H4T3 Poëzie dossier 1 Poëzie dossier Thijs Waanders Het Assink Lyceum 8-1-2015 Mevrouw Scholten
Door mij gekozen gedicht Toch wordt het lente En tóch geloven dat het lente wordt, al valt de koude regen neer in stromen op kale, zwarte takken van de bomen; al zijn de dagen lichteloos en kort. En tóch geloven dat de zon het wint, al houdt ze zich soms dagenlang verborgen; zoals een mens, in t donker van de zorgen, soms plotseling een zonnig plekje vindt. En tóch geloven dat t gezaaide graan ontkiemen zal in koude, zwarte aarde; zoals God in Zijn Zoon Zich openbaarde: Die leeft, maar uit de dood is op gestaan. -------------------------------- uit: Sporen in het zand (1992) Schrijver: Nel Benschop bron: http://www.gedichten.nl/nedermap/gedichten/gedicht/193596.html?zoekresultaat=ja
Analyse Onderwerp: Hoofdgedachte: rijm/geen rijm: rijmschema: vorm: Beeldspraak: Ik heb vier gedichten uitgezocht waarin de jaargetijden voorkomen of een rol spelen in het gedicht. De hoofdgedachte van dit gedicht is geloven dat het beter wordt (lente). Er is een rijmschema. a-b-b-a is het rijmschema van dit gedicht en dit herhaalt zich in elke strofe. (omarmendrijm) Het gedicht bestaat uit drie strofen van vier regels met tussendoor steeds een witregel. Valt neer in stromen (overdrijving) -> Het regent hard. Dat de zon het wint (personificatie) -> Dat het beter, mooier of vrolijker wordt. Donker van de zorgen (overdrijving) -> Het niet meer zien zitten van de zorgen. Begrippen Eindrijm: aan het eind van alle zinnen rijmt een woord. Hyperbool: koude regen in stromen. Omarmendrijm: dit is het rijmschema van deze tekst. Gevoel: Spreekt het aan: Ik krijg bij dit gedicht een vrolijk gevoel omdat het gaat over geloven dat het beter wordt. Dit gedicht spreekt mij aan omdat het vrolijk geschreven is en er zit een goed rijmschema in.
Gedichten met het zelfde thema Maart Dit is een duivelskind, deze maand Maart. Men kan dit in een stormnacht goed bemerken: Hij buitelt door de schoorsteen op de haard En blaast de torenhanen van de kerken! Nochtans, al wat hij roert is slechts zijn staart, Waarmee hij wind maakt als met vogelvlerken, En van zijn hoef is enkel 't boerenpaard De drager, dat de akker gaat bewerken. Rust en beweging is deze maand eigen: Wildheid der luchten, en op aarde 't wachtend Verlangen naar wat eerlang komen gaat. En drooggewaaide stoepen langs de straat Zijn nooit zo helderblauw en kalm en smachtend Als wanneer buien in de hemel dreigen. Schrijver: Simon Vestdijk bron: http://www.gedichten.nl/nedermap/gedichten/gedicht/134797.html?zoekresultaat=ja
De zomer kan me gestolen worden De zomer kan me gestolen worden. Fris groen verschrompelt zinderend tot as. Mijn vader die vurig gelooft Dat God zijn goudreinetten stooft In zonlicht van miljarden jaren oud. De larf vreet zich tot worm des verderfs, Begeerlijk vruchtvlees roest tot op het bot, Het klokhuis wordt een tongewelf van smet. De ledigheid van liggen in het gras, De zonnebrand van Onans stuifmeel, Verkleeft tot donorgift op het gewas. Op blote voeten zijn de sintels scherp, De boetedoening is geen vorm van straf Een legpuzzel van woede stroomt de helling af. --------------------------------------------- uit: 'Jaargetijden', 2000. Schrijver: Jan Wolkers bron: http://www.gedichten.nl/nedermap/gedichten/gedicht/117775.html?zoekresultaat=ja
Koud Winter nadert. Ik voel het aan de lucht En aan de woorden die ik schrijf. Alles wordt klaarder: de straat Is tot aan zijn eind te zien. De woorden Hebben geen eind. Ik ben dichter Bij de waarheid in december Dan in juli. Ik ben dichter Bij de gratie van de kalender, lijkt het Soms wel. Toch, de woorden niet, de steden Nemen hun eind. Als er ergens Zomer en winter, maar een ster Brandde die een fel wit licht gaf. Ik zeg een ster, maar het Mag alles zijn. Als het maar brandt en Woorden warmte geeft. Maar ik geloof Niet, 's winters nog minder, aan Zo'n ster. In woorden moet ik geloven. Maar wie kan dat? Ik ben Een stem, stervend en koud, vol Winterse woorden. - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -- - - - - - - - uit 'Alle bundels gedichten 1951-1970' van Remco Campert Schrijver: Remco Campert bron: http://www.gedichten.nl/nedermap/gedichten/gedicht/39057.html?zoekresultaat=ja