Dé ROOFVIS Een Luilekkerland voor vliegvissers. Als een Duke in Ierland Je staat slechts met één medevisser in een beat. In Noord-Ierland ontdekken Hyppo Wanders en Lex van der Lely geheel in traditionele stijl een waar Luilekkerland voor vliegvissers. Maar ook in dit paradijs worden foutjes niet altijd vergeven. I If you like to give it a try, please, be my guest. Ik twijfel enorm. Zojuist heb ik mij moeizaam uit mijn waadpak gehesen en de rest van mijn spulletjes ligt al keurig achter in de auto. Mijn reisgenoot Lex zit al weggedoken in zijn warme jas. Any success today?, vraag ik voorzichtig, alsof ik naar een excuus zoek. Not at all, too bad., is het antwoord. Niet echt bemoedigend dus. Ik drentel wat heen en weer en maak een praatje met de Engelse vliegvissers. Op en top Brits zijn ze, fully loaded met platte pet, tweed, waxcoat en stoere tweehandige hengels. Zelfs een golden retriever dribbelt tussen ons door. Intussen werp ik slinkse blikken op de Snaa-pool. Die ziet er wel heel fraai uit, zeker nu het water zichtbaar gedaald is. Wanneer de laatste Range Rover door de poort rolt, rolt ook alle twijfel van mij af. Waadpak, waadschoenen, vest en jack; nog nooit heb ik dit alles zo snel aangetrokken. Vlug tuig ik mijn oude tweehandige Sage op en vervang de 10-voets snelzinkende tip door een zinkende leader. Uit mijn vliegendoos vis ik een oranje Alleys Shrimp, maar steek die weer terug om uiteindelijk een gele variant aan te knopen. Ik laat de leader door mijn vingers glijden en voel op dertig centimeter van de vlieg een klein knoopje. Ach... Voorzichtig wadend zoek ik de plek op die mij vanochtend was aangewezen. Een grote steen, afgetekend met strepen om de diepte aan te geven, moet de uitgelezen plek zijn om de tocht door de pool te starten. Op de steen kan ik aflezen dat de rivier vandaag minstens één voet ge- 28
zakt is. Daarom schuifel ik een meter of vijf verder stroomopwaarts en nestel mij in het snel stromende water van de nek van pool. Met een paar rolworpen heb ik de lijn op lengte en plaats ik de vlieg aan de overzijde van de stroom. Twee keer menden en het geheel maakt zijn eerste swing. Heel even zie ik het geel van de Shrimp nog, waarna die dieper in het theekleurige water weggetrokken wordt door de zinkende leader. De swing is perfect en even later bereikt de vlieg het eind van de stroomversnelling. Door de hengel naar rechts te neigen, kan ik de vlieg nog even in de keerstroom laten hangen. En dan is daar die ruk. Of is het wel een ruk? In ieder geval voel ik weerstand en laat ik in een reflex een lusje lijn door mijn vingers glijden. Ik wacht, een tel, twee tellen, ik weet niet hoeveel tellen, maar de derde tel duurt naar mijn gevoel een eeuwigheid. Maar dan is daar weer die weerstand en uiteindelijk een bevrijdende kolk in het wateroppervlak. De hengel hoef ik amper te heffen om de haak te zetten. De vis blijft even hangen in het oppervlak en duikt dan met volle energie de stroomversnelling in. Als dank maakt mijn Sage een diepe buiging, terwijl een paar meter vliegenlijn de reel laat zingen. De zalm tekent het plaatje perfect in met een tweetal sprongen en trekt weer een sprintje. En dan schiet mij ineens dat knoopje te binnen. Zo n rottig windknoopje, vlak boven de vlieg. Waarom ben ik zo n ongelofelijk ongeduldige idioot om dat knoopje te laten zitten. Dagenlang vissen en toch je zelf niet de tijd gunnen om even je vlieg opnieuw aan te knopen. Een werkje van niets immers. Ik slik mijn opkomende zenuwen weg en hoop maar... De zalm gaat intussen rustig zijn gang. Zalmen hebben geen benul van knoopjes en deze ook niet. Dat wil ik zo houden en met de grootste omzichtigheid dril ik de vis, terwijl ik voetje voor voetje naar de kant schuifel. De grilse, want dat is het, heeft er ook genoeg van en even later kan ik een puntgave vijfponder, inclusief zeeluis, weer met de kop in de stroom vrij laten. Vissen als een Duke in Ierland De Mourne is een van de rivieren in County Tyrone (Noord-Ierland) en vormt samen met de River Finn ter hoogte van Strabane de River Foyle. Op zijn beurt ontstaat de Mourne vlak buiten het plaatsje Newtownstewart door het samengaan van de Strule River en de River Derg. Zowel de Mourne en de Strule zijn bij ons in Nederland niet echt bekend. Dat zeer ten onrechte, tenminste dat is onze ervaring. De Mourne wordt niet voor niets gerekend tot een van de beste zalmrivieren in Noord-Europa en kan de vergelijking met beroemde rivieren als de Moy, de Blackwater en de Tweed glansrijk doorstaan. Ter illustratie: in 2007 zijn naar schatting 15.000 zalmen de Mourne opgetrokken om in de diverse zijrivieren hun paaigebieden op te zoeken. (Het gehele stroomgebied van de Foyle levert naar schatting 80.000 zalmen op!) Niet alleen trekt er massaal zalm op, ook zeeforel vindt er zijn weg. En daarnaast heeft het stroomgebied een zeer fraai bestand aan (wilde) bruine forel. Een Luilekkerland voor de vliegvisser dus. Die onbekendheid wordt grotendeels veroorzaakt doordat grote delen van de Mourne privé-bezit zijn. Maar wie op een van de beste pools van de Mourne een poging wil wagen, kan tegenwoordig aan de slag op het landgoed Baronscourt. Baronscourt is sinds 1612 de domicilie van de Duke of Abercorn. Het landgoed beslaat een slordige 91 km 2 aan weilanden, bossen en akkers en natuurlijk het nodige aan viswater. Waaronder een drietal meren en grote stukken van de Op forel wordt nauwelijks gevist. genoemde Mourne. Dat alles fraai gedrapeerd in het heuvelgebied dat het begin vormt van het Sperrin-gebergte. Logeren op het kasteel is op zich al een feestje, vooral omdat de directe omgeving van het neoclassicistische landhuis zeer fraai is aangelegd. Voor de gasten zijn er twee appartementen, elk met meerdere slaapkamers en badkamers, een zitkamer en een prima geoutilleerde keuken. Vanuit het landhuis is de Mourne binnen vijf minuten autorijden bereikbaar. Mocht je (of je reisgenoten) niet willen vissen, dan behoren ondermeer golf, paardrijden, wandelen en mountainbiken tot de mogelijkheden. De omgeving is trouwens meer dan de moeite waard om te verkennen. Voor de vliegvissers zijn 16 pools beschikbaar op de Mourne, verspreid over vier beats. Iedere dag bevis je twee beats, verdeeld over de ochtend en de middag. De dag daarop wissel je van beats. Per beat worden slechts twee vissers toegestaan. De bekendste pool is de Snaa, die niet alleen een grote gelijkenis heeft met de Junction Pool in de River Tweed, maar ook nog eens even succesvol is. Zalmvissen is trouwens ook op zondag toegestaan, dit in tegenstelling tot Schotland. De Mourne is een spate river en dus afhankelijk van regenval. Met als gevolg dat de waterstand snel kan veranderen. De spring salmon trekt op in april. De beste maanden voor de grilse zijn juni, juli 29
Dé ROOFVIS Zalmen hebben geen benul van knoopjes. En deze dus ook niet! en (als het niet te warm is en voldoende regent) augustus. De Mourne heeft ook een prima run van zomerzalm (tot een gewicht van 17 pond). Blijft het weer een beetje stabiel, dan blijft de zalmvisserij tot in september en oktober meer dan de moeite waard. De Mourne is een grote rivier met een sterk wisselend karakter. Het water is helder, maar licht gekleurd zoals zo vaak in de Ierse rivieren. Waden is bij een lage waterstand niet al te lastig, maar zodra het water stijgt is een goede waadstok aan te raden. Alleen vliegvissen is toegestaan. Bij laag water kun je er redelijk uit de voeten met een eenhandige, aftma 8 hengel. Maar een tweehandige hengel is te prefereren. Je bestrijkt niet alleen meer water, maar je kunt ook beter uit de voeten op die plekken waar een rolworp of een speycast noodzakelijk is. Meestal worden drijvende lijnen ingezet en bij hoog water sinktips. Een setje polyleaders met verschillende zinksnelheden kan het verschil betekenen tussen vangen en niet-vangen. Afhankelijk van de waterstand zijn shrimp flies en hairwing flies in de maten 4 tot en met 12 het best inzetbaar. De meest gangbare patronen zijn Silver Wilkinson, Red Shrimp, Gold Shrimp, Wye Bug, Apache Shrimp, Alleys Shrimp en Bann Special als het gaat om de garnaal-achtigen. Silver Rat, Willie Gunn, Yellow Dog, Blue Charm, Silver Stoat en Stoats Tail zijn de favoriete hairwings. Tip: neem vooral voldoende Gold Shrimps mee en vergeet zeker de kleine maatjes niet. Mocht je trouwens door je vliegen heen raken of ander vliegvisma- 30
teriaal nodig hebben, dan zijn er zowel in Newtownstewart als in Sion Mills twee prima geoutilleerde hengelsportzaken te vinden. Snoek Direct achter het landhuis (slapen doen we in de Governor s Lodge of in de Clock Tower) liggen drie onderling verbonden meren, samen goed voor 55 hectaren aan prima snoekwater. De meren zijn op sommige plekken vanaf de oever te bevissen, maar er is voor de gasten een stabiele Ierse visboot beschikbaar die ook nog eens voorzien is van een elektromotor. Grote delen van het water zijn omzoomd met rietkragen, andere delen kennen grote waterbedden aan lelies. Je hoeft het water maar te zien om de snoek te kunnen ruiken. Wat trouwens niet automatisch succes betekent. Wij hadden de pech om juist een stevige barometerval mee te maken. Door die plotselinge omslag van het weer moesten we stevig aan de bak. Lex en ik trolden twee van de meren grotendeels af met kunstaas en bestookten de leliebedden en rietkragen met de vliegenhengel. Het werd een vermoeiende dag die we uiteindelijk konden afsluiten met een viertal snoekjes en een stevige baars. Teleurstellend? Ach, een beetje wel, maar dat is eigen aan vissen. De meren oogden zeer potentieel en bij thuiskomst wist Ad Swier, Ierland deskundige bij uitstek, ons te vertellen dat het een van de beste snoekwateren van Ierland is. Niet voor niets was Baronscourt jarenlang de plek waar de Noordierse kampioenschappen snoekvissen werden gehouden. Forel Rij je vanaf Baronscourt over de A5 naar het zuiden, dan kom je na een dik kwartier terecht in Omagh, een vriendelijk en druk plattelandstadje met een uitgebreid winkelcentrum en (niet onbelangrijk) een grote hoeveelheid pubs en restaurants. Leuk voor een dagje uit, maar nog leuker voor de vliegvisser die graag op forel vist. Omagh is namelijk de standplaats voor de Omagh Anglers Association die met ongeveer 600 leden de grootste en oudste hengelsportvereniging is van Noord Ierland. Deze vereniging beheert onder meer de rivieren Drumragh, Camowen, Strule en de Owenkillew. Alles bij elkaar goed voor meer dan 60 mijlen, toch zo n slordige 100 kilometer. Het leuke daarvan is dat bijna al die leden op zalm en zeeforel vissen en de bruine forel bijkans ongemoeid laten. Het gaat hier om echt wilde forel want op een proefperiode na, wordt er geen forel uitgezet. Het water en het insectenleven van deze rivieren is van een dusdanige kwaliteit dat uitzettingen van forel totaal overbodig zijn. De natuurlijke aanwas is namelijk groot te noemen. Kun je goed uit de voeten op de Duitse forelrivieren, dan kun je ook goed aan de slag op de rivieren van de Omagh Anglers Association. Toch adviseer ik je om een dag lang een gids te huren. De vereniging stelt je die tegen zeer betaalbare prijzen beschikbaar. Dat scheelt je het nodige zoekwerk. Niet alleen is er een macht aan beschikbaar water, maar ook het insectenleven steekt net iets anders in elkaar dan hier op het vaste land. Met een gids kom je niet alleen snel op de mooiste plekjes, maar hij weet je ook de juiste vliegen in je vliegendoos aan te wijzen. En zitten die er niet in, dan is hij niet te beroerd om je een paar vangende exemplaren te overhandigen. Zo ook Shane Colgan, onze gids die s ochtends om 8 uur geheel gekleed in Een fraaiere omgeving om op snoek te vissen is nauwelijks voorstelbaar. waadpak ons staat op te wachten. De vriendelijk aangeboden thee slaan we met enig ongeduld af. Na een paar dagen met de tweehandige hengel gevist te hebben, ben ik wel toe aan het meer lichtvoetige werk en wil ik zo snel als kan naar de waterkant. Een half uur later schuif ik dan ook voorzichtig de Drumragh River in, gewapend met een lichte aftma 4 hengel en een drijvende WF lijn. Eigenwijs als ik ben, heb ik de aangebo- 31
Een deel van de slordige 100 kilometer aan forelrivieren. den kleine Klinkåmers in dank aanvaard, maar wel keurig opgeborgen in mijn vliegendoos. In plaats daarvan knoop ik een CDC sedge aan de dunne leaderpunt en maak voorzichtig een worp stroomopwaarts. De rivier stroomt glad maar toch nog sneller dan ik verwacht had. De bodem is stevig en wordt gevormd door kleine kiezel. Het waden wordt alleen bemoeilijkt door waterkers die wiegend in de stroom grote lanen vormt. De eerste worp landt keurig twee meter boven een wegdeinende kring veroorzaakt door een Even later heb ik een goudgekleurde, stevige forel in handen. vis die iets onzichtbaars uit het wateroppervlak pakt. Mijn CDC volgt het laantje en exact op dezelfde plek verdwijnt de vlieg in een kring. Het heffen van de hengel is voldoende om de vis te haken. Die dan ook meteen de waterplanten inschiet. Behendig weet ik zijn vlucht te keren waarop hij zich omdraait en zijn heil stroomafwaarts zoekt. De dril verloopt met veel bravoure, maar even later heb ik een goud gekleurde, stevige forel in mijn handen. De vlieg is snel gelost en de forel zoekt haastig zijn standplaats weer op. Zie je wel, praat ik mezelf in overmoed toe, die eigen vliegen werken ook! Drie kwartier later sta ik 100 meter stroomopwaarts en wat ik ook doe, ik kan geen enkele vis meer verleiden tot stijgen. Links en rechts zie ik kringen, maar de CDC sedge wordt permanent geweigerd. Ook al het andere dat ik aanknoop vindt geen goedkeuring. Ten langen leste knoop ik een van de verkregen Klinkhåmers aan de leaderpunt en maak een proefworp op een ondiep stukje water onder de oever, om te zien hoe de vlieg drijft. Niet dieper dan tien centimeter is het daar, maar nog voordat de vlieg een halve meter drift, komt vanuit het diepere water een boeggolf te voorschijn. Slaan hoeft niet want de forel haakt zich zelf en verdwijnt in razende vaart stroomafwaarts. De dril is adembenemend in het zwaar begroeide water en er wordt zelfs een paar meter lijn van de reel getrokken. En weer mag ik een prachtig gekleurde forel landen. Het wordt een dag met een gouden randje, mede dankzij de deskundigheid van onze gids die al lopend en rennend zijn aandacht verdeeld over ons beiden. Kennis wordt gedeeld, informatie uitgewisseld. Er zijn geen geheimen meer. Ik maak hernieuwd kennis met de Blue Dun, maar dan gebonden als natte vlieg. En ik schenk een husseltje nimfen die in een diepe pool tot beider verbazing de een na de andere forel weten te verleiden. De dag loopt op zijn eind en onder een overhangende boom zie ik een forel met regelmaat stijgen. Het zijn diepe, ernstige kringen die hij veroorzaakt en ik vermoed een grote vis. Gehaast knip ik mijn natte vlieg van de leader en knoop er weer een Klinkhåmer aan, meer op de tast dan anders. Ongeduldig controleer ik de leader en voel een klein knoopje. Even twijfel ik, maar een nieuwe kring dwingt mij tot een worp die perfect uitkomt. Met veel bombarie wordt de vlieg genomen en meteen komt een twee pond zware forel het water uit. De vis bevriest op mijn netvlies en in de wazige foto ontwaar ik het knoopje. Wat weet een forel nou van een knoopje, denk ik nog. Het antwoord is ontnuchterend en ik staar naar een in de lucht fladderend stukje nylon. Alles dus! Hyppo Wanders Informatie Het vissen op de wateren van het landgoed Baronscourt is uitsluitend mogelijk via een boeking bij: De Vluchtende Visser Hogewoerd 167 2311 HL Leiden Tel. 071-5140844 - Fax. 071-5120250 E-mail: visreizen@devluchtendevisser.nl Internet: www.devluchtendevisser.nl 33