logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag 3 oktober 2007 OWB/FO/07/ augustus 2007

Vergelijkbare documenten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

2. Vraag: Is het waar dat u niet weet welke hoogleraren worden uitgeleend door bedrijven omdat die informatie niet in de jaarverslagen staat?

Verslag. Waardevrijheid van onderzoek

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 24 mei 2017 Antwoord op schriftelijke vragen van de leden Duisenberg (VVD) en Van der Molen (CDA) over numeri fixi bij technische universiteiten

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 november 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Stimulering Europees Onderzoek

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag..

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 juni 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De vragen werden mij toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief met kenmerk 2009Z12369.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Uw brief van. 29 januari 2007

Stimulering Europees Onderzoek

WERKNEMER. Verklaring van belangen. Algemeen. Melding van belangen op farmaceutisch gebied. Tussenvoegsels

Datum 6 september 2011 Betreft Lijst van vragen van de leden Kooiman en Smits (beiden SP) over Transferium

Verklaring van belangen

Datum 23 mei 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat de Haagse politie een rapport over discriminatie zou hebben gemanipuleerd

Verklaring van belangen

30 januari Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het Kamerlid Leijten van uw Kamer over hoge studiekosten.

Verklaring van belangen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Verklaring van belangen

Datum 1 maart 2016 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Jasper van Dijk (SP) over scholen die geld oppotten.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 december 2012 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Datum 5 oktober 2018 Betreft Kamervraag/vragen van de leden Becker en Rutte (beiden VVD) en Jasper van Dijk (SP)

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 31 augustus 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Datum 8 juni 2016 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over nader onderzoek naar het verband tussen het gebruik van bepaalde medicijnen en agressie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Verklaring van belangen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 2500 EA DEN HAAG Postbus Datum 4 maart 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Verklaring van belangen

Datum 28 november 2016 Uitvoering motie Bruins/Duisenberg: monitor omvang alfa-, bèta-, gamma-, en technische wetenschappen

Verklaring van belangen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Postbus EA..DEN HAAG

Datum 7 oktober 2014 Beantwoording vragen lid Van Dijk over mbo-leerlingen die geweigerd worden op ROC's (2014Z16664)

Uw brief van. 10 februari 2006

Verklaring van belangen

11 EU-landen besluiten: vanaf 2020 moet alle wetenschappelijke literatuur gratis beschikbaar zijn

Verklaring van belangen

Datum 11 februari 2015 Vragen van het lid Bisschop (SGP) over de samenwerking tussen ROC Amsterdam en ROC Flevoland

2. Onderbouw voortgezet onderwijs De minister van Onderwijs zegt toe een aantal maatregelen te zullen nemen ter borging van de rekenvaardigheden.

Algemene Rekenkamer. Ontwerp Besluit Jeugdwet; overleg op grond van artikel 96 Comptabiliteitswet Geachte heer Van Rijn,

logoocw De heer prof. dr. F. P. van Oostrom 26 mei 2005 ASEA/DIR/2005/23876 Taakopdracht voor de commissie Ontwikkeling Nederlandse Canon geen

Datum 25 mei 2016 Reactie op vragen van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de positie van de popmuziek

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 11 april 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 mei 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus Datum 14 september 2009 Betreft Stand van zaken rond gedragscode media

Datum 19 april 2017 Brief aan de Kamer met beantwoording Kamervragen van het lid Van Dijk (SP) over promotiefraude aan Tilburg University.

Verklaring van belangen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Verklaring van belangen

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over het nut van de griepprik (2011Z20885).

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Uw brief van. 8 maart 2007

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Dikkers (PvdA) over de etikettering van vruchtendranken (2015Z03025).

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Verklaring van belangen

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Datum 5 december 2018 Beantwoording aanvullende vragen voorhang Besluit bekostiging gvo en hvo op openbare scholen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 juni 2011 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Kamervragen van de leden Karabulut en Jansen

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 1 juli 2009 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 15 mei 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag

Uw brief van. 22 september 2005

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Datum 4 juli 2017 Antwoord op schriftelijke vragen van het lid Van Meenen (D66) over het bericht onderwijs aan ernstig meervoudig beperkte leerlingen,

Code ter voorkoming van oneigenlijke beïnvloeding door belangenverstrengeling bij de Rli 1

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 april 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

29 augustus 2008 PO/ KOV/

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

26 april antwoorden

Uw brief van. 31 maart 2008

Tweede Kamer der Staten-Generaal

1 Bent u bekend met het artikel Stem en geweten van de wetenschap van Martijn Katan uit de NRC van 9 maart 2018?

Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het lid Van Meenen (D66) van uw Kamer inzake de aanmeldleeftijd in het onderwijs.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 29 september 2014 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Verklaring van belangen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2018D22525 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 24 oktober 2013 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 10 april 2019 Verslag schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda informele OJCS-raad 16 april 2019

Transcriptie:

logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 3 oktober 2007 OWB/FO/07/32649 Uw brief van 30 augustus 2007 Uw kenmerk 2060724160 Onderwerp Vragen van de Kamerleden Jasper van Dijk en Kant over persoonlijk financieel gewin voor wetenschappelijk onderzoek Hierbij zend ik u mede namens de minister van Volksgezondheid Welzijn en Sport het antwoord op de vragen van de leden Jasper van Dijk en Kant van uw Kamer over persoonlijk financieel gewin voor wetenschappelijk onderzoek. De vragen werden ons toegezonden bij uw bovenaangehaalde brief van 29 augustus 2007 met kenmerk 2060724160. De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, dr. Ronald H.A. Plasterk Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap Rijnstraat 50, Postbus 16375, 2500 BJ Den Haag T +31-70-412 3456 F +31-70-412 3450 W www.minocw.nl E

blad 2/5 Antwoorden op schriftelijke vragen van de leden Jasper van Dijk en Kant aan de ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Volksgezondheid, Welzijn en sport (Ingezonden d.d. 29 augustus 2007, kenmerk 2060724160) 1. Klopt het dat u van plan bent om wettelijk vast te leggen dat onderzoekers een vast percentage van de opbrengsten van hun ontdekkingen krijgen? 1) De huidige Octrooiwet regelt dat de opbrengsten van octrooien die voortkomen uit het werk van onderzoekers bij de instellingen ten goede komen aan de instelling, en dat de instelling een deel van deze opbrengsten ten goede kan laten komen van de betrokken onderzoekers. In de praktijk wordt dit door de instellingen heel divers ingevuld. In de Verenigde Staten is in de Bay-Dole Act veel strakker geregeld dat onderzoekers recht hebben op een deel van de opbrengsten van de octrooien die op hun werk gebaseerd zijn. Ik heb met de minister van Economische Zaken afgesproken dat zal worden bezien of onze wetgeving in de richting van de Bay-Dole Act kan worden aangepast. 2. Wat is uw reactie op de mening van professor Vandenbroucke dat hiermee de wetenschappelijke onafhankelijkheid wordt doorkruist en belangenverstrengeling dreigt? Wetenschappelijke onafhankelijkheid komt vooral in het gedrang als onderzoekers voor de financiering van hun onderzoek afhankelijk zijn van opdrachtgevers die belangen hebben bij de uitkomsten van het onderzoek. Dit speelt bij opdrachten van bedrijven, maar net zo goed bij opdrachten van overheden. Het speelt niet bij het geven van een recht aan de onderzoekers zelf op de opbrengsten van octrooien die op hun onderzoeksresultaten gebaseerd zijn. De twee hebben in principe niets met elkaar te maken; uit strikt fundamenteel onderzoek, waarin geen enkel contract met enig bedrijf een rol speelt, komen regelmatig patenten voort. 3. Erkent u het risico dat indien universitaire onderzoekscentra en onderzoekers zelf geld gaan verdienen met hun ontdekkingen, zij zich meer en meer zullen gaan richten op lucratieve deals met de industrie en het opzetten van eigen bedrijven? Zo ja, deelt u de mening dat daarmee de financieel belanghebbenden bepalen wat wordt onderzocht en hoe en dat daarmee de open discussie - de basis van de wetenschap - dreigt te verdwijnen? Nee. Bij cofinanciering van onderzoek door bedrijven, maatschappelijke instellingen en overheden, wordt de keuze van de onderwerpen beïnvloed en wordt het onderzoek gericht op economische en maatschappelijke toepassingen. Dit is bijvoorbeeld nadrukkelijk aan de orde bij de FES-projecten. Het is ook precies de bedoeling van deze projecten en daar is niets mee mis, mits er in totaal ook maar voldoende ruimte is voor fundamenteel en ongebonden, investigator driven, onderzoek. In de

blad 3/5 strategische agenda voor hoger onderwijs en wetenschap, die dit najaar verschijnt, streef ik ernaar de ruimte daarvoor te vergroten. 4. Kent u de mening van Marcia Angell in 'The Truth about the Drugs Companies' dat soortgelijk beleid in de Verenigde Staten vanaf 1980 heeft geleid tot grote voorspoed van de farmaceutische industrie terwijl de voordelen voor de samenleving zeer twijfelachtig zijn? 2) 5. Wat is uw mening over haar constatering dat dit beleid heeft geleid tot een veranderende ethiek in de wetenschap namelijk waar men voorheen de moraal had dat 'in goede doen zijn haaks staat op het goede doen', nu ook onder de wetenschappers de moraal geldt dat wie geen geld binnenhaalt, geen goede wetenschapper kan zijn? 2) 6. Wat vindt u van haar stelling dat dit beleid heeft geleid tot een groeiende 'pro-industrie bias'? Kunt u ook reageren op de voorbeelden die prof. Vandenbroucke hierover geeft? 1), 2) Beantwoording vraag 4, 5 en 6 Ja, ik ken de mening van Marcia Angell. Waar het specifiek de farmaceutische industrie betreft, ben ik van mening dat er goede en minder goede kanten zitten aan de samenwerking tussen kennisinstellingen en industrie. De goede kanten proberen we te stimuleren door onder andere het stimuleren van samenwerkingsverbanden tussen de farmaceutische industrie, kennisinstellingen en overheid. Dit gebeurt binnen door de overheid vastgestelde kaders en op gebieden met een hoge relevantie voor de volksgezondheid. De minder goede kanten proberen we te ondervangen door transparantie. Zo beheert de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek sinds 1 december 1999 een register met betrekking tot klinische trials. Door het implementeren van richtlijn 2001/20/EG in de Wet Medisch-wetenschappelijk Onderzoek met mensen heeft het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) toegang tot een EU-register waarin alle klinische trials zijn opgenomen die in EU-lidstaten zijn aangemeld, in uitvoering zijn, zijn gestopt of zijn afgerond. Het CBG kan daardoor nagaan of er onderzoeksresultaten zijn achtergehouden bij een registratieaanvraag. Verder heeft de Stichting Code Geneesmiddelenreclame (CGR) zelf het initiatief genomen om nadere regels vast te leggen in hun code waaraan onderzoeken na toelating tot de markt aan moeten voldoen. Meer in het algemeen geldt, voor zowel de medische wetenschap als voor andere wetenschapsgebieden dat de kwaliteit van de wetenschap des te hoger is naarmate de beslissingen over de financiering meer worden genomen op basis van de kwaliteiten van de onderzoekers en hun projecten. Daarom wil het kabinet een groter deel van het onderzoek in competitie via NWO

blad 4/5 financieren. Het is dan inderdaad zo, en dat is zeer wenselijk, dat de beste onderzoekers het meeste geld krijgen, en dat slechte onderzoekers niet gefinancierd worden. Het beleid van opeenvolgende kabinetten is geweest om de maatschappelijke en economische relevantie en de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek te bevorderen. Kern van het innovatiebeleid is om de daadwerkelijke toepassing van onderzoeksresultaten te bevorderen. Als dit ertoe leidt dat de kennisintensieve bedrijvigheid in ons land groeit, is dat toe te juichen. Het is ook noodzakelijk voor de werkgelegenheid en welvaart in ons land. 7. Deelt u de mening dat met publiek geld gefinancierde ontdekkingen in het publieke domein behoren te blijven en dus voor iedereen beschikbaar dienen te zijn? Ja, en dat gebeurt ook. Octrooien beperken het commerciële gebruik door derden, niet de publieke beschikbaarheid van kennis. 8. Erkent u dat de onderzoekers die in de plannen zelf financieel profijt gaan trekken van hun vindingen vaak nog wel met publieke middelen werken? Zo ja, hoe voorkomt u - zeker gezien de genoemde ervaringen in de VS - dat belastinggeld in de zakken van de aandeelhouders vloeit? Belastinggeld voor onderzoek behoort inderdaad niet in de zakken van aandeelhouders te vloeien. Wel mogen en moeten publieke middelen worden aangewend om onderzoeksresultaten daadwerkelijk toe te passen en om te zetten in bedrijvigheid. Om dit te bevorderen, is het wenselijk dat de universiteiten en onderzoeksinstellingen niet alleen het funderend onderzoek met publieke middelen doen, maar ook onderzoek dat nodig is om de laatste stap naar octrooieerbare resultaten te zetten. Ook de financiering van R&D-activiteiten die vervolgens nodig zijn voor het gebruik van het octrooi kunnen door de instellingen uit publieke middelen worden gefinancierd, evenals een deel van de startkosten van bedrijven op basis van dit onderzoek. Dit vloeit voort uit het feit dat naast onderwijs en onderzoek, overdracht van kennis aan de maatschappij de derde wettelijke taak is van de universiteiten. Dit is vastgelegd in de brief over valorisatie die het vorige kabinet aan de universiteiten heeft gestuurd en die in afschrift aan het parlement is verzonden (Kamerstuk 29338 nr. 30) en in een schriftelijk overleg met de Tweede Kamer is besproken (Kamerstuk 29338 nr. 34). Daarnaast kent EZ een aantal subsidieregelingen voor het omzetten van onderzoeksresultaten in bedrijvigheid. Deze subsidieregelingen bevatten bepalingen over de intellectuele eigendomsrechten die gebaseerd zijn op EU-wetgeving over steun. Deze bepalingen hebben tot doel dat bedrijven geen oneerlijke concurrentievoordelen kunnen behalen uit overheidssubsidies. 9. Deelt u de mening dat wetenschappelijk onderzoek, gefinancierd met publieke middelen, juist een tegenwicht moet bieden aan onderzoek dat door opdrachtgevers wordt betaald en daarmee minder

blad 5/5 onafhankelijk is? Zo ja, bent u bereid af te zien van een mogelijk wetsvoorstel om wetenschappers en onderzoeksinstellingen te laten delen in de opbrengsten van hun ontdekkingen? Alle onderzoek dat binnen publieke instellingen wordt gedaan moet kwalitatief aan de maat zijn, ook het contractonderzoek. Het kan niet zo zijn dat de instellingen enerzijds slecht onderzoek doen in opdracht en anderzijds met publieke middelen goed onderzoek doen als tegenwicht. Met het laten delen van onderzoekers in de opbrengsten van octrooien heeft dit niets te maken. Het kabinet ziet dan ook geen reden om van het in het antwoord op vraag 1 genoemde voornemen af te zien. 10. Heeft u overleg gehad met de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) over een dergelijk wetsvoorstel? Zo ja, wat is hun opvatting hierover? Zo neen, bent u bereid hier alsnog over te overleggen? Bij alle beleidsvoornemens op het terrein van het onderzoeksbeleid is het gebruikelijk om met de KNAW te overleggen. Dat zal ook in dit geval gebeuren. 1) NRC, 21 augustus 2007 2) The New York Review of Books, vol 51, nr 12, July 15, 2004. The Truth About the Drug Companies. Marcia Angell.