(070) Nota museale strategie, tweede VNG-brief. 30 maart 2006 SEZ/ Geachte commissieleden,

Vergelijkbare documenten
SEZ/U Lbr. 06/09

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mr. M.C. van der Laan

InterprovinciaalOverleg

BAOZW/U Lbr. 12/001

OCW, provincie Zuid-Holland, provincie Noord-Holland, gemeente Leiden, gemeente Haarlem

OCW, provincie Drenthe, provincie Fryslân, provincie Groningen, gemeente Groningen, gemeente Leeuwarden

SEZ/ Lbr. 06/183

Tweede Kamer der Staten-Generaal

: Aanbieding onderzoeksrapport Klaar voor de start? Onderzoek naar de rol van gemeenteraden rond de transitie jeugdzorg in B4-gemeenten

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,

Voordracht aan Provinciale Staten. van Gedeputeerde Staten. Mei Ontwerpbesluit. Provinciale Staten van Zuid-Holland,

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de heer drs H. Zijlstra Postbus BJ Den Haag

26 april antwoorden

De burgemeester, Mr. J.H.C. van Zanen

SEZ/U Lbr. 06/32

De provincie Limburg, vertegenwoordigd door de gedeputeerde voor Cultuur, mevrouw O.M.Th. Wolfs

ONTVANGEN 2 9 APR. 2009

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

OCW provincie Utrecht, provincie Flevoland, gemeente Utrecht, gemeente Almere, gemeente Amersfoort

2 9 JAN.2015 Bestuurlijke reactie op conceptrapport 'Zicht op bezuinigingen, bezuiniging op cultuur'

Gemeente n Bergen op Zoom

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 3 september 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

ons kenmerk BAWI/U Lbr. 12/012

' Zie de brief van deze organisaties van 2 november 1999 aan de Vaste Tweede Kamercommissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

eten De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties Mr. Drs. J.W.E. Spies Postbus EA DEN HAAG 13 april 2012

De stichting Museon, kortweg Museon, is een Algemeen Nut Beogende Instelling.

Datum 25 mei 2016 Reactie op vragen van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de positie van de popmuziek

Tweede Kamer der Staten-Generaal

NMV Museumcongres 2011 Musea en onderzoek

Raadsvoorstel 2003/406

Beheer rijkscollectie & subsidiëring museale instellingen. Daniëlle Cozijnsen (OCW) Evert Rodrigo (RCE)

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,

Voorzitter. In de bijlage vindt u nader uitgewerkte onderzoekvragen en alsnog de overige relevante stukken.

BETREFT OvBrlBQ op QTond van art. 34 Comptabiliteitswet 2001 inzake oprichting Holland Casino NV

Museale strategie. bewaren om teweeg te brengen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 26 februari 2018 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Gemeente Den Haag. de gemeenteraad

logoocw De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag 12 september 2006 OWB/AI-2006/12668

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, handelend als bestuursorgaan, hierna te noemen: minister van OCW,

Toelichting kwaliteitslabel

Brief aan de leden T.a.v. het college en de raad. 9 juli Brief aan de aangesloten organisaties T.a.v. het bestuur TAZ U

Samen naar cultuur voor iedereen

Code Interbestuurlijke Verhoudingen

TOETSINGSKADER INNOVATIEPLANNEN LERARENOPLEIDINGEN HB

6 juni / EJ. Terpstra Beantwoording vragen ex artikel 38 RvO inzake VNG in het algemeen en het

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 28 april 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Advies van de Commissie Rechtsherstel Homoseksuelen Tweede Wereldoorlog

Den Haag, september 2013 Dr. F.J.G. Limburg

Raad voor Cultuur Prins Willem Alexanderhof BE..DEN HAAG. Datum Betreft adviesaanvraag culturele basisinfrastructuur

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorstel aan de Raad. Datum raadsvergadering / Nummer raadsvoorstel 12 oktober 2005 / 210/2005. Onderwerp Opheffing IZA-regeling

Zoetermeer, 24 juni 2015

Gemeente Haarlem. Retouradres: Stadhuis, Postbus PB Haarlem

BB/U Lbr. 15/103

Cultuurbeleid en Betekenis

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein Waarborgen van platina, gouden en zilveren voorwerpen over de periode

Bezoekadres Kenmerk Uw brief Bijlage(n) Maatschappelijke diensttijd, kansen en uitdagingen

Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van BZK, beleidsterrein Nationale Ombudsman over de periode

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 7 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Wijziging van de Experimentenwet Kiezen op Afstand in verband met de verlenging van de werkingsduur van die wet.

VMG Reg. Datum: 27/06/2006 Eenheid: BADMI Vereniging van Nederlandse Gemeenten

Raad 11 februari 2003 Agendanr. : Doc.nr : B : Educatie en Welzijn RAADSVOORSTEL

PROVINCIALE COMMISSIE LEEFOMGEVING (PCL) UTRECHT

raad voor cultuur R.J.Schimmelpennincklaan 3

Joanita van Oosterwijk Medewerkster Griffie Gemeente Drimmelen (aanwezig maandag, dinsdagochtend, donderdagochtend)

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente De Bilt T.a.v. Wethouder mevrouw A.E. Brommersma Postbus AH BILTHOVEN

INHOUDSOPGAVE RAPPORT OPDRACHT ALGEMEEN RESULTATEN FINANCIELE POSITIE JAARREKENING BALANS PER 31 DECEMBER 2016 WINST- EN VERLIESREKENING OVER 2016 GRO

Uw brief van Ons kenmerk Contactpersoon Zoetermeer. 24 februari 2003 SFB/2003/ juni 2003

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 oktober 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Bestuurlijke Netwerkkaarten Crisisbeheersing. Netwerkkaart 24 Cultureel erfgoed

Eerste Kamer der Staten-Generaal

ECSD/U

Stadsschouwburg Utrecht

Nr. KJB-572. Agenda nr. 15. Nr /15 Middelburg, 29 april 1998

Raad voor Cultuur. Telefax

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 11 april 2016 Vragen 2016Z06314

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

In gesprek over de inhoud van het onderwijs van de toekomst

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen dr. ir. J.M.M. Ritzen Postbus LZ Zoetermeer. 21 januari 1998.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

- Achtergrond. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid T.a.v. de heer H.G.J. Kamp Postbus LV DEN HAAG. Geachte heer Kamp,

Schoenmaker blijf bij je leest!

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het lid Van Gent (GL) over bijzondere bijstand aan gedetineerden. (Ingezonden 26 maart 2003).

Werkwijze RRKC betreffende advisering subsidie-aanvragen Cultuurplan november 2015

Maatschappelijke vorming

Raadsvoorstel (gewijzigd) 26 september 2013 AB RV

nummer 6 van 2010 Vaststelling gewijzigde Beleidsregel subsidieverlening Culturele en Museale Agenda

De staatssecretaris van Financiën,

Beleidregels Sociaal Cultureel Werk 2005 (en verder)

Beleidsplan 2012 t/m 2016

Als bedoeld in artikel 17 Gewijzigde Voorbeeldregeling Melding Vermoeden Misstand 2013.

Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving

2. Heeft het museum momenteel nog personeel om voor de belangen van het museum op te komen?

Medewerkster Griffie Gemeente Drimmelen ^ ^riat: (aanwezig maandag, dinsdagochtend, donderdagochtend) Oc u/ / O-S"

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Qímeente řr,ïmen Teem DIS 2 8 NÜV. 2018

Transcriptie:

Vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal t.a.v. mevr.drs. E. de Kler, griffier Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG doorkiesnummer (070) 373 8636 onderwerp Nota museale strategie, tweede VNG-brief uw kenmerk - ons kenmerk SEZ/200600542 bijlage(n) 1 datum 30 maart 2006 Geachte commissieleden, Op 6 april a.s. behandelt uw commissie de Nota museale strategie Bewaren om teweeg te brengen van staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevrouw mr. M.C. van der Laan. Eerder was deze behandeling gepland op 9 maart en nadien 22 maart. Met het oog daarop hebben wij u een eerste brief gezonden op 27 februari jl. (ons kenmerk: SEZ/200600293). Inmiddels hebben wij op 22 maart jl. een bestuurlijk overleg gehad met de staatssecretaris over de Nota en onze brief daarover. Vervolgens is afgesproken dat wij een tweede brief aan u zouden zenden om mogelijke onduidelijkheden weg te nemen. Hierbij gaan we in op de procedure en de positionering van de musea, terwijl wij de verschillen in de opvattingen van de staatssecretaris en de VNG systematisch in beeld brengen. Ook onze definities van het begrip strategie verschillen, maar wij willen waken voor een louter semantische discussie. Procedure De staatssecretaris heeft ons tijdens het bestuurlijk overleg van 22 maart gevraagd om inzicht in de procedure. Hierover valt het volgende te melden. De Code interbestuurlijke verhoudingen bepaalt dat een concept-beleidsnota bestuurlijk wordt voorgelegd aan het IPO en de VNG, terwijl de adviezen van deze beide organisaties in de uiteindelijke nota worden opgenomen. Vanwege de tijdsdruk is dat bij de Postbus 30435 2500 GK Den Haag Nassaulaan 12 2514 JS Den Haag Tel 070 373 83 93 Fax 070 363 56 82 www.vng.nl

Nota museale strategie, overigens met goedvinden van het IPO en de VNG, niet gebeurd. Na een eerste oriënterend bestuurlijk overleg op 30 juni is er op 5 oktober jl. een bestuurlijk overleg gevoerd tussen de staatssecretaris, het IPO en de VNG over de te verwachten hoofdlijnen in de Nota: analyse van het bestel, inhoudelijke visie op het museum in de 21e eeuw, bestuurlijke verantwoordelijkheidsverdeling en instrumentarium c.s. Hierbij werden vooral vragen gesteld aan het IPO en de VNG. Pas na het verschijnen van de Nota in december 2005 konden wij na eerdere globale consultaties onze achterban concreet raadplegen plus visies met andere organisaties en wetenschappers uitwisselen. Op basis daarvan hebben wij in onze brief van 27 februari jl. een uiteindelijke reactie op de Nota geformuleerd, die logischerwijze scherper en gerichter is dan het bestuurlijk overleg over de beoogde hoofdlijnen van oktober 2005. Positionering van de musea De staatssecretaris vroeg zich na het lezen van de VNG-brief tijdens het bestuurlijk overleg op 22 maart af of wij haar visie op de positionering van de musea en dan met name op hun maatschappelijke opdracht wel onderschrijven. In de Nota museale strategie wordt gekozen voor cultuur- en kennisoverdracht als belangrijkste functies van het museum. Het museum fungeert volgens de staatssecretaris als collectief geheugen over kunst, cultuur en geschiedenis over en voor autochtone Nederlanders en nieuwkomers. Met de objecten en opstellingen moeten actuele en kritische betekenissen worden gegenereerd. Musea dienen hun banden met de samenleving te bestendigen en permanent te vernieuwen. Daarbij moeten ze gerichte keuzes maken richting publiek. De VNG is het met de staatssecretaris eens dat de musea zich dienen te positioneren gelet op hun maatschappelijke opdracht en keuzes moeten maken. Maar we hebben in onze brief van 27 februari jl. wel aangegeven dat musea zich in de driehoek onderzoeken, bewaren en presenteren bevinden. Binnen deze gehele driehoek moeten zij accenten kunnen leggen. Wij hebben ervan melding gemaakt dat wij ook op lokaal niveau in dat opzicht vaak een spanningsveld constateren tussen het museum dat zich wil verdiepen door meer onderzoek en het gemeentebestuur dat via cultureel ondernemerschap veelal de presentatie aan de verschillende groepen burgers wil bevorderen. Ook hebben wij meerdere functies voor de musea richting publiek onderkend: overdracht van kunst en cultuur; kennis en informatie; ontwikkeling en educatie; vermaak; ontmoeting en debat. Onze bovenstaande genuanceerde opvatting over de positionering van de musea neemt niet weg dat rijk, provincies/ipo en gemeenten/vng sinds 2001 eendrachtig en enthousiast samenwerken bij het Actieplan Cultuurbereik. De onderzoekers van het IVA concluderen in het eindrapport Landelijke evaluatie van het Actieplan Cultuurbereik 2001-2004 enerzijds dat het Actieplan heeft gewerkt als een mobilisatiecampagne voor culturele verandering. Maar anderzijds stellen ook zij het volgende: 'Instellingen met een - naar eigen zeggen - vernieuwend aanbod zijn optimistischer over de effecten van het Actieplan op de diversiteit van de programmering dan instellingen die hun eigen aanbod eerder traditioneel noemen. Hier doet zich een belangrijk onderscheid met betrekking tot de mogelijke bandbreedte of aard van veranderingen in de programmering voor.' Voorts geven zij aan dat de meer traditionele cultuuruitingen zich over het algemeen nog niet kunnen verheugen op een toenemende publieke belangstelling. Deze constateringen zijn gedaan op basis van Actieplanervaringen maar gelden naar ons oordeel in meer algemene zin voor veel musea.

Verschillen tussen staatssecretaris en VNG Wij hebben in onze brief van 27 februari jl. aangegeven met de staatssecretaris overeen te stemmen ten aanzien van het continueren van haar generale verantwoordelijkheid voor het museumbestel. En inmiddels lijken onze opvattingen over de gratis entree - het leidt vooral tot meer bezoek van mensen die toch al met en bij het museum bekend waren - ook te sporen met die van de staatssecretaris gelet op haar beantwoording van de Kamervragen over dit onderwerp op 16 maart 2006. Maar wij blijven ook na het laatste bestuurlijk overleg van 22 maart met haar van mening verschillen ten aanzien van de in de volgende in de Nota museale strategie behandelde aspecten: visie, verantwoordelijkheid voor rijksbezit, standaardisering van de museumfuncties, uitgangspunten herijken rijkscollectie en nietrijkscollecties, waarderen musea als geheel, langlopende t.o.v. kortlopende subsidie voor rijksgesubsidieerde musea, collectiemobiliteit en de eerder in deze brief uitgebreider behandelde positionering van de musea. Voor de volledigheid hebben wij de verschillen tussen de staatssecretaris en de VNG in bijlage 1 schematisch in kaart gebracht. Wij vertrouwen erop u hiermede voldoende te hebben ingelicht. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met mevrouw drs. L. Jongmans, tel 070-3738636, e-mail Lydia.Jongmans@vng.nl. Hoogachtend, Vereniging van Nederlandse Gemeenten dr. W. Kuiper, lid directieraad

Bijlage 1 bij tweede VNG-brief over Nota museale strategie d.d. 30 maart 2006 (SEZ/200600542) Verschillen in opvattingen staatssecretaris en VNG Staatssecretaris Eén visie. Private verantwoordelijkheid van rijk voor rijksbezit/rijkscollectie betekent automatisch continueren van het predikaat rijksgesubsidieerd museum. Museumfuncties worden niet systematisch maar door de gehele Nota heen genoemd. Herijken collecties: 1. Rijkscollectie door Instituut Collectie Nederland met nieuw waardestellend kader 2. De niet-rijkscollecties kunnen gelet op hun publieksbelang op verzoek en tegen geringe kosten gewaardeerd worden door een onafhankelijke commissie. Dit is geen rijkstaak. Geen waardestellend kader voor de betekenis van een museum als geheel. Rijksgesubsidieerde musea krijgen een langlopend arrangement voor hun beheerstaak en een van hun publieksactiviteiten afhankelijke korter lopende subsidie. Collectiemobiliteit stimuleren door verzekeringsafspraken o.a. met andere overheden, door afstemming rond aankopen. Musea moeten keuzes maken hoe zij inhoud en uitwerking kunnen geven aan hun actieve maatschappelijke rol richting publiek: educator, debat, reflectie, werkplaats voor experimenten etc. VNG Verschil maken tussen een principiële visie voor de lange termijn en een gelet op de krappe financiën voor de korte termijn. Verschil maken tussen publiek- en privaatrecht. Alleen rijksbezit/rijkscollectie hetgeen voldoet aan de criteria Wet op het specifiek cultuurbeleid blijft in een volledig rijksgesubsidieerd museum. Gelet op de heersende verwarring aan het begin van de Nota de verschillende museumfuncties expliciet noemen en definiëren, daarbij onderscheid makend tussen al dan niet publieksgericht zijn. Herijken collecties: 1. Het moet niet alleen gaan om de rijkscollectie. 2. De niet-rijkscollecties moeten niet alleen gelet op het publieksbelang maar ook gelet op het belang binnen de Collectie Nederland geïnventariseerd en gewogen kunnen worden alsook met eenzelfde waardestellend kader als de rijkscollectie. Bovendien hadden de aanknopingspunten die er al zijn voor het herijken mede met behulp van subsidie van de medeoverheden in de Nota meer belicht moeten worden. Wel waardestellend kader voor de betekenis van een museum als geheel. Bezien had moeten worden of het door de NMV, LCM en VNG ontwikkeld instrumentarium gemeentelijk museumbeleid ook op rijksniveau toegepast kan worden met de elementen: voorgeschiedenis, huisvesting, collectie, financiën, behoud erfgoed c.q. plaats in het cultuuraanbod, functie, samenwerking, organisatie, publiek, kracht plus toekomstbestendigheid, knelpunten en ambities. Die musea die na de door de VNG voorgestelde weging het predikaat 'rijksgesubsidieerd' oftewel 'van nationaal belang' behouden of krijgen moeten te allen tijde in staat worden gesteld om desgewenst hun collectie aan het publiek te tonen. Collectiemobiliteit sleept al jaren. Nu concrete afspraken met medeoverheden. Musea bevinden zich in de driehoek: onderzoeken, bewaren en presenteren. Musea moeten accenten kunnen leggen in de gehele driehoek. Staatssecretaris gaat voorbij aan het spanningsveld terzake. Ten aanzien van het presenteren, het publiek onderkennen wij de functies: overdracht van kunst en cultuur, kennis en informatie, ontwikkeling en educatie,

vermaak, ontmoeting en debat.