Maria Gijsbertha Heijdra vertelt over de Familie Heydra Omstreeks het jaar 1870 woonde als jong gehuwd paar Leonardus (Leen Heydra, de zoon van Johannes Heydra en Anna de Vette, op de flinke en oude boerderij van hun vader. Grootmoeder Anna de Vette woonde tot haar dood in een apart gedeelte van de boerderij. Leen Heydra was gehuwd met Maria van Wijk, een welgestelde boerendochter uit de omtrek. Ze kregen een groot gezin, waarvan ongeveer de helft op jonge en zeer jonge leeftijd is overleden. De boerderij stond, mogelijk omdat het gedeelte van Kethel waar de boerderij stond aan de Groeneweg, nogal drassig land had, wat hoger gebouwd. Op ongeveer 500 M van de boerderij was de katholieke kerk en school in een bebouwd gedeelte dat weer ongeveer 500 M van het dorp Kethel verwijderd was en grensde op verdere afstand aan Schiedam en Vlaardingen. De oudste zoon van de fam. Heydra was Kees. De volksmond zou hem een echte boer noemen. Hij zou later op de boerderij van zijn vader blijven wonen en op wat latere leeftijd trouwen met Dora van de Helm, een meisje wat jonger en wat vlugger als Kees. Ze kregen 1 dochter en 3 zonen, de jongste kon niet goed meekomen en is op jongere leeftijd gestorven. Was het omdat Kees erg veel hield van mooi vee, ongeacht of ze ook productief waren of waren er andere omstandigheden tegen, maar voor zijn kinderen de boerderij die al generaties lang van de fam. Heydra was, voort konden zetten, moest de boerderij verkocht worden. Bij het huwelijk van hun zoon waren Leen Heydra en Maria van Wijk, met de jongste dochter die toen nog thuis was gaan wonen in een vrijstaand huisje naast de katholieke kerk voornoemd. De oudste dochter Annemie was gehuwd met Gijs Hoogeboom; ze kregen 3 kinderen, waarvan de oudste zoon al op ongeveer 20 jarige leeftijd overleden is. Ze hadden een bakkerij in Haastrecht. Toen Annemie ongeveer 30 jaar was, moest ze volgens dokters geopereerd worden, wat niet gebeurd is. Even later is ze overleden. De tweede dochter Quirina (Qrijntje) trouwde met Leen Olsthoorn. Ze gingen wonen in de Oost Veen, wat een gedeelte was van het dorp Kethel, op een nieuwe boerderij, die ze tot aan hun dood prima schoon en onderhouden hebben. Ze kregen 7 kinderen. De oudste en 4de zoon (Jan en Johan) zouden tot op hoge leeftijd op de boerderij blijven werken en wonen, eerst met hun zus Corrie die 't eerst overleden is. 2 dochters Mathilda en Mies zijn naar 't klooster gegaan waarna Mies al op ong. 22 jarige leeftijd in het klooster in Frankrijk is overleden. De 2de zoon Leeen is op wat latere leeftijd getrouwd en kreeg 2 of 3 kinderen en de 3de zoon Cor kreeg een groot gezin en hadden een tuinderij in het Westland. De 2de zoon van Leen Heydra was Jan. Wat een heel ander figuur was als zijn oudste broer, met een burgermeisje trouwde, Geertruida Peschier genaamd en in de stad ging wonen. Het paar hield meer van luxe als hun verdere familie.
G. Hoogeboom is hertrouwd met de zus (Daatje) van Geertruida Peschier, de vrouw van Jan. Ze kregen er nog 3 a 4 kinderen bij en toen ook zijn tweede vrouw overleden is hij voor de derde keer gehuwd met Nel. In de stad zijn ze een slagerij begonnen. Een zaak beginnen eist evenzeer als een boerderij hard werken van 's morgens tot 's avonds en sober leven. Wat er dan van mag zijn. De zaak ging failliet. Later zijn ze weer een andere slagerij begonnen maar ook dat lukte niet. Ze kregen 5 kinderen, waarvan 2 jongens, Leo en Huub, het oudste en 3de kind, wat flinke sportieve jongens waren, op resp. even in de 20 en even onder de 20 jaar gestorven zijn aan TBC. Wat later is ook hun vader Jan Heydra aan TBC gestorven. Dochter Mies en zoon Wim hadden spraak en gehoor stoornissen en zijn gehuwd. Dochter Jo de jongste, had een goede betrekking bij een fotohandel en was een grote steun voor haar ouders en later voor haar moeder die op hoge leeftijd (99 jaar) als laatste van die generatie overleden is. Jo is op latere leeftijd gehuwd en heeft haar man weer overleefd. Dochter Anna (Antje) van Leen Heydra trouwde met Gerardus van Beusden. Samen begonnen ze in Schipluiden een wagenmakerij. Ze kregen 4 zonen. Gerard van Beusden was niet zo'n sterke man en toen de zonen nog jong waren is hij overleden. Later trouwde Antje voor de 2de keer. Manus Hoog was een energieke en sterke man, ze kregen nog een dochter en hij wist de kleine zaak tot grotere bloei te brengen. Zoon Piet begon een carosseriebouw in De Lier, wat een flinke zaak werd. Zoon Jan werd architect in het Westland, zoon Leen ging resp. werken bij zijn vaderen broer en zoon Cor die wel de muzikaalste was, van de muzikale familie,
werkte in de tuinderij, later postbode. Knappe dochter Gezien ging trouwen en kreeg een groot gezin. Zoon Leen mocht al vroeg zelfstandig voor zijn vader vee kopen. (De oudste Leen Heydra was nl. boer en verkoopman, evenals diens broer Jan, die later geen boer maar alleen koopman was, de 3de broer van de oudste generatie, was Thomas die melkboer werd in Rotterdam en veel van diens nakomelingen na hem.) Verder over Leen van Leen Heydra. Na zijn dienstplicht vervuld te hebben kwam Leen weer op de boerderij van Vader Leen werken. Eigenlijk was het gewoonte dat de jongste zoon op Vaders boerderij bleef, maar omdat de oudste broer Kees nog thuis was en geen zin had op te stappen, ging Leen proberen voor zich zelf elders te beginnen. Hij had nog maar kort kennis gemaakt met Barbara (Batje) van Zijl of diens oom, Jan Ruijgrok, ging trouwen met Janse van de Hang, de wed. Luyker, die op de boerderij van haar man woonde met haar 5 kinderen en verhuurde zijn eigen woning aan Leen Heydra die niet lang daarna trouwde met Batje van Zijl, die geboren was op een boerderij, annex melkhandel (die inmiddels tussen de huizen aan de Buitenwaterssloot in Delft ingebouwd was). De vader van Batje van Zijl, Cornelis van Zijl, woonde samen met zijn broer, die tot zijn dood in hun gezin gebleven is. Z'n zusters waren toen al getrouwd en heten van hun mans naam van Uffelen, Heystek en Wassenaar mij bekend. De moeder van Batje van Zijl was Gijsbertha Ruygrok, ze had maar een broer, Jan Ruygrok, eerder genoemd, op wiens woning vroeger door de Vader (Piet) van Jan en Gijsbertha Ruygrok laten bouwen in Zuidbuurt, gemeente Maasland, wat nu Vlaardingen is. Piet Ruygrok die gehuwd was met Jacoba de Leede, moest heel hard werken voor een schrale boterham, op 58 jarige leeftijd is hij overleden. In de tijd dat zoon Jan Ruygrok de boerderij leidde begon het beter te floreren. 2 boerderijen naast Piet Ruygrok en Jacoba de Leede werden ook door de Leede''s bewoond en zijn later aan Leen en Koos Ham overgegaan, wiens moeder ook de Leede heette, van haar meisjesnaam. Jan en Gijsbertha Ruygrok hadden 1 zus nl Barbara Ruygrok die trouwde met Koos Olsthoorn, een weduwe, maar met 3 dochters en hadden ook aan de Buitenwatersloot in Delft een bakkerij, annex bakkerswinkel, totdat Koos Olsthoorn wegens gevorderde leeftijd de bakkerij van de hand deed en aan de andere kant van hun tuin. Ze hadden nl. een flinke groentetuin met zelfs een druivenkas achter hun bakkerij (wat een grote hobby was van Koos Olsthoorn) een huis betrok, met hun dochter Gonda, die nog thuis was. Dochter Lena was in de buurt getrouwd met Koos Mater die een koetserij had en dochter Lena was
getrouwd met Heggeman die een specerijenmolen had in Overschie. Na de dood van haar ouders is Gonda huishoudster geworden bij de hun bekende pastoor Voorham, die zeker goed met haar geholpen was gezien haar kwaliteiten en opvoeding.
Leen Heydra trouwde dus met Batje van Zijl. Omdat ze beiden jong, gezond en flink waren, hard werkten en voor zich zelf niet zo veel behoeften hadden, konden ze hun gezin met 10 kinderen goed onderhouden en toen later hun oom Jan Ruygrok stierf hebben ze de boerderij van hem gekocht. Marie, de oudste, trouwde met Henk van Leeuwen, een boerenzoon uit Maasland. Werkzaam, goed en stil van aard. Hoewel hij aanvankelijk gedacht had zelf een boerderij te beginnen (hij was nl. al boer en kostwinner geweest met z'n broer op de boerderij van z'n Moeder, omdat z'n vader op 46 jarige leeftijd overleden was) maar daar was weinig mogelijkheid voor, dus zijn ze een melkzaakje in Rotterdam begonnen. 't Was geen dik belegde boterham in 't eerst, maar de zaak ging langzaam vooruit. Na 3 jaar huwelijk is Henk van Leeuwen, met een auto die hij zelf niet bestuurde te water geraak en aan de gevolgen overleden. Marie die een maand later haar 2de kind Henk kreeg, ze had als een dochter Barbara, bleef met haar zusje Barrie, die een grote steun was, in de zaak. Een maand na de geboorte van zoon Henk begon de oorlog bij het bombardement van Rotterdam, bleef hun huis en zaak gespaard. Maria Heydra (Van Leeuwen / Segers)