We gaan eens kijken aan de hand van twee fraaie opgaven. Zie de hierna opgenomen bladen: eerst met betrekking tot 2010-II-2, daarna van 2013-I-2.

Vergelijkbare documenten
Eindexamen vwo m&o 2013-I

Eindexamen m&o vwo II

Bijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. VW-0251-a-13-1-b

Eindexamen vwo m&o 2013-I

Bijlage VWO. management & organisatie management & organisatie. tijdvak 2. Informatieboekje. tevens oud programma.

Eindexamen m&o vwo II

Eindexamen vwo m&o 2013-I

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 1 dinsdag 28 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 1 dinsdag 28 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Correctievoorschrift VWO 2013

{ } Eindexamen m&o vwo II. ( ) n. Formuleblad. Voor de beantwoording van vraag 15, 16, 17, 27 en 33 zijn de volgende formules beschikbaar:

management & organisatie management & organisatie

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 9

Correctievoorschrift VWO

Vraag Antwoord Scores. x 100% = 55%

Bij deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 3.

Management & Organisatie VWO 5 Hoofdstuk 27 t/m juni 2009 proeftoets 100 minuten. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.

Zie de hierachter opgenomen opgave, waarachter je ook de antwoorden ziet.

Vraag Antwoord Scores. Opmerking Voor elke fout wordt 1 scorepunt in mindering gebracht.

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

OPGAVEN HOOFDSTUK 9 ANTWOORDEN

Bijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 2. Informatieboekje

Bij deze opgave blijven belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 3.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 5 tot en met 7. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Vraag Antwoord Scores

In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5.

Eindexamen m&o vwo 2001-II

Eindexamen havo m&o 2013-I

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een bijlage.

- Op gebouwen en machines die op 1 januari 2008 aanwezig zijn wordt in 2008 respectievelijk ,- en ,- afgeschreven.

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43

Management & Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 3,9,12,14,16

Examen VWO. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid. Voorbeeldopgaven Händel

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. VW-0251-a-18-1-b

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 vrijdag 10 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo m&o II

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 maandag 12 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Beginner. Beginner. Beginner

Examen HAVO. Voorbeeldopgaven Knip & Go. Bedrijfseconomie, ondernemerschap en financiële zelfredzaamheid

Verslag bespreking Centraal Examen M&O, VWO, 2015 tijdvak 1. dd 13 mei 2015

Industrie tussen grafisch en begrijpen Opgave A. Leuk!

VECON verslag van de Examenbespreking M&O HAVO 2019 tijdvak 1 d.d. 10 mei 2019

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 4 tot en met 6. Bij deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Vraag Antwoord Scores. De bank heeft een onderpand/zekerheid voor de lening 1 Daphne legt eigen geld in waardoor de lening lager is 1

Proefschoolexamen Management & Organisatie 5 vwo. Hoofdstuk 17 tot en met 28. Normering. Aantal punten x = cijfer 63

Correctievoorschrift VWO

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 1 donderdag 22 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

UITWERKINGEN OPGAVEN

Eindexamen m&o vwo 2008-II

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Vraag Antwoord Scores

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 1. Bijlage b

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 donderdag 23 juni 13:30-16:30 uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Eindexamen m&o vwo 2007-II

In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 en 8.

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 1 vrijdag 22 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5.

Eindexamen havo m&o I

Examen VWO. economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Uitgeverij Het Lezende Luipaard nv toont de volgende cijfers: Creditzijde van de balansen Het Lezende Luipaard nv (getallen x 1.

Eindexamen m&o vwo 2001-I

Eindexamen m&o vwo 2008-I

Vecon: verslag van de examenbespreking VWO

Hoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,

Lever origineel en kopie van het examenpapier in.

Hoofdstuk 1. Opgave , ,57. Opgave ,078. Opgave , ,

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 5 DEEL 1

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 16 EN 17 JUNI 2009

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bij een resultatenbegroting (ook wel exploitatiebegroting genoemd) wordt een overzicht gemaakt van de opbrengsten en van de kosten.

Vraag Antwoord Scores

Fabricage kosten Grondstoffen Machinekosten Loon productiepersoneel Hulpafdelingen (onderhoud/magazijn) Deze kosten zijn samen de fabricagekostprijs

Examen VWO. Economische wetenschappen II en recht (oude stijl)

Bijlage VWO. management & organisatie management & organisatie. tijdvak 1. Informatieboekje. tevens oud programma.

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek

Eindexamen m&o vwo 2008-I

OEFENOPGAVEN LESBRIEF INDUSTRIE

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing.

management & organisatie

Dit oefenexamen bestaat uit 22 vragen. De opbouw en het aantal vragen komt overeen met het online examen.

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 donderdag 23 juni 13:30-16:30 uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Financiële aspecten van de planning

Bijlage VWO. management & organisatie. tijdvak 2. Informatieboekje. VW-0251-a-16-2-b

Examen VWO. management & organisatie. tijdvak 1 donderdag 11 mei uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

Bij een keten van elektronicawinkels kunnen consumenten hun aankopen in termijnen betalen. enkelvoudige interest per jaar

Deze uitwerkingen horen bij het boek Examentraining basiskennis Calculatie BKC van de uitgeverij OBCO, ISBN VERSIE 2 dd

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 6 tot en met 9. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 6 en 7.

Eindexamen m&o havo 2008-II

Examen HAVO. management & organisatie. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen horen een bijlage en een uitwerkbijlage.

De resultatenrekening

In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Bij deze opgave horen de informatiebronnen 5 tot en met 7.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 tot en met 9. In deze opgave blijft de vermogensrendementsheffing buiten beschouwing.

Transcriptie:

Aantekeningen bij examenopgave 2010-II-2 examenopgave 2013-I-2 Je weet het zonder twijfel: elk eindexamen Management en Organisatie bevat twee grote opgaven, waarbij informatiebronnen zijn gegeven. Vrijwel altijd is de tweede opgave van een examen een echt grote opgave, waarin je diverse theorie en technieken in samenhang moet kunnen toepassen. In dit memorandum zijn diverse tips opgenomen, die je helpen bij het verstandig aanvliegen en vervolgens goed uitwerken van zo n grote opgave. De belangrijkste tips is heel overzichtelijk: oefen en nogmaals oefen met dergelijke opgaven. Uiteraard om te merken of je al voldoende bagage hebt om tot de goede antwoorden te komen, tegelijk ook om routine te krijgen in je aanpak die voor alles neerkomt op: 1. rustig blijven 2. heel zorgvuldig lezen 3. jezelf niet (laten) blokkeren voor volgende deelvragen 4. altijd en overal een conclusie trekken. We gaan eens kijken aan de hand van twee fraaie opgaven. Zie de hierna opgenomen bladen: eerst met betrekking tot 2010-II-2, daarna van 2013-I-2. Examenopgave 2010-II-2 Eerst even het aantal te behalen puntjes tellen: 21 van de totaal 70 (voor dit examen). Op basis hiervan (21 / 70 * 180 minuten = 54 minuten, neerwaarts afgerond tot 45 minuten) zou je ruwweg drie kwartier examentijd aan deze opgave mogen besteden. Die tijd besteed je om te beginnen goed door de opgave en de informatiebronnen HEEL zorgvuldig te lezen. Als je dat nog niet hebt gedaan: boots de examensituatie na en geef jezelf (inderdaad) drie kwartier om deze opgave te maken. Telefoon weg, geen andere afleiding en alle tijd ook echt benutten, uiteraard zonder tussendoor in de antwoorden te kijken. Hoeveel puntjes hark je bij elkaar? Deelvraag 5 Oei leasen! Typisch een onderwerp dat weinig, maar dan wel voor het nodige aantal puntjes in examens voorkomt. Je kan voor deze deelvraag 2 puntjes krijgen, maar moet daarvoor veel doen (en dat ook nog helemaal goed doen, natuurlijk). Lastig hoor, het berekenen van de gemiddelde interestkosten per jaar. Waarom zijn dit trouwens de gemiddelde interestkosten?

Deelvraag 6 Ter informatie: onder de nieuwe wetgeving inzake B.V. s is geen sprake meer van een minimale kapitaalstorting. Weet jij ook waarom? Deelvraag 7 De vraag is duidelijk, maar vergt goed lezen! Welke balansgegevens moeten met elkaar worden vergeleken ( )? Noem dus twee gegevens en gebruik woorden als in verhouding of in vergelijking met. Deelvraag 9 Een weet-vraagje. Gewoon stevig leren, die (en alle overige) theorie. Deelvraag 10 Ha, een machine-uurtarief! Wat zijn de totale jaarlijkse kosten met betrekking tot de machine en hoeveel uur draait de machine (normaal) per jaar? Teller= kosten, draaiuren = noemer, uitkomst van de breuk is het uurtarief. Ook hier: rustig en zorgvuldig de gegevens uit de bronnen halen. The devil is in the details, je vergeet snel een item of vergist je in een periode, of nog anders! Hanteer een kleurenmarker voor het extra geconcentreerd verwerken van alle informatie. Veel leerlingen hebben baat bij het gebruik van een vaste kleur voor alles wat met periodes te maken heeft (per kwartaal, voor het tweede halfjaar, de laatste dag van elke maand, et cetera). Deelvraag 11 Eigenlijk niets spannends. Als je een doorwerkfout maakt (bijvoorbeeld door het gebruik van een onjuist machine-uurtarief), dan wordt je dat niet aangerekend. Natuurlijk begrijp jij dat je bij deelvraag 10 niet voor niets een tarief hebt berekend: dat moet in deze deelvraag terugkomen. Deelvraag 12 Altijd hetzelfde: het gaat om het woord onafhankelijk. Deelvraag 13 Ook al moet je vrezen dat je veel in deze deelvraag fout hebt: zie in het antwoordmodel dat je hoe dan ook een puntje verdient met de BTW. Laat dat puntje niet lopen!

Deelvraag 14 Stel je voor, je berekening is goed, maar je vergeet de vermelding voordelig (omdat je niet goed hebt gelezen, of omdat het zo logisch is): daar gaat je puntje. Zonde! Deelvraag 15 Weer veel gedoe, waarbij je hee precies moet rekenen (en waarbij er veel fout kan gaan, in de aanloop naar die 3 puntjes). Maar let op: trek altijd een conclusie, want in veel gevallen kan je ook voor een foute conclusie een puntje krijgen, als je voor die conclusie maar een basis geeft. Een moeilijke opgave? Ja, zekers. Mede omdat veel examenkandidaten hier veel puntjes hebben laten liggen is bij dit examen een zogenoemde N-term van 1,6 gehanteerd. Maar dan toch: drie kwartier de tijd. Slordig lezen levert ellende en tijdverlies op! analyseer de informatiebronnen woord-voor-woord. Bijna alles is relevant! laat jezelf niet blokkeren. Lukte het niet met dat machine-uurtarief? Maak een bewuste doorwerkfout bij deelvraag 11. Pak deelvraag 12 hoe dan ook mee. Werk bij deelvraag 14 desnoods door met een fout verkoopresultaat per stuk, als je weet of voelt dat die bij deelvraag 13 niet lekker uit de verf kwam. ** Examenopgave 2013-I-2 Zie de hierachter opgenomen opgave (met uitwerkbijlage en informatiebronnen), waarachter je ook de antwoorden ziet. Je weet het: eerst de puntjes tellen. Poei, 23 van de 62, ruim 1/3 van het te behalen totaal! Dit is een echt grote opgave, waaraan je een vol klokuur mag besteden. Doe dat dan ook, je zal zien dat het rendeert. Deelvraag 4 Een lekkere binnenkomer. Lees HEEL goed. Hoeveel auto s moeten er in de drukste periode gemiddeld per overtocht (en dan ook nog naar de drukste kant, om het zo te noemen) worden meegenomen? Heb je meegerekend dat er ook auto s meegaan, waarvan de bestuurder (niet de auto zelf, natuurlijk) geen abonnement heeft? Veel informatie, verwerk die gegevenvoor-gegeven en trek hoe dan ook een conclusie.

Deelvraag 5 Geef een inhoudelijk antwoord. Zie het antwoordmodel: een slordig of bijna goed antwoord kost je meteen 2 punten (dat is ongeveer 0,3 minder als CE-eindcijfer, dat gaat hard)! Deelvraag 6 Veel leerlingen geven hier een antwoord in de sfeer van dan zijn de totale onderhoudskosten meer dan de aanschafwaarde. Maar is dat relevant? Als een oldtimer-auto al 50 jaar rondrijdt, dan is in de loop der jaren zonder twijfel ook minstens evenveel aan onderhoud uitgegeven als de aanschafwaarde van weleer. Deelvraag 7 Duidelijk. Somformule toepassen, goed tellen en redeneren: n = 40, kleinste is 26.225 / 1,05 ^39 (!), r = 1,05, som = 472.497. Heb je hiermee 2 puntjes verdiend? Nee! Lees nog eens goed Deelvraag 9 4 puntjes. Er kan eigenlijk niet veel misgaan, behalve misschien de interest die in het stukje annuïtair zit. Of in de interest per halfjaar, waar jij mogelijk overheen hebt gelezen. Deelvraag 10 Alweer 4 puntjes, terwijl je de informatie min of meer rechtstreeks uit de bronnen kunt filteren. Snel verdiend, maar: het gaat over het jaar 2013, waarin de nieuwe veerpont geen twaalf, maar tien maanden in gebruik zal zijn. Ook hier: lezen! En daarbij: je hebt een vol uur de tijd, zagen we al. Neem de tijd om terug te rekenen vanuit het gegeven verliessaldo van 33.000 en om via die weg naar mogelijke foutjes te zoeken. Als je hebt zitten knoeien, vraag dan tijdens het examen om een schone uitwerkbijlage: de surveillant heeft meestal een flink stapeltje extra liggen en zal er daarvan natuurlijk eentje aan je geven. Deelvraag 11 Een gelijk percentage verhoging. Vast zitten is bij deze vraag niet nodig: je weet hoeveel de extra benodigde opbrengst moet belopen. De berekening is vervolgens makkelijker dan je misschien denkt. Deelvraag 12 Lezen, lezen, lezen! Geef duidelijk aan hoe de twee voorwaarden uitpakken en trek vervolgens een conclusie. Ook een foute conclusie kan zoals eerder vermeld een puntje opleveren! ** F. Hordijk 2 maart 2017

Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 4. La Gelatirella bv is een onderneming die zich bezighoudt met de productie en verkoop van consumptie-ijs. Het ijs wordt verkocht aan diverse supermarkten. Door het succes van de smakendiversiteit overweegt de directie van La Gelatirella een nieuwe ijssmaak flensjesijs in 2010 op de markt te brengen, mits dit een positieve bijdrage levert aan het verwachte bedrijfsresultaat. Hiertoe moet de bestaande productiecapaciteit worden uitgebreid. Daarbij heeft de directie de keuze tussen het kopen of het financial leasen van de benodigde ijsbereidingsmachine JH0 (zie informatiebron 1 en 2). Deze machine wordt alleen gebruikt voor flensjesijs. La Gelatirella kiest die financieringswijze waarbij de gemiddelde jaarlijkse kosten gedurende de levensduur het laagst zijn. 2p 5 Bereken de gemiddelde jaarlijkse kosten als la Gelatirella de ijsbereidingsmachine JH0 koopt. La Gelatirella is bij haar oprichting ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. 2p 6 Noem twee oprichtingseisen waaraan La Gelatirella bv dus voldaan heeft. Bij de leaseaanvraag heeft La Gelatirella haar balans moeten overleggen aan de leasemaatschappij om haar kredietwaardigheid te kunnen laten beoordelen. Er blijkt dat La Gelatirella voldoende kredietwaardig is. 1p 7 Welke balansgegevens moeten met elkaar vergeleken worden opdat de kredietwaardigheid van een onderneming kan worden vastgesteld? 1p 8 Bereken het jaarlijkse voordeel voor La Gelatirella als ze de machine least in plaats van koopt. 1p 9 Wordt de leasemachine op de balans van La Gelatirella opgenomen? Motiveer het antwoord. Voor het berekenen van de fabricagekostprijs van flensjesijs wordt gebruik gemaakt van een machine-uurtarief. Dit bestaat uit de kosten van de machine en de met de productie verband houdende loonkosten (zie informatiebron 3). Al deze kosten worden door La Gelatirella tot de constante kosten gerekend. De overige kosten met betrekking tot de productie en verkoop van flensjesijs staan in informatiebron 4. 3p 10 Bereken het machine-uurtarief van de ijsbereidingsmachine JH0 voor 2010. 2p 11 Bereken de fabricagekostprijs van een bakje flensjesijs voor 2010. De verkoopkosten worden in de commerciële kostprijs opgenomen door middel van een vast bedrag per bakje flensjesijs. Het transport naar de supermarkten vindt plaats met eigen transportauto s. De kosten hiervan worden door La Gelatirella gerekend tot de constante kosten. VW-0251-a-10-2-o 4 lees verder

1p 12 Waarom rekent La Gelatirella deze transportkosten tot de constante kosten? 4p 13 Bereken voor 2010 de verkoopprijs van een bakje flensjesijs inclusief 6% btw. 1p 14 Bereken voor 2010 het verwachte verkoopresultaat van flensjesijs. Geef aan of er sprake is van een voordelig of van een nadelig resultaat. Het verwachte aantal machine-uren van de productie van flensjesijs in 2010 is 2.375. Er vindt geen voorraadvorming plaats. 3p 15 Wordt aan de door de directie gestelde voorwaarde met betrekking tot het op de markt brengen van flensjesijs voldaan? Motiveer het antwoord met een berekening van de verwachte bijdrage in 2010 aan het bedrijfsresultaat door gebruik te maken van het te berekenen verwachte bezettingsresultaat (zie formuleblad). VW-0251-a-10-2-o 5 lees verder

Informatiebron 1 Gegevens met betrekking tot de ijsbereidingsmachine JH0 Aankoopprijs ijsbereidingsmachine 125.000,- installatiekosten - 25.000,- 150.000,- btw - 28.500,- te betalen aan de leverancier 178.500,- De levensduur van de ijsbereidingsmachine wordt gesteld op 4 jaar De restwaarde bedraagt 10.000,- De verzekeringskosten bedragen 4.500,- per jaar De onderhoudskosten bedragen 18.000,- per jaar Het elektriciteitsverbruik is 300.000 kwh per jaar. De kosten hiervan bedragen 0,193 per kwh. De investering exclusief btw wordt volledig gefinancierd door middel van een 6% annuïteitenlening met een looptijd van 4 jaar. De jaarlijkse afgeronde annuïteit bedraagt 43.300,-. VW-0251-a-10-2-b 3 lees verder

Informatiebron 2 Voorwaarden bij het financial leasen van de ijsbereidingsinstallatie Alleen ondernemingen die staan ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken kunnen in aanmerking komen voor een leasecontract. Bij elke aanvraag voor een leasecontract zal vooraf onderzoek worden gedaan naar de kredietwaardigheid van de lessee (huurder). Een aanvraag kan zonder opgaaf van redenen worden geweigerd. De btw wordt niet meegefinancierd, maar moet in één keer bij de eerste termijn worden betaald. Het minimumleasecontract is 5.000,- exclusief 19% btw. De jaarlijkse kosten, inclusief afschrijvingskosten, van de leaseovereenkomst bedragen 39.600,-. Hierin zijn de onderhoudskosten en verzekeringskosten niet inbegrepen. De termijnbedragen bij financial leasing worden door La Gelatirella gerekend tot de constante kosten. VW-0251-a-10-2-b 4 lees verder

Informatiebron 3 Begrote loonkosten in 2010 bij de productie en verkoop van consumptie-ijs Er zijn uitsluitend constante loonkosten. Deze bedragen 2.250.000,- per jaar, waarvan 1.500.000,- ten behoeve van de productie en de rest ten behoeve van de verkoop. De verdeling van de constante loonkosten over de producten van La Gelatirella, is als volgt: Verdeling van de totale constante loonkosten van La Gelatirella over de producten Legenda: zomerkoninkjesijs 20% boeren yoghurtijs 10% chocletparty 18% flensjesijs 12% notenkwartet 8% smurfenijs10% stoofperenijs 10% stroopwafelijs 12% Deze genoemde percentages gelden zowel voor de productie als de verkoop. VW-0251-a-10-2-b 5 lees verder

Informatiebron 4 Overige gegevens met betrekking tot de productie, verkoop en winstmarge in 2010 van flensjesijs PRODUCTIE: Voor de productie van een bak flensjesijs is 0,875 liter melk nodig die wordt gekocht voor 0,56 per liter. De kosten van de overige ingrediënten bedragen 0,32 per bakje ijs. De kosten van een bakje met deksel waarin het ijs zit, bedragen 0,15 per bakje. Elk bakje ijs wordt normaal in 18 seconden met de juiste hoeveelheid ijs gevuld, gesloten en gereedgemaakt om ingevroren te worden. Deze 18 seconden is ook de begrote tijd per bakje flensjesijs. De normale productie is 500.000 bakjes flensjesijs. De verwachte productie is 475.000 bakjes flensjesijs. VERKOOP: overige verkoopkosten transport naar supermarkten advertenties in dagbladen commercials op radio frequentie 40 keer per jaar 600 spotjes per jaar kosten per keer totaal ten laste van flensjesijs 60.000,- 100% 7.500,- 300.000,- 12,5% 1.500,- 900.000,- 12,5% De normale afzet is 500.000 bakjes flensjesijs. De verwachte afzet is 475.000 bakjes flensjesijs. WINSTMARGE: De winstmarge is 20% van de verkoopprijs exclusief 6% btw. VW-0251-a-10-2-b 6 lees verder

Vraag Antwoord Scores Opgave 2 5 maximumscore 2 150.000 10.000 afschrijvingskosten 4 = 35.000 verzekeringskosten 4.500 onderhoudskosten 18.000 elektriciteitsverbruik 300.000 0,193 = 57.900 interest 6% lening 4 x 43.300-150.000 = 4 5.800 gemiddelde jaarlijkse kosten 121.200 6 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: notariële oprichtingsakte verklaring van geen bezwaar (afgegeven door de Minister van Justitie) minimumbedrag (2008: 18.000,-) te storten op de uitgegeven aandelen 7 maximumscore 1 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: door het beoordelen van de verhouding tussen de vlottende activa + liquide middelen enerzijds en het vreemd vermogen op korte termijn anderzijds (liquiditeit). door het beoordelen van de verhouding tussen het eigen vermogen en het totale vreemde vermogen (solvabiliteit). 8 maximumscore 1 jaarlijkse kosten leasecontract 39.600 jaarlijkse afschrijvings- en interestkosten bij kopen 40.800 jaarlijks voordeel van leasen 1.200,- Opmerking De verzekerings-, onderhouds- en elektriciteitskosten zijn identiek dus kunnen buiten beschouwing gelaten worden. 9 maximumscore 1 Ja, want er is sprake van financial leasing waardoor het economisch eigendom van de ijsbereidingsmachine bij La Gelatirella ligt. VW-0251-a-10-2-c 5 lees verder

Vraag Antwoord Scores 10 maximumscore 3 kosten bij leasing (39.600 + 4.500 + 18.000 + 57.900) = 120.000 loonkosten: 1.500.000 0,12 = 180.000 300.000 1 dus machine-uurtarief: 300.000 18 500.000 x 3.600 = 120,- 2 11 maximumscore 2 melk 0,875 0,56 = 0,49 overige ingrediënten 0,32 bakje met deksel 0,15 18 kosten machine 120 = 3.600 0,60 fabricagekostprijs 1,56 12 maximumscore 1 De kosten van de transportauto zijn onafhankelijk van de afzet. 13 maximumscore 4 fabricagekostprijs 1,56 constante verkoopkosten 0,12 x 750.000 + 60.000 + 0,125 x 300.000 + 0,125 x 900.000 500.000 = 0,60 commerciële kostprijs 2,16 2 winstopslag: 20 2,16 = 80 0,54 verkoopprijs exclusief btw 2,70 1 btw 0,06 2,70 0,16 verkoopprijs inclusief btw 2,86 1 14 maximumscore 1 475.000 0,54 = 256.500,- voordelig VW-0251-a-10-2-c 6 lees verder

Opgave 2 Bij deze opgave horen de informatiebronnen 1 tot en met 5. In deze opgave blijven de belastingen buiten beschouwing. Heen en Weer bv verzorgt tussen Akersloot (buurtschap het Schouw) en de Schermer een veerdienst over het Noord-Hollands Kanaal met behulp van een veerpont. Doordat gebruik wordt gemaakt van een kleine veerpont, lopen de wachttijden in de drukste uren te veel op. Daarom wil de directie per 1 maart 2013 een grotere veerpont in gebruik nemen ter vervanging van de kleine veerpont. Hierbij heeft de directie de keuze uit een drietal opties: 1 een veerpont die maximaal 5 personenauto s tegelijk kan overzetten; 2 een veerpont die maximaal 8 personenauto s tegelijk kan overzetten; 3 een veerpont die maximaal 12 personenauto s tegelijk kan overzetten. De directie kiest voor de veerpont met de laagste capaciteit, waarbij de capaciteit voldoende is om het gemiddeld aantal personenauto s per overtocht in de drukste periode over te zetten. 2p 4 Voor welke van bovenstaande drie opties zal de directie met betrekking tot de aan te schaffen veerpont kiezen? Motiveer het antwoord met een berekening (zie informatiebron 1). Heen en Weer heeft voor de bouw van de veerpont een offerte ontvangen van scheepswerf Giessen nv (zie informatiebron 2). 2p 5 Welk risico loopt Heen en Weer bij de in de offerte voorgestelde betalingswijze van de veerpont? Motiveer het antwoord. VW-0251-a-13-1-o 4 / 12 lees verder

Bij de afweging om wel of niet de veerpont aan te schaffen, gaat de directie uit van de gegevens van de offertes (informatiebron 2 en 3). Heen en Weer vormt een Voorziening onderhoud. Jaarlijks wordt 3% van de aanneemsom aan de Voorziening gedoteerd. De administrateur van Heen en Weer maakt bezwaar tegen de manier waarop de jaarlijkse onderhoudskosten worden bepaald. Het zou geen reëel beeld geven van het verloop van de onderhoudskosten tijdens de levensduur van de veerpont. 1p 6 Licht het bezwaar van de administrateur toe. Van de provincie Noord-Holland kan Heen en Weer op 1 maart 2013 een eenmalige investeringssubsidie ontvangen. De omvang hiervan is gelijk aan de contante waarde op 1 maart 2013 van een veronderstelde jaarlijkse exploitatiesubsidie van 26.225,-. De eerste uitkering van deze veronderstelde exploitatiesubsidie zou plaatsvinden op 1 maart 2013, de laatste op 1 maart 2052. Het contant maken geschiedt op basis van 5% samengestelde interest per jaar, waarbij de omvang van de eenmalige investeringssubsidie wordt afgerond op het dichtstbijzijnde veelvoud van 100,-. 2p 7 Bereken de grootte van de eenmalige investeringssubsidie op 1 maart 2013 (zie formuleblad). Bij de aankoop van de nieuwe veerpont moet aan alle onderstaande voorwaarden worden voldaan: a Heen en Weer wil niet meer dan 50.000,- uit haar aanwezige liquide middelen gebruiken voor de aanschaf van de nieuwe veerpont. b De directie wil dat de nettowinst in 2013 minimaal gelijk is aan de behaalde nettowinst in 2012. VW-0251-a-13-1-o 5 / 12 lees verder

Voorwaarde a De financiering van de aanschaf van de veerpont bestaat uit twee onderdelen: het afsluiten van een hypothecaire lening, groot 80% van het bedrag van de investering (zie informatiebron 3) het krijgen van de investeringssubsidie van de provincie Noord- Holland Het dan nog ontbrekende bedrag wordt betaald uit de aanwezige liquide middelen. 2p 8 Bereken het bedrag dat Heen en Weer uit de liquide middelen zou moeten betalen. Voorwaarde b Voor de bepaling van de te verwachten nettowinst over 2013 stelt Heen en Weer een resultatenbegroting op (zie informatiebronnen 3, 4 en 5). 4p 9 Bereken de interestkosten over 2013 met betrekking tot de hypothecaire lening. 4p 10 Toon aan dat het verwachte nettoverlies over 2013 33.000,- bedraagt. Vul hiertoe de bij deze vraag horende uitwerkbijlage volledig in. De verwachte nettowinst over 2013 blijkt niet voldoende te zijn om te voldoen aan voorwaarde b. Om hier toch aan te kunnen voldoen, besluit de directie de overzettarieven voor losse overtochten te verhogen met een gelijk percentage voor personenauto s en (brom)fietsen. 3p 11 Bereken de nieuwe overzettarieven voor een losse overtocht van een personenauto en van een (brom)fiets zodat toch aan voorwaarde b wordt voldaan. Van de provincie Noord-Holland mogen de prijzen van een losse overtocht voor een personenauto maximaal met 0,50 stijgen, die van een (brom)fiets met maximaal 0,25. 3p 12 Zal Heen en Weer de nieuwe veerpont aanschaffen? Motiveer het antwoord door elk van de gestelde voorwaarden a en b in het antwoord te betrekken. VW-0251-a-13-1-o 6 / 12 lees verder

management & organisatie VWO 2013-1 uitwerkbijlage Naam kandidaat Kandidaatnummer 10 opbrengsten totaal - abonnementen 49.000 - losse overtochten 280.000 totale opbrengsten 329.000 kosten - afschrijving veerpont.. - loonkosten 78.300 - onderhoudskosten.. - brandstofkosten oude veerpont 6.000 - brandstofkosten nieuwe veerpont 63.000 - interestkosten - verzekeringskosten 2.500 totale kosten..... totaal winst/verlies 1)..... noot 1 doorhalen wat niet van toepassing is berekeningen: zie ommezijde VW-0251-a-13-1-u 1 / 3 lees verder

berekeningen: afschrijving veerpont onderhoudskosten interestkosten 17 x 1.000 40.000 35.000 Dharma 2013 30.000 25.000 20.000 15.000 10.000 5.000 berekeningen: 0 0 50 100 150 200 250 300 afzet x 1.000 dozen teelt en afzet (in aantallen dozen) totale constante kosten ( ) totale dekkingsbijdrage ( ) totale winst ( ) 0 200.000 300.000 VW-0251-a-13-1-u 2 / 3 lees verder

Informatiebron 1 Gebruik van de veerpont Aantal overtochten van auto s met een jaarabonnement met ingang van 1 januari 2012. periode aantal over te zetten auto s met een jaarabonnement Schouw - Schermer Schermer - Schouw ochtendspits 07.00 uur 09.00 uur 52 32 daluren overdag 09.00 uur 17.00 uur 80 100 avondspits 17.00 uur 19.00 uur 44 56 daluren avond 19.00 uur einde 28 16 Overige gegevens: 80% van de overgezette auto s tijdens de ochtend- en avondspits heeft een abonnement. De overzettijd, met inbegrip van oprijden en afrijden, is 5 minuten per enkele reis. Personenauto s die overgezet moeten worden, komen in elke periode met gelijke tussenpozen aan. Er is altijd plaats voor (brom)fietsers en voetgangers. Voor het jaar 2013 wordt uitgegaan van hetzelfde aantal abonnementen als het aantal verkochte abonnementen per 1 januari 2012. VW-0251-a-13-1-b 3 / 11 lees verder

Informatiebron 2 Offerte met betrekking tot de bouw en de exploitatie van de veerpont Scheepswerf Giessen nv Postbus 25 4200 AA Gorinchem Gorinchem, 30 maart 2012 Heen en Weer bv Kanaalweg 15 1921 EM Akersloot Geachte heer/mevrouw, Het doet ons genoegen u te offreren voor de bouw van de veerpont ten behoeve van uw veerdienst over het Noord-Hollands Kanaal tussen Schouw en Schermer. De aanneemsom bedraagt 2.500.000,-. Voor de volledigheid zijn de specificaties van dit type veerpont: gegarandeerde levensduur: 40 jaar De geschatte restwaarde zal 4% van de aanneemsom bedragen. Jaarlijkse onderhoudskosten: u dient uit te gaan van 3% van de aanneemsom. De betaling van de aanneemsom geschiedt in 4 gelijke termijnen van elk 625.000,-. De eerste termijn dient te worden betaald op 1 juli 2012 bij het leggen van de kiel, de tweede op 1 oktober 2012, de derde op 1 januari 2013 bij de doop van het schip en de laatste op 1 maart 2013 bij de oplevering van het schip. Om een oplevering op 1 maart 2013 te kunnen garanderen, zien wij graag uw reactie uiterlijk 1 mei 2012 tegemoet. Met vriendelijke groet, P. van Neck VW-0251-a-13-1-b 4 / 11 lees verder

Informatiebron 3 Offerte met betrekking tot de financiering van de aan te schaffen veerpont SOS Bank nv Postbus 2 1900 AA Castricum Castricum, 16 april 2012 Heen en Weer bv Kanaalweg 15 1921 EM Akersloot Geachte heer/mevrouw, Wij hebben uw financieringsverzoek met betrekking tot de veerpont ontvangen. Het verheugt ons u te kunnen meedelen dat de bank akkoord is met de financiering tegen de onderstaande voorwaarden: a b c d e f g U dient een scheepshypotheek te vestigen, waardoor de te bouwen veerpont als zekerheid kan dienen voor de te verstrekken lening. De grootte van de lening is maximaal 80% van de aanneemsom. De lening wordt in vier gelijke delen aan u ter beschikking gesteld op 1 juli 2012, 1 oktober 2012, 1 januari 2013 en 1 maart 2013. Tot 1 maart 2013 betaalt u alleen rente over het geleende bedrag en geen aflossing. Vanaf 1 maart 2013 wordt de lening omgezet in een annuïteitenlening. De lening dient in 40 jaar te worden afgelost met behulp van annuïteiten, elk groot 58.000,-, die halfjaarlijks dienen te worden betaald op 31 augustus en 28 februari. De eerste betaling dient te geschieden op 31 augustus 2013. Het door u te betalen interestpercentage voor de te verstrekken lening is 2,5% per halfjaar. De veerpont dient te worden verzekerd vanaf het moment dat deze door u in gebruik wordt genomen (1 maart 2013). Met vriendelijke groet, J. Andela account-manager VW-0251-a-13-1-b 5 / 11 lees verder

Informatiebron 4 Winst- en verliesrekening (getallen in euro s) Heen en Weer bv 2012 Winst- en verliesrekening Heen en Weer bv over 2012 Afschrijvingskosten 1) 50.000 Abonnementsgelden 2) 49.000 Loonkosten 60.000 Losse overtochten 3) 280.000 Interestkosten 23.500 Onderhoudskosten 135.000 Brandstofkosten 36.000 Verzekeringskosten 1.500 Nettowinst 23.000 329.000 329.000 noot 1 De in 2012 in gebruik zijnde veerpont is op 31 december 2012 volledig afgeschreven. noot 2 In 2012 zijn er 204 abonnementen afgesloten voor personenauto s à 175,- per jaar en 190 abonnementen voor (brom)fietsers à 70,- per jaar. noot 3 In 2012 waren er 120.000 losse overtochten van personenauto s à 2,- en 40.000 losse overtochten van (brom)fietsers à 1,-. VW-0251-a-13-1-b 6 / 11 lees verder

Informatiebron 5 Overige uitgangspunten voor het opstellen van de resultatenbegroting 2013 van Heen en Weer Abonnementen en losse overtochten Bij het opstellen van de resultatenbegroting voor 2013 wordt uitgegaan van hetzelfde aantal abonnementen en losse overtochten en dezelfde tarieven als die in 2012. Afschrijving De nieuwe veerpont wordt, vanaf het moment van ingebruikname op 1 maart 2013, lineair afgeschreven tot de geschatte restwaarde is bereikt op basis van de door de scheepswerf aangegeven levensduur. Over delen van een jaar wordt naar evenredigheid afgeschreven. Onderhoudskosten In 2013 zal er geen onderhoud meer worden gepleegd aan de oude veerpont. Ten bate van een te vormen onderhoudsvoorziening zal elk jaar 3% van de aanneemsom van de nieuwe veerpont worden gedoteerd vanaf het moment van oplevering. Over delen van een jaar worden de onderhoudskosten naar evenredigheid verdeeld. Interestkosten Voor het bepalen van de interestkosten voor 2013 op de hypothecaire lening wordt maandelijks de hoogte van de interestkosten bepaald. De interestkosten per maand bedragen een evenredig deel van de periode waarover de totale interest van die periode berekend wordt. De overige interestkosten over 2013 bedragen 4.000,-. VW-0251-a-13-1-b 7 / 11 lees verder

4 Beoordelingsmodel Vraag Antwoord Scores Opgave 1 1 maximumscore 2 0,20 x 200.000 + 0,25 x (3.400.000-200.000) = 840.000 De acountant heeft gelijk. 2 maximumscore 3 vennootschapsbelasting 840.000 1 dividendbelasting 0,15 x 0,20 x 2.500.000 = 75.000 netto cashdividend 0,07 x 2.500.000-75.000 = 100.000 mutatie post Liquide middelen 1.015.000 2 3 maximumscore 2 200 x 100.000 = 800 25.000 Opgave 2 4 maximumscore 2 De drukste periode is de avondspits, dus er moeten dan maximaal 56 = 70 personenauto s worden overgezet 1 0,80 70 Dat zijn gemiddeld = 5,83 auto s per overtocht, dus de keuze 12 2 x 2 valt op optie 2 (veerpont die maximaal 8 auto s tegelijk kan overzetten) 1 5 maximumscore 2 Voorbeelden van een juist antwoord zijn: Heen en Weer loopt het risico dat ze haar vooruitbetaalde bedragen kwijt is als ten tijde van de bouw van de veerpont Giessen nv failliet gaat. Als de veerpont bij oplevering niet blijkt te voldoen aan de specificaties, is het lastig om de vooruitbetaalde bedragen terug te krijgen. Opmerking Uitsluitend 0 of 2 scorepunten toekennen. VW-0251-a-13-1-c 5 lees verder

Vraag Antwoord Scores 6 maximumscore 1 De onderhoudskosten zijn bepaald op 3% van de aanneemsom en worden dus jaarlijks gelijk verondersteld. De werkelijke onderhoudskosten zullen, naarmate de levensduur van de veerpont verder is gevorderd, waarschijnlijk niet gelijk blijven. 7 maximumscore 2 Voorbeelden van een juiste berekening zijn: GR: n = 40, i = 5, T = 26.225, BGN, FV = 0, solve PV = 472,496,89 dus 472.500,- 39 1, 0 5 1, 0 5 investeringssubsidie 26.225 x 0,05 = 472.496,89 dus 472.500,-. 8 maximumscore 2 benodigd bedrag: 2.500.000 grootte hypothecaire lening: 80% van 2.500.000 = 2.000.000 investeringssubsidie 472.500 2.472.500 te betalen uit liquide middelen 27.500 9 maximumscore 4 ( 3 x 500.000 ) x 2,5 x 2 interest januari februari 100 x 6 = 12.500 1 interest maart augustus 2,5% van 2.000.000 = 50.000 1 interest september december 2,5% van {(2.000.000 (58.000 50.000)} x 4 6 = 33.200 totaal 95.700 2 VW-0251-a-13-1-c 6 lees verder

Vraag Antwoord Scores 10 maximumscore 4 opbrengsten - abonnementen 49.000 - losse overtochten 280.000 totaal totale opbrengsten 329.000 kosten - afschrijving veerpont 50.000 - loonkosten 78.300 - onderhoudskosten 62.500 - brandstofkosten oude veerpont 6.000 - brandstofkosten nieuwe veerpont 63.000 - interestkosten 99.700 - verzekeringskosten 2.500 totale kosten 362.000 totaal winst/verlies 33.000 berekeningen: afschrijving veerpont 2.500.000-4% van 2.500.000 40 onderhoudskosten 3% van 2.500.000 x 10 12 interestkosten 95.700 (vraag 9) + 4.000 x 10 12 afschrijving 1 onderhoudskosten 1 interestkosten 1 verlies 1 Opmerking Als de kandidaat bij vraag 10 de factor 10 12 1 scorepunt in mindering gebracht. vergeten is, wordt hiervoor VW-0251-a-13-1-c 7 lees verder

Vraag Antwoord Scores 11 maximumscore 3 De opbrengsten dienen 33.000 + 23.000 = 56.000 hoger te worden om te voldoen aan de gestelde voorwaarde b 1 Voorbeelden van een juiste vervolgberekening zijn: De extra opbrengst moet 56.000 hoger zijn, i.c. 56.000 280.000 personenauto 2 + 20% van 2 = 2,40 (brom)fiets 1 + 20% van 1 = 1,20 is 20%. Stel de verhoging van het losse tarief voor een personenauto op Y (120.000Y + 40.000 x 0,5Y) = 56.000 Y = 56.000 140.000 = 0,40 Het overzettarief voor een personenauto wordt dan 2 + 0,40 = 2,40; Het overzettarief voor een (brom)fiets wordt dan 1 + 0,20 = 1,20 2 12 maximumscore 3 Aan voorwaarde a wordt voldaan: 27.500 < 50.000 1 Aan voorwaarde b wordt voldaan, na verhoging van de overzettarieven. De toegestane verhoging van het overzettarief voor een personenauto is 0,50, dat van een (brom)fiets 0,25. De vereiste (ten behoeve van de realisatie van voorwaarde b) verhoging van de overzettarieven is geringer dan de toegestane verhoging 1 Heen en Weer zal de nieuwe veerpont aanschaffen 1 Opgave 3 13 maximumscore 3 Een voorbeeld van een juiste berekening: dekkingsbijdrage per doos 8.000.000 100.000 = 80 1 100% = 20% + 55 + 33 + 80 80% = 168 100% = 210 1 106% = 222,60 1 14 maximumscore 2 De variabele kosten nemen af. Daardoor zal de dekkingsbijdrage per product toenemen 1 en zal de lijn een steiler verloop hebben 1 VW-0251-a-13-1-c 8 lees verder