30 Augustus. Dank zij de goedheid van de HERE zijn wij niet omgekomen. Hij blijft voor ons zorgen. Klaag. 3:1-21. Klaag. 3:22-33

Vergelijkbare documenten
Klaagliederen 1. Het eerste lied

14 God ging steeds voor hen uit, overdag in een wolk, s nachts in licht en vuur.

Ik heb u altijd duidelijk verteld wat zou gaan gebeuren, zodat u het allemaal goed kon begrijpen.

2 U geeft mij moed, God! Ik wil muziek maken en zingen, met heel mijn hart.

1 Joël, de zoon van Petuel, was een profeet. De Heer sprak tegen hem. Nu volgt wat Joël van de Heer moest zeggen.

1 Maleachi was een profeet. Hij moest een boodschap van de Heer doorgeven aan Israël. Hier volgen de woorden van Maleachi.

29 Augustus Jeremia's Klaagliederen

1 Habakuk was een profeet. God liet hem in een droom weten wat er zou gebeuren.

30 September. Israëls herstel na de straf. Psa. 107

"Dank de HERE! Want Hij is goed en Zijn goedheid en trouw zijn eeuwig!" Ik zal dit land weer net zo gelukkig en welvarend maken als vroeger.

Liturgie 24 maart Geert Jan van Dijk (TEAR) / Evert ten Ham

27 Juli. zegt de HERE,

Het wonder van het kruis. De omwisseling aan het kruis

Binnenkomst in stilte in de donkere kerk. We zingen:

Een psalm van Asaf. Een lied voor de koordirigent. Te zingen op de wijs van: 'Verderf niet'.

Ik verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in het huis des HEEREN gaan. Onze voeten zijn staande in uw poorten, o Jeruzalem!

19 September. Gebed van het volk als van een aangeslagen mens. Psa. 102

Liederen voor zondag 3 december 2017

10 September. Bildad. GOD IS RECHTVAARDIG. Toen zei de Suhiet Bildad tegen Job: BEROEP OP GELEERDHEID. ZEKERHEID WORDT IN GOD GEVONDEN.

3 maart uur ZJC van Harten orgel: Peter Sneep schriftlezing: Rinke Larooy

29 April Psalmen van Vreugde en Lofzang

1. Bij een nieuw begin

Psalm 1. 6 De Heer beschermt mensen die leven zoals hij het wil. Maar met slechte mensen loopt het verkeerd af. Psalm 2

4 Heer, u hebt aan de mensen uw regels gegeven. Zo weet ik wat ik moet doen. 5 Ik wil leven volgens uw wetten, en dat volhouden, elke dag weer.

- GK gezang 174 = LB 221 (zo vriendelijk en veilig als het licht)

Andreaskerk zondag 16 oktober :00 uur. Thema: Sprakeloos ORDE VAN DIENST

De angst van een stervend mens die zich afvraagt of God hem hoort.

20 April. Gebed om verlossing uit de handen van vijanden. Gebed om redding van vijanden. Psa. 13. Een psalm van David voor de koordirigent. Psa.

6 Mei Psalmen die Diverse Gevoelens Uitdrukken

Met open armen Schrijvers voor gerechtigheid

September 2017 / Ik hef mijn ogen op naar de bergen / OTH 2015 nr 56 / Opwekking 640

0 Daar staat de troon al opgericht, daar zetelt de gezalfde Zoon, in Davids stad, op Davids troon, al wie Hem haatten schamen zich en bloeien zal zijn

Votum en groet We belijden dat onze hulp en verwachting van God komt.

DE HEMEL, GODS PRACHTIGE THUIS

DE HEMEL, GODS PRACHTIGE THUIS

14 Juli HERSTEL IS BEWIJS VAN GODS MACHT. BABYLON ZAL TEN VAL KOMEN. HET VERLEDEN IS VOORBIJ. Jes. 43:8-13. Jes. 43:14,15. Jes.

2 Petrus 1. Begin van de brief

Samen met Jezus op weg

L

Hoop in onzekere tijden. Daniël: Gebed & Antwoord

Welke in Gods ogen juiste handeling had Saul na de dood van Samuel laten uitvoeren?

Wat was de koning van Syrië van plan? tegen Israël en pleegde overleg met zijn dienaren en zei: Mijn legerkamp moet op die en die plaats zijn.

Wie kreeg van God de opdracht om te pleiten voor de profeet Jeremia?

31 Juli. JEREMIA VOELT DRUK. Toen zei Jeremia: RAMPSPOED UITGELEGD. Toen zei de HERE: JEREMIA KLAAGT. Toen zei Jeremia: Jer. 15:10,11. Jer.

1 Tessalonicenzen 1. Begin van de brief

Wat was de reden dat het volk van God begon te klagen en wat riepen de mensen uit?

25 maart :00 uur ANDREASKERK PUTTEN. Voorganger: ds. Jelle de Kok

Gemeente van de Heer,

3 Juli Meer Profetieën van Jesaja tegen de Volken

provincies: de vorstin onder de landschappen. En nu in het heden door de inname van Babyloniërs: Is zij onderworpen aan herendienst.

Lezen : Matteüs 27 : GKB 212 Psalm 51 : 1 en 2 Wees mijn brood en beker Samen eten wij Heer, U bent mijn leven LvK 416

28 Juli. Jer. 7:1-11. Jer. 7: Jer. 7: Jer. 7: Jer. 7: Jer. 7:30-34

3 maart uur PR Barkema orgel/piano: Jannes Munneke schriftlezing: Jaap Wolters

Liederen voor zondag 5 februari 2017

Liederen voor zondag 1 oktober 2017

Organist:Cor van Kooten

21 April. Gebed om rechtvaardiging in de ogen van trotse vijanden. Psa. 35. Een lied van David.

de benauwdheid zal niet tweemaal oprijzen.

25 februari uur AA Kramer orgel/piano: Jannes Munneke schriftlezing: Frouke IJsselstein

Liturgie 19 maart 2017

Wie riep Jeremia tot profeet?

Laat het feest zijn in de huizen, mensen dansen op de straat, als het onrecht buigt voor Jezus en het volk weer bidden gaat.

Liturgie zondag 3 september inbrengdienst

Orde van dienst Hervormde Gemeente te Sellingen

15 Juli. EGYPTENAREN ZULLEN GOD KENNEN. De HERE zegt: MENSEN DIE AFGODEN VEREREN ZULLEN GOD KENNEN. Jes. 45:14. Jes. 45:15-25

Hartelijk welkom. Vandaag is er kinderdienst voor groepen 1-8

Eredienst zondag 20 januari 10.00u Voorganger: br. Huib van Leeuwen

13 September. Bildad. Job

Opwekkingsdienst 10 april 2016 om in de Ark. Voorganger: Ds. Stam M.m.v.: de opwekkingsband. Thema: Waarom zou ik komen? "

Maria en Hanna, hun harten juichen om God

Voorganger: Ds. W. Gugler Ouderling: Ariëtte van Kempen Muziek: Double DJ Music Koster: H. Hoorn / J. Hijmissen

Wat God zegt, gebeurt ook echt Abraham

GK 206: 1a, 2v, 3m, 4v, 5m, 6a, 7a (De Heer is waarlijk opgestaan; = GK06 44)

JEREMIA, DE MAN VAN TRANEN

Harmieneke van der Zeijden

Hoop op God, sla t oog naar boven

Bijbel voor Kinderen. presenteert DE MAN VAN GODS VUUR

Een psalm van Asaf. Een lied voor de koordirigent. Te begeleiden met snaarinstrumenten.

3e Statie: Jezus valt voor de 1e maal onder het kruis.

Liturgie voor de ochtenddienst van zondag 26 november

Liturgie 30 mei 2019, Hemelvaart

Om Jeremia zelfs nog meer zekerheid over Zijn plan te geven, geeft God nu een tastbare demonstratie van Zijn plannen.

Filippenzen 1. Begin van de brief

31 maart :00 / 10:30

Liturgie voor de ochtenddienst op zondag 17 januari 2016 in de Westerkerk te Veenendaal

Liederenbundel Toerustend Weekend

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Klaagliederen 3, 39 Ochtenddienst H. Avondmaal. Broeders en zusters,

God, laat ons uw liefde zien en maak ons gelukkig.

EEN FAVORIETE ZOON WORDT EEN SLAAF

Ds. Arjan van Groos ( ) Tekst: Amos 8, 12 Ochtenddienst H. Avondmaal

Waar ging Mozes heen en wat was het verzoek?

Bijbelrooster Belijdenis mei 2019

Zondag 12 november Ref500 Slotsom in De Hoeksteen, Maasdijk. Intochtpalm Lied 138 vers 1: U loof ik, Heer, met hart en ziel

geloofsbelijdenis Nicea voorlezen en zingen LB 150a : 1, 2, 4 Geprezen zij God

23 December Brief aan de Hebreeën

Wat schrijft de Bijbel over de levenshouding en het gedrag van de zonen van de hogepriester Eli?

Tekst liederen Machtig God, sterke Rots (het geheel 2x zingen)

PROTESTANTSE - GEMEENTE - HUISSEN PAASMORGEN

28 mei uur JvBenthem orgel: Geert Burgler. Verwachting en groet

Zondag 28 september 2014 gaan we in ballingschap wel of niet aan het werk in de wijngaard

Transcriptie:

30 Augustus Klaag. 3:1-21 Ik heb de ellende gezien, die het gevolg was van Gods toorn. Hij heeft mij in de diepste duisternis gebracht en alle licht buitengesloten. Hij heeft Zich tegen mij gekeerd. Dag en nacht rust Zijn hand zwaar op mij. Hij heeft mij oud gemaakt en mijn botten gebroken. Met angst en vertwijfeling heeft Hij mij omringd. Hij begroef mij in duistere plaatsen, net als de allang gestorvenen. Hij heeft mij ingesloten en ik kan niet ontsnappen; met zware ketens heeft Hij mij vastgebonden. Ook al schreeuw en huil ik uit alle macht, Hij wil niet naar mijn gebeden luisteren! Hij heeft mij ingesloten met rondom hoge en gladde muren en mijn paden heeft Hij onbegaanbaar gemaakt. Hij loert als een beer, als een leeuw, wachtend op een gelegenheid om aan te vallen. Hij heeft mij in de val gelokt en met Zijn klauwen verscheurd. Bloedend en eenzaam liet Hij mij achter. Hij heeft Zijn boog gespannen en mij als doel uitgekozen; de pijlen die Hij afschoot, drongen diep in mijn hart. Mijn eigen landgenoten lachen mij uit; de hele dag door zingen zij hun spotliedjes. Hij heeft mij met bitterheid gevuld en een beker met de grootste ellende te drinken gegeven. Hij liet mij steengruis eten en brak mijn tanden; in de as en het vuil rolde Hij mij. Och HERE, alle vrede en voorspoed zijn lang geleden verdwenen, want U hebt ze weggenomen. Ik weet niet meer wat geluk is. Er is geen hoop meer; mijn kracht is als sneeuw voor de zon verdwenen omdat de HERE mij heeft verlaten. Vaak denk ik aan die bitterheid en het lijden, dat U mij hebt toebedeeld! Ik zal deze vreselijke jaren nooit meer vergeten; mijn ziel zal altijd in de diepste droefheid blijven leven. Toch is er nog een sprankje hoop en daaraan wil ik mij vastklampen. Klaag. 3:22-33 Dank zij de goedheid van de HERE zijn wij niet omgekomen. Hij blijft voor ons zorgen

en Zijn trouw is elke dag weer nieuw. Mijn ziel beschouwt de HERE als mijn erfdeel; daarom verwacht ik alles van Hem. De HERE is wonderbaarlijk goed voor hen die op Hem wachten, voor wie naar Hem zoeken. Het is goed rustig te vertrouwen en te wachten op de hulp van de HERE. Het is goed dat een jonge man discipline wordt bijgebracht. Hij kan rustig in eenzaamheid zitten en zwijgen als God dat van hem vraagt. Dan kan hij ook met zijn gezicht in het stof liggen, zodat er hoop voor hem blijft bestaan. Laat hij zijn andere wang toekeren naar hen die hem slaan en hun vreselijke beledigingen slikken, want de Here zal hem niet voor altijd verstoten. Ook al geeft God hem verdriet, toch zal Hij hem ook met medelijden behandelen als teken van Zijn liefdevolle zorg. Want Hij vindt het niet prettig mensen in het nauw te drijven en verdriet te bezorgen. Klaag. 3:34-54 Als de vernederden worden vertrapt, men het recht dat God de mens heeft gegeven, niet in acht neemt en de rechtzaak van de mensen wordt verdraaid, zou de Here dat dan niet zien? Als iemand ergens over spreekt en het gebeurt dan ook, heeft de Here dat dan niet bevolen? Van de Allerhoogste komt immers zowel het kwade als het goede? Waarom zouden wij dan (gewone mensen als wij zijn) mopperen en klagen als wij worden gestraft voor onze zonden? Laten wij in plaats daarvan onszelf maar eens goed onderzoeken, onze schuld bekennen en terugkeren naar de HERE. Laten we onze harten en handen opheffen naar God in de hemel. En laten wij toegeven dat we hebben gezondigd. Wij zijn in opstand gekomen tegen de HERE en dat heeft Hij niet vergeten. U bent vervuld van toorn, HERE, en U hebt ons meedogenloos geslagen. U hebt Uzelf met een wolk afgesloten, zodat onze gebeden U niet kunnen bereiken. U hebt ons gemaakt als paria's en uitschot onder de volken. Onze vijanden hebben dreigende taal tegen ons gesproken. Wij zijn bang, want wij zitten in de val; verlaten en vernietigd zijn wij. Dag en nacht moet ik huilen, omdat de meisjes van mijn volk vernederd zijn. Ik huil onophoudelijk; wanneer zal de HERE vanuit de hemel

weer naar ons omzien? Mijn hart breekt als ik zie wat er met de jonge meisjes uit Jeruzalem gebeurt. Mijn vijanden (die ik nooit kwaad heb gedaan) joegen achter mij aan alsof ik een vogel was. Zij gooiden mij in een waterput en bekogelden mij daarna met stenen. Het water reikte tot boven mijn hoofd en ik dacht dat mijn laatste uur had geslagen. Klaag. 3:55-66 Maar vanuit die diepe waterput riep ik Uw naam aan, HERE, en U luisterde naar mij! U hoorde mijn smeekbeden en zag mijn tranen! Ja, U kwam toen ik vertwijfeld schreeuwde en U zei mij dat ik niet bang hoefde te zijn. Here, U bent mijn raadsman! Verdedig mijn zaak! Want U hebt mijn leven verlost. U hebt gezien wat een onrecht zij mij aandeden; wees mijn rechter om mijn gelijk te bewijzen. U hebt gezien welke valse plannen mijn vijanden tegen mij smeedden. U hebt gehoord hoe zij mij beledigden, HERE, hoe zij over mij roddelden en fluisterend hun plannen beraamden. Kijk eens hoe zij lachen en zingen en mij in hun lied belachelijk maken. Och HERE, vergeldt U al het kwaad dat zij mij hebben aangedaan. Verhard hun harten en vervloek hen, HERE. Zet een felle achtervolging op hen in en vaag hen weg onder de hemel van de HERE. Klaag. 4:1-10 Het beste goud heeft zijn glans verloren en is dof geworden! De prachtig bewerkte tempelmuren liggen verbrijzeld in de straten! De jongeren van Jeruzalem (ieder hun gewicht in goud waard) zijn behandeld als aardewerken potten, als het werk van mensenhanden! Zelfs de jakhalzen voeden hun jongen, maar mijn volk Israël doet dat niet. Zij lijken op wrede struisvogels uit de woestijn, die geen acht slaan op de kreten van hun jongen. De tongen van de babies plakken aan hun gehemelte, want er is geen druppel water overgebleven.

Kinderen schreeuwen om brood, maar niemand kan hun iets geven. Mensen die vroeger lekkernijen aten, zitten nu op straat te bedelen om maar iets te kunnen eten. Zij die in paleizen werden grootgebracht, grabbelen nu in de vuilnis op zoek naar voedsel. Want de zonde van mijn volk is groter dan die van Sodom, waar zich in één ogenblik een vreselijke ramp voltrok, waaraan geen mensenhand te pas kwam. Onze prinsen waren groot en slank, de mooiste mannen die er waren. Maar nu zijn hun gezichten zo zwart als roet. Niemand herkent hen nog. Hun huid kleeft aan hun botten: hard, droog en verweerd. Die met het zwaard werden gedood, zijn beter af dan zij die een langzame hongerdood moeten sterven. Gevoelige vrouwen hebben zelfs hun eigen kinderen gekookt en opgegeten; op die manier overleefden zij het beleg. Klaag. 4:11-22 Met volle kracht heeft de HERE Zijn toorn laten woeden; al Zijn toorn kwam tot ontlading. Hij stak een vuur aan in Jeruzalem, dat de stad tot op haar fundamenten in de as legde. Geen koning ter wereld (geen enkel volk op aarde) zou hebben geloofd dat een vijand door de poorten van Jeruzalem naar binnen kon marcheren! Maar toch stond God dit toe vanwege de zonden van haar profeten en priesters, die de stad ontheiligden door onschuldig bloed te vergieten. Nu wankelen deze zelfde mannen als blinden door de straten, besmeurd met bloed zodat niemand hen durfde aan te raken. "Maak dat je wegkomt", roepen de mensen hen toe. "Jullie zijn onrein! Ga weg. Raak ons niet aan!" Zij vluchten naar andere landen en dwalen daar tussen de buitenlanders; maar niemand zal hun toestaan te blijven. De HERE heeft hen zover verspreid; Hij helpt hen niet langer, want zij onderdrukten de priesters en leiders die trouw bleven aan God.

Wij kijken uit of onze bondgenoten al in aantocht zijn om ons te helpen, maar tevergeefs. Het volk waarop wij het meest rekenden voor hulp, doet helemaal niets. Als wij op straat komen, begeven wij ons in levensgevaar. Ons einde is nabij, onze dagen zijn geteld. Onze achtervolgers zijn sneller dan arenden; ook al vluchten wij de bergen in, dan vinden zij ons nog. Als wij ons in de wildernis willen verbergen, staan zij ons daar op te wachten. Onze koning (de adem van ons volksleven, de gezalfde van de HERE) werd in hun valstrikken gevangen. Ja, zelfs onze machtige koning, van wie wij dachten dat wij onder zijn leiding rustig temidden van de volken zouden kunnen leven! Volk van Edom, vier uw feest in het land van Uz. Ook ú zult kennismaken met de vreselijke toorn van de HERE. Eens zal een einde komen aan de ballingschap, de straf die Israël om haar zonden kreeg opgelegd, maar de zonden van Edom zullen worden blootgelegd en de HERE zal dit volk oordelen. Klaag. 5:1-18 Och HERE, denk aan alles wat ons is overkomen; kijk eens naar de ellende waaronder wij gebukt gaan! Onze huizen en ons land zijn in bezit genomen door buitenlanders. Wij zijn wezen; onze vaders zijn dood en onze moeders zijn weduwen. Wij moeten zelfs betalen voor ons drinkwater; hout wordt ons tegen de hoogst mogelijke prijzen verkocht. Wij buigen onze nek onder de voet van de overwinnaar; zonder ons rust te gunnen, laten zij ons zwoegen. Wij smeken Egypte en Assyrië om brood. Onze voorouders zondigden, maar stierven voordat de oordelende hand zijn werk begon. Wij dragen nu de straf die zij verdienden! Onze vroegere dienaars zijn ons nu de baas geworden; er is niemand overgebleven die ons kan redden. Wij gaan de woestijn in om voedsel te zoeken, maar daarbij lopen wij het risico door de vijand te worden gedood. Onze huid voelt heet aan, we hebben koorts door de honger. Zij verkrachten de vrouwen van Jeruzalem en de meisjes in de steden van Juda. Onze prinsen hebben zij opgehangen en zelfs bejaarde mannen worden met minachting behandeld. Zij nemen jonge mannen mee om hun koren te malen en de kleine kinderen wankelen onder de zware lasten die zij moeten dragen. De oude mannen zitten niet meer in de stadspoorten; de jongeren dansen en zingen niet meer. De vreugde in onze harten is gedoofd;

ons dansen is veranderd in rouwen. Onze glorie is vergaan. De kroon is van ons hoofd gevallen. Dat overkomt ons allemaal vanwege onze zonden. Onze harten zijn zwak en droevig; de schittering is uit onze ogen verdwenen. Jeruzalem en de tempel van de HERE zijn verwoest en liggen er verlaten bij. Alleen de vossen dwalen er in rond. Klaag. 5:19-22 Och HERE, U blijft voor altijd dezelfde! Uw troon staat vast van generatie op generatie. Waarom vergeet U ons nog steeds? Waarom keert U ons zo lang Uw rug toe? Bewerk in ons hart een ommekeer en breng ons weer bij U terug! Dat is onze enige hoop! Geef ons onze vroegere vreugden weer terug! Of hebt U ons voorgoed afgewezen? Is Uw toorn nog altijd tegen ons gericht? CHRONOLOGIE EN COMMENTAAR The Daily Bible, Copyright 1984 Harvest House Publishers, Eugene, Oregon 97402 www.harvesthousepublishers.com Met toestemming gebruikt. Nadruk en reproductie is in geen enkele vorm toegestaan. BIJBELTEKSTEN HET BOEK, Copyright 1979, 1988, 2007 van Biblica, Inc. Gebruikt met toestemming van Biblica, Inc. Alle rechten wereldwijd voorbehouden.