Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro in Litouwen

Vergelijkbare documenten
COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

RESTREINT UE. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 15 mei 2008 (22.05) (OR. en) 9192/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0096 (CNB) UEM 110 ECOFIN 166

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de aanneming van de euro door Letland op 1 januari 2014

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. betreffende de aanneming van de euro door Estland op 1 januari 2011

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 over de invoering van de euro

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD EN DE EUROPESE CENTRALE BANK

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 21 november 2000 (OR. en) 13191/00 Interinstitutioneel dossier: 2000/0137 (C S) LIMITE UEM 120 ECOFI 330

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5

Raad van de Europese Unie Brussel, 4 augustus 2017 (OR. en)

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Modernisering van de btw voor grensoverschrijdende b2c-e-commerce. Voorstel voor een UITVOERINGSVERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 27 januari 2012 (30.01) (OR. en) 5859/12 Interinstitutioneel dossier: 2012/0002 ( LE) FISC 15

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 106. RICHTLIJN 2004/76/EG VAN DE RAAD van

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Economisch en Sociaal Comité

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 19 juli 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESCHIKKING VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 september 2007 (17.09) (OR. en) 12907/07 Interinstitutioneel dossier: 2007/0181 (CNS)

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. ter bepaling van de samenstelling van het Comité van de Regio's

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 november 2016 (OR. en)

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. tot wijziging van Verordening (EU) 2018/120 wat de vangstmogelijkheden voor Europese zeebaars betreft

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Aanbeveling voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Gewijzigd voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

"Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

de heer Jeppe TRANHOLM-MIKKELSEN, secretaris-generaal van de

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een. VERORDENING (EU) Nr. VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 januari 2017 (OR. en)

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Transcriptie:

EUROPESE COMMISSIE Brussel, 4.6.2014 COM(2014) 325 final 2014/0169 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro in Litouwen NL NL

TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL Op 4 juni 2014 heeft de Commissie een voorstel voor een besluit van de Raad overeenkomstig artikel 140, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd) uitgebracht, waarin wordt vermeld dat Litouwen voldoet aan de nodige voorwaarden voor de aanneming van de euro en dat de derogatie van Litouwen met ingang van 1 januari 2015 wordt ingetrokken. In geval van een positief besluit zal de Raad vervolgens de overige maatregelen moeten nemen die voor de invoering van de euro in Litouwen noodzakelijk zijn. Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad over de invoering van de euro 1 regelt de oorspronkelijke invoering van de euro in de eerste groep lidstaten van de eurozone en in Griekenland 2. Deze verordening is gewijzigd bij: - Verordening (EG) nr. 2169/2005 ter voorbereiding van toekomstige uitbreidingen van het eurogebied; - Verordening (EG) nr. 1647/2006 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Slovenië (dat op 1 januari 2007 de euro heeft aangenomen); - Verordening (EG) nr. 835/2007 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Cyprus (dat op 1 januari 2008 de euro heeft aangenomen); - Verordening (EG) nr. 836/2007 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Malta (dat op 1 januari 2008 de euro heeft aangenomen); - Verordening (EG) nr. 693/2008 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Slowakije (dat in januari 2009 de euro heeft aangenomen); - Verordening (EG) nr. 670/2010 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Estland (dat in januari 2011 de euro heeft aangenomen); - Verordening (EG) nr. 678/2013 met het oog op de uitbreiding van het eurogebied met Letland (dat in januari 2014 de euro heeft aangenomen). Opdat Litouwen ook onder Verordening (EG) nr. 974/98 valt, dient in deze verordening een verwijzing naar de betrokken lidstaat te worden ingevoegd. Met dit voorstel worden de nodige wijzigingen in de verordening in kwestie aangebracht. In het plan voor de overgang naar de euro van Litouwen wordt gepreciseerd dat het zogeheten "big bang"-scenario zal worden toegepast, hetgeen betekent dat het invoeren van de euro als munteenheid van Litouwen en het in omloop brengen van eurobankbiljetten en -munten in deze lidstaat zullen samenvallen. 2. RESULTATEN VAN RAADPLEGINGEN VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING In het kader van de formele procedure moet na de indiening van het Commissievoorstel voor een besluit van de Raad de ECB worden geraadpleegd. Regelmatig en bij diverse gelegenheden vinden binnen het Economisch en Financieel Comité en de Ecofin/Eurogroep besprekingen met de lidstaten plaats over de 1 2 PB L 139 van 11.5.1998, blz. 1. Zie Verordening (EG) nr. 2596/2000 van de Raad van 27 november 2000 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad over de invoering van de euro (PB L 300 van 29.11.2000, blz. 2). NL 2 NL

economische beleidsuitdagingen waarmee deze worden geconfronteerd. Deze besprekingen omvatten informele discussies over aangelegenheden die specifiek van belang zijn voor de voorbereiding op de uiteindelijke toetreding tot de eurozone (met inbegrip van het wisselkoersbeleid). De dialoog met academici en andere groepen belanghebbenden vindt plaats in de context van conferenties/studiebijeenkomsten en op ad-hocbasis. De economische ontwikkelingen in de eurozone en in de lidstaten worden beoordeeld in het kader van de diverse procedures voor de coördinatie van en het toezicht op het economische beleid (met name op grond van artikel 121 van het Verdrag), alsook in de context van de periodieke monitoring en analyse door de Commissie van landenspecifieke en eurozonebrede ontwikkelingen (zoals onder meer prognoses, reeksen periodieke publicaties en input in het EFC en de Ecofin/Eurogroep). In overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel en met de in het verleden gevolgde werkwijze stelt de Commissie voor geen formele effectbeoordeling op te stellen. 3. JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL 3.1. Rechtsgrondslag De rechtsgrondslag voor het onderhavige voorstel is artikel 140, lid 3, van het Verdrag, dat machtiging verleent voor het nemen van de overige maatregelen die nodig zijn voor de invoering van de euro in de lidstaat waarvan de derogatie overeenkomstig artikel 140, lid 2, van het Verdrag is ingetrokken. De Raad handelt met eenparigheid van stemmen van de lidstaten die de euro als munt hebben en de betrokken lidstaat op voorstel van de Commissie en na raadpleging van de ECB. 3.2. Subsidiariteit en evenredigheid Het voorstel betreft een gebied dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Unie valt. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing. Dit initiatief gaat niet verder dan hetgeen nodig is om de doelstelling ervan te bereiken. Bijgevolg is het in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. 3.3. Keuze van het rechtsinstrument Als rechtsinstrument is een verordening gekozen omdat dit het enige geschikte rechtsinstrument is om Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad over de invoering van de euro te wijzigen. 4. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie. 5. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING 5.1. Artikel 1 In artikel 1, onder a), en in artikel 1 bis van Verordening (EG) nr. 974/98 is bepaald dat in de tabel in de bijlage bij deze verordening de deelnemende lidstaten worden vermeld en tevens voor elk van deze deelnemende lidstaten de datum waarop de euro wordt ingevoerd, de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld, en de eventuele geleidelijkeaanpassingsperiode worden vastgesteld. Volgens artikel 1, NL 3 NL

onder i), van Verordening (EG) nr. 974/98 kan een geleidelijkeaanpassingsperiode alleen gelden in lidstaten waar de datum waarop de euro wordt ingevoerd en de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld, samenvallen. Dit was niet het geval voor de elf lidstaten die de euro op 1 januari 1999 hebben ingevoerd en voor Griekenland, die de euro op 1 januari 2001 heeft aangenomen. In Slovenië, Cyprus, Malta, Slowakije, Estland en Letland vielen de datum waarop de euro is ingevoerd en de datum waarop naar de chartale euro is omgeschakeld, wel samen (1 januari 2007 voor Slovenië, 1 januari 2008 voor Cyprus en Malta, 1 januari 2009 voor Slowakije, 1 januari 2011 voor Estland en 1 januari 2014 voor Letland), maar de landen hebben van een geleidelijkeaanpassingsperiode afgezien. Ook in het plan voor de overgang naar de euro van Litouwen vallen de datum waarop de euro wordt ingevoerd en de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld, samen (1 januari 2015); het land heeft eveneens besloten van een geleidelijkeaanpassingsperiode af te zien. Dit artikel voegt Litouwen en de volgende gegevens voor deze lidstaat in protocollaire volgorde toe aan de tabel in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 974/98. Lidstaat Datum waarop de euro wordt ingevoerd Datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld Lidstaat met een geleidelijkeaanpassingsp eriode van de nationale munteenheid "Litouwen 1 januari 2015 1 januari 2015 Neen" 5.2. Artikel 2 Dit artikel stelt de datum van inwerkingtreding van de verordening vast op 1 januari 2015 en draagt er aldus zorg voor dat de verordening van toepassing zal zijn op de datum waarop de overige besluiten van de Raad in verband met de aanneming van de euro door Litouwen in werking treden, namelijk de datum waarop de derogatie wordt ingetrokken en de datum waarop de omrekeningskoers van de Litouwse litas van kracht wordt. NL 4 NL

Voorstel voor een 2014/0169 (NLE) VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 974/98 in verband met de invoering van de euro in Litouwen DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 140, lid 3, Gezien het voorstel van de Europese Commissie 3, Gezien het advies van de Europese Centrale Bank 4, Overwegende hetgeen volgt: (1) Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad 5 voorziet in de vervanging door de euro van de munteenheden van de lidstaten die bij de overgang van de Gemeenschap naar de derde fase van de Economische en Monetaire Unie voldeden aan de nodige voorwaarden voor de aanneming van de euro. (2) Overeenkomstig artikel 4 van het Toetredingsverdrag van 2003 is Litouwen een lidstaat met een derogatie als bedoeld in artikel 139, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (hierna "het Verdrag" genoemd). (3) Krachtens Besluit 2014/ /EU van de Raad van 2014 betreffende de aanneming van de euro door Litouwen op 1 januari 2015 6 voldoet Litouwen aan de nodige voorwaarden voor de aanneming van de euro en moet de derogatie van Litouwen met ingang van 1 januari 2015 worden ingetrokken. (4) De invoering van de euro in Litouwen vereist de uitbreiding tot Litouwen van de bestaande bepalingen betreffende de invoering van de euro die in Verordening (EG) nr. 974/98 zijn vervat. (5) In het plan voor de overgang naar de euro van Litouwen wordt gepreciseerd dat de eurobankbiljetten en -munten in deze lidstaat wettig betaalmiddel zouden moeten worden op de dag van de invoering van de euro als munteenheid van Litouwen. Zowel de datum waarop de euro wordt ingevoerd als de datum waarop naar de chartale euro wordt omgeschakeld, moet derhalve 1 januari 2015 zijn. Er geldt geen geleidelijkeaanpassingsperiode. (6) Verordening (EG) nr. 974/98 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd, 3 4 5 6 PB C [ ] van [ ], blz. [ ]. PB C [ ] van [ ], blz. [ ]. Verordening (EG) nr. 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro (PB L 139 van 11.5.1998, blz. 1). PB L [ ] van [ ], blz. [ ]. NL 5 NL

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 De bijlage bij Verordening (EG) nr. 974/98 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze verordening. Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2015. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter NL 6 NL