1 Handgereedschappen 10 HANDGEREEDSCHAPPEN
Mike Vermeer loopt stage bij het akkerbouwbedrijf van John Hansen. Vandaag is zijn eerste dag. De werkplaats staat vol met machines en onderdelen. In de gereedschappenkast hangen allerlei handgereedschappen. John gaat een trekker onderhouden. Hij heeft een momentsleutel nodig. Figuur 1.1 HANDGEREEDSCHAPPEN 11
1.1 Handgereedschappen Er bestaan heel veel soorten gereedschap. De meest voorkomende gereedschappen zijn handgereedschappen. Dit zijn gereedschappen die je bijvoorbeeld gebruikt voor het repareren van je scooter of om een tafel in elkaar te zetten. Voorbeelden van handgereedschappen zijn sleutels, schroevendraaiers, tangen en hamers. Sleutels Sleutels gebruik je om moeren en bouten mee los of vast te draaien. Je hebt ringsleutels, steeksleutels, inbussleutels, dopsleutels, pijpsleutels en nog een paar andere soorten. ringsleutel pijpsleutel steeksleutel De verschillende sleutels hebben verschillende toepassingen. Welke sleutel je gebruikt, hangt af van het type moer of bout en van de positie van de moer of bout. Voor een zeskantmoer of -bout gebruik je bij voorkeur een ringsleutel. Daarmee heb je het minste kans op beschadiging. Voor moeren of bouten die diep liggen, pak je een pijpsleutel. Kun je een moer of bout alleen maar van de zijkant bereiken, dan gebruik je een steeksleutel. Figuur 1.2 Als je een moer of bout alleen maar van de zijkant kunt bereiken, gebruik je een steeksleutel. Vragen 1.1 a Waarom zijn er zoveel verschillende soorten sleutels? b Welke sleutel gebruik je voor een zeskantmoer of -bout? Schroevendraaiers Er zijn allerlei verschillende schroevendraaiers. De bekendste zijn de gewone schroevendraaiers en kruiskopschroevendraaiers. 12 HANDGEREEDSCHAPPEN
De schroevendraaier moet geschikt zijn voor de gleuf van de schroef. De breedte van de schroevendraaier moet gelijk zijn aan de breedte van de gleuf. Een schroevendraaier die te groot is, past niet in de gleuf. Is een schroevendraaier te klein, dan raakt de gleuf beschadigd. Figuur 1.3 De breedte van de schroevendraaier moet gelijk zijn aan de breedte van de gleuf. vooraanzicht zij-aanzicht Vragen 1.2 a Wat zijn de bekendste twee soorten schroevendraaiers? b Wat gebeurt er als je een schroef met een te kleine schroevendraaier probeert los te draaien? Tangen Er zijn veel soorten tangen. Je hebt een waterpomptang, een combinatietang, een striptang, een zijkniptang, een griptang en noem maar op. Ook voor tangen geldt dat het gereedschap geschikt moet zijn voor de klus die je wilt uitvoeren. waterpomptang Met een waterpomptang kun je heel veel kracht uitoefenen. Een nadeel daarvan is dat de kans op beschadiging erg groot is. Je gebruikt een waterpomptang daarom alleen om bijvoorbeeld een buis vast te klemmen. Je mag een waterpomptang niet voor bouten en schroeven gebruiken. Figuur 1.4 Gebruik een waterpomp alleen om onderdelen vast te klemmen. Draai de tang altijd in de juiste richting. griptang Een heel aparte tang is de griptang. Met een griptang klem je onderdelen en plaatwerk vast. De griptang functioneert als een derde hand, zodat je beide handen vrij hebt voor andere handelingen. HANDGEREEDSCHAPPEN 13
Vragen 1.3 a Waarom mag je een waterpomptang niet voor schroeven of bouten gebruiken? b Waarvoor gebruik je een griptang? Hamers Hamers zijn er in allerlei soorten en maten. Dat is natuurlijk niet voor niets zo. Een grote, zware hamer van staal gebruik je als je veel kracht nodig hebt. Een kleine hamer is er voor het fijnere werk. Verder heb je nog bolkop- en bankhamers, die ook weer hun eigen specifieke toepassingen hebben. Als de kans groot is dat een stalen hamer beschadigingen veroorzaakt, gebruik je een houten of kunststof hamer. Figuur 1.5 Voor het hameren op onderdelen die gemakkelijk beschadigen, gebruik je een kunststof hamer. Vragen 1.4 a Wat is het voordeel van een houten of kunststof hamer? 1.2 De momentsleutel Voor het vastdraaien van moeren en bouten is de momentsleutel een onmisbaar stuk gereedschap. Een momentsleutel is een speciale sleutel die een bout of moer vastdraait tot een vooraf ingestelde kracht. Wat is een moment? Als je een moer of bout vastdraait, oefen je met een draaiende beweging kracht uit op de sleutel. De hoeveelheid kracht die je nodig hebt en de afstand die de sleutel aflegt, bepalen samen het moment. Het moment is het product van de kracht (F) en de armlengte (l) van de sleutel. Belangrijk is daarbij dat de kracht loodrecht op de arm aangrijpt. 14 DE MOMENTSLEUTEL