db Waterdicht volgens NEN 2778 geluidisolatiewaarde R A ten minste 23 db geluidisolatiewaarde R A ten minste 23 db Maimale toepassingshoogte