Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix)

Vergelijkbare documenten
DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 maart 2016;

1. Deze toekenningsronde richt zich tot organisatoren met locaties gezinsopvang zonder subsidies voor inkomenstarief.

ONDERSTEUNINGSREGLEMENT VOOR KINDEROPVANGPLAATSEN VOOR BABY S EN PEUTERS HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1: Locatiepremie

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang

Organisatoren kunnen voor die subsidiegroepen een aanvraag voor bijkomende subsidieerbare plaatsen met de subsidie inkomenstarief indienen.

Beslissingskader voor de verdeling van de vrijgekomen middelen voor een Centrum Inclusieve Kinderopvang

DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS. Ann Lobijn

NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR

gemeenteraad Besluit De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid: Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42, 1.

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor plussubsidie (trap 3)

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014;

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies

ALGEMENE PRINCIPES UITBREIDINGSRONDE BASISSUBSIDIE (trap 1) 2018

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

Wijzigingen organisator of kinderopvanglocatie zonder gevolgen voor de vergunning

! wijzigingen bij besluit van , treden inwerking op

Subsidies inclusieve opvang

VR DOC.0472/1TER

Beslissingskader voor de selectie van de deelnemers aan het vernieuwend project werknemersstatuut kinderbegeleiders gezinsopvang

VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA

Uitbreidingsronde Kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van diverse bepalingen van het Procedurebesluit van 9 mei 2014

Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2018 (BS ) houdende toekenning van een subsidie aan het lokaal loket kinderopvang

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

In de beleidsbrief Welzijn, Volksgezindheid en Gezin zegt de minister ook werk te maken van een flexibele kinderopvang.

BESLISSINGSKADER VOOR DE VERDELING VAN DE

Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving voorwaarden

Besluiten van de Vlaamse Regering van 22 november 2013 over de vergunningsvoorwaarden en de subsidies voor de kinderopvang van baby s en peuters

In bepaalde omstandigheden kan een afwijking worden aangevraagd van het berekende inkomenstarief voor kinderopvang.

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang

Voorbeeldcriteria advies lokaal bestuur bij uitbreidingsronde kinderopvang

1 punt 3 /1 wordt opgeheven; 2 er wordt een punt 14 /2 ingevoegd dat luidt als volgt:

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Reglement voor de subsidiëring van kinderopvang van baby s en peuters volgens inkomenstarief

schriftelijke overeenkomst kinderopvang

Aan alle kinderopvangorganisaties met subsidie voor inkomenstarief. Afdeling contactpersoon Telefoon Kinderopvang. AMDP mei 2014

REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang

Fusies van de Vlaamse gemeenten in 2019: gevolgen voor de kinderopvang

Oproep kandidaten voor subsidiebelofte voor basissubsidie (trap 1) voor bestaande plaatsen

20/02/2014 SUBSIDIES KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS. Principieel akkoord Vlaamse Regering 5 juli PRINCIPIEEL AKKOORD BVR SUBSIDIES 5 juli 2013

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2013 houdende het lokaal beleid kinderopvang;

Adviesrol lokaal bestuur bij kinderopvang

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Gecoördineerde versie van het reglement voor de subsidiëring van buitenschoolse kinderopvang.

Veranderingen in regelgeving kinderopvang principieel goedgekeurd

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

VR DOC.0790/1TER

Art. 3. De subsidie, vermeld in artikel 4, kan ten vroegste ingaan vanaf 1 april 2019 en kan uiterlijk lopen tot en met 31 maart 2021.

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 3 ;

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor subsidie inkomenstarief (trap 2)

Art. 2. Kind en Gezin kan aan de organisator subsidies toekennen voor de realisatie van de specifieke dienstverlening, vermeld in dit besluit.

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor nieuwe plaatsen met basissubsidie (trap 1) in 2018

Subsidie kinderopvang baby s en peuters: in de praktijk

Oproep kandidaten voor basissubsidie (trap 1) en voor subsidie inkomenstarief (trap 2)

De Stad Gent wil dit doen door de subsidiëring van 85 inkomensgerelateerde opvangplaatsen (trap 2b 1 of het vroegere IKG-tarief) tot eind 2019.

Art. 2. Dit besluit wordt aangehaald als: Handhavingsbesluit Baby s en Peuters van 11 december 2015.

Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen

Kinderopvang cijfert. Voorrangsgroepen

Brochure huishoudelijk reglement en schriftelijke overeenkomst

Uitbreiding kinderopvang van baby s en peuters in 2015: inkomensgerelateerde opvangplaatsen met SALK-middelen

BISNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

Inclusieve opvang en Centra inclusieve kinderopvang

Bijlage1 bij dit besluit Bijlage2 bij dit besluit. Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Subsidieoproep voor groepsgericht aanbod opvoedingsondersteuning door vrijwilligers, gericht op gezinnen met kinderen of jongeren met specifieke

VR DOC.1590/1

Besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2019 (BS ) houdende de toekenning van een subsidie aan pools gezinsopvang

Titel 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding Wijzigingsbesluiten

Art. 2. In 2019 is er een totaal te verdelen nieuw subsidiebudget van euro (twee miljoen zeshonderdentwaalfduizend euro).

Organisator Gezinsopvang De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor subsidie inkomenstarief (trap 2)

Brochure voorschotten gezinsopvang

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

Oog voor kwaliteit in de Vlaamse kinderopvang: elke kinderbegeleider en elke verantwoordelijke gekwalificeerd

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 15 maart 2016;

Kinderopvang cijfert 1. Het bezettingspercentage 2015

Groepsopvang voor baby s en peuters De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor subsidie inkomenstarief (trap 2) in 2018

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 7 juli 2017;

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Afdeling 1. Inleidende bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Steun aan jonge innovatieve ondernemingen

VVSG INSPIRATIEDAG 20 maart Stand van zaken op vandaag, onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van de regelgeving

Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang

De organisator is een feitelijke vereniging

Oproep en aanvraagformulier tot erkenning en subsidiëring als mobiel aanbod aan taal- en ontwikkelingsstimulering in de voor- en vroegschoolse periode

Schriftelijke overeenkomst Buitenschoolse Kinderopvang

Over meten, weten, plannen en doen. Kinderopvang in de meerjarenplanning. Esther Holleman, Joke Vanreppelen

Kinderopvang in Vlaanderen. 6 maart 2014

Subsidieoproep voor mobiel aanbod door vrijwilligers

De organisator is een feitelijke vereniging

20/02/2014 VERGUNNINGSVOORWAARDEN KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS INHOUD. 1. Nieuwe namen. Nieuwe namen

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening

Adviesrol lokaal bestuur bij uitbreiding kinderopvang van baby s en peuters

Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016

Titel 1. Algemene bepalingen. Hoofdstuk 1. Definities. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Afdeling 1. Inleidende bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Transcriptie:

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix) Doelstellingen en beslissingskader 1. OPROEP Een combinatie van plaatsen met inkomenstarief en plaatsen met vrije prijs op één kinderopvanglocatie is op dit moment niet toegelaten. Via een proefproject inkomenstariefmix ( IKT-mix ) wil de Vlaamse Regering de effecten van zo n mix nagaan. Hoe ervaren ouders dit? Wat betekent deze mix voor het ondernemen en de leefbaarheid van de opvang? En wat is het effect op de andere kinderopvang in de buurt? 10 proeflocaties kunnen van 1 april 2017 tot 1 april 2018 op verschillende manieren deze IKT-mix toepassen. Het experiment staat open voor gezins- en groepsopvang die met inkomenstarief werkt en die onmiddellijk ruimte heeft voor extra plaatsen met vrije prijs. Er zijn geen subsidies verbonden aan dit proefproject en er is geen garantie dat het na het proefjaar wordt verlengd. De oproep tot deelname wordt gelanceerd via Kind en Gezin, de beroepsorganisaties of koepels (UnieKO, SOM, Vlaams Welzijnsverbond en VVSG) en de partners in de ondersteuningsstructuur (VoorZet, t OpZet, Unizo). Organisatoren kunnen ten laatste op zondag 29 januari 2017 bij Kind en Gezin hun kandidatuur indienen door het ingevulde standaardformulier per e-mail of brief te bezorgen. Dit formulier maakt het mogelijk om de ontvankelijkheids- en selectiecriteria te beoordelen. Je vindt het formulier op de website van Kind en Gezin. Ga naar Kinderopvang > Sector baby s en peuters > Oproepen en beslissingen > Oproepen. Voor meer informatie kan je terecht bij de beroepsorganisaties (UnieKO, SOM, Vlaams Welzijnsverbond of de VVSG), bij de ondersteuningsstructuur (VoorZet, t OpZet of Unizo) of bij de provinciale consulenten van Kind en Gezin. 2. DOELSTELLING VAN HET PROEFPROJECT Met het proefproject IKT-mix wil de Vlaamse Regering deze effecten nagaan: Wat is het effect van de IKT-mix op het ondernemen en de economische leefbaarheid van de organisator? Hoe ervaren ouders een gemengd prijsbeleid? Welke gevolgen heeft de IKT-mix voor de sociale mix binnen de opvanglocatie? Welke gevolgen heeft het werken met IKT-mix voor andere opvanglocaties van andere organisatoren uit de buurt? Welk effect heeft de IKT-mix voor de lokale samenwerking tussen organisatoren kinderopvang, lokaal bestuur en doorverwijzers? Heeft het werken met IKT-mix budgettaire gevolgen voor de Vlaamse overheid? Deze effecten worden gemeten met een nulmeting (cijfers en enquêtes) voor de start van de proefperiode en met eenzelfde meting vlak na de proefperiode. Het proefproject wordt opgevolgd 1

en begeleid door een werkgroep met medewerkers van Kind en Gezin, de beroepsorganisaties of koepels en de ondersteuningsstructuur. 3. ONTVANKELIJKHEIDCRITERIA Elke aanvraag wordt beoordeeld op basis van deze ontvankelijkheidscriteria: Werd de kandidatuur tijdig ingediend? Is het standaardformulier volledig ingevuld? Gaat het om een bestaande locatie met subsidie trap 2? Gaat het om slechts één locatie per organisator? Voldoet de locatie (en de organisator ervan) aan alle vergunnings- en subsidievoorwaarden (via een verklaring op eer)? Is er voldoende (infrastructurele) ruimte om met vrije prijs plaatsen uit te breiden (via een verklaring op eer)? Kan de organisator met het proefproject starten op 1 april 2017 (te zetten stappen + verklaring op eer)? Verklaart de organisator zich akkoord met de krijtlijnen en voorwaarden die voor het proefproject worden gesteld (zie bijlage)? Als op één van bovenstaande vragen neen wordt geantwoord, dan wordt de kandidatuur niet ontvankelijk verklaard en wordt deze niet verder behandeld. 4. SELECTIECRITERIA Stap 1: sorteren van de kandidaturen De ontvankelijke kandidaturen worden ondergebracht in één van deze groepen: proeflocatie van een organisator met slechts één locatie (unieke locatie) in de gemeente (groepsopvang) of zorgregio (gezinsopvang); proeflocatie van een organisator met meer dan één locatie in de gemeente (groepsopvang) of zorgregio (gezinsopvang); proeflocatie van een organisator die voor de plaatsen met vrije prijs met een derde betaler (bijvoorbeeld: OCMW, VDAB of werkgever) zal werken; proeflocatie waarvoor een organisator vóór 1 april 2014 een erkenning had; proeflocatie van een organisator die op de vrije prijs plaatsen ook met inkomenstarief wil werken (zonder hiervoor subsidie te krijgen). Sommige kandidaturen kunnen in meerdere categorieën worden ondergebracht. 2

Stap 2: scoren van de kandidaturen Alle kandidaturen krijgen een score op basis van deze vragen (uit het standaard formulier): Heeft de organisator een plan om, binnen de IKT-mix, een zo goed mogelijke sociale mix 1 te realiseren? Heeft de organisator een strategie om met de ouders te communiceren over het toepassen van de IKT-mix? Hoe zal de organisator andere kinderopvanginitiatieven in de buurt, het lokaal bestuur en het Lokaal Overleg Kinderopvang informeren over haar of zijn aanpak van de IKT-mix? Welke samenwerkingsverbanden denkt de organisator nodig te hebben om de IKT-mix te doen slagen? Heeft de organisator een duidelijk zicht op de te verwachten evolutie in haar of zijn financiële toestand door het toepassen van de IKT-mix? De scores worden per vraag en voor elke kandidaat toegekend volgens dit stramien: Het antwoord op de vraag is naast de kwestie of totaal niet beargumenteerd. Het antwoord op de vraag wordt erg vaag en onvoldoende beargumenteerd. Het antwoord op de vraag volstaat, maar is maar net voldoende beargumenteerd. Het antwoord op de vraag is goed beargumenteerd en/of is innovatief. 0 punten 2 punten 4 punten 6 punten Kandidaturen die op één of meerdere vragen 0 punten scoren of die op alle categorieën samen geen score van 50% behalen, komen niet in aanmerking. Stap 3: selecteren van proeflocaties Als er meer dan twee kandidaten voor een categorie overblijven, dan worden de kandidaten met de twee hoogste scores per categorie geselecteerd. Als een bepaalde kandidaat bij de twee hoogste scores tot verschillende categorieën behoort of als er een ex aequo bij de twee hoogste scores is, dan streeft de jury naar een zo divers mogelijke staalkaart. Hierbij worden deze criteria worden gebruikt: de grootte van de opvanglocatie; de verhouding plaatsen in IKT en plaatsen met vrije prijs binnen de locatie; de nood aan opvang in de regio (op basis van het aantal beschikbare plaatsen ten opzichte van het aantal kinderen uit de doelgroep); het aantal en het percentage locaties/plaatsen met inkomenstarief en vrije prijs in de omgeving (wijk, gemeente of zorgregio); de socio-economische context (stedelijk, landelijk, aandeel maatschappelijk kwetsbare gezinnen in de regio). De beslissing van de jury wordt grondig beargumenteerd. 5. BESLISSING EN VERDER TIJDSPAD 1 Met sociale mix wordt bedoeld: een mix van kinderen uit gezinnen met diverse socio-economische en culturele achtergronden. Deze mix weerspiegelt de toestand op dit vlak in de omgeving van de opvanglocatie. 3

De beslissing wordt uiterlijk op 1 maart 2017 aan de kandidaten officieel meegedeeld. De geselecteerde kandidaten worden verwacht op een kick off bijeenkomst bij Kind en Gezin op vrijdag 10 maart 2017. Het proefproject loopt van 1 april 2017 tot 1 april 2018. Voorbehoud Deze oproep en de daaropvolgende stappen in het beslissingsproces gebeuren onder voorbehoud van de goedkeuring van een besluit door de Vlaamse regering dat de contouren en de regels die in dit beslissingskader vermeld worden, in de regelgeving vastlegt. 4

BIJLAGE: VOORWAARDEN PROEFPROJECT (BESLUIT VLAAMSE REGERING ONDER VOORBEHOUD VAN GOEDKEURING) 1. De organisator start op 1 april 2017 met het experiment en beëindigt dit op 1 april 2018, tenzij een nieuw besluit van de Vlaamse Regering de IKT-mix zou verlengen of structureel mogelijk zou maken. Ouders die op dat moment een contract met vrije prijs hebben, krijgen ofwel een beschikbare IKT plaats aangeboden of, indien dit niet mogelijk is, kunnen de vrije prijs behouden tot het kind de opvang verlaat. Er mogen, na afloop van het experiment, geen nieuwe kinderen meer starten op de plaatsen met vrije prijs. 2. De organisator zorgt, voor de aanvang van het experiment, voor een beleid met betrekking tot de vrije prijs, waarbij minstens aan bod komen: 1 : de manier waarop de vrije prijs voor de kinderopvang ten aanzien van elke contracthouder die betrokken is bij het experiment wordt bepaald; 2 : het aandeel kinderopvangplaatsen met een vrije prijs ten opzichte van de kinderopvangplaatsen met inkomenstarief; 3 : de criteria die worden gehanteerd om een kinderopvangplaats met vrije prijs of een kinderopvangplaats met inkomenstarief toe te kennen. 3. De organisator zorgt, voor de aanvang van het experiment, voor een aangepaste schriftelijke overeenkomst ten aanzien van de contracthouders die betrokken zijn bij het experiment waarbij minstens zijn opgenomen: 1 : de start van de opvang met vrije prijs; 2 : de verbintenis om binnen éénzelfde schriftelijke overeenkomst niet gelijktijdig zowel met inkomenstarief als zonder inkomenstarief te werken. 4. De organisator zorgt, voor de aanvang van het experiment, voor een aangepast huishoudelijk reglement, ten aanzien van alle contracthouders van de kinderopvanglocatie, waarbij minstens het beleid met betrekking tot het experiment wordt opgenomen. 5. De organisator houdt volgende gegevens bij gedurende het experiment, volgens de administratieve richtlijnen van Kind en Gezin: 1 : de globale financiële situatie van de kinderopvanglocatie, waaruit alle inkomsten en kosten verbonden aan het werken met IKT-mix blijken; 2 : de contactgegevens van de contracthouders die meestappen in het experiment en van de andere contracthouders binnen de kinderopvanglocatie (met het oog op een tevredenheidsmeting door Kind en Gezin); 3 : het aantal kinderopvangprestaties met vrije prijs. 6. De organisator informeert het lokaal bestuur en/of het Lokaal Overleg Kinderopvang van de gemeente van zijn kinderopvanglocatie over de deelname aan het experiment, voor de aanvang ervan. 7. Aan deelname aan het proefproject zijn geen subsidies of subsidiebeloftes verbonden. 5

8. In uitzonderlijke omstandigheden kan Kind en Gezin het experiment voortijdig stopzetten. Dit kan wanneer de organisator de voorwaarden van experiment niet naleeft (bijvoorbeeld wanneer de organisator gelijktijdig zowel met inkomenstarief als zonder inkomenstarief werkt ten aanzien van een bepaalde contracthouder, binnen eenzelfde overeenkomst of als hij nalaat de gevraagde gegevens te bezorgen). Dit kan ook wanneer de toepassing van de IKT-mix in een locatie dermate impact heeft op de ouders, op de andere opvang in de buurt en/of op het lokale KO landschap, dat het verderzetten van de IKT-mix zware tot onherroepelijke problemen zou veroorzaken. 6