Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Vergelijkbare documenten
Kleuren. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

In de rij. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Hans en Grietje. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Auto. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; focus op de leerkracht.

Kleur. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Kerstklokje. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Spillebeen. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Vrienden. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

Spider. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas.

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

Assepoester.

Muziek en meer MUZIEK METHODE VOOR BASISONDERWIJS GROEP 6

Het Boek van Sinterklaas

Groep: 6/7/8 Thema: Halloween Inhoud: Een nieuw lied, ritmezinnen, klankspel a.h.v. afbeeldingen en informatie over het kerkorgel.

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Groep 1 Groep 2 samengestelde woorden in

Co-creatie met basisschool De Ontdekking Groep 7-8

Alice in Wonderland.

Archeologen logboek Namen:....

Wat is evenwicht? Kan dat een bewegend kunstwerk zijn? Wat is een mobile?

ZEEMANNEN 1 GROEP 6. Klankhoogte Canon. What shall we do? Bron: Alma ten Bruin

DADA EN POMPIDOM GROEP 1-2

Verdeling vakinhoud leerlijn muziek groep 1-8

Algemene doelstellingen voor lessenreeks De Tijdmachine

Een muziekles in aansluiting op het dagproject Een beestenboel op school.

AANVULLENDE PROEFLES ACCORDEON

Allemaal instrumenten

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.

Hoe moet je een prachtige presentatie maken?

afrondende suggesties worden gebruikt om dieper op het onderwerp in te gaan als daar tijd voor is.

OOSTENRIJK 1 GROEP 7. Muzikale elementen. Volksmuziek. Bron: Alma ten Bruin

vastleggen: van grafisch naar traditioneel

Volg het stappenplan en maak je eigendansmat. De dansmat kan je aansluiten op de computer en met Scratch bouw je een programma.

Zing Een beestenboel op school - beweeg als een beest (lesformat) Een les in aansluiting op het dag project Een beestenboel op school.

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

Beide systemen zijn goed, maar deze methode legt de nadruk op leren door te luisteren.

Lader rol reiniging FS 2000 / FS 3000 series

ipad Module 4 Instellingen

Muziek Singer Songwriter 1. Workshop Handleiding. Singer Songwriter 1. wat is jouw talent? 1. Singer Songwriter 1

KUNSTLES Suzan Overmeer Jazz4kids

ZINGEN BRAINSTORM MET DE KLAS BELANGRIJK BIJ DE KEUZE VAN EEN LIED

les 18 Samba De leerlingen ervaren dat muziek iets kan vertellen over een land of cultuur. Ze kunnen ritmisch improviseren. doel

titel/kopje/plaatje Ik denk aan: Dit weet ik er al over:

Wat schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Vertaald door Marloes van der Meulen Coderdojo Wommels Bron:

Mondharmonica spelen in 7 lessen!

S C I E N C E C E N T E R

Les 2. Wat ga je leren in deze tweede les?

Clarinéo DE EERSTE STAPPEN

Workshop Handleiding. Boomwhacker Muziekmaker. wat is jouw talent?

DE INSTRUMENTENTOCHT. Muiekale voorseling van het Noord Nederlands Orket voor kinderen in groep 3 en 4 LESMATERIAAL

Fujifilm Krafter. Foto Luuk Schudde. Basis handleiding

maart 2014 vanaf 7 jaar Nog even tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte

Handleiding bij de website van het lesmateriaal van de SamenDOOR!-dag met philharmonie zuidnederland

Alles wat je wilt weten!

De namen van de noten komen uit het alfabet. We gebruiken de eerste zeven letters: A B C D E F G Na de G komt opnieuw de noot A.

Verwijder de transportbeveiliging - magneetband

HOOFDSTUK Introductie video. 2.Houding gitaarspelen linker hand

Spreekbeurten.info Spreekbeurten en Werkstukken

DieDrie. Lesbrief bij de voorstelling Zeg het met muziek

Piano / Keyboardles deel 1

LESBRIEF MAARSCHALKERWEERDORGEL Dierendagproject 4 oktober 2012

Spelregels voor de kaarten Beroepskwaliteiten en Leerpunten. Het Beroepskwaliteitenspel

Scratch les 3: Quiz! Je eigen spelshow

Kennismaken met De Accordeon

» Oefening. Een voorbeeld van een idee: Ik ben soms graag alleen

VOORBEELDEXEMPLAAR LESPAKKET KBW 2013

Handleiding microfiche- en microfilmapparaat

5-Daagse starters workshop

Anouk Platenkamp 2015

HOOFDSTUK Introductie video

Doe Je Mee. LeSBRieF LieD. Martijje. TeR GeLeGeNHeiD VaN De ondertekening VaN MuZieKaKKooRD DRenTHe. 20 JuNi Lesbrief Doe je mee Martijje

De opnamemogelijkheden van audioapparatuur zinvol gebruiken ET GO! OVSG VVKBAO 2.2, 6.3*, 6.4* 2.3*, 2.5, 6.2*, 6.5* 2.1, 6.1*, 2.

Mondharmonica is gemerkt: G (De laagste bluesharp) G# A A# B C C# D D# E F F# (De hoogste Bluesharp)

Dingeman Coumou

Voor jezelf? Les 1 Welkom!

Informatie gebruik Digi Bord

3. Delen oefenen: De groepjes van 2 verzinnen een eigen melodie en noteren deze op de melodiekaartjes. Ze oefenen dit op hun instrument.

Thema 2 Activiteit 11 Beat it! 6 Auteur Kristoff Vosters van Radiowaka.be Coördinatie Yves Bondue en Steef Coorevits. Doelen. ET GO!

Een goede muziekles bestaat meestal uit drie onderdelen uit de domeinen:

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

- Een voorwerp waarmee een tempo aangegeven kan worden. B.v. een stokje en een woodblock of blikje.

Trekharmonica kiezen en kopen voor beginners

uitleg proefje 1 spiegelbeeld schrijven

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Wat weet ik al over het onderwerp? (Kennis ophalen)

Wat voor tekst schrijf je en voor wie: een gedicht voor op een poëziekaart. Hoe pak je het schrijven van een gedicht aan?

Fujifilm Krafter. Foto Luuk Schudde. Basis handleiding

Lesbrief Waar de Wind Woont

INHOUD. pagina 10. pagina 13. pagina 19

ACTIVITEITEN GROEP 3 en 4

Scratch. Gemaakt door: Déjan van Noordt en Leroy van den Driesche Leerlingen HAVO 5 SG Spieringshoek Als onderdeel voor het vak Informatica

REIMSREISJE. Lesmateriaal

Schaken op de basisschool Werkboek 1, les 2: De Dame, Koning en het Paard

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

Luisteren: muziek (A1 nr. 7)

Transcriptie:

Groep: 3/4 Thema: Accordeon, instrument Inhoud: Het instrument accordeon wordt in deze les uitgelegd, binnenkant en buitenkant, familieleden, de klank, een beetje techniek en een speciaal liedje aangeleerd. Na afloop kan er een concertje gegeven worden. Warming-up Doel: Losmaken van lijf en stem; concentratie vergroten; richten op leraar voor de klas. Welkom Doel: Stellen van doelen voor deze les; terughalen van doelen van vorige les. 1e les: Waarover zou deze les gaan? Hoe weet je dat? Wat is de titel van deze les 2e les: Wat hebben we vorige keer geleerd? Inleiding 1 Voor de 1e les Doel: Kennismaken met het uiterlijk en onderdelen van een accordeon en met de melodie van het liedje. Geef twee vragen vooraf: 1. Kijk goed: Wat zit er allemaal op en aan een accordeon? 2. Luister goed: Welke instrumenten hoor je spelen? (Accordeon, gitaar, bas, drums) Stilte-afspraak maken. Zet de film aan. Bespreek na de film de antwoorden. Inleiding 2: Voor de 2e les Doel: Kennismaken met het productieproces van een accordeon. Geef drie vragen vooraf: 1. Waar wordt een accordeon van gemaakt? (Hout, metaal, kunststof, papier, karton, stof) 2. Kijk goed: Wat maakt de meneer met de groene handschoen? (De tonen zelf.) 3. Kun je iets vertellen over hoe een accordeon wordt gemaakt? Stilte-afspraak maken. Zet de film aan. Bespreek na de film de antwoorden. Kern 1 Voor de 1e les Doel: Leren van de tekst en de melodie. Laat de speler 1x horen. Lees de tekst een keer voor. Laat de speler 1x horen; alle kinderen lezen zacht mee. Laat de speler 1x horen; de kinderen neuriën mee. Herhaal nog even ritmisch zin voor zin de tekst en laat de kinderen het naspreken. Laat de speler 1x horen: De kinderen zingen mee. Groep 4: Vraag: Kun je de noten op papier een beetje lezen? Zet de speler aan en wijs (als je dat lukt) de noten bij zodra de zang begint. Je kunt al aan de kleur zien welke deel waar staat: Geel=couplet, paars=refrein. Net als de blokjes onderaan en bij de tekst.

Kern 2 Voor de 1e les Doel: Leren van het 2e couplet en de bridge Lees de tekst ritmisch voor. Vraag: Is de tekst hetzelfde als de eerste keer? (Nee, nu staat er knoppen. Er is een stuk tekst bij gekomen: Groen= bridge) Laat de speler 1x horen. De kinderen luisteren, jij wijst de drie blokjes tekst aan. Laat de speler 1x horen. De kinderen zingen het couplet en refrein, neuriën de bridge. Laat de speler 1x horen. De kinderen zingen nu alles. Aan het einde van de bridge mogen alle kinderen een kort, gek geluid maken. Variatie: Als je een kleine accordeon in de klas hebt, mag 1 kind even een paar tonen spelen hierop. Vraag: Zie je verschil met de accordeon van de vorige kern? (Ja! Deze heeft aan beiden kanten knoppen, de vorige had pianotoetsen.) Ga nog heel even terug naar de vorige kern om te kijken. Belangrijk: Als je achter het accordeon zit, heb je rechts toetsen en links kleine knopjes. Als je er nu tegen aan kijkt, is dat andersom. Leg dat even goed uit. De toetsen zijn wit en zwart. Ga weer naar kern 2 en bekijk het instrument nog eens: Als je achter het accordeon zit, heb je rechts grotere knoppen en links kleine knopjes. De rechterknoppen zijn wit en zwart, net als bij de pianotoetsen. Wijs nu ook even op de gekleurde vormblokjes onderaan het scherm: Rood=voor- en tussenspel; Geel=Couplet; Paars=refrein; Groen=Bridge; Blauw=Verrassing! Als je bij Afsluiting 1 het hele lied gaat zingen, zullen de kinderen ontdekken wat deze kleur voorstelt. Solo!) Kern 3 Voor de 1e les Doel: Kennismaken met familieleden van het accordeon. Opdracht: Kijk goed naar alle plaatjes. Vraag 1: Hebben alle instrumenten toetsen of knoppen? (Nee, nr.1 heeft gaatjes, nr. 2 heeft helemaal niets dat er op lijkt. ) Vraag 2: Hoe moet je geluid maken op instrument 1, 2 en 4? (Zelf blazen!) Vraag 3: Hoe moet je geluid maken op instrument 3, 5 en 6? (Trekken en duwen, op de knoppen duwen.) Groep 4: Quiz: Laat de kinderen een kladblaadje en een pen pakken. Zie onderaan deze bijlage: Lees de eerste omschrijving voor en leg uit dat ze nu moeten kiezen over welk instrument jij hebt verteld. Dat nummer schrijven ze het eerst op. Check even over iedereen nr. 6 heeft opgeschreven. Ga nu verder met de andere omschrijvingen. Als je klaar bent, kun je op check klikken om samen na te kijken. Kern 4 Voor de 1e les Doel: Kennismaken met het pianoklavier. Vraag: Wat zie je op deze bladzijde? (Noten, letters in verschillende kleuren, een stuk van een accordeon, 2 groene vakjes, 2 paarse vlakjes, een filmpje ) Leg uit: Als je op de accordeon de C speelt in het paarse vlakje, hoor je de C in het paarse vlakje op de toonladder. (Leg uit wat een toonladder is.) Leg uit: Als je op de accordeon de C speelt in het groene vlakje, hoor je de C in het groene vlakje op de toonladder. Vraag: welke C is het hoogste? Die in het paarse vlakje of in het groene vlakje? (In het groene!) Leg uit: Vreemd eigenlijk: Als je bij de accordeon van boven naar beneden speelt, wordt de tonen steeds hoger! De laagste tonen zitten bovenaan!

Vraag: Wat is de de laagste toon op deze accordeon? Kom maar aanwijzen! (De G die bovenaan zit.) Vraag: Hoeveel keer komt de C op deze accordeon? (3x) Vraag: En hoe vaak de G? (4x) Leg uit: Dat is niet bij alle accordeons zo: Sommige zijn groter of kleiner en hebben dan meer of minder toetsen. Laat het filmpje nu zien: Je hoort en ziet de toonladder van C naar C en terug. Kern 5 Voor de 1e les Doel: Kennismaken met het knopklavier Vraag: Wat is er nu anders dan bij de vorige kern? (De accordeon! Deze heeft nu knoppen i.p.v. pianotoetsen. Leg uit: Op veel knoppen staan weer de namen van de noten. Ook weer de lage en de hogere C. Zoek ze op. Opdracht: Hoe moet je op deze knoppen nu van de lage C naar de hogere C de toonladder op klimmen? Laat een kind het aanwijzen op het bord: C D E F G A B C. Wie kan dat ook, maar nu naar de volgende C toe? Leg uit: De zwarte toetsen hebben weer andere namen. Dat leer je een andere keer. Het zijn dezelfde namen als bij de zwarte pianotoetsen. Leg uit: Ook bij deze accordeon zijn er kleine en grote instrumenten, met meer of minder knoppen. Bij de kleine knopaccordeons zitten de knoppen zonder de namen er niet op. Die hebben maar drie rijen i.p.v deze met 5 rijen. Laat het filmpje zien. Leg uit: Je kijkt nu van bovenaf, zoals de accordeonist het ziet. Deze heeft dus een cameraatje onder zijn kin. Kern 6 Voor de 2e les Doel: Kennismaken met de baskant. Vraag: Wat zien we op deze bladzijde? (Weer noten, de linkerkant van het accordeon, ) Leg uit: Als je de rode knop indrukt, hoor je een zware, diepe bastoon. Als je het groene knopje indrukt, hoor je drie tonen tegelijk! Ze passen mooi bij elkaar. Ze noemen dat een akkoord. Vandaar de naam: Accordeon! Kijk maar naar de noten. Als ik het groene knopje indruk, hoor ik tegelijkertijd een E, een G en een C. Dat is natuurlijk makkelijker dan drie knopjes tegelijk indrukken. Laat het filmpje zien, dan zie je de vingers telkens om beurten de knopjes indrukken. Leg uit: De accordeonist kan dit zelf niet zien. Hij moet het van buiten leren. Maar als je heel goed kijkt, zie je dat sommige knopjes een kuiltje hebben. Daaraan kan hij voelen waar hij moet zijn. Laat het filmpje nog een keer zien. Kern 7 Voor de 2e les Doel: Kennismaken met de toon-voortbrenging Vertel: We hebben net in de film (Inleiding 2) gezien hoe het accordeon wordt gemaakt. De man met de groene handschoenen maakte het onderdeel wat je links op het scherm ziet: De toon zelf, gemaakt van metaal. Het lichte tongetje kan heel snel trillen als je er lucht tegenaan blaast. Dan hoor je een toon. In één zo n rechthoekig blokje wat je hier ziet zit aan elke kant zo n tongetje: Eentje voor als je trekt en eentje voor als je duwt. Ze hebben beide dezelfde toon. Vraag: Wat zie je op die zes houten balken? (Allemaal van die tonen, grote en kleine.) Leg uit: Voor het gat van elk tongetje plakken ze een stukje plastic of leer. Dan kan er maar één van de tonen klinken, want de andere wordt even afgesloten van de lucht. Dat noem je een ventiel. Vraag: Welke tonen zullen laag klinken: De grote of de kleine? (De grote!)

Leg uit: Bij de onderste drie balken zie je de gaten waardoor de lucht in en uit de balken stroomt als je trekt of duwt aan het accordeon. De tonen zitten vastgemaakt aan de houten balken met een soort bijenwas. Kern 8 Voor de 2e les Doel: Kennismaken met enkele andere delen van het accordeon Opdracht: Kijk naar plaatje 1: Wat zie je? (Pianotoetsen, stangetjes, rechthoekige gaten, de kast, kleppen die met stangen aan de toetsen vastzitten.) Leg uit: Als je de C- toets indrukt en je duwt of trekt aan het accordeon, gaat er een klepje omhoog zodat de lucht naar de toon achter de rechthoekige gaten kan stromen. Je hoort de C klinken. Maar: Druk je de C- toets in, hoor je soms ook 2 of wel 3 C-tonen tegelijk. Dat kun je zelf regelen door met een schuifje twee of drie van de gaten op een rijtje onder de C-klep open of dicht te doen. (Zo n schuifje noem je het register. ) Opdracht: Kijk naar plaatje 2: Wat zie je? (De balg, waarmee je de lucht trekt of duwt door het instrument.. Leg uit: Het is een blaasbalg, gemaakt van papier, karton, stof en hout. Deze moet natuurlijk wel goed luchtdicht zijn en stevig zijn. Daarom zitten er op de hoekjes allemaal metalen beschermplaatjes. Opdracht: Kijk naar plaatje 3: Wat zie je? (Heel veel stangetjes, witte knopjes, de kast, rode knoppen.) Leg uit: Als aan de baskant het accordeon openmaakt, zie je al deze stangetjes. We hadden al geleerd dat sommige witte knopjes wel drie tonen tegelijk laten horen, bijv. de E, G en C. Daarom zijn er zoveel stangetjes. Dit is het duurste onderdeel van het accordeon. Erg ingewikkeld om te maken natuurlijk. De kleine accordeons hebben 12, 24, 32 of 48 basknopjes. De grote hebben 80, 96 of 120 basknopjes. Dat zijn natuurlijk erg veel stangetjes. De rode knoppen bovenaan zijn de registers. Daarmee kun je de klank veranderen: 1 C tegelijk, of 2 of 3 tegelijk.. Groep 4: Quiz: Welk onderdeel moet nu aan rechterkant komen? (Let wel: Als je het accordeon zelf op schoot hebt!) Welk plaatje hoort daar bij: 1, 2 of 3? Zo ook de andere twee plaatjes bepalen. Klik op check om te controleren. Afsluiting 1 voor de 1e les. Doel: Het lied zelfstandig uitvoeren (m.b.v. de playbackversie). Zet speler 1 aan. Het lied wordt gezongen. Nu ontdekken ze wat het blauwe blokje is: De solo. Er wordt even niet gezongen. En er komt nog wel een refrein achteraan. Zet speler 2 aan en zing samen nog eens het lied. Na de bridge mogen ze een gek geluid maken of 1 kind speelt op het kleine accordeon een paar tonen. Afsluiting 2 voor de 2e les. Doel: Kennismaken met enkele accordeonisten van verschillend niveau en met verschillende stijlen muziek. Geef vragen vooraf: 1. Kijk goed: Welke verschillen zie tussen al die accordeons? 2. Luister goed: Herken je ook liedjes? 3. Welke stukje vind je het mooist? Waarom? 4. Specialistenvraag: Hoeveel knopaccordeons heb je geteld? (8) Stilte-afspraak maken. Zet de film aan. Bespreek na de film de antwoorden.

Uitleg bij Kern 3: De bandoneón heeft een vierkante kast, een lange balg in het midden en aan beide kanten witte, ronde knopjes. Je kunt alleen aan deze kant de knopjes zien. (6) De melodica moet je zelf blazen. Het heeft pianotoetsen aan de bovenkant. (4) De concertina is zeskantig. Het heeft aan beide kanten witte, kleine knopjes maar wel veel minder dan de bandoneon. (5) De sheng is een heel oud chinees instrument met een boel pijpjes aan de bovenkant. Je moet zelf blazen om er geluid uit te krijgen. Met de gaatjes kun je verschillende tonen maken. (1) De trekzak heeft zwarte knopjes aan beide kanten en een gele kast. Het wordt ook wel een harmonica genoemd. (3) De mondharmonica is de kleinste van de familie. Je blaast in de gaatjes en zo krijg je verschillende tonen. De klank lijkt wel erg op die van de andere familieleden. (2) De bandoneón, concertina en trekzak ontstaat weliswaar ongeveer op dezelfde manier de klank als bij een accordeon en klinken daarom ongeveer hetzelfde, maar er is een wezenlijk verschil: Als je bij deze drie instrumenten één van de knopjes indrukt, hoor je bij trekken en duwen twee verschillende tonen. (Dat noem je diatonisch.) Denk maar aan de mondharmonica: Als je zuigt en blaast, krijg je ook twee verschillende tonen. Dat is bij een accordeon niet zo. Bij trekken en duwen hoor je dezelfde toon. Zo kun je je voorstellen dat je,met weinig knoppen toch veel tonen kunt maken. (Het dubbele ) Daarom is het bespelen van de bandoneón behoorlijk moeilijk: Je hebt erg veel knopjes die elk twee tonen bedienen. het systeem aan de linkerkant is ook nog eens anders dan aan de rechterkant.

Ik speel accordeon Aan elke kant een hand De rechter op de toetsen De linker onder de band Zo speel ik mooie liedjes Vaak staan die op papier Dit is zo n melodietje De noten, die staan hier! Ik speel accordeon Aan elke kant een hand De rechter op de knoppen De linker onder de band Zo speel ik mooie liedjes Vaak staan die op papier Dit is zo n melodietje De noten, die staan hier! Ik duw en trek hem bijna lek Soms klinkt het wel wat gek Zo speel ik mooie liedjes Vaak staan die op papier Dit is zo n melodietje De noten, die staan hier!