... Enkele weken geleden heeft u mij de CAO Waterbedrijven 2012-2014 toegestuurd, zoals deze tot en met 31 december 2014 is overeengekomen.



Vergelijkbare documenten
Oost kantoor Almelo. Werkgeversvereniging Waterbedrijven Postbus OO DL ARNHEM. Geachte heer,

Datum 21 augustus 2014 Vereniging Sociaal Comité van Werkgevers in de Groothandel in Textielgoederen en Aanverwante Artikelen ...

Kantoor Arnhem. Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. Secretariaat CAO voor de Tandtechniek Postbus GD UTRECHT.

kantoor Den Haag Vereniging Openbare Bibliotheken Postbus BC Den Haag Geachte mevrouw,

Kantoor Almelo. Werkgeversvereniging Uitgeverijbedrijf Postbus AA AMSTERDAM. Geachte heer,

Kantoor Almelo. WENb. Postbus DL ARNHEM. Geachte heer,

Belastingdienst/ Kantoor Almelo

Oost. WENb. Postbus DL ARNHEM. Geachte heer,,

Kantoor Almelo. Vereniging voor de Nederlandse Vleeswarenindustrie Postbus AB ZOETERMEER. Geacht heer,

... Betreft Beoordeling CAO voor de Graanbe- en verwerkende Bedrijven op fiscale aspecten

... Betreft CAO voor het Hoger Personeel in de Metalektro , algemeen verbindend verklaard tot en met 30 juni 2013

... In mijn brief van 14 maart 2013 heb ik u geïnformeerd over de beoordeling van de CAO Kabel & Telecom zoals die gold tot 1 april 2014.

Kantoor Arnhem. Werkgevers Vereniging Nederlandse Crematoria Postbus AB DEN HAAG. Geachte mevrouw,

... In de bijgevoegde rapportage informeer ik u over het resultaat van de beoordeling

kantoor Den Haag Stichting Raad van Overleg in de Metalektro (ROM) Postbus AK LEIDSCHENDAM Geachte heer,

Kantoor Almelo. Nederlandse Vereniging van Banken Postbus JK AMSTERDAM. Geachte mevrouw,

... De NVZ vereniging van ziekenhuizen kent een cao. De huidige cao heeft een looptijd van 1 maart 2011 tot 1 maart 2014.

Kantoor Arnhem. VZA Afdeling Arbeidszaken Postbus BN DEN HAAG. Geachte heer/mevrouw,

Haaglanden/kantoor Den Haag 'S-GRAVENHAGE. Raad Nederlandse Detailhandel. Postbus AD LEIDSCHENDAM. Geachte heer,

Kantoor Utrecht. Nederlandse Brood- en banketbakkers Ondernemers Vereniging Postbus AH GOUDA. Geachte heer,

... Ik verzoek u vriendelijk om de cao-partijen van de inhoud van deze brief op de hoogte te stellen.

kantoor Haarlem BETA t.a.v. secretariaat Postbus BC Rotterdam Geachte heer, mevrouw,

Artikel 6b Telewerken Artikel 11 Vergoeding overwerk Artikel 13 Regeling fietsenplan

Kennisgroep CAO Kantoor Utrecht. Nederlandse Zuivel Organisatie. Postbus AA Den Haag

kantoor Den Haag 'S-GRAVENHAGE Raad Nederlandse Detailhandel Postbus AD LEIDSCHENDAM Geachte heer,

Kantoor Eindhoven. Nederlandse Zuivel Organisatie La Tour Boogschutterstraat 9 B 7324 AE APELDOORN. Geachte heer, mevrouw,

... Betreft Cao voor de Groothandel in Vlakglas, het Glasbewerkings- en het Glazeniersbedrijf 2014

... Ik verzoek u vriendelijk om de cao-partijen van de inhoud van deze brief op de hoogte te stellen.

... Betreft beoordeling CAO voor het Hoger Personeel in de Metalektro op fiscale aspecten

... In mijn brief van 9 mei 2012 heb ik u geïnformeerd over de beoordeling van de CAO Kabel & Telecom zoals die gold tot 1 april 2012.

kantoor Den Haag Verbond van Verzekeraars Postbus AL DEN HAAG Geachte heer,

... Betreft Cao voor het Hoveniersbedrijf in Nederland , algemeen verbindend verklaard tot en met 29 februari 2016

... In mijn brief van 28 mei 2013 heb ik u geïnformeerd over de iscale aspecten van de cao voor het hoger beroepsonderwijs zoals deze toen gold.

Kantoor Arnhem. Vereniging Ambulancezorg Nederland Postbus AL ZWOLLE. Geachte mevrouw,

Kantoor Arnhem. Vereniging VACO. Postbus AA LEIDEN. Geachte heer/mevrouw,

... Ik verzoek u vriendelijk om de cao-partijen van de inhoud van deze brief op de hoogte te stellen.

Kantoor Rotterdam. RecronPostbus AC Driebergen. Geachte heer,

Kantoor Arnhem. Landelijke Huisartsen Vereniging Postbus LB UTRECHT. Geachte mevrouw,

Kantoor Arnhem. Vereniging van Recreatieondernemingen Nederland, RECRON. Postbus AC DRIEBERGEN. Geachte heer/mevrouw,

Kantoor Almelo. Vereniging MBO Raad Postbus DB WOERDEN. Geachte mevrouw,

Haaglanden/kantoor Den Haag 'S-GRAVENHAGE. Stichting Sociaal fonds Particuliere Beveiliging Postbus AR Gorinchem.

Kantoor Arnhem. Vereniging van Nederlandse Cateringorganisaties Postbus AR GORINCHEM. Geachte heer,

Midden- en kleinbedrijf Kantoor Eindhoven. Vereniging Zelfstandige Apotheken (VZA) Postbus BN Den Haag. Betreft: cao Apotheken 2017

Kantoor Arnhem. Vereniging van Nederlandse Cateringorganisaties. Postbus AR GORINCHEM. Geachte heer,

... Betreft Cao Glastuinbouw , algemeen verbindend verklaard tot en met 30 juni 2014

Kantoor Arnhem. Werkgeversorganisatie in de Sport. Postbus AD ARNHEM. Geachte heer/mevrouw,

kantoor Den Haag Stichting Raad van Overleg in de Metalektro (ROM) Postbus AK LEIDSCHENDAM Geachte heer,

Kantoor Eindhoven. Vakraad voor Houtverwerkende industrie Postbus LG Tilburg. Geachte heer/mevrouw,

Kantoor Almelo. CAO Partijen Schilders Postbus AA Waddinxveen. Geachte mevrouw,

Kantoor Utrecht ON 557-1Z*1ED. Koninklijke Vereniging van Nederlandse Houtondernemingen Postbus BJ ALMERE. Geachte heer,

Kantoor Eindhoven. Stichting Vakraad Metaal & Techniek t.a.v. de Directie Postbus AE DEN HAAG. Geachte heer, mevrouw,

Kantoor Almelo. Vereniging Hogescholen. Postbus CC DEN HAAG. Geachte heer,

Betreft: cao Groothandel in Textielgoederen en Aanverwante Artikelen 2017/2018

Oost-Brabant. Stichting Vakraad Metaal & Techniek t.a.v. de Directie Postbus AE DEN HAAG. Geachte heer, mevrouw,

Kantoor Eindhoven. Stichting Bedrijfsraad Motorvoertuigen en Tweewielerbedrijf t.a.v. het secretariaat Waterveste 1a 3992 DB Houten

Kantoor Arnhem. Algemene Kokswaren en Snackproducenten Vereniging. Postbus AB ZOETERMEER. Geachte heer/mevrouw,

kantoor Den Haag 'S-GRAVENHAGE Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland Postbus LT Den Haag Geachte heer,

Kantoor Almelo. Stichting FSO / KNV Busvervoer. Postbus AD CULEMBORG. Geachte heer,

Oost. Werkgeversvereniging AB Nederland. Postbus ZZ Wirdum. Geachte mevrouw,

Kantoor Almelo. ANKO/Brancheplatform Postbus AE HUIZEN. Geachte mevrouw,

Kantoor Rotterdam. Koninklijke Horeca Nederland. Postbus AN WOERDEN. Geachte heer,

Kantoor Arnhem. CUMELA Nederland. Postbus RJ NIJKERK. Geachte heer/mevrouw,

... Betreft CAO in de Metalektro , algemeen verbindend verklaard tot en met 30 juni 2013

Kantoor Almelo. PO-Raad Postbus AE UTRECHT. Geachte heer,

... In deze rapportage verwijs ik naar het Handboek Loonheffingen 2014, uitgave januari (hierna:

kantoor Den Haag Modint Postbus AK ZEIST Geachte mevrouw,

... Betreft CAO voor het Hoveniersbedrijf in Nederland , algemeen verbindend verklaard tot en met 28 februari 2013

Kantoor Almelo. CLC-VECTA De Corridor 5C 3621 ZA BREUKELEN. Geachte mevrouw,

1 Telefoon Telefax (0546) Kennisgroep CAO ...

kantoor Den Haag Stichting Vakraad Metaal en Techniek Postbus AE DEN HAAG Geachte heer,

Kantoor Almelo. Vereniging van Universiteiten Postbus ES DEN HAAG. Geachte mevrouw,

Kantoor Arnhem. De Nederlandse Veiligheidsbranche, sectie Evenementen- en Horecabeveiliging. Postbus AR GORINCHEM. Geachte heer/mevrouw,

Kantoor Eindhoven. Bond van Fabrikanten van Betonproducten Zaagmolenlaan GS Woerden. Geachte mevrouw,

Kantoor Arnhem. Federatie van de Groothandel in Levensmiddelen. Overgoo JZ LEIDSCHENDAM. Geachte heer/mevrouw,

Belastingdienst Rotterdam

kantoor Den Haag CUMELA Nederland Postbus BD NIJKERK Geachte mevrouw,

Kantoor Eindhoven. Stichting Vakraad voor de Timmerindustrie Postbus AA Bussum. Betreft: CAO voor de Timmerindustrie 2015/2017

Kantoor Eindhoven. Vakraad voor Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven Postbus AC Heemstede. Geachte heer/mevrouw,

Kantoor Rotterdam. Recron Postbus AC Driebergen. Geachte heer,

Kantoor Eindhoven. Landelijke Huisartsen Vereniging Postbus LB Utrecht

kantoor Den Haag AWVN Postbus AB DEN HAAG Geachte heer,

Kantoor Eindhoven. Branchevereniging VHG Postbus CA Houten. Betreft: CAO Hoveniersbedrijf in Nederland 2016/2018.

Betreft: beoordeling cao in het schoonmaak- en glazenwassersbedrijf op fiscale aspecten

... De beoordeling heeft plaatsgevonden naar de cao en naar de wet- en regelgeving zoals die gelden per 1 januari 2017.

Midden- en kleinbedrijf Land- en Tuinbouworganisatie (LTO) Nederland Bezuidenhoutseweg AL Den Haag

Kantoor Almelo. VO-raad Postbus RG UTRECHT. Geachte mevrouw,

kantoor Den Haag Actor Bureau voor sectoradvies Stationsweg AA WOERDEN Geachte heer,

Midden- en kleinbedrijf Kantoor Eindhoven. BOVAG t.a.v. het secretariaat Postbus DC Bunnik

Midden- en kleinbedrijf. Kantoor Almelo. Vereniging Hogescholen Postbus CC Den Haag

Kantoor Rotterdam. Vereniging voor de Nederlandse Vleeswarenindustrie De heer drs. J.H.G. Goebbels Postbus AB Zoetermeer

Kantoor Almelo. Centraal Orgaan voor de Vleessector Postbus AB ZOETERMEER. Geacht mevrouw,

3007 BB ROTTERDAM Telefoon

Kantoor Almelo. Koninklijke Vereniging OnderhoudNL Postbus AA WADDINXVEEN. Geachte heer,

Grote ondernemingen Kantoor Arnhem

kantoor Den Haag PO-Raad Postbus AE Utrecht Geachte heer,

Oost/kantoor Almelo ALMELO. Geachte heer,

Midden- en kleinbedrijf Kantoor Eindhoven. INretail. Arnhemse Bovenweg AG Zeist. Betreft: cao Retail Non-Food.

... Betreft Cao Besloten Busvervoer 2013, algemeen verbindend verklaard tot en met 31 december 2013

> Postbus CM UTRECHT

Kantoor Arnhem. Nederlandse Vereniging voor Dakdekkersbedrijven Hellende Daken, Het Hellende Dak. Postbus BB VEENENDAAL

Transcriptie:

Kantoor Almelo > Postbus 5105 7600 GL ALMELO Telefoon 0800-0543 Telefax (0546) 47 28 01 Kennisgroep CAO Werkgeversvereniging Waterbedrijven Postbus 9009 68OO DL ARNHEM Datum 28 mei 2013 Uw kenmerk Betreft Beoordeling CAO Waterbedrijven 2012-2014 op fiscale aspecten Kenmerk Geachte heer, Enkele weken geleden heeft u mij de CAO Waterbedrijven 2012-2014 toegestuurd, zoals deze tot en met 31 december 2014 is overeengekomen Deze cao heb ik beoordeeld op fiscale aspecten van de loonheffingen Het doel hiervan is onder meer dat werkgevers zo goed mogelijk in staat zijn om hun fiscale verplichtingen na te komen Ik heb de beoordeling beperkt tot de in mijn ogen belangrijkste fiscale aspecten In de bijgevoegde rapportage informeer ik u over het resultaat van deze beoordeling Wellicht ten overvloede vermeld ik dat u aan deze beoordeling alleen vertrouwen kunt ontlenen voor zover ik fiscale aspecten expliciet benoem De beoordeling heeft plaatsgevonden naar de wet- en regelgeving zoals die geldt per 1 januari 2013 en is dus inclusief regels rondom de werkkostenregeling Ik verzoek u om de cao-partijen van de inhoud van deze brief op de hoogte te stellen Ik ga ervan uit dat ik u hiermee voldoende heb geïnformeerd Indien u vragen of opmerkingen heeft, kunt u mij bereiken op bovengenoemd doorkiesnummer Uiteraard kunt u ook bij mij terecht als u informatie wenst over de fiscale aspecten van niet in deze beoordeling genoemde cao-bepalingen Hoogachtend, namens de inspecteur Kennisgroep CAO ON 545-1Z*1ED Bezoekadres In uw antwoord datum en kenmerk van deze brief vermelden Stationsstraat 5 ALMELO

2 Algemeen In deze rapportage verwijs ik naar het Handboek Loonheffingen 2013 (hierna: Handboek) Dit Handboek bestaat uit twee versies: het Handboek Loonheffingen 2013 Werkkostenregeling en het Handboek Loonheffingen 2013 Vrije vergoedingen en verstrekkingen Deze laatste versie is bedoeld voor werkgevers die nog niet gebruik maken van de werkkostenregeling en de oude regelgeving (overgangsregeling) toepassen Indien de nummering van paragrafen en hoofdstukken in beide versies van het Handboek uiteenloopt, verwijs ik in de rapportage eerst naar het Handboek Loonheffingen 2013 Werkkostenregeling en vervolgens naar het Handboek Loonheffingen 2013 Vrije vergoedingen en verstrekkingen U kunt beide versies van het Handboek raadplegen op of downloaden van de internetsite van de Belastingdienst (wwwbelastingdienstnl) Uiteraard vindt u hier ook steeds het laatste nieuws, waarover u zich ook door middel van een rss-feed kunt laten informeren De door de Belastingdienst uitgevoerde cao-beoordelingen zijn ook te vinden op de site van de Belastingdienst, wwwbelastingdienstnl, met de zoekterm cao-beoordelingen Met ingang van 1 januari 2011 is de werkkostenregeling ingevoerd Dit is de nieuwe regeling van kostenvergoedingen en voorzieningen (verstrekkingen en het ter beschikking stellen van zaken) voor de werknemer Hiertoe is de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB) gewijzigd en zijn ook de uitvoeringsbepalingen herschreven De nieuwe uitvoeringsbepalingen zijn vervat in de Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011 (hierna: URLB 2011) De Uitvoeringsregeling loonbelasting 2001 is vervallen De werkkostenregeling houdt kort gezegd in dat de werkgever een vrije ruimte heeft van - in 2013-1,5% van het totaal van de individuele fiscale lonen van zijn werknemers Tot dit bedrag kan de werkgever onbelast kostenvergoedingen en voorzieningen geven aan zijn werknemers Daarnaast gelden nog enkele specifieke vrijstellingen en bovendien zijn er voorzieningen die de werkgever, hoewel ze als loon (in natura) zijn aan te merken, tegen een lagere waarde of nihilwaarde in aanmerking mag nemen De werkgever kan in de jaren 2011, 2012 en 2013 jaarlijks, aan het begin van het jaar, kiezen om de oude regelgeving (overgangsregeling) toe te passen In dat geval hanteert hij de regelgeving zoals die luidde per 31 december 2010 Inmiddels heeft de staatssecretaris bekend gemaakt dat de werkgever ook in 2014 kan kiezen om de oude regelgeving toe te passen Meer informatie over de werkkostenregeling kunt u vinden op de site van de Belastingdienst met de zoekterm wkr De (loon)begrippen voor de diverse wetten waarop de loonheffingen zijn gebaseerd kunnen verschillen De loonheffingen bestaan uit de loonheffing (loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen), de premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) Ook voor de toepassing van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen (hierna: WVA) geldt dat soms sprake is van afwijkende begrippen Als sprake is van loon voor de loonheffingen en tevens van WVA-loon, dan gebruik ik de term loon Artikel 16 Pensioenregeling en flexibel uittreden Voor de volledigheid merk ik op dat de pensioenregeling en de regeling voor flexibel uittreden geen onderdeel van deze beoordeling uitmaken Artikel 223 Beloningen van derden Dit artikel bepaalt dat de werknemer enkel met uitdrukkelijke goedkeuring van de werkgever beloningen en dergelijke van derden mag aannemen Wanneer de werknemer zonder medeweten van de werkgever loon van derden ontvangt, onder welke naam dan ook, valt dit niet onder het bereik van de Wet LB In dat geval moet de werknemer dat loon als inkomen in zijn aangifte inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen aangeven

3 Als sprake is van dergelijk mèt toestemming van de werkgever aanvaard loon behoort dat - wel - tot het loon waarover de werkgever loonheffingen moet inhouden Bij twijfel kan de werkgever of de werknemer desgewenst de fiscale gevolgen met de bevoegde inspecteur afstemmen Artikel 231 Werkgeversbijdrage vakorganisaties In dit artikel is overeengekomen dat de werkgever jaarlijks aan de bij de cao betrokken vakorganisaties een bijdrage in de kosten van het scholings- en vormingswerk zal verlenen van 19,52 (per werknemer/fte, prijspeil per 1 januari 2013) Deze betaling behoort in deze context niet tot het loon, omdat er geen sprake is van een schuld van de werknemer die de werkgever voor zijn rekening neemt Er kan wel sprake zijn van loon als de werkgever kan bepalen wat zijn eigen werknemer in dit verband (via de vakorganisatie) weer zal genieten De werkgever kan in een concreet geval, eventueel onder verwijzing naar deze brief, uitsluitsel vragen aan de bevoegde inspecteur Artikel 232 Facilitering vakbondscontributie Dit artikel opent de mogelijkheid om op bedrijfsniveau, als onderdeel van de fiscale ruimte van de werkkostenregeling, afspraken te maken om loon te ruilen met een vergoeding voor vakbondscontributie Wellicht ten overvloede merk ik dit verband op dat een vergoeding voor de contributie in de werkkostenregeling tot het loon van de werknemer behoort De werkgever kan deze vergoeding echter als eindheffingsloon aanwijzen en, voor zover die toereikend is, in zijn vrije ruimte onderbrengen Artikel 33 Medische keuringen Volgens dit artikel is op medische keuringen in verband met het aangaan of wijzigen van een arbeidsverhouding de Wet op de medische keuringen van toepassing Daarbij is tevens bepaald dat de kosten van de medische keuring voor rekening van de werkgever komen Voor de fiscale aspecten van dit artikel is van belang of de werkgever de werkkostenregeling toepast Als de werkgever de werkkostenregeling toepast en de keuring plaatsvindt op de werkplek èn de keuring tevens als een voorziening op grond van de Arbeidsomstandighedenwet kwalificeert, geldt voor de voorziening een zogenoemde nihilwaardering Feitelijk betekent dit dat de waarde van de voorziening weliswaar tot het loon behoort, maar dat zij toch (door de nihilwaardering) onbelast blijft Van belang is onder meer dat sprake moet zijn van een voorziening Deze term is bedoeld om vergoedingen uit te sluiten Als de werkgever aan de werknemer de kosten van een keuring vergoedt, behoort de vergoeding tot het loon voor de loonheffingen Ik verwijs naar paragraaf 2025 van het Handboek Als de werkgever de werkkostenregeling (nog) niet toepast geldt de facto géén uitsluiting voor vergoedingen Evenmin geldt als voorwaarde dat de keuring op de werkplek plaats moet vinden Wel geldt onverkort de voorwaarde dat de voorziening of vergoeding op de Arbeidsomstandighedenwet moet zijn gebaseerd Ik verwijs naar paragraaf 193 van het Handboek Artikel 36 Uitkering bij ontslag Op grond van dit artikel heeft de werknemer bij het einde van zijn arbeidsovereenkomst, onder voorwaarden, recht op een uitkering ten bedrage van één maal het laatst door hem genoten maandinkomen plus de vakantie- en eindejaarsuitkering Een dergelijke gratificatie bij het einde van de dienstbetrekking zal in veel gevallen tot het loon voor de loonheffingen behoren Ik verwijs naar de paragrafen 1915 en eventueel 1921 / 1815 en 1821 van het Handboek

4 Artikel 426 Schadevergoeding bij intrekken verlof Volgens dit artikel kan de werkgever reeds verleend verlof intrekken als het bedrijfsbelang daar om vraagt Als de werknemer daar schade van heeft moet de werkgever die vergoeden In voorkomende gevallen behoort een dergelijke schadeloosstelling mogelijk niet tot het loon De werkgever kan in concrete situaties, eventueel onder verwijzing naar deze brief, uitsluitsel vragen aan de voor hem bevoegde inspecteur Artikel 46 Consignatievergoeding Dit artikel, dat onder meer het recht op een consignatievergoeding regelde, is per 22 april 2013 vervallen Per deze datum gelden voor consignatievergoedingen bedrijfsregelingen De consignatievergoeding behoort tot het loon Als sprake is van een werknemer zonder vast overeengekomen arbeidsduur, dan geldt voor de berekening van de uren nog het volgende Bij het bepalen van de deeltijdfactor tellen niet zonder meer alle uren mee die de werknemer bereikbaar moet zijn De werkgever mag deze uren (fictief) bepalen door het percentage van het doorbetaalde loon te vermenigvuldigen met het totale aantal uren van de bereikbaarheidsdienst Voorbeeld: een werknemer moet thuis gedurende acht uren bereikbaar zijn en ontvangt daarvoor 50 Het normale uurloon van deze werknemer bedraagt 12,50 De werkgever betaalt dus 50% van het loon (dat is het percentage van het doorbetaalde loon) De werkgever mag dan bij het bepalen van de deeltijdfactor rekening houden met (50% van acht uren =) vier gewerkte uren Ik verwijs naar paragraaf 25111 / 24111 van het Handboek Artikel 63 Vergoeding zorgverzekering Volgens dit artikel heeft de werknemer, onder voorwaarden, recht op een maandelijkse vergoeding zorgverzekering Wellicht ten overvloede merk ik op dat deze vergoeding tot het loon behoort Ik verwijs naar paragraaf 1911 / 1811 van het Handboek Artikel 64 Ziektekosten in geval van een bedrijfsongeval Volgens dit artikel heeft de werknemer die door een bedrijfsongeval arbeidsongeschikt raakt, onder nadere voorwaarden, recht op een vergoeding van kosten van geneeskundige behandeling of verzorging Twee van deze nadere voorwaarden zijn dat er kosten te zijnen laste blijven en dat deze kosten, naar het oordeel van de werkgever, noodzakelijk zijn gemaakt Daarbij is tevens bepaald dat de werkgever omtrent het bepaalde in dit artikel nadere voorschriften kan geven Deze bepaling heeft in deze vorm geen directe fiscale gevolgen Wel behoort een eventuele vergoeding of verzorging die voortvloeit uit deze bepaling normaliter tot het loon Dit kan anders zijn als de werkgever gebruik maakt van de mogelijkheid om nadere voorschriften te geven Dan kan bijvoorbeeld sprake zijn van een aanspraak, in de vorm van een (aanvullende) ziektekostenregeling De waarde van een dergelijke aanspraak behoort in beginsel tot het loon (zie paragraaf 1911 / 1811 van het Handboek) In dat geval behoort een vergoeding of verzorging op grond van die aanspraak niet tot het loon Een andere mogelijkheid is dat sprake is van een (tot het bedrag van ziektekosten gemaximeerde) uitkering bij invaliditeit als gevolg van een ongeval (zie paragraaf 1917 / 1817 van het Handboek) In dat geval behoort niet de aanspraak maar de uitkering tot het loon De werkgever kan in concrete situaties, eventueel onder verwijzing naar deze brief, uitsluitsel vragen aan de voor hem bevoegde inspecteur

5 Artikel 661 Uitkering bij overlijden Deze paragraaf bevat het recht op een uitkering bij overlijden ter grootte van het salaris over drie maanden en het resterende tijdvak in de maand waarin de werknemer overlijdt Voor de gevolgen van (de aanspraak op) een (eenmalige) overlijdensuitkering voor de loonheffingen verwijs ik naar paragraaf 1918 / 1818 van het Handboek In deze paragraaf staan uitvoerig de gevolgen beschreven van een aantal te onderscheiden situaties Een overlijdensuitkering behoort niet tot het WVA-loon Ik verwijs naar paragraaf 25110 / 24110 van het Handboek De uitkering waarop de CAO recht geeft is, samen met de doorbetaling over de maand waarin de werknemer overlijdt, hoger dan drie maal het loon over een maand Hierdoor is een deel van de aanspraak belast Dat is niet het geval als de werkgever het deel van de uitkering dat betrekking heeft op het resterende tijdvak in de maand van overlijden als regulier loon belast Hoofdstuk 7 Inzetbaarheidsbudget Dit hoofdstuk regelt het inzetbaarheidsbudget (IB), dat gericht is op vergroting van de inzetbaarheid van de werknemer De werknemer ontvangt het IB jaarlijks per 1 januari op voorschotbasis Jaarlijks moet de werknemer met zijn leidinggevende, tijdens een gesprek over zijn inzetbaarheid, de besteding van het IB bespreken De CAO vermeldt vijf doelen waar de werknemer het IB aan kan besteden: sparen en opnemen van verlof ten gunste van een betere balans werk/privé; aankoop van extra pensioen; sparen voor levensloopverlof; een fitness abonnement; niet vergoede scholingskosten De werknemer kan, mits het gesprek met zijn leidinggevende heeft plaatsgevonden, er ook voor kiezen zijn opgebouwd of resterende budget in geld te laten uitkeren of te sparen In fiscaal opzicht vormt - de toekenning van - het IB voorwaardelijk loon Pas nadat het gesprek over de inzetbaarheid plaats heeft gevonden kan de werknemer het budget aanwenden en daarmee - eventueel - loon genieten De fiscale gevolgen zijn afhankelijk van de aanwending van het budget: Sparen en opnemen van verlof ten gunste van een betere balans werk/privé; Voor zover de werknemer kiest voor verlof ontstaat een aanspraak op vakantie(verlof) Aanspraken op vakantieverlof behoren als zodanig niet tot het loon voor zover deze aan het eind van het kalenderjaar, samen met aanspraken op compensatieverlof, niet meer bedragen dan de arbeidsduur per week, gerekend over een periode van 50 weken De doorbetaling tijdens vakantiedagen behoort in dat geval uiteraard wel tot het loon Ik verwijs naar paragraaf 1913 / 1813 van het Handboek Het sparen en opnemen van verlof kan tot een regeling voor vervroegde uittreding leiden (zie hierna bij de fiscale aspecten van Hoofdstuk 8 van de CAO) Aankoop van extra pensioen; Voor zover de werknemer binnen de daarvoor geldende kaders kiest voor extra pensioen is sprake van een vrijgestelde aanspraak Sparen voor levensloopverlof; Per 1 januari 2012 is het niet meer mogelijk om deelnemer te worden aan een levensloopregeling Bestaande deelnemers kunnen, afhankelijk van de omvang van hun spaartegoed op 31 december 2011, blijven deelnemen of moeten gebruik maken van overgangsrecht Ik verwijs voor een uitvoerige toelichting naar de paragrafen 222 en 223 / 212 en 213 van het Handboek en de site van de Belastingdienst: wwwbelastingdienstnl, met de zoekterm levensloop

6 Een fitness abonnement; Voor zover de werknemer het budget aanwendt voor de aanschaf van een fitness abonnement is sprake van loon voor de loonheffingen Als de werkgever de werkkostenregeling nog niet toepast kan onder specifieke voorwaarden een vrijstelling van toepassing zijn Ik verwijs naar paragraaf 194 van het Handboek Vrije vergoedingen en verstrekkingen Niet vergoede scholingskosten Voor zover de werknemer het budget aanwendt voor scholingskosten kan, onder voorwaarden, een vrijstelling van toepassing zijn Ik verwijs naar de paragrafen 2014 en 2015 / 1911 en 1938 van het Handboek Voor zover de werknemer het budget in geld laat uitkeren is sprake van loon voor de loonheffingen Voor zover de werknemer het budget spaart, hoeft de werkgever op dat moment geen genietingsmoment in aanmerking te nemen zoals bedoeld in artikel 13a Wet LB Daarbij geldt wel als uitdrukkelijke voorwaarde dat, voor zover de werknemer niet later in datzelfde kalenderjaar alsnog zijn budget aanwendt, de werkgever het gespaarde budget uiterlijk in de maand december verloont In dit verband verwijs ik tevens naar de fiscale aspecten bij Hoofdstuk 8 van de CAO Hoofdstuk 8 Flexibel Arbeidsvoorwaarden Budget Dit hoofdstuk regelt het Flexibel Arbeidsvoorwaarden Budget (FAB), dat bedoeld is om de werknemer meer mogelijkheden te geven om zelf een goede balans tussen werk en privéleven te organiseren Het FAB is een maandelijks budget dat de werknemer naar eigen keuze voor bepaalde arbeidsvoorwaarden kan inzetten Uit de CAO blijkt niet voor welke arbeidsvoorwaarden de werknemer het FAB in kan zetten Evenmin blijkt of de werknemer ruimte heeft om zijn keuze eventueel op te schorten De fiscale gevolgen van het FAB laten zich daardoor niet (goed) duiden Het FAB vertoont enige overeenkomst met zogenoemde benefit budget achtige regelingen Ten aanzien van enkele van dergelijke concrete regelingen heeft de Belastingdienst het standpunt ingenomen dat enig uitstel van het genietingsmoment niet tot een fiscaal genietingsmoment leidt, tenzij het een ongebruikelijk uitstel is Een belangrijk voorwaarde hierbij is dat jaarlijks uiterlijk in december de met het uitstel samenhangende reserveringen van het budget volledig worden besteed Voor zover de werknemer in december geen definitieve keuze heeft gemaakt moet de werkgever het saldo als onbenoemd loon belasten Het FAB en het IB bevatten mogelijkheden om deze budgetten aan te wenden voor extra verlofrechten Het aankopen en naderhand aanwenden van deze verlofrechten kan tot een regeling voor vervroegde uittreding leiden Als een werknemer voortijdig stopt met - in voldoende mate - werken kan in fiscaal opzicht sprake zijn van een regeling voor vervroegd uittreden (hierna: RVU) In geval van een RVU is de werkgever, naast de reguliere heffing, een eindheffing verschuldigd van 52% over de werkgeversbijdrage aan die regeling Ik verwijs naar de paragrafen 1942 / 1842 en 243 / 237 van het Handboek In bepaalde situaties leidt het (tijdelijk) minder werken of zelfs volledig stoppen met werken niet tot een RVU Van een RVU is onder meer geen sprake als de vermindering van de arbeidsduur volledig het gevolg is van het opnemen van levensloopverlof Evenmin kan een RVU ontstaan enkel door het opnemen van stuwmeerverlof, mits aan de volgende cumulatieve voorwaarden is voldaan: - de aanspraken op verlof bedragen niet meer dan de arbeidsduur per week gerekend over een periode van vijftig weken; - de verlofaanspraken worden niet op een zodanig moment toegezegd dat opname alleen nog mogelijk is voorafgaande aan pensioen; - aan het toekennen van de (extra) verlofaanspraken wordt niet de voorwaarde verbonden dat de werknemer het verlof voorafgaande aan pensioen moet opnemen

7 Ook combinaties van levensloopverlof en stuwmeerverlof (bijvoorbeeld wekelijks twee dagen levensloopverlof en drie dagen stuwmeerverlof) leiden niet tot een RVU Echter, bij samenloop van bovenbedoelde verlofsoorten met een seniorenregeling kan wèl een RVU ontstaan Bij zo'n samenloop is van belang dat de werknemer wekelijks in voldoende mate feitelijk blijft werken Voldoende betekent: ten minste de helft van de arbeidsduur in het laatste kalenderjaar voorafgaand aan het begin van de periode die aanvangt tien jaar direct voorafgaande aan de in de pensioenregeling vastgestelde ingangsdatum Daarbij hoeft de werkgever overigens geen rekening te houden met ziekte, arbeidsongeschiktheid of in het (betreffende) kalenderjaar toegekend (regulier) vakantieverlof Zie hiervoor ook het Vraag en Antwoord 12-003 van 9 mei 2012 op wwwbelastingdienstpensioensitenl Voor de volledigheid merk ik op dat het aankopen van verlofrechten gevolgen kan hebben voor het pensioengevend salaris Ik verwijs naar het besluit van 9 september 2010, nr DGB2010-2733M Ook dit besluit is raadpleegbaar via wwwbelastingdienstpensioensitenl Artikel 95 Afbouwregeling reiskosten Dit artikel voorziet onder meer in een afkoopbedrag bij het beëindigen van de reiskostenvergoeding Daarnaast wekt het artikel de indruk dat mogelijk sprake kan zijn van een samenloop van bedrijfsvervoer met een reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer Een uitkering als afkoop omdat een reiskostenvergoeding niet wordt gecontinueerd behoort in het algemeen, als zodanig, tot het loon voor de loonheffingen De vergoeding ziet immers niet op reiskosten, maar op de afkoop van een reiskostenvergoeding Wellicht ten overvloede merk ik op dat voor zover er sprake is van vervoer vanwege de werkgever er geen ruimte is voor het onbelast vergoeden van reiskosten Ik verwijs naar paragraaf 219 / 209 van het Handboek Artikel 96 Telewerken Volgens dit artikel kunnen de werkgever en de werknemer in een telewerkovereenkomst nadere afspraken maken om thuis te werken of te telewerken Voor de fiscale aspecten van dit artikel is van belang of de werkgever wel of niet de werkkostenregeling toepast Als de werkgever de werkkostenregeling toepast geldt dat een werkruimte in de eigen woning van de werknemer niet als werkplek kwalificeert Fiscaal geldt voor sommige werkplekvoorzieningen, al dan niet onder voorwaarden, een nihilwaardering Dit betekent dat de voorziening als zodanig weliswaar loon vormt maar feitelijk, door dit loon op nihil te waarderen, toch onbelast blijft Omdat de werkruimte thuis géén werkplek in fiscale zin is, kan in beginsel geen nihilwaardering gelden De enige uitzondering betreft voorzieningen die rechtstreeks uit het arbeidsomstandighedenbeleid voortvloeien dat de werkgever op grond van de Arbeidsomstandighedenwet voert Uitsluitend voor deze voorzieningen kwalificeert de werkruimte thuis wèl als werkplek in fiscale zin Uitsluitend deze voorzieningen komen dus in aanmerking voor een nihilwaardering Ik verwijs naar paragraaf 20213 van het Handboek Tevens verwijs ik naar onderdeel 410 van het besluit van 25 november 2011, nr BLKB2011/1828M, waarin meer informatie is opgenomen over het begrip werkplek Als de werkgever de werkkostenregeling (nog) niet toepast gelden voor de werkruimte thuis en de inrichting hiervan aparte fiscale regels Voor meer informatie over de vergoeding van de kosten van thuis telewerken verwijs ik naar paragraaf 1945 van het Handboek

8 Artikel 103 Vergoeding reiskosten met eigen vervoermiddel Volgens dit artikel ontvangt de werknemer die voor een dienstreis een eigen motorvoertuig gebruikt een kilometervergoeding van 0,33 per kilometer Wellicht ten overvloede merk ik op dat de maximale onbelaste vergoeding van zakelijke kilometers, ongeacht het vervoermiddel, 0,19 per kilometer bedraagt Voor een uitgebreide behandeling van de fiscale aspecten van reiskosten verwijs ik naar hoofdstuk 21 / 20 van het Handboek Artikel 105 Vergoeding verblijfkosten Volgens dit artikel heeft de werknemer die tijdens een dienstreis verblijfkosten maakt, recht op een vergoeding van de werkelijke, naar het oordeel van de werkgever in redelijkheid gemaakte kosten Voor wat betreft de vergoeding van verblijfkosten geldt als hoofdregel dat deze niet tot het loon behoort als is voldaan aan twee voorwaarden: - de vergoeding is voor kosten die de werknemer voor de verwerving van zijn loon maakt; - de kosten zijn redelijkerwijs noodzakelijk voor een behoorlijke vervulling van de dienstbetrekking Voor een meer uitgebreide behandeling van de fiscale aspecten van deze vergoeding verwijs ik naar paragraaf 46 van het Handboek Hoofdstuk 11 Employabilitybudget Dit hoofdstuk regelt het employabilitybudget, dat beoogt om de werknemer beter uit te rusten om onder veranderende marktomstandigheden nieuw werk te vinden Elke werknemer krijgt een trekkingsrecht voor een budget van 3000 per drie kalenderjaren De werknemer kan dit budget uitsluitend besteden aan: testen en scans (waaronder loopbaanscan en employabilityscan); loopbaanadvisering; coaching op eigen verzoek; oriëntatiestage; oriëntatie gericht op het starten van een eigen bedrijf Indien de medewerker het budget na drie jaar niet volledig heeft gebruikt vervalt het budget en start een nieuwe budgetperiode In fiscaal opzicht vormt - de toekenning van - het employabilitybudget voorwaardelijk loon De werknemer geniet dit loon pas zodra hij het budget besteedt Op dat moment moet de werkgever de fiscale gevolgen beoordelen Als de werkgever de werkkostenregeling nog niet toepast is mogelijk sprake van een vrije vergoeding Een vergoeding voor de kosten van een loopbaanscan kunnen bijvoorbeeld, ook zonder dat concreet van outplacement sprake is, onder omstandigheden kwalificeren als een vergoeding die naar maatschappelijke opvattingen niet als een beloningsvoordeel wordt ervaren Indien de werkgever de werkkostenregeling toepast zal nog eerder sprake kunnen zijn van loon Als concreet sprake is van outplacement geldt mogelijk een gerichte vrijstelling Indien een werkgever twijfelt over de fiscale gevolgen van de vergoeding en forse risico s wil vermijden kan hij, eventueel onder verwijzing naar deze brief, uitsluitsel vragen aan de voor hem bevoegde inspecteur

9 Artikelen 113 en 116 Vergoeding voor en terugbetaling van kosten van studie en opleiding Dit artikel bepaalt dat de werknemer, onder voorwaarden, recht heeft op een vergoeding van studie en opleiding Vergoedingen in verband met een studie of een opleiding die een werknemer volgt behoren, voor zover er werkelijk sprake is van beroeps- of studiekosten, niet tot het loon Een gehele of gedeeltelijke terugbetaling van een vergoeding die niet tot het loon behoort, komt niet in mindering op het loon Zie de paragrafen 492 en 2015 / 492 en 1938 van het Handboek Zie ook het besluit van 25 november 2011, nr BLKB2011/1828M Artikel 1311 Tegemoetkoming in de verhuiskosten bij werkloosheid Volgens dit artikel heeft de werknemer, onder voorwaarden, recht op een verhuiskostenvergoeding als de verhuizing noodzakelijk is voor een nieuw dienstverband In het algemeen kan een werkgever verhuiskosten die bij een werknemer opkomen omdat hij een dienstbetrekking elders aanvaardt niet onbelast vergoeden Als een werkgever dergelijke kosten, in feite kosten van een andere dienstbetrekking van de werknemer, toch vergoedt is die vergoeding in beginsel belast Uiteraard kan de nieuwe werkgever, beoordeeld vanuit de nieuwe dienstbetrekking, die kosten mogelijk wel onbelast vergoeden In bijzondere situaties kan de werkgever ook een onbelaste verhuiskostenvergoeding geven aan de werknemer waar hij de dienstbetrekking mee beëindigt Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als vanwege het einde van de dienstbetrekking de werknemer niet langer van een dienstwoning gebruik kan maken Indien een werkgever twijfelt over de fiscale gevolgen van de verhuiskostenvergoeding en forse risico s wil vermijden kan hij, eventueel onder verwijzing naar deze brief, contact opnemen met de voor hem bevoegde inspecteur Hoofdstuk 14 Verhuiskosten Volgens dit hoofdstuk ontvangt de werknemer die in opdracht van de werkgever verhuist, onder voorwaarden, een vergoeding van verhuiskosten Tevens regelt dit hoofdstuk wanneer een werknemer een verhuiskostenvergoeding eventueel terug moet betalen De in dit hoofdstuk opgenomen voorwaarden voor het toekennen van een vergoeding zijn identiek aan de fiscale voorwaarden zoals die voor een vrijgestelde vergoeding of gerichte vrijstelling gelden (zie eventueel paragraaf 2016 / 1941 van het Handboek) Een terugbetaling van een vergoeding die niet tot het loon behoort, komt niet in mindering op het loon Zie paragraaf 492 van het Handboek Bijlage 5 Overgangsregeling diensttijdgratificatie Door de invoering van het Flexibel Arbeidsvoorwaarden Budget vervalt, voor een deel van de werknemers, op termijn het recht op een diensttijdgratificatie Bijlage 5 bevat overgangsrecht waardoor, onder meer: bepaalde werknemers tot 65 jarige leeftijd recht houden op een diensttijdgratificatie; bepaalde werknemers tot 2016 recht houden op een diensttijdgratificatie; bepaalde werknemers per 1 januari 2016 recht hebben op een gratificatie naar evenredigheid Fiscaal geldt dat een gratificatie bij een 25- en 40-jarig dienstverband vrijgesteld is tot maximaal het loon over een maand De in de CAO opgenomen regeling leidt in (nagenoeg) alle denkbare situaties tot een gratificatie die tenminste voor een deel tot het loon voor de loonheffingen behoort Als een werkgever - gedeeltelijk - van de fiscale diensttijdvrijstelling gebruik wil maken en forse risico s wil vermijden doet hij er verstandig aan elke betaling op basis van de overgangsregeling nauwkeurig op haar fiscale merites te beoordelen