Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Vergelijkbare documenten
Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

MLAV1/ /MV/bd

MLAV1/ /MV/lydr.

MLAV1/ /RP/si

Gelet op het feit dat op datum van 23 november 1992 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard of geacht;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE BVBA VEVAR MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF, GELEGEN IN 2321 HOOGSTRATEN (MEER), SLUISKENSWEG 10.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gewestdirectie Dienst Milieuvergunningen

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

HOUDENDE VERGUNNING AAN MATTHIJSSEN HERMAN VOOR HET VERANDEREN VAN EEN INRICHTING GELEGEN TE 2960 BRECHT, HOEKSTRAAT 26.

MLAV1/ /RP/bd

MLAV1/ /RTH/vive

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE N.V. BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

2/MLAV1/ /JB/AB Milieuvergunningen

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV BP CHEMBEL MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2440 GEEL, AMOCOLAAN 2.

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN DE NV PROVIRON INDUSTRIES MET BETREKKING TOT EEN INRICHTING, GELEGEN TE 2620 HEMIKSEM, G. GILLIOTSTRAAT 60.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

VLAAMSE GEMEENSCHAP AMV/ /1000

MLVER/ /PAG/sdv

Besluit van de Deputatie

AMV/ /1001/B. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

veranderen door uitbreiding met : - de lozing van huishoudelijk afvalwater in de openbare riolering (R 3.3.);

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Bestendige Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gewestdirectie Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

MLAV1/ /MV/pn.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

MLVER/ /RTH/AG/sdv

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE NV BASF ANTWERPEN MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2040 ANTWERPEN, HAVEN 725, SCHELDELAAN 600.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

MLAV1/ /MV/lydr.

OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE BVBA GESUPORC MET BETREKKING TOT EEN VARKENSBEDRIJF GELEGEN TE 2275 LILLE, BROEKZIJSTRAAT 18.

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

MLAV1/ /FL/DL

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

VLAAMSE REGERING AMV/ /1001

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

Gewestdirectie Dienst Milieuvergunningen

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Deputatie

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

AMV/ /1001. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

Vlaamse Regering : ~ AMV /1 004/B

college van burgemeester en schepenen Zitting van 2 december 2016

BESLUIT VAN DE BESTENDIGE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIERAAD

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

34013/110/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV AURUBIS BELGIUM MET BETREKKING TOT EEN METALLURGISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2250 OLEN, WATERTORENSTRAAT 35.

Gewestdirectie Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen

p r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg

AKTENAME MELDING. Het college van burgemeester en schepenen heeft de melding ingediend door Ghys bvba, Kamiel Wautersstraat 4, 9140 Temse ontvangen.

37007/21/1/A/2. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Vlaamse Regering : AMV/ /1 002

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten;

Besluit van de Deputatie

Besluit van de Bestendige Deputatie

Liersesteenweg 268 te 2800 Mechelen. Eikestraat 1 en 1A te 2800 Mechelen Afdeling 12402, sectie B, percelen 302 K, 302 L en 302 M

De melding omvat de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) van de derde klasse.

Gewestdirectie Dienst Milieuvergunningen

AMV/ /1000. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

Omgevingsvergunning - meldingsakte

Gewestdirectie Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen

AMV/ /1002. Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking

Besluit van de Deputatie

OVER DE MEDEDELING VAN VERANDERING VAN NV KANEKA BELGIUM MET BETREKKING TOT EEN CHEMISCH BEDRIJF, GELEGEN TE 2260 WESTERLO, NIJVERHEIDSSTRAAT 16.

BEKENDMAKING MELDINGSAKTE

p r o v i n Ruimte De deputatie van de provincie Limburg

Besluit van de Deputatie

36008/127/1/W/1. De Bestendige Deputatie van de Provincieraad,

Transcriptie:

Besluit Departement Leefmilieu Dienst Milieuvergunningen MLAV1/08-123/hs. BESLUIT VAN DE DEPUTATIE VAN DE PROVINCIE ANTWERPEN OVER DE VERGUNNINGSAANVRAAG VAN DE HEREN PIET EN DANNY VERMEIREN MET BETREKKING TOT EEN VARKENSHOUDERIJ, GELEGEN TE 2321 HOOGSTRATEN (MEER), MEERLESEWEG 63A, EN OVER DE MELDING VAN INRICHTINGEN VAN DE DERDE KLASSE. De deputatie van de provincie Antwerpen Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning (Milieuvergunningsdecreet), zoals gewijzigd bij latere decreten; Gelet op het besluit van 6 februari 1991 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van het Vlaams Reglement betreffende de milieuvergunning (Vlarem), zoals gewijzigd bij latere besluiten; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II), zoals gewijzigd bij latere besluiten; Gelet op het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, inzonderheid artikel 8; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstantie en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets; Gelet op de milieuvergunningsaanvraag, op 5 maart 2008 ingediend door de heer, wonend Elsterdijk 7 te 2321 Hoogstraten (Meer), en de heer, wonend Elsterdijk 5A te 2321 Hoogstraten (Meer), strekkende tot het verkrijgen van een milieuvergunning om een varkenshouderij, gelegen te 2321 Hoogstraten (Meer), Meerleseweg 63A, kadastergegevens (afdeling-sectie-perceelnummer) 3-B-240h, 3-B-240n, verder te exploiteren en te veranderen door wijziging en uitbreiding, als volgt: wijziging door stopzetting van de exploitatie van stalplaatsen voor zeugen; uitbreiding: met stalplaatsen voor 1.740 varkens om te komen tot stallen met plaatsen voor 2.900 varkens, waarvan 2.900 andere varkens (9.4.1.c.2 9.4.1.d.1) met de opslag van 3.640 kg (96%) zwavelzuur (17.3.3.2.b) met een opgepompt debiet van 8 m³/dag en 6.145 m³/jaar om te komen tot een winning die op een diepte van 219 meter grondwater onttrekt met een maximumdebiet van 25 m³/dag en 8.700 m³/jaar (53.8.2). Gelet op het feit dat volgende klasse 3-inrichtingen worden gemeld: vervanging van een ondergrondse tank voor de opslag van 5.000 l stookolie door een bovengrondse tank voor de opslag van 5.000 l stookolie (17.3.6.1.b) een bijkomende opslag van 2.918 m³ dierlijke mest tot een totale opslag van 4.532 m³ dierlijke mest (28.2.c.1). Vlaremrubricering volgens aanvrager: 9.4.1.c.2 9.4.1.d.1-17.3.3.2.b - 17.3.6.1.b - 28.2.c.1-53.8.2; Koningin Elisabethlei 22 2018 Antwerpen 1 T 03 240 50 11 F 03 240 57 79

2 / 13 Gelet op de volgende vergunningstoestand met betrekking tot de exploitatie van de inrichting op de datum van de indiening van de voormelde milieuvergunningsaanvraag: Besluit d.d. 26 augustus 1991 van het college van burgemeester en schepenen van Hoogstraten houdende vergunning voor het exploiteren van een varkenshouderij voor een termijn verstrijkend op 3 april 2020; ingevolge de overgangsbepaling van Vlarem is de vergunningstermijn ingekort tot 1 september 2011; Besluit nr. 2/57.680 d.d. 2 december 1993 van de deputatie houdende vergunning voor het veranderen door uitbreiding van een varkenshouderij voor een termijn verstrijkend op 1 september 2011; Besluit nr. MLVER/95-175 d.d. 17 oktober 1996 van de deputatie houdende vergunning voor het veranderen door wijziging van een varkenshouderij voor een termijn verstrijkend op 1 september 2011; Besluit d.d. 7 juni 1999 van het college van burgemeester en schepenen van Hoogstraten houdende vergunning voor het exploiteren van een grondwaterwinning voor een termijn verstrijkend op 7 juni 2019; Ontvangstmelding d.d. 4 april 2003 door de deputatie, kenmerk MLOV/03-14, van de melding van overname van een varkensbedrijf, vergund op naam van Koyen Roger, door en Danny; Gelet op het feit dat deze aanvraag voor de eerste maal werd ingediend op 5 maart 2008; op het feit dat op datum van 19 maart 2008 de milieuvergunningsaanvraag ontvankelijk en volledig werd verklaard; Gelet op de stukken, waarbij wordt geattesteerd dat de milieuvergunningsaanvraag de vereiste publiciteit verkreeg, conform artikel 17 van het Vlarem; Gelet op het proces-verbaal betreffende het openbaar onderzoek d.d. 30 april 2008 waaruit blijkt dat er één schriftelijk bezwaar werd ingediend m.b.t. het volgende: Intensieve veeteelt kent een mestoverschot en heeft negatieve effecten op bodem, water en lucht; Het opzet van de inrichting beantwoordt niet aan de doelstellingen van het Mestdecreet (mestverwerking beoogt het wegwerken van mestoverschot, niet de uitbreiding van de veestapel); Mobiliteit: veel zwaar vervoer door de dorpskern van Meer als gevolg van de inrichting; Productie van broeikasgassen door veeteelt; De milieuvergunningsaanvraag strookt niet met de doelstelling van het Kyoto-protocol; Gelet op het gunstig advies d.d. 5 mei 2008 van het college van burgemeester en schepenen van Hoogstraten (kenmerk GZ/SL/200846); Gelet op het gunstig advies d.d. 28 april 2008 van de afdeling Milieuvergunningen (AMV) van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) (kenmerk AMV/A/08/3821); op volgende elementen uit dit advies: 1. De aanvraag betreft in hoofdzaak de hernieuwing van de vergunning van een varkenshouderij, alsook de uitbreiding van het aantal varkens, van de mestopslagcapaciteit en van de grondwaterwinning. Voor de grondwaterwinning wordt een vroegtijdige hernieuwing aangevraagd om zo een gelijkschakeling van de eindtermijnen te bekomen. 2. De huidige vergunning betreft 120 zeugen en 1.040 andere varkens. Het houden van zeugen wordt stopgezet en het aantal andere varkens wordt uitgebreid tot 2.900. Om de bijkomende dieren te kunnen plaatsen wordt de bestaande vleesvarkensstal uitgebreid zodat er plaats is voor 1.332 vleesvarkens en wordt er een nieuwe stal gebouwd voor 1.568 vleesvarkens. De uitbreiding van de bestaande stal en de nieuwe stal worden ammoniakemissiearm uitgevoerd volgens systeem S-2 (Chemisch luchtwassysteem 70% of hogere emissiereductie). De

3 / 13 bestaande stal voor huisvesting van biggen en zeugen wordt eveneens uitgebreid en omgevormd naar een biggenstal voor 2.270 biggen. 3. Aan de hand van het aantal en type dieren werd de luchtwasser gedimensioneerd. Momenteel is nog geen keuze gemaakt van leverancier voor de luchtwasser. Na deze keuze zal de luchtwasser in detail gedimensioneerd worden. De dimensionering werd uitgevoerd op basis van 2.900 andere varkens, terwijl volgens het aanvraagdossier de chemische luchtwasser enkel geïnstalleerd wordt in de uitbreiding en in de nieuwe stal (totaal 1.908 vleesvarkens). Het spuiwaterdebiet bedraagt ongeveer 116 m³ per jaar. Het spuiwater wordt opgevangen in een citerne en wordt vervolgens afgevoerd naar de mestverwerking in eigendom van de exploitant gelegen in de Elsterdijk te Meer. 4. Na de uitbreiding zullen er 2.900 varkenseenheden op de inrichting aanwezig zijn. Volgens het aanvraagdossier beschikt de inrichting over 185 waarderingspunten. Gelet op art. 5.9.4.4 bedraagt de in acht te nemen minimale afstand tot de in dit artikel aangegeven hindergevoelige gebieden 300 m. Er wordt voldaan aan deze afstandsregel. 5. De inrichting dient te beschikken over één of meer mestopslagplaatsen met een totale capaciteit voor mengmest die voldoende is om tenminste de hoeveelheid mest te stockeren die gedurende een periode van 6 maanden wordt geproduceerd door de dieren. De vereiste mestopslag bedraagt bijgevolg 2.194 m³ zoals weergegeven in onderstaande tabel. Met de aangevraagde mestopslag van 4.532 m³ mengmest is hieraan ruimschoots voldaan. De mest wordt regelmatig afgevoerd naar de eigen mestverwerkinginstallatie op de inrichting in de Elsterdijk te Meer. Diersoort Aantal dieren m³ mengmest / 6 maanden / dier Totaal m³ mengmest / 6 maanden Andere varkens 2.900 0,6 1.740 Biggen 2.270 0,2 454 Totaal 2.194 6. De huidige grondwaterwinning heeft als bestemming drink- en reinigingswater voor dieren en stallen en voor het huishouden. Het betreft een verbuisde boorput op een diepte van 219 m. Door een verhoging van het aantal dieren wordt een verhoging van het debiet van de vergunde grondwaterwinning aangevraagd. De beoogde kwaliteit is drinkwater en er wordt een debiet van maximaal 25 m³ per dag en 8.700 m³ per jaar gevraagd. Gelet op de cijfers gepubliceerd door het Ministerie van Landbouw (1990) en door de VMM in de brochure Waterwegwijzer voor veehouders, kan deze hoeveelheid gunstig geadviseerd worden. Bestemming Waterverbruik per dier, per persoon of per ha (m³/j) Aantal dieren, personen of ha Verbruik (m³/j) Drink- en reinigingswater dieren: Andere varkens 2,28 2.900 6.612,0 Biggen 0,76 2.270 1.725,2 Huishoudelijk verbruik: Persoon 30 4 120 Totaal 8.457,2 7. Voor wat betreft het effect van deze grondwaterwinning op het grondwaterpeil in de omgeving van de inrichting wordt verder verwezen naar het advies van de afdeling Water van de VMM. 8. De varkensstallen worden mechanisch geventileerd. De ventilatoren zijn axiaalventilatoren. Deze produceren een licht zoemend geluid. De volledige stal staat op onderdruk, zodat de geuren ammoniakemissies enkel kunnen gebeuren door de geleide uitlaat van de ventilatoren. 9. De varkens worden zoveel mogelijk centraal op het bedrijf geladen en gelost. De afstand tussen de vrachtwagen en de stal wordt zo beperkt mogelijk gehouden. Het betreft hier een open bedrijf waarbij per ronde (ongeveer 4,5 maanden voor de vleesvarkens tot 100 à 110 kg) één aanvoer van biggen en één afvoer van vleesvarkens plaatsvindt. Na afvoer van de vleesvarkens worden de stallen grondig gereinigd. De stal met als vloer een

4 / 13 betonrooster wordt grondig geveegd en minstens eenmaal per jaar met een hogedrukreiniger uitgespoten. Het reinigingswater van de stal komt terecht in de onderliggende mestkelder.

5 / 13 10. Volgens het dossier is het bedrijf gelegen op ruime afstand van de buren, waardoor die weinig geluidshinder ondervinden van het bedrijf. Uit het omgevingsplan blijkt echter dat de dichtstbijgelegen woning zich op 30 m van de biggenstal en op 40 m van de bestaande varkensstal bevindt. Er worden diverse maatregelen genomen (ammoniakemissiearm uitvoeren van de nieuwe stallen, het centraal laden van de dieren op het bedrijf, het beperken van de afstand tussen de vrachtwagen en de stallen en geluidsisoleren van de stallen) waardoor aangenomen kan worden dat geur- en geluidshinder beperkt blijven. 11. De ondergrondse mazouttank met inhoud 5.000 l wordt vervangen door een nieuwe bovengrondse dubbelwandige houder met dezelfde inhoud. Verder wordt een nieuwe dubbelwandige bovengrondse houder met inhoud 2.000 l voor de opslag van zwavelzuur (96%) geplaatst in de berging. Een verdunde zwavelzuuroplossing wordt gebruikt in de chemische luchtwasser ter uitwassing van ammoniak; Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van het Agentschap RO-Vlaanderen (ARO); op volgende elementen uit het laattijdig gunstig advies d.d. 13 juni 2008 van het ARO (kenmerk 8.00/13014/157.1): 1. Het goed ligt in het gewestplan Turnhout (KB van 30 september 1977) en volgens dit van kracht zijnde gewestplan in agrarisch gebied. 2. De aanvraag is principieel in overeenstemming met het geldende plan, zoals hoger omschreven. 3. De stedenbouwkundige vergunningen in het dossier vermeld, zijn ook mij bekend. Het betreft een hoofdzakelijk vergund bedrijf. De aanvraag voorziet in een uitbreiding van de bestaande stallen en de bouw van een nieuwe stal. Deze vergunningen zullen zelfstandig door de stad Hoogstraten afgeleverd worden. Deze zijn mij momenteel nog niet bekend. De uitbreidingen lijken zich op aanvaardbare wijze in de omgeving te integreren mits het plaatsen van een 6 m breed groenscherm bestaande uit inheemse bomen en struiken; Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van de Vlaamse Landmaatschappij (VLM); Gelet op het stilzwijgend gunstig advies van de afdeling Water van de Vlaamse Milieumaatschappij (AW); op volgende elementen uit het laattijdig gunstig advies d.d. 16 juni 2008 van de AW: 1. De aanvraag betreft de vroegtijdige hernieuwing van de vergunning voor de grondwaterwinning door uitbreiding van het vergunde debiet. 2. De grondwaterwinning bestaat uit een boorput die grondwater onttrekt op een diepte van 219 meter onder het maaiveld uit het zand van Berchem (HCOV-code: 0254) met het maximumdebiet van 17 m³/dag en 2.555 m³/jaar. De grondwaterwinning werd op 07/06/1999 vergund door het CBS voor een termijn van 20 jaar. 3. Het grondwater wordt hoofdzakelijk aangewend voor de drinkwatervoorziening van dieren. Daarnaast wordt het grondwater ook nog gebruikt voor de reiniging van stallen. 4. Rekening houdend met de gemiddelde gebruikswaarden voor veeteelt, inclusief reinigingswater, zoals gepubliceerd door het Bestuur Land- en Tuinbouw van het Ministerie van Landbouw (1990) en de brochure Melkveehouderij van VMM (2006), kan het verbruik worden geraamd op 11.788 m³/jaar. 5. Onder verwijzing naar artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid werd voor deze aanvraag onderzocht of er een schadelijk effect door de grondwaterwinning wordt veroorzaakt. Als besluit kan worden gesteld dat het schadelijk effect van de winning op het milieu en op het grondwatersysteem beperkt is en de gunstig kan worden geadviseerd. 6. Gelet op het voorgaande wordt er een gunstig advies gegeven voor de vroegtijdige hernieuwing van de vergunning voor een grondwaterwinning klasse 2, bestaande uit 1 boorput met een diepte van 219 meter, met de maximumdebieten van 25 m³/dag en 8.700 m³/jaar, voor een termijn van 20 jaar, mits naleving van de algemene en de sectorale voorwaarden;

6 / 13 Gelet op het gunstig advies van de AW in het kader van de watertoets d.d. 16 juni 2008; Gelet op het gunstig advies d.d. 17 juni 2008 van de Provinciale Milieuvergunningscommissie (PMVC); op volgende elementen uit dit advies: 1. Omschrijving en rubrieken De omschrijving en rubrieken van de aanvrager zijn correct en kunnen behouden blijven. 2. Stedenbouwkundige verenigbaarheid Het advies van het ARO is principieel gunstig. De inrichting is volgens het gewestplan Turnhout gelegen in agrarisch gebied. De aanvraag is principieel in overeenstemming met dit plan. Het betreft een hoofdzakelijk vergund bedrijf. De uitbreidingen lijken stedenbouwkundig aanvaardbaar, mits het plaatsen van een 6 m breed groenscherm bestaande uit inheemse bomen en struiken. De PMVC stelt voor de opmerking over het groenscherm op te nemen in de overwegingen van het besluit. 3. Openbaar onderzoek bezwaren Er werd één individueel bezwaar ingediend, met betrekking tot het volgende: Intensieve veeteelt kent een mestoverschot en heeft negatieve effecten op bodem, water en lucht; Het opzet van de inrichting beantwoordt niet aan de doelstellingen van het Mestdecreet (wegwerken mestoverschot); Mobiliteit: veel zwaar vervoer door de dorpskern van Meer als gevolg van de inrichting; Productie van broeikasgassen door veeteelt; De milieuvergunningsaanvraag strookt niet met de doelstelling van het Kyotoprotocol. Deze aspecten kunnen als volgt worden geëvalueerd: Volgens de bepalingen van het nieuwe Mestdecreet dient de exploitant over de nodige nutriëntenemissierechten te beschikken alvorens hij kan exploiteren. De uitbreiding van de bestaande stal en de nieuwe stal worden ammoniakemissiearm uitgevoerd volgens systeem S-2 (Chemisch luchtwassysteem 70% of hogere emissiereductie). Het mobiliteitsaspect wordt niet geregeld in een milieuvergunning. Dit valt onder de bevoegdheid van de lokale overheid. 4. Milieutechnische evaluatie De AMV merkt het volgende op: Aan de hand van het aantal en type dieren werd de luchtwasser gedimensioneerd. Momenteel is nog geen keuze gemaakt van leverancier voor de luchtwasser. Na deze keuze zal de luchtwasser in detail gedimensioneerd worden. De dimensionering werd uitgevoerd op basis van 2.900 andere varkens, terwijl volgens het aanvraagdossier de chemische luchtwasser enkel geïnstalleerd wordt in de uitbreiding en in de nieuwe stal (totaal 1.908 vleesvarkens). De PMVC adviseert om in de overwegingen van het besluit op te nemen dat het nieuwe Mestdecreet veronderstelt dat de exploitant de nodige nutriëntenemissierechten verkregen heeft alvorens hij kan exploiteren. De PMVC volgt de gunstige adviezen. 5. Watertoets Uit de toepassing van de beoordelingsschema s m.b.t. de watertoets blijkt dat voor de aspecten m.b.t. de grondwaterwinning naar het Vlarem wordt verwezen. Zoals vermeld in het advies van de AW werd door haar, onder verwijzing naar artikel 8 van het Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, voor deze aanvraag onderzocht of er een schadelijk effect door de grondwaterwinning wordt veroorzaakt. Er werd vastgesteld dat het schadelijk effect op het grondwatersysteem beperkt is. Uit de toepassing van de beoordelingsschema's m.b.t. watertoets blijkt dat de overige gevraagde activiteiten (aanleg vergunningsplichtige constructies waarbij de oppervlaktetoename groter is dan 0,1 ha) van die aard zijn dat ze mogelijk relevant zijn voor wat betreft de invloed op het watersysteem en dat het wateradvies van de Afdeling Water

7 / 13 vereist is. De aanvraag betreft volgens de AW geen onderwerp waarvoor zij als adviesinstantie zijn aangeduid conform het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels betreffende de toepassing van de watertoets en tot de aanwijzing van de adviesinstantie betreffende de adviesprocedure bedoeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid. 6. Termijn De vergunning kan verleend worden voor een termijn van 20 jaar vanaf de datum van de vergunningsbeslissing, met een termijn voor ingebruikname van 3 jaar. Akte kan genomen worden van de gemelde klasse 3-inrichtingen. Vanaf datum van de realisatie van de veranderingen dienen de eerder verleende vergunningen opgeheven te worden. 7. Voorwaarden a. Algemene voorwaarden V01: Algemene milieuvoorwaarden algemeen: Hoofdstukken 4.1, 4.6, 4.7 V02: Algemene milieuvoorwaarden geluid: Hoofdstuk 4.5 b. Sectorale voorwaarden V32: Dieren: Hoofdstuk 5.9 V46: Opslag van gevaarlijke stoffen Ondergrondse en bovengrondse houders: Afdelingen 5.17.1, 5.17.2 en 5.17.3 V93: Winning van grondwater: Hoofdstuk 5.53 c. Bijzondere voorwaarden /; Gelet op de ligging van de inrichting in een agrarisch gebied van het gewestplan Turnhout; Overwegende dat gesteld kan worden dat de exploitatie van de inrichting, die het voorwerp van de voormelde milieuvergunningsaanvraag uitmaakt, verenigbaar is met voormelde ruimtelijke en stedenbouwkundige voorschriften; Overwegende dat de uitbreiding van de bestaande stal en de bouw van een nieuwe stal stedenbouwkundig aanvaardbaar zijn mits er een 6 m breed groenscherm, bestaande uit inheemse bomen en struiken, wordt aangelegd; Overwegende dat de de dimensionering van de luchtwasser werd uitgevoerd op basis van 2.900 andere varkens, terwijl volgens het aanvraagdossier de chemische luchtwasser enkel geïnstalleerd wordt in de uitbreiding en in de nieuwe stal (totaal 1.908 vleesvarkens); dat het zuiveren van de lucht van de nieuwe stallen/stalgedeeltes volstaat om te voldoen aan de Vlarem-bepalingen inzake de ammoniakemissiearme uitvoering van varkensstallen (artikel 5.9.2.1.bis van Vlarem II); Overwegende dat de aanvraag tevens de uitbreiding van de bestaande zeugenstal vermeldt; dat deze wordt omgebouwd tot biggenstal; dat in de lijst van ammoniakemissiearme stalsystemen, zoals vastgesteld bij Ministerieel Besluit van 19 maart 2004 (MB houdende vaststelling van de lijst van ammoniakemissiearme stalsystemen in uitvoering van artikel 1.1.2 en artikel 5.9.2.1bis van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne) en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 14 oktober 2004, voor de diercategorie biggen technieken zijn opgenomen voor ammoniakemissiereductie; dat bijgevolg op basis van de bepalingen van artikel 5.9.2.1bis van Vlarem II ook de uitbreiding van de bestaande zeugenstal ammoniakemissiearm moet worden uitgevoerd; Overwegende dat het nieuwe Mestdecreet veronderstelt dat de exploitant de nodige nutriëntenemissierechten heeft verkregen alvorens hij kan exploiteren;

8 / 13 Overwegende dat voor de evaluatie van het tijdens het openbaar onderzoek uitgebrachte bezwaar, kan worden verwezen naar het advies van de PMVC; Overwegende dat de gunstige adviezen in aanmerking worden genomen; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen bij besluit van 7 juni 1999 vergunning heeft verleend voor grondwaterwinning met een debiet van maximaal 7 m³/dag en niet 17 m³/dag zoals vermeld in de aanvraag en overgenomen in het advies van de AW; dat de aanvraag derhalve een uitbreiding van het dagdebiet met 18 m³/dag betreft; dat de omschrijving in die zin dient te worden aangepast; Overwegende dat uit de toepassing van de beoordelingsschema s m.b.t. de watertoets blijkt dat voor de aspecten m.b.t. de grondwaterwinning naar het Vlarem wordt verwezen; dat de AW, onder verwijzing naar artikel 8 van het Decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, voor deze aanvraag onderzocht of er een schadelijk effect door de grondwaterwinning wordt veroorzaakt; dat er werd vastgesteld dat het schadelijk effect op het grondwatersysteem beperkt is; dat de overige gevraagde activiteiten (aanleg vergunningsplichtige constructies waarbij de oppervlaktetoename groter is dan 0,1 ha) van die aard zijn dat ze mogelijk relevant zijn voor wat betreft de invloed op het watersysteem; dat de aanvraag volgens de AW geen onderwerp betreft waarvoor zij als adviesinstantie zijn aangeduid conform het uitvoeringsbesluit van 20 juli 2006 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels betreffende de toepassing van de watertoets en tot de aanwijzing van de adviesinstantie betreffende de adviesprocedure bedoeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid; dat derhalve kan worden gesteld dat de aanvraag voldoet aan de in artikel 5 opgesomde doelstellingen van het decreet integraal waterbeleid van 18 juli 2003; Overwegende dat gesteld kan worden dat de risico s voor de externe veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur en op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie mits naleving van de in onderhavig besluit opgelegde milieuvergunningsvoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen worden beperkt; Overwegende dat er bijgevolg aanleiding toe bestaat de gevraagde vergunning volledig toe te staan voor een termijn van 20 jaar; ARTIKEL 1 - Voorwerp B E S L U I T : 1 Aan de heer, wonend Elsterdijk 7 te 2321 Hoogstraten (Meer), en de heer, wonend Elsterdijk 5A te 2321 Hoogstraten (Meer), wordt onder de voorwaarden bepaald in onderhavig besluit vergunning verleend om een varkenshouderij, gelegen te 2321 Hoogstraten (Meer), Meerleseweg 63A, kadastergegevens (afdeling-sectieperceelnummer) 3-B-240h, 3-B-240n, verder te exploiteren en te veranderen door wijziging en uitbreiding, als volgt: wijziging door stopzetting van de exploitatie van stalplaatsen voor zeugen; uitbreiding: met stalplaatsen voor 1.740 varkens om te komen tot stallen met plaatsen voor 2.900 varkens, waarvan 2.900 andere varkens (9.4.1.c.2 9.4.1.d.1); met de opslag van 3.640 kg (96%) zwavelzuur (17.3.3.2.b); met een opgepompt debiet van 18 m³/dag en 6.145 m³/jaar om te komen tot een winning die op een diepte van 219 meter grondwater onttrekt met een maximumdebiet van 25 m³/dag en 8.700 m³/jaar (53.8.2);

9 / 13 Akte wordt genomen van de volgende klasse 3-inrichtingen : vervanging van een ondergrondse tank voor de opslag van 5.000 l stookolie door een bovengrondse tank voor de opslag van 5.000 l stookolie (17.3.6.1.b); een bijkomende opslag van 2.918 m³ dierlijke mest tot een totale opslag van 4.532 m³ dierlijke mest (28.2.c.1); Vlaremrubricering: 9.4.1.c.2 9.4.1.d.1-17.3.3.2.b - 17.3.6.1.b - 28.2.c.1-53.8.2;

10 / 13 De varkenshouderij omvat voortaan : stallen met plaatsen voor 2.900 varkens (andere varkens) (9.4.1.c.2 9.4.1.d.1); de opslag van 3.640 kg (96%) zwavelzuur (17.3.3.2.b); de opslag van 5.000 l stookolie in een bovengrondse tank (17.3.6.1.b); de opslag van 4.532 m³ dierlijke mest (28.2.c.1); een grondwaterwinning op een diepte van 219 meter met een opgepompt debiet van 25 m³/ dag en 8.700 m³/jaar (53.8.2). 2 Vanaf de realisatie van de veranderingen worden de lopende vergunningen opgeheven. ARTIKEL 2 Koppeling aan de bouwvergunning 1 Deze milieuvergunning is geschorst indien voor de verandering die er het voorwerp van uitmaakt ook een bouwvergunning als bedoeld in art. 43 van het decreet betreffende de ruimtelijke ordening gecoördineerd op 22 oktober 1996, of een stedenbouwkundige vergunning als bedoeld in art. 99, 1, 1 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, vereist is en deze bouw- of stedenbouwkundige vergunning niet definitief is verleend. Deze schorsing duurt tot de bouw- of stedenbouwkundige vergunning definitief is verleend of is geweigerd in laatste aanleg. De vergunninghouder dient het definitief verkrijgen van de bouw- of stedenbouwkundige vergunning te melden aan de deputatie bij ter post aangetekende zending. 2 De geschorste milieuvergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de bouw- of stedenbouwkundige vergunning in laatste aanleg definitief zou worden geweigerd. 3 De bouw- of stedenbouwkundige vergunning die verkregen is voor de verandering die het voorwerp is van de voormelde milieuvergunningsaanvraag wordt geschorst zolang de milieuvergunning niet definitief is verleend. 4 Deze geschorste bouw- of stedenbouwkundige vergunning vervalt van rechtswege op de dag waarop de milieuvergunning in laatste aanleg definitief zou worden geweigerd. ARTIKEL 3 Voorwaarden De in artikel 1 bedoelde vergunning is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende voorwaarden (als bijlage): 1. Algemene: V01: Algemene milieuvoorwaarden algemeen: Hoofdstukken 4.1, 4.6, 4.7 V02: Algemene milieuvoorwaarden geluid: Hoofdstuk 4.5 2. Sectorale: V32: Dieren: Hoofdstuk 5.9 V46: Opslag van gevaarlijke stoffen Ondergrondse en bovengrondse houders: Afdelingen 5.17.1, 5.17.2 en 5.17.3 V93: Winning van grondwater: Hoofdstuk 5.53 3. Bijzondere: De uitbreiding van de bestaande zeugenstal dient overeenkomstig artikel 5.9.2.1bis van Vlarem eveneens ammoniakemissiearm te worden uitgevoerd, door toepassing van een van de stalsystemen opgenomen in de lijst zoals vastgesteld bij Ministerieel Besluit van 19 maart 2004 houdende vaststelling van de lijst van ammoniakemissiearme stalsystemen in uitvoering van artikel 1.1.2 en artikel 5.9.2.1bis van het besluit van de Vlaamse Regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne. De

11 / 13 exploitant dient binnen een termijn van 6 maanden na vergunningverlening aan de vergunningverlener te verduidelijken welk systeem van voormelde lijst zal worden aangewend. De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden kunnen worden teruggevonden in Vlarem II (of bijgevoegde cd-rom). Deze zijn evenwel louter indicatief; bij wijzigingen van Vlarem II wordt de exploitant immers steeds geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. ARTIKEL 4 - Termijn voorafgaand aan ingebruikname De in artikel 1 vergunde verandering dient in gebruik genomen te worden binnen 3 jaar vanaf de datum van deze vergunning, zoniet vervalt deze vergunning van rechtswege. ARTIKEL 5 - Vergunningstermijn De in artikel 1 bedoelde vergunning wordt verleend voor een termijn: 1. die aanvangt op de datum van dit besluit, behoudens wanneer: a) Deze milieuvergunning is geschorst omdat de bouw- of stedenbouwkundige vergunning voor de verandering op datum van deze milieuvergunning niet definitief is verleend; in dat geval vangt de vergunningstermijn aan op de datum waarop de bouw- of stedenbouwkundige vergunning definitief is verleend; de exploitant dient deze datum bij aangetekende brief te melden aan de deputatie; b) Onderhavige milieuvergunning overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, 2 van rechtswege vervalt; in dat geval is geen enkele vergunningstermijn toegestaan. 2. die eindigt op 3 juli 2028. ARTIKEL 6 - Onderhavige vergunning doet geen afbreuk aan de rechten van derden. ARTIKEL 7-1. Voor elke verandering van de vergunde inrichting gelden de bepalingen van hoofdstuk III-bis van titel I van het Vlarem. 2. Elke overname van de inrichting door een andere exploitant dient vóór de datum van inwerkingtreding van de overname gemeld aan de vergunningsverlenende overheid, overeenkomstig de bepalingen van artikel 42 van het Vlarem. 3. Een hernieuwing van de vergunning moet worden aangevraagd overeenkomstig de bepalingen van het Vlarem uiterlijk tussen de 18 de en de 12 de maand vóór het verstrijken van de vergunningstermijn van de lopende vergunning. ARTIKEL 8 -

12 / 13 Tegen de beslissing m.b.t. de vergunningsaanvraag kan beroep worden aangetekend bij de Vlaamse minister van Openbare Werken, Energie, Leefmilieu en Natuur, Graaf de Ferraris-gebouw, Koning Albert II-laan 20 bus 8, 1000 Brussel, overeenkomstig artikel 51 van het Vlarem.

13 / 13 Tot staving van de ontvankelijkheid van het eventuele beroep dient bij het beroepschrift het hierbij gevoegde attest van betekening evenals het bewijs van betaling van de voorgeschreven dossiertaks gevoegd te worden. Antwerpen, in zitting van 3 juli 2008. Aanwezig: de heer L. Helsen, Voorzitter, de heren J. Geuens, K. Helsen, M. Wellens, mevrouw I. Verhaert, de heer B. De Nijn, leden en de heer D. Toelen, Provinciegriffier. Verslaggever: Jos Geuens In opdracht: De Provinciegriffier, De Voorzitter, D. Toelen L. Helsen