Naar nieuwe regie Effectief en klantvriendelijk indiceren voor leerwegondersteunend onderwijs en Praktijkonderwijs in Eemland Aanleiding Sommige leerlingen kunnen het niveau van VMBO goed aan, maar hebben een steuntje in de rug nodig. Leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) stemt ondersteuning af op de behoeften van deze leerlingen, zodat zij succesvol het VMBO doorlopen. Voor andere leerlingen is de reguliere leerweg ook met ondersteuning lastig. Zij kunnen terecht bij het Praktijkonderwijs, dat rechtstreeks opleidt tot een baan. Landelijke criteria bepalen welke leerlingen deze trajecten mogen volgen. De school ontvangt dan de bekostiging voor LWOO of Praktijkonderwijs. Hoe beoordeel je of een leerling voldoet aan de criteria? Dit blijkt vaak een langdurig en ingewikkeld proces. Het samenwerkingsverband Eemland heeft ervaring met een effectievere en klantvriendelijkere manier van indiceren. Samenwerkingsverband V(S)O Eemland Het samenwerkingsverband V(S)O Eemland bedient alle 24 scholen voor voortgezet onderwijs in Amersfoort, Bunschoten, Soest, Baarn, Woudenberg en Leusden. Daaronder vallen 8 scholen die LWOO bieden, en 3 scholen met Praktijkonderwijs. Onder Eemland vallen 17.576 leerlingen. Daarvan volgt 6,7% LWOO en 2,6% Praktijkonderwijs. Dit is lager dan landelijk gemiddeld (10,6% LWOO en 2,9% Praktijkonderwijs). In 2009 gaf het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de regio Eemland een experimentele status. Daardoor kan het samenwerkingsverband van bestaande wet- en regelgeving afwijken om nieuwe ideeën uit te proberen. Missie samenwerkingsverband Eemland: Het samenwerkingsverband wil bereiken dat alle leerlingen onderwijs ontvangen dat aansluit bij hun ontwikkelingsmogelijkheden, zo dicht mogelijk bij huis, met overgangen tussen verschillende vormen van onderwijs en/of ondersteuning die soepel verlopen, toeleidend naar passend vervolgonderwijs of een passende plek op de arbeidsmarkt. Gebruikelijk indiceren Om in aanmerking te komen voor LWOO of Praktijkonderwijs, moet een leerling aan tal van wettelijk vastgelegde criteria voldoen. Zo is er bewijs nodig dat een leerling een laag IQ, dyslexie of ADHD heeft. Dat maakt indicatiestellen per definitie bureaucratisch en tijdrovend.
Als een leerling met ondersteuningsbehoefte is ingeschreven bij een VO-school, laat de VO-school de leerling meestal indiceren door een team van deskundigen: de Regionale Verwijzingscommissie (RVC). De VO-school stuurt bewijs van ondersteuningsbehoefte naar de RVC. Vervolgens bepaalt de RVC binnen 8 weken of de leerling in aanmerking komt voor Praktijkonderwijs of LWOO. Bij goedkeuring ontvangt de VO-school bekostiging voor de leerling. Maar de RVC kan ook om meer bewijs vragen, waardoor de procedure langer duurt. Indiceren volgens Eemland In de regio Eemland heeft de RVC nooit een regierol gehad. Om scholen zo min mogelijk te belasten, indiceert het samenwerkingsverband Eemland centraal. Verder meldt niet de VO-school, maar de basisschool leerlingen met ondersteuningsbehoefte aan voor indicatiestelling. Het tijdstip van aanvraag is vroeg, namelijk voordat de schoolkeuze plaatsvindt. Het samenwerkingsverband ontvangt en indiceert alle aanvragen. Er wordt dus geen gebruik gemaakt van indicatie door de RVC. Binnen het samenwerkingsverband bepaalt een team van deskundigen, de permanente commissie leerlingenzorg (PCL), of de leerling in aanmerking komt voor Praktijkonderwijs of LWOO. Het uitvoerend orgaan is een onderzoekgroep, die bestaat uit een psycholoog, twee orthopedagogen en twee vertegenwoordigers van het ambtelijk secretariaat. Een indicatiestelling door de PCL kost gemiddeld drie weken per aanvraag. Bij goedkeuring ontvangen de basisschool en de ouders bericht van de beschikking. Daarmee heeft een VO-school met Praktijkonderwijs of LWOO garantie op bekostiging. Stapsgewijs werkt indicatiestellen in de regio Eemland als volgt: De basisschool meldt een leerling met een mogelijke ondersteuningsbehoefte, in overleg met de ouders, bij de PCL aan voor onderzoek. Hierbij gebruikt de basisschool een gestandaardiseerd formulier. De basisschool voert het onderzoek naar leerachterstanden uit en het SWV test de leerling op capaciteiten. De PCL analyseert deze gegevens, en koppelt de beoordeling terug naar de basisschool en de ouders. Bij groen licht stuurt de PCL bericht van de beschikking naar de basisschool en de ouders, waarmee de leerling een bekostigde plek kan krijgen bij Praktijkonderwijs of VMBO met LWOO. Tot slot stuurt de PCL het dossier met de bijbehorende beschikking naar de VOschool. Het samenwerkingsverband ondersteunt scholen bij het vooronderzoek. De reden hiervoor is dat de aanvraag door de school dan zeker voldoet aan de wettelijke eisen. Het voorkomt namelijk fouten en inzet van onjuiste instrumenten bij het vooronderzoek. Bovendien is het gebruiksvriendelijk. Zo heeft het samenwerkingsverband verschillende documenten ontwikkeld die het vooronderzoek en de aanvraag makkelijker maken en werk uit handen nemen voor de basisscholen. De PCL heeft voor 15 april 2014 2
eigen gebruik een bespreekformulier ontwikkeld (zie bijlage 1). Dit formulier toont op één vel alle vragen die relevant zijn voor het indicatiestellen, en wordt ingevuld door de PCL. Voor VO-scholen ontwikkelde het samenwerkingsverband het document Eerste aanzet tot handelen (zie bijlage 2). Dit zijn richtlijnen waarmee scholen een mogelijke lage intelligentie, leerachterstand en/of sociaalemotionele problematiek bij leerlingen kunnen vertalen naar aanvullend onderzoek en begeleiding. Het samenwerkingsverband Eemland indiceert vroeg, centraal, en zonder RVC. De gebruikelijke procedure en het proces in Eemland presenteren we naast elkaar in de volgende figuur: Gebruikelijk Eemland Indicering via RVC Indicering zonder RVC, maar binnen SWV Aanvraag door VO-school, na aanmelding VO Aanvraag door basisschool, voor aanmelding VO Regie nu in handen van RVC, daarna van scholen of SWV Regie in handen van SWV Eemland Resultaten Het vroeg, centraal en zonder RVC indiceren geeft voordelen: Tijd besparen Het wegvallen van de RVC bespaart tijd. Zo verlopen indicatiestellingen via het samenwerkingsverband gemiddeld twee keer sneller dan via de RVC. Een RVC is namelijk een extra partij met een eigen uitvoeringstijd van maximaal 8 weken per aanvraag. Deze tijd kan oplopen als de RVC een aanvraag niet meteen goedkeurt, bijvoorbeeld wanneer zij meer informatie van scholen verlangen. De tijdsbesparingen leiden tot lagere administratieve kosten, doordat de correspondentie tussen het samenwerkingsverband, de RVC en de scholen aanzienlijk afneemt. Vroege start is klantvriendelijker Een vroege start van de indicatiestelling is klantvriendelijker, want ouders en scholen kunnen bij de schoolkeuze rekening houden met de afgegeven beschikking. Centraal indiceren is effectiever en klantvriendelijker Het centraal indiceren is effectiever en klantvriendelijker. 15 april 2014 3
1. Ten eerste hebben PCL s procedurele kennis om volgens de landelijk criteria te indiceren. Vaak missen scholen deze kennis. Het risico dat de indicering wegens procedurele fouten moet worden overgedaan is daarom kleiner bij centrale indicering. 2. Ten tweede kan het samenwerkingsverband bemiddelen tussen vraag en aanbod. Zo verspreidt het samenwerkingsverband onder VO-scholen tweewekelijks een lijst met aanmeldingen en beschikkingen. Daardoor kunnen VO-scholen snel controleren of de leerlingen die zich op de VO-scholen melden bekend zijn bij de PCL. Ook geeft het samenwerkingsverband een brochure uit met aanbieders van LWOO en Praktijkonderwijs (zie bijlage 3), zodat ouders geïnformeerd kunnen kiezen en uitleg krijgen over de procedure. 3. Ten derde kan het centraal indiceren gecombineerd worden met een casuïstiekoverleg, zoals het zorgplatform en/of het inrichten van een commissie die de toelaatbaarheidsverklaring (TLV) voor het speciaal onderwijs gaat afgeven. Bijvoorbeeld door het samenwerken in een centraal punt. Als je zelf regie hebt over de procedure, dan is de last zo licht mogelijk Knelpunten (en lessen) De ervaringen binnen Eemland met de vereenvoudigde procedure van indicatiestelling bij LWOO en Praktijkonderwijs zijn positief. Toch kwamen de betrokkenen tijdens het vormgeven en uitvoeren van het proces een aantal knelpunten tegen. De oplossingen hiervan vormen lessen voor andere samenwerkingsverbanden. Interpreteer de uitslag van de PCL (de beschikking) niet als een schooladvies. Dit gebeurde soms wel in het verleden. Maak in het informatiepakket aan ouders en scholen een helder onderscheid tussen een schooladvies en een beschikking. Een schooladvies is een aanwijzing welk schooltype het best bij een kind past. Een beschikking is een verklaring waarmee budget voor Praktijkonderwijs of LWOO vrijkomt. De mogelijke concurrentie tussen scholen leverde spanning op. Probeer dit zoveel mogelijk te voorkomen door te benadrukken dat ouders de meest passende school kiezen voor het kind. Verbind de indicatiestelling aan de schoolkeuze. Dus start al vroeg, in het laatste jaar van het primair onderwijs, met de procedure van indicatiestelling. De nieuwe rol van samenwerkingsverbanden Volgend jaar staat de indicatiestelling in een ander perspectief. Zo verdwijnen in augustus 2015 de RVC s, waardoor de samenwerkingsverbanden een nieuwe rol krijgen. Daarnaast neemt het Rijk in 2014 politieke besluiten over de criteria van indicatiestelling en het licentiesysteem voor scholen met LWOO. Hoe gaan samenwerkingsverbanden met deze veranderingen om? Het samenwerkingsverband Eemland geeft hierbij de volgende adviezen: Ga na welke taken je centraal en decentraal wilt laten uitvoeren. Een samenwerkingsverband kan de indicatiestelling enerzijds overlaten aan de scholen. In dat geval onderzoekt de school of een leerling Praktijkonderwijs of LWOO nodig heeft. Vervolgens legt de school hun oordeel ter goedkeuring voor aan de PCL. De andere optie is centrale sturing vanuit het 15 april 2014 4
samenwerkingsverband, zoals bij Eemland geldt. Daarbij faciliteert de PCL de aanlevering van gegevens door scholen, om ze vervolgens te toetsen. Ga hierbij uit van de huidige situatie, dat voorkomt dat je een volledig nieuw proces moet inrichten. Regie door de school en regie door het samenwerkingsverband zijn twee uiterste mogelijkheden voor het indiceren zonder RVC. Talloze tussenvarianten zijn uiteraard mogelijk. In Nijmegen toetsen scholen bijvoorbeeld niet zelf, maar worden er centrale toetsdagen in de regio georganiseerd. Relevante documenten Bespreekformulier Eerste aanzet tot handelen Brochure: Scholen voor Praktijkonderwijs en scholen voor VMBO met Leerwegondersteunend onderwijs Contactinformatie Directeur: Dhr. Riemer Poortstra info@swveemland.nl Voor meer informatie: www.swveemland.nl Visuele presentatie Van dit praktijkvoorbeeld is ook een visuele presentatie beschikbaar. Deze is te vinden op: http://prezi.com/e99dxhg3asjv/?utm_campaign=share&utm_medium=copy&rc=ex0share 15 april 2014 5