HANDBOEK VOOR DE WONENBRANCHE



Vergelijkbare documenten
LEGWIJZER TRADITIONEEL/VEROUDERD PARKET

Veilig werken met stoffen voor parketleggers

Totaalaanbieder van vloersystemen

Veilig werken met stoffen voor woningstoffeerders

De norm voor houten vloeren

235 Parketnadenlijm. Product. Volumes. Eigenschappen

hout Zo kunt u zelf Overzicht producten Stappenplannen

Portfolio. Visgraat Eiken 1 Bis 12x60 cm met band. Door: Simon Sijmonsma

Thomsit PVC-lijmen en Drytack tapes. Het complete antwoord voor al uw PVC-vloeren, van basic tot design

Parket en Vloerverwarming

PALLMANN PRODUCTOVERZICHT

Leginstructies. Natural Floor VOORAF. Europese Eik Europese Productie. Acclimatisering. Omgevingstemperatuur en Relatieve Luchtvochtigheid

De norm voor houten vloeren

Lijm & Kit. Nummer 24

Primer Surface P1500. Product. Volumes. Eigenschappen

Werkwijzer EKODUR Alles voor het Meesterwerk

Folder Vloerdelen leggen. Zelf Doen

ROYL OIL-2K Basic BLACK Product Informatie Blad

INSTALLATIESTAPPEN NB: ClayStone is niet geschikt voor een douche en andere vochtige zone. (Voor deze toepassing, zie Creatina).

Inno Coatings - Betonverf 2K

Handleiding PVC-kliktegels. Leginstructies Reiniging en onderhoud

Inno Coatings Grindvloer Coating

Bona Create - Inkleuren van houten vloeren

DOE HET ZELF KURKVLOER LEGGEN

MALLEN VOOR PREFAB BETON

OMSCHRIJVING Dit systeem beschrijft hoe het dek van een houten jacht behandeld kan worden met een twee componenten polyester dd verfsysteem.

2K Epoxy Vochtscherm. Product. Volumes. Eigenschappen. Toepassingsgebied

Vier soorten parket: 1. Laminaat 2. Lamellen parket 3. Gelijmd parket 4. Massieve delen

249 MS Polymer. Product. Volumes. Eigenschappen

VERFSYSTEMEN Houten boten

241 Alcohol. Product. Volumes. Eigenschappen

VERFSYSTEMEN. Houten boten

Technische Avond Ra 4. Conservering

243 Dispersie. Product. Volumes. Eigenschappen

Informatie voor de praktijk. Veilig werken met stoffen voor parketleggers

Parket- of tegelvloer

Houten vloer kopen? Hier moet u op letten!

Parket / laminaat. Nummer 15

OMSCHRIJVING Dit systeem beschrijft hoe de opbouw van een houten jacht behandeld kan worden met een twee componenten polyester dd verfsysteem.

247 1K PU. Product. Volumes. Eigenschappen

248 Cordon. Product. Volumes. Eigenschappen

Handleiding verwerking Beton Ciré Originale

UZIN ondergrondvoorbereiding en verlijming van parket.

1209 FloorSpray. Product. Volumes. Eigenschappen

Portfolio: Wesley Hennipman Bedrijf: BRN Parket Ijsselstein

255 FiberTech. Product. Volumes. Eigenschappen

CWS C O W I D U R 2K PUR HOLZSIEGEL P U R GLÄNZEND

Tegelen op hout.

248 Multilayer. Product. Volumes. Eigenschappen

Schilderen met A'Qua Premium. ''watergedragen verven''

Reinigings- en onderhoudshandleiding voor industrieel geoliede parketvloeren; conform DIN 18356

305 BetonDesign. Toepassing: Voor het realiseren van een decoratieve betonuitstraling op vloeren en wanden in een laagdikte van 1 1,5 mm.

PARKETLIJM CP0 Lijm voor houten vloerbekleding

PARKETWIJZER. Rectavit... Vast en zeker! Wegwijs in de Rectavit parketlijmen! l 1

Aquarelverf wordt gemaakt van in water opgeloste Arabische gom, waarin de pigmenten zeer fijn gewreven zijn. Hoe fijner het pigment, hoe

Wand&Klaar Behanglijm Glasweefsel

1 SET VOOR GEMIDDELD 9 M²

VEEL GESTELDE VRAGEN VEEL GESTELDE VRAGEN OVER DOUBLE COAT. pagina 1 van 8. hoofdgroep probleem oplossing

INSTALLATIE INSTRUCTIES

Handleiding vloerafwerking Huurwoningen. 3. Algemene richtlijnen bij aanbrengen vloerafwerking

225 Express. Product. Volumes. Eigenschappen

HIGH GLOSS. PRODUCTOMSCHRIJVING Recoat High Gloss is een blanke, hoogglans, water gedragen, 2k coating, geschikt voor vele ondergronden.

MAAK JE EIGEN JERKBAIT. Emiel van Dijk

RENOCURE pu. 2 Componenten reparatiepasta op basis van polyurethaan.

VOORDELEN LAMINAATVLOEREN

Inhoudsopgave Bison Poly Max Original Wit Koker 425 g NLFR 12

245 2C PU. Product. Volumes. Eigenschappen

QUICK STEP INCIZO PROFIEL

Traditioneel parket op vloerverwarming.

230 Super. Product. Volumes. Eigenschappen

Kwaliteit op maat. Newport

Vloerenboek Handleiding voor het installeren van linoleum, vinyl en tapijt

Claystone instructies 2017

Hout... een NATUURPRODUCT

OMSCHRIJVING 2K houtreparatiepasta op basis van urethaan-acrylaat, binnen en buiten toepasbaar.

Houten vloerdelen. Nummer 16

260 Vloer-en wandbekledingslijm. Product. Volumes. Eigenschappen

Stap 1. Algemene controle bij het coaten van een betonvloer met epoxy vloercoating

VA N R O S S U M O N D E R H O U D

Handleiding verwerking BaseBeton

Handleiding Pure & Original Marrakech Walls

WILLCO Isolatiesystemen

Installatie voorschriften Rigid Core XL. Ga voor meer informatie naar:

Siergrindvloeren Praktisch, fraai en ongekend veel mogelijkheden!

PERMACRYL PU MAT Krasvaste matte aflak

Montage-instructies nora trapoplossingen

Veel voorkomende gebreken of aandachtspunten betreffende de ondervloer zijn:

Algemene richtlijnen voor het installeren

OMSCHRIJVING 2K houtreparatiepasta op basis van urethaan-acrylaat, binnen en buiten toepasbaar.

Beamix Vloervlak Egalisatie 770

TRAPPEN EN HOUTEN VLOEREN BEITSEN OF LAKKEN. De Waegenaere NV

KOLIBRI Reparatie en onderhoud

Leginstructie. Wallgard. Het aanbrengen van de wandbekleding verticaal BELANGRIJK!

DOE HET ZELF PARKET LEGGEN

Tussenwand plaatsen of verwijderen. Dit heeft u nodig

Installatie instructie

voor de montage van ter Hürne vloerlamellen

Handleiding PVC-kliktegels

BETONREPARATIEPASTA NIEUW! VOOR BETON EN STEENACHTIGE ONDERGRONDEN PRAKTISCH, SNEL EN COMPLEET

- installatiekit (slagijzer, afstandsblokjes (1-8 mm) en een voor Unilink geschikt stootblok) - ondervloersysteem (Quick Step screen) - onderhoudskit

Transcriptie:

RBO WONEN HANDBOEK VOOR DE WONENBRANCHE LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN Tips voor parketleggers en woningstoffeerders Knelpunten en tips voor parketleggers en woningstoffeerders Allergene risico s en veiligheidsaanbevelingen

RBO WONEN HANDBOEK VOOR DE WONENBRANCHE tips voor parketleggers en woningstoffeerders LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

tips voor parketleggers en woningstoffeerders 1. Algemene aanbevelingen 2. Goede raad voor parketleggers 2.1 Parketlijmenn 2.2 Bevestiging van de plinten 2.3 Voegenkit voor parket 2.4 Parketlakken 2.5 Olie en was 3. Woningstoffeerder en trappen 3.1 Keuze van het product 3.2 Verwerking van het product LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

Inleiding In januari 2000 is de wettelijke vervangingsplicht voor Vluchtige Organische stoffen (VOS) in werking getreden. In dit boekje vindt u alle praktische tips voor het gebruik van veilige lijm, lak, voegenkit, olie en was. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

1. Algemene aanbevelingen Enkele algemene richtlijnen, die zowel gelden voor de parketlegger als voor de woningstoffeerder. Tip: Vraag uw leverancier om een (gratis) cursus Lees de gebruiksaanwijzingen van oplosmiddelarme en oplosmiddelvrije producten goed en volg de instructies strikt op. Vertel de consument dat parketleggers en woningstoffeerders wettelijk nog maar uit een beperkt aantal producten mogen kiezen. Vertel duidelijk welke kwaliteit hij derhalve mag verwachten. Vraag bij twijfel over de verwerking van een product om een schriftelijke instructie van de leverancier. Wanneer er iets mis gaat, kunt u hierop terugvallen. Verstrek zonodig een schriftelijk onderhoudsadvies aan de consument. In geval van klachten kan ook hierop worden teruggevallen. Bereken extra kosten van duurdere lijm en een arbeidsintensievere verwerking door in uw prijzen aan de consument. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

2. Goede raad voor parketleggers Als u met oplosmiddelarme en oplosmiddelvrije producten werkt, kunt u de klant erop voorbereiden dat bij het leggen van een parketvloer een uitloop van enkele dagen nodig is. Hiermee heeft u wat speling, die bijvoorbeeld bij ongunstige weersomstandigheden nodig is. Vertel de consument ook dat grote vochtverschillen in huis tot problemen met de verwerking van het houtproduct kunnen leiden. Dit geldt trouwens voor parket altijd, niet alleen als u met oplosmiddelarme en vrije producten werkt. 2.1 Parketlijmen - bij een RV hoger dan 70 procent moet u letten op condensvorming en een ver traagde droging van dispersielijm en MS Polymeerlijm. Meet altijd de temperatuur voordat u aan de slag gaat: - ideaal is een temperatuur tussen de 18 C en 21 C; - bij een temperatuur hoger dan 25 C, let u op dat de bus zo kort mogelijk open is; - is de temperatuur lager dan 15 C, dan kan condensvorming ontstaan en heeft u te maken met een tragere droging. Vertel de consument dat bij vochtig weer in de winter stoken noodzakelijk is. U moet altijd stofzuigen voor het lijmen, anders ontstaat onvoldoende hechting. Waarop moet u letten bij de voorbereiding van het lijmwerk, bij de keuze van de producten en de verwerking daarvan? Wat zijn de gevolgen voor de afwerking en hoe kunt u zich beschermen tegen producten die een allergische reactie kunnen veroorzaken? Voorbereiding Meet altijd de vochtigheid van de ondervloer met een elektronische vochtmeter (op 1 cm. diepte). De maximale restvochtigheid van een zandcement vloer is 2 procent, van een anhydriet vloer 0,5 procent. Gebruik bij een te hoge restvochtigheid een vochtscherm of een vochtschermlijm. Laat het parket én de lijm 48 uur acclimatiseren in de ruimte waarin het moet worden gelegd. Meet altijd de relatieve luchtvochtigheid (RV) voordat u begint: - ideaal is een luchtvochtigheid tussen de 55 en 65 procent (ook voor de werking van parket); - is de RV lager dan 45 procent, let dan op een korte open tijd van met name dispersielijmen en let op vertraagde uitharding van MS polymeerlijmen en 1K PU-lijmen; T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

Productkeuze Kies de juiste lijm voor de juiste toepassing. Vraag advies bij uw leverancier. Enkele richtlijnen voor de productkeuze zijn: - watergedragen middelen voor smalle stroken, niet-massief parket, niet- vochtge voelig hout en tussenvloeren (b.v. spaanplaat); - PU-lijm (1K of 2K) of MS Polymeerlijm voor massief parket, brede stroken e.d.; - PU-lijm of MS Polymeerlijm voor zeer vochtgevoelige houttypen (b.v. beuken, maple); - PU-lijm of MS Polymeerlijm voor anhydriet vloeren; - MS Polymeerlijm voor anhydrietvloeren of zandcementvloeren met een hoge restvochtigheid Alle oplosmiddelarme en -vrije lijmen zijn blijvend flexibel en kunnen de werking van het parket enigszins opvangen, in tegen stelling tot de oude oplosmiddelhoudende lijmen. Wanneer voorgelakte vloeren worden gelegd op een vochtscherm, kunnen geen dispersielijmen, 1K PU-lijmen en MS Polymeerlijmen worden gebruikt; u kunt wel 2K PU-lijm gebruiken. Als u een dispersielijmen rechtstreeks op ondervloeren toepast, gebruik dan een voorstrijkmiddel en een vocht-scherm. Bij gebruik van dispersielijmen op anhydriet ondervloeren: eerst schuren, dan stofzuigen, vervolgens voorstrijken en een vochtscherm aanbrengen. Vooral bij het toepassen van PU-lijmen wordt het gebruik van handschoenen aanbevolen. Bij 2K PU-lijm gelden de volgende richtlijnen: - hou strikt de geadviseerde mengverhouding aan; - bij gecombineerde verpakkingen moet u de verpakking van de verharder goed door steken en volledig laten uitdruipen in de hoofdcomponent; - meng zorgvuldig, minimaal vijf minuten met behulp van een mixer op een boortol; - gebruik altijd handschoenen. Afwerking vloer Wacht na het gebruik van dispersielijmen minimaal 24 uur voordat wordt geschuurd en gevoegd. Hou de aanbevelingen van de leverancier strikt aan. Let op verlengde droogtijden, bijvoorbeeld bij vochtig weer. Verwerking Gebruik een grove lijmkam (b.v. B5) voor PU- of MS Polymeerlijmen, bij een directe toepassing op de ondervloer. Gebruik een fijnere lijmkam voor het lijmen op een tussenvloer. Gebruik een speciale lijmkam voor polymeerlijmen, dat maakt de verwerking lichter en zorgt tevens voor de egalisatie. Gebruik roestvrij stalen lijmkammen voor dispersielijm. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

2.2 Bevestiging van de plinten Het verdient aanbeveling om de plinten mechanisch te bevestigen, door middel van spijkeren, het gebruik van plintnagels of door het vastschroeven in voorgeboorde gaten met pluggen. U kunt eventueel een MS Polymeerlijm gebruiken, maar ondersteun de lijmverbinding dan enkele minuten. 2.3 Voegenkit voor parket Parketleggers hebben momenteel de meeste moeite met de toepassing van oplosmiddelvrije voegenkit. Toch zijn er steeds meer watergedragen voegenkitten op de markt, die een goed alternatief vormen. Hieronder volgt stap voor stap de aanbevolen verwerking van deze veilige voegenkitten. Na het gebruik van watergedragen lijm, moet u minimaal 24 uur wachten met voegen, tot het extra vocht uit het hout is verdampt. Voor een goede hechting moet u de vloer goed stofzuigen voordat voegenkit wordt aangebracht. Voorkitten vóór het schuren van de vloer is aan te raden. Goed ventileren en/of stoken, anders heeft watergedragen voegenkit soms zeer lange droogtijden. Bij kleine spijkergaatjes en smalle voegen in visgraatparket kan vaak al na 30-60 minuten worden doorgewerkt. Bij iets grotere voegen nog wel dezelfde dag. Onderschat droogtijden bij grote voegen en/ of knoesten niet (minimaal een dag). Volg de aanwijzingen voor de droogtijden bij de voegenkit goed op. Gebruik parket waarin de grote knoesten een al in de fabriek zijn gestopt. Gebruik voor (zeer) grote knoesten een 2K epoxy vulmiddel. Voeg met watergedragen kit twee maal in verband met krimp; duw de kit stevig aan. Voeg niet te weinig schuurstof toe (teveel krimp), maar ook niet tevéél (kans op onthechting tijdens de laatste schuurgang). Hou de geadviseerde mengverhouding aan. Gebruik fijn houtstof voor de menging, geschuurd met korrel 20, daarna nazeven. Dit voorkomt (deels) krimp en onthechting. Door het afwisselen van het lijmwerk en het voegwerk kunt u de wachttijden verkorten. Ook kan tijdens het drogen een randafwer king worden gemaakt. Bij het gebruik van vochthardende PU-lakken, laat u de voegkit eerst volledig uitharden. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

2.4 Parketlakken Inmiddels zijn alle parketlakken vervangen door goede watergedragen alternatieven. Deze lakken hebben soms een iets andere optiek dan de oplosmiddelhoudende lakken en de verwerking is ook anders. Hieronder leest u de aanbevelingen voor het gebruik van de watergedragen parketlakken, die u door de Vervangingsregeling verplicht bent te gebruiken. Keuze van het product en het uiterlijk Kies op lichte houtsoorten in ieder geval voor lak, want bij het gebruik van olie is er een grotere kans op aanhechting van vuil. Gebruik op donker hout eventueel olie, maar licht de klant goed in over het onderhoud hiervan. Kies voor een zeer matte lak om het uiterlijk van olie te benaderen. Lak alle monsterborden en vloeren in showrooms alleen nog met watergedragen lak. De consument ziet dan alleen het nieuwe uiterlijk, zodat teleurstellingen worden voorkomen. Als een met oude lak behandelde vloer moeten worden overgelakt, bieden speciale kleurverdiepende watergedragen lakken ( pure PUR-dispersies) mogelijk een oplossing. Het beste resultaat krijgt u wanneer u geen grondlak gebruikt. Gebruik een 2-componenten product (water gedragen PUR-dispersie) voor extra slijtvastheid. Gebruik een flexibele lak voor grotere kras vastheid. Gebruik olie of een speciale (PUR-)acrylaat primer op hout dat problemen geeft met doorbloeden van pigmenten of tannines. Wees voorzichtig met de combinatie van watergedragen beits en lak. Neem eerst een proef. Kies een watervaste beits. Verwerking Breng de lak aan met een roller. Zet géén druk op de roller in verband met baaneffecten. Breng de lak vol op. Dit voorkomt te snelle aandroging, baaneffecten, sinaasappeleffect en te weinig slijtweerstand. Hou hiervoor het aanbevolen verbruik per m2 aan. Werk in blokken, nat-in-nat om aanzetten te voorkomen. Rol eerst in de lengte van de nerf, dan in de breedte en dan nogmaals in de lengte. Let met name op aanzetten bij te warme en/of te droog weer. Verwijder uit velsranden (groeven) de overmaat aan lak met behulp van een kwast. Droogtijden en planning Vertel de consument bij vochtig weer in de winter dat stoken noodzakelijk is. De ideale temperatuur ligt tussen de 18-22 C (minimum is 15 C). Meet de vochtigheid van de omgevingslucht en de vloer. De ideale relatieve vochtigheid is 60-65 procent (maximaal 70 procent). Het ideale vochtgehalte van de vloer is 9-11 procent. Zorg voor voldoende ventilatie. De lucht moet in beweging blijven. Gebruik een lang zaam draaiende ventilator in dode hoeken. Tevéél ventilatie zorgt echter voor glansverschillen in de lak. Kijk ook uit met open deuren, want dan kan zand en stof binnen waaien. Scherm zonnestraling zo mogelijk af om ongelijkmatige droging en glansverschillen te voorkomen. Breng op de eerste dag de grondlak en de eerste laklaag aan, de tweede laklaag volgt een dag later. In geval van roken van hout met ammoniak: wacht met het lakken tot alle ammoniak uit het hout is getrokken. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

2.5 Olie en was Het toepassen van olie of was voor de afwerking van een parketvloer vereist nogal wat kennis en ervaring. Ook voor deze producten zijn inmiddels oplosmiddelvrije alternatieven op de markt. Keuze van het product Met olie zijn onvolkomenheden, zoals krassen, beter te camoufleren dan met lak. Gebruik géén olie op lichte houtsoorten want olie trekt veel vuil aan. Let vooral bij nieuwe typen hardhout die nog niet volledig getest zijn, goed op of de olie voldoende intrekt. Volg de aanwijzingen van de leverancier op. Fabrieksgeolied parket bevat vaak te weinig olie, zodat naoliën wordt aanbevolen. Geef de klant een schriftelijke instructie voor het onderhoud. Volg de aanwijzingen van de leverancier strikt op. Gebruik onderstaand aanbrengadvies: - met speciale spons opbrengen; - tien minuten laten intrekken; - maximaal tien vierkante meter tegelijk; - bij inboenen de snelheid in stappen - opvoeren; - daarna droog wrijven met katoenen doek. Bewaar voor uw veiligheid poetsdoeken die oplosmiddelarme, drogende olie bevatten óf in een luchtdicht afgesloten vat óf geheel (nat) uitgespreid. Er bestaat immers gevaar van zelfontbranding. Verwerking Schuur de vloer niet te fijn, waardoor de poriën van het hout worden dicht geschuurd. Bij oplosmiddelvrije oliën kan men vaak vol staan met één behandeling: aanbrengen en inboenen. Verwijder overtollige olie met een wisser. Hiermee voorkomt u dat het parket later veel vuil aantrekt. Oplosmiddelvrije oliën moeten met een boenmachine worden aangebracht. Sommigen oliën moeten daarna nog worden nagewreven met een katoenen doek. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

3. Woningstoffeerders en trappen Wie met een oplosmiddelvrije lijm een trap bekleedt, doet er aanvankelijk langer over dan bij gebruik van de stinklijmen die een gevaar voor de gezondheid betekenden. Het is enerzijds een kwestie van wennen en op een andere manier het werk plannen, anderzijds kunt u de klant voorbereiden op een iets langere arbeidstijd en wat hogere kosten van de watergedragen lijmproducten, hotmelts en het gebruik van tweezijdig kleefband. 3.1 Keuze van het product Vaak wordt gezegd dat iedere goede woningstoffeerder een eigen werkwijze heeft ontwikkeld. Ook in de wijze waarop hij een trap met vloerbedekking bekleedt, heeft hij keuzes gemaakt. Daarbij moet hij ook voor een lijmproduct kiezen. Hieronder de aanbevelingen. U kunt watergedragen contactlijm op het loopvlak toepassen, aangevuld met kleef band aan de kopse kant. Een andere keuze is het gebruik van zoge naamde hotmelts, smeltlijmen of spuitlijmen die met een lijmpistool worden verwerkt. Om de vloerbedekking goed vast te zetten kunt u extra latjes en nietjes gebruiken. Bij open trappen kunt u een extra, bol latje aan de achterkant van de trede aanbrengen, zodat de bekleding over een minder scherpe rand hoeft te worden omgevouwen. Een alternatief is ook de ouderwetse methode: ondertapijt, latten en waterkit. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

3.2 Verwerking van het product U leest hieronder hoe u watergedragen lijmen en hotmelts kunt verwerken, plus een tip over het gebruiken van trappentape. Verwerking watergedragen lijm Zo dun mogelijk opbrengen, liefst met een schuim- of vachtrollertje. De minimale temperatuur voor verwerking van watergedragen contactlijm is ± 15 C en een relatieve luchtvochtigheid liefst van lager dan 65 procent. Let op het advies van de leverancier over de wachttijd. De geadviseerde wachttijden kunnen sterk uiteenlopen. De door de leverancier opgegeven wachttijden gelden voor ideale omstandigheden: een temperatuur 20 C en een relatieve luchtvochtigheid van circa 60 procent. Bij hoge luchtvochtigheid en lage temperatuur kan de wachttijd oplopen. Ook op gelakte trappen en bij toepassing op oude lijmlagen kunnen de wachttijden oplopen. In geval van een glad gelakte trap: schuur deze eerst op met grof schuurpapier. De wachttijd van de watergedragen contactlijm kan worden verkort door gebruik van een föhn. Gedurende de wachttijd kunnen andere werkzaamheden worden gedaan, zoals voorbereiden, snijden en inlijmen. In geval van zeer lange wachttijden door ongunstige omstandigheden, smeert u eerst het hele tapijt in met lijm, waarna u later terug komt voor het lijmen van de vloerbedekking. Klop het tapijt altijd goed aan. Gebruik onderstaande werkinstructie: - smeer de trede in met de watergedragen contactlijm - druk het tapijt hierin en haal het direct weer los, zo krijgt u een dunne laag lijm op het tapijt; - laat de lijm onder normale omstandigheden zeven tot tien minuten drogen, dan vast klop pen; - intussen kunt u de volgende trede voorbereiden. Verwerking hotmelt Zo dun mogelijk en zorgvuldig opbrengen; oppassen dat u de omgeving niet met lijm inspuit. Zorg voor verlijmen binnen de door de leverancier aangegeven tijd. In geval van te snelle stolling: vraag de leverancier of hij een langzamere variant heeft. Een glad gelakte trap eerst opruwen met behulp van grof schuurpapier, bijvoorbeeld korrel 40. Verwerking kleefband (trappentape) Kies zo breed mogelijke tape in verband met de hechtkracht. Een glad gelakte trap eerst opruwen met behulp van grof schuurpapier. T I P S V O O R P A R K E T L E G G E R S EN WONINGSTOFFEERDERS

RBO WONEN HANDBOEK VOOR DE WONENBRANCHE knelpunten en tips voor parketleggers en woningstoffeerders LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

knelpunten en tips voor parketleggers en woningstoffeerders 4. Knelpunten voor de parketlegger 4.1 Vocht in lucht, hout en ondervloer 4.2 Voorstrijk-, vochtscherm-, egalisatieproducten 4.3 Parketlijmen 4.4 Montagekitten voor plinten 4.5 Voegenkitten 4.6 Parketlakken 4.7 Olie en was 4.8 Reinigingsmiddelen 5. Knelpunten voor de woningstoffeerder 5.1 Egalisatiemiddelen 5.2 Lijmen voor vloerbedekking: 5.3 Stofferen van trappen 5.4 Reinigingsmiddelen LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

Inleiding Organo Psycho Syndroom (OPS) is een sluimerende en ernstige vorm van schade aan het zenuwstelsel die kan ontstaan door blootstelling aan oplosmiddelen. Om OPS te voorkomen heeft de overheid in 2000 de Vervangingsregeling ingevoerd. Ondanks deze wettelijke verplichting wordt in de wonenbranche nog steeds met oplosmiddelhoudende producten gewerkt. Dit boekje bevat informatie over de knelpunten, dilemma s en de oplossingen voor parketleggers en woningstoffeerders. KNELPUNTEN EN TIPS

4. Knelpunten voor de parketlegger Welke soorten vloeren legt een parketlegger? Geprefabriceerd parket, zoals laminaatparket en lamelparket: deze producten zijn al in de fabriek afgewerkt, zodat het aan brengen van lak, olie en voegenkit achterwege kan blijven. Laminaat wordt vrijwel altijd met een kliksysteem gelegd, zodat verlijming niet nodig is. Lamelparket wordt net als laminaat vaak zwevend gelegd, dus niet direct verlijmd op de ondervloer; alleen de onderling mes in groef wordt met houtlijm verlijmd. Traditioneel parket, zoals tapis, mozaïekvloeren en massieve planken: de afwerking met olie of lak is altijd nodig en tegenwoor dig vindt steeds vaker volledige verlijming plaats. Kurkvloeren zijn meestal verlijmd en gelakt; door het karakter van natuur-product werd al vroeg overgestapt op oplosmiddelvrije producten. 4.1 Vocht in lucht, hout en ondervloer Vocht kan bij de verwerking van houten vloeren voor problemen zorgen. Het gaat dan om vocht in de ondervloer, de lucht en in het hout. Vocht kan optrekken vanuit de ondervloer of vanuit de bodem of kruipruimte. Door grote verschillen in het relatieve luchtvochtigheid, kan hout gaan uitzetten of krimpen. Vooral massief parket (tapis, planken) kan sterk werken, met name de bredere planken. Ook zijn er verschillen in de vochtgevoeligheid van houtsoorten. De vloer werkt Wanneer een parketvloer vlak na het leggen nog sterk werkt, kunnen direct al problemen optreden bij de afwerking, zoals bij het voegen. Wanneer een afgewerkte parketvloer sterk blijft werken, kunnen naden ontstaan, of de vloer kan bol of hol gaan staan (schotelen). In ernstige gevallen springt de vloer zelfs los van de ondergrond. Het is dus zeer belangrijk om de wisselingen in het (lucht-) vochtgehalte zo veel mogelijk onder controle te houden. De parketlegger en de consument moeten zich hiervan bewust zijn. De parketlegger zal het vochtgehalte van de ondervloer en de luchtvochtigheid moeten meten vóórdat hij begint met leggen. Ook moet het parket acclimatiseren in de woning, voordat begonnen wordt met leggen. Langere droogtijden De luchtvochtigheid kan invloed hebben op het gebruik van watergedragen producten en vooral op de droogtijden van lakken, lijmen en voegenkitten. Het verschil met de situatie waarin nog oplosmiddelrijke producten mochten worden toegepast is echter minder groot dan vaak wordt gedacht. Vettige houtsoorten Naast vochtgevoeligheid en werking, kunnen bepaalde houtsoorten ook extra aandacht vereisen doordat zij bepaalde pigmenten bevatten of vettig zijn. Ook deze eigenschappen hebben hun invloed op de toepassing van oplosmiddelarme producten. Voorbeelden zijn Kambala en Teak. Sterk werkende houtsoorten: Azobé, Balau geel, Basralocus, Beuken, Robijn, Eiken, Amerikaans rood Eiken, Essen, Keruing. KNELPUNTEN EN TIPS

4.2 Voorstrijk-, vochtscherm-, egalisatieproducten In een aantal gevallen is het nodig de ondergrond te behandelen voordat het parket kan worden gelegd. De producten die hierbij worden gebruikt waren grotendeels ook vóór de Vervangingsregeling al oplosmiddelarm. Wel kan het gebruik van oplosmiddelarme lijmen speciale eisen stellen aan de voorbehandeling van de ondervloer. Egalisatiemiddelen worden in het algemeen ná het voorstrijkmiddel gebruikt. Zo worden vochtgevoelige ondervloeren tegen het vocht uit het egalisatiemiddel beschermd. Egalisatiemiddelen zijn meestal watergedragen producten op basis van cement. Veel parketzaken laten het egaliseren overigens over aan gespecialiseerde vloerenbedrijven. KNELPUNTEN EN TIPS

4.3 Parketlijmen Omdat hout altijd iets werkt, had dit tot gevolg dat parketvloeren na verloop van tijd zelfs afbraken van de ondervloer. Alle oplosmiddelarme lijmen die tegenwoordig worden gebruikt (zie kader beschikbare oplosmiddelarme lijmen) hebben een meer of mindere mate van flexibiliteit. Hiermee is het probleem van de verstening verleden tijd. Lijmsoorten Oplosmiddelvrij: Uit welke soorten lijm kunt u kiezen? Het hoofdbestanddeel van elke lijm is het bindmiddel. Daarnaast bevat lijm soms een oplosmiddel (bij de nieuwe lijmsoorten dus water), vulstoffen, pigmenten, weekmakers en conserveermiddelen. Het bindmiddel vormt na het drogen de eigenlijke lijmlaag, het bindt de andere bestanddelen aan elkaar. Meestal is het bindmiddel een kunststof, ook wel polymeer genoemd. In sommige gevallen is het echter een mineraal, zoals cement in poederlijmen. Dat bindmiddel bepaalt sterk welke eigenschappen een lijm heeft. Daarom noemt men lijmsoorten meestal naar hun bindmiddel: polyvinylacetaat, polyurethaan, MS polymeer. Van de vijf oplosmiddelvrije lijmsoorten die beschikbaar zijn, bevatten vier een polymeer als bindmiddel: watergedragen dispersielijm, één-component polyurethaanlijm (1K PU), twee-componenten polyurethaanlijm (2K PU) en MS Polymeerlijm. De watergedragen poederlijm heeft cement als bindmiddel. Wat zijn de voor- en nadelen? Die zetten we op een rijtje, zodat u het onderscheid en mogelijke risico s in de praktijk beter kunt bepalen. Kent u trouwens het verschil met contactlijm? Dispersielijm Dit is een algemene term voor watergedragen lijm. Het bindmiddel (polyvinylacetaat, PVAc) zit als fijn verdeelde kunststof bolletjes in het water (=dispersie), waarmee het niet mengt. Als water verdampt, vloeien de bolletjes aaneen en vormen de lijmlaag. Dispersielijm wordt toegepast voor gewone vloerbedekking, parket/kurk en vloerbedekking op trappen. Dispersielijm is weinig elastisch. Eén-component polyurethaanlijm (1K PU) Deze oplosmiddelvrije lijm bevat het polymeer polyurethaan als bindmiddel en isocyanaat als verharder. Deze verharder is schadelijk voor de huid, maar de parketlegger of stoffeerder hoeft deze niet zelf aan de lijm toe te voegen. Toch moet u oppassen met het gebruik van 1K PU: het product is irriterend en allergeen voor de huid. Deze lijm hardt uit onder invloed van vocht uit de lucht: u kunt hem dus niet gebruiken als de ondergrond is afgeschermd door een vochtscherm en de bovenkant van parket al is gelakt. De snelheid van uitharding is afhankelijk van de luchtvochtigheid. Meet daarom altijd de luchtvochtigheid. Daarnaast bruist de lijm bij het uitharden, waardoor de lijm boven de naden kan uitkomen en zo het hout verkleurt. De 1K PU is elastischer dan dispersielijm en poederlijm, wat belangrijk is bij krimpend of uitzettend hout in een parketvloer. Twee-componenten polyurethaanlijm (2K PU) Het bindmiddel (polyurethaan) en de verharder (isocyanaat) worden apart geleverd. De schadelijke verharder moet u zelf toevoegen met kans op extra irritatie van de huid. Bij een verkeerde mengverhouding presteert de lijm niet goed. De keuze voor het gebruik van oplosmiddelvrije 2K PU is deels technisch en deels afhankelijk van de persoonlijke voorkeur van de parketlegger of de stoffeerder. De 2K PU lijm moet worden gebruikt als de luchtvochtigheid te laag is voor het gebruik van de 1K PU. Ook deze lijm is elastisch. KNELPUNTEN EN TIPS

Polymeerlijm MS Polymeer staat voor Modified Silicone/ Silane Polymeer. Dit is een oplosmiddelvrije lijm die niet wordt gemengd met een schadelijke (allergene) verharder; het product bevat wel een kleine hoeveelheid silanen die de huid kunnen irriteren. De lijm hardt uit onder invloed van vocht uit de lucht. Polymeerlijm kan tegen vocht uit de ondergrond. Een belangrijk voordeel is de hoge elasticiteit, polymeerlijmen zijn nog elastischer dan de polyurethaanlijmen. Poederlijm Poederlijm wordt in water opgelost en bevat voornamelijk cement en kleine hoeveelheden gips, kunststof bindmiddel en kleurstoffen. De lijm is weliswaar oplosmiddelarm (watergebaseerd), maar kan sterk irriterend zijn voor de huid door het cement dat erin is verwerkt. In de bouw is cement-eczeem een bekend begrip. Poederlijm is niet elastisch. Contactlijm Contactlijm is geen lijmsoort! Het woord slaat op de verwerking van de lijmsoorten. Wie over contactlijm spreekt, bedoelt dat hij de lijm eerst laat drogen (het oplosmiddel water verdampt, lijm met andere oplosmiddelen mag niet meer worden gebruikt) voordat de oppervlakken op elkaar worden gedrukt. Tijdens dit contact kleeft de lijm direct, maar u moet de vloerbedekking of het hout nog wel aankloppen. Als parketleggers of stoffeerders over contactlijm praten, bedoelen zij vaak nog de oude oplosmiddelrijke lijm-soorten. Daarover praten we nu echter niet meer! Dispersielijmen Voordelen goedkoper dan PU lijmen en polymeer lijmen lager verbruik dan PU lijmen en poly meerlijmen met name geschikt voor lijmen van tussen vloeren (met vochtscherm) en niet vocht gevoelige houtsoorten en smalle stroken (tapis) ook geschikt voor mes in groef verlijmen van zwevende vloeren, zoals lamelparket of laminaat blijvend elastisch Nadelen bevat vocht en daardoor kans op zwelling en vervolgens krimp van hout minder geschikt voor vochtgevoelig hout te snel afwerken (schuren etc.) levert naden en onthechting van de voegenkit op voor de droogtijd moet rekening gehouden worden met de luchtvochtigheid in de ruimte minder geschikt voor ondergronden met hoge vochtigheid (zandcement, anhydriet) bij de verwerking moet het vocht uit de lijm weg kunnen (gelakte vloeren kunnen problemen opleveren) Voorschrift leverancier Vrijwel alle parketleggers geven aan dat met de oplosmiddelarme alternatieven goed te werken is. Er treden weinig problemen met de hechting op. Het is echter van belang om voor elke toepassing het juiste product te kiezen. KNELPUNTEN EN TIPS

Poederlijmen Voordelen opvullen van oneffenheden vochtbestendig direct op allerlei ondergronden lijmen Nadelen mengverhouding komt zeer nauwkeurig homogeen mengen is soms lastig lijm bindt soms snel af (drogen) waardoor een korte verwerkingstijd wordt weinig toegepast PU-lijmen en Polymeerlijmen Voordelen vochtbestendig en te gebruiken in situaties waar dispersielijmen niet geschikt zijn tijdbesparend op lastige ondergronden zoals anhydrietvloeren blijvend elastisch watervrije middelen, geen last van zwellen of krimpen polymeerlijmen kunnen een hogere rest vochtigheid aan dan PU lijmen (te gebruiken als vochtschermlijm) polymeerlijmen hoeven niet gemengd te worden, handen blijven schoner en reinigen is makkelijker dan bij PU lijmen Nadelen hogere prijs dan dispersielijmen (2-4 maal) hoger verbruik bij toepassing van een vochtscherm is een twee-componentenlijm nodig. Het mengen daarvan levert problemen op als de proce dure niet precies wordt gevolgd een één-componentenlijm bruist en kan soms het hout verkleuren de snelheid van uitharden hangt samen met de luchtvochtigheid PU lijmen moeten met handschoenen verwerkt worden vanwege de kans op huidallergie PU lijmen moeten met handschoenen wor den verwerkt omdat zwarte, lastig te verwijderen lijmresten achterblijven Polymeer lijmen smeren zwaarder uit KNELPUNTEN EN TIPS

4.4 Montagekitten voor plinten Plinten worden vrijwel altijd mechanisch bevestigd: gespijkerd, genageld of geboord. Dit wordt gedaan omdat muren in woningen en de plinten zelf meestal niet helemaal recht zijn. Geen lijm voldoet in dat geval. Voor het geval men toch wil lijmen, zeggen parketbedrijven dat de leveranciers hiervoor in feite nog geen oplosmiddelarme producten aanbieden. Niet alle parketbedrijven waren zich er van bewust dat ook deze categorie producten onder de Vervangingsplicht valt. Vaak worden general-purpose, oplosmiddelrijke montagekitten toegepast, die ook elders in de bouw worden gebruikt. Er is ook een MS-polymeerlijm voor deze toepassing. De verbinding moet bij de polymeerlijm de eerste minuten wel worden ondersteund door bijvoorbeeld het lijmblik tegen de plint te schuiven. 4.5 Voegenkitten De meeste klachten van parketleggers gaan over de oplosmiddelarme voegenkitten. Slechts weinig parketleggers zijn over deze producten helemaal tevreden. Velen hebben echter een werkbare oplossing gevonden. De voegenkitten zijn nog sterk in ontwikkeling en de ervaring is dat de nieuwste versies beter zijn dan de oudere. De volgende problemen ervaren de parketleggers: Een langere droogtijd. Een slechtere, of moeilijker hechting. Een grotere krimp. Een minder makkelijke menging met hout stof. Het roesten van spijkers. De droogtijden van de nieuwste voegenkitten zijn al aanzienlijk verkort. Ondanks de problemen is het, met een goede instructie, mogelijk met oplosmiddel arme voegenkitten te werken. 4.6 Parketlakken Op kurkvloeren worden al meer dan tien jaar watergedragen lakken gebruikt. Redenen hiervoor die worden gegeven zijn de lichte kleur van veel kurkvloeren (oplosmiddelrijke lak vergeelde snel), de slijtvastheid van de lakken en de flexibiliteit, die nodig is voor het flexibele kurk. Ook zal meespelen dat kurk niet gevoelig is voor vocht en daarom niet werkt. Op parket is daarentegen altijd oplosmiddelrijke lak gebruikt. Dat waren aanvankelijk nitrocelluloselakken en daarna veelal oplosmiddelrijke polyurethaanlakken. In de praktijk hoort men vaak termen als zuurhardende lak en DD-lak. De watergedragen vervangers De vervangende producten zijn allen watergedragen: Acrylaatdispersies (met name grondlakken); Polyurethaan-acrylaatdispersies (grondlak en aflak); Polyurethaandispersies (1K en 2K aflak) Deze lakken worden beoordeeld op kras- en slijtvastheid, droogtijd, uiterlijk en verwerkingsgemak. De prijs en het verbruik van watergedragen lakken liggen veelal hoger dan van het oplosmiddelrijke product. KNELPUNTEN EN TIPS

Kras- en slijtvastheid Over de kras- en slijtvastheid van watergedragen lakken zijn vrijwel alle parketleggers goed te spreken. Veel parketleggers benadrukken echter dat de term krasvastheid te hoge verwachtingen kan wekken; geen enkele lak is krasvast. Een hogere krasvastheid kan wel worden bereikt door in overleg met de leverancier voor een flexibelere/zachtere lak te kiezen. Deze buigt beter mee, zodat minder snel een witte kras ontstaat. De lak moet dik genoeg worden opgebracht. Voor een goede slijtvastheid kan men het best kiezen voor een twee-componenten polyurethaandispersie. Ook in projecten wordt vaak voor deze optie gekozen. Een nadeel is, net als bij 2K PU-lijm, dat restanten niet meer kunnen worden gebruikt. Een probleem bij het beoordelen van de slijtvastheid van verschillende lakken is het gebrek aan een uniforme testmethode. Leveranciers beperken zich daarom tot aanduidingen voor het gebruikt, zoals voor lichtbelaste vloeren, voor projecten. Droogtijd De meningen over de droogtijd van watergedragen lakken, lopen uiteen. De meeste parketleggers geven aan dat dit in de praktijk geen probleem is en opgevangen kan worden in de planning. Diverse leveranciers geven soms sterk uiteenlopende droogtijden op, zodat de gebruiksaanwijzingen van de producten goed moeten worden gelezen. Oplosmiddelarme grondlakken zijn in het algemeen wel snel drogend (in 1 tot 2 uur), zodat zowel de primer als de eerste laklaag op één dag kunnen worden aangebracht. De tweede laklaag moet dan op de volgende dag worden aangebracht. Watergedragen lakken zijn wel allemaal snel stofdroog : ruwweg na een uur. De bovenste laag droogt snel zodat de oplosmiddelarme laklaag minder stof invangt dan een drogende oplosmiddelrijke lak. Dit wordt als een voordeel van watergedragen lak gezien. Bij zeer vochtig weer, met name in de zomer omdat dan niet kan worden drooggestookt, kan de droogtijd van watergedragen lakken een probleem zijn. U moet de planning dan aanpassen. Ter bevordering van de droging bevelen we een lichte ventilatie aan. Zorg vooral in dode hoeken voor luchtbeweging met een langzaam draaiende ventilator. De stilstaande, met waterdamp verzadigde lucht zorgt ervoor dat de lak langzaam droogt. Pas wel op voor tocht en ook voor verschillen in zonnestraling, want dat kan leiden tot glansverschillen. Bij temperaturen boven de 25 C en een lage luchtvochtigheid treedt juist een zeer snelle aandroging op. Dit kan leiden tot aanzetten. KNELPUNTEN EN TIPS

Uiterlijk Het uiterlijk van een watergedragen lak wordt door parketleggers wel eens als een probleem gezien. Men heeft het dan over een plasticachtige uitstraling. Velen noemen de watergedragen lakken fletser. Vooral bij iets donkerder (tropische) houtsoorten, eiken en planken vloeren speelt het probleem van het uiterlijk een rol. De nieuwere typen watergedragen lakken presteren al veel beter op het gebied van kleurverdieping. Een voordeel van watergedragen lakken is hun kleurechtheid op lichte houtsoorten, zoals beuken. Watergedragen lakken vergelen niet, in tegenstelling tot de oude oplosmiddelrijke lakken. Er zijn parketleggers die aangeven dat zij in het geheel geen problemen hebben met het uiterlijk van watergedragen lakken. Verschillende leveranciers geven aan dat zij een watergedragen lak hebben die dezelfde warme gloed geeft als de oude oplosmiddelrijke lak. Het gaat hierbij meestal om pure PUR-dispersies in plaats van PUR-acrylaten. Daarnaast brengen bijna alle fabrikanten zeer matte lakken op de markt, omdat deze de uitstraling van een geoliede vloer beter imiteren. Matte lakken zijn onder consumenten een trend. Wanneer u de monsterborden en de vloeren in de showroom alleen nog in watergedragen lakken behandelt, is voor de klant duidelijk wat hij van een nieuwe vloer kan verwachten. 4.7 Olie en was Na de Vervangingsregeling zijn de parketvloeren meer geolied dan gelakt. De mindere uitstraling en geringere kleurverdieping van watergedragen lakken, met name op donkere houtsoorten, plankenvloeren en in klassiek eiken, was voor veel parketleggers de reden om vaker voor olie te kiezen. Tot voor kort werd vaak gewerkt met oplosmiddelrijke olie. De overschakeling naar oplosmiddelarme of -vrije olie heeft volgens de geïnterviewden niet of nauwelijks tot problemen geleid. De olievloer wordt onderhouden en beschermd met behulp van polish, was of een zeepoplossing. Daarnaast zijn er olie/was-combinaties (of hardwax ) op de markt die de twee behandelingen tegelijkertijd uitvoeren. Bij de overschakeling naar oplosmiddelarme oliën moet de parketlegger de werkwijze aanpassen en oppassen voor zelfontbranding. Verwerking Veel parketleggers moesten erg wennen aan de andere werkwijze, maar als de aanwijzingen van de leveranciers worden gevolgd, is de verwerking slechts anders. In zijn algemeenheid kan bij watergedragen lakken door de snelle aandroging slechts gedurende een zeer korte tijd worden gecorrigeerd. In plaats van met een trekker werkt u met een roller. Hou de aanbevelingen voor ventilatie strikt op. KNELPUNTEN EN TIPS

Wijze van aanbrengen De oplosmiddelarme olie moet na het aanbrengen worden ingeboend met een boenmachine. Deze machine neemt in feite de functie van het oplosmiddel over: door middel van de warmte die door wrijving ontstaat en de druk van de machine, wordt de olie in het hout gebracht. De wijze van aanbrengen is daarom tijdrovender dan bij de oplosmiddelrijke producten. Hier staat tegenover dat vrijwel altijd maar één laag hoeft te worden aangebracht. Al met al zou de totale arbeidstijd ongeveer gelijk zijn gebleven. De kwaliteit van de oplosmiddelarme olie wordt door veel parketleggers beter genoemd dan die van de oude olie. 4.8 Reinigingsmiddelen De geïnterviewde parketleggers beschouwden het gebruik van reinigingsmiddelen niet als een probleem. Lijm- en lakvlekken worden meestal zo snel mogelijk met een vochtige doek verwijderd. Verder wordt veel gebruik gemaakt van de zgn. Black Box doekjes. Dit zijn speciaal geïmpregneerde reinigingsdoekjes om zonder gebruik van water je handen te reinigen. Risico van zelfontbranding Wanneer poetsdoeken of pads van boenmachines die oplosmiddelarme of -vrije drogende olie bevatten in halfafgesloten zakken of vaten worden bewaard, kan met de lucht zo veel warmte ontstaan dat zelfontbranding optreedt. Aanbevolen wordt om de poetsdoeken luchtdicht op te slaan of geheel uit te spreiden, liefst na eerst met water nat gemaakt te zijn. KNELPUNTEN EN TIPS

5. De knelpunten voor de woningstoffeerder De meeste woningstoffeerders vinden dat de Vervangingsplicht voor de standaardtoepassingen geen probleem is geweest. De normale vloerbedekkingslijmen waren al jarenlang watergedragen. Wat betreft lijm voor trappen, vindt men dat de regeling te snel is doorgevoerd. Er was nog geen goed alternatief beschikbaar. Nog 70 procent van de stoffeerders zou oplosmiddelrijke lijm toepassen op trappen. 5.1 Egalisatiemiddelen Woningstoffeerders gebruiken egalisatiemiddelen die watergedragen zijn op basis van cement. Van een omschakeling van oplosmiddelrijke naar oplosmiddelarme producten is geen sprake geweest. 5.2 Lijmen voor vloerbedekking: goede waterkit Vloerbedekking bij particulieren wordt meestal níet gelijmd, of hoogstens aan de randen. Projectvloerbedekking wordt in het algemeen wél geheel verlijmd. Hoewel er talloze vloerbedekkingslijmen worden aangeboden, zijn al deze lijmen oplosmiddelarm. Het gaat om watergedragen dispersies, die vaak worden aangeduid als waterkit. Aangezien het gebruik van watergedragen lijmen al gebruikelijk was vóór de invoering van de Vervangingsregeling, zijn geen problemen opgetreden na het van kracht worden van deze regeling. 5.3 Stofferen van trappen Het lijmen van bekleding op trappen is lastig en het gebruik van oplosmiddelarme alternatieven is voor veel stoffeerders nog steeds een probleem. Men werkt met kleine stukken vloerbedekking, zodat een snelle droging wordt gevraagd. Bovendien wordt soms stugge bekleding gelijmd. Die vloerbedekking staat onder spanning door het omvouwen om de trede. Hiervoor is direct na het aanbrengen een sterke hechting nodig, die ook op lange termijn stand houdt. Polyurethaanlijmen en MS Polymeerlijmen zijn hierdoor niet geschikt. Voorheen werd vooral met oplosmiddelrijke lijm gewerkt. Dit betrof een zogenaamde neopreen of polychloropreen lijm met meer dan 70 procent oplosmiddel. Een bekende merknaam is Bisontix. Met deze lijm kon elke vloerbedekking op trappen worden gelijmd. Werkbare oplossingen Toch heeft een deel van de stoffeerders al een werkbare oplossing gevonden. Er zijn verschillende varianten, waarvan stoffeerder soms onderdelen combineren. Watergedragen contactlijm plus kleefband. Hotmelts (smeltlijmen)/spuitlijmen (oplosmiddelarm). Het gebruik van extra latjes, nietjes e.d. De ouderwetse methode, met onder-tapijt en latten, gebruik makend van waterkit. Bij open trappen: het aanbrengen van een extra, bol latje aan de achterkant van de trede, zodat de bekleding over een minder scherpe rand hoeft te worden omgevouwen. KNELPUNTEN EN TIPS

Algemene fouten en problemen Veel voorkomende algemene fouten en problemen bij het bekleden van trappen staan nog vaak het succes van het gebruik oplosmiddelarme producten in de weg. Veel stoffeerders brengen te veel lijm op. Méér lijm werkt bij trappen niet beter. U moet een zo dun mogelijke laag opbrengen, anders neemt de wachttijd sterk toe of worden de lijm-rillen te hoog. Bij vlakke vloerbe dekkingmoet altijd een minimale laagdikte worden bereikt. Veel trappen zijn tegenwoordig gelakt of bevatten een oude lijmlaag. Ook hierdoor neemt de wachttijd bij water-gedragen lijm toe. Het vocht kan in dat geval alleen naar boven weg. Verder kan bij gladde lak de hechting onvoldoende zijn, van zowel water gedragen (smelt)lijm als van kleefband. De hechtkracht van watergedragen lijm en kleefband op dunne richels of randjes en hangende delen (onder-kant van een trede van een open trap) is soms te laag. Oude vloerbedekking had vaak een jute rug. Deze lijmde veel beter dan de nieuwe synthetische ruggen. Het nieuwe materiaal neemt geen vocht op, zodat de wachttijd bij watergedragen lijm toeneemt. Ook kleef band hecht er minder goed op. Met de terugkeer van de jute ruggen zouden alle problemen opgelost zijn, valt wel te beluisteren. Watergedragen contactlijm De langere wachttijd van watergedragen contactlijmen wordt niet door iedereen als probleem gezien. De extra wachttijd is deels op te vangen in de planning; tijdens de wachttijd kan de volgende trede worden voorbereid, gesneden, ingelijmd etc. Ook kan de wachttijd eventueel worden bekort door het gebruik van een föhn. Hiermee kunt u tegelijk stugge vloerbedekking iets soepeler maken. In de productinformatie van de diverse leveranciers vallen de grote verschillen in de opgegeven wachttijd op. Over de eindkleefkracht van watergedragen lijmen wordt gesteld dat deze in principe goed is, mits een dunne laag wordt aangebracht en het tapijt goed wordt aangeklopt. Hotmelt/spuitlijm (oplosmiddelarm) Door een aantal stoffeerders en door de opleidingen voor woningstoffeerder worden hotmelts (smeltlijmen) als de beste oplossing gezien. Diverse stoffeerders die zijn geïnterviewd gebruikten dit alternatief naar tevredenheid. De hechting van de lijm is goed. Wel kan de hechting op een glad gelakte trap problemen geven. Aanbevolen wordt dan, om de lak eerst op te ruwen met behulp van grof schuurpapier. Er zijn daarnaast verschillende nadelen van hotmelts genoemd, die door anderen echter weer deels weerlegd werden. In het algemeen vindt men wel dat hotmelts wat bewerkelijker en lastiger zijn dan de oude oplosmiddelrijke contactlijm. Dit vergt daarom het een en ander aan training. Het verwijderen van vloerbedekking die met een hotmelt is gelijmd, is moeilijk en kost in verhouding veel tijd. Kleefband ( trappentape ) Kleefband gebruikt men vaak in combinatie met watergedragen lijm. Verschillende stoffeerders merken op dat de hechting van kleefband toch nog wel eens te gering is bij delen die onder spanning staan. De hechting wordt verbeterd door een brede tape te kiezen; trappentape tot ± 30 centimeter breed is verkrijgbaar. Het gebruik van trappentape is daarnaast vrij duur, arbeidsintensiever en moeilijker dan het werken met contactlijm. KNELPUNTEN EN TIPS

5.4 Reinigingsmiddelen Tip: Warm aanbevolen Hou de voorgeschreven temperatuur aan bij de verwerking van een hotmelt, daarmee wordt rookvorming voorkomen. Bij oververhitting kan de hars ontleden, waardoor irriterende en deels ook giftige gassen als koolmonoxide, zwaveldioxide en azijnzuur kunnen vrijkomen. Zorg dat uw huid niet in contact komt met de hete lijm. Waar mogelijk blijft ventileren tijdens de toepassing van hotmelts aan te raden. Stoffeerders gebruiken niet of nauwelijks oplosmiddelen voor reinigingswerkzaamheden. Lijmvlekken en gereedschap worden zo snel mogelijk met water verwijderd. Opgedroogde lijmresten worden in het algemeen afgestoken. Ouderwetse methode Er zijn ook stoffeerder en opleidingen die aandringen om de ouderwetse wijze van trappen bekleden met behulp van een ondertapijt, latjes en waterkit niet te vergeten. Hierbij wordt een ondertapijt geniet, wordt het boventapijt alleen op het stootband verlijmd met waterkit en wordt het aan de achterkant van de trede opgespannen met behulp van latten. Deze methode zou goede resultaten geven, maar is wel arbeidsintensiever. De kennis van deze methode is bovendien geleidelijk uit de branche verdwenen, zodat de methode weer opnieuw onderwezen zou moeten worden. KNELPUNTEN EN TIPS

RBO WONEN HANDBOEK VOOR DE WONENBRANCHE allergene risico s en veiligheidsaanbevelingen LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

allergene risico s en veiligheidsaanbevelingen 6. Irriterende en allergene stoffen 6.1 Risk-zinnen en Safety-zin 7. Vereniging OPS en Solvent Teams 8. Bureau Beroepsziekten 9. Het stof dat je niet ziet, is het gevaarlijkst LIJMEN, LAKKEN EN SCHUREN

6. Irriterende en allergene stoffen Eczeem, oogontsteking, huidirritatie, jeuk, astma, geïrriteerde longblaasjes Tapijt- en parketleggers gebruiken relatief veel producten die irritaties of allergieën tot gevolg kunnen hebben. Daarom besteden we uitgebreid aandacht aan kans op beschadiging van het zenuwstelsel bij het werken met oplosmiddelhoudende producten (OPS). Hier gaat het over de andere risico s die zijn verbonden aan het werken met irriterende en allergene stoffen. Van die risico s bij het gebruik, zijn huidaandoeningen een goed voorbeeld. Het begint vaak met kleine huidbeschadigingen. Deze kunnen echter uitgroeien tot een hardnekkig eczeem. In bepaalde gevallen kan ook een allergie ontstaan; een ziekelijke reactie op bepaalde stoffen. Ben je allergisch geworden voor een bepaalde stof, dan moet elk verder contact met die stof worden vermeden. In de Vervangingsregeling van Vluchtige Organische Stoffen (VOS, 2000) heeft de overheid stilgestaan bij de kans op het ontstaan van huidaandoeningen. Van latere datum is het programma VASt, Versterking Arbeidsomstandigheden Stoffen, waarover u in een apart kader meer leest. Deze huidaandoeningen bij parketleggers en woningstoffeerders zijn voornamelijk gevallen van contacteczeem. Dit ontstaat vaak door aanraking met irriterende stoffen; ook een allergie kan het gevolg zijn. Wie zijn handen vaak met een oplosmiddel reinigt, loopt een grote kans op eczeem. We spreken van allergisch eczeem als het afweersysteem in het lichaam tegen ziekten op hol slaat en te sterk reageert op één bepaalde chemische stof. Je bent dan allergisch voor die stof. Als de huid de tijd krijgt te herstellen verdwijnt het irritatie eczeem. Maar de allergie is blijvend: bij elk nieuw contact met de allergische stof ontstaat het eczeem opnieuw. De irriterende en allergene stoffen zijn aanwezig in zowel oplosmiddelhoudende als in watergedragen producten. Irritatie kan al ontstaan wanneer medewerkers regelmatig hun handen moeten reinigen. Maar huidaandoeningen kunnen ook ontstaan door langdurige blootstelling aan bepaalde stoffen in lijmen, lakken en voegmiddelen. Door deze langdurige blootstelling kan de huid gevoeliger worden en kan een allergie ontstaan. Voor medewerkers in de wonenbranche zal vooral de langdurige blootstelling aan deze stoffen een reden zijn voor het ontstaan van huidaandoeningen. Daarnaast kunnen ook stugge vloerbedekking, houtstof en cement (egalines) de huid irriteren en beschadigen. Eczeem Eczeem is een ontsteking van de huid die meestal gepaard gaat met een droge huid, jeuk, roodheid en bultjes, blaasjes en/of kloven. Eczeem is niet besmettelijk, maar kan zich wel uitbreiden over de hele huid. Het ontstaat door irritatie van de huid met een opeenstapeling van kleine beschadigingen die niet de tijd krijgen om zich te herstellen. Deze irritatie eczeem heeft als oorzaken nat werk en de omgang met schoonmaakmiddelen, oplosmiddelen en houtstof. ALLERGENE RISICO S EN VEILIGHEIDSAANBEVELINGEN

Verenigde Tapijtfabrikanten werken aan actieplan voor omgang met gevaarlijke stoffen De Verenigde Nederlandse Tapijtfabrikanten (VNTF) werkt samen met Vereniging Textielindustrie Nederland (VTN) aan een actieplan binnen het Convenant Stoffen, waartoe deze organisaties zijn toegetreden. Het voorstel is gericht op een gedegen inventarisatie die moet leiden tot een actieplan. Dit zal vooral gericht zijn op het verminderen van de risico s bij het beroepsmatig omgaan met stoffen. Daarnaast is het milieudeel gericht op het verbeteren van de bestaande kennisinfrastructuur. In het plan van aanpak zit ook een deel dat is gericht op het, waar nodig, verbeteren van informatie richting consumenten. Het project richt zich op een goede communicatie in de keten, een goede kennisinfrastructuur over arbeidsomstandigheden en een adequaat stoffenbeleid bij bedrijven. Er vindt een inventarisatie plaats van huidige stoffenbeleid en kennisinfrastructuur, men neemt zich concrete activiteiten ter verbetering voor en er is sprake van betrokkenheid van de keten. Allergene stoffen in Arboconvenant De overheid heeft geconcludeerd dat de twee genoemde beroepsgroepen een verhoogd risico hebben huidaandoeningen op te lopen en daarom extra aandacht moeten krijgen. De wonenbranche heeft gereageerd op deze ontwikkelingen, sinds de invoering van de Vervangingsregeling. Het is de wens van de wonenbranche om de veiligheid van de eindgebruikers bij het werken met gevaarlijke stoffen te bevorderen. Drie doelgroepen Bij het terugdringen van de allergene risico s voor parket- en tapijtleggers worden drie doelgroepen benaderd. In de eerste plaats worden de werkgevers gewezen op hun veranwoordelijkheid om gezonde werkomstandigheden te creëren. Huidaandoeningen zijn als risico minder bekend en minder ingrijpend dan de ziekte OPS, maar kunnen als zeer hinderlijk worden ervaren. Het is een taak van werkgevers om aan de werknemers uit te leggen hoe ze in hun werk moeten omgaan met producten die huidaandoeningen kunnen veroorzaken. Immers, als iemand voor een stof allergisch wordt, kan het werken onmogelijk zijn. Dan is omscholing nog de enige uitweg. Een tweede doelgroep vormen de zelfstandigen zonder personeel (z.z.p.-ers). In het advies van de Sociaal Economische Raad (SER) om de Arbowet ook van toepassing te verklaren voor de op z.z.p.-ers, wordt gesteld dat deze groep nadrukkelijk de risico s moet beperken van het gebruik van gevaarlijke stoffen. Ook de consument wordt gewezen op de risico s die zijn verbonden aan het werken met giftige stoffen. De woninginrichter die bij de klant in huis voor de stoffering van een vloer zorgt, heeft recht op goede arbeidsomstandigheden. De gezondheid van de werknemer is op zo n moment altijd belangrijker dan het eindresultaat van zijn arbeid. Niet alleen de oorspronkelijk producten (oplosmiddelhoudend), maar ook de watergedragen producten veroorzaken huidaandoeningen. Daarom ziet de overheid erop toe dat ook voor de watergedragen producten met een allergeen risico gezonde alternatieven worden ontwikkeld. Dit doel wordt door de branche ondersteund. ALLERGENE RISICO S EN VEILIGHEIDSAANBEVELINGEN